ALGEMEEN NIEUWS- EN AOVERTENTIEBLADVOOR ZEEUWSCH.VLAANDEREN In den greep van het noodlot No. 10.161 MAANDAG 6 JANUARI 1941 81® Jaargang Binnenland Feuilleton PUROL_ Ruwe Huid Ruwe Handen Ruwe Lippen NEUZENSCHE ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Temeuzen f 1,35 per 3 maanden Buiten Temeuzen fr. per post 1,65 per 3 maanden Bg vooruitbetaling fr. per post f 6,per jaar Voor Belgie en Amerika f 2,10, overige landen /2,45 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor bet buitenland alleen bg vooruitbetaling. I'itgeetster: Firma P. J. VAN BE 8ANDE GIRO 38150 TELEFOON No. 2073. ADVERTENTIENVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer f 0,20. KLEINE ADVERTENTLEN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en clichg's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave. DIT BEAD VERSCH1JNT IEDEREN MAANDAG-, WGENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. BE NIEUWJAARSROODSCHAP VAN DEN RIJKSCOMMISSARIS. In de Nieuwjaarsboodschap van den Rijks- coianmissaris voor het bezette Nederlandsche gebded wordt, schrijft de Haagsche Crt., aan het slot in breede trekken een schets ge- geven van het Duitsche toekomstbeeldden opbouw van een nieuw Europa, welke taak na de militaire beslissing in het afgeloopen jaar reeds thans ter hand is kunnen worden g^nomen. „Juist de door de Engelschen als hun sterkste wapen geprezen afsluiting van Buropa aan de Westzijde zal aldus be- oluit dr. Seyss Inquart het zekerste, dwin- gendste middel blrjken, waardoor dit conti nent zich tot een eenheid zal aaneensluiten, een eenheid, waarin vele der toekomstige deelneimers voor het oogenblik niet meer dan een economische noodzakelijkheid kunnen zien. Doch wij zien, hoe de onderlin-ge handel van Europa toeneemt, daar alle volken van dit continent tenslotte willen leven en onder elkaar naar de verwerkelijking van hun levensvoorwaarden streven, nu zij eenmaal van het Westen afgesneden zijn. En boven en behalve deze economische betrekkingen beginnen ook de politieke betrekkingen van het vasteland zich te reorganiseeren en te groepeeren om het drie-mogendhedenpact als de militaire waarborg van den nieuwen opbouw. De dingen, waarom het gaat, zijn duidelijk naar voren gebracht. De vraagstuk- ken, welke opgelost moeten worden, zijn hel- der gesteld. Ieder staat thans voor de keuze: v66r ons of t&gen ons!" Van bevoegde Duitsche zijde is nader uit- eengezet, dat met name de allerlaatste woor- den van v£r strekkende beteekenis zijn voor de bevolking van het bezette Nederlandsche gebied. Daarin toch legt de Rijkscommissaris er den nadruk op, dat hij van ieder onzer positieve medewerking verwacht aan de hier- boven geschetste taak van Duitschland. In dit opzicht is het Duitsche standpunt: wie niet v66r ons is, is tegen ons. Verlangd wordt dat de keuze in dit opzicht niet zal worden uitgesteld tot de oorlog is beslist, d.i. naar Duitsche verwachting tot Bngeland zal zijn verslagen, doch dat ieder, die nog twijfelt omtrent zijn standpunt, dit thans reeds zal bepalen, v66r het wellicht aan Duitsche zijde te laat zal worden geacht. Men wil in de allernaaste toekomst komen tot een duidelijke scheiding van positief en negatief, opdat Duitschland Zich daarnaar zal kunnen richten, ook met maatregelen, die reeds in het vooruitzicht zijn gesteld. Deze van officieele zijde gegeven toelich- ti»g verduidelijkt in hooge mate de bedoeling van de korte woorden, waarmee de Rijks commissaris zijn Nieuwjaafsboodschap heeft besloten. Zij richt zich met grooten ernst tot de Nederlanders in het bezette gebied, die hier- mee als het ware worden opgeroepen om zich te bezinnen op de werkelijkheid. waarin zij door den loop der geschiedenis zijn geplaatst. Die werkelijkheid is in de eerste plaats deze, dat ons land, nadat het zijn verdediging tegen een overweldigende overmacht heeft moeten opgeven, door den overwinnaar is bezet, waardoor de bezettende mogendheid van rechtswege tijdens den duur der bezetting in volstrekten zin door middel van haar ver- tegenwoordigers hier als overheid optreedt, hetgeen beteekent, dat deze Duitsche over heid zonder beperking alle hiermee samen- hangende rechten en bevoegdheden heeft, ter wijl de bevolking van rechtswege aan het ge- zag der overheid en haar maatregelen is on- derworpen. Het is een consekwentie, welke men heeft te aanvaarden. Wien dit in be- paalde gevallen moeilijk valt, moge deze nuchtere werkelijkheid bedenken, en ook dat in vroegere en latere historie het lot van na strijd bezette gebieden veelal nog heel wat harder is geweest dan dat van ons land thans. Door ook van de zijde van de bevolking orde en discipline te bevorderen en jegens de be- zetters van ons land een evenzeer loyale als waardige houding aan te nemen, kan een be- hoorlijke verstandhouding slechts worden be- door SYDNEY HORLER. Geautoriseerde vertaling door Mevr. T. OSIECK—MEEREBOER. 58) Vervolg. Achterwaarts, voorwaarts, nu eens naar den eenen, dan weer naar den anderen kant zwaaiden ze. De eenige toeschouwster b(j dit gevecht keek geboeid toe maar op dat moment had geen van beiden aandacht voor haar. Deze mannen waren slechts primitieve wezens. die vochten voor hun leven; bescha- ving en alles wat daarmee verband hield, be- stond voor hen niet meer. Deze twee wezens, die vochten voor de overwinning, gebruikten geen andere wapens dan die de natuur hen gegeven had. Hij, die in de beste conditie was, had natuurlijk de beste kans; aan den eenen kant was Zuberra, die steeds zwaar geleefd bad, nooit matig was geweest en zich nooit oak maar een enkelen wensch had ontzegd aan den anderen kant was Wendover, die juist altijd zeer matig was geweest, ofschoon hij een goede tafel en een fijne sigaar lang niet versmaadde. Langzaam, heel langzaam drong de laatste zijn vijand terug nu grepen zijn beide han- den Zunerra bij de keel. Hij hoorde hoe de vorderd, waardoor een noodelooze verzwaring van het lot van ons volk onder de bezetting kan worden voorkomen. Men mag daarbij niet uit het oog verliezen deze andere belangrijke zijde van de huidige realiteit: dat Duitschland nog steeds in een fellen strijd op leven en dood met Engeland is gewikkeld en dat ons bezette land in het oorlogsgebied ligt, ja zelfs vooral door de ligging mede tot belangrijk oorlogsigebied is geworden, terwijl het bovendien in econo- misch opzicht logischerwijze deel is gewor den van de levensruimte van het door de Engelsche blokkade geteisterde Duitsche rijk. Ok deze werkelijkheid hebben wij terdege te bedenken bij de beoordeeling van zoo meni- gen harden maatregel van de Duitsche bur- gerlijke of militaire overheid in ons bezette grondgebied. Wij1 hebben op deze niet te miskennen fei- ten in dezen moeilijken tijd reeds eerder de aandacht gevestigd, maar het lijkt ons diens- tig dit te herhalen nu de Duitsche overheid van het Nederlandsche volk verlangt, dat het zich op zijn houding jegens haar zal bezin nen. Wij mogen aannemen en meciige vroe gere uitlating van den Rijkscommissaris wijst hierop ondubbelzinnig dat de Duitsche overheid begrip heeft van de moeilijkheden, welke ons volk door den loop der jongste ge schiedenis en door het voortduren van den oorlog zijn opgelegd, en voor het pijnlijke in het huidige lot van ons land. Dit brengt mee, dat men geduld betoont, het geduld waarvan de Rijkscommissaris eveneens bij een vroe gere gelegenheid gerept heeft. Maar het is vanzelfsprekend, dat daartegenover van Duit- schen kant bij het Nederlandsche volk be grip wordt geeischt voor de zeer bijzondere positie van het oorlogvoerende Duitsche rijk en voor de groote moeilijkheden, waaraan men aan die zijde thans tot elken prijs het hoofd moet bieden. Bezinnen op de toekomst beteekent vooral: het in den geest zich verplaatsen in het tijd- perk na den oorlog, hetzij in de beslissing vroeger of later zal vallen. Het beteekent: zich afvragen of niet geheel daargelaten den aard dier beslissing in het daama zich onvermijdelijk nieuw orienteerende Europee- sche continent het tot een groote en sterke volks- en staatseenheid geworden Duitsche rijk, hoe dan ook, de centrale leiding zal heb ben, en of niet Nederland vooral door zijn geografische "digging, zijn natuurlijke verbin- dingen en zijn levensbelangen zal zijn aange- wezen als zelfstandige staat, zooals in het vooruitzicht is gesteld op een belangrijke plaats in de nieuwe continentale statenge- meenschap. Ook bij het onder de oogen zien van deze vragen, die zich in verband met het door den Rijkscommissaris geuite verlangen aan ieder onzer onmiddellijk opdringen, dient men zich te laten leiden door redelijk en rus- tig inzicht in de werkelijksheid, zooals wij deze in haar ontwikkeling gadeslaan. HET EERSTE WERKPAUZE-CONCERT IN NEDERLAND. Onder auspicien van „Vreugde en Arbeid" werd Donderdag in de Esveha-fabrieken te 's Gravenhage het eerste werkvoorpauze-con- cert gegeven door het Nationaal orkest onder leiding van Theo Koning. Tot hen, die als gasten dit samenzijn bijwoonden, behoorden o.m. de commissaris-generaal voor bijzondere aangelegenheden Oberdienstleiter Schmidt en de commissaris van het N.V.V., de heer Wou- denberg. De heer Woudenberg hield een toespraak, waarin hij o.m. zeide: De gemeenschap ..Vreugde en Arbeid" van het N.V.V. heeft in de afgeloopen weken bewezen voortreffelijken arbeid ten behoeve van de Nederlandsche ar- beiders te verrichten. Mlaar ap dezen eersten arbeidsdag in het jaar 1941 gaan wij weer een stap vooruit nu Vreugde en Arbeid naar de arbeiders in de S.V.H. komt, waar gedurende den schafttijd meer dan 500 werknemers een concert be- luisteiren. Bij deze eerste fabrieksuitvoering zal het niet blijven. Vele andere bedrijven zullen vol- gen en anderen zullen moeten volgen, omdat het N.VjV. het ziet als een eisch van de nieu we sociale ordening in Europa. man naar adem snakte, maar hij stoorde er zich niet aan. Een wilde triomf was in zijn hart hij had hem! Neer! neer! neer! Zuberra's hoofd had hij diep in het stof ge- duwd. Wendover beefde verschrikkelijk, toen hij overeind kwam. De reactie was gekomen en hij zwaaide als een dronken man naar de auto toe. Het meisje leunde uit het portier. Zonder een woord te spreken bracht hij haar handen naar zijn gezicht, trok haar naar zich toe en kuste haar hartstochtelijk op de lippen. ,,'Het is voorbij", zei hij, „nu hoef je nooit meer bang te zgn." Gedurende enkele minuten, waarin ze in een heel andere wereld verplaatst waren, ge- noten deze twee jonge menschen, tot wie de liefde o>p zoo'n vreemde manier gekomen was, van hun geluk. HOOFDSTUK XLHI. Dp terugk®er van Lomax. .Men kijkt naar ons," zei Elsie ten langen leste. Wendover keerde met tegenzin tot de wer kelijkheid terug. ,,Zoo, kijkt iemand naar ons?" vroeg hij af- wezig. ,,Ja, daar aan den overkant zie je het niet? Daar staat een taxi. Philip moest lachen. Hij was zoo geheel in het meisje verdiept geweest, dat hij er niets van. "had gemerkt dat een taxi op enkele meters afstand van hen had gestopt. De gemeenschap .Vreugde en Arbeid" van het N.V.V. zoo besloot spr. heeft deze taak aanvaard en daqrmede de verplichting op zich genomen, onder de nieuwe omstandig- reden den Nederlandschen arbeider van dag tot dag en zelfs van uqr tot uur bij te staan in zijn zoeken en streven naar levensblijheid en arbeidsvreugde. Na afloop van het concert sprak commis saris Schmidt een kort woord. 244 SCHIPBREUKELIN1GEN BEHOLDEN BINNEN GEBRACHT. In 1940 werden door de reddingbooten der Noord- en Zuid-Hollandsche reddingmij. 244 schipbreukelingen behouden binnengebracht, hetgeen een record is in de geschiedenis der Mij. Sedert de oprichtifig in 1824 kwam het 12 keen voor, dat het aantal geredde schip breukelingen in een jaar grooter was dan 100, doch de 200 werd nimmer gehaald. In totaal verleenden de reddingbooten 108 diensten, als volgt verdeeld: de motorredding- booten Neeltje Jacoba (IJmuiden) 18; Dorus Rijkers (Den Helder) 18; Arthur (Schevenin- gen) 11; Insulinde 'Oostmahom) 8; Abraham Fock (Hollum) 8; Brandaris (Terschelling) 7; President Steijn (Egmond aan Zee) 6; Hilda (Lemmer) 6; Joan 'Hodshon (Texel) 5; Zeemanshoop (iScheveningen5; C. A. den Tex (Harlingen) 4; Roeireddingvlet te Pet- ten 3; motorreddingbootenNicolaas Marius (Terschelling) 2; Barend van Spreekens (IJmuiden) 2; Roeireddingsbootente Schier- monnikoog 2; te Katwijk aan Zee 2; te Noord- wijik aan Zee 1. Op 30 van deze 108 tochten konden schip breukelingen worden gered. Het station Den Helder der N.Z.H.R.M. redde dit jaar 146 schipbreukelingen, hetgeen eveneens een record is. Het totaal aantal door de N.Z.H.R.M. ge redde schipbreukelingen sedert de oprichting is thans gestagen tot 6338. De vloot der N.Z.H.iRM. werd in 1940 uit- gebreid met de motorreddingboot Arthur en een motorstrandreddingboot te Scheveningen. De Arthur verving de op 14 Mei j.l. verdwe- nen mrb. Zeemanshoop. De in aanbouw zijnde motorstrandreddingbooten C. A. A. Dudok de Wit en Johan de Witt zullen in het voorjaar 1941 in dienst worden gesteld en resp. te Zandvoort en Hindeloopen worden gestation- neerd. GELDCIRCULATIE IN DE BEZETTE GEBIEDEN. Dr. VVohlthat over Nederland. Het Nieuwjaarsnummer van het Bank- archief behandelt volgens den correspondent van De Telegraaf te Berlijn in een uitvoerige beschouwing het probleem van het crediet- wezen in de door Duitschland bezette gebie den. In zijn inleiding schildert Rijksbank- directeur Kretzschman, hoe de geldverzor- ging der troepen door de Reichs Kreditkassen een aanzienlijke stijging der in omloop zijnde betalingsmiddelen in de bezette gebieden tot gevolg heeft gehad, hetgeen vooral daar be- vorderlijk is geweest voor het zakenleven, waar van te voren de laatste nog beschik- bare geldbedragen in nationale valuta bui- tenslands waren gebracht. In Polen zoowel als in Belgie en Frankrijk hebben zich derhalve de Reichs Kreditkassen weldra van soldatenbanken tot hulpcirculatie- banl^en ontwikkeld en de door haar uitge- geven Reichs Kreditkassenscheine function- neerden in de bezette gebieden als hulpvaluta in den ruimsten zin des woords. In Frankrijk bijvoonbeeld werd de uitgifte van noodgeld stopgezet en hebben de militaire autoriteiten, via de z.g. Feldkassen over- bruggingscredieten verleend, ten behoeve der gemeenten en voor het particulier bedrijfs- leven. Om net voortbestaan der grensin- dustrieen te waarborgen, hebben de Reichs Kreditkassen aanvankelijk ook geldmiddelen naar Nederland, Belgie en Noord-Frankrijk overgemaakt, om het tijdelijk stopgezette be- talingsverkeer aldaar weer aan den gang te brengen. Nadat met het herwonnen vertrouwen ook aanzienlijke hoeveelheden gehamsterd bank- papier weer te voorschijn waren gekomen, konden de Reichs Kreditkassen, overeenkom- ,,'Het zal de politie.aweDzijn; denk je niet?" vroeg Elsie. „Wat zal het zijn? Ik..," -4- en toen her- innerde hij zich plotseling weer alles. De waarheid omtrent Zuberra kon hij ..haar niet zeggen teinminste nu nog niet. Dat zou hij later wel doen. ..Er zitten verscheidene menschen in die taxi", begon Elsie weer, ,,ik kan hun gezieh- ten zien ze kijken naar ons. Wat moeten we nu doen ,,Zoodra ik die carburateur in orde heb, rijden we zoo hard als we kunnen naar Parijs," antwoordde hij. Hij stapte weer uit de auto en begon het inwendige van den motor, waarvan de kap nog steeds was opgelicht, te onderzoeken. Dit keer stak hij een lucifer aan, ofschoon hij heel goed wist welk een groot risico hij hiermee liep. En al dien tijd lag het lijk van Zuberra op slechts enkele meters afstand. Maar hij dadht er niet meer aan. Philip!" riep Elsie hem toe. „Wjat is er, liefste?" ,,Ze komen hier naar toe!" Uitdagend riep hij: Laat ze maar komen!" en met een onverschilligheid, die niet geveinsd was, boog hij zich weer overden motor en vervolgde zijn arbeid. ..Wendover! Wendover!" Hg draaide zich om.en keek in een gezicht, dat hij niet verwacht had ooit terug te zullen zien. George Lomax, gezond en wel, die er alles behalve gesoigneerd uitzag zijn klee- ren waren gescheurd en het leek wel, of hij "zich een week lang niet had gewasschen, zoo vuil zag hij er uit stak hem zijn hand toe. lllllllllllllllll!llllllll!lllllllllllllllllllil!lllllllllllllllllllllllllllllllllllll!!l||||l!lllllll!llllll WINTERHULP NEDERLAND. B J. M. Bomsnel van Vloten. ,,Winterhulp Nederland moet niet ge- B zien worden als critiek op de offer- B vaardigheid, die tot dusver door het 1 Nederlandsche volk werd betracht. De B tegen woo rdige ernstige tijd brengt even- 1 wel zoodanige behoetten mede, dat een jj bijzondere krachtsinspanning van ons tj volk vereischt wordt om den nood te lenigen. Het geheele volk dient daaraan 1 mede te werken. Zoo moeten wij Jj WSnterhulp Nederland zien, daarom gj verdient Winterhulp ons aller steun en m sympathie." stig den wensch der onderscheidene circu- latiebanken, langzamerhand weer aan het verkeer worden onttrokken. Het bedrag aan in omloop zijnde Reichs Kreditkassenscheine wordt derhalve dagelijks geringer en het is volgens mededeeling van directeur Kretzschmann sedert den herfst van 1940, tot de helft teruggebracht. De meeste Reichs Kreditkassen konden dienovereenkomstig weer worden opgeheven, alleen in Frankrijk en Belgie moesten mede om militaire redenen eenige kassen voorloopig nog blijven bestaan. Bij de Duitsche bemoeungen om de bank- politiek der bezette gebieden de noodige lei ding te geven, heeft men er naar gestreefd een ingrijpen in de structuur van het circula- tie- en credietwezen tot een minimum te be- perken. Bij de emissiebank in het gouver- nement-generaal Polen, werd een nieuwe in- stantie in het leven geroepem, n.l. die van een Duitschen „bankdirigent". Naar de circula- tiebanken in de bezette gebieden in het Wes ten werden bankcommissarissen afgevaar- digd, en voor Noorwegen en Denemarken werd een verbindingsman" der Rijksbank be- noemd. Al deze organen zien hun voornaamste taak daarin, de leiding dezer instituten met hun actie en met den rijkdom der Duitsche ervaringen, ter zijde te staan. Wanneer men bijvoorbeeld in de bezette gebieden maat regelen neemt om de prijzen en loonen te controleeren, om de verdeeling van goederen en grondstoffen te regelen, wanneer men een deviezenwetgeving afkondigt, een opleving der productie poogt te bereiken, door verla- ging van het renteniveau, liquide gelden door staatsleeningen van de markt wegneemt, dan geschiedt dit steeds naar Duitsch voorbeeld. Nederland. Over de Nederlandsche Bank deelt staats- raad Wohlbhat eenige interessante bijzonder- heden mede. Sedert de bezetting zijn uit den aard der zaak de financieele behoeften van den staat gestegen, zoodat in hoogere mate een beroep op de circulatiebank moest wor den gedaan. Het bedrag van de in omloop zijnde bankbiljetten is met 233 tot 1494 mil- lioen gulden gestegen. Deze ontwikkeling is evenwel in geenerlei mate zoodanig, dat zoo deelt de staatsraad Wohlthat mede de vrees voor een inflatie gewettigd zou zijn. Ofschoon eenerzijds de omvang der goede ren is afgenomen en aan den anderen kant de koopkracht is gegroeid, neemt de staat maatregelen om het geld aan de kapitaal- markt te onttrekken, o.a. door verhooging der belastingen. NIEUWE COMMISSARIS VAN POLITIE TE 's-GRAVENHAGE BENOEMD. Met ingang van 13 Januari is tot com missaris van politie, tevens wnd. hoofdcom- missaris van politie te 's-Gravenhage be- noemd de heer C. Chr. Walraven, thans com missaris van politie te Alkmaar. Onlangs is de heer Walraven benoemd tot leider van het rechtsfront, afd. politie, van de N.S.B. DE CRISISINVOERWET WORDT NIET VERLENGD. Op 31 December j.l. is de geldigheidsduur van de crisisinvoerwet geeindigd, terwijl, naar het Volksblad verneemt, niet meer tot ver- Wendover greep die, zonder een woord te spreken, zoo verbouwereerd was hij. „En Dujardin is er ook!" bracht hij einde- lijk uit. „Ja", zei Lomax grinnikend, „we zijn hier allemaal zelfs de kleine Beryl. Waar ben je, Kabouter?" Van achtei- zijn stoere gestalte kroop Beryl Trentham te voorschijn. ,,Wel allemachtig!" riep Wendover uit. Enkele minuten later was het clubje in twee partijen verdeeld: de Kabouter was naast Elsie Spain in de auto gekropen en had haar armen om het meisje heengeslagen en de drie mannen stonden buiten de auto met elkaar te praten. Dujardin begon: „Ik ben hierheen gekomen om Zuberra te arresteeren, maar..." „Ja", zei Wendover, ,,ik ontmoette hem het eerste; ik ben bang dat hij dood is..." Dujardin onderdrukte een vloek, maar de Engelsche detective knikte slechts. „Ik begrijp het, beste kerel", zei hij, „ik wist dat wie van ons er het eerst de gelegen heid toe had, hem zou dooden of zelf gedood zou worden". Daarna wendde hij zich tot Du jardin: ,,Wat moet er met het lijk gebeuren?" vroeg hg. „Ik zal het meenemen naar Parijs", klonk het antwoord, ,,het kan met de taxi vervoerd werden. Messieurs, ik keer nu onmiddellijk terug. Nee, laat U mij maar begaan de chauffeur kan me wel even helpen." De twee mannen wachtten in stilte tot deze onaangenaame taak was afgeloopen. Toen legde Lomax een hand op den schou- der van zijn vriend. ,,Het recht heeft zgn Doos 30 cent.^^^, Bij Apoth. en Drogist. lenging daarvan is overgegaan. Uiteraard houdt dit verband met de ge- wijzigde omstandigheden. Reeds werden de contingenteeringen, die in de afgeloopen maanden afliepen, niet meer verlengd. Thans zal evenmin tot een verlenging der crisis invoerwet worden overgegaan. Dientenge- volge zijn de nog loopende contingenteerin gen en de daarmede verband houdende in- voerformaliteiten per 31 December j.l. komen te vervallen. EEN VLOTTER GOEDEREN VERKEER AAN DE GRENS. De aandacht wordt er op gevestigd, dat op het gebied van den invoer 31 December 1940 een belangrijke datum was. Op dien datum toch werden buiten kracht gesteld, de beper- kende invoermaatregelen, welke destijds, toen zij werden afgekondigd, van grooten invloed op het economische leven zijn geweest. De goederenuitwisseling aan de grens is thans veel eenvoudiger en gemakkelijker geworden, hetgeen een nauwer economische samenwer- king ten goede moet komen. MISLEJDENDE AANDRANG TOT ORGANISATIE. In de afgeloopen weken zijn enkele geval len o.m. in den visch- en den rijwielhandel voorgekomen, waarin een vereeniging of bond zich in een circulaire tot niet-aange- sloten bedrijfsgenooten richtte met de mede deeling, dat die vereeniging of bond door den secretaris-generaal van het departement van handel, ngverheid en scheepvaart was goed- gekeurd als eenige organisatie voor den des- betreffenden bedrijfstak. Dientengevolge zou iedere bedrijfsgenoot, die nog niet als lid was toegetreden, verplicht zijn zich aan te sluiten. Het betreft hier een ergerlijke misleiding, die op geen enkelen grond steunt. Wel machtigt het besluit betreffende op bouw en organisatie van het bedrijfsleven den secretaris-generaal tot een dergelijke or- ganiisatiedwang, maar tot op heden is op grond van deze bevoegdheid nog geen enkele organisatie als uitsluitende vertegenwoordi- ging van den betrokken bedrijfstak erkend. Aan een ieder wordt derhalve dringend aan- geraden, zich bij ontvangst van dergelijke circulaires voor nadere inlichtingen te wen- den tot den (Economischen Voorlichtings- dienst, Rijnstraat 24 te 's-Gravenhage, welke de voorlichtingsinstantie is van het departe ment Van Handel, Nijverheid en Scheepvaart. De omstreeks 20 November gepubliceerde mededeeling van de organisatiecommissie voor het Nederlandche bedrijfsleven, waarin deze met nadruk het verzoek tot het bedrijfsleven richtte plannen ot concentratie van bestaande tot oprichting van nieuwe vereenigingen, enz. tot nader order geen vasten vorm te laten aannemen, is nog steeds onverminderd van kracht. Ill IN DUITSCHLAND GElVESTIGDE NEDERLANDERS GEINTERNEERD. Het aantal in Duitschland gevestigde Nederlanders, dat per 1 Januari 1941 ge- interneerd was, bedraagt volgens de V.P.B. 111. Van hen bevinden 108 zich in een Zuid- Duitsch interneeringskamp, terwijl er drie cellulair gevangen zitten. DE INVOER VAN CELLULOSE IS VOLKOMEN VERZEKERD. Hier en daar is de vrees tot uiting ge komen, dat moeilijkheden te verwachten waren bij den .invoer van cellulose uit (j,e Noordelijke landen. Van bevoegde Duitsche zijde wordt oga medegedeeld, dat voor deze vrees geen gropd aanwezig is. Het voor cellulose vastgestelde contingent voor Nederland vanuit de Scandi- navische landen wordt ten voile ingevoerd en is door betalingsmogelijkheden gedekt. (H. Crt.) loop gehad, beste jongen! Dat gebeurt zoo vaak in het leven, nietwaiar? En wat doen we nu met de Prinses?" „Stil!" waarschuwde Wendover. „Ze haat dat woord en nooit zal ze ook meer zoo ge- noemd worden. Over enkele dagen trouw ik met haar", er was iets in zijn stem, dat Lomax' aandacht trok en deze floot zachtjes tusschen zijn tanden. „Je zet er haast achter, niet?" „Ja maar wat doet de tijd er toe, Lomax. als je lief hebt." „Ja", knikte de ander, „ik begin er .precies zoo over te denken." „Wat! Jij? En "hoe heet het meisje?" Lomax antwoordde niet maar keek naar de Renault en Wendover had zijn geheim direct geraden. „Toch niet de Kabouter?" zei hij. „En waarom niet mopperde Lomax. „Ze is het liefste meisje, dat ik ooit heb ontmoet! Maar je mag er haar geen woord van zeg gen, misschien houdt zij heelemaal niet van mij ofschoon..." ,,In ieder geval gelukgewenscht, kerel! Maar zouden we nu zoo langzamerhand niet naar Parijs teruggaan?" „Zijn jullie soms van plan hier den heelen nacht te blijven?" klonk plotseling de stem van de Kabouter. „Dat arme meisje hier zit aan een stuk te rillen!" „Ga weg van die plaats, Kabouter", zei Wendover op strengen toon. ,,Koud, lieve- ling?" vroeg hij toen hi} achter het stuur zat. ,,Gelukkig!" klonk het antwoord. De auto reed met een vaart naar Parijs. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1941 | | pagina 1