Te
ON
1
i
Kan
Buitenland
Feuilleton- verjellingen
Gemengde Berichten
A.A
curs
Tim
met
sch<
Opt
op
Alle
TIJ1
a. E
v. I
a.
v. I
v.
a.
v. E
Hiei
De
Voo
Voo
Voo
Lam
Voo
D
J- J-
V.
pers
tant
is i
geb
Kan
Teh
kaas op den kantongerecht-
ZOLDER.
BKABANTSCHE BRIEVEN.
VOOl
V.
V.
V.
Bij het treffen van onze maatregelen moe-
ten wij het volgende bedenken:
a. De verduistering zal vermoedelijk van
langdurigen aard zijn; de toe te passen mid-
delen moeten dus hierop berekend zijn en
vooral practisch worden aangebracht.
b. Voor he behoud van een goede gezond-
heid is het noodzakelijk in huis zoo normaal
mogelijk te kunnen verblijven; de ver-
duisteringsmiddelen moeten dus zoo worden
aangebracht, dat wij ons overal in huis kun
nen bewegen met voldoende licht en vooral
zoo, dat wij in de huiskamer de gewone ver-
lichting kunnen laten branden.
De persdienst van het Nederlandsch
Agrarisch Front schrijft:
Bij een veehouder-kaasproducent te Alphen
aan den Rijn werd dezer dagen een partij
kaas van 25 stuks, wegende 263 kg, in beslag
genomen. omdat de betrokkene deze kaas
niet had mogen produceeren, maar de melk
voor consumptie moest afleveren. Door de
afgelegen ligging van de boerderij zou deze
melk elke dag drie voile bussen over
een afstand van een half uur gaans per krui-
wagen naar een rijweg vervoerd moeten wor
den, hetgeen schier onuitvoerbaar is. De
ambtenaren der crisis-zuivelcentrale meen-
den met deze bezwaren geen i rekening te
mogen houden en namen de kazen in beslag.
Zij lieten de kazen vervoeren naar het kan-
tongerechtsgebouw te Alphen aan den Rijn,
waar ze op een zolder werden gedeponeerd
zonder vakkundige verzorging.
Den gouwgemachtigde van het Neder
landsch Agrarisch Front voor Rijnland,
den heer J. Rijlaarsdam, kwam deze zaak
ter oore. Hij stelde daarop een onderzoek in
vond aanleiding om zich tot de zuivelcentrale
in Den Haag te wenden. Deze verwees hem
naar het kaascontrolestation voor Zuid-
Holland.
De directeur van dit station, dr. Van der
Bunt, toonde begrip voor de omstandigheden
en gaf den heer Rijlaarsdam machtiging, de
partij kaas van den gerechtszolder te doen
halen, waama berging in een vakkundig
beheerd kaaspakhuis kon plaats hebben.
Hierbij bleek, -dat op den zolder nog een
andere partij kaas lag te rotten en reeds
grootendeels verloren was gegaan. Deze par
tij moet er reeds langen tijd gelegen hebben
zonder dat er ooit naar is omgezien. Ook
trof de heer Rijlaarsdam er een hoeveelheid
totaal bevroren aardappelen aan.
Men vraagt zich, aldus de persdienst van
het N.A.F., met bezorgdheid af, op hoeveel
zolders van gerechtsgebouwen in Nederland
op soortgelijke wijze kostelijk volksvoedsel
bederft tengevolge van ambtelijke ondeskun-
digheid.
log' zou moeten gaan, antwoordde Laguardia,
dat dit oogenblik zou aanbreken als het lot
van de Atlantische kust in het spel zou staan.
Amerika wil niet in den oorlog betrokken
worden, maar dan moet Europa zich niet in
Amerikaansche aangelegenheden mengen.
ONTRUIMING VAN DE ENGELSCHE
ZUID-OOSTK U ST.
Schweiz Press Telegraph meld; uit Londen:
De evacuatie van de Engelsche Zuid-Oost-
kunst is begonnen.
Liangs de wegen van de Zuid- en de Zuid-
oostkust naar het Noorden rijden honderden
auto's met bedden, kasten, kinderwagens en
allerlei huisraad beladen. Deze menschen zijn
op weg naar de nieuwe woonplaatsen, die
hun door de regeering zijn aangewezen.
Folkestone is grootendeels verlaten. De
huizen van Eastbourne en Worthing staan
leeg, Southend, dat voor den oorlog 140.000
inwoners telde, heeft er nu nog slechts 70.000.
Maar ook zijn er velen, die de raadgevingen
van de bevoegde instanties in den wind slaan
en na een tijdje weer naar de bedreigde zone
terugkeeren.
Zoo rijden langs de wegen van Engeland
ook auto's terug naar de steden die zij vroe-
ger hadden verlaten. In Folkestone zouden
reeds 5000 personen zijn teruggekeerd.
Tot nu toe is van officieele zijde nog niets
hiertegen gedaan. Enkele bladen beginnen
echter nu hun stem te verheffen, om aan
dezen toestand een einde te maken.
HET V LI EG VELD VAN JANINA
AANGEV ALLEN.
Het 250ste communique van het Italiaan-
sche hoofdkwartier luidt:
Aan het Grieksche front gevechten van
patrouilles en bedrijvigheid der artillerie.
Gedurende de gevechten van de laatste dagen
hebben het Albaneesche vliegercorps en het
vierde luchteskader zich bijzonder onder-
scheiden door hun steun aan de operaties op
den beganen grond en hun voortdurende en
succesrijke ondememingen. Woensdag over-
dag hebben luchtmachtformaties wederom de
vijandelijke verbindingen, verdedigingswer-
ken en troepen bestookt met lichte en zware
bommen en machinegeweervuur. Ook militaire
objecten te Prevesa en Larissa zijn getroffen.
Jachtformaties hebben in scheervlucht het
vliegveld van Janina aangevallen en achttien
op het veld staande Gloster-toestellen ver-
nield. Twee toestellen van hetzelfde type,
die tegen onze jagers trachtten op te treden,
werden neergeschoten. Een onzer vliegtuigen
is niet teruggekeerd, de bestuuraer kon zich
redden door van zijn valscherm gebruik te
maken.
In Noord-Afrika niets bijzonders.
In Oost-Afrika hebben zich in den sector
Keren Woensdag den geheelen dag hard-
nekkige gevechten afgespeeld, waaraan de
luchtmacht aan weerskanten deelnam. Over
de Joeba heeft een vijandelijke gemechani-
seerde colonne, gesteund door de luchtmacht,
Afmoeda bezet. In Kenya heeft onze lucht-
verdediging op 9 en 10 Februari vier vlieg
tuigen neergeschoten.
In den Soedan is nog een Gloster'neerge
schoten. De vijand heeft aanvallen gedaan
op het vliegveld van Addis Abeba. Negen
personen, onder wie twee inboorlingen, wer
den gedood, eenige gewond. De schade is
zeer gering.
In den nacht van 11 op 12 Februari heb
ben vijandelijke vliegtuigen eenige bommen
op Catania geworpen, zonder emstige schade
aan te richten.
DUITSCHE LUCHTAANVALLEN
OP MALTA.
Woensdagmiddag hebben Duitsche gevechts-
vliegtuigen eenige aanvallen ondernomen op
het eiland Malta. Daarbij ontstonden hevige
luchtgevechten waarin drie Britsche toestel
len werden neergeschoten. Alle Duitsche
toestellen keerden volgens D.N.B. op hun
basis terug.
DUITSCH GESCHUT BESCHIET DOELEN
IN Z. O. ENGELAND.
Duitsche batterijen verdragend geschut
hebben Woensdagmiddag belangrijke militaire
doelen in het zuidoosten van Engeland be-
schoten. (D.NjB.)
ENGELSCHE SCHEPEN BESCHOTEN.
Bij een gewapende verkenningsvlucht heeft
een Duitsch gevechtsvliegtuig Dinsdag ter
hoogte van Aberdeen een Britsch konvooi
aangevallen. Het vliegtuig wierp verschei-
dene bommen naar een koopvaarder van 3000
ton. Het schip kreeg drie treffers in de buurt
van de commandobrug. Een sterke rookont-
wikkeling toonde dat het in brand was ge-
raakt.
Een ander Duitsch toestel viel Dinsdag
voor de Pentland Firth, de doorvaart tus-
schen Noord-'Schotland en de Orkaden, een
koopvaarder van 3000 ton met succes aan.
Het schip werd aan den scheepswand getrof
fen en begon onmiddellijk te zinken.
EEN GEMEENSCHAPPELIJKE
VERDEDIGING VAN DE VER. STATEN
EN CANADA?
Laguardia, de burgemeester van New York,
heeft, aldus het S.P.T., op een vraag in de
Senaatscommissie voor buitenlandsche zaken
herhaald, dat de plannen voor een gemeen-
schappelijke verdediging van de Ver. Staten
en Canada gereed liggen. Deze plannen heb
ben betrekking op de tactische en territoriale
vraagstukken en op de samenwerking van het
militaire apparaat der beide landen. Op de
vraag van senator Clarck, in welke omstan
digheden Amerika volgens hem in den oor-
BRITSCHE OORLOG,SSCHEPEN TE
GIBRALTAR.
Naar het agentschap Menpheta meldt is
Dinsdagmiddag de Britsche vloot uit de Mid-
dellandsche Zee te Gibraltar aangekomen.
Het zouden sohepen zijn, die Genua hebben
beschoten. Het eskader bestond uit het vlieg-
tuig-moederschip Ark Royal, de drie slag-
schepen Malaya, Renown en Sheffield, twee
kruisers en verscheidene torpedobootjagers.
Op een slagschip zouden zich dooden en ge-
wonden hebben bevonden. Een ander slag
schip had schade aan den commandotoren
gekregen.
BEZOEK VAN FRANCO AAN
MUSSOLINI.
Uit Madrid meldt het D.N.B.Tusschen den
Caudillo en den Duce zijn, naar officieel
bekend gemaakt wordt, op 12 Februari in
Bordighera twee uitvoerige besprekingen
gevoerd. Aan de conferenties is ook deelge-
nomen door den Spaanschen minister van
buitenlandsche zaken, Serrano Suner. De
Italiaansche minister van buitenlandsche
zaken, graaf Ciano, die door zijn militairen
dienst verhinderd was aan de besprekingen
deel te nemen, zond Serrano Suner 'n vriend-
schapstelegram, dat door Suner met harte-
lijke woorden werd beantwoord.
Bordighera is een badplaats aan de Riviera
in Noord-ItaliS, op geringen afstand van de
Fransche grens.
Na de besprekingen is een communique
van den volgenden inhoud gepubliceerd
,,Bij de besprekingen die op 12 Februari
des ochtends en des middags zijn gevoerd
tusschen den Caudillo en den Duce, benevens
den Spaanschen minister van buitenlandsche
zaken. Serrano Suner, bleek overeenstem-
ming van opvattingen der beide regeeringen
ten aanzien van de problemen van Europee-
schen aard en van de kwesties, die in deze
historischen oogenblikken de twee volkeren
interesseeren".
FRANCO ALS BEMIDDELAAR.
„Een grap der wereldgeschiedenis".
Naar welingelichte zijde werd te Berlijn op
de vraag van een buitenlandschen journalist,
of generaal Franco in Parijs geweest is, ge-
antwoord, dat dat stellig niet het geval is
geweest. In politieke kringen worden de
buitenlandsche berichten, volgens welke
Franco tot taak zou hebben als bemiddelaar
op te treden ten einde een vrede tusschen
Engeland en Italie tot stand te brengen, als
„een grap der wereldgeschiedenis" geken-
merkt.
DE LUOHTAANVAL OP BRITSCH
CONVOOI BIJ PORTUGAL.
Ten aanzien van den aanval van Duitsche
bommenwerpers op den Atlantischen Oceaan
waarbij een groot Britsch convooi verstrooid
en gedeeltelijk vernietigd werd, verneemt het
D.N.B., dat het effect van den aanval nog
aanzienlijk grooter is dan men aanvankelijk
gedacht had. Bij de achtervolging van het
verstrooide convooi kon nog een schip van
5000 ton door rechtstreeksche treffers tot
zinken gebracht worden. Het totale verlies
van dit convooi bedraagt bijna 50.000 ton,
waarvan 29.500 ton tot zinken is gebracht
en 20.000 ton in brand geraakt of zwaar be-
schadigd is.
Het stilzwijgen der Britsche admiraliteit
bewijst, hoe zwaar deze slag de Britsche
scheepvaart getroffen heeft, aldus het
D.N.B.
DE POLITIEKE GEVANGENEN
IN FRANKRIJK.
In een officieele te Vichy uitgegeven mede-
deeling wordt naar het D.N.B. meldt gezegd,
dat de onlangs uit het intemeeringskamp
Pellevoisin naar Valse les Bains overge-
brachte geinterneerden voortaan niet meer
onderworpen zijn aan de normale tucht, zoo-
als tot dusver. Zij werden thans niet meer
afzonderlijk in hechftenis gehouden, maar
kunnen zy zich als politieke gevangenen in
hun verblijfplaatsen vrij bewegen. Deze ver-
blijfplaatsen bevinden zich in een hotel.
Onder de politieke gevangenen in Valse les
Bains bevinden zich o.a. Reynaud, Mandel,
Vincent Aureol Doriot, Dormoy en Grurn-
bach. De voornaamste beklaagden van Riom
n.l. Daladier, Gamelin, Blum en Guy la
Ohambre, bevinden zich nog steeds te Bour-
rasol in de buurt van Riom.
't Manneke is dart veul moei. Want Dre IH
heeft 'm dan ganschen werkdag haarfijn
verteld, ze hebben samen de boeken bijge-
werkt, den Eeker kreeg z'n dagelijksche
training, 't „drukken" van den grootboek,
hij kan 't nou tien keer mee den rechter- en
zes keer mee den linkerarm, ja we blijven
vooruitgaan, maar dan, negen uren om-
trent, dan is 't manneke ,,op". Dan ziet Trui
'ns 'n paar keeren veulbeteekenend van den
Dre naar de klok, van de klok naar heuren
kleinzeun, zucht zoo 'ns ongeduldig, schuifelt
mee de klompen net of ze zal opstaan, afijn,
dan heeft die goeie ouwe ginnen rust meer,
veur den Eeker tot z'n mager neuske, onder
den wol ligt! En ligt den sproetenkoning
dan eindelijk lijk 'nen vorst onder de dekens
en kussels, dat kunde den Dre dverlaten!
dan begint Trui fluisterend te foeteren,
,,dat 't 'n ongeperrementeerd schandaal is,
om dat bordpampieren kwiebuske zoo af te
tobben" en „zal z'er werk van maken bij den
dokter!
Verlejen week op 'nen avond, als den dag
gevorderd was tot Trui's-vijf-minuten-zacht-
gesjamfoeter, dan wreef m'n baaske zoo 'ns
plazierig in z'n handen en zee, dwars over
Trui's ripplementen henen: ,,m'nen Eeker
komt er weer lekker in, opa?"
,,Ge bedoelt, Dreke?"
,,In de zaken!"
'k Had moeite den laeh in te houwen. Of
er heelegaar ginnen ,,Ouwenbosch" is, ja
of er gin Trui in den huis was, zoo royaal,
zoo plazierig, zoo handenwrijvend kwam er
dat uit: „in de zaken!"
Ik zweeg. Knipte 'n onmerkbaar oogske
naar m'nen deurzetter. Maar Trui vroeg,
meer 'n schel klankske in de stem: „wa-
blief?
Den Dre keek Trui 'ns lollig aan, knikte
heur toen, mee 'n knipoog, iets te vriendelijk
toe.
„Daar zulde van vegen, kwajongen!"
antwoordde Trui: ,,'t manneke is geroepen
in den Heiligen dienst en nie in den dieen
van de ,,Brabantsche Groentencentrale".
Twee felle kleurkes begosten te blinken
onder Trui's oogen. Vast knepen heur lip-
pen samen, tot 'n neerwaarts gebogen streep:
Trui at heur bloed op!
Maar Dre HI stak 'n pepke aan, begost op
en neer te loopen deur den huis. Hij had iets,
den stuggen tiep. Maar teugen dat ge-
ijsbeer is Trui niet bestand. Dus vroeg ze
'm na vijf minuten: ,,zitte gij soms mee
Ulvenhout.
Amico,
Da's iederen avond
den Dr6 z'n leste
werk: 'n half uur te
voren zet ie z'n op-
kamerke open,
dat heeft ie den
Eeker zoolank afge-
staan, 't kamerke
komt dan rap op
kamertemperatuur,
't bed daar wordt
gewermd mee krui-
ken en dan, half tien
omtrent, rolt ie den
Eeker in 'n deken,
z<5<3, dat ge niks meer van 'm ziet dan z'n
sproetig stekelskopke, dat moeilachend uit
den dekenrol stikt.
Zoo draagt Dr6 HI 'm dan, locht als 'n
pluimke, de trejen op, naar "t kamerke.
„Ik loop daar te denken, Opoeke-van-me...'
Toen keek Trui 'ns omhoog, boven heuren
bril, liet 't stopwerk even rusten. En 'r oogen>
vroegen verontweerdigd,,motte mij hebben
soms, aap Maar onverstoord herhaalde
den Dre z'nen vriendelijken aanloop van
woorden: ,.,ik loop daar te prakizeeren.
Opoeke-van-me, dat 't toch eigenlijk nie te
pas komt, den Eeker in jouw nachtponnen
te steken en jou te laten sukkelen, opoe, mee
z'n tekort aan waschgoed!"
^NouEnvroeg Trui wan-
trouwend.
„Ik rij Zondag 'ns naar den Ouwenbosch
en haal daar een-en-ander van zijnen uitzet
verom".
Trui wou iets zeggen; de kleurkes begos
ten te gloeien als kooltjes; Maar den Dre
vervolgde toep: „Broeder Overste zal ook
wel begrijpen, nou mee dat textielpunten-
gepruts, dat den Eeker moeilijk Zaterdags-
avonds naar „de HI Coninghen" kan komen,
om z'n eigen te verschoonen daar!"
Amico, m'nen lever krulde mee al z'n pun-
ten teugen m'nen buikwand op. Wat had ie
die ouwe Truimui daar vastgezet. Ze bl6ef
'm aankijken, heuren kop in d'hoogte, naar
dieen uitgeslepen compagnon van me. 'k Zag
haar slikken.
Eindelijk had ze 't „Goed! Breng dan
van alles tw6e stuks mee, nie meer, verstade!
dan kan 'k 't wel redderen!"
„Dat klasjeneer ik wel mee Marcus," zee-
t-ie luchtig.
,,Daar vqlt wijers niks te klasieneeren; gij
doet maar datte, wa-d-ik oe zeg", snibde Trui.
Toen boog ze der hoofd weer naar- den schoot
vol stopwerk, nie heelegaar content over haar
eigen, nie heelegaar gerust op de bedoelingen
van haren kleinzeun, teugen wien ze al 'ns
meer 't looike moest leggen
,,He, opoe, ge mot me nie zoo afsnaauwen,"
pruilde-n-ie goeiig-spottend„ge meent er
ommers toch niks van." Onmiddellijk glee
den strakken trek van wantrouwen van
Trui's gezicht. Maar fel sprak ze. .teugen
jou is geenen mensch opgewassen!''
In de bedstee lag Trui nog te murmereeren.
,,Denkte da'k 'm nie voel? Da'k nie snap
waar ie op aan wil sturen?"
,,Och, Trui, ge wit genogt hoe ons baaske
aan den Eeker verknocht is. En als z'n roe-
ping echt is, dan... dan valt er toch niks aan
te doen." ti
„Da's allegaar best meugelijk, maar
„Wel te rusten, wefke!"
,,Trek me nie bloot."
„Wel te rusten, wijf!"
„Sloppfel."
's Zondags spande Dre III de sjees in, na
den eten, gong mee 'nen seel boodschappen
van Trui fen van den Eeker op pad.
„Rije nie meer, opa?" vroeg ie plazierig.
,,Neee, Dre, 'k gaai proppen, man." Ik
docht, ik blijf er tusschenuit.
's Avonds kwam ie verom mee den Eeker
zijnen koffer en volledigen uitzet. ,,Ik heb
z66 gedocht, opoe, en Marcus was 't mee
me eens: nou kunde gij meteen den heelen
boel nog 'ns nakijken op ripperatie en zoo!"
Trui stond geslagen, Simmen stond 'r na-
der dan 't lachen. ,,Enen dat heilig
beeld...?" vroeg ze; ,,motten daar soms ook
knoopen aan gezet worden
„'k Was t6ch bezig mee inpakken," ver-
ontschuldigde den tiep z'n eigen: „en ik w6£t,
hoe ie aan dat beeld gehecht is!"
Trui keek naar den Eeker, rrtaar die zat
mee kinderlijk plazier naar z'nen koffer te
kijken, naar de spullekes, die hij zoo lank
had gemist.
„Is er mijnen missaal bij, Dre?"
,,Zekers!"
,,En 't vetpotje dat veur 't beeld mot
staan?
„Ook al!"
,,En m'nen potternoster
,,Astemblief."
„Hoe hebt ge die gevonden, Dre?" vroeg
den Eeker vol bewondering: „die zal toch...?"
„In oewen werktoog, ja! Maar die hong
acliter de deur van oew kamerke en ik docht
zoo, 'k zal 'ns efkes in den achterzak voelen.
^Mamamaar ge hebt fllles mee-
gebrocht!" zee Trui verschrikt.
,,'t Was een moeite," gaf den Dre geduldig
ten antwoord.
Trui, woedend teugen mij: „wat he'k oe ge-
zeed? Jouw?!"
,,Mij? Wanneer?"
,,'Van de week?! Op bed?!"
Ik draaide weg, den erf op. 'k Was een
weergaren! Van den eenen kant vond ik dat
Trui wel 'n bietje gelijk had; van den anderen
kant kost ik 'n groot respect veur m'n baaske
nie wegdrukken, veur dieen tiep, dieen ver-
overeer, die alles naar z'n handje wit te
zetten. Daar toch eigenlijk den Eeker uit 't
klooster had gehaald mee 'n koud smoesje
over textielpunten.
Toch den Eeker 'ns ,polsen! En 'n uur later,
dan zee ik zoo: „alles is nou weer hier, ee?
Eeker?"
,,'k Geloof 't wel, baas."
,,Wat doede nou, als ge beter bent?"
Onbegrijpelijk keek ie me aan.
„Wablief, baas?"
,,Wat of ge nou doet, als ge beter zijt!
Gade dan weer werken op den kloosterhof.
ofof blijfde hier, op onze hof?"
't Manneke zag me aan, 'nen diepen groef
in 't veurhoofd. Dan zag ie naar Dre in.
Dan naar Trui. 't Was efkes heel stil.
't Zweet brak den Eeker uit. Dan beefde
z'nen mond en hij bromde ,,Kweetnie."
,;D&&.r wordt ie weer ziek," zee Dre III.
„Hou-d-oewen snebbel," zee Trui. Die gong
toen den nog nuuwen uitzet prontjes in de
kast op stapeltjes zetten. Den Eeker ver-
dween, mee z'nen potternoster, onder de
dekens.
Maar den anderen Zondag, Maria Lichtmis,
kregen we bezoek. Na den Zondagschen
koffie-mee-koek, als Trui heur beste spullen.
na den kerkgank, weer weggeborgen had, 'n
wilde sneeuwjacht over den erf werlde, den
soep smeuig stond te geuren op de plattebuis,
dan kwam, op dat goeie uurke ineens 'n
zwarte, veurovergebogen figuur over den
witten erf.
Blek, onder de kachel, blaifte efkes. Trui
zee: „dat lijkt'nen gedstelijke
Dre HI kneep z'n oogen 'n bietje dicht, zee:
lijkt? 'tis er eenen!"
Als den mensch klopte, was ik al bij de
deur, gooide den klink om. ,,Kom binnen,
kom binnen.., eh... allee, da's broeder Mar
cus!"
,,Sjuust," zee-t-ie, mee 'nen vagen lach.
Ja, den Marcus is 'nien stillen, ziede. Altij
alleen in z'n steeke „de IH Coninghen" of in
de akkers van Alvemo, om mee z'n beesten,
is deuzen mensch vaneigens nie druk. Zwijg-
zaam en ingekeerd. Mager, peezig van den
landarbeid. Sterk, stug. 'Nen plichtenmensch,
waarop ge bouwen kunt. Wel nie direct 'nen
tiep, wien ge smeeken zult lid van de prop-
club te worden, maar toch 'nen kwiebus
waarmee ge, vooral als boer, rap op oew ge-
mak bent. Want boer is ie; en goed! Dat
zien wij gaauw van malkaar. Aan de manier
waarop zoo eenen in den stal naar de runders
ziet, naar 'nen kliek melk in den emmer.Of,
mee eenen rapgaanden blik den erf overziet.
Ja, vaklui hebben malkaar gaauw deur.
„Kom binnen! 't Is hier beter dan buiten."
,,Geren, Dre. Maar zoo'n sneeuwkuike,
daar kunnen we wel teugen, man!" Dan:
,,'k heb geren 'nen kwajen Lichtmis; dat
veurspelt 'n vroeg en 'n goei veurjaar!"
,,Zoo is 't!"
,,En da's natuurlijk ons Trui!" zee-t-ie har-
telijk. Nou, ge kent Trui, amico, dalijk
hielp ze den Marcus uit zijnen natgesneeuw-
den jas, sloeg zijnen zwarten gleufhoed droog,
vroeg of ie gin natte voeten had, want dieen
sneeuw dringt overal deur, of ie koffie lustte,
koek, sigaren, misschien wel 'n bordeke soep
straks. afijn, den eenzamen broeder-boer
mocht van Trui alles hebben.
Teugen Dre HI zee-t-ie: „dag gladdekker",
en die twee twee woordekes leken mij hard
op den titel van 't stuk, dat den Marcus hier
kwam opvoeren.
Dan gong ie naar den Eeker, die al dieen
tijd mee glanzend' oogen, 'nen open mond en
'n lachend kopke vol spanning had zitten
toezien en afwachten. Die twee, ge kost 't
voelen, kenden malkaar goed! Dalijk gong
broeder Marcus bij den Eeker zitten, lee z'n
hand zachtkes op den Eeker zijnen schouwer,
en zee: ,,'t Is stillekes in de II Coninghen,
Eeker."
Den Eeker keek in gepeins vooruit, knik-
kend gong 't kopke op-en-neer en dan zee-
t-ie: „d&t geleuf ik, broeder Marcus,"
Gaauw beter worden, Sjaak!" Den Eeker
knikte. Zee: ,,kweet-nie." Maar Marcus gong
daar nie op deur; die twee kennen malkaar!
„Ge mot de vriendelijke groeten hebben van
broeder-overste, van den novicenmeester, van
al de postulanten enen van onzen dokter!
En of ge weer rap verom komt, mot ik oe
van huilie allemaal vragen!"
„Jaa... Hebben ze dat gevraagd g'had...?"
Allemaal! En hier..., kek 's jonk," -
toen nam ie z'nen gebejenboek uit den ach
terzak, nam daaruit 'n prenteke, „en hier
'n prenteke, da'k oe geven mot van onzen
rector; hq heeft er 'n krachtig gebedeke op
geschreven veur spoedige beterschap!"
„iHoedikkels mot ie dat innemen?" klonk
ineens de stem van Dre IH, die z'n eigen
aan de tafel, mee den vuist onder 't hoofd,
te verbijten zat.
„T Is tooch...!" schrok Trui.
,,Jou krijg ik wel, zee den Marcus lachend.
„Wij hebben 't in den Ouwenbosch van de
week nog al 'ns over jou g'had!"
Toen: ,,gij kwam verlejen week toch twee
hansjoppen halen, ee? Veur den Eeker?
Nou...? vroeg Dre HI mee prach-
tige verwondering.
,,Nou? Man. ge hebt onzen Eeker com-
pleet verhuisd!"
Onzen Eeker? Ge bedoelt: mijnen
Eeker broer!"
Toen zweeg Marcus. Hij keek mij, dan Trui
'ns lachend aan. D'n kearel begreep. En hij
zee dan: „Dr£ke, 't is mee jou nog altij sjuust
als vroeger op ons instituut: ge bent en ge
bleft 'nen gladdekker, maar wij kunnen toch
nie kwaad op jou worden!"
Toen heb ik de lekkerste sigaar uit de kast
gehaald die 'k bezat en teugen Marcus ge-
_i Jni- sirt/4 Mronr or rnnlf Hulls' DflP
zeed: ,,gooi dat end weg en rook deus! Doe
me dat plazier!"
Broeder Marcus is pas weggegaan teugen
den avond. Hij is heel den verderen Zondag
onzen gast gebleven. Op 't end heeft den Dr£
de sjees ,.dan maar" ingespannen en z'n teu-
genpartij" naar den Ouwenbosch gerejen.
Maar zoo, amico, zoo wordt er- op den
oogenblik gestrejien om 't Eekerske, dat eer-
tijds zoo onaanzienlijke zwerverke, dat woon-
wageljonk, opgeropt deur mijnen Dr6 III.
Ge zout toch zeggen, ee?
Wat mij aangaat, ik hou me buiten deu3
kwestie. Maar hoe 't afloopt...? Kweetnie!
Veul groeten van Trui, Dr6 III, den Eeker
en als altij gin horke minder van oewen t.a.v.
DRfi.
TWEE COMPLOTTEN VAN GRAAN-
DIEVEN ONTMASKEBD.
Na een langdurig en zeer veel moeite kos-
tend opsporingswerk is de Rotterdamsche
politie er in geslaagd twee compiotten van
graandieven te ontmaskeren, waarbij een
aantal arrestaties van dieven en helers is
verricht. Sohippersknechts bleken min of
meer geregeld graan te stelen uit schepen,
die in de Maashaven liggen en langs allerlei
kanalen vond dit graan zijn weg naar koo-
pers.
Zooals meestal bij het ophelderen van mis-
drijven had ook deze politiezaak een klein
begin. Op een Zondag in het begin van
Januari kreeg een surveilleerend agent in de
gaten, dat er in de bakkerij van J. H. B. in
de Crooswijkbuurt werd gewerkt. Een onder
zoek werd ingesteld en toen bleek, dat er
graan werd gemalen in een electrischen kof-
fiemolen. Een partij van 1700 kg tarwe kon
in beslag worden genomen en tegen bakker
B. werd proces-verbaal opgemaakt \yegens
overtreding van het voedselvoorzienings-
"besluit. t
De vraag was, waar bakker B. dit graan
vandaan had. Hij zeide, toen hem dit door de
politie werd gevraagd dat hij het had ge-
kocht van een graanhandelaar S. van den
Linker Maasoever, die er voor had gezorgd,
dat het graan bij hem in de bakkerij was be-
zorgd. Bijzonderheden over dezen S. zeide de
bakker niet te kunnen geven, ook wist hij
niet, waar hij precies woonde en hoe hij pre-
cies heette.
Rechercheurs van het hoofdbureau gingen
daarop op zoek naar den leverancier van het
graan S. of hoe hij mocht heeten. In den
graanhandel was niemand bekend, die S.
heette. He eenige houvast, dat de politieman-
nen dan ook hadden, was, dat het graan bij
bakker B. was gebracht op een vrachtauto,
die behoorde aan een ondernemer van trans-
porten op den Linker-Maasoever. Bij ver-
schillende expeditiefirma's werd een onder
zoek ingesteld en zoo kwam de politie te-
recht bij een transportonderneming, die juist
op den dag, dat de politie bij haar kwam, een
karwei 's rmorgens had moeten verrichten
voor een zekeren v. d. S. Er zat aan dit
transport, dat begrepen de rechercheurs dade-
lijk, een luchtje, want de chauffeur had zich
's morgens heel vroeg, toen het dus nog don-
ker was, op een aangegeven plaats moeten
melden en zou daar verdere instructies krij-
gen. Nagegaan werd nu hoe het met dit
transport was geloopen.
De chauffeur had om 6 uur bij de Maas
haven moeten zijn, maar hij had zich versla-
pen en was te laat gekomen. Op de aange
geven plaats had hij nog wel een schippers-
knecht ontmoet, die hem zeide, dat het trans
port reeds was verricht door middel van car
riers. Het spoor was dus dood geloopen. De
rechercheurs wisten echter den besteller van
den vrachtauto op te speuren: een zekeren
v. d jS. En ook kwamen zij in contact met
diens buurman C. H. Veel wijzer werd de
politie niet uit hetgeen deze mannen mede-
deelden. Zij hadden het over een partij gerst
en mais, die van de Maashaven naar een zij-
straat bij de Putschelaan was gebracht voor
onbekende lieden. Voor de hulp bij het best el-
len van transportmiddelen hadden zij van
deze onbekenden 5 gekregen, zoo zeiden zij
nog.
Nu gingen de rechercheurs op zoek naar
het pakhuis en zij vonden een pand, dat hun
verdacht leek in de Transvaalstraat. Op hun
kloppen werd niet open gedaan, maar zij
hadden wel gehoord, dat er iemand binnen
moest zijn, zoodat zij zich verdekt in de buurt
opstelden. Dit had succes. Na een poosje
kwam er een vrachtauto met aardappelen.
Eenige mannen verlieten dezen wagen en
gingen het pakhuis binnen, waarop de politie
hen onmiddellijk volgde. In het pakhuis vond
men de mannen v. d. S. en C. H., met wie
de rechercheurs eenigen tijd tevoren hun niet
veel resultaat hebbend onderhoud hadden ge-
had. Voorts bleek in het pakhuis 1250 kg
graan te zijn.
Het graan, zoo zeiden de mannen in het
pakhuis, behoort toe aan den aardappelhan-
delaar C. G. En juist was dit verteld, of daar
kwam deze aardappelhandelaar het pakhuis
binnen wandelen. H\j verklaarde dat het
graan toebehoorde aan onbekende mannen,
die 'n deel van zijn pakhuis hadden gehuurd.
Ondanks deze verklaringen ging de politie er
toen toe over om de twee mannen en den
aardappelhandelaar in arrest te nemen; het
waren de 38-jarige A. v. d. S., de 25-jarige
C. H. en de 24-jarige C. G. Het graan werd
in beslag genomen.
In het hoofdbureau werden de aangehou-
denen verhoord, maar er was niet veel uit
hen te krijgen. Daarom gingen de recher
cheurs nu op zoek naar den verhuurder van
carriers, die te hulp was gekomen, nadat de
chauffeur zich had verslapen. Zij kwamen
terecht bij J. H. O., een verhuurder, die mede-
deelde, dat hij aan C. H. drie carriers had
verhuurd. Toen moest H. wel bekennen. Hij
verklaarde, dat hij met A. M. v. d. W. sedert
November in graan had gedaan, waarvan de
herkomst duister was. In de duistemis
's morgens werd dit graan bij de Maashaven
weg gehaald en al gauw bracht het onder
zoek nu aan het licht, dat schippersknechts
het graan stalen uit schepen in genoemde
haven, 's Avonds werden de leege zakken bij
de Maashaven neergelegd en's morgens vroeg
werden deze gevuld gehaald. Verscheidene
mannen waren bij deze diefstallen en trans-
porten betrokken. De politie arresteerde den
35-jarigen smid A. M. v. d. W., die met C.
H. in het gestolen graan handelde en voorts
den 20-jarigen schippersknecht T. D., den
voornaamste dief, die geholpen werd door de
schippersknechts J. S. en S. de G. Dit vier-
tal met de drie mannen, die eerder waren
aangehouden werd naar het huis van bewa
ring gebracht.
Wlegens verleende hulp van het transpor-
teeren en wegens het koopen van het gestolen
graan werden nog zes mannen aangehouden,
tegen wie proces-verbaal is opgemaakt, waar-
na zij op vrije voeten zijn gesteld. In totaal,
althans voorzoover de politie kon nagaan,
heeft dit complot 10 ton graan gestolen en
verkocht.
De politie dacht nu, dat zij de zaak tot op-
heldering had gebracht, maar toen de ge-
arresteerden werden geconfronteerd met den
bakker B. uit Crooswijk, bij wien het spoor
was begonnen, bleek, dat er nooit contact
was geweest tusschen den bakker en deze
lieden. Men had dus wel een dievencomplot
ontmaskerd, maar bij toeval een ander. dan
waamaar werd gezocht.
Er moest dus nog een complot zijn en daar
om begon het speuren van de politie opnieuw
en ook nu weer begon men bij het uitgangs-
punt, den bakker in Crooswijk. Zoekende
naar den leverancier van den bakker, die S.
v. d. S. of wat daarop geleek, moest heeten,
kwamen de rechercheurs nu terecht bij den
33-jarigen W. S., die een handel in zaad
dreef aan den Linker-Maasoever. Deze man
was vroeger graancontroleur geweest en had
vele connecties in den graanhandel. Deze S.
werd met den bakker geconfronteerd, die
hem herkende.
Het onderzoek wees nu uit, dat S. al eenige
maanden gestolen tarwe en ander graan
kocht, dat uit schepen uit de Maashaven
kwam. Nu werden gearresteerd S. en de 40-
jarige C. v. O., de 56-jarige P. G.. de 48-
jarige F. S. en de 36-jarige H. de G. De
laatste vier stalen en vervoerden het graan,
dat werd opgeslagen in de zaak van S. Bij
dezen laatste kon in beslag worden genomen
2000 kg mais, gerst en tarwe. Het tweede
complot was nu dus ontmaskerd. S. finan-
cierde de zaken en de anderen zorgden voor
het stelen en voor de transporten, die steeds
in de duisternis 's morgens vroeg geschiedden.
Nadat kon worden vastgesteld, dat S. aan
bakker B. 700 kg tarwe had verkocht, wer
den ook deze bakker en zijn knecht de 18-
jarige J. E. gearresteerd. Het tweede com
plot, waarvoor evenals van het eerste, zeven
mannen zijn gearresteerd, heeft, volgens het
onderzoek, 15 ton graan gestolen en verhan-
deld.