AI bfmffm NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN ™rr6 - De man die lachte Last van Uw zenuwen? No. 10.198 WOENSDAG 2 APRIL 1941 81e Jaargang Binnenland Feuilleton Inlevering van militaire rijksgoederen. DE BEVOLKING VAN DEN HELDER. Mijnhardt's Zenuwtabletten ir NEUZENSCHE COURANT m. v»n i tot 4 rebels 0,82% Voor elken regel ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Temeuzen f 1,42 per 3 maanden Buiten Temeuzen fr per post 173 per 3 maanden - Bij vooruitbetaling fr. per post 6,60 per jaar Voo? WS en Amerika 2,20, overige landen 2,65 per 3 maanden fr. per post - Abonnementen voor bet buitenland alleen brj vooruitbetaling. Uitgeefstwr: N.V. Firxna P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 TELEFOON No. 2073. ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,82% - Voor elken regel meer 0,20%. KLEINE ADVERTENTIEN: per 5 regels 52 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend. DIT BLAD VERSOHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. !De op 22 Februari 1.1. vastgestelde Kiezers- lijst, zooals deze thans luidt, blijft tot 1 April 1942 van kracht, beboudens de wijzigingen daarin tengevolge van rechterlijke uitspra- ke*, welke wijziging van de lijst bevelen, te brengen. De Kiezerslijst blijft voor een ieder op de geaneente-se-cretarie ter inzage nedergelegd en stemdistrictsgewijze in uittreksel tegen be- taling der kosten verkrijgtoaar. Temeuzen, 1 April 1941. Burgemeester en Wlethouders van Temeuzen, p. TELLEGEN, Voorzitter. B. I. ZONNBVXJILLE, Secretaris. De Burgemeester van Temeuzen maakt be- keiid, dat aan de verlofgangers beneden den rang van adjudant-onderofficier, wonende of verblijivende in de provincien Zuid-Holland, Zeeiand, Noord-Bralmnt en het westelijk ge- deelte der provincie Noord-Holland, alsmede op de eilanden Texel, Vlieland, Terschelilng en Ameland, die, om welke reden ook, nog niet aan hun verplichting hebben voldaan om de onder hun berusting zijnde mibtaire rijks goederen in te leveren, alsnog wordt opge- dragen die verplichting na te komen. Zij behooren zich, voor zoover zij van den burgemeester geen persoonlijke oproeping ontvangen hebben, v6or 7 April a.s. te melden ter gemeente-secretarie (bureau voor militaire zaken) van hun woon- of tijdelijke verblijf- plaats, teneinde te weten te komen, waar en wanneer voor hen de gelegenheid openstaat om de rijksgoederen in te leveren. Voor de gemeente Temeuzen zal de inlevering plaats hebben op 18 April 1941, des namlddags van 25 uur, in de openbare lagere school C aan de Schoollaan brj de Arbeidsbeurs te Ter- nemzen. De verplichting om zich te melden bij den burgemeester en ter plaatse der inlevering bestaat eveneens voor hen, die, hoewel geen mibtaire rijksgoederen onder hun oerusting hebbende, nog niet de verklaring hebben on- derteekend, dat zij geen rijksgoederen meer in hun bezit hebben. atadien de tot inlevering of aanmelding ver- plichte verlofganger wegens bijzondere om- standigfaeden niet in de gelegenheid is per- eoonlijk de goederen in te leveren kan een en arader geschieden door een familielid of huis- genoot. Temeuzen. 2 April 1941. De Burgemeester voomoemd, P TELLEGEN. Staatsapparaat begon. Duitschland moest zijn aankoopen in het buitenland toen vrtjwel geheel financieren met goederenleveranties. De aanhangers der liberate economie achtten dit destijds een onmogelij'kheid. Niettemin is het gelukt, het mdest gelukken, omdat eenvou- dig geen andere weg openstond. Het k6n ge lukken, omdat de organisatie van den arbeid en de productie het „vrije" spel van geld en crediet verving. Ook in ons land zullen na den oorlog buitenlandsche aankoopen grooten- deels met goederenleveranties moeten worden betaald. En ook hier zal dat een planmatige organisatie van arbeid en productie noodig maken. Bovendien blijven wij voor en na verbonden met het groot-Duitsche achterland. Na deze oorlog ook moge eindigen, economisch zal ons land voor een belangrijk deel moeten drijven op de verb ndingen met het Duitsche Rijk en het Duitsche volk. Er is geen enkel teeken, dat erop wijst, dat de „vrije" economie In die voor ons zoo gewichtige gebieden ooit weer de -ieidende plaats zal innemen. Ook in dit opzioht is zoo nauw mogelijke aanpassing b® de nieuwe economie voor ons een levensbelang. En tenslotte betwijfelen wij in hooge mate of ook in Engeland en Amerika na den oor log de zaken „op den ouden voet" zullen wor den voortgezet. Het is in strijd met elk ge- zond inzicht te verwachten, dat deze oorlog de sociaal-economische verhoudingen van En geland en Amerika onaangetast zou laten. Het is bovendien in strijd met de feiten. Aan het einde van Januari werd in een D.N.B.-bericht melding gemaakt van een ver klaring van den Amerikaanschen minister van financien, Morgenthau, luidende, dat de oorlog Engeland per dag twaalf millioen pond sterling kost, dat in 16 maanden tijds de En- gelsche goud en dollarsaldi met 2.316 milliard dollar zijn verminderd en dat de Engelschen reeds een schuld hebben, voortspruitende uit de reeds geplaatste opdraohten, van 1.4 mil liard dollar. Bij de voortdurende toenadering van de goederen-aankoopen van Engeland is het duidelijk, dat in ieder geval bij het einde van den oorlog ook Engeland tot betaling met goederenleveranties zal moeten overgaan. Ook daarvoor zal een ingrijpende reorganisa- tie van het Britsohe sociaal-economische leven noodig z(jn. In Atmerika zelf zjjn reeds herhaaldelijk waarschuwingen gegeven tegen de optimisti- sche verwachtingen van particuliere zaken- menschen. Wij herinneren aan de verklaring van den minister van marine, Knox (persbe- rioht van 19 Februari j.L)„Het zakendoen in de eerstvolgende 5 jaren zal niet zijn wat het in het verleden is geweest. Wij moeten ons opofferingen getroosten, zooals nog nooit tevoren van ons zijn gevraagd. De Winston zullen noodzakelijkerWys secundair moeten worden en de nationale zekerheid primair." In den laatsten door ons vetgedrukten zin ligt alweer de eerste stap naar planmatige economie besloten. Wanneer de heele wereld dezen weg moet gaan, kan Nederland zich niet veroorloven den weg terug te nemen!" DE VRIJE ECONOMIE. Terugkeer daarheen moet uitgesloten •worden geaeht. ■In het laatste nummer van „De Unie" lezen wij: „Wij staan op het standpunt, dat elke po- ging om tot de voor-oorlogsche ,,vrije" econo mie terug te keeren fatale gevolgen zou heb ben voor onze plaats in het intemationale goederenverkeer. Wiij zijn zelfs van meening, dat zulk een terugkeer volstrekt onmoge- lijk is. De verarming en uitputting aan het eind van den oorlog zal buitenlandsche aankoopen oip groote schaal noodzakelijk maken. Wij zullen ons dan bevinden op een punt, dat veel overeenstemming vertoont met het moment, waarop de Duitsche economie zich bevond toen zij met weinig goud en weinig crediet aan den opbouw van het huidlge LEIDEN KRIJGT EEN NIEUWEN BURGEMEESTER. Door GERARD FAIRLIE. Uit het Bngelsch door Jhr. R. H. G. NAHUYS. 35) Vervolg. Die verandering van toon was eigenaardig genoeg oorzaak, dat ik mrjn evenwicht her- vond. Het is een onloochenhaar feit, dat een kleinigheid als dat, somtijds een geheelen toe- stand veranderen kan. Ik veronderstel, dat het in dit geval grootendeels voortvloeide uit het feit, dat deze kleine trek van mensche- lijke zwakheid, een gemeenschappelijke waar- deering van dezen ongeevenaarden robjjn, mij plotseling bewees, dat mijn half-mesmeriaan- sche meening van dezen man, eerder opge- vat, toen ik een goed eind op weg geweest was hem te beschouwen als een almachtig wezen en bijna uit een hoogere wereld dan ik zelf, totaal verkeerd geweest was. Hij mocht geslepener zijn dan ik; hij mocht licha- melijk sterker zijn, maar hij was niet m£6r van vleesch en bloed dan ik. „Die steen", ging de Octopus voort, ,,werd vandaag te Brighton mijn eigendom. Zijn laatste eigenaar hracht hem, tamelijk onoor- deelkundig nu ik hem wenschte te hebben, met zich uit Indie. Wlaarschijnlijk zit hij nu diep te treuren over zijn verlies. Ik ben vol- Het rrjkscommissariaat maakt bekend: De rijkscomonissaris voor 't bezette Neder landsche gebied heef op grond van par. 1 van zjjn Verordening nr. 3-1940 over de uit- oefenintg van de regeeringsbevoegdheid in Nederland met ingang van 31 Maart den burgemeester van de stad Leiden, mr. A. van de Sande Bakhuyzen, eervol ontslag verleend met toekenning van pensioen. Tot zijn opvolger heeft de rijkscommissaris met ingang van 14 April 1941 majoor mr. R. N. de Ruyter van Steveninck, thans leider van de juridische afdeeling in bet afwikke- lingsbureau van het departement van defen- sie benoemd. In den tijd tot 15 April neemt de bevoegde wethouder de functie waar. A. van de Sande Bakhuyzen is op 18 April 1874 te Leiden geboren, als zoon van profes sor dr. H. G. v. d. Sande Bakhuyzen, hoog- komen zeker, dat hij geen begrip heeft hoe hij hem verloren is, maar wel geloof ik, dat hij weet in wiens hamden hij overging, daar ik, zooals gebruikelijk, mijn kaartje heh ach- tergelaten." ,,'Hij is zeker het bezitten waard", zei ik, niet wetende wat ik anders zeggen moest. ,,Ja. Het is alleen jammer, dat ik verplicht zal zijn hem te laten slijpen, ten einde mij er van te kunnen ontdoen. Maar zelfs na het ondergaan van deze bewerking, zal hij een aardig sommetje vertegenwoordigen." Hij lachte opnieuw. Die gewetenlooze lach hegon mijn zenuwen te prikkelen. ,,Wat ik zeggen wilde", ging hij eensklaps voort, „ik heh je vriend Caryll gezien. Ais je het precies weten wilt, ging hij naar Brigh ton, toen ik er vandaan kwam. Onze auto's reden elkaar onderweg voorbij. H(j zag er een weinig bezorgd uit, vond ik. Ongetwijfeld tobde h(j over jou en mejuffrouw Anstruther. En hij heeft neem me niet kwalijk dat ik het zeg reden om te tobben." De laatste woorden werden met zulk een innigen haat uitgesproken, dat ik bijna uit mijn stoel opgespro-ngen was. Maar ik hield mjjn handen en mijn voeten rots vast in hun stand. Ik geloof, dat hij mij zeer nauwlettend gadesloeg. In ieder geval, hij bewaarde een oogenblik' het stilzwijgen. „Om tot aangenamer dingen te komen", zei hij opeens. „Ik zal de reden van mijn avondbezoek meedeelen. Mijn beroep heeft mij geleerd, dat men zijn medeplichtigen slechts tot zekere hoogte vertrouwen kan. In dit oogenblik houden verscheidene vinger- vlugge heeren in dit huis verblijf. Daarom maak ik mij beangst dat deze robijn hen te sterk in verleiding zal brengen. Ter wille van leeraar in de astronomie en directeur van de sterrewacht te Leiden, en dus thans 66 jaar. Na in zijn geboortestad het gymnasium te hebben bezocht, studeerde hij rechten aan de universiteit aldaar, waar hij in 1900 promo- veerde op een proefso.irift getiteld: Het Nederlandsch onderdaanschap. Twee jaar tevoren had hij reeds het examen consulaire dienst afgelegd. Al spoedig werd hij aange- steld op het departement van buitenlandsche zaken. In 1901 werd hij. naar het Nederlandsch consulaat te New-York uitgezonden. In 1903 werd hij belast met het onderzoek van de consulaire organisatie in Zuid-Afrika en met de regeling van de vorderingen die Neder land op Engeland had in verband met den boerenoorlog. In 1906 legde mr. van de Sande Bakhuyzen het examen voor vice-consul af, waama hij gedurende een aantal jaren het consulaat-generaal te Hongkong heeft waar- genomen. In 1911 stelde hij, in opdracht van de regee- ring een onderzoek in naar de mogelijkheden tot emigratie van Nederlanders naar Canada en werd hij tot consul-generaal te New-York benoemd. Vier jaar later werd hij als zoo- danig overgeplaatst naar Singapore. In 1918 en 1919 Is hij te Batavia werkzaam geweest, waama hij weder naar Nederland terug- keerde en de leiding van een scheepvaart- bureau op zich nam. In 1925 vertrok hij als gezant naar Tehe ran: eenigen tijd later werd hij zaakgelas- tigde te Boedapest. In 1927 werd hij tot bur gemeester van Leiden benoemd, waar hij sedert 1928 het curatorium van de univer siteit presideerde. Mr. van de Sande Bakhuyzen is ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw en commandeur in de orde van verdienste van Hongarije. Mr. R. N. de Ruyter van Steveninck. De nieuw benoemde burgemeester van Leiden, mr. R. N. de Ruyter van Steveninck, is in 1894 te Tiel geboren. Hij koos na zijn schooljaren de militaire loopbaan. In 1914 werd hq als 2e luitenant beeedigd en g'e- plaatst bij het dep6t van het 2e regiment veld-artillerie. Vandaar ging hij in 1916 over naar het toen tot ontwikkeling komende luchtwapen en ontvint de opleiding tot waarmemer. In 1922 vertrok hij naar Neder- landsch-Indie, waar hij in 4% maand zijn militair brevet als viieger bebaalde. Gedu rende vijf jaren was aan de militaire luchtvaartafdeeling verbonden over welke hij geruimen tijd het commando voerde. Voor zijn diensten werd hij beloond met het rid- derkruis van de orde van Oranje Nassau. In 1927 keerde hij naar Nederland terug en werd hij weer bjj het wapen van de artillerie geplaatst. Hij studeerde inmiddels te Leiden I en te Utrecht rechten en promoveerde in 1932. Groote bekendheid verwierf hij zich in de jaren 1935'1937 als leider van de luchtkar- teerings-expeditie naar Nieuw-Guinea. Na afloop van deze expeditie werd hij tot offi- cier in de orde van Oranje Nassau benoemd. Bjj het afkondigen van de mobilisatie in 1939 werd hij majoor-commandant van het toen juist opgerichte bataljon luchtvaarttroepen. Begin Mei 1940 keerde hij naar zijn oude wapen, de artillerie terug. Als commandant bij dit wapen heeft hij daadwerkelijk aan de gevechten in de om- geving van Leiden en Delft deelgenomen. Na de demobilisatie werd hij tot hoofd van de afd. juridische zaken aan het afwikke- lings-bureau van het departement van defen- sie benoemd. vrouwen naar prachtig gelegen oorden in Duitschland zal brengen. Vrijdagmorgen om 7 u. 6 vertrekken 11^ kinderen per trein naar Duitschland. DE NEDERLANDSGHE UNIE. Een kadercentrum te Vught. Zaterdag j.l. heeft De Nederlandsche Unie te Vught een kadercentrum geopend. Een groot buiten Wargasuyse, is daartoe welwil- lend ter beschikking gesteld en in korten tijd in gereedheid gebracht. De opening geschiedde in intiemen krmg. Van het Driemanschap waren aanwezig mr. J LLnthorst Homan en prof. dr. J. E. de Quay en verder vele functionnarissen van de Unie. Mr. J. Linthorst Homan sprak een kort openingswoord, waarop dr. H. G. W. van der Wielen, edn der leiders van het Centrum, geantwoord heeft. Dienzelfden middag nog werd met de kaderwerkzaamheden reeds een begin gemaakt. Reeds maanden geleden was de leiding van De Unie begonnen met het organiseeren van kadercursussen over het geheele land. Deze werkzaamheden hebben thans hun centrum gevonden. Fir zullen regelmatig cursussen worden ge n-even en de vorming van de Unie-kringen zal ook van dit centrum uit geschieden. De bevolkingscijfers van Den Helder over 1940 laten zien, dat er in deze gemeente met minder dan 2000 mantien meer zijn dan vrou wen. Van de 28.000 inwoners behooren er on- geveer 15.000 tot het mannelijk en ongeveer 13.000 tot het vrouwelijk geslacht. MOEDERS EN KINDEREN NAAR DUITSCHLAND. Het N.V.V. heeft in samenwerking met de N.S.V. voor moeders en kinderen, die voor herstel van hun krachten rust behoeven, reizen georganiseerd naar Mutter- und Kin- derheime in Duitschland. Hedenmorgen am 7 u. 6 vertrok van het Centraal Station te Amsterdam de eerste trein, welke veertig zjjn veiligheid stel ik mij daarom voor, den steen te verbergen op een plaats, waar men hem dezen nacht het onwaarschijnlijkst zal zoeken. Je vestzak is daarvoor de beste plaats die ik bedenken kan." Ik moet eerlijk zeggeno dat ik versteld was. De mogelijkheden van den toestand werden mij bijna te machtig. Ik was gaarne in lachen uitgebarsten. Het denkbeeld van den Octopus was, natuurlijk, in aanmerk#ig genomen hoe weinig hij van mijn plannen afwist, het ge- niaalste dat bij iemand kon opkomen en vol- komen logisch. Geen van deze langvingerige edellieden zou het in zijn hoofd krijgen den steen hij mij te zoeken. Maar de mogelijk heden waren, zooals het nu was, z6o veel- vuldig en z6<5 opwindend, dat ik mij geneigd gevoelde God voor mijn gevangenneming te danken. Tot, het spreekt van zelf, ik dacht aan Jean. De Octopus verspilde geen verdere woor den. Hjj trok mijn jas raw terzijde en liet den robijn in mijn vestzak glijden. Vervolgens knoopte hij mijn jas zorgvuldig weer dicht. „Ik kom morgen vroeg nog eens naar je kijken", zei hij snel; ,,omstreeks den tijd waarop gewoonlijk je morgenthee gebracht wordt. Ik wensch je een aangename nacht- rust." Hij liep naar de deur, opende haar snel en bleef, alvorens hij wegging, een oogenblik in de schaduw staan. „Ik heb je vriend Caryll gezegd", sprak hij langzaam en met zulk een boosaardigheid, dat hoewel het spel nu vrijwel gelijk stond, ik een huivering niet kon onderdrukken, „dat voor het geval hij morgenavond te zes uur zijn vijandelijkheden tegen mij nog niet gestaakt heeft, hij te zeven uur een geschenk van mij ontvangen zal. Het zal je ongetwijfeld aan- HANDHAVING DER ORDE ONDER DE STUDENTEN. In het verordeningenblad is opgenomen een besluit van den secretaris-generaal van het departement van opvoeding, wetenschap en cultuurbesoherming betreffende handhaving der orde onder de studenten aan universitei- ten en hoogescholen in het bezette Neder landsche gebied. Daarin wordt o.m. het volgende bepaald: De handhaving der tucht en orde onder de studenten is opgedragen aan den rector-mag- nificus, voor zoover hiema niet anders is be- paaid. Bij overtreding der orde of bij ander wan- gedrag waarschuwt of berispt de rector-mag- nificus. In ernstige gevallen is de rector-magnifi- cus bevoegd den overtreder den toegang tot de universiteit of hoogeschool voorloopig voor den tijd van zeven dagen te ontzeggen. Het college van rector-magnificus en asses- soren bepaalt binnen zeven dagen na de be- slissing, door den rector-magnificus genomen, of en voor hoelang de periode, gedurende welke de toegang' is ontzegd, dient te wor den verlengd. De overtreder mist de bevoegdheid om ge durende den tijd, dat hem de toegang tot een universiteit of hoogeschool is ontzegd, examen af te leggen of toegelaten te worden tot het bijwonen van colleges en practica aan eenige andere universiteit of hoogeschool in het be zette Nederlandsche gebied. De rector-magnificus en de belanghebben- de kunnen binnen drie weken na dagteekening van de uitspraak bij den secretaris-generaal in beroep komen. Het instellen van beroep brengt niet mede, dat de uibvoering van de opgelegde straf wordt opgeschort. De voorzitter van het college van curato- ren, gehoord den rector-magnificus, kan in het heiang van de betrokken universiteit of hoogeschool of bij wijze van orde-maatregel bepalen, dat de universiteit of hoogeschool gedurende ten hoogste vier dagen zal worden gesloten. Dit besluit is Zaterdag in werking getredem. HET KOFFIE- EN THEEBESLUIT GEWIJZIGD. In verband met de aanwijzicig van koffie- surrogaat als distributie-artikel, en het vast- Spoedig weer opgewekt en gekalmeerd met Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten. stellen van een geijkte samenstelling voor dit artikel, is het Koffie-en Thee-besluit gewij- ^Aanvankelijk was o.m. bepaald, dat op de verpakking de samenstelling of het nummer, waaronder de machtiging van het departe ment van sociale zaken was verleend, tot het vervaardigen van koffiesurrogaat vemield moest worden. Thans zal krachtems het Koffie- en Thee- besluit op de verpakking het nummer van de vergunning, welke door de stichting Neder landsche Meelcentrale is verleend, vermeld moeten worden. Voorts zal op alle verpakkingen de on- onderbroken aanduiding koffiesurrogaat moeten voorkomen, in letters van onderling gelifkmatige grootte. Op de verpakkingen mogen geen andere dan de krachtens eenig wettelijk artikel ver- plichte aanduidingen zrjn aangebracht, noch de woorden koffie, mocca of samenstelUngen of geringe wijzigingen van deze woorden, be- houdens wat de voorgeschreven aanduiding betreft, noch andere aanduidingen of op- schriften, welke omtrent de samenstelling van de in de verpakking aanwezige waar een onjuisten of misleidenden indruk zouden kun nen wekken. ENGELSCjHE LUCHTAANVALLEN OP ONS LAND. Maandagavond en -nacht hebben Engelsche vliegtuigen een reeks van brisantbommen op ons land geworpen, die voor het grootste ge- deelte in het vrije veld terecht zijn gekomen en geen schade hebben veroorzaakt. Op een plaats is een bom voor een Noordzee-eiland in het water gevallen. Op een andere plaats hebben brisant- en brandbommen vier woon- huizen vemield en verschillende andere be- schadigd. Een bom kwam op een nieuw ge- bouw terecht, dat men blijkbaar voor een kazeme had aangezien. Het gebo-uw was on- bewoond, er zijn geen personen getroffen, het- geen 'erwonderiijk geaeht msg worden, daar tijdens een aanval van Dinsdagmiddag een Bngelsch vliegtuig laag vliegend een veer- boot; waarop zich uitsluitend burgers bevon- den, met machinegeweervuur heeft bestookt. DE AFLEVERING VAN MELK BE1PERKT. tot 85 proeent van den gemiddeMen dagomzet in een vroegere periode. De secretaris-generaal van het departement van Landbouw en Visscherij heeft, naar uit de Staatscourant van Maandag blijkt, be paald: Het is aan hem die melk of voile melk aan den verbruiker verhandelt of aflevert ver- boden per dag een grootere hoeveelheid daar- van te verhandelen of af te leveren aan ver- bruikers dan overeenkomt met een hoeveel heid van 85 pet. van zijn gemiddelden dag omzet aan verbruikers in de basisperiode. Deze pasisperiode is: a. Hebzij de periode van 15 September 1940 tot en met 12 October 1940 voor die ge vallen, waarin gemiddelde omzet of aflevering per dag over die periode kan worden be rekend. b. Hetzij de periode van 24 November 1940 tot en met 15 Maart 1941 voor die ge vallen, waarin een gemiddelde omzet of af- levering per dag over de onder a. genoemde periode wegens het onthreken van gegevens bij het betrokken standaardisatiebedrijf of bij den betrokken slijter niet kan worden be rekend. Het is aan een standaardisatiebedrijf ver- boden aan een afnemer per dag een grootere hoeveelheid melk voor consumptie af te leveren dan overeenkomt met een hoeveel heid van 85 pet. van de hoeveelheid melk, welke het standaardisatiebedrijf in de basis- genaam zijn .te vernemen, dat we met juf- frouw Anstruther zullen beginnen." En na deze woorden was hij verdwenen. HOOFDSTUK XIV. Een gevoel van onwezenlijkheid bekroop mij. Terwijl de fortuin steeds aan de zijde van den Octopus gestaan had, scheeei zij het laat ste uur geheel van gedachten veranderd te zijn en voor mij niet genoeg te kunnen doein. Niet tevreden met mij een gelegenheid te geven mij uit den stoel te bevrijdem, door mij gebruik te laten maken van de eenige vergis- sing die ik den Octopus of een van zijn man- men ooit had zien maken, werd ik eveneens ge zeg end met de vruehten van den laatsten rooftocht naar Brighton van onzen vijand en als schatbewaarder aamgesteld, denzelfden avond waarin ik hoopte te ontsnappen! Ik wenschte te lachen, hardop en lang, maar vergenoegde mij met een gegrinnik, dat met geen mogelijkheid buiten de kamer hoorbaar was. Ik gaf mij natuurlijk rekenschap, dat ik het bosch noig niet uit was, maar er be staat een waar gezegde: ,,goed begonnen is half gewonnen", en als iemand goed begon nen was, dan was ik het. De aamwezigheid van dat onschatbare ju- weel in mijn vestzak had de zaken iets inge- wikkelder gemaakt evenwel; had zeer beslist een grootere verantwoordelijkheid op mij ge- laden. Terwijl ik dus afwaehtte tot de sehej mering in duistemis overging, tern einde mijn werkzaamheden te kunnen beginnen, over- legde ik dem nieuwen toestand. Een onverkwikkelijke gedachte bezielde mij onmiddellijk, want het leek er op alsof mijn plichten als tijdelijk politiebeambte en mijn natuurlijk instinct 'het welzijm van Jean te laten gaan v6or alles, nu voor het eerst met elkaar in strijd zouden komen. Het was een feit, dat ik nu in. het bezit was van gestolen eigendom, en eigendom van zulk een onschat bare waarde, dat mijn eerste plicht bestond in het onmiddellijk gaan naar Scotland Yard, zoodra ik daartoe de kans schoon zag. Maar volgde ik deze gedragslijn, dan beteekende het, dat ik mijn eigen vlucht met het kleinood niet mocht vertragem, haar zelfs niet in de waagschaal stellen door een poging Jean in vrijheid te stellen, voor ik het huis verliet. Van den eenen kant was ik nu in het bezit van een kleinood, waarvan mij bekend was. dat het bedreigd werd, terwijl ik „geteekend" had om het, behalve nog andere dingen, tegen den Octopus te beschermen. Van den anderen kant kende ik ook het gevaar van Jean, wist ik. dat het een zeer emstig gevaar was, want zij was volkomen in de macht van een ge- wetenloos monster, en, eerlijk gezegd, was ik er bij mezelf volkomen van overtuigd, dat ik mijn geliefde niet aan haar lot zou overlaten, plicht of geen plicht. Daarom besloot ik, zoover als met mijn be sluit vereenigbaar was, het kleinood aan de overheden te overhandi.gen, maar niet dan nadat ik er in geslaagd was Jean te bevrrjden. Tot dit besluit gekomen zijnde, keek ik naar de reet tusschen de luiken. Er stroomde een zeer flauw licht door binnen en ik achtte den tijd tot handelen gekomen. Ik trok mijn voeten en mijn linkerhand uit de beugels, en bleef een oogenblik staan. want de krampen van stijfheid keerden terug. Maar ditmaal duurde het natuurlijk veel korter dan den eersten keer en stond ik veel minder pijnen uit, zoodat ik na een paar minuten mijn lede- maten weer volkomen meester was. Toen ging ik zitten en knipte mijn zakmes open. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1941 | | pagina 1