ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLADVOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
No 10.221
WOENSDAG 28 MEI 1941
81® Jaargang
Uitreiking Aardappelkaarten.
Inlevering Oistributiebonnen
Melk door Slijters.
Binnenland
Liefde's Zegepraal
HOUDEN VAN VARKENS.
De Burgemeester maakt bekend, dat
vanaf 1 Juni a.s. door den Distributiedienst
te Terneuzen geen Aardappelkaarten
le serie meer zullen worden verstrekt,
zulks wegens het verstrijken^ van de
uitreikingstermijn.
Terneuzen, 28 Mei 1941.
De Burgemeester van Terneuzen,
P. TELLEGEN.
De slijters welke in het bezit zijn van
een erkenning als standaardisatiebedrijf
dienen hun kaart van inschrijving hierbij
over te leggen.
Terneuzen, 28 Mei 1941.
De Burgemeester van Terneuzen
P. TELLEGEN.
FEUILLETON
Rheumatische pijnen
Q Z) Z) TllijrUiazdlje4
TER NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Temeuzen f 1,42 per 3 maanden Buiten Temeuzen
fr. per post 1,73 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,20, overige landen /2,65 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: N.V. Finna P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 TELEFOON No. 2073.
Hoofd-redacteur: N. J. Harte, Lange Kerkstraat 21.
ADVERTENTIENVan 1 tot 4 regels 0,82 y2 Voor elken regel meer 0,20%.
KLEINE ADVERTENTIENper 5 regels 52 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrrjgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSOHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
De Burgemeester van Terneuzen brengt
hierbij, ingevolge een ontvangen schrijven van
den wnd Commissaris der provincie Zeeland,
het volgende ter openbare kennis
De Directeur-Generaal der Voedselvoorziening
heeft laatstgenoemden bewindsman medege-
deeld, dat voor die personen, die in staat zijn
zander eenige krachtvoedertoevoeging den of
meer varkens te mesten, de Landbouw-Crisis-
Organisatie voor Zeeland te Goes gemachtigd
is een speciale varkenstoewijzing te verstrek-
ken, mits overtuigend ten genoege van ge-
noemde Organisatie wordt aangetoond, dat
de ingevolge deze varkenstoewijzing aan te
houden varkens, ook inderdaad zonder eenige
krachtvoedertoewijzing kunnen worden ge-
mest.
Personen, die op grond van het vorenstaan-
de meenen voor een speciale varkenstoewijzing
in aanmerking te kunnen komen, kunnen
zich hieromtrent alsnog wenden tot de Land-
bouw-Crisis-Organisatie voor Zeeland te
Goes.
Terneuzen, 28 Mei 1941.
De Burgemeester voornoemd,
P. TEDLEGEN.
De Burgemeester maakt bekend, dat
de Melkslijters hun opplakvellen met
distributiebonnen voor Melk voortaan des
Vrijdagsvoormiddags ten distributie-
kantore kunnen inwisselen tegen coupures,
voor het eerst op Vrijdag 30 Mei a.s.
DE N EDERLANDSGHE A RBEIDSDIENST.
Verplichte dienst voor jonge
N eder landers
Het Maandag verschenen Verordeningen-
blad bevat een verordening van den Rijks-
commissaris betreffende den Nederlandschen
arbeidsdienst arbeidsdienstverordening
Deze luidt als volgt:
Artikel 1. (1) Alle jonge Nederlanders
van beiderlei kunne. die in het bezette Neder-
landsche gebied1 wonen of verblijf houden, zijn
verplicht hun volk in den Nederlandschen
arbeidsdienst te dienen.
.O kr.o
SV*
fit i
4)
Roman van A. HRUSOHKA
(Nadruk verboden)
Vader, het is toch maar een verdenking,
die u tegen Kronstein hebt opgevat.
Een verdenking? Neen, voor mij staat
bet vast dat bij schuld draagt aan den dood
van zijn stiefimoeder, die hij toaatte en ver-
afschuwde. Je weet wat de houtvester van
Kronstein, welke dien ongeluksnacht toeval-
lig door het slotpark kiwam, verteld heeft.
Jou alleen heb ik het gezegd, omdat ik wist
dat je zoudt sawijgen izooals ik.
Ik weet het vader, maar kan Ulrich
zich niet vergist bebben, toen hij in den man,
die door een achterdeurtje het slot verliet en
heon met ontsteld gelaat voorbij kwam ge-
loopen, Marc Kronstein meende te herkennen.
Neen, neen! Hij herkende hem pertinent
en toen 's morgens de moord ruchbbaar werd
zeide hij onmiddellijk bij zich zelven dat alleen
de jonge graaf de dader kon zijn. Want al de
andere bewoners van het kasteel konden een
afdoend alibi aanvoeren. En Ulrich was een
trouw dienaar van zijn meesteres, een be-
jaard, eenvoudig, door en door toraaf man.
Van onze jeugd af zijn we vrienden geweest.
Hetgeen hij wist lag hem ziwaar op het hart.
In zijn radeloosheid kwam hij mij vragen wat
ik in zijn plaats sou doen, de autoriteiten in
kennis stellen of... ziwijgen.
U hebt hem bet laatste aangeraden.
Ja en neen, ik izeide hem, dat ik in zijn
plaats mijn meester, wiens brood ik eet en
die steeds vriendelijk en goed voor mij is ge-
(2) Zij, die tot den Nederlandschen ar
beidsdienst behooren, vervullen een eerepliebt
jegens het Nede r 1and sche volk; bet is de taak
van den Nederlandschen arbeidsdienst, wer-
kend in den geest eener ware volksgemeen-
schap, de Nederlandsche jeugd te doordrin-
gen van de ethische waarde van den arbeid
in het algemeen en haar in het bijzonder de
vereischte waardeering voor den handenarbeid
bij te brengen.
(3) Tot bet ibereiken van zijn doel verricbt
de Nederlandsche Arbeidsdienst werkzaam-
heden, welke tot algemeen nut strekken.
Artikel 2. (1) De Nederlandsche arbeids
dienst ressorteert onder den secretaris-gene-
raal van het departement van algemeene
zaken.
(2) De commandant van den Nederland
schen arbeidsdienst staat recbtstreeks onder
den secretaris-generaal; bij voert het bevel,
bepaalt de organisatie en regelt de wijze,
waarop de arbeidskrachten worden aange-
wemd; tevens leidt hij de opleiding en de op-
voeding.
Artikel 3. (1) De dienstplicht in den
Nederlandschen arbeidsdienst begint op zijn
vroegst bij het bereiken van den leeftijd van
acbttien jaar en eindigt op zijn laatst bij het
bereiken van den leeftijd van vijf en twintig
jaar.
(i2) Zij, die den leeftijd van aeventien jaar
hebben bereikt, kunnen zich als vrijwilliger
aanmelden.
(3) De diensttijd bedraagt een half jaar;
deze moet in den regel in het negentiende
levensjaar vallen.
(4) Hij die overeenkomstig het tweede lid
als vrijwilliger dienst verricbt, is in zooverre
vrijgesteld van de vervulling zijner arbeids-
dienstplicht.
Artikel 4. (1) De secretaris-generaal van
het departement van algemeene zaken be
paalt
1. tot welk aantal dienstplichtigen worden
opgeroepen, en
2. tegen welk tijdstip zij worden opge
roepen.
(2) De dienstplichtigen worden door recru-
teeringsbureaux van den Nederlandschen ar
beidsdienst in overleg met de bevoegde plaat-
selrjke autoriteiten opgeroepen en gekeurd.
(3) De secretaris-generaal van het depar
tement van algemeene zaken kan, zoo noodig
in overeenstemming met den secretaris-gene
raal van het desbetreffende departement, be-
palen, dat bet vervuld hebben van den dienst
tijd van een half jaar bij den Nederlandschen
arbeidsdienst voorwaarde is voor de toelating
tot bepaalde werkzaamheden.
Artikel 5. Van dienstneming bij den Neder
landschen arbeidsdienst, als zijnde daartoe
onwaardiig, is uitgesloten:
1. hij die krachtens onfaerroepelijke rech-
terlijke uitspraak is veroordeeld tot een ge-
vangenisstraf van meer dan zes maanden;
2. hij, die krachtens onherroepelijke uit
spraak is..ontzet van een der in artikel 28 van
het wetiboek van strafrecht genoemde rech-
ten, tijdens den duur dier bezettinig.
Artikel 6. (1) Joden worden tot den
Nederlandschen arbeidsdienst niet toegelaten.
(2) Jood is een ieder die nit ten minste
drie naar ras voljoodsche grootouders stamt.
(3) Als jood wordt ook aangemerkt hij die
uit twee voljoodsche grootouders stamt en
1. hetzjj zelf op den negenden Mei 1940 tot
de joodsch kerkelijke gemeenschap heeft be-
hoord of na dien datum daarin wordt opge-
nomen,
2. hetzij op den negenden Mei 1940 met
een jood was gehuwd of na dien datum met
een jood in het huwelijk treedt.
(4) Ben grootouder wordt zonder meer als
voljoodsch aangemerkt, wanneer deze tot de
Joodsch-kerkelijke gemeenschap heeft be-
hoord.
Artikel 7. Personen, die lichamelijk onge-
schikt zijn voor het vervullen van den dienst
of van wie kan worden verwacht, dat ten
aanzien van hun persoon het opvoedkundig
weest, vrijwillig r.ooit zou verraden. Maar ik
voegde er aan toe: Als je echter rechtstreeks
wordt ondervraagd, of als iemand gevaar liep
onschuMdig veroordeeld te worden, dan zou je,
naar mijn oordeel, verplicht zijn, de iwaarheid
aan het Jicht te brengen.
En Ulrich werd nooit ondervraagd door
de justitie
Neen, zijn houtvesterij ligt diep in het
gebergte en niemand wist, dat hij dien nacfat
van Wirke komende, den weg door het park
van Kronstein had gekozen om spoediger
thuis te zijn. Hij is niet igetrouwd en zijn huis-
houdster is half doof. Niemand wist, dat hrj
na het avondmaal nog was uitgegaan om te
Winikel tahaik te gaan koopen. Het gerecht
dacht er dus niet aan hem in verhoor te
nemen. Er werd geen ander spoor ontdekt en
zoo kiwam het, dat Ulrich zweeg en de moor-
denaar zich thans nog op vrije voeten be-
vindt...
'Hartlieib slaakte een zudht...
Tot nog toe, ging hij voort, heb ik mij
verder niet bekommerd om de zaak. Ik bleef
den jongen Kronstein zooveel mogelijk uit den
weg en dacht: „Waarom je (bemoeien met een
zaak die je feitelijlc niet aangaat?" Ik vond
ook geen aanleidlng om op te treden als
wreker van de jonge gravin, die mij nooit
sympatbie inboezemde, misschien zelfs haar
lot verdiend had... Zwijgen niets weten,
d!at kwam hij het beste voor. Maar thans, nu
het levensgeluk van mijn kind op het spel
staat, moet ik de zaken anders beoordeelen.
Ik zal nu misschien toch nog genoodzaakt
zijn een andere houding aan te nemen, inge-
val Kronstein niet uit eigen foeweging zijn
plannen opgeeft...
Om 's Hem els wil Vader, wat wilt u
doen? Toch geen aankJacht tegen Kronstein
indienen vraagt Marianne, verschrokken en
hevig ontsteld.
Hartlieto schudde het hoofd. Hij dacht even
na en zei toen:
doel, dat den Nederlandschen arbeidsdienst is
gesteld, niet kan worden bereikt, worden voor
het vervullen van den dienst niet aangenomen.
Artikel 8. (1) In geval van twijfel omtrent
de vraag, ten aanzien van welke personen zich
een der gevallen, als bedoeld in de artikelen
5 tot en met 7, voordoet, beslist de comman
dant van den Nederlandschen arbeidsdienst
volgenjs richtlijnen, welke de secretaris-gene
raal van het departement van algemeene
zaken geeft.
(2) De betrokkene heeft het recht, in be-
roep te komen bij den secretaris-generaal van
het departement van algemeene zaken.
Artikel 9. (1) De dienstbetrekking van de
leden van den Nederlandschen arbeidsdienst
is een publiekrechtelijke.
(2) Onder leden van den Nederlandschen
arbeidsdienst worden begrepen:
1. het beroepspersoneel;
2. degenen die hun dienstplicht in den ar
beidsdienst vervullen;
3. de vrijwilligers bij den arbeidsdienst met
mbegrip van hen, die vrijwillig een verleng-
den diensttijd doormaken.
(3) Voor het verrichten van bepaalden
dienst kunnen personen in dienst worden ge-
nomen op privaatrechtelijke arbeidsovereen-
komst. Zoodanige personen worden niet als
leden van den Nederlandschen arbeidsdienst
beschouwd.
Sociale verzorging.
Artikel 10. (1) Alle leden van den Neder
landschen arbeidsdienst genieten in geval
van ziekte of ongeval vrge, geneeskundige foe-
handeling, verpleging "en verzorging. Om
trent de sociale en verdere verzorging van
gewezen leden van den Nederlandschen ar
beidsdienst of van hun nagelaten betrekkin-
gen worden, voor zoover noodig, nadcre voor-
schriften gegeven.
(2) Alle leden van den Nederlandschen
arbeidsdienst zijn onderworpen aan een voor
hen alien gelijk tuchtreglement.
Artikel 11. De leden van den Nederland
schen arbeidsdienst, met uitzondering van het
beroepspersoneel, genieten vrije inwoning,
kost en dienstkleeding. Zij hebben aanspraak
op kostwinnersvergoeding volgens nader vast
te stellen regelen.
Artikel 12. (1) Het beroepspersoneel ge-
niet bezoldiging.
(2) Tot het beroepspersoneel van den
Nederlandschen arbeidsdienst kan niet behoo
ren hij die hetzij zelf uit ten minste den vol
joodsche grootouders stamt, hetzij met een
persoon i? gehuwd, die uit ten minste edn
vol-joodsche grootouder stamt.
Het vierde lid van art. 6 is van toepassing.
(3) Het beroepspersoneel kan vrije inwo
ning, kost en dienstkleeding genieten.
(4) De gezinsleden van het beroepsperso
neel kunnen in geval van ziekte of ongeval
vrije geneeskundige behandeling, verpleging
en verzorging genieten.
Artikel 13. De secretaris-generaal van het
departement van algemeene zaken vaardigt,
zoo noodig in overeenstemming met den
secretaris-generaal van het desbetreffende
departement, de ter uitvoering en aanvulling
van dit besluit noodzakelijke voorschriften
uit.
(2) De krachtens de artikelen 4, 10 en 11
uit te vaardigen rechtsvoorschriften moeten
in de Nederlandsche Staatscourant worden
afgekondigd.
Artikel 14. De secretaris-generaal van het
departement van algemeene zaken kan ge-
durende den tijd, waarin de Nederlandsche
arbeidsdienst zich nog in een stadium van op-
bouw bevindt, uitsluitend of in de eerste
plaats degenen oproepen, die zich vrijwillig
voor den arbeidsdienst aanmelden.
Artikel 15. (1) Deze verordening treedt
in werking op den dag harer afkondiging met
terugwerkende kracht tot 1 Januari 1941.
(2) Zij wordt aangehaald als „arbeids-
dienstverordening'
Neen, ik (wil niemand ongelukkig maken,
Kronstein mag doen en laten wat hij wil,
maar ons moet hij met rust laten. Doet hij
het niet, dan zal ik hem klaar en duidelijk
zeggen waarom een huwelijk met Use onmo-
gelijk is. Toen ik hem met Use ontmoette,
heb ik er reeds op gezinspeeld.';. •-»
En hij Wat zei 7ijj?
Niets. Hij werd akelig b)t»k, stand daar
als gebroken. En... zweeg.
Marianne kijkt onrustig voor zich uit. Maar
plotseling heft zij vastberaden het hoofd op
en zegt:
En toch vader, zegt mij een stem in mijn
binnenste dat Marc Kronstein onschuldig is,
dat alles zich geheel anders heeft toegedra-
gen dan u en houtvester Ulrich vermoeden.
Ik heb in de laatste weken Kronstein her-
haaldelijk ontmoet, wanneer ik met Use te
Kranndorf of Winkel boodsehappen ging doen
en teikens maakte hij op mij den indruk een
zeer rechtsehapen menseh te zijn. Ik kan
niet geiooven dat hij ooit een misdaad heeft
gepleegd en hen integendeel vast overtuigd,
dat hij zich, wanneer u hem van die verden
king spreekt, kan en zal rechtvaardlgen.
Maria, zegt Hartlieb emstig en treurig,
ik wou dat je gelijk had... Maar, kind, ik
vrees...
HOOFDSTUK HI.
Use heeft den heelen nacht geen oog geslo-
ten. Nog steeds denkt zij aan de woorden
van haar vader, Marc zou zijn stiefmoeder
vermoord hebihen!
Dat was natuurlijk een dwaasheid. Marc
ken geen moordenaar zijn. Maar ongelukkig
was hij zekerzij had het steeds gevoeld en
dat gevoel van gisteren was zeketheid ge wor
den. Hij had gezegd ..Mijn leven op Kron
stein is niets dan duisternis en ellende."
In smartelijk gepeins verzonken vroeg Use
zich honderdimaal af, wat die woorden van
BUITENGEWONE MAATREGELEN VOOR
DE KI STVERDEDIGING.
In het Maandag verschenen Verordeningen-
blad komt voor een verordening van den
Rijkscommissaris, houdende buitengewone
maatregelen voor de kustverdediging.
De eerste afdeeling bepaalt het gebied
waarvoor de verbodsbepalingen gelden als
volgt
Artikel 1.
1. Het gebied, waarvoor de verbodsbepa
lingen in deze verordening gelden omvat de
Nederlandscne Wadden-eilanden, de Wadden-
zee, het IJselmeer, alsmede het in het tweede
lid omschreven kustgebied.
2. Het kustgebied wordt begrensd door
een lijm, welke loopt van Nieuweschans langs
den weg over Finsterwolde, Oostwolde, Ter-
munten naar Appingedam; van Appingedam
langs de spoorbaan tot Sauwerd; van Sau-
werd langs den weg over Winsum, Mensinge-
weer, Oldenhove, Noordhom, Grijpskerk, Vis-
vliet, Kollum, Oudwolde naar iDokkum; van
Dokkum langs de spoorbaan over Stiens,
Eeeuwarden naar Franeker; van Franeker
langs de trambaan tot Arum; van. Arum'
langs den weg over Grauwekat, Bolsward,
Sneek, naar Akkrum; van Akkrum langs de
spoorbaan over Meppel, Zwolle, Harderwijk,
Amersfoort, Hilversum, Bussm tot waar deze
het Merwedekanaal kruist; van daar langs
het Merwedekanaal tot de Oranjesluizen; van
de Oranjesluizen langs den weg naar Buik-
sloot en langs het Noord-Hollandsch Kanaal
tot Purmerend; van Purmerend langs het
kanaal tot Oosthuizen; van Oosthuizen langs
de spoorbaan over Hoorn, Obdam naar Scha-
gen; van Schagen langs den weg over Scha-
gerbrug tot het Noord-Hollandsch Kanaal;
verder langs het Noord-Hollandsch Kanaal
tot Alkmaar; van Alkmaar langs den weg
Uitgeest, Beverwijk, Velsen, Santpoort, Haar
lem, Heemstede, Bennebroek, Hillegom, Lis-
se, Sassenheim, Warmond, Eeiden tot Voor-
schoten; verder over Leidschendam, Veen-
weg, Vheland, Berkel, Bergschenhoek, Oude-
verlaat, Nieuwerkerk, Sohinkel, Kapelle, Kin-
derdijk, Alhlasserdam, Papendrecht naar
Dordrecht; van Dordrecht langs de spoor
baan tot Breda; van Breda langs den weg
over Ulvenhout naar het Zuiden tot in de1
richting Meerle tot d-. Belgische grens en \er-
volgens langs den Nederlandsch-Belgische
grens tot aan zee.
Tot het kustgebied behooren ook de boven-
genoemde gedeelten van kanalen.
Artikel 2.
(1) Vaartuigen mogen het gebied, waar
voor de verbodsbepalingen gelden, niet be-
varen, noch daarbinnen op het water of op
het land liggen.
(2) Het bepaalde in het eerste lid is op
vaartuigen, welke gebruikt worden bij de
uitoefening van een bedrijf, hieronder begre
pen een landbouwbedrijf, alsmede op woon-
schepen zonder eigen beweegkracht, niet van
toepassing.
Artikel 3.
Het overschrijden van de zeegrens is ook
bij de uitoefening van een bedrijf niet geoor-
loofd.
(2) De zeegrens loopt langs de Neder
landsche grens in den Dollart tot aan het
meest Noordelijke punt van het eiland Rot-
tumeroog, verder langs de buitenste kustlijn
van de provlncies Noord-Holland, Zuid-Hol-
land en Zeeland tot aan de Belgische grens.
Voor zoover de Waddeneilanden van elkaar
en van het vasteland (Den Helder) door wa
ter zijn geseheiden, wordt de verbi'ndingslijn
tussehen de uiterste punten van de eilanden
en van het eiland Texel naar het vasteland,
als zeegrens beschouwd. In het gebied van
de mondingen van den Rijn en de Schelde
gelden voor de wateren de volgende grenzen:
in het Briel&che Gat de van het Noorden
naar het Zuiden loopende lijn van het eiland
Beer naar Oostvoome;
in het Goereesche Gat de lijn: Zwarte Hoek
(Westpunt van het eiland Voome) naar den
Marc konden beteekenen, wat er achter de
vage beschuldiging van haar vader verscho-
len lag.
Wat was er eigenlijk gebeurd, toen men,
ruim een jaar geleden de jonge gravin dood
in haar boudoir had gevonden?
Use, die zich toen op dat tijdstip in een pen-
sionaat in Zwitserland' bevond, wist zoo wei-
nig van die zaak. Marianne had haar in een
brief zeer ibekn-opt het feit medegedeeld.
Den 28sten Fabruari had men Gravin Sabine
Kronstein dood in haar boudoir gevonden. Zij
droeg nog het toilet, waarin men haar
's avonds te voren had gezien. Haar bed in
de foelendende kamer was niet aangeroerd,
een ibewijs dat zij zich nog niet ter ruste had
begeven toen zij door den dood werd verrast.
Zij lag op een ruststoel, met een soort dolk
in de borst. Dat voorwerp behoorde haar toe,
en werd geiwoonlijk als papiermes gebruikt.
Haar hand hield den met edelgesteenten be-
zetten greep omkneld. Had zij op het oogen-
bli'k van haar dood het mes nog uit de wonde
willen trekken; bad zij zich zelf het wapen
in de Iborst gestooten of had een onvoorzich-
tige beweging een ongeluk veroorzaakt
Dat wist niemand. De justitie geloofde aan-
vankelijk aan moord. Doch er was niet het
minste spoor van een dader te vinden, op nie
mand konden ernstige vermoedens rusten en
zoo concludeerde men eindelijk tot zelfmoord
of tot een ongelukkig toeval.
De instructie werd gesloten maar de mond
van het volk fluisterde nog altijd geheimzin-
nigheden aangaande den dood van de jonge
en schoone gravin...
Ziedaar alles wat Use betreffende het ver-
schrikkelijk gelbeuren wist. Trouwens zij had
zich niet hijzonder voor de zaak geinteres-
s&erd, want zij had Gravin Sabine niet per-
soonlijk gekend en tussehen Kronstein en de
familie Hartlieb bestond geenerlei 'betrekking.
Een half jaar later keerde Use voorgoed
naar huis terug.
hebben een grondige pijnuitdrijvende werking.
vuurturen Westhoofd (Goeree
in het Brouwershavensche Gat de lijn: vuur-
toren Westhoofd (Goeree) rechtswrjzend 230
gr. (in de richting van den vuurtoren Ver-
klikker) tot den meridiaan 3 gr. 47 min.
Oost, van daar langs dien meridiaan;
op de Ooster-Schelde de lijn: toren van
Burg en Schouwen naar het richtingsbaken
Veersche Gat (Hoek van den Haak);
op de Wester-Schelde lijn: vuurtoren West-
kapelle rechtswijzend 310 gr., vervolgens op
twee zeemrjlen afstand in Zuidzuidwestelijke
Zuidelijke en Zuidoostelijke richting langs de
kust in de richting naar het havenlicht Bres-
kens (van Breskens uit rechtswijzend 315
gr.).
Artikel 4.
Komen in het gebied, waarvoor de verbods
bepalingen gelden of op zee voor de Neder
landsche kust varende vaartuigen, welke de
Duitsche oorlogsvlag voeren, in zicht dan
dient elk ander varend vaartuig onverwijld
zoover mogelijk naar den uitersten rand van
het vaarwater te worden gestuurd of op zee
terstond uit te wijken.
Artikel 5.
(1)' De bevelhebber der Duitsche marine
in Nederland of de door hem daartoe aange-
wezen instanties kunnen in bepaalde gevallen
(1) van het bepaalde in het eerste lid van
artikel 2 en in artikel 3 dispensatie verleenen;
(2)de werking van het bepaalde in het
tweede lid van artikel 2 wat betreft plaats
of tijd, beperken.
(2) Maatregelen, als bedoeld in het eerste
lid, kunnen ook als algemeen geldend worden
getroffen. Zij dienen door middel van de
pers, den radio-omroep, door aanplakking
of op andere ter plaatse gebruikelijke wijze
te worden afgekondigd.
Artikel 6.
(1) Wanneer degene, die aan boord de
leiding heeft, diens plaatsvervanger, de roer-
ganger of de loods het vaartuig door zijn
schuld in strijd met het bepaalde in art. 4
bestuurt, wordt deze gestraft met hechtenis
van ten hoogste zes weken of met geldboete
van ten hoogste 5000 R.M. of met een dezer
straffen.
(2) Bij herhaling kan den in het eerste
lid genoemden personen het bevaren van het
gebied, waarvoor de verbodsbepalingen gel
den, of van de zee geheel of ten deele voor
den tijd van ten hoogste een jaar worden
verboden.
Artikel 7.
(1) Hij, die, in strijd met het bepaalde in
de artikelen 2 of 3, een vaartuig naar het ge
bied, waarvoor de verbodsbepalingen gelden,
over de zeegrens brengt, het daar houdt Of
gebruikt, wordt gestraft met gevangenisstraf
van ten hoogste vijf jaren; in ernstige ge
vallen met tuchthuisstraf van ten minste een
jaar en van ten hoogste vijf jaren.
(2) Hij die in strijd handelt met een maat-
regei, krachtens artikel 5 getroffen, of met
een verbod, uitgevaardigd krachtens het
tweede lid van artikel 6, wordt gestraft met
de in het eerste lid vermelde straffen.
Artikel 8.
(1) Vaartuigen, welke in strgd met het
bepaalde in de artikelen 2 of 3 of met een
maatregel, krachtens artikel 5 getroffen, in
het gebied waarvoor de verbodsbepalingen
gelden, op het water of op het land liggen of
in dat gebied varen, kunnen worden verbeurd
verklaard.
(2) Zulks geldt eveneens ten aanzien van
vaartuigen, welke zich bij het in werking
treden dezer verordening in het gebied,
waarvoor de verbodsbepalingen gelden, bevin-
den en welke ingevolge het bepaalde in deze
verordening daaruit dienen te worden ver-
Op haar terugreis van Zwitserland maakte
zjj kermis riiet Marc Kronstein die haar een
beleefdheidsdienst bewees. Zrj werden schier
onmiddellijk op elkaar verliefd en waren spoe-
dig overtuigd dat niets ter wereld hen schei-
den kon.
Eri nu had een rujwe hand die streelende
illusie weggevaagd.
Use was later dan gewoonlijk in bed ge-
bleven om niet te moeten ontbijten met haar
vader en met haar zuster, die zeker reeds van
alles op de hoogte was. Want zij gevoelde
zich nog al te zeer opgewonden om vorschen-
de blikken en lastige vragen te kunnen uit-
staan.
Zij gaat heimelijk naar de keuken, laat zich
door Anna een glas melk geven en wil dan
naar buiten.
Maar Anna, die steeds zoo moederlijk be-
zorgd voor Use is, laat haar niet zoo onmid
dellijk gaan, zij is gesdhrokken van haar
bleek ontdaan gezictit.
Kind, wat heb je! Toch niet ziek?
- Neen.Waarom
Omdat je er zoo miserabel uitziet.
Ik heb slecht geslapen... nog altijd
hoofdpijm. Ik zie en sipreek liever niemand...
Eaat me naar buiten gaan in de frissche
lucht... dan zal het wel gauw beter worden.
Als ze naar mij vragen, zeg dan niet Anna,
dat ik reeds op hen. Beloof je me dit?
Anna knikte en Use sluipt door de keuken-
deur" naar het bloementuintje.
De oude meid kijkt haar na, schrijft het
hoofd. Op haar rimpelig gezicht leest men
hartelijk medelijden: Use is altijd haar beve
ling geiweest. En zij meent te raden wat er
aan de hand is; natuurlijk weer een harde
uitval van haar meester. De op.perhoutvester
heeft gisteren heel den avond' verscbrikkelijk
donker gekeken. Och, die tiwee vliegen elkan-
der zoo gemakkelijk in het haar... om een
bagabel!
(Wordt vervolgd.)