Ter NeuzenscheiCourant
De man die lachte
Buitenland
Binnenland
Feuilleton
VOLMAGHTEN VOOR DEN ENGELSC0EN
GEZANT IN BELGRADO.
Vrijdag 7 Maart 1941 No. 10.187
TWEEDE BLAD
IK. MUSSERT TE BERLUN DOOR
GOERENG ONTVANGEN.
visschen of verzamelen, verplicht de door hen
gevischte wilde halfwasmosselen en het door
hen gevischte of verzamelde mosselzaad, voor
zoover dit niet op een bij een mosselkiweeker
in gebruik zijnd perceel is gevallen en door
dezen kweeker voor eigen gebruik wordt
aangewend, in te leveren bij het Centraal
Verkoopkantoor te Bergen op Zoom en de
door dat Verkoopkantoor met betrekking tot
deze inlevering te geven voorschriften in acht
te nemen.
Het vervoer van halfwasmosselen en mos-
selzaad in het gebied ten zuiden van de
Nieuwe Maas, Oude Maas, Merwede en Waal,
is slechts toegestaan voor degenen, die een
officieele vergunning daartoe hebben.
BINDTOUW VOOR DE LANDBOUW-
BEDRUVEN.
Het rijksbureau voor de voedselvoorziening
in oorlogstijd deelt het volgende mede, in
aansluiting op het persbericht van 9 October
1940 in zake de inzameling van bindtouw
Destijds werd bekend gemaakt, dat de hoe-
veelheid bindtouw, welke ieder landbouwbe-
drijf voor den oogst 1941 kan ontvangen, af-
hankelijk gesteld zal worden van de hoeveel-
heid ingeleverd oud bindtouw. De landbou-
wers dienen het verzamelde oude materiaal
in te leveren bij hun leverancier en ontvangen
daarvoor 25 cent pec kilo voor droog en
schoon materiaal (d.w.z. vrij van stroo, kaf,
e.d.). Zij ontvangen tevens een inleverings-
bewijs, hetwelk bij de aanvrage voor een toe-
wijzing voor den nieuwen oogst overgelegd
moet worden. De leverancier dlent het door
hem in ontvangst genomen touw te zenden
rechtstreeks aan den fabrikant van wien hg
zijn touw betrekt. Het ingezamelde touw
moet dus niet b.v. aan een grossier worden
opgezonden. De leverancier ontvangt voorts
van den fabrikant 30 cent per kg en niet zoo-
als destgds is medegedeeld 28 cent.
Aangezien de voorraad vezeltouw beperkt
is, moet verwacht worden, dat op een ge-
deelte der aanvragen papier-touw moet wor
den verstrekt. Degenen, die oud materiaal
hebben ingeleverd, komen echtec in de eerste
plaats voor toewijzing van vezeltouw in aan-
merking.
Sedert 3 Maart 1941 is de inlevering van
bindtouw bij den leverancier opengesteld.
Te zijner tijd zal bekend gemaakt worden,
wanneer de inleveringstermijn eindigt.
HET NEDERL. VRACHTSCIHIP SIMALOER
GETROFFE1V.
Het D.N.B. meldt uit Berlijn:
Duitsche verkenningsvhegtuigen hebben op
eenige honderden kilometers ten Westen van
de Schotsche eilanden het wrak waargenomen
van een groot schip, dat Duitsche vliegtui-
gen met succes hadden aangevallen. Het was
het onder Engelsche vlag varende Nederland
sche koopvaardijschip Simaloer, met een ton
nage van 6533 hrt. Het met afweergeschut
bewapende schip kreeg onder de waterlijn een
zwaren treffer, waama het door de beman-
ning verlaten werd. Het drijft als wrak bran-
dend op zee rond.
OORLQGSSC9IADE AAN ONROERENDE
GOEDEREN.
In Staatscourant no. 44 is opgenomen een
besluit van de secretarissen-generaal van
financien en justitie en van den algemeen ge-
machtigde voor den wederopbouw, waarin
richtlijnen zijn vastgesteld betreffende de
rangorde van de zgn. opbouwhypotbeek (de
hypotheek verleend door den algemeen ge-
machtigde voor den wederopbouw ter finan
ciering van den opbouw van door oorlogsge-
weld verloren gegane opstallen) in verband
met de andere hypotheken en betreffende de
rechten van hypotheekhouders en andere za-
kelijk gerechtigden op onroerende goederen,
welke door den algemeen gemachtigde zijn
onteigend.
WEESPENAREN BEBOET.
Tengevolge van de door den bevelhebber
van de Luftgau Holland genomen maatrege-
len mogen de bewoners van Weesp zich na
negen uur des avonds niet meer op straat be-
vinden. De strikte naleving van dit uitgaans-
verbod wordt streng gecontroleerd en de eer
ste dagen zijn een vrij groot aantal overtre-
ders door de politic medegenomen naar het
bureau, waar zij tot zes uur 's morgens moes-
ten blijven. Bovendien kregen deze Weespe-
naren een boete, gelijk aan vijf procent van
hun maandelijksche inkomen. Dit geld zal
worden gestort in de kas van de Winterhulp
Nederland.
EERST VERDI' 1STEREN EN DAN
LIGHT OP!
Naar aanleiding van een kort geleden voor-
gevallen incident, is het, schrijft de Tel., nut-
tig. dat er nogmaals op gewezen wordt, in de
huizen het licht niet op te steken tijdens het
aanbrengen van de verduisteringspapieren.
Dit althans wanneer men thuiskomt, nadat
de verduisteringsperiode reeds is ingegaan en
dus geen licht meer mag uitstralen. Het is
zeer noodzakelijk in die gevallen het aller-
eerst het verduisteringsmateriaal aan te
brengen en eerst daama licht te maken.
S.P.T. meldt uit Belgrado: Ronald Camp
bell, de Britsche gezant in Belgrado, die een
bezoek heeft gebracht aan Athene, waar hij
Anthony Eden, den Britschen minister van
buitenlandsche zaken, uitvoerig verslag over
den toestand in Zuidslavie bracht, is op zijn
post in Belgrado teruggekeerd. Naar verluidt
heeft Campbell van zijn regeering de noodige
volmachten gekregen, waardoor hp alle s tap-
pen, die hij noodlg acht zal kunnen onder-
nemen. Hiermede wordt bedoeld, dat voor het
geval Zuidslavie zgn houding jegens Duitsch-
land of ten aanzien van de onderteekenaars
van het drie mogendhedenpaot nader mooht
bepalen, het in handen van Campbell ligt om
dezelfde beslissingen te nemen. als die welke
Rendell, zijn collega te Sofia, noodig heeft
geacht. Voorts wordt gemeld, dat alien Brit
schen onderdanen in Zuidslavie aangeraden
is, ten spoedigste het land te verlaten en te
pogen Griekenland of Turkije te bereiken.
DE ENGELSCHE GEZANT TE SOFIA
OVEHHANDIGT EEN NOTA VAN ZIJN
REGEERING.
'Het D.N.B. meldt uit Sofia:
In een nota, die de Engelsche gezant
Woensdagochtend heeft overhandigd aan den
minister-president, is omtrent de motieven
van Engeland tot het verbreken der diploma-
tieke betrekkingen met Bulgarije o.m. ver-
klaard, dat de Engelsche regeering het niet
eens is met de verzekering van Bulgarije,
dat de Duitsche troepen in Bulgarije den
vrede op den Balkan in stand houden. Het
toetreden van Bulgarije tot het drie-mogend-
heden-pact - zoo wordt in de nota verder ge-
zegd en de opmarsch van Duitsche troe
pen, vormen de voomaamste redenen voor
het besluit van Engeland. De nota geeft uit-
drukking aan de meening, dat er naar Engel
sche opvatting geen twijfel aan bestaat, dat
het doel is van de Duitsche actie om „het met
Groot-Bnttannie geallieerde Griekenland te
bedreigen en aan te vallen". De nota verwijt
de Bulgaarsche regeering, dat zij de Duitsche
voomemens begunstigd heeft.
DE BURGERLIJKE MOBILISATIE
IN BULGARIJE.
S.P.T. meldt uit Sofia:
Ingevolge de bepalingen van de wet op de
civiele mobilisatie is in Sofia en in ver-
scheidene andere Bulgaarsche steden bekend
gemaakt, dat alle mannelijke personen tus
schen de 16 en 45 jaar en alle vrouwelijke
personen tusschen de 20 en 50 jaar, voor zoo
ver zij niet dienstplichtig zijn, zich moeten
laten registreeren. Zij dienen daarbij hun be-
roep en hun kennis van vreemde talen op te
geven.
Naai' verluidt, heeft deze maatregel ten
doel de voor de civiele mobilisatie in aanmer-
king komende personen daar te gebruiken,
waar zij maximum-prestaties kunnen leveren.
ENGELAND BESCHOUWT BULGARIJE
ALS „DOOR DEN VIJAND BEZET
GEBIED".
Het D.N.B. meldt uit Berlijn:
Volgens den Engelschen berichtendienst
heeft het ministerie voor de blokkade een
decreet gepubliceerd, volgens hetwelk Bulga
rije thans als ,,door den vijand bezet gebied"
beschouwd moet worden. Derhalve wordt Bul
garije met ingang van gisteren als vijandelijke
hestemming beschouwd en staan alle goede
ren die van Bulgaarschen oorsprong of Bul-
gaarsch eigendom zijn, bloot aan inbeslag-
neming.
DE TURKSCHE REGEERING BERAADT
ZICH OP EEN ANTWOORD AAN HITLER.
S.P.T. meldt uit Ankara:
Van wehngelichte zijde wordt vemomen.
dat de Turksche regeering bijeen is gekomen
teneinde het antwoord van Turkije op de
boodschap van rijkskanselier Hitler op te
stellen.
Het D.N.B. meldt uit Stamboel:
Het Journal d'Orient meldt uit Ankara,
dat de premier Tewfik Saydam binnenkort
over de nieuwe begrooting zal spreken. Het
is mogelijk, dat hij hij die gelegenheid ook
verklaringen over de algemeene positie van
Turkije zal afleggen.
De ministers van binnenlandsche zaken en
die van defensie zijn Dinsdag te Stamboel
aangekomen. De minister van binnenlandsche
zaken verklaarde. dat de wijziging van de
wet op de passdeve defensie in voorberei-
ding is.
DE OORLOG TER ZEE.
Het D.N.B. meldt uit New York:
In een Oost-Canadeesche haven zijn 50
overlevenden van twee Britsche vrachtsche-
VAN
ONZE TAAJL EN HET ONDERWIJS.
Ln ons artikel ..Verbetering van het onder-
wijs" hebben wij ons, schrijft de H. Crt., in
het hij zonder beziggehouden met twee onder-
werpen, die beide een aanmerkelrjke verbe
tering beteekenende herziening van de leer-
lingenschaal, teneinde aan het euVel der te
groove klassen tegemoet te komen en de ver
betering van het instituut van de „kweekelin-
gen-met-acte" met de bedoeling een einde te
maken aan den misstand, dat tal van be-
doelde kweekelingen jarenlang de volledige
taak van den onderwgzer vervullen zonder de
daarmede overeenstemmende bezoldiging,
doch in feite slechts een beseheiden volon-
tairstoelage te genieten.
De plannen van het departement van onder-
wija beperken zich echter niet tot deze beide
punten, zooals men uit de (ook in ons blad
opgenomen) radiorede van den secretaris-
generaal, prof, van Dam, heeft kunnen ver-
nemen.
Van groote beteekenis achten wij ook het
voornemen om het onderwijs in de Neder-
landsche taal te verbeteren. Men zal zich
misschien herinneren, dat wjj in den loop der
jaren meermalen de wenschelijkheid en zelfs
noodzakelijkheid hiervan hebben betoogd.
Want het is een oude grief, dat er onder ons
volk zoo heel velen zijn, ook in de kringen
der meer ontwikkelden, die onze eigen taal
onvokloende kennen en er in gesproken woord
en geschrift niet het juiste gehcuik van we-
ten fee maken. Zeer groot is het aantal van
hen, die, sprekende in kleinen of grooteren
kring, er niet in slagen hun gedachten en be-
doelingen op duidelijke wijze en in goeden
vorm voor te dragen. Groot 66k het aantal
van hen, die tekort schieten als zij hetzelfde
schriftelijk moeten doen, b.v. in brieven.
Zelfe in de kringen van onderwijzers en leera-
ren, waar men dit toch niet zou verwachten,
blijkt dit euvel voor te komen.
In verband met dit laatste moge hier wor
den gewezen op het voornemen van den
secretaris-generaal om de opleiding der on-
derwjjzers te verbeteren door in plaats van
een driejarige opleiding een vierjarige te stel
len, evenals de opleiding der leeraren, waar-
aan vaak, vooral in paedagogisch opzicht,
nogal wat ontbreekt. Gezien de in het alge
meen verre van bevredigende resultaten van
de onderwijzersopleiding, waarop wij ook
reeds vroeger aan de hand van officieele rap-
porten de aandacht hebben gevestigd, kan de
verlenging in tijdsduur niet anders dan wor
den toegejuicht, ook door hen, die nog hoogere
mtellectueele eischen aan onze onderwijzers
zouden willen stellen. Juist zoo'n vierde jaar
zal, dunkt ons, een degelijken grondslag kun
nen leggen bij de opvoeders van onze jeugd,
en wij mogen aannemen, dat daarbij de ken
nis en het juiste gebruik van de Nederland-
sche taal een zeer belangrijke plaats zullen
innemen, evenals bij de eischen, welke aan de
leeraren zullen worden gesteld. Het is niet
voldoende, dat de leeraar ,,knap" is; hij moet
ook het vermogen bezitten, de vereischte ken
nis over te dragen op de leerlingen; hij moet
..schoolmeester" zijn in den goeden zin van
het woord; hij moet, evenals de onderwijzer,
de kunst verstaan, den leerling bij te brengen
hoe deze de verworven kennis practisch kan
gebruiken, opdat uit dien leerling een nut-
tig lid der maatschappij zal groeien. Hier-
voor is in de eerste plaats noodig, dat onder
wijzer en leeraar hun gedachten goed, duide-
lijk en zuiver kunnen uitdrukken, d.w.z. dat
zij onze taal kennen en beheerschen, in ge
sproken woord en geschrift. Dan alleen zul
len zij ook in staat zgn, den leerlingen even-
eens die kennis en die kunde bij te brengen.
Het Nederlandsche volk wil zijn eigen aard
en karakter, zijn eigen wezen, onder alle om-
standigheden beschermen en behouden. De
eigen taal is van den volksaard een belang-
i-ijk anderdeel en bovenal een zeer belang-
rijk wapen voor deze bescherming. In ver-
watering en verslonzing van de taal schuilt
een groot gevaar, waartegen het volk in zgn
geheel, en allereerst de jeugd, angstvallig
moet worden behoed. Terecht heeft prof, van
Dam er op gewezen, dat onze mooie en rijke
moedertaal thans nog sterker dan vroeger is
blootgesteld aan het gevaar van een
verandering, waarbij hij blijkbaar doelde op
het nu zoo nauwe contact tusschen Neder-
landers en Duitschers. Elk goed Nederlander,
maar het Nederlandsche onderwjjs in de eer
ste plaats, moet tegen dit gevaar waken. Ook
later, als in een nieuw geordend Europa de
band met het groote Oostelijke buurvolk nau-
wer zal zijn dan voorheen, zullen wij moeten
zorg dragen, dat de eigen taal van het klei-
nere volk zuiver wordt gehouden, omdat hier-
Door
mee het behoud van het eigen volkswezen is
gemoeid.
Tweeerlei is dus de eisch: onze taal worde
zuiver gehouden en ons volk leere van jongsaf
die taal kennen en haar goed gebruiken in ge
sproken woord en geschrift. Voor ons onder
wijs, in al zijn geledingen, is hier een hoogst
belangrijke taak weggelegd.
Wie aan onze taal denkt, denkt 66k aan de
spellingkwestie. Op dit terrein is in ons
land, door onvoldoende beleid van vroegere
regeerders, een onhoudbare toestand ontstaan.
Dat eenzelfde taal op verschillende manieren
wordt gespeld en de een de spelling van den
ander niet kent dat b.v. de school op last
der overheid de e6ne spelling leert en de over-
heid zelf een Andere gehruikt is een toe
stand, die toch waarlijk niet mag worden be-
stendigd. Het is niet alleen belachelijk maar
ook in de practtjk treurig. Wij geven den
secretaris-generaal graag toe, dat de oplos-
sing niet eenvoudig is na de eenmaal gestichte
verwarring, maar wij_ vertrouwen, dat het
hem niet alleen zal gelukken zooals hij
zeide te hopen de kloof tusschen de school-
spelling en de officieele spelling te doen ver-
dwijnen, maar wij hopen bovendien, dat bij
een spellingherziening zal worden ingezien,
dat 't hierbij niet all£6n mag gaan om ver-
eenvoudiging. Want wie hierbij alleen op het
gemak uit is, loopt groot gevaar, dat hij aan
onze taal als kostbaar volksbezit onherstel-
bare schade toebrengt. Er is immers wel
degelijk verband tusschen de onderscheidene
taalvormen. zooals deze in de spelling tot
uiting kunnen komen, en het juiste gebruik
van de taal, in het b(jzonder de zoo belang
rijke zmsvorming. De spelling hoe onbe-
duidend zij menigeen bij oppervlakkig oordeel
moge schijnen is in werkelijkheid een niet
te verwaarloozen onderdeel van het kostelijk
bezit van ons volk: onze moedertaal.
Rrjksmaarschalk Hermann Goring heeft
Maandagmiddag te Berljjn, in tegenwoordig-
heid van deti Rij kscommissaris voor het be-
zette Nederlandsche gebied, rgksminister
Seyss Inquart, den ieider van de N.S.B., Ir.
A. A. Mussert, ontvangen. Op de ontvangst
volgde een gesprek, dat anderhalf uur heeft
geduurd.
DE UITREHtlNG DER
PERSOONSBEWIJZEN.
Bjjzondere maatregelen voor de
varende, rijdende en zwervende
bevolking.
Bij beschikking van den Secretaris-Gene-
raal van het Departement van Binnenland
sche Zaken is ten aanzien van het uitvoe-
ringsbesluit „Persoonsbewijzen" o.a. het vol
gende bepaald:
Ieder gerechtigde, die geaeht kan worden
te behooren tot de varende, rijdende of zwer
vende bevolking, moet zich, ter verkrijging
van een persoonsbewijs, eigener beweging
vervoegen ter secretarie der gemeente, in wei-
kei bev^lkingsregister hg is opgenomen of,
indien hij is opgenomen in het centrale be-
volkingsregister, ten bureele van de rijksin-
spectie.
Een verzoek van tot genoemde zwetvende
bevolking behoorende gerechtigden om uit-
reiking van een persoonsbewgs wordt ter-
stond in behandeling genomen, zonder dat
tevoren een schriftelijke uitnoodiging wordt
gezonden.
De vasts telling van identiteit, nationaliteit,
burgerlijken staat, beroep en signalement,
geschiedt ten aanzien van deze bevolking met
meer dan gewone nauwkeurigheid. De ge
rechtigde is verplicht desgevorderd de noodige
bewrjzen omtrent zijn identiteit te leveren.
Aan tot de varende, rijdende of zwervende
bevolking behoorende gerechtigden, die, ten
genoegen van den burgemeester of den aan-
gewezen ambtenaar eener andere gemeente
dan die, in welker bevolkingsregister zij op
genomen zgn, aantoonen, wegens beroepsbezig-
heden of anderzins, niet dan ten koste van
belangrijk geldelgk nadeel, binnen den voor
de uitreiking bepaalden termgn, aan de hier-
voren bedoelde verplichting te kunnen vol-
doen, kan worden toegestaan een ,,aanvraag-
formulier persoonsbewgs", model A (hetwelk
als bijlage bij de beschikking is gevoegdj in
te vullen.
Het ingevulde en door den gerechtigde be-
hoorlijk onderteekende aanvraagformulier
wordt op beide deelen te bestemder plaatse
voorzien van een afdruk van diens rechter-
wijsvinger en van het gemeentestempel en,
begeleid van de beide voorgeschreven foto's
aangeteekend toegezonden aan den burge
meester der gemeente in welker bevolkings
register de belanghebbende volgens zgn ver-
klaring opgenomen is of aan het hoofd der
rijksinspectie, indien hij verklaard heeft te
zijn opgenomen in het centraal bevolkings
register.
De burgemeester of het hoofd der rgks-
inspectie zendt tijdig vo6r het in de aanvrage
vermelde tijdstip een ten name van den aan-
vrager gesteld en voor uitreiking ondertee-
kend persoonsbewijs, benevens een zooveel
mogelijk ingevuld ontvangbewijs, beide voor
zien van de voorgeschreven foto, aangetee-
,,Volkomen met u eens", zei Williams
lachende.
Hg keerde zich tot mij. „Wat denk je van
Brighton?"
Ik lachte. ,,Dat zou mij uitmuntend gelegen
komen", zel ik.
HOQFDSTUK X.
kend aan den burgemeester der gemeente,
waar de aanvrager het stuk volgens zijn op-
gave in ontvangst zal nemen.
De burgemeester der gemeente, waar de
aanvrager het persoonsbewijs volgens zijn op-
gave in ontvangst zal nemen, zorgt voor het
vaststellen van identiteit, nationaliteit, bur
gerlijken staat, beroep en signalement en doet
het persoonsbewgs en het ontvangstbewijs
voor zooveel noodig aanvullen of wgzigen.
Nadat persoonsbewijs en ontvangstbewijs op
de voorgeschreven wijze zgn voorzien van de
noodige vingerafdrukken, van het rgkszegel,
van de handteekeningen van belanghebbende
en van de vereischte stempelafdrukken, wordt
het persoonsbewgs tegen betaling van de ver-
sehuldigde leges dan wel kosteloos ultgereikt.
DE TEXTIELDISTRIBUTIE.
Eenige nadere regelingen.
Naar aanleiding van ingekomen vragen is
een nadere uiteenzetting verschenen van de
laatste handleiding voor de distributie van
textielgoederen.
Hieraan wordt het volgende ontleend:
Onder kleeding en benoodigdheden voor
kinderen beneden 3 jaar vallen ook wieg-
matrassen, wiegedekens, wiegelakens, sloop-
jes en boxmatrassen. Hetzelfde geldt voor
kinderwagen-artikelen.
Deze artikelen zgn dus op de stamkaart
van het kind verkrijgbaar.
Tot de vrijgestelde artikelen behooren ook:
gepraepareerde poetsdoeken, dameskraagjes,
damesmanehetten (vrij als jabots, ruches e.d.
witgoederen), artikelen vervaardigd uit kunst-
leer, verbandgaas e.d., trek-(rits)sluiting,
hospltaaldoek (z.g. rubberdoek), gummi-
schortjes (worden niet beschouwd als textiel),
jute handwerkstoffen e.d., ongevoerde tricot-
handschoenen en leeren handschoenen, imi-
tatiebont als gameering, tapgten, karpetten
en loopers van papiergaren, celluloid boorden
en manchetten (geen textielartikel), stoffen,
kehnelijk alleen geschikt voor de vervaardi-
ging van paramenten, karpetten, tapgten en
loopers geheel uit jute vervaardigd, karpetten,
tapgten en loopers indien meer dan 50 pet.
papier bevattend, alle handwerk-gaasweefsels,
„dutch art" kleeden beneden 1 m2, hand
schoenen met gebreiden bovenkant, brood-
zakken, gasmasker-zakjes, naaizakjes, alle
elastieken weefsels, bestemd voor de vervaar-
diging van buikbanden, corsetten en corse-
letten, transparante regenkleeding, vervaar
digd uit z.g. kunstrubber.
Niet vrggesteld zijn witte bruidskleeding,
kleeding voor machinearbeiders, restcoupons,
imitatiestrooken en afvalstrooken, dweilen-
stof aan het stuk en corsetstoffen.
Nader zijn nog op punten gewaardeerd:
pyama's (tricot of gebreid) voor mannen SO
punten (natuurwol of natuurwolhoudend), 24
punten (tricot of gebreid) voor vrouwen resp.
20, 18 en 20 punten; winterjekker voor jon-
gens 50 punten, winterjekker voor meisjes
resp. 37, 25 en 37 punten; aanknooppakje
resp. 18, 14 en 18 punten; aanknoopbroekje
9 punten; kunstzijden stopzijde per 40 meter
1 punt; directoires korter dan 50 cm, totaal
van stof resp. 10, 6 en 6 punten.
Voorts moeten de volgende artikelen wor
den gewaardeerd als daarachter is aange-
geven: japon met bolero als japon en bolero-
jasje; badcape als badjas of badmantel;
kamerjas voor jongens of meisjes als meis-
jeskimono; wollen ongevoerde completmantel
als ongevoerde zomermantel; slaapsokken en
bedschoetien als gebreide sokken; „pils" kous-
beschermers als kousvoeten; overhemd met
los of vast boord en 1 paar manchetten als
overhemd (indien met meer losse boorden of
manchetten dan moeten de punten voor die
artikelen worden bijgeteld)voorjaarsjekker
voorjaarsjassenvoor meisjes als zomer
mantel; idem voor jongens alA demi-saison;
korte kappersjas als korte stofjas; camisole
als dameshemd; voetbalbroekje als tumbroek
(kort); voetbalshirt als tumhemd; mannen-
en jongensflanellen als onderhemd; corset-
lijfjes als lijfjes; fronts of serviteurs als hemd-
front; wollen gevoerde completmantel als
zomermantel; overblouse als onderblouse;
zonnejurk als jurk; strandjurk als jurk;
strandpakje voor kinderen als aanknooppakje;
strandpakje voor dames als blouse en schort;
strandjas (vallende onder groep wol) als demi-
salson of zomermantel; strandjas (andere
groepen) als badmantel; avondjapon als
japon.
Katoenen meisjeskousen zgn te waar-
deeren op 4 punten en gebreide jacquard
sportkousen op 7 of 8 punten.
Alle speciale vergunningen na 1 Februari
1941, welke door de distributiediensten voor
noodgevallen zijn uitgereikt, moeten voor 15
Maart a.s. in goederen zgn omgezet.
Onder gebreide kousen worden verstaan
kousen vervaardigd van handbreigarens of
grove industriegarens, zoowel vervaardigd
met de hand als op z.g. huisbreimachines;
ondet tricotkousen kousen vervaardigd uit
industriegarens door de machinale breiergen.
HALFWASMOSSELEN EN MOSSELZAAD.
Blijkens een besluit van den secr.-generaal
van Landbouw en Visscberij, opgenomen in de
Dinsdag verschenen Staatscourant no. 44, zijn
degenen, die halfwasmosselen of mosselzaad
,,Een liehte, zeer lichte hoofdpijn!" zei zij.
.,Dat Is alles wat er van over is. Behalve de
bult."
En zij lachte voor de tweede maal, een
lach, zo6 aanbiddelijk muzikaal, dat ik op-
nieuw moeite had mij er van te weerhouderi
haar te omhelzen.
,,Jean", zei Vic, de betoovering verbreken-
de. heeft zich schitterend gehouden! Zij wei-
gerde gisterenavond naar bed te gaan als zg
zich niet eerst overtuigd had, dat ze jou niet
meer van dienst kon zijn, ouwe karkas. En
ik wed dat het met haar hoofd een massa
erger- gesteld is dan zij wil laten blijken. En
tot belooning hebben wij" hij maakte met
een arm een beweging in de richting van
Williams „genadig besloten haar laatste
verzoek toe te staan. Jij mag naar Londen
terugkeeren in haAr auto, door haar bestuurd.
Williams en ik volgen in onzen gewonen wa-
gen. Bij aankomst te Londen zul je je naar
huis begeven, wat kleeren inpakken, den
trouwen Smith oppikken, die per telefoon ge-
waarschu/wd is en mij te stipt zes uur op de
minuut af in ,,De Pijl" te Sutton wachten.
Daama zullen we te Brighton een weinig
zeelucht gaan inademen en mogelijk wat uit
visschen gaan. Ha! Ha! Niet zoo kwaad, h6?"
Dit laatste tot Williams, die lachende toe-
sternde.
,,De aardigheid", zei Jean streng, ,,was
nogal flauw. Maar daarbij wil ik niet langer
stilstaan. Maar wat, wat mg betreft?"
„Wat zeg je nu?" vroeg Vic, eensklaps on-
gerust gewordem.
En ja, dat waren wij opeens alien. De be
teekenis van haar woorden was slechts te
duidelijk.
..Wat krijg ik te doen?" vroeg Jean, ter-
wijl een rimpeltje op haar voorhoofd ver-
scheen.
Li t geheel niets", antwoordde Vic kort.
..Daaiin vergis je je", antwoordde Jean,
niet minder vastberaden. ,.Je vergeet, dat de
Octopus mg gisterenavond een zware belee-
diging aangedaan heeft, die ik hem betaald
wensch te zetten. Ik ga met jelui mee."
Er heerschte een ijzig stilzwijgen. Nooit
had ik Jean zoo onwrikbaar gezien en in
weerwil van een even groote onwrikbaarheid
van mijn kant, dat zij aan geen enkel gevaar
van onzen vijand meer blootgesteld zou wor
den, voelde ik mij niettemin geneigd den dap-
peren geest waarvan haar woorden vergezeld
gegaan waren, toe te juichen.
Toen begon Vic te spreken en zelden of
nooit heb ik een zaak beter hooren verdedi-
gen.
,,Lieve Jean", zei hij, ,,laat dat karweitje
aan dezen ouden rot hier en aan mij over.
Hij zal in het stof bijten, en diep, voor het-
geen hij je gisterenavond aangedaan heeft,
maak je daarover niet ongerust. Maar je
weet dat je niet met ons mee kunt gaan. Be-
denk eens wat een machtig voordeel hij over
ons behalen zou, als hij jou in handen kreeg.
Hij zou je gebruiken als gijzelaarster, ons de
wet voorsehrijven en wij zouden tot toegeven
gedwongen zgn. Het zou niet fair zijn tegen-
over ons, hoe gaame we je ook bij ons zouden
willen hebben, om het slagen van de zaak van
zooiets te laten afhangen. Dat zie je zelf ook
in. niet waar?"
Hij had bedaard gesproken, maar met on-
omwonden oprechtheid en de punten die hg
naar voren gebracht had, schenen voor geen
bestrijding vatbaar. Overbezorgd, misschien,
de uitwerking van zijn woorden te versterken,
liet hij volgen:
,De Octopus weet tot zoover nog niet, wat
je voor Jack, voor ons, bent. Vergezelde je
ons naar Brighton, dan zou hij het spoedig
raden. Dan zou hij je in zijn macht zien te
krijgen."
Arme Jean! Ik kon de teleurstelling waar-
mee zg kampte, duidelgk zien. De rimpel was
dieper geworden en zij beet zich op de onder-
lip, in een dappere poging om flink te blij
ven. Eensklaps, toen de trijd voorbij was,
glimlachte zij.
„W)aarom zijn jelui alien zoo teergevoelig?"
riep zij uit. „Ik zou wenschen eens flink te
spreken".
„Ga je gang!" riep Vic. „Ik zal niet luiste-
ren."
Wij lachten ailen; Jean misschien een wei
nig zenuwachtig, na de bittere verguizing
van haar hoop, maar wij drieen mannqn, voel-
den ons merkbaar verlicht. Als Jean vol-
hard had en het ware gezichtspunt niet had
willen aanvaarden, zouden wij waarschgnlijk
in een hoogst ernstigen toestand verkeerd
hebben, want zooals Vic gezegd had, zou
haar aanwezigheid met ons te Brighton, zeer
noodlottige gevolgen na zieh kunnen sleepen.
,,En nu oude makkers", zei Vic opge-
ruimd, zullen we moeten opschieten, als je
Jean te Londen nog een goede lunch wilt
laten genieten, Jack! Wat, als we nog iets
gebruikten v66r ons vertrek?"
Wij vielen hem alien bij. Het noodige werd
binnengebracht en Jean hield zich ermee on-
ledig. Het volgende oogenblik waren de gla-
zen gevuld.
,,Daar g£ian we!" zei Vic.
Ik keerde mij tot Jean. ,,Jean op je ge-
zondheid!"
Zij glimlachte. „En daar ga jij!"
Het was kort na elf uur en daar Vic en
Williams, in een door de overheid verstrek-
ten wagen weggereden waren, nam ik naast
Jean in haar eigen auto plaats. We reden
over de ophaalbrug en lieten Wheen's Ditch
en onze wederwaardigheden van den vorigen
avond achter ons. Ik wendde het hoofd om
en hoewel de schoonheid van het oude slot nu
in het zonlicht even betooverend was als in
den manesehgn het geval geweest was, kan
ik niet zeggen, dat ik er het geringste voor
gevoelde.
Wordt vervolgd.)
GERARD FAIRLIE.
Uit het Engelsch door
Jhr. R. H. G. NAHUYS.
24Vervolg.
Ik vertelde hem met korte woorden de
v oorvallen die mij den vorigen avond ovsrko-
men waren. Zij luisterden aandachtig en toen
ik gereed was, wendde Vic zich tot Wil
liams:
,,Gaat hij vrij uit, of niet?"
..Ik zie niet in, dat hij anders had kunnen
handelen. Het was zeer jammer, dat juf-
frouw Anstruther juist te voorschijn kwam."
>Het was haar schuld niet", verklaarde ik
met warmte. „Zij deed haar best."
..Dat spreekt van zelf, mijnheer Ackland",
sprak Williams sussend. ,,Het was nooit mijn
bedoehng te laten uitkomen dat zij het niet
deed. Maar het was ongelukkig. Zonder haar
komst, zouden gij en mijnheer Caryll samen,
den Octopus zeer goed hebben kunnen vatten,
hoewel ge werkte. onafhankelijk van elkan-
der. Evenwel, dat genoegen zal op een ande-
ren dag voor ons weggelegd zijn."
Een genoegen zal het zeker zijn", antwoord
de ik. ,,En wat nu verder?"
,,Ik denk, dat een weinig zeelucht onzen
patient goed zou doen. niet?" zei Vic tot
Williams.
Nadat ik opgestaan was en mijn kleeren
van den vorigen dag, die intussehen gedroogd
en opgeperst waren, aangetrokken had, voeg-
de ik mij beneden in de rookkamer bij Vic en
Williams. Alle logeergasten, met uitzondering
van eene, die mij zeer na aan het hart lag,
waren reeds vertrokken, terwijl mijn gast-
heer en gastvrouw zich per auto naar Lon
den begeven hadden, ten einde een onderhoud
te hebben met Scotland Yard. Toen ik de ka-
mer binnentrad, liep Jean mij tegemoet.
„En?" vroeg zij. ,3eter?"
In voelde grooten lust haar in weerwil van
alle conventies en van de aanwezigheid van
Vic en onzen goeden vriend den inspecteur
in de arrnen te drukken, want ik had die op-
merking tot haar behooren te maken en niet
zij tot mij. Zij had een tamelijk hevigen slag
op den schedel ontvangen, een ervaring, die
voor een meisje minder gebruikelijk is dan
voor een man en toch was zij dit in haar be-
zorgdheid om mijn welzijn, geheel vergeten.
Weliswaar had zij geen sporen van haar
mishandeling van den vorigen avond be-
waard, behalve, misschien, dat de scbaduwen
onder haar oogen iets donkerder waren dan
gewoonlgk. Voor het overige zag zij er even
frisch als altgd uit en even begeerlijk als,
met rede en rede kent een verliefd man nu
eenmaal niet bij eenige vrouw het geval
zgn kan.
„Jean", zei ik, „hoe gaat het met je hoofd?"
Dit is een van de dingen die twee hoofd-
personen altgd tegen elkaar zullen zeggen
als een derde aanwezig is.
Zij lachte.