ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH.VLAANDEREN
i
'»HUI5VRISnn
f invmTERTU
No. 10.140
VRIJDAG 15 NOVEMBER 1940
80® Jaargang
Binnenland
...En TDCHKDMT
5mT-niCDLAA5
EERSTE BLAD
ONZE TAAK.
ECIAAI
WOR DE
fcfcLJ
ABONN RMENTSPRIJSBinnen Temeuwn 1,35 per 3 maanden Bui ten Temeuzen
fr. per poet f 1,65 per 3 maanden Bfl Tooruitbetaling fr. per post 6,per jaar
Voor Belgie en Amerika f 3,10, overige landen f 2,45 per 3 maanden fr. per post
Abonnemeaten voor bet bultenland alleen b(j vooruitbetaling.
Uitgeefater: Pinna P. J. TAN OB SAND*
GIRO 38150 TELEFOON No. 2073.
ADVER'i'ENTIftNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
KI.F.INE ADVERTENTIfcNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHHNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
GEMEENTE TERNEUZEN.
B. Burgemeester van .Terneuzen verzoekt
ieder, die bereid is mede te werken aan de
ooOecte voor de „WINTERHULP", zich ten
gemeentehuize, bodekamer, te willen aan-
■nelden.
Temeuzen, 14 November 1940.
De Burgemeester van Temeuzen,
P. TELDBGEN.
WIJZIGIN'G KANTOORUREN
GEMEENTE-DIENSTEN.
b* verband met de verduisteringsmaatrege-
len zullen de gemeentelijke diensten vanaf
Maandag 18 November 1940 voor bet publiek
geopend zijn vanaf halftien uur.
Temeuzen, 15 November 1940.
Buagemeester en Wbthouders van Temeuzen,
P. TBLLiEGEN, Voorzitter.
B. I. ZONNEVTJLLE, Secretaris.
Ajteel Nederlanders loopen in dezen barren
tifd rond met de vraag, wat zij kurrnen doen
en of zij over het algemeen wel iets kunnen
doen, ten behoeve van ons land en volk.
Toen de Rijkscommissaris destijds zeide, dat
Duitschland ons ons volkskarakter wilde laten
en het in geen geval zou aantasten, was daar-
mee tevens voor iederen Nederlander van goe-
den wilie zijn taak bepaald. Immers, dat boudt
in, dat wij zelf al onze krachten moeten in-
spaanen, om dat volkskarakter te bewaren en
zuiver aan het nageslacht over te dragen.
Wle bij deze taak verre blijft staan, laadt
een zware verantwoordelijkheid op zijn schou-
ders tegenover ons nageslacht, zoowel als
tegenover -ons verleden.
Wij moeten helpen bouwen aan een Neder-
landsche volksgemeenschap en in die beide
woorden ligt zoowel het verleden als de toe-
komst bepaald.
Nederlandsch dat woord omvat alle ver-
worvenheden op cultureel gebied, op econo
mised en op geestelijk terrein. Wij, Neder
landers, hebben een eigen cultuur, al heeft die
dikwrjls den invloed ondergaan van die van de
ons omringende landen. Wanneer wij slechts
nam en noemen als die van Rembrandt, Von-
del, Berlage, Lorentz, weet ieder, wat wij be-
doelen. Wij mogen trotsch zijn op dat ver
leden, indien wij ons het waardig toonen.
Op economisch gebied is het niet anders.
Onze landbouw en visscherrj, onze industrie,
haadel en scheepvaart hebben altijd de waar-
deering en. soms, de bewondering gewekt van
andere naties. Zouden wij ze dan niet "trach-
ten te cultiveenen
Oaze bezittingen op geestelijk gebied zijn in
het kort samen te vatten als de gevolgen van
de Christelrjke beschaving, die in de drie
groote stroomingen: protestantisme, katholi-
oisue en humanisme haar uiting heeft gevon-
tiea.
Dat wil het woord Nederlandsch zeggen,
wanneer wg het hebben over een Nederland-
sche volksgemeenschap.
BJn de andere zijde van onze taak Ligt in het
woord volksgemeenschap.
De tijd van den belangenstrrjd, den politie-
ken strijd en den klassenstrrjd is nu voorloopig
voorbrj. Allerwege wordt een streven naar
eenheid van het Nederlandsche volk kenbaar.
Maar het is niet genoeg, wanneer wij daarnaar
tijddrjk onze wenschen richten. Die eenheid
moeten wij straks, als de tijden rustiger zijn
geworden, niet opnieuw verliezen. Die eenheid
moet voortvloeien uit een nieuwe instelling
van ons alien tegenover alle vraagstukken van
den dag. Wij zullen onze plaats in Europa als
zelfstandig volk slechts kunnen behouden,
wanneer wij inderdaad fefen zijn en ook blijven.
Br zijn terreinen, waar wij thans niet vrij
zijn. Maar de gemeenschapsgedachte moeten
wij in de naaste toekomst en vooral nu wij
voor een ongetwijfeld moeilrjken winter staan,
maken tot de leidende gedachte van ons volks-
bestaan en van ons persoonlrjk leven. Wij
moeten elkaar leeren waardeeren, afgezien
van onze maatschappeljjke positie, van ons
geldbezit, van onze ontwikkeling. Ieder onzer
heeft zijn plaats in de maatschappij, die recht
heeft op waardeering door de anderen.
Het zal dezen winter en in de verre toe
komst zoo moeben zijn, dat wij als volk niet
meerr ieder persoonlijk onze lasten en onze
vreugden dragen, maar dat wij dat gezamen-
lijk doen. Wanneer 6fen lid lrjdt lijden alle
led en van een organisme mede, luidt reeds een
oud gezegde. Dat moet niet een schoone leus
of een vrome wensch blijven, diien wij uitspre-
ken in sentimenteele momenten, maar het
moet realiteit worden, waaruit wij leven, waar-
naar wjj al onze daden bepalen en afmeten en
waaruit wtj de kracht putten voor ons dage-
ljjksch leven.
Het is ongetwjjfeld iets geheel nieuws,
waarover wij spreken. Het is een revolution-
rvatre gedachte, maar alleen wanneer wij die
gedachte beleven, kunnen wij met reden hoop
koeeteren op een betere toekomst voor ons
vaderland. Eenheid ondanks alle verscheiden-
beid is mogelijk, ja een eisch van de toekomst,
ook voor ons volk.
OEOONOiMISC|H BOUWPLAN.
hi tjjden vol beweging, als waarin wij thans
leven, richt de belangstelling zich, schrrjft de
N. R. Crt., in veel grootere mate op het heden
en de naaste toekomst, dan op mogelijkheden
en verwachtingen voor later. De factoren, die
de latere toekomst kunnen beheerschen, be-
vattem voor de meerderheld van het publiek
te veel onzekerheid om er veel tijd aan te
wijden,
Feitfn, verwachtingen en besluiten van het
oogenblik genieten de meeste aandacht, en
daarom zullen de jongste verklaringen van
den commissaris-generaal voor financien en
oeconomische zaken, Dr. H. Fischboek nog
meer dan anders in breeden kring nauwlet-
tend zjjn gelezen; zij behandelden immers
meerendeels hoogst actueele vraagstukken.
Reeds lang bestonden er aanwijzingen, dat
de aan personen en ondememingen berokken-
de oorlogsschade door het Nederlandsche volk
in zijn geheel zou worden vergoed. Uit
moreel oogpunt moest dit van den eersten dag
reeds vaststaan, en deze gedachte heeft ook
snel veld gewonnen. De moeilijkheden van de
practische uitvoering hebben het geduld en de
verwachting van de gedupeerden, dat alles
wel terecht zou komen, danig op proef gesteld.
Men vergete echter niet, dat het publiek in
het thans aangebroken tijdperk voor volledige
regelingen wordt gesteld, die vervolgens met
kracht worden uitgevoerd. De raadpleging
van deskundigen en het afwegen van verschil-
lende adviezen en mogelijkheden geschiedt bin-
nenskamers, waardoor eenerzijds onvruchtbare
en vertroebelende discussies worden voor-
komen, doch anderzijds de schijn van traag-
heid kan worden gewekt.
Thans is er de positieve mededeeling van
Dr. Fischboek, dat de Nederlandsche staat
het beginsel heeft aanvaard, dat de oorlogs
schade van personen en ondememingen op
eenig voorbehoud ten aanzien van groote ver-
mogens na volledig zal vergoeden.
tVlak na het zoo even besproken vraagstuk,
komt de verklaring van den commissaris-
generaal inzake de koersstijgingen op de effec-
tenbeurs en de daarmede verband houdende
vrees voor inflatie. De tegenwoordige renta-
biliteit van de aandeelen motiveert noch
groote Duitsche aankoopen, noch groote koers-
stijging, zoo zeide hij. Al mogen er inderdaad
Duitsche aankoopen hebben plaats gevonden
uit een oogpunt van deelneming in Neder
landsche industrieen, welke een toekomstige
nauwere samenwerking met Duitsche onder-
nemingen kan vergemakkelijken, dan moeten
wij de stijging uit andere gronden verklaren,
te meer, omdat Dr. Fischboek verhooging van
de heffing op de winst heeft aangekondigd.
Wat die andere gronden betreft, inflatie of
devaluatie behoeft men niet te vreezen. Infla
tie als spiraalbeweging in stijgende rich-
ting tusschen loonen en prrjzen is er niet
en kan er ook niet zijn, aldus de commissaris-
generaal, omdat tegen ongemotiveerde prijs-
stijgingen scherp zal worden gewaakt en de
prijzen in Nederland in geen geval boven het
Duitsche peil zullen stijgen. De aanpassing
aan Duitsche omstandigheden zal voordeelen
mede brengen, waar Dr. Fischboek o.m. in
verband met den landbouw over sprak, doch
ook nadeelen. Het publiek vreest deze blijk-
baar, zoo meenen wij, zonder den omvang van
die nadeelen nauwkeurig te overwegen, doch
in de besproken verklaringen vindt men de be-
grenzing, en de lezers van ,,Wo kommt das
viele Geld her?" van Prof. Wagemann, zullen
weten, dat de derde graad van inflatie (de
aangestipte spiraalbeweging) bij strikte hand-
having van distributie en prijsregeling is uit-
gesloten.
Het moet de aandacht trekken, dat van in-
grrjpen in de koersen van effecten, zooals on-
langs te Wieenen geschiedde, nog geen sprake
is. De symptomen van de kwaal, die in haar
kern wordt bestreden, vereischen blijkbaar
zoo'n krachtig ingrijpen nog niet.
Van de onderwerpen, die Dr. Fischboek heeft
besproken en op den duur van nog veelom-
vattender belang zullen worden, noemen wij
het herstel van de handelsbeweging sedert de
oorlogsmaand. Transportmoeilijkheden stellen
op verschillende gebieden haar eischen, maar
een energiek aanpakken, waarin de Neder
landsche handel in beginsel vrij is, kan de
gunstige mogelijkheden in geleidelijk stijgende
mate verwezenlijken. De eischen van den oor-
log praevaleeren nu eenmaal. De Nederland
sche ondememers moeten echter deze eischen
niet als een belemmerenden factor voor alle
activitelt opvatten, doch slechts als een be-
grenzing van het gebied en een aansporing
om van de bestaande mogelrjkheden gebruik
te maken.
Voorzoover zorgen over amortisatie en ren-
dement van het geinvesteerde kapitaal de aar-
zelende houding van het Nederlandsche be-
dfijfsleven verklaren, is Dr. Fischboek hier-
aan tegemoet gekomen, door de verklaring,
dat de amortisatie van het onder den druk der
oorlogsomstandigheden geinvesteerde kapi
taal zal worden verzekerd. Hooge rendemen-
ten zullen het kapitaal niet naar andere be-
drijfstakken doen stroomen, omdat de fiscus
een aanzienlijk gedeelte der winsten zal op-
eisohen.
Den onzekeren factor in het ons voorge-
legde oeconomische bouwplan, dien de eischen
van de oorlogsoeconomie vormen,verdoezelt
Dr. Fischboek niet voor ons, en deze zin voor
de werkelijkheid kan vertrouwen wekken. Nog
gereeder kan ons echter aan het werk doen
trjgen de prikkel, dat wjj op den grondslag
van rechtsgelijkheid tusschen Duitsche en
Nederlandsche belangen hebben te voorzien in
de behoeften van een Nederlandsch volk, dat
jaarlijks met bijna honderdduizend zielen toe-
neemt en dat zijn pioniersgeest uit het ver
leden ook thans, uit zelfbehoud, zal moeten
scherpen.
MAXJMl >1PIII,JEN VAN HOUT.
■Reeds eerder werd een bericht gepubliceerd
over maximumprgzen van hout. Waar hierin
sprake is van brandhout, blgkt volgens de
Ned. Staatscourant no. 221 bedoeld te zijn
kachelblokken van naald- en loofhout, dus
geen aanmaakhout.
BEZOEK VAN DUITSCHE
INiDUSTRIEELEN AAN NEDERLAND.
Dezer dagen is hier te lande een gezelschap
van ongeveer 30 personen uit de metaalindu-
strie en handel in Duitschland aangekomen.
(Het doel van het bezoek aan Nederland is
in contact te komen met de vertegenwoordi-
gers van het Nederlandsche oeconomische
leven om te beraadslagen over de mogelijk
heden van nauwere samenwerking. Tevens
zullen de Duitsche industrieelen gelegenheid
hebben hun Nederlandsche collega's inlichtin-
gen te verschaffen over de organisatie van
het bedrijfsleven in Duitschland, wat van be
lang wordt geacht in verband met de stappen,
die ook hier te lande reeds zijn ondemomen
en in de toekomst ondernomen zullen worden
om tot een nieuwe ordening van het bedrijfs
leven te komen en de productie op peil te hou-
den of mogelijk nog te. verhoogen.
DE ENGELSCHE LUCHTAANVALLEN OP
ONS LAND.
Gistemaeht zijn er geen Engelsche lucht-
aanvallen van belang geweest. Er zijn eenige
bommen geworpen, maar deze zijn op weiden,
akkerland, of in het water terecht gekomen.
Materieele schade is niet veroorzaakt. Geen
persoonlgke ongelukken. Een losgeslagen
kabelballon heeft een electrische bovenleiding
beschadigd.
NEDERL/VND MOET HOUDING TEGEN
OVER DUITSCHLAND HERZIEN.
Het is noodzakelijk om de dingen in
ralmer verband te gaan tbeschouwen.
Een belangrijke verklaring van
de Nederlandsche Unie,
In het jongste nummer van het weekblad
van De Nederlandsche Unie komt een belang
rijke beschouwing- voor over de verhouding
NederlandDuitschland, waarin het volgende
wordt verklaard:
„Wij staan voor het feit, dat in den vorigen
wereldoorlog de sympathie van een groot deel
van ons volk aan de zijde van Duitschland
stond, terwrjl brj het uitbreken van dezen oor-
log in September van het vorige jaar dit
zeker niet het geval was.
,,Deze stemming is er met den oorlog van
dit jaar niet beter op geworden. Het is
dwaas zich daar illusies over te maken. De
wijze, waarop ons volk toen en later heeft
gereageerd, is volkomen begrrjpelijk en ieder
volk zou zoo gereageerd hebben, dat plotse-
ling betrokken wordt in een strijd, waarvan
het toch in diepsten grond hoopte afzijdig te
kunnen blijven. De Unie staat temidden van
het volk, dus wij kennen en begrijpen deze
gevoelens.
,,Het is de kracht vi De Nederlandsche
Unie, dat zij uit het volBPts opgekomen en in
het hart de§ volks diep verankerd ligt.
,,Dit begrip en deze liefde voor het volk
kan ons echter niet blind maken, blind voor
de nieuwe wegen, .die ons volk zal moeten
gaan, wil het zijn rol in het nieuwe Europa
blijven vervullen. De Nederlandsche Unie is
geen plaats waar alle mogelijke sentimenten
zich kunnen uitleven, maar doelbewust en
met open oog voor de werkelrjkhieid wil zij
het volk leiden naar een nieuwe toekomst.
,,De ontwikkeling van den Europeeschen
geest in de twintigste eeuw wordt beheerscht
door de tegenstelling van een wegstervend
individuhlisme en een groeiend gemeenschaps-
besef. In verschillende landen heeft zich dit
conflict scherp gesteld en is het opgelost op
een wijze, die beantWoord-de aan den eigen
aard van het volk.
,,Het conflict had zich ook in ons land
reeds jaren geleden aan de orde gesteld; de
oorlog heeft het onontkoombaar gemaakt.
Het zal hier op Nederlandsche wijze moeten
worden opgelost, maar opgelost moet het.
Zooals in de negentiende eeuw zich geen land
en geen volk heeft kunnen onttrekken aan
de beginselen van de Fransche revolutie, zoo
zal zich nu geen land en geen volk kunnen
onttrekken aan het doerbreken van de nieuwe
gemeenschapsgedachte, waarmee wij het alien
overigens hartelgk eens zijn en waardoor op
nationaal en sociaal gebied, d'ngen naar
voreh worden gebracht, die te voren tot niet
geringe schade van het volksleven te veel op
den achtergrond waren gedrongen.
,,Het veld winnen van de nieuwe gemeen
schapsgedachte zal de Nederlandsche verhou-
dingen zoowel binnenlandsch als buiten-
landsch opnieuw regelen. Omdat zij u'tgaat
van de idee van de volksgemeenschap zal zij
alle binnenlandsche verhoudingen vaststellen
vanuit het nationale ge?ichtspunt. Dit he-
teekent, dat er met larger plaats kan zijn
voor tegenstellingen, die op de volkseenheid
een ontbindenden invloed doen gelden. Het
beteekent ook de strijd voor een nieuwe maat-
schappelijke ordening. omdat de nationale
waarden slechts dan kunnen ophloeien, wan
neer de talrijke sodaal-economisdhe prohle-
men zijn opgelost, die behalve een probleem
dikwtjls ook misstanden waren.
„Ook op buitenlandsoh gebied brengt de
nieuwe gemeenschapsgedachte haar conse-
quenties met zich. De tdchnische en in dus-
trieele ontwikkeling der laatste eeuw heeft
het onmogelijk gemaakt, dat iedere staat
alleen maar voor zicbzelf leeft, zonder reke-
ndng te houden met de belangen van het groo
tere geheel. Dat is de loop der historie,
waarvan geen terugkeer mogelijk is.
irZooaIs men in de middeleeuwen dacht in
graafschappen en hertogdommen, later in
staten, zoo zal men nu de verhoudingen moe
ten leeren zien in een nog grooter verband.
Dit beteekent niet een. bedreigirtg van de
eigen waarden en het eigen karakter van een
volk. Het beteekent wel, dat in een nieuwe
orde ieder volk de hem toekomende taak zal
vervullen. En de grootheid van een volk zal
bepaald worden door de mate, waarin het zijn
dienstbaarheid bewijst aan het groote geheel.
,.De geografische positie van ons land
brengt mee, dat het valt in het gebied, waar
in aan Duitschland krachtens zijn ligging en
zrjn grootte onbetwistbaar een leidende posi
tie toekwam en toekomt. Om deze positie te
verwerven heeft Duitschland zijn lot gewor
pen in de waagschaal der geschiedenis. Wij
begrijpen zeer goed, dat het aan 't Nederland
sche volk door de herinnering aan de oor-
logsdagen en door vele kleine dageiijksche
omstandigheden op het oogenblik moeilijk
valt om voor dit alles het juiste begrip te
toonen.
„Het is echter noodzakelijk om deze dingen
te leeren zien in ruimer verband.
„Ons volk zal in deze nieuwe ordening een
eigen en belangrijke taak te vervullen heb
ben. Van ouds is ons land de poort geweest,
waardoor duizenden en duizenden uitgingen
en zwierven op verre zeeen, waardoor anderen
terugkeerden met rijkdommen uit verre ge
bieden. Wanneer in de toekomst de politieke
en economische belemmeringen van het
oogenblik uit den weg zijn geruimd, zal ons
volk zjjn historische roeping opnieuw kunnen
vervullen. De taak van ons volk zal er dan
weer een zijn van Europeesche beteekenis en
het zal er trotsch op gaan de roemrrjke tra-
dities van zijn voorgeslacht voort te kunnen
zetten in een nieuwen tijd.
„Het noodlot heeft gewild, dat temidden
van deze historische ontwikkeling zich de
lOe Mei heeft geplaatst tusschen ons volk en
het Duitsche. Ons volk heeft dit nimmer ge
wild en het wil niet, dat het zich nog een
maal in de geschiedenis zal herhalen. Het
wil slechts werken en hard zal het staan in
den strijd om zgn bestaan. Moedig en offer-
bereid wil het strgden voor een betere wereld,
want diep in ons hart leeft de overtulging,
dat eenmaal een gelukkige toekomst dagen
zal voor een nieuw Europa.
POLITIEK SVMItOlJS.ME.
Op zicbzelf is het feit, dat het Verbond van
Dletsche Solidaristen (Verdinaso) zich in de
N.S.B. heeft laten opnemen, niet zoo indruk-
wekkend. Ir. Mussert zelf heeft bij deze ge
legenheid de opmerking gemaakt, dat het een
groep was, kleiner dan het aantal personen,
dat per week tot de N.S.B. toetreedt, schrijft
de N. R. Crt.
Dat deze gebeurtenis nochtans indruk ge
maakt heeft op de openbare meening, valt
ook niet te verklaren uit de plechtdgheid,
waarmee de vereeniging van de twee bewegin-
glen heeft plaats gehad.
De leider van Verdinaso, de heer Voorhoeve,
heeft de opneming van Verdinaso in de N.S.B.
een symptoom genoemd van de toenemende
eenheid en concentratie op nationalistisch ge
bied. Ook daarvan is de buitenwereld, naar
wij meenen, nog allerminst overtuigd.
Veeleer, zoo schrjnt het ons, heeft zg in den
overgang van Verdinaso naar de N.S.B. een
reden gevonden om zich, wellicht voor het
eerst, af te vragen of er inderdaad iets waar
is van de leuze Nederland zal nationaal-
socialistisch zijn of niet zijn", welke ir. Mus
sert ook Zaterdag, in zijn toespraak tot de
pers, nog eens in den mond heeft genomen.
Het is tenminste wel opmerkelrjk, dat twee
bladen, de Maasbode en het Algemeen Han-
delsblad, die zich tot dusverre als de meest
overtuigde voorvechters van de Nederlandsche
Unie hebben laten kennen, thans allebei een
poging doen, om deze beweging zoo nationaal
en socialrstisch voor te stellen, dat zij voor een
regelrecht nationaal-socialistische niet behoeft
onder te doen.
Van de Maasbode kan men het nog woor-
denspel noemen. ,De Nederlandsche Unie,
schrijft zij, is in haar socialistische doelstel-
ling in den juisten zin van het woord
stellig niet minder nationaal georienteerd, dan
de N.S.B.Eerder zelfs meer! En hetzelfde
kan van Nationaal Front worden gezegd."
(Het Algemeen Handelsblad gaat reeds veel
verder. Daar lezen wij: .Wanneer het nieu
we Europa met een geleide eoordinatie natio-
naal-socialistisch moet worden in de beteeke
nis van vrije, samenwerkende nationale ge-
meenschappen, in rechtvaardige, onderling
aanvullende wederzijdsche dienstvaardigheid,
dan zal het Nederlandsche volk, dat een nter-
nationale rechtsorde waarin recht fen orde
beide heerschen steeds een warm hart heeft
toegedragen, zijn plaats daarin met eere en
overtuiging willen innemen." En even tevoren
had het blad al van de Nederlandsche Unie ge-
waagd als van een ,,snel groeiende bewe
ging..., die weliswaar haar program nog in
menig opzicht moet concretiseeren, maar die
zich voldoende duidelijk heeft uitgesproken
voor een organisch geordende gemeenschap,
die nationaal zal zijn en socialistisch, in den
zin van onderlinge dienstbaarheid van alien
die deel uitmaken van het geheel, om te mo
gen verlangen, dat men haar niet van ver-
blindheid voor de kentering van onzen tijd
beschuldigt."
Wij willen de vraag niet stellen, in hoe-
verre de Nederlandsche Unie hier juist is
gekarakteriseerd. De Nederlandsche Unie zal
er wel prijs op stellen zelf te verklaren,. in
hoeverre zij nationaal en socialistisch, zoo
niet nationaal-socialistisch is of heeten wil.
Nationaal heeft zij in alle geval steeds willen
zijn: een .Nederlandsch socialisme" is zij
sinds kort gaan belijden.
Wij voor ons, wij kunnen het slechts betreu-
ren, dat dit vraagstuk eerst nu in breedere
kringen actueel schijnt te worden. Het is im
mers, geheel afgezien van den loop, dien de
oorlog nog nemen zal of kan, voldoende dui
delijk, dat in de geheele wereld, niet alleen
in Duitschland en Italie, niet alleen in de
Europeesche landen, met Frankrijk thans in-
begrepen, die min of meer onder den invloed
van een dier beiden staan, maar op geheel
verschillende manieren, uit geheel verschil
lende oorzaken, 66k in de Sowjetunie, 66k in
de Vereenigde Staten, 66k in Japan de staats-
orde min of meer uitgesproken nationale en
socialistische lijnen volgt. Dat wij grenzen
aan het eenige land, waar dit fefen, nationaal-
socialistisch, begrip geworden is, maakt de
beteekenis van het algemeene verschijnsel
voor ons des te nadrukkelijker.
Maar bovenal verdient het onze aandacht,
omdat het zoodoende tevens kenmerken zul
len zijn van de beginselen, welke na den oor
log de internationale organisatie zullen be
heerschen: niet de abstracte rechtbeginselen,
die aan het Volkenbondsstatuut ten grond
slag lagen, maar concrete, ruimtevormende
en de ruinate doordringende beginselen, die
Onder deze vaan vaart de rooker welDan
heeft hij het beste van het beste in zijn pijp! De
heerlijke Speciaal-Melange „No. 33". mild, za'cht en
geurig als geen andereGekorven en gemeleerd volgens
het bijzondere Niemeijer NON-SHARP principe!
1 5 cent per half ons
(Ingez. Med.)
het nationale leven en de internationale
samenleving onderling afhankelijk maken op
een wijze, als in het Volkenbondsstatuut
niet kon worden gedroomd.
De leider van de N.S.B. heeft in de toe
spraak, welke hij j.l. Zaterdagochtend tot de
pers gehouden heeft, van zichzelf en zijn vol-
gelingen gezegd, dat zij de eenige werkelijke
vaderlanders waren.
Het waren woorden, welke opnieuw veel
kwaad bloed hebben gezet. Nu weten wij,
die onder zijn gehoor waren, wel dat het niet
zoo erg bedoeld was, als het later in de
kranten kwam. Ir. Mussert bedoelde: wij zijn
daarom de eenige werkelijke vaderlanders,
omdat wij de eeni-gen zijn, die zich er reken-
schap van geven, dat Nederland dan alleen
vrij zal zijn, wanneer het de leuze verstaat:
Nederland zal nationaal-socialistisch zijn, of
niet zijn. Zoo bedoelde hij het niet alleen,
zoo zeide hij het ook.
Maar het feit, dat tot in het Nationale
Dagblad toe het verslag verkort was tot het
aphorisme: ,,wij, nationaal-socialisten, mogen
zeggen, dat wij de eenige werkelijke vader
landers zijn" is kenmerkend voor een om-
gangswrjize, waardoor de heer Mussert van
zgn leven vele malen meer menschen van zich
heeft vervreemd dan met zijn opvattingen
verzoend.
Natuurlijk zijn de nationaal-socialisten niet
de eenige ware vaderlanders. Wii doen alle-
maal ons best om ware vaderlanders te zrjn.
Dat moeten we eindelijk maar eens van el
kaar .willen gelooven. Want veel belangrijker
en wezenlrjker is het, of wij, ware vaderlan
ders, die we zijn, ook werkelrjk den vollen
omvang beseffen van de problemen, waar-
voor wij staan. Het wil wel eens schrjnen,
dat wij daartoe maar langizaam, al te lang-
zaam kunnen komen. En toch is dit het
eerste noodige: de problemen zien en willen
zien, zien eni willen zien in hun vollen om
vang, ongeacht de zelfoverwinning. welke het
wellicht eischt, ongeacht de inspanning, welke
het ons voor de toekomst, waarin zij moeten
worden opgelost, voorspelt.
NIEUWE BEDRIJVEN EN DE
DISTRIBUTIE.
De directeur van het rijksbureau voor het
hotel-, cafe-, restaurant- en pensionhedrijf
brengt, na overleg met het centrale distribu-
tiekantoor, ter kennis, dat met ingang van
15 November nieuw te vestigen bedrijven op
het gebied van het hotel-, caffe en restaurant-
wezen niet kunnen rekenen op toewijzingen,
respectievelijk losse bonnen voor gedistri-
bueerde en te distrihueeren artikelen.
Belanghebbenden kunnen zich tot het in-
winnen van nadere inlichtingen wenden tot
genoemd rijksbureau, Raamweg 14, 's-Graven-
hage.
9
Ingez. Med.