»i bfmffw NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLADVOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
Distrihutiekring „Honlenisse".
No. 10.217
MAANDAG 19 MEI 1941
81Jaargang
Binnenland
Onrustig
Feuilleton
De man die lachte
De Leider van den Distrihutiekring
..Hontenisse" maakt bekend, dat wegens
Hemelvaartsdag op a.s. Donderdag 22
Mei 1941 alle diensten voor Donderdag
vastgesteld vervallen en deze diensten op
Woensdag 21 Mei 1941 zullen plaats
vinden volgens onderstaand rooster
AXEL van 9—12 uur voor den
dienst van Woensdag, en
M van 13' /2—17 uur voor den
dienst van Donderdag.
ZAAMSLAG van 9—12 uur voor den
dienst van Donderdag (in-
nemen opplakvellen) en
van 9—12 uur voor den
dienst van Woensdag (al~
gemeene zaken).
De Leider voornoemd,
J. A. M. STAAL.
TIl^rifiurvJLVi
NEUZENSCHE COURANT
4 3b» £,ivii a in -e n CO 1A Vnnr plkpn rpp"pl
ABOMNBMENTSPRIJSBiirnen Temeuzen 1,42 per 3 maanden Buiten Temeuzen
fr per post 1,73 per 3 maanden - Bij vooruitbetaling fr. per post /6,60 per jaar -
Voor Belgie en Amerika /2,20, overige landen 2,65 per 3 maanden fr. per post -
Abonnementen voor bet bultenland alleen bjj vooruitbetaling.
Uitgeefster: N.V. Firma P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 - TELEFOON No. 3073.
Hoofd-redacteur: N. J. Harte, Lange Kerkstraat 21.
ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels f 0,82% Voor elken regel meer 0,20%.
KLEINE ADVERTENTIEN: per 5 regels 52 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tanef, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. - Inzending van advertentien liefst 6en dag voor de mtgave.
DIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
TIES MILLIOEN LOTEN TEN BATE VAN
WINTERHULP.
De loterij van de Winterhulp Nederland is
Zaterdag over het geheele land begonnen.
1200 colporteurs en 2500 ioterij-agenten zijn
in actie gekomen am de zes millioen loten
van twee kiwartjes per stuk zoo snel mogelijk
van de hand te doen en men hoopt dit resul-
taat in enkele maanden te bereiken. Het pu-
bMek waagt nu eenmaal graag een kansje en
reeds Zaterdag kon men, volgens de Telegr.,
in de residentie constateeren, hoe van alle
kanten gegadigden naar de lotenverkoopers
liepen am voor een haljven gulden te trachten
een prijs te krijgen.
[De organisatie van deze loterij staat onder
leidlnig van den heer J. Meijer van het hoofd-
kantoor der Winterhulp in Den Haag. Het
geiheele land is in 45 distrdcfeen verdeeld, ieder
onder een hoofdagent. Er is een organisatie
voor den verkoop binnen Shuis en een voor
den verkoop buitenshuis. Voor de afdeeling
binnenshuis heeft men de medewerking ge-
kregen van 2500 ioterij-agenten en de collec-
teurs en collectrices der Staatsloterij.
Buitenshuis wordt de verkoop door col
porteurs geregeld, die in een soort uniform
zullen worden gestoken en voor hun werk een
behoorlijke belooning ontvangen. Zij zijn in
het hezit van een koffertje, dat zij om den
hals dragen en waarin de verzegelde doozen
met de 200 loten zitten. Tot en met de prij-
zen van 10 kunnen deze colporteurs de prij
zen direct uitbetalen. Bedragen daarboven
worden tegen inlevering van het stamiot door
het hoofdbureau van de Winterhulp, Hofweg
7 te Den Haag, uitibetaald.
Er zijn 6 millioen loten, 885.000 prijizen en
103 premies, tot een bedrag van f 1 millioen.
Er zijn dertiig prij'zen van 1000, 210 van
500, voorts prijzen van 100, 50, f 10, 5,
2„ 1 en 0,50. Bij het koopen van een lot
heeft men bevens nog de kans op een premie
waanvoor de trekking uiterlijk 1 December
geschiedt met als extra-prijzen een premie
van 5000, twee premies van f 500 en hon-
deTd premies van 100. Het is dus zaak de
loten goed te bewaren, al heeft men voor de
loterij een niet getrokken.
IDe colporteurs, die ieder hetzelf'de aantal
loten brj zich hettf)en, hebben in hun doos van
200 loten oak hetzelfde aantal prijzen en nie-
ten, alleen zijn de prijzen niet hetzelfde. De
menging der loten is door amfbtenaren van de
rijksrecherche gebeurd. Zooals reeds is ge-
meld, zijn de loten in speciale enveloppen ge-
sloten, die zoodanig zijn bedrukt, dat het uit-
gesloten is, dat men aan den buitenkant kan
zien wat er op het lot staat. Ieder lot geeft
naimelijk tevens aan of er een prijs op is ge-
vallen of een niet. In het laatste geval staat
er op ,,niets". Doeh het nummer kan later
nog recht geven op een premie.
Voor Nederland is deze loterij eeir nieuwig'-
heid en men heeft goede hoop, dat de laten
spoedig verkocht zullen zijn.
DE TEXTIELKAART.
Naar men van bevoegde zijde van het A. N.
P. mededeelt, zijn de geruchten, welke zich
thans hier en daar betreiffende de textiel-
kaar't voordoen, van iederen grand ontbloot.
De thans geldige textielkaart blijft van
kracht tot 1 Sept. a.s.
DE BESPREKINGEN INDIEJAPAN.
Op het oogenblik wordt,, volgens U. P., een
reeks besprekingen gevoerd tusschen de Ja
pansche en Ned.-Indische delegaties, die ge-
leid worden door Josjizawa, resp. Van Mbok
en door Etisjizawa, resp. Van Hoogstraten.
In sommige kringen gelooft men, dat de han-
delSbespreklimgen spoedig afgesloten zullen
worden. De tegenwoordige conferenties gaan
over het antwoord van Tokio op de Ned.-
Indisdhe tegenivoorstellen.
In goed ingelichte kringen is men van mee-
ning, dat men in Ned.-Indie in ieder geval op
zijn standpunt zal blijven staan en geen duim-
breed daarvan zal afiwijken. Dit zou tot ,,em-
stige gevolgen" kunnen leiden.
Uit Tokio meldt U. P. nog:
De Nisji Nisji beschuldigt de Britsche
regeering van een onmenschelijke poging om
de Japansche levensmiddelensituatie te be-
moeilijken, door de inlboorlingen van de eilan-
den in den Westelijken Stillen Oceaan aan te
raden geen copra meer aan Japan te verkoo-
pen. Japan heeft, volgens genoemd blad, ver-
dralgen met de inboorlingen afgesloten, vol
gens welke deze copra tegen 100 yen per ton
zullen leveren. De copra wordt in Japan ge-
bruikt voor de winning van olie, welke, bjj het
heerschende gehrek aan vet, in de Japansche
huishouding getoruikt wordt.
De Jomioeri Sjimboen stelt vast, dat de Ja
pansche han de lsbesp re k in gen momenteel op
een keerpunt zijn gekomen. Ned.-Indie gelooft
in de uiteindelijke overwinning van Engeland
en toont dlentengevolge bij de besprekingen
met Japan weinig oprechthedd. Het blad
meent, dat Batavia het voorbeel'd van Thai
land en Indo-Ohina moet volgen en Japan als
leidende natie in de Oost-Aziatische prosperi
te itssfeer zou moeten erkennen. Japan wenscht
van Ned.-Indie niets meer dan er handel mee
te drijven.
V R A OUT A L' TO'STRACTORS EN
AANHANGWAGENS.
Verplichte inschiij\ing voor 22 dezer.
De Secretaris-Generaal van het Departe-
ment van Waterstaat heeft de volgende be-
schikkinig gegeiven:
Artikei 1. Als vervoermiddelen, waarop dit
besluit ibetrekking heeft, worden aangewezen:
1. motorrijtuigen, opleggers en aanhang-
wagens, geheel of gedeeitelijk ingericht tot
vracht- of veevervoer;
2. motorrijtuigen, uitsluitend bestemd tot
het voortbewegen van opleggers of aanhang-
wagens (met uitzondering van land'bouiw-
tractoren
Artikei 2. Zij, die op 15 Mei 1941 houder
zijn van vervoermiddelen, waarop dit besluit
betrekking heeft, zijn verplicht deze v66r 22
Mei 1941 te doen insdhrijven in vanwege den
secretards-generaal van het departement van
waterstaat te houden registers, ongeacht of
de vervoermiddelen al dan niet voor onmid-
dellijk gelhruiik gereed zijn.
Artikei 3. Het doen inschrijrven geschiedt
door invulling en onderteekeninig van een in-
schrijwingsformulier 1941, dat kosteloos ver-
krijglbaar is bij de adstrilbutiediensten, en door
tijdige opzending van dat formulier aan den
secretaris-generaal van het verkeer, Konings-
kade 25 te 's-Gravenhage.
Artikei 4. 1. Overtreding van de voor-
schriften bij dit besluit gegeven, wordt ge-
straft met hechtenis van ten hoogste een jaar
of efin geldboete van ten hoogste f 10.900.
2. Met betrekking tot de voorsehriften van
dit besluit is voorts van overeenkomstige toe-
passing het bepaalde in de artikelen 3, 2e lid,
4, 5 en 6 van de Wet Gebruik Vervoermidde
len 1939.
3. Motorrijtuigen, ten aanzien waarvan de
overtreding is gepleegd, kunnen door den
secretaris-generaal van het departement van
waterstaat verbeurd worden verklaand.
Artikei 5. Dit besluit kan worden aange-
haald als inschrijvingslbeschikking I 1941.
In verband met bovenstaande wordt nog de
aandacht op het volgende gevestigd:
In verband met een bij het drukken onder-
vonden vertraging zullen alle formulieren,
welke Iblijkens het poststempel uiterlijk 24
Mei 1941 aan de post werden toevertrouwd,
als tijdig opgezonden worden aangemerkt.
De aandachit wordt er voorts op gevestigd,
dat de afwezigheid of onbruikbaarheid van
bepaalde onderdeelen, dps ook van foanden,
niet ontheft van de1 verplichting om het
motorrijtuig te doen inschrijven. Slechts
motorrijtuigen, die in zoodanigen staat van
onbruikibaarheid verkeeren, dat dientengevolge
herstelling of weder-in-'ge(bruikneming rede-
lijkerwijze uitgesloten is. komen op dien grond
niet voor inschrijiving in aanmerking.
Ook behooren niet voor inschrijving te wor
den aangegeven motorrijtuigen van hijzondere
inrichting, welke niet bruikfoaar zijn voor
vervoer van goederen of vee, zooals brand-
weerauto's, reini'gingsauto's, reparatie-, takel-
en kraanwagens en dergelrjke.
Personenauto's en autobussen blijven uiter-
aard eveneens buiten de inschrijving.
DE BEROEPSOPLEIDING VAN DEN
ADVOCAAT.
Naar het AdVocatenblad, het orgaan van de
Nederlandsche advocatenvereeniging mede
deelt, zullen voor de volgende jaarvergajdering
twee julisten worden uitgenoodigd een prae-
aidvies uit te brengen over de vraag: Welke
eischen moeten zoowel in het belang van de
rrtaatschapprj als in dat Van de halie worden
gesteld aan de opleidlng voor en de toelating
tot de advocatuur.
Tetvens is aan het bureau van de vereeni-
ging opgedragen een onderzoek in te stellen
naar de werking van het eemge jaren geleden
ingeivoerde patronaat voor jonge advocaten en
naar de werkzaamheid van de vereenigingen
van jonge advocaten, welke onder de naam
,,De Jonge Balie" in verscheidene arrondis-
sementen optreden.
DE VLEESCSHVOORZIENING.
Naar het Rijksbureau voor de Voedselvoor-
ziening meedeelt, kan worden verwacht, dat,
behoudens onvoorziene omstandigheden, het
mogelijk zal zijn, in den loop van dezen zomer
tot een verruiming van het vleeschrantsoen
over te gaan
Zooals reeds is meegedeeld, is een zekere
vermindering van den veestapel met het oog
op de voederpositie noodzakelijk en bedraagt
het percentage, waarmee de veestape' extra
moet worden gekort, twintig. Het vleesch,
dat hierdoor beschikhaar kornt, zal vermoe-
delijk niet slechts tot de vorming van een
reserve voor den winter 19411942, maar
ook, in den loop van dezen zomer, tot een
vergrooting van het vleeschrantsoen in staat
stellen.
Deze vergrooting kan worden gevonden in
een verkorting van den geldigheiclsduur van
den vleeschbon. Gelijk men weet, is de duur
van dezen bon thans van zestien tot acht
dagen verkort, doch krijgt men over die acht
dagen dan ook maar de helft van het rant-
soen, zoodat de totale hoeveelheid vleesch,
die men in zestien dagen ikan krijgen, onge-
wijzigd blijft. De reden voor dezen tecbni-
schen maatregel is, dat het ondoenlijk was
gebleken, iederen slager een voorraad voor
zestien dagen ineens te leveren. De vee-
markten worden wekelijks gehouden, zoodat
de aanvoerperiode een week bedraagt. Aan-
voer- en afvoerperiode dekten elkaar dus niet.
Nu hierin, door middel van een halveering
van de afvoerperiode, verbetering is ge-
bracht, hoopt men, te kunnen zorgen, dat de
slagers genoeg vleesch zullen hebben am de
bons te honoreeren.
Intusschen is, voor de vleeschvoorziening in
de allernaaste toekomst, de weersgesteldheid
een tegenvaller. De hoop, dat de koeien in
dezen tijd genoeg voeder in het weiland zou-
den hehhen, om voldoende in gewicht toe te
nemen, is tot nu toe niet verwezenlijkt. Is
men echter den tegenwoordigen, moeilijken
tijd door, dan kan de verwachting, dat een
verruiming van het vleeschrantsoen in den
loop van den zomer mogelijk zal zijn, gewet-
tigd worden geacht.
Aan het bovenstaande moge worden ver-
bonden een krachtige opwekking tot alle
landgenooten van goeden wil am zich te ont-
houden van bevordering van frauduleuze
slachtingen. Ziji, die van deze slachtingen op
eenigerlei wrjze profijt trekken, toonen een
bedenkelijk gemis aan sociaal besef. Dit
geldt niet alleen voor veehouders, die frau
duleuze slachtingen verrichten, maar ook voor
handelaren en slagers, die menschen in de
verleiding brengen, zich vleesch van fraudu
leuze slachtingen afkomstig, aan te schaffen
en voor de consumeraten, die van de hun ge-
boden gelegenheid gebruik maken. Fraudu
leuze slachtingen belemmeren een rechtvaar-
dige verdeeling van de beschikbare hoeveel-
heid vleesch, welke gelijkelijk aan alle land
genooten ten goede behoort te komen.
De menschen, welker moreele besef niet
krachtig genoeg schijnt te zijn om hen ervan
te weerhouden, van frauduleuze slachtingen
te profiteeren, moeten, althans in hun eigen
belang, bedenken, dat vleesch, van fraudu
leuze slachtingen afkomstig, in vele gevallen
ernstig gevaar voor de gezondheid oplevert
Immers. brj de slachtingen zoowel als brj de
bewaring van het vleesch onthreekt elke
waarborg voor een juiste behandeling in het
belang van de hygiene. Met behulp van enkele
voofbeelden van gevallen, die zich hebben
voorgedaan, kan dit worden duidelijk ge-
m£iakt
Een geneesheer bleek in zijn kelder e»n
frauduleus geslacht schaap te bewaren, dat
hij voor vijf en veertig gulden had gekochl,
maar dat ziek was geweest en zijn uatuurlij-
ken dood was gestorven. De eigenaar van
het schaap had het cadaver voor vijf gulden
verkocht. De geneesheer, die uiteraard do ge-
varen van dergelijk vleesch zeer goed kende
was ontzet, toen hij vemam, hoe de zaak
zich had toegedragen.
In de omgeving van Schalkwijk troffen de
controleurs een fraudeerend slachter aan, die
varkens eerst op de boerderij doodde en dan
per kruiwagen vervoerde naar het station,
waar zij in een, niet meer in gebruik zijnde,
retirade werden afgeslacht.
In verscheidene gevallen constateerden
controleurs, dat vleesch, van frauduleuze
slachtingen afkomstig, in slaapgelegenheden
was verborgen.
In dit verband wordt uit een proces-verbaal
het volgende geciteerd: ..Nadat wij de geheele
woning van verdachte B. hadden doorzocht,
met uitzondering van de plaats, waar het bed
van de echtelieden stond en geen resultaat
hadden bereikt, verzochten wij B. zijn echt-
genoote, die op het bed lag, te doen opstaan.
Na eenige minuten verliet de echtgenoote van
B. het bed en zei B.: Komt maar binnen,
heeren, de kogel is nu toch door de kerk, hier
is het varken, daarbij doelende op een zak,
inhoudend vleesch, afkomstig van twee frau
duleus geslachte varkens, naast de vrouw
onder de dekens verstopt."
In een ander geval vond men aan stangen,
brengen zelfbeheerschinq en rust.Buisje75ct
in een bedstede aangebracht, hammen en
stukken spek hangende.
Degio zijn de gevallen, waasin wordt ge
slacht in varkenshokken, waar de uitwerpse-
len van de dieren overal rond liggen.
Velen, die vleesch, van frauduleuze slach
tingen afkomstig, in huis hehhen, verbergen
het op de meest onhygienische plaatsen, wan-
neer zij controleurs zien aankomen. Zoo heeft
men eens een half schaap in een W.G. aan-
getroffen; een ham op een vliering onder
oude stoflappen verborgen; en, in een kist
achter een kippenhok, onder hout verborgen,
vleesch van drie of vier varkens.
En voor vleesch, op een dergelijke manier
behandeld, betaalt men in niet zoo weinig ge
vallen fantastisch hooge prijzen!
Bij hen, die op onwettige wijze vleesch heb
ben gekocht, zullen bij ontdekking van dit
fe'it niet alleen het desbetreffende vleesch.
maar ook andere gehamsterde voorraden wor
den weggehaald.
SOOIALE EN II,SCALE PERSPECTIEVEN
Rede van dr. Fischbbck voor
den Nederlandsch Sociaal-
Oeconomischen Kring.
Zooals reeds met een enkel woord is mede-
gedeeld, is dezer dagen te 's Gravenhage een
hijeenkomst gehouden van den Nederland-
schen Sociaal Oeconomischen Kring, waarin
commdssaris-generaal minister dr. H. Fisch-
bock het woord heeft gevoerd. Aanwezig
waren o.m. genoodigden uit het oeconomische
leven, leden van het organisatie-comite-Wol-
tersom en van den raad van volkshuishoudlng
van' de N.S.B.
Omtrent het gesprokene op deze vergade-
ring kan het volgende worden medegedeela.
De voorzitter, prof. J. van Loon, opende
de bijeenkomst en zeide, dat deze gezien moet
worden als een gevolg van het besluit van
den Nederlandschen Sociaal-Oeconomischen
Kring, die enkele maanden geleden door ver-
tegenwoordigers van het Nederlandsche be-
drijfsleven is opgericht, om zich meer naa-
buiten te gaan hewegen.
De kring is bedoeld als werkgemeenschap
meer op practisch dan op theoretisch terrein.
Binnenkort zal men van nadere plannen hoo-
ren. De herorienteering van Nederland op
sociaal-oeconomisch gefoied binnen het kader
van het nieuwe Europa, waarin de „as" aan-
spraak mag maken op de leiding, is een drin-
gende eisch voor het Nederlandsche volk. Het
is dus zaak, dat zooveel mogelijk mannen uit
het bedrijfsleven zich aaneen sluiten om aan
een nieuwe toekomst van ons vaderland te
bouwen.
Kraeihtdadige bestrijtling van den
sluikhamdel noodzakelijk.
De commissaris-generaal, minister Fisch-
hock, die hiema aan het woord kwam, begon
met eenige opmerkingen over het hamsteren.
Hoewel er veel gehamsterd wordt, gaat het
om betrekkelijk kleine hoeveelheden. Maar
veel schadelijiker dan de materieele zijde is
de moreele kant van dit hamsteren. Met
dezetn moreelen kant heeft spr. te maken
wanneer hij te Berlijn de belangen van
Nederland bepleit.
Wanneer immers blijkt, dat men in Neder
land zich niet strikt houdt aan de bepalingen.
welke de distributieregeling aan de bevolking
oplegt, brengt dit gevaar met zich mede, dat
men Nederland op het peil van andere bezette
gehiedien zou willen omlaagdrukken, of dat
men minder geneigd zou zijn bij overbrug-
ging van moeilijkheden te helpen, zooals zich
nu b.v. hij de aardappelen hebben voorgedaan.
Het is ook opgevallen, dat de rechter in het
verleden veel te lage straffen op overtreders
Door
GERARD FAIRLIE.
Uit het Engelsoh door
Jhr. R. H. G. NAHUYS.
54) (iSlot.)
Mijn tong scheeti verlamd. Vic was half
uit zijn stoel gesprongen, maar teruggezon-
ken, door de revolver van den Octopus Ibe-
dreigd.
Ik geloof dat ik toen, ads ik het den geheelen
tijd niet gedacht had, mij veribeeldde dat de
Octopus krankzinnig was. Het schuiim stond
hem lioht op den mond, zijn oogen bllksem-
den en zijn neusgaten waren opengesperd, als
haalde hij met moeite adeim.
Hij bood een schouwspel aan dat mij tot in
mijn stervensuur zal bijbdijven. Ik drukte het
aangezicht van Jean tegen mijn schouder, op-
dat zij het niet zien zou.
(Het draaien van den vloer maakte mjj dui-
aelig. Reeds helde hij met een scherpen hoek;
reeds was er een groote gai>ing ontstaan aan
de andere zijde tusschen den muur en het ein-
de Van dezen draaienden vloer. Ik ikon het
van doodsangst uitgeschreeuwd hebben, of he
wer, niet zoozeer van angst, als van bittere
teleurstelling. Aldus ten onder te moeten
gaan, met het doel bijna voor oogen, was
bijna m66r dan ik verdragen kon. Maar ik
had niet lanlger dan een paar seconden den
tijd mij aan zulke gedachten te wijden; de
hoek werd scherper en scherper, wij rezen
snel naar de zoldering en ik moest mij tot
steun aan den divan vastklampen. Tegelijker-
tijd geraakte een stoel aan het schuiven, hij
rolde naar den laagsten kant, om plotseldng
te verdwijnen. Een oogenblik later bereikte
het geluld van versplinterend hout onze ooren.
De Octopus lachte; nu viel er niet langer
aan te twijfelen, want die lach klonk duidelijk
verschillend van alle andere die ik gehoord
had. Het was de lach van een krankzinnige.
Toen gelbeurde heft, dat Vic handelde. Eens-
klaps, zoo onvenwacht mogelijk, hield hij zijn
rechterhand naar den Octopus uitgestrekt,
den steel van zijn pijp op hem gericht.
De Octopus vuurde. Een bloedroode streep
vertoonde zich op den rechterpols van Vic.
En tegelijkertijd vuurde hij met zijn linker-
hand.
Een oogenblik waggelde de onmensch, dien
we als de Octopus gekend hadden, op zijn
beenen. Toen liet zijn hand de revolver los
en greep met klauwende vingers naar zijn
borst. Terwijl hij deze beweging maakte, viel
hij ruggelings op den vloer.
Vic was in een oogwenik op de been en ter
wijl zijn onbrudkbare rechterhand, van bloed
druipende, slap langs zijn zijde hing, strekte
hij de linker naar den heflboom uit. Hij
vatte hem aan en drukte hem omhoog.
Het draaien van den vloer hield op. Maar
de hoek was scherp; als onder betoovering,
niet bjj madhte een vin'ger uit te steken om
het te voorkomen, zag ik het lichaam van den
Octopus lager glijden. Toen on'tstond er een
sdhouiwspel, dat ik, hoe ik er ook mijn best
toe mocM doen, nooSt zal vergeten. De man
was niet dood; het schot van Vic had bljjk-
baar niet geheel doel igetroffen, want de Oc
topus lachte. Dat lichaam, den rand van den
duivelschen vloer, door hemzelf uitgedacht,
naderende, stiet dat gelaoh uit, dat ilk had
leeren vreezen en haten; dien afschuwelijken,
moorididadigen lach, nog dreigend, nog onheil-
spellend.
Jean gaf een gil.
Het lichaam bereikte den rand, scheen een
oogenblik voor onze verschrikte oogen te
weifelen en plofte toen uft ons gezicht, de
diepte in.
In volmaakte stilte wachtten wij. Een tijd,
die niet langer dan een seconde geduurd kon
helbben, verliep, maar het scheen een eeuw.
Toen bereikte een doffobans onze ooren.
Langzaam, als kostte het hem moeite,
drukte Vic den hefiboom omlaag.
Het platform, dat wij voor een vloer ge
houden hadden, b#gon in tegenovergestelde
richting te wentelen, en keerde in zijn nor-
malen stand terug.
HOOFDSTUK XXI.
„Wel, ouwe getrouwde man, mijn voorrecht,
zou ik zeggen!"
Vic nam de niet weerstreivende handen van
Jean, die nu in den waren zin de mijne was,
trok haar tot zich, en kuste haar zaoht.
Dit voorrecht kwam hem toe, want hij was
mijn foruidsjowker. Iedereen klapte in de
handen.
De receptie was judst afgeloopen. Wij waren
dien morgen gefouwd in een kerk, niet ver
van Westminster en nu waren wij op het punt
voor de laatste maal te scheiden en onze
voobbereidingen te treffen om voor de witte-
broodsweken op reis te gaan. Wij hadden
dezen dag, den grootste van mijn leven, eeni-
gen tijd moeten uitstellen wegens den pols
van Vic, maar het was gelukkig dat de kogel
van d'en Octopus geen beentjes verbrijzeld
had en dank zij Vic's ijzersterk gestel, was
hij weldra genezen.
Jean zag er stralend uit, een lichte bios op
de wangen. en zij wuifde mij met de hand toe,
toen zij naar boven ging om zich te ver-
klceden. Door Vic gevolgd, begaf ik mij
naar de kamer, die voor mij bestemd was.
Ik begon met dat afschuiwelijke costuum
uit te trekken, dat een man verplicht is bij
gelegenheden als deze te dragen en kleedde
mij in plaats daarvan in een spiksplintemieuw
pak, opzettelij'k voor de reis naar Parijs ge
kocht en die naar den zeivenden hemel!
„Hoe voel je je nu, ouwe knul?"
,,Vic!" zei ik ernstig. „Zoek ook de vrouw.
Trouw haar. Dan zul je voor het eerst weten
wat het ware geluk is!"
,,Dat kan ilk niet", zei Vic. ,,jij hebt haar
v66r mij gevonden."
IHetgeen, als ik er nu nog over nadenk, een
zeer fraai compliment was.
Wij zwegen een oogenblik; onze gedachten
waren naar ons binnenste gericht, betroffen
alles wat er gedurende die afgrijselijke maand
voorgevallen was en nu scheen dit zo6 fan
tastisch, zoo ongelooflijk, dat het, mij tenmm-
ste, niets anders toescheen dan een booze
droom.
Eensklaps veribrak Vic het stilzwijgen.
„lDien laatsten nacht waren wij gelukkig
en ongeiukkig. Gelukkig, dat we er heelhuids
afkwamen; ongeiukkig, omdat Bailey zoo
danig door angst bevangen was dat hij niet
durfde te spreken. Anders had hij ons natuur-
lijk kunnen vertellen van die geheime gang
die in het huis in Hampstead uitkwam en door treeplanlk en zei: Tot ziens, beste menschen.
„Ik zal het nooit vergeten."
,,En ik", antwoordde Vic bedaard, „even-
min".
Er werd op de deur geklopt. Een kellner
verscheen met een flesch champagne en twee
glazen op een blad, dat hij op de tafel neer-
zette.
Ik vulde de glazen,, hief mijn glas omhoog
en stelde den volgenden drohk in: „Je ge
zondheid, Vic! Jean en ik zijn je ons geluk
verschuldigd, want had je dat gevaar niet op
je genomen en den ander met dat seiiieten
met je linkerhand niet verschalkt, dan waren
wij alien met den Octopus naar den kelder
gegaan, zooals zijn voornemen was."
Vic glimlaohte. „Die pijp," zei hij, „die ik
met mijn rechterhand inderdaad beter han-
teeren kan dan een reivolver, zal ik met zil-
ver laten monteeren en dan krijg je haar als
huwelijksgeschenk. Daar ga je, ouwe knaap."
Hij ledtiigde zijn glas tot op den bodem.
Op dringend verzoek van Jean, vergezelde
Vic ons tot Victoria, waar we den boottrein
zouden netmen. Hij (bleef bjj ons tot de tredn
het station uitreed. Toen sprong hij op de
welke de Octopus en zijn bende binnenge-
komen zijn. Zij werd later door Williams ont-
dekt."
Hij zweeg, om te hervatten: „Jack, ouwe
jongen; er was toch iets aan dien Octopus,
dat ik bewonderde."
,,Zijn vemuft vroeg' ik, met mijn over-
hemd hezig.
„Niet alleen dat. Zijn zin voor humor ook.
Deze was scherp, zoo scherp als een naald.
Maar hij stierf dapper, verrvloekt dapper!
Zouden jij of ik gelachen hebben, als we,
zwaar gewond, van een hellend vlak afrol-
den, wetende, een onvermijdelijken dood tege-
moet te gaan?"
,,Neen."
„Welnu, zooals je evengoed weet als ik, hij
wel."
Denk aan mijn onfeilbaar middel tegen zee-
ziekte in het Kanaal. Is de zee kalm, dan
zal de bar in al je behoeften voorzien. Is de
ziee ruiw, grijp dan de verschansing. Beide
manieren zullen je verlichting schenken."
Laohend, deed ik alsof ik hem wilde stom-
pen. Hij sprong van de treeplank op het per
ron; een breede glimlach ontnam het stroeve
aan zijn gezicht.
Onze armen aan elkaar gehaakt, hingen
wij uit het portierraaanpje, trots de voor
sehriften van de spoorwegmaatschappij, en
Jean wuifde met haar zakdoek tot hij uit het
gezicht was.
Toen, eindelijk alleen en tot rust gekomen,
zagen wij elkander aan.
EiENDfE.