Buitenland
GEBREK AAN BEENDEREN VOOR LI.111.
ANTONESCU KONDIGT MAATREGELEN
AAN TOT HERSTEL VAN RUST
EN ORDE.
Een derde werk, dat een groot streekbe-
lang beteekent, is aan den gang en op komst
in de Geldersche vallei.
Reeds werd een aanvrage ingediend en zijn
de plannen in voorbereiding. Het aantal we-
gen is tbans veel te gering tengevolge waar-
vein bet gebied slecbts weinig toegankelijk is.
De aanleg van een kanaal, de verbeterde ont-
watering en de ruilverkaveling, kunnen in dit
eeuwenlang stiefmoederlijk bedeelde gebied
een toestand scheppen, welke een moderne
landbouwkundige exploitatie mogelijk maakt.
Nieuwe bedrijven zullen kunnen worden ge-
aticht, wat in deze streek een sterke verhoo-
ging van de welvaart met zicb mede zal
brengen.
SAMENWERKING ORGANISATIES VAN
BEDRIJFSPLUIMVEEHOUDERS.
De besturen van de N.P.F. en A.N.P.V.
resp. de Nederlandsche federatie van vereeni-
gingen van bedrijfspluimveehouders en de
Algemeene Nederlandsche Pluimveeteelt Ver-
eeniging, deelen mede, dat zij, in afwachting
van het resultaat van nadere besprekingen
tusschen beide organisaties, hebben besloten
alle gemeenscbappelijke belangen van hun
leden gezamenlijk te behartigen.
KIND ERBIJSLAG WET EN TEWERK-
GESTELDEN WERKVERRUIMING.
Voor de uitvoering van de kinderbrjslagwet
voor de bij wijze van werkverschaffing te-
werkgestelde arbeiders stuiten de uitvoe-
ringsorganen op de moeilijkheid, dat in den
regel zij, die werkgdvers in den zin van de
wet zijn (gemeentebesturen, particuliere
grondWezittersi, naamlooze vennootschappen,
enz.) weinig of niet in aanmerking komen
met de betrokken arbeiders. De eigenljjke
leiding van de werken berust namelijk by een
ontginningsmaatschappij.
Ten einde nu toch te komen tot een be-
hoorlyken gang van zaken, hebben de Fede
ratie van Bedrijfsvereenigingen en de Ver
eeniging van Raden van Artoeid overleg ge-
pleegd met de drie ontginningsmaatschap-
pijen in ons land (De Nederlandsche Heide
Maatschappij te Arahem, de N.V. Grondmaat-
schappij te Zwolle en het Technisch Bureau
van de Unie van Waterschapsbonden te Haar
lem), welke in het overgroote deel van de
werkverruimingsobjecten met de uitvoering
zijn belast. In plaats nu van de eigenlijke
werkgevers zulleh deze drie maatschappijen
zorg dragen voor de vervulling van al de
wettelyk voorgeschreven fonmaliteiten, indien
zij tenminste met de uitvoering van de wer
ken zijn belast. Andere werken vallen na-
tuurlijk buiten hun bemoei'ingen. Op deze
wijze wordt gehoopt, dat de bezwaren, welke
anders bij de kinderbijslagverzekering van
tewerkgestelden in de werkverschaffingen
zouden rrjzen, grootendeels ondervangen kun
nen worden.
WAT IN fefiN MAAND VERROOKT WERD.
De „Chr. Tabaksbewerker" geeft een over-
zicht van het verbruik van sigaren over de
maand October 1940 en den daarvoor ontvan-
gen prijs.
Het totale verbruik was 155.8 millioen
stuks. Hiervan waren ruim 31 millioen ge-
banderolleerd met 25 pet. en dus 124 millioen
met 20 pet. -accijns.
De prijzen liepen nog steeds op. Dit is na-
tuurlijk niet te verwonderen bij het steeds
duurder moeten inkoopen der grondstoffen.
Van de 124 millioen stuks waren volgens
de banderollebelasting:
van 4% cts. 9.3 mill.; van 5 cts. 5.2 mill.;
van 6 cts. 20.4 mill.; van 7 tot en met 8 cts.
36.7 milL; van 9 en 10 cts. 28.3 mill.; van 11
en 12 cts. 13.5 mill.; van 13, 14 en 15 cts.
6.4 mill.; van 16 en 18 cts. 1.2 mill.; 'boven
18 cts. 3 mill.; totaal 124.0 millioen.
De gemiddelde doorsneeprrjs was ongeveer
9 cent per stuk. Rekenen wij daarbij ook de
ruim 31 millioen, w.o. ook alle senoritas ge-
rangschikt worden, dan is de gemiddelde
doorsneeprijs 8 cent per stuk.
NEDERLANDSCHE BELEGGINGEN
IN DUITSCMLAND.
De Staatscourant van Vrijdag bevat de
volgende derde beschikking van den secreta
ris-generaal van het departement van finan-
cden tec uitvoering van verordening no. 198-
1940 betreffende het in Duitschland belegde
Nederlandsche kapitaal.
Art. 1. Ingezetenen in den zin van art. 1
der deviezemverordening 1940 (verordening
no. 27-1940), die bij den aanvang van 1 No
vember 1940 eigenaar of beheerder waren
van 66n of meer beleggingen of vorderingen
in den zin van het geblokkeerde markenbe-
lastingbesQuit 1940, zijn hoofdelijk gehouden
v66r 14 Februari 1941 daarvan een aangifte
in tweevoud in te dienen bij den inspecteur
der geblokkeerde markenbelasting te 's Gra-
venhage. De verplicbting van den eigenaar
gaat over op zyn eefgenamen.
De termijn voor de aangifte kan door den
inspecteur worden verlengd. Aan de verlen-
ging kunnen voorwaarden worden verbonden.
Art. 2. De aangifte geschiedt naar den
toestand bij den aanvang van 1 November
1940 en dient te worden ingericht overeen-
komstig het voorgeschreven model. Door of
voor 66n eigenaar kunnen meer dan 66m aan
gifte worden gedaan, mits elke aangifte het
aantal aangiften vermeldt.
Art. 3. Dit besluit treedt heden in wer
king (dus op 24 Januari).
Het departement van financien brengt in
verband met het bovenstaande het volgende
onder de aandacht:
Deze beschikking roept voor ingezetenen in
den zin van art. 1 der Deviezenverordening
1940 (verordening 27-1940), die by den aan
vang van 1 November 1940 eigenaar of be
heerder waren van een of meer beleggingen of
vorderingen in den zin van het geblokkeerde
marken belastingbesluit 1940 (d.w.z. in het
algemeen aile tot dat tijdstip in Duitschland
geblokkeerde vemnogensbestanddeellen van
ingezetenen) de verplichtlng in het leven
daar voor 15 Februari a.s. schriftelijk aan
gifte te doen bij den inspecteur der geblok
keerde markenbelasting, Elandstraat 42 te
's Gravenhage. De aangifte welke blijkens
het vorenstaande betrekking heeft op den
toestand bij den aanvang van 1 November
1940 en waartoe zoowel de eigenaar (c.q.
diens wettelijke vertegenwoordiger) als de
beheecder gehouden zijn, dient te gesehieden
door intending van een behoorlijk ingevuld
en onderteekend aangifte-formulier, hetwelk
binnen enkele dagen verkrijgbaar zal zrjn by
de banken, bankiers enz., commissionairs in
effecten, zoomede aan bovengenoemd adres
tegen vergoeding van 2 cents per formulier.
De aandacht wordt er op gevestlgd, dat het
niet-voldoen aan voormelde verplicbting
(waaronder begrepen onjuiste en onvolledige
invulling van 't aangifteformulier) ingevolge
art. 6 van het geblokkeerde marken-besluit
1940 wordt gestraft met gevangenisstraf van
ten hoogste een jaar en/of geldboete van ten
hoogste 500.000, dan wel met hechtenis van
ten hoogste zes maanden en/of geldboete van
ten hoogste 100.000 al naar gelang het straf-
bare felt met opzet dan wel met schuld is
gepJeegd. Een ieder wondt derhalve in zijn
eigen belang aangeraden, aan een voor hem
bestaande aangifteverplichting met de grootst
mogelijke nauwkeurigheid te voldoen. Men
raadplege daarby de by het aangifteformulier
gevoegde toelichting.
Tenslotte kan reeds thans worden medege-
deeld, dat van tijd tot tijd opnieuw soortge-
lijike aangiften zullen worden gevorderd,
welke uiteraard op den toestand op nader te
bepalen tijdstippen betrekking zullen hebben.
HET KADER VAN DEN OPBOUWDIENST.
Aan een veTschenen besluit van den secre
taris-generaal van algemeene zaken, houden- i
de voorloopige regeling van den rechtstoe-
stand van het kader van den opbouwdienst,
ontleenen wij het volgende:
De leden van het hooger, midden- en lager
kader van den Opbouwdienst zijn geen amb-
tenaren in den zin der Ambtenarenwet 1929
of der militaire ambtenarenwet 1931 of der
Pensioenwet 1922.
Op diegenen ender hen, die de hoedanlg-
heid van offdeier of amhtenaar op non-acti-
viteit bezitten, blijven de voor hen uit dezen
hoofde igeldende bepalingen van de in het
voorgaamde lid genoemde wetten van toepas-
sing.
Voorts behelst het besluit d-e bepaling, dat
aanistelling, bevordering en ontslag van het
hooger, midden en lager kader gesehieden
door den secretaris-generaal van algemeene
zaken, die ten aanzien van het lagere kader
den commandant van den Opbouwdienst deze
bevoegdheid kan verleenen.
DE NEDERLANDSCHE UNIE EN DE
WINTERHULP.
Driamanschap richt zich opnieuw tot de
Unieteden.
In het jongste nummer van het weekblad
van de Nederlandsche Unie richt het Drie-
manschap zich met een persoonlyk woord
tot de Unieleden, met betrekking tot de Win-
terhulp. Het volgende wordt daarbij o.m.
opgemerkt
,,Sommige der vele en veelsoortige bezwa
ren, welke in de gelederen onzer leden tegen
de Winterhulp zyn gerezen, werden door ons
gedeeld. Gelijk bij alles, dat zich plotseling
ontwikkelt, was uiteraard ook hierbij veel,
dat door de leiding van de Winterhulp niet
tydig is ondervangen, wellicht ook niet tijdig
kdn worden ondervangen.
De diecteur-generaal heeft aan onze op-
merkingen ernstig aandacht geschonken en
zal verscheidene der geopperde grieven per-
soonlijk onder de aandacht brengen van de
verantwoordelyke instanties.
Wij hebben onzerzijds echter 6<5k ingezien,
dat verschillende der bij ons ingekomen aan-
merkingen en geruchten iederen grond mis-
ten.
Door onze besprekingen met den directeur-
generaal van de Winterhulp en andere offi-
cieele personen en door inzage van desbe-
treffende circulaires Is ons bijvoorbeeld
duidelyk geworden, dat de zaak van de col-
lecten binnen de kerken geheel ten onrechte
aan de Winterhulp wordt geweten. Voorts
bleek ons, dat de directeur-generaal by cir-
culaire van 10 December 1940 (no. 1) aan
de burgemeesters heeft verzocht, om, wan-
neer plaatselijke kerkelijke sociale instellin-
gen, organisaties, vereenigingen e.d. een
openbare inzameling wenschen te houden, in
hun kwaliteit van plaatselijk directeur van
de Winterhulp aan het bestuur een stuk ter
hand te stellen, waaruit blijkt, dat de betref
fende inzameling wordt gehouden door de
Winterhulp; de inzameling. vindt echter wel
plaats onder den elgen naam van de desbe-
treffende organisatie, terwijl de desbetref-
fende organisatie ook ten voile zelf de gelden
ontvangt.
Tevens bleek ons, dat ten aanzien van
Kerstcollecties de burgemeesters als plaatse-
lyke directeuren van de Winterhulp groote
vrijheid tot het verleenen van toestemming
hadden gehad, waarvan velen echter geen
gebruik hebben gemaakt.
Onze leden hebben dikwerf ook bezwaren
geuit, welke wij niet kunnen deelen. Er zijn
inderdaad reeds leden, die wegens deze aan-
gelegenheden hun lidmaatschap van De
Nederlandsche Unie hebben opgezegd. Wy
kunnen dat betreuren, maar het geeft in
ieder geval zuivere verhoudingen.
Er zyn echter ten slotte ook leden ge-
weest, die ondanks ons beroep tot medewer-
king en tot het nalaten van demonstraties
dit laatste naar aanleiding van wat zich
hier en daar bij de eerste inzameling had
voorgedaan toch ook ditmaal weer tot
demonstratieve onthouding of zelfs tot belee-
diging van de collectanten zijn overgegaan.
Hoewel wij geneigd zijn, aan te nemen, dat
deze anti-Unie-houding vooral door provoca
teurs zal zrjn aangenomen er zijn in de
laatste tyden dutzenden onzer Uniespeldjes
in handen van onbevoegden geraakt heb
ben wy toch wel den indruk, dat ook Unie
leden zelf dit hebben gedaan. Waarom?
Blijkbaar om hun woede op dit werk 6n op de
Unie te koelen.
Begrijpen zij dan niet, dat zij daardoor
tegelykertijd treffen 6n hen, die door dg Win
terhulp worden geholpen, dus him eigen volk
en de Unie, dus hun eigen organisatie? Be-
seffen zij dan niet, dat zij daardoor onzen
arbeid voor de Nederlandsche saamhoorigheid
onmogelrjk maken, doordat zy de Unie laten
struikelen? Groot is voor ons de teleurstel-
ling geweest, dat het lidmaatschap der Unie,
dat wij als vertrouwen in onzen arbeid had
den beschouwd, dus toch niet anders voor
deze leden" was dan blind negativisme.
Wij steunden de Winterhulp en wy blijven
haar steunen, zoolang wij naar eer en gewe
ten dat kunnen doen. Welnu, eer en geweten
brengen mede, dat ons volk van dit apparaat
iets heel goeds, iets moois weet te maken,
dat, aangepast aan onze Nederlandsche ge-
woonten, ons volk zal dienen.
Critiek is goed in het leven, mits zij op-
bouwend is. Wy laten ons niet dringen in
negativisme, ook door groepen onder onze
eigen.leden niet.
Dus: wij doen wederom een beroep op U
alien, de Winterhulp te steunen. Eventueele
bezwaren of voorstellen nemen wy gaame
in ontvangst, om daarmede aan de voort
durende verbetering van deze actie te kun
nen helpen arbeiden".
HET BEROEPSGOEDERENVERVOER.
De organisatie van het bestuur van
den N.O.B.
In de Staatscourant zijn de statuten van de
vereeniging Nederlandsche Organisatie voor
het Beroepsgoederenvervoer langs den weg
(N.O.B.), gevestigd te 's-Gravemhage, opge-
nomen.
Hieraan zij het volgende ontleend
De vereeniging wordt bestuurd door een
dagelijksch bestuur en een hoofdbestuur.
Verder ken-t de vereeniging districtshestu-
ren en groepsbes'turen.
De dagelyksche leiding van de vereeniging
is opgedragen aan het dagelijkscli bestuur,
dat zijn werkzaamheden verricht. brjgestaan
door een bureau.
'Het dagelijksch bestuur bestaat uit den
voorzitter of, bij diens catstentenis, den vice-
voorzitter en vier leden-beroepsvervoerders.
De voorzitter en de vice-voorzitter worden
benoemd door den secretaris-generaal van
waterstaat. Zy m-ogen geen beianghebbende
zijn bij het vervoerbedrijf of bij den autohan-
del. De leden-beroepsvervoerders worden
door den secretaris-generaal uit de leden en
het hoofdbestuur aangewezen.
Het hoofdbestuur bestaat uit den voorzit
ter, den vice-voorzitteT en ten minste elf en
ten hoogste dertig leden, geko-zen door de be
sturen van distrieten en groepen volgens
regelen, bij hudshoudelijk reglement bepaald.
(Bij hef hoofdbestuur berust de algemeene
leiding; het geeft aanwijzingen aan het dage
lijksch bestuur en oefent ccntrole uit op diens
werkzaamheden
De secretaris-generaal van waterstaat kan
bepalen, dat aanwijzingen aan of controle op
het dagelijksch bestuur vanwege het hoofd
bestuur buiten toepassing zullen blijven.
Het bureau staat onder leiding van den
secretaris, die wordt benoemd door den secre
taris-generaal van waterstaat en die mede
optreedt als secretaris van het dagelijksch
bestuur en het hoefdbestuur.
De secretaris verricht zijn werkzaamheden
volgens aanwijzingen van het dagelijksch be
stuur, dat tevens bevoegd Is hem voor schor-
sing of ontslag voor te dragen.
HUIDIGE POSITIE VAN INDIis.
Volgens een uit Batavia ontvangen bericbt
heeft de beer Van Mook, chef van het bureau
voor Economische Zaken, bij het bestuur van
Nederlandsch-Indie, een verklaring afgelegd,
waarin hij o.m. zeade: „Het is niet alleen van
vitaal belang, dat een volledige souvereiniteit
wordt gehandhaafd, maar ook, dat vriend-
schappelyke economische betrekkingen wor
den bevorderd, zonder discrimdnatie, met de
naties ter wereld, waarmede de betrekkingen
niet door den oorlog zijn verstocrd."
Voorts zeide de beer Van Mook: ,,Er be
staat geen aanleiding tot het aanbrengen van
wijziging in de poldtiek van Nederlandsch-
Indie, ofschoon de ontwikkeling van de be
trekkingen met de Oostelijke naburen een in-
tegreerend deel uitmaakt van de Neder-
landsch-Indische economische politiek. Alleen
in bovengenoemden zin kan de regeering de
bevordering van de gemeenschappelyke wel
vaart met andere naties in-terpreteeren.
Nederlandsch-Indie verwerpt vastbesloten
iederen vorm van samenwerking, die een
voorkeurspositie voor welk land ook in zou
sluiten."
Ten slotte wees de beer Van Mook er op,
dat 90 procent van de exportinkom-sten van
Nederlandsch-Indie verkregen werden in den
faandel met landen buiten Oost-Azie en legde
hij den nadruk op de noodzakelykheid van
ontwikkeling van den handel met Amerika.
De heer Van Mook heeft zijn verklaring
klaairblijkelijk afgelegd bij wijze van beant-
woording van den door den Japanschen
minister van Buitenlandsche Zaken, Matsoeo-
ka, in het Japansche Lagerhuis udtgesproken
redevoering.
HET AGRARISCH FRONT.
In ,,-De Weg" het weekblad van Nationaal
Front, deelt Arnold Meijer mede, te hebben
besloten alien Nationaal Fronters, die lid
waren van het vroegere ,,Dandbouw en Maat
schappij" op te dragen in een brief aan het
Agrarisch Front (waarin L. en M. is overge
gaan) te becichten, dat zij daarmee niets uit-
staande willen hebben.
DR. GOBBELS ONTVANGT
IK. MUSSERT.
Rijksminister Dr., Gobbels heeft Vrijdag
Ir. Mussert, den leider van de N. S. B. in
Nederland voor een Iangdurig onderhoud ont
vangen. (D.N.B.)
In een persconferentie heeft de directeur
van de N.V. Lijm- en Gelatinefahriek te Delft,
Ir. J. van Stolk, meegedeeld, dat de aanvoer
van beendeiren zoo miniern is, dat, als daar-
in geen verandering komt, het hedrijf en aan-
verwante bedrijv-en zouden m-oeten worden
stilgelegd. Lrr verband daarmee wordt een
drlngend beroep gedaan op huismoeders en
schilleboe-ren in het geheele land, om de been-
deren zorgvuldig te bewaren en te sorteeren,
opdat zij aan de bedrijven ten goede komen.
Ir. Van Stolk zal binnenkort over deze kwes-
tie voor de microfoon spreken.
DE DRIE ITALIAANSCHE FRONTEN.
Alle drie de Italiaansehe fronten ondervin-
den, schrijft de N. R. Crt., dezelfde moeilijk
heid, de verhinding overzee. Van Italiaan
sehe zijde wordt dat ook toegegeven: met het
strydtooneel aan de grenzen van Italiaansch
Oost-Afrika ontbreekt zij geheel, met Libye
is zij zee-r gereduceerd door de grootere
sterkte van de Brdtsche marine, alleen met
AJbanie kan zy betrekkelijk regelmatig on-
derhouden worden. De grootste hindemissen,
die de transporten over de Adriatisohe Zee
ondervinden, zrjn nog de luchtaanvallen ge
weest op de Italiaans-che inschepingshavens
Brindisi en Bari en de Albaansche ontsche-
pingshavens Valona en Durazzo. De Adria
zelf wordt, zooals men weet, door de nauwe
Straat van Otranto tusschen twee Italiaan
sehe kusten in zoo goed als afgesloten, al-
thans ongesohikt gemaakt voor een onder-
houden vijandelijke vlootactie. Daarom ziet
men dan ook In de Albaansche grontlijn wei
nig verandering meer komen en dit niet
slecbts door toedoen van de wintersche om-
standdgheden, de dichtgesneeuwde dalen, de
lage temperaturen, waaraan de manschappen
zijn bloat gesteld ondanks dit alles wordt
in Albanie nog hard gevochten maar voor
al door de omvangrijke versterkingen, die den
laatsten tijd uit Italie zijn aangevoerd. Dat
blykt uit den toenemenden -tegenstand, waar-
op de Grieken by de nadering van de groote
strategische punten in den westelijken, cen-
tralen en noordoostelyken sector van het Al
baansche front, resp. Valona, Tepeleni en het
boven-Skimbi-dal met den weg maar El'oas-
san, zijn gestooten. Wel kunnen de Grieiken
nog van tijd tot tijd hoogten en andere plaat
selijk belangrijk punten bezetten, maar aan
de verrassende terreinwinsten uiit de eerste
maanden van den Grieksch-Italiaanschen oor
log is in dit stadium een eind gekomen. Alles
maakt den indruk van sterkere Italiaansehe
defensielinies en, sedert de chef van den Ita-
liaanschen generalen staf zelf de plaatselijke
leiding ter hand heeft genomen, ook van een
sterkeren aanvalsgeest. Mogelyk, dat in de
slotwoorden van het Stefani-becicht van Vry-
dagochtend, dat het lot der beperkte en ge-
havende Grieksche strijdkrachten spoedig zal
zijn bezegeld, behalve een waardeering van
de Grieksche verliezen, ook een lichte aan-
duiding mag worden gezien van een aan
staand Italiaansch tegenoffensief.
Een veel grooter probleem is reeds de ver
hinding tusschen het Italiaansehe moederland
en de Noord-Afrikaansehe impero, een ver
hinding, die, zooals gezegd, afhankelijk is van
de strategische verhoudingen in de Middel-
llandsche Zee. Nu zyn er in die wateren twee
weken geleden dingen voorgevallen, die ge-
leerd hebben, dat de doorgang ten Zuiden van
Sicilie ook voor sterke en in de lueht wel ver-
dedigde Enigelsche vlootstrijdkrachten uiterst
riskant blijft, wanneer de Duitsche lucht-
maoht zich hier bij de Italiaansehe voegt.
Van Italiaansehe zijde is na het treffen van
1012 Januari zelfs het verlies van nog een
Engelschen kruiser van dezelfde klasse als de
Southampton gemeld. Maar dat neemt na-
tuurlijk niet weg, dat de Britsche wapens, on
danks der moedlijkheid by het beschermen van
de eigen militaire transporten, nog wel offen-
sief kunnen optreden tegen soortigelijke trans
porten, die naar de Italiaansehe zijde van het
front in Libye gaan. In aanmerking moet n.l.
worden genomen, dat de rechte weg vein
Zuid-Italie naar de grootste haven in Libye,
Tripoli, langs Malta voert. Van Tripoli naar
het front in Cyrenaica is er dan nog een land-
weg van meer dan 1000 km te overwinnen
en, gezien de bezwaren, die nu eennaal ge-
paard gaan met net landtransport door woes-
tijngebieden, zelfs ondanks de voortreffelijke
Italiaansehe wegen, zou het voor de nand iig-
gen, dat de Italianen den directen zeeweg
naar Cyrenaica zouden verkiezen. Daar ko
men zij dan echter weer in het strategiseh
minst gunstige gebied, even ver gelegen van
hun meest naburige bases, n.l. die op Sicilie
en op de Dodekanesos en onder het onmiddel-
lyk bereik van de nieuwe Britsche vloot- en
iuchtsteunpunten op Kreta. Het zijn dezelfde
omstandigheden, welke het ook onmogelijk
hebben gemaakt tegen de Engelsche vloot,
die voor Tobroek werd evenzoo in den strijd
heeft ingegrepem als drie weken geleden voor
Bardia, op te treden met een luchtactie, gelyk
dit in de Straat van Sicilie is geschied. Zoo
kon in deze phase van het Noord-Afrikaan-
sche krijgsbedrijf tevens de vertraging van
de Britsche transporten uit het moederland
niet meer van invtoed zijn.
Bij Tobroek is het zoo gegaan als bij Bar
dia, naar wy uit de Romeinsche correspon-
denties in de Duitsche bladen vememen. De
Engelschen zijn weer met groot materiaal
langs de kustwegen opgerukt 6n hebben met
hun sterke pantserafdeedingen den weg ten
Westen van Tobroek, de verbinding met
Derna dus, bereikt. Hoever zij lhans reeds in
westelijke richting zijn gevorderd is hier niet
bekend; het volgende doel is natuurlijk de
haven Derna, de eerste plaats van Tobroek
af, waar zij tegenstand kunnen verwachten.
Wlat tusschen Derna en Tobroek ligt is, be-
iialve een paar onbeduidende plaatsjes, woes-
tyn. Derna zelf heeft behalve overvloed van
drinkwater een bruikbare haven, altyd waar-
devol aan een op dit punt karig bedeelde kust
als de Noord-Afrikaansehe, maar deze haven
is veel minder belangrijk dan die van To
broek. De laatste heeft plaats en diepgang
genoeg voor groote schepen em ligt volkomen
beschermd van de zeezijde. Het hezit ervan
vergemakkelijkt de transporten achter het
front, nu de vertaindingslynen overland lang-
zamenhand eemige honderden kilometers zijn
gaan beloopen van de Britsche hoofdbasds
Mersa Matroe afhet eindpunt van den spoor-
weg uit Alexandrie. Ook de haven van Bardia
schijnt op kleine schaal reeds diensten be-
wezen te hebben by de voorziening van de
operaties voor Tobroek. Toen de Engelschen
eenmaal de verbinding van de vesting met de
Italiaarysche hoofdmacht in het Westen ver-
broken hadden, was geen cmtzetting van het
gamizoen meer mogelijk; de Britsche over-
macht in de lucht verhinderde ook een ver-
lichting van de bezetting door vliegtuigactie.
Zoo kon op 20 Januari een krachtige Britsche
aanval te land worden ingezet, nadat Tobroek
een heftig boanbardement uit zee en uit de
lucht te verduren had gehad, met het gevolg,
dat twee dagen later de eerste Australiers
door de defensielinies konden breken. Gelijk
bij Bardia heeft de Italiaansehe bezetting zich
dapper geweerd; de verliezen hier zullen ove-
rigens minder groot zijn, omdat ook de ver-
dedigers minder talrijk waren: Bardia lag aan
de poort van Libye. De Duitsche bladen ver-
melden ten slotte nog, dat ook Vichy afval-
lige koloniale troepen uit Fransch West-
Afrika en Syrie aan de operaties hebben
deelgenomem onder aanvoering van Catroux,
den afgezetten de Gaulle-gezinden gouvemeur
van Indo-Ghina.
Over het derde Italiaansehe front ten slotte
moeten wij kort zyn, omdat er zoo weinig
vam bekend is. Uit de Italiaansehe conunuai-
qu6's heeft men kunnen vememen, dat aan
alle grenzen van Italiaansch Oost-Afrika een
opleving valt te bespeuren, blijkbaar omdat
de Britten aan het Soedan-fromt eveneens ge-
motoriseerde afdeelingen beginnen toe te pas-
sen en omdat, naai; uit andere berichten valt
op te maken, van Kenya uit Zuid-Afrikaan-
sche strijdkrachten op de Zuidgrens van de
Italiaansehe kolonie Inwerken. Het gevolg
daarvan is geweest, dat naast andere veran-
deringen in de Soedaneesche frontlyn Kassala
weer in Britsche hamden is geraakt en dat ook
in Kenya verloren gebied moet zyn terug ge-
wonnen. Het belang van Kassala is, dat het
de volledige beschikking over de strategische
spoorlijn, die van Port Soedan aan de Roode
Zee dem Soedan binnenvoert, terug geeft en
wel op een punt, dat vlak aan de grens van
het Italiaansehe Erethrea is gelegen. Over
den binnenlandschen toestand in de van het
moederlamd afgsneden kolonien is weinig be
kend. De Italianen wijzen op de maatregelen,
die tijdig genomen zyn om de levensmidde-
lenvoorziening te waarborgen: de voomaamste
zorg schijnt dam ook de benzinevoorraad te
geven, zoodat men voor het goederentrans-
port van houtgas is gebruik gaan maken. Ook
op dit strijdtooneel blijft de afstand van het
Italiaansehe moederland dus het hoofdpro-
bleem.
DE STRIJD TEGEN KOOI'VAARDERS.
Omtrent de aanvallen van Duitsche ge-
vechtsvliegtuigen op Britsche schepen in den
loop van Donderdag vemeemt het D.N.B. van
wel ingelichte -militaire zijde nog het vol
gende.
Ten Westen van Ierland zijn verscheddden
Britsche koopvaarders im scheervlucht aan-
gevallen. In totaal werden vier schepen van
te zamen 25.000 ton gedeeltelijk zwaar be-
schadigd, gedeeltelijk tot zinken gehracht.
Een vracbtboot van 4500 ton kreeg mid-
scheeps twee voile treffers, die zoo goed aan-
kwamen, dat het udteenviel em na acht minu-
ten zonk. Een schdp van 35000 ton kreeg
eveneens twee voile treffers. Na enkele minu-
ten nam de vliegtmgbemanning waar, dat het
im zinkenden toestand verkeerde. Op een
vracbtboot van 5000 ton brak na een treffer
een zware brand uit. Het schip bleef met
sLagzij liggen. Het grootste van de vier
koopvaarders, een schip van 12.000 ton, kreeg
zware treffers. die verscheiden hevige ont-
ploffingen met steekvlammem veroorzaakten.
Op het verlies ook van dit schip valt met
zekerheid te rekenen.
Stefand meldde Vrijdag uit Boekarest:
Generaal Antonescu heeft een communique
uitgegeven, waarin hij de ambtenaren etn ar
beiders aanspoort, anmdddellijk weder aan
het werk te gaan, op straffe van ontslag, en
aan de autoriteiten veraockt, eventueele haar-
den van venzet te signaleerem, opdat kan
worden ingegrepen. Ieder, die uit een hute
op de gewapende macht, op personeel van
openbare instelUngen of burgers schiet, zal
ter plaatse gefusileerd worden.
Voorts deelt de generaal mede, dat than9 In
Roemenie onder zijn persoonlijke leiding een
werkelijk legioen zal worden gevormd.
In het door Antonescu uitgegeven commu-
niqu6, aJd.us een nader bericht van het D.N.B.
wordt bepaald, dat de autoriteiten eventueel
ontstane plaatselijke schade terstond moeten
laten herstellen.
Wanneer het, zoo zegt Antonescu verder,
ondanks zijn oproepen niet gelukt is in den
loop der laatste vijf maanden de eenheid tus
schen de generataes tot stand te brengen, dan
is dit de schuld van bepaalde elementen op
staatsposten, die „onges«hikt, incorrect en
volkomen onmenschelijk" waren. Het ware
legioen, zoo besiuit de oproep, zal zich van
nu, af aan onder de persoonlijke leiding van
Antonescu vormen.
De Roemeensahe radio publiceerde Vrijdag
talrijke aan Antonescu gerichte betuigingen
van trouw en hulde, zoowel van militaire als
van particuliere zijde.
Het D.N.B. meldt uit Boekarest:
De minister ^presidium heeft Vrydag over
de radio de bevolking aangemaand de ver-
blijfplaats mede te deelen van hen, die bij de
incadenten der laatste dagen betrokkem z(jn
geweest. Tot hen wordt in dezen oproep ook
Horia Sima gerekend.
Het blad „Un±versui" deelt mede, dat het
voorloopdg slechte in verkleind formaat kan
verschijnen, daar bij de gebeurtenissen der
laatste dagen belamgrijke onderdeelen van de
drukkerij vernield zijn.
Generaal Antonescu, de conducator, ste*t
in een nieuwen oproep tot bet Roemeensche
volk vast, dat de orde hersteld ia In een
dagorder aan het Roemeemsche leger dankt
hij dit voor de betoonde discipline en opoffte-
ringsgezindheid.
Een communiqu6 van den generalen staf
van het leger legenstraft met klem de in hat
buitenland verspreide. berichten en constar
teert, dat het leger overal zijn plicht in vollen
omvang vervult.
Een decreet behelst, dat wapens en muni-
tie in particulier bezlt moeten wordem ingn-
leverd.
De directie der posterijen deelt mede, d*t
het telegramverkeer hervat is.
FRANSOHE GEMEENTERADEN
ONTBONDEN.
Het Fransehe ministerie van binnenlan*-
sche zaken heeft een verordening udtgevaar-
digd, waarbij meer dam zestig gemeenteradeB
ontbonden worden. Een bijna even groot
aantal burgemeesters, plaatsvervangende bur
gemeesters, wethouders en raadsleden wordt
van hun functie ontheven. De ontbinding»-
besluiten worden grootendeels hierdoor ver-
klaard, dat de betrokken lichamen en per
sonen het werk van den nationalen weder-
opbouw saboteerden.
DE IT ALIA ANSCHE PERS TWIJFELT
NIET AAN DE EIND-OVERWINNING.
„Leve Tobroek" zet de Oorriere della Sera
boven den commentaar op de door het Ita
liaansehe hoofdkwartier vermelde gebeurte
nissen. Italie heeft gevochten tegen de ge-
zamenlijke krachten van het Britsche en het
Fransehe rijk. Het zal daartegen blijvea
veehten tot aan de overwlnning, totdat de
Italiaansehe vlag weer vrjj boven Bardia ee
Tobroek zal wapperen.
De Corriera della Sera schrijft verder, dat
niemand in Italie eraan twjjfelt, of dit zal
het geval zijn. In afwachting van dien dag,
welke moet komen, richt het blad zich tot de
strrjders van Tobroek, die manmoedlg achter
broze wallen een in aantal sterkeren vyand
weerstonden. Zij hebben recht op de erken-
telijkheid van alle Italianen, die thans meer
dan ooit aan de eindoverwinning gelooven.
Een Didtscjhe stem.
De Kolnische Zeitung meldt onder het hoofd
De val van Tobroek uit Rome, dat het de
overmacht van het leger van Wavell gelukt
is, trots de verbitterde Italiaansehe verdedi-
ging, die den vijand groote verliezen heeft
gehracht, Tobroek evenals Bardia te bezetten.
Op het tydstip van afzending van het be
richt uit Rome, op Donderdag, boden aan den
Westelijken rand van de plaats nog eenige
vestingwerken tegenstand. Belangryke mili
taire werken zijn den Engelschen niet in han
den gevallen, zegt dit bericht, want de Ita
liaansehe troepen, die Tobroek verdedigden.
hebben datgene wat van de bombardementen
is verscboond gebleven, met dynamiet in de
lucht doen vliegen. Daartoe behoort ook de
ongeveer dertig jaar oude Italiaansehe krui
ser „San Giorgio", die in de haven van To
broek als drijvende vesting verankerd lag en
geen vlootdienst meer deed.
Over de Fransehe troepen, die door De
Gaulle en Libye zijn ingezet, wordt vemomen,
dat zij o.a. ook afdeelingen omvatten, die
vroeger naar Cyprus waren gezonden, be
halve roepen uit Syrie en uit West-Afrika.
DE OPRIC5HTING VAN DEN
NATIONALEN KA Al).
Het D.N.B. meldt uit Vichy:
Nopens de stichting van den Nationalen
Raad heeft de Fransehe regeering een offi-
cieel commentaar uitgegeven, waarin de op-
richting van dit Hchaam uitvoerig besproken
en zijn taak nauwkeurig omlrjnd wordt.
Maarschalk F6tain, aldus dit commentaar,
heeft ongeveer een maand geleden den wensch
van de openbare meening tot uiting gehracht
om een orgaan te stichten, op welks inzichten
hij kon steunen en dat tusschen het hoofd
van den staat en het Fransehe volk een nau-
wer contact mogelyk zou maken.
Dit ontwerp is thans door de stichting van
een nationalen raad verwezenlijkt. Het be-
treft hier een lichaam. dat uit 200 leden be
staat. De Nationale Raad, daarop wordt in
het byzonder gewezen, kan slechts een voor
loopige instelling z(jn, die waarschijnlijk zal
worden afgeschaft. zoodra Frankrijk een
nieuwe grondwet gekregen heeft. De Natio
nale Raad heeft noch wetgevende macht
noch de bevoegdheid om een grondwet tot
stand te brengen. De leden van den natio
nalen raad hebben slechts een adviseerende
stem.
De lijst van leden geputalnceerd
Het Fransehe staatsblad publiceerde Donder-
dagavond de namen der leden van den nieu
wen nationalen raad. Onder de 188 leden be-
vinden zich talryke leden van het vroegere
parlement, personen uit geestelijke en kunst-
kringen, bekende zakenlieden en industrieelen.
Men leest onder meer de namen van Bardoux,
Georges Bonnet, Chichery, Doriot, Bergery,
oud-minister van oorlog Fabry, de sociaal-
democraat Paul Faure, oud-minister van
voorlichting Frossard, kardinaal Suhard, de
la Rocque, den vroegeren ambassadeur te
Berlyn en Rome Franqols-Ponoet en Jean
Mistier. (D.N.B.)