ti rfmffw NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD -VOOR ZEEUWSCHtVLAANDEREN No, 10.214 MAANDAG 12 MEI 1941 81® Jaargang Distributie. Binnenland Feuilleton De man die lachte Nare dagen"? Nee'nAKKERTJE tnlevering Wehrmachtsmarken door Detaillisten. De Burgemeester maakt bekend, dat de inlevering van Wehrmachtsmarken ten distributiekantore in het vervolg slechts zal kunnen geschieden Dinsdagsvoor- middags van 8 u. 30—12 u. Terneuzen, 12 Mei 1941. De Burgemeester voornoemd, P. TELLEGEN. HERDENKING. HULP AAN SLACHTOFFERS VAN BOMINSLAGEN TE 'S-GRAVENHAGE. NEUZENSCHE CO U RANT A A. -w-r a. - i- j -f f\ Oil/ TZnnr all/on vocol 1 ABONNBMENTSPRIJSBiirnen Teraeuzen 1,42 per 3 maanden Buiten Temeuzen fr. per post 1,73 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 6,60 per jaar Voor Belgie en Amerika /2,20, overige landen /2,65 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Uitgeefster: N.V. Firma P. J. VAN DE 8ANDE GIRO 38150 TELEFOON No. 2073. Hoofd-redacteurN. J. Harte, Lange Kerkstraat 21. ADVERTENTIENVan 1 tot 4 regels 0,82% Voor elken regel meer 0,20%. KLEINE ADVERTENTIEN: per 5 regels 52 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de mtgave. DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. De tiende Mei. Zaterdag was het de tiende Mei. Datum, die schrrjft de H. Crt. in lengte van dagen oravergetelijk zal zijn. Want op dien datum, nu een jaar geleden, kwamen wij Nederlanders in de vroege och- tenduren tot de ontstellende ontdekking, dat one land was meegevoerd in den wilden maal- stroom van den grooten ooriog. Voor one in Nederland is die ooriog kort geweest. Den 14en Mei volgde de capitulatie en sindsdden leven wij in bezet gebied. Wij zullen niet uitweiden over de ingrijpende ge- beurtenissen in deze aware dagen van 1015 Mei en in het tijdperk van straks een jaar, hetwelk daarop is gevolgd. Dit alles ligt nog z66 kort achter ons en heaft z66 diepen in- druk gemaakt, dat wij het ook niet in de her- innering behoeVen terug te roepen. Ieder van ons zal er in deize emstige dagen van vervuld zijn en, op even waardige als innige wijze, deze voor het huidige lot van ons land beslis- sende periode herdehken, in den geest en in het hart. Wat echter op deze plaats op den lOen Mei niet mag ontbreken, dat is een eerbiedige en dankbare herdenking van hen, die in den strijd met de wapenen (bij de verdediging van ons land het leven hetoben gelaten en daarmede het hoogste offer hdblben gebracht. Wij zullen deize dooden nimmer vergeten, nvaar vooral in deze dagen van herdenking is het een behoefte der ziel, hen te eeren naar hiun groote vefdienste voor ons alien. Er is in onize harten rouw am hen. En ook diepe deernis met degenen, aan wie zij zoo plotse- ling zijn ontvallen, de vaders en moeders, de vrouiwen en kinderen en wie verder in liefde of vriendschap hen nu betreuren. Aan Duitsche zijde heeft de strijd in ons land eveneens slachtoffers geeischt. Ook deze mannen streden trouw en dapper voor de zaak van hun land. Van velen van hen is het stoffelijk overschot in Nederlandschen grond geborgen. Ook oim hen treuren in hum vaderland venwanten en vrienden. Gedn recht- geaard Nederlander, die niet de smart van dezen kan medegevoelen en niet ook den ge- valien tegenstander ult onzen ooriog zal wil- len eeren. (Het is daarbij niet meer dan natuurljjk, dat de drang van ons hart het eerst en het eterkst uitgaat naar de slachtoffers uit ons eigen volk. Onze soldaten hebben in de tragi- sdhe oorlogsdagen dapper gevochten voor de zaak van dit volk; dit is onmiddellijk en later bij herhaling erkend ook van Duitsche zijde, eelf.s door de hoogste autoriteit. Nederland mag trotseh zijn op deze houding van zijn eonen, een troost voor hen, die dierbaren in den strijd hebiben verloren. Verwanten en vrienden zullen in deze ber- denkingsdagen bloemen brengen naar de gra ven van de gesneuvelden. De eerbied van hun landgenooten zal hen op dien zwaren gang vergezellen. Doch deze herdenkingsdagen zijn niet dagen van rouw alleen. Zij doen ook met verdub- belde kracht de vraag rijzen: waarv66r deze offers En dan rioht het oog zioh naar de toe- komst, hoezeer deze ook nog in nevelen is gehuld. Dan leeft hooger nog op het verlan gen naar den wedenkeer van den vrede om ons heen, naar uit de heftige beroering van de oude wereld gelboren natuurlijke en vrucht- bare verbouddngen tusschen vrije volken, die erop aangewezen zijn, iit vreedzame samen- werking de welvaart en het geluk der men- schen to bevorderen, het verlangen naar een eendrafffitig, kradhtig en gelukkig Neder land op een eenvolle en nuttige plaats in die vemieuwde wereld. De toekomst van ons land zal het antwoord moeten zijn op d6 hierboven gesteld vraag: waarvodr Afgezien van andere hulp heeft de Rrjks- commissaris een bedrag bescbikbaar gesteld voor hen, die schade hebben geleden door de bominslagen in Den Haag aan het Westeinde op 3 Maart 1941. Zaterdag heeft de gemach tigde voor Zuid-Holland van den Rij'kscom- missaris, in tegenwoordigheid van den waar- nemenden burgemeester, met een hartelijke toespraak dit bedrag ten stadhuize aan be- langhebbenden uitgereikt. ORDELINTEN. Naar aan het A.N/P. op informatie van bevoegde zijde wordt medegedeeld, bestaat er op dit moment en zoolang geen andersluiden- de maatregelen getroffen worden, geen reden om het dragen van de gebruikelrjke linten van Nederlandsche ordeteekenen voor niet- geoorloofd te houden. HULDE AAN GEVALLENEN. Aan de nabestaanden der van 1015 Mei 1940 op het veld van eer gevallen militairen van het voormalige le depdt infanterie (depotbataljons grenadiers en jagers en het 4e depotbataljonen aan alien, die daarbij gediend hebben, wordt meegedeeld, dat de oud-depotcommandant, res. luitenant-kolonel J. Moorman, vergezeld van den oud-luitenant- adjudant P. G. Palmen en den adjudant- onderofficier H. G. Susan, op 10 Mei een krans heeft neergelegd in het kamp Waalsdorp bij Den Haag, als eerbiedige hulde aan de geval len kameraden van het le depdt infanterie. TE VERWACHTEN BELASTINGEN. Mr. dr. H. G. von Brucken Fock doet in een artikel in „Het Nationale Dagblad" me- dedeeling van een aantal belastingen, die ons te wachten staan. De hoofdzaken van zijn be- schouwing laten we bier volgen: Van Duitsche officieele zijde is in den laat- sten tijd reeds meerdere malen er op gezin- speeld, dat de Nederlandsche bevolking en het Nederlandsche bedrijfsleven met een ver- dere verzwaring van den belastingdruk reke- ning moeten houden. De Nederlandsche schat- kist staat voor belangrijk gestegen Staats- uitgaven, doordien naast de ,,loopende" uit- gaVen, die ons Staatsbestuur, op de leest waarop het nu eenmaal geschoeid is, mede- brengt, nog tal van tijdelijke extra-uitgaven bewerkstelligd moeten worden. Z\j betreffen bijv. de bezettingskosten, de kosten der distributie, de belangrijke uitbrei- dicig van ons bestuursapparaat enz. enz. Aian deze enorme uitgaiven kan slechts het hoofd gefboden worden door de belasting schroef verder aan te draaien. Op het gebied der ap bet bedrijf drukkende belastingen staat ons daarom nog het een en ander te wachten, en wel in de eerste plaats ten aanzien van de winstbelasting. De verhooging. Door GERARD FAIRLIE. Uit het Engelsch door Jhr. R. H. G. NAHUYS. 51) Vervolg. Ik voegde mij bij de anderen en ontdekte dat de voorraad sandwiches schromelijk ge- skmken was. In weerwil van de blij'kbare noodzakelijkheid om -voort te maken, drong Vic er evenwel op aan ze verder te nuttigem, want, zei liij, en ongetwijfeld geheel overeen- komstig de waarheid, niemand van ons mocht hopen datgene te kunnen doorstaan wat ons vermoedelijk te wachten stond, als hij zich niet eerst voldoende gesterkt had. Allen, zon- der uitzondering, verkeerden in een toestand van zenuwachtigheid en ongedurigheid, maar tocti, een uitzondering was er de koelste van alle menschen, Victor Caryll zelf. Wat mij hetreft, ik hunkerde er naar te vertrek- ken, want ik vreesde dat de Octopus eerder met de Bank gereed zou zijn dan wij ver- wachtten en in het huis in Hampstead terug- gekeerd, voor wij onize plaatsen hadden kun nen innemen. Met die geheimzinnige eigenschappen van den geboren leider, waarmee Vic, zooals ik reeds eerder geizegd had, in zulk een hooge mate begaafd was, wist hij ons evenwel ieder denkbeeld uit het hoofd te zetten, dat wij niet goed handelden, af trjd verspilden, zon- der het in zoaveel woorde.n te zeggen, maar Mocht het gerucht waarheid bevatten, dat men het percentage der verlaagde belasting voor lichamen, die minder dan 8 pet. van het gestorte kapitaal uitkeeren, slechts van 25 pet. tot 30 pet. zou willen verhoogen, en dus een verschil met de vol belastingplichtige lichamen zou willen scheppen van 10 pet. tegen 5 pet. vroeger, dan zou dit ons ten zeer- ste teleurstellen. Immers, in die differentiatie moet men een parallel zien met de Duitsche bepalinig, die een verminderd belastingtarief (30 pet. inplaats van 40 pet.) voorschrijft voor lichamen wier belastbare vvinst minder dan 10.000 R.M. bedraagt. Nu is het duidelijk, dat een winst vein minder dan 8 pet. van het gestorte kapitaal nog volstrekt geen aanwij- zing geeft, dat men met een vennootsohap te doen heeft, die absoluut gezien, slechts een matige winst heeft gemaakt. En dat toch moet de grondgedachte zijn. Wij zouden daarom liever zien, dat indien men per se wilde vasthouden aan de grens van 8 pet. van het gestorte kapitaal men althans als bweede (niet altematieve!) voor- waarde stelt, dat de belastbare winst beneden de 75.000 moet blijven, am voor het vermin- derde percentage in aanmerking te komen. En dan zien wij bovendien niet in, waarom men het lagere percentage slechts van 25 pet. tot 30 pet. zou willen verhoogen, doch het hoogere van 30 pet. tot 40 pet. in het eene geval een verhooging met 1/5, in het andere met Waar ligt daarvoor de ratio? Indien dus eerlang de winstbelasting nog eens ap de helling komt, dan zal de vraag mede overwogen moeten worden, of niet tevens een „super-di'vi<3end-belasting" in de winstbelasting zal moeten worden ingebouwd, djw.z. een verhoogde winstbelasting voor ven- nootschappen e.d., die meer'dan een bepaald percentage (6 of 7 pet.) Van him „werkend" kapitaal uitdeelen. Vermogens-hef f ing. Dat de naamlooze vennootschappen en soortgelijke lichamen eerlang, evenals in Duitschlawd, aan een vermogensheffing zou den worden onderworpen, was te verwachten. Bij die algemeene vermogensheffing zal dan ongetwijfeld ook de doode hand worden be- trokken, daar er o.i. geenerlei aanleiding be- stend, de verleden afgeloopen doode- handbelasting niet bij afzonderlijk wetsont- werp of verordening te verlengen. De belastingaftrek bij de bron (vermoede- lgk 15 pet.) van de kapitaalinkomsten (in den vorm eener kapitaalopbrengstbelasting) welke aftrek een der nieuwe beginselen van de inkoanstenbelastin'g zal vormen zal de heffing van winst- of inkomstenbelasting in het bijzonder bij de doode hand, ten eerste vergemakkelijken. Die aftrek brj de bron vormt dan een tegen- hanger van de loonlbelasting, die ook een vorm van aftrek van inkomstenbelasting bij de bron beteekent. De genieters van loon- en/of kapi- taal-inkomsten van in totaal, vermoedelijk 4000 en meer, zullen dan in de inkomsten belasting afzonderlijk worden aangeslagen en onder compensatie van de reeds bij de bron (loon en/of kapitaal) geheven belasting, aan het tot hooger belastingpercentages dan bij de loonlbelasting, voerende tarief dezer laatste belasting worden onderworpen. Reserve's van N.V.'s. Ten slotte zal de belastingwetgever onge twijfeld het oog werpen op in de N.V.'s e.d. aanwezige, nog nimmer belaste reserves, wier totaalbedrag wel op rond f 2.500 millioen is te schatten. Wij gevoelen er veel voor, indien de her- kapitaliseering in verband met een super- dtvidend-ibelasting en het betrekken der N.V.'s e.d. in de vermogensbelasting aan de orde komt, daarmede eenerzijds een ..nachtrag- liche" belasting der onlbelaste, in kapitaal her- scbapen reserves te veiibinden anderzijds ech ter vergaande belastlngfaciliteiten te verlee- eenvoudig door doodgewoon te handelen en te spreken, en ons dat gevoel van vertrouwen in te prenten, dat altijd aanwezig was in hen, die onder hem werkten. 'Hoe hij het bij het rechte einde had door er op aan te dringen, dat wij ons eerst behoorljjk verkwikten, werd door de latere gebeurtenissen In dien gebeurtenis- vollen naoht beweizen, maar ik geloof, dat er bovendien bij hem nog een andere reden voor bestond. Het is merkwaardig, hoe voedsel een mensch, zoowel lichamelijk als geestelijk sterkt. Vic wist dat wij een climax bereiken zouden, dat van dezen nactit wellioht het welslagen of het mislukken van zijn taak af- hing. En het stond bij hem vast, dat zij niet mislukken zou door gebrek aan voorzorgen, of door vergissingen aan zijn zijde. Deze vectraging heeft vermoedelijk niet zoo lang geduurd als ons toescheen. Eindelijk kwam er een einde aan en aangezien de auto, door Williams besteld, voorgereden was, be- hoefden we niet langer te wachten. Onder het instappeci ging mijn hart een oogemblik medelijdend uit naar Smith. De arme kerel had in het geheele drama een zeer onbedui- dende rol vervuld en nu wij uittrokken op hetgeen naar alien schijn het slotavontuur beloofde te worden. was hem opnieuw het lot ten deel gevallen niet van de partij te kun nen zjjn. Maar ik verspilde niet lang tijd aan dergelijke gedachten; er waren andere, van veel grooter belang, die mij bezig hielden en Smith scheen nu eenmaal te moeten wan- bofifen. Jean, natuurlijk, in de eerste plaats. Ik haafcte het denkbeeld dat zij allweer in de zaak met den Octopus betrokken zou worden, dat zij opnieuw aan gevaren zou blootstaan. Maar het viel niet te ontkennen, dat Vic gelijk •had en dat haar aaniwezigheid nauw met ons welslagen vedband hield. En vreemd genoeg, begon ik op dat welslagen tamelijk vast te vertrouiwen. Dit kwam, omdat ik Vic van zoo nabij bestond; maar ik betrapte mij een nen voor de omizetting van N.V.'s in persoon- lijke ondememingen, waarbij dus de N.V. wordt geliquideerd en de liquidatiewinst wordt uitgekeerd. Bovendien zullen wij spoedig een tantieme- belasting mogen verwachten. De tantiemes, althans van eommissarissen, vormen wel bij uitstek een „ar(beidsloos" inkomen. Terecht zijn die dan ook reeds sedert tal van jaren (wt) meenen sedert 1927) in Duitschland aan een bijzondere belasting onderworpen. Vermoe- delvjk zal het percentage hier hetzelfde be- dragen als ginds, n.l. 20 pet. Geen afwenteling. Bedraagt bijv. volgens de statuten het tan tieme voor een commissaris f 1000 en neemt de vennootsohap de 20 pet. belasting daarop voor haar rekening, dan beteekent dit feite- lij'k, dat de commissaris een tantieme geniet van 1250 waarvan 20 pet. belasting afgaat en dus flOOO overblijft. Het heffingspercentage zal bij overname der belasting door de ven- nootschap dus tot 25 pet. moeten worden ver- hoogd. Wij achten het echter noodzakelijk, dat de hier bedoelde practijk uitdrukkelrjk door de statuten wordt voorgeschreven en niet op den rug der aandeelhouders de tan- tifemebelasting aan de tantiemisten ten ge- schenke wordt gegeVen, met het gevolg nog wel, dat de aandeelhouders dan extra moeten bloeden. De hier aangeduide practijk is nog een van de uitwassen van het kapitalistisme in zijn minst draaglbaren vorm. RECLAME MAKEN JUIST NU! Er is al eens meer op gewezen, dat het juist nu de tijd is om reclame te maken, om er vooral voor te zorgen, dat de menschen den naam van Uiw zaak niet vergeten, want dat gaat zoo gemakikelrjk. Reclame moet men maken, niet voor goe- deren die aan de distributie onderhvig zijn, maar iedere zaak heeft ook nog goederen, die buiten de distrdbutie vallen. Daarvoor moet dan een flinke reclame-campagne op touw worden geizet, niet alleen moeten die dtalages de voorbijgangers nopen even stil te staan om het artikel in zioh op te nemen, niet alleen is het voldoende om strooibiljetten in de bussen te laten stoppen of verkoopbrieven rond te zenden, ook de advertentiekolommen moeten worden voorzien van een uitnoodiging am het vrije" artikel in Uw zaak te komen koopen en zet U er dan vooral den naam van Uw zaak bij, z6d, dat deze in de hersenen van het koopend publiek wordt gehamerd. Straks als de moeilijkheden voorbij zrjn, en wij weer aan den opbouiw van het zakenleven kunnen gaan denken, moeten de menschen automa- tisch Uiw naam noemen, dan heeft de ge- voerde reclame nut gehad en brengt het ad- vertentiegeld zijn rente dubbel en dwars op. 10—15 MEI 1940. Men deelt van bevoegde zijde aan de N. R. Crt. mede: Ongetwijfeld zullen in de komende dagen onze gedachten terug gaan naar de gebeur tenissen welke zich het vorig jaar in ons land tusschen den lOden en den 15en Mei hebben voltrokken. Bij menigeen zal wellicht de neiging opkomen op eenigerlei wijze aan zijn gevoelens van rouw uiting te geven. Hoe begrijpelijk deze neiging ook moge schijnen, de bijzondere omstandigheden, waar- in ons land sedert de Meidagen van het vorig jaar is komen te verkeeren, maken bet in het belang van ons land en van elken Ne- derlanders ongewenscht en mitsdien ontoe- laatbaar, deze gevoelens op zoodanige wijze tot uitdrukking te brengen, dat dit zou kun nen leiden tot demonstraties tegen de bezet- tende macht of tot verstoring der openbare orde. Het is dan ook de uitdrukkelijfce wensch van de bevoegde Duitsche autoriteiten, dat alles, wat als een demonstratief gebaar van de Nederlandsche bevolking beschouwd zou kunnen worden, onvoorwaardelijk achter- oogenblik op een voorfoarig gevoel van zallg- heid, toen ik bedacbt, dat het nu niet lang meer zou duren, of Jean werd mijn vrouw. Zij had beloofd mij te -zullen trouwen zoodra deze afschuwelijke zaak achter den rug was en het leek er veel op alsof dat morgen het geval zou zijn. Ik keek naar haar zooals ik in den auto zat. Zij zat achterin met Vici Williams en ik zaten op de klapstoeltjes. Onze oogen kruisten elkaar en zij lachte mij toe. Ik was nieuws- gierig of dezelfde gedachten die mij bezig hielden, ook haar door het hoofd woe Id en. Eensklaps begon Vic te spreken. H(j had geruimen tijd strak voor zich uit zitten sta- ren, eigenlijk, sedert wij in den auto plaats genamen hadden. Deze gewoonte, die anderen die zijn geiwoonten en hebbelijkheden niet kenden, dikwijls in verlegenheid bracht, trof mij volstrekt niet, want iik wist dat dit een van zijn kenmeirken was als hij diep nadacht, zoodat ik er niets vreemds aan vond. Ik ver- moedde dat hij zijn veldtochtsplan overdacht en zijn eerste woorden bewezen mij, dat ik gelijk had. ..Welnu, jongens", zei hjj, „we zijn er niet zoo heel ver meer af, zoodat we beter nog- eens goed kunnen overleggen, hoe we te werk moeten gaan. Mijn geheele plan gaat uit van de veronderstelling, dat de Octopus en zijn mannen nog niet van hun avondvermakelijk- heid teruggekeerd zijn, maar, komt het an- ders uit, dan zullen we naar de ingeving van het oogenblik moeten handelen. Z.ehier mijn denkbeeld: Jij en ik, Jack, ouwe cherubijn, zullen met geweld binnendringen; zoodra we daarim tot ons genoegen geslaagd zijn" hij lachte mjj toe „zal Jean, die ons aan het einde van den weg wachten zal, zich bij ons voegen. Dan kan zrj ons de inrichting van het huis toonen en Williams kan zijn mannetjes plaatsen waar hij het het beste acht, ten einde de terugkomst van den Octopus af te wach ten. Wat zeg je ervan wege blijft. Daartoe behooren ook plechtig- heden brj oorlogsgedenkteekenen, kerkelijka en andere bijeenkomsten tot herdenking van gevallenen, inzamelingen ten behoeve van de ooriogsslachtoffers en dergelijke. Ook dient het leggen van bloemen op de graven, wan- neer dit in gesloten formaties of anderszins in groepsverband geschiedt, achterwege te blijven. Het ontmoet evenwel geen bezwaar, indien in de dagen van 1015 Mei op de graven van de in den ooriog gevallenen door de nabe staanden bloemen worden gebracht, mits hieraan elk demonstratief karakter ont- breekt. OFBRENGSTEN P.T.T. BEIVREDIGEND. De P.T.T.-opbrengsten blijven bevredigend. Zij bedragen over Maart 1941 f 8.602.203 (dat is 474.116 meer dan in Maart 1940). De opbrengsten Januari tot en met Maart 1941 waren 24.781.515 1.135.093 meer dan in de overeenkomstige maanden van 1940). PRIJSAANDUIDINGSBESLUIT AFGEKONDIGD. Voorloopig alleen voor voedmgs- en genotmiddelen, textiel- en lederwaren Het Zaterdag verschenen verordeningenblad bevat een besluit van den secretaris-generaal van de departementen van Handel, Nijverheid en Scheepvaart en van Landbouw en Vis- scherij en van Waterstaat over het prrjzen van goederen en diensten. In dit besluit wordt bepaald, dat een ieder, die als kleinhandeiaar, of in een andere hoe- danigheid in den kleinhandel voedings- en genotmiddelen, textielwaren of lederwaren ten verkoop aanbiedt, verplicht is deze waren te prijzen. Het prijzen dient te geschieden onder vermelding van de kwaliteitsaanduiding en de verkoopeenheid, zooals deze in den han- del gebruikelrjk zijn. De gemachtigde voor de prijzen kan de verplichting tot vermelding der prijzen tot den verkoop van andere roerende goederen, tot het verhuren van roerende goederen, als- mede tot het verrichten van diensten, uit- breiden. Het prijzen moet op duidelijk zichtbare en leesbare wijze geschieden: Bij waren, welke in etalages, uitstalkasten, binnen of buiten den winkel, op verkoopstands of anderszins zichtbaar uitgestald worden, door bet aanbrengen van prijskaartjes; bij waren, welke voor onmiddellijken ver koop gereed gehouden worden, doch niet zichtbaar uitgestald zijn, hetzij door de goe deren of hun verpakkingen, of de voorwerpen, waarin zij worden bewaard van een desbe- treffend opschrift of van prijskaartjes te voorzien, hetzij door prijslijsten op te han- gen of ter inzage neer te leggen; bij waren, welke door middel van monster- verzamelingen worden aangeboden, hetzij door op elk monster een prijskaartje aan te brengen, hetzij door aan elke monsterverza- meling prfjsopgave der opgenomen monsters te hechten. Indien behalve de verlangde prijzen nog toeslagen of andere kosten in rekening wor den gebracht, dient dit bij de prijzen te wor den vermeld. De gemachtigde voor de prijzen geeft de voorschriften tot uitvoering van dit besluit. Zij worden in de Nederlandsche Staatscourant bekend gemaakt. De gemachtigde voor de piijzen kan tevens ontheffing van de bepalingen van dit besluit verleenen. De bepalingen van dit besluit zijn niet van toepassing op openbare verkoopingen en roe rende goederen. ,,Ooh", zei Williams. „ten eerste, waarom zouden gij en mijnheer Ackland het grootste gevaar op u nemen?" ,,Ja", viel Jean hem met nadruk brj. ..Wiaaram?" Omdat", verklaarde ik met eenige steke- ligheid, ,,wij een persoonlijke kwestie met den Octopus te regelen hefbben." Vic knikte mrj goedkeurend toe. ,JDat is in 't geheel geen reden", zei Wil liams. „Als..." ,,Als je de manier waarop hij Jean behan- deld heeft in 't geheel geen reden noemt", viel ik eenigszins driftig in, „ben je een..." ,,Kalm!" Het was Vic, die mrj deze verma- ning toediende. ,,Tenwijl ik je gevoelens deel, oude driftkop, is de ware reden deze: Jack en ik zijn ontzettend zelfzuchtig, begrijp je en we zijn besloten de zaak tot een einde te brengen. Wat je ook zeggen moogt, Wil liams, stijfkop, staat dat besluit bij ons vast. Nog meer van die prullige opmerkingsn •Een oogenblik bewaarden wij het stilzwij- gen. Ik brandde van verlangen iets te zeggen, maar in het brjzijn van Jean voelde ik mij benepen. Misschien was het aan mij zichtbaar, dat ik iets op het hart had, want Vic barstte eensklaps in lachen uit. ,,Zeg, ouwe jongen, stort je hart uit!" Ik vatte de koe bij de horens. „Het is dit, Vic, is het volstrekt noodizakelijk, Jean er bij te halen?" „Ik wou bij den 'Hemel, dat het niet zoo was, kerel", zei Vic emstig. ..Maar, zijn zij nog niet teruggekeerd, dan mogen we geen tjjd verliezen. Zij kan ons zeer veel tijd be- j sparen." ,,En", merkte Jean op, ,,je schijnt te ver geten, dat ook zij in de zaak een woordje heeft mee te spreken, evenals jelui beiden, om van een persoonlijke grief tegen den Octopus te zwijgen." 1 ,,Goed gesproken!" riep Vic, en tot mij: ,,Beschourw je als verslagen, ouwe cherubijn. Zijn we er?" We waren er. De mannen, door Williams van Scotland Yard ontboden, voegden zich bij ons en terwijl de helft van hen verschillende plaatsen aan de voorzrjde van het huis in- namen, begaven Vic en ik ons met Jean en de anderen naar de achtenzijde. Een kort onderzoek wees uit, dat het be- wuste huis een typische Hampsteadsche wo- ning was, op den rand van de Heath geheel alleen staande. Het werd vlug omsingeld, en even vlug troffen we oruze schikkingen. Jean zou bij Williams wachten tot zij een teeken ontving uit een bepaald venster, dat goed in het oog viel. Vic en ik gingen op onderneming ult. Wij gaven de anderen geen hand, namen geen soort van afsdheid. Wij wisten alien, dat we ons in een gevaarlijke onderneming gestoken hadden, waarvan de kansen, voor een goring gedeelte misschien, in ons voordeel waren. Het dierbare gezicht van Jean zag in den maneschijn doodsbleek, maar het afscheid- nemen is onder alle omstandigheden een hart- brekende formaliteit en in dit geval kan het ons moreel zeer zeker diep geschokt hebben. Vic, een en al leven en actie, nu hij weer han- delend kon optreden, liet iedereen vlug zijn aangewezen plaats innemen en liet ons voor ontizenu'wende gedachten geen tijd. Slechts voor 6en oogenblik was ik met Jean alleen. „God neme je in Zrjn hoede, lieveling", zei zij. Ik sloot haar een zalig oogenblik in mijn armen. Toen werd ik door Vic zacht bij den naam geroepen. ,,En morgen", zei ik op uitdagenden toon, .trouwen we". Zij glimlachte en drukte mij stevig de hand. Toen gaf ik gehoor aan den roep van Vic en verldet haar. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1941 | | pagina 1