ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN In den greep van het noodlot No. 10.125 VRIJDAG II OCTOBER 1940 80e Jaargang Binnenland Feuiileton Buitenland Practisch en Zuinig. TWEEDE BLAD TER NEUZENSCHE COURANT .ALLE BEVOLKINGSGROEFEN IN DE LANDSHOOFDSTAD VINDEN ELKAAR. ,,De Nederlamdsche Unie" bouwt haar organisatie verder (uit. Eerste der veertlen Gewestelijke raden van bijstand thans geln- stalleerd. Van de zijde van De Nederlandsche Unie deelt men ons mede: Zooals men weet, heeft De Nederlandsche Unie indertijd reeds, bij de opbouw van haar organisatorisch apparaat, Nederland verdeeld in elf provincies en drie steden: Amsterdam, Rotterdam en 's-Gravenhage. Elke provin- cie of stad kreeg een secretaris tot leider, wien werd opgedragen, in zijn gebied de organisatie van de Unie verder uit te bouwen eh het contact met de Nederlandsche bevol king steeds hechter te maken. Om dezen secretaris in zijn werk bij te staan, werd tegelrjk tot de spoedige oprich- ting van gewestelijke (eventueel stedelijke) raden besloten, waarin alle bevolkingsgroepen vertegenwoordigd zouden zijn. De eerste van deze raden, en wel die in de landshoofdstad, is thans gereed gekomen en Woensdagmiddag geinstalleerd. D samenstelling van dezen Raad is niet alleen voor Amsterdam, maar voor geheel Nederland belangwekkend,, omdat juist in deze samenstelling duidelijk tot uiting komt, hoezeer de Nederlandsche Unie op alle deelen van ons volk ,,vat" heeft gehregen. In alle gewesten zullen deze raden dus op geheel soortgelijke wijze worden samengesteld. Der- halve is de Amsterdamsche raad als een goed voorbeeld daarvan te beschouwen. :De installatie van den hoofdstedelijken raad geschiedde door den heer J. G. Suurhoff, van geboorte een echte Amsterdamsche arbeiders- jongen, die, al is hij nog maar 36 jaar, reeds zijn sporen in de modeme arbeidersbeweging had verdiend en thans tot de meest-enthou- siaste bouwers aan een nieuwe Nederlandsche volksgemeenschap behoort. De Amsterdamsche raad, welke nu voortaan met hem zal samenwerken, bestaat, in alpha- betische volgorde, uit de navolgende perso- nen, wier beroep tevens is opgegeven: B. L. Blankwater, 36- jaar, timmerman, leider jeugdwerkloozenwerk; F. de Boer, 48 jaar, directeur eener groote scheepvaartmaatschappij C. Brink, 34 jaar, ambtenaar; Dr. H. Brugmans, 34 jaar, leeraar; Dr. J. Gajentaan, 38 jaar, dierenarts; Dr. Jane de Iongh, 39 jaar, letterkundige. voorzitster K.V.V. H. Klaassen, 44 jaar, diamantbewerker; H. Post, 32 jaar, directeur eener midden- standsorganisatie Mr L. Rijken, 41 jaar, bankier; J. Seylhouwer, 52 jaar, winkelier; SB. H. Siep, 34 jaar, typograaf; R. v. d. Veen, 46 jaar, opzichter in scheep- vaartbedrijf; en H. A. Vulink, 49 jaar, vakbondshestuurder. Zooals uit de vermelding der beroepen wel blijkt, wordt de sociaal-economische verschei- denheid der Amsterdamsche bevolking in dezen Raad op treffende wijze weerspiegeld. Maar ook ongeveer alle religieuse en geeste- lijke schakeeringen zijn in de Raad aanwezig; men treft erin aan leden van vrijwel alle kerkgenootschappen, alsook niet bij een kerk- genootschap aangeslotenen; tot dusver niet poiitiek geinteresseerden werken in dezen Raad pamen met personen van diverse poli- tieke kleur, van A.R. af tot S.D.A.P. toe. Wel een bewijs, hoe sterk de Unie nu reeds wortelt in alle lagen der hoofdstedelijke bevolking. De taak van dezen Raad is zeer veelzijdig. Hij fungeert als een soort van commissie van bijstand voor den leider van het Stedelijk Secretariaat. Alle plannen en mogelijkheden voor het werk van de afdeeling Amsterdam der Unie worden in den stedelijken Raad be sproken. Daarenboven heeft de Raad een controleerende functie, omdat hem periodiek verslag wordt gedaan van de door het Secre tariaat verrichte werkzaamheden. De veelzijdige samenstelling van de Stede- door SYDNEY HORLER. Geautoriseerde vertaling door Mevr. T. OSIECKMHEREBOER. 23) Vervolg. ,,Laat ons er nou eris eerlijk over praten," zei het creatuur, dat uit de onderste lagen van de maatschappij was voortgekomen. ,,Je bent met iets reusachtigs bezig, waaraan jij een fortuin zal verdienen. Nee, laat me nou eerst uitspreken" hij hief een smerige hand op, toen de ander hem in de rede wilde vallen ,,ik zal je precies vertellen wat ik weet. In een bank hier in Parijs ligt een groot fortuin in geld en in juweelen. Als het jou lukt dat meisje voor een prinses te laten doorgaan, krijg jij al dat geld. E!en onmetelijk fortuin!" zei hg op minachtenden toon „Wat be- teekenen die ongelukkige vijftig pond, die je rnij hebt betaald, in vergelijklng daarmee?" Sybil Trent boog zich in haar stoel voor- over. Ze voelde dat ec iets ging gebeuren, misschien wel een moord! Voor zoover haar bekend was, had Zuiberra nog nooit tevoren iemand gedood. Maar in apijt van haar steeds groeienden angst hield ze zich heel stil, want Zuiberra had haar nogmaals gewaarschuwd, ,,In orde, Vanelli," hoorde ze hem zeggen, veronderstel nu eens dat we toegeven je niet genoeg betaald te hebben, hoe had jij je dan 4 gedacht dat deze zaak geregeld moet wor den?" De boef kuchte. „Ik wil niet inhalig lijken", hijgde hij, ,maar mijn borst" hij kuchte op- nieuw ,,kan de Parijsche lucht niet verdra- lijken Raad zal dan ook naar de leiding hoopt, het vertrouwen van de geheele Amsterdam sche bevolking in „De Unie" nog aanzienlijk versterken. De heer Suurhoff wees er bij de installatie van den Stedeijken Raad ook nog o.m. op, dat Amsterdam voor de organisatie van het ge heel in zestig wijken zal worden verdeeld. Deze wijkindeeling is reeds gereed. Aan het hoofd van elk district komt als geestelijk en organisatorisch middelpunt een districtsleider te staan, die voor het verrich- ten van allerlei arbeid (huisbezoek, verspreid- werk, het winnen van abonne's, enz.) een aan- tal medewenkers uit de leden zal recruteeren. Pas als deze wijkindeeling geheel klaar is, zal de actie van ,,De Unie" intensief in alle deelen van de stad aangepakt kunnen worden. De „vliegende winkel" aan het Damrak is een groot succes geworden. Dagelijks worden daar tusschen de 150 en 250 nieuwe leden ingeschreven j.l. Zaterdagmiddag zelfs over de 300. De eerste week zijn er bijna 4000 in- signes verkocht en dit aantal zou nog grooter geweest zijn, indien de twee fabrieken meer hadden kunnen afleveren. De colportage met het weekblad ,,De Unie", bijna uitsluitend in de binnenstad tot dusver, levert verrassende resultaten op. Met een ploeg meerendeels jeugdige colporteurs, die thans al ruim 150 man omVat, werden ver kocht van no. 1 2400 no. 2 1800 no. 3 3400 no. 4 7800 no. 5 13000 no. 6 11000 no. 7 16000 Het gaat dus wel heel snel crescendo! Opvallend en verheugend is, dat de aan- meldingen van nieuwe leden in toenemende mate komen uit de arbeiderswijken van de stad, waar men aanVankelrjk een wat af- wachtende houding aannam. Zoo moet het: de „Unie" wil een echte volksbeweging zijn, wortelend in alle lagen van de werkende bevolking van stad en platteland. DE INKRIMPING VAN DEN PLUIMVEESTAPEL. Gelijk reeds werd gepubliceerd moet met het oog op de voederschaarschte de pluimvee- stapel aanmerkelijk worden ingekrompen. Over het geheel genomen zal de kippenstapel tot ongeveer een vijfde deel van zijn omvang' bij de inventarisatie in September van het vorige jaar moeten worden teruggebracht, terwijl de eendenstapel een nog ster- ker inkrimping zal moeten ondergaan. Deze inkrimpinig is reeds in vollen gang doch tot dusverre was nog niet bekend gemaakt hoe- veel dieren ieder pluimveehouder uiteindelijk zou mogen aanhouden en voor hoeveel dieren voeder zou worden verstrekt. Thans zullen hierover nadere aanwijzingen worden gepubli ceerd, voor de bijzonderheden waarvan moge worden verwezen naar de binnenkort te ver- schijnen perspublicatie. Bij het opstellen van die aanwijzingen moest rekening worden gehouden met het feit, dat de kippenhouderij onder de huidige omstandigheden het best gedreven kan wor den als onderdeel van het landbouwbedrijf op de boerderij. De ontworpen regeling gaat in deze meest gewenschte richting. Natuurlijk Icon deze gedachte niet in eens. in al haar consequenties worden doorgevoerd, want anders zoudien plotseling al te groote verschui- vingen zijn opgetreden, met al te nadeelige geVolgen voor tal van pluimveehouders daar van. Dienovereenkomstig zullen de bedrijven met een kleinen stapel dit zijn in het alge- meen de boerderij en, waar de pluimveehouderij een bescheiden onderdeel van het boeren- bedrijf uitmaakt relatief meer dieren mo gen aanhouden dan de bedrijven met een stapel van grooteren omvang, voor welke de kippenhouderij een min of meer op zichzelf staande bedrijfstak is. Deze laatste zullen hun stapel dus sterker moeten inkrimpen. Anderzijds komt wat de voedertoewijzing voor den overgebleven stapel betreft de laatste groep Van bedrijven er relatief beter af. Deze zullen bij de nieuwe voederperiode ingaande 14 October voor een grooter percen tage van hun dieren voeder mogen betrekken dan de boerenbedrjjven met een kleinen stapel. Dit stemt ook geheel overeen met het feit, dat op grootere boerenbedrijven in den regel meer afVal aanwezig is, zoodat de kippen niet uitsluitend op afzonderlijk aangekocht kracht- voeder zijn aangewezen. Overigens zij er aan herinnert, dat met het oog op deze noodzakelijike inkrimping van den pluimveestapel onlangs een eierprijs is vastgesteld om een compensatie voor de ver- mindering van inkomsten der pluimveehou ders te geven. Ook de prijzen waarvoor het overtollige pluimvee van de hand kan worden gedaan zijn om dezelfde reden en ondanks het groote aanbod, op een behoorlijk peil. Overi gens zal ook voor de houders van bedrijven, wier inkomsten tengevolge van de inkrimpinig van hun stapel zoo sterk dalen, dat zij, naast de bestrijding der kosten van levensonderhoud niet toereikend zijn voor de betaling van ren- ten en publieke lasten, worden gezorgd. NEDERLAND TELT 4 MILLIOEN FIETSEN. Nieuwe vlucht van de bakfiets. De oorlog heeft een plotselinge „hausse" in rijwielen tengevolge gehad, maar het ver- zadigingspunt schijnt aldus de jongste pqblicatie van de Nederlandsche Verkeers- federatie nog niet te zijn bereikt en de rijwielindustrie moet alle zeilen bijzetten om ook maar eenigszins aan de bestellingen te kunnen voldoen. Zoo nadert ons volk een statische positie, waarin men op twee Neder- landers 66n fiets kan rekenen, met inbegrip van kinderen beneden den schoolgaanden leeftijd, van hoogbejaarden, en van invaliden. Na herstel van het vrije motorverkeer zal hierop uiteraard een terugslag volgen, maar een plotselinge ineenstorting van ons millioe- nenbezit aan fietsen behoeft niet te worden verwacht. Het normaal te achten aarital rijwielen zal men op vier millioen kunnen schatten. Wanneer men zich aldus rekenschap geeft omtrent aantal en functie van het /ijwiel in Nederland, moet het stellig bevreemding wek- ken, wanneer men ten aanzien van dit voer- tuig slechts zoo weinig talrijke en zoo ondoel- treffende voorzieningen ziet. Niet alleen bestaat er een ontstellend gebrek aan parkeer- gelegenheden voor rijwielen, doch ook is er een groot tekort aan vaste rijwielstallingen. Ook aan het rijwielvervoer wordt te weinig aandacht besteed. Zou in het rijwielinten- sieve Nederland niet een constructie uit te tleuiken en met succes te exploiteeren zijn, in aiei voege, dat een autobus normalerwijze een half dozijntje fietsen kon meenemen in een speciaal daartoe bestemde ruimte? Een aar- dige opgave voor carrosseriebouwers! Ook per spoor is het rijwielvervoer welis- vvaar omvangrijk, doch onbevredigend is de uilvoering. De inrichting der stations, baga- geruimten, trappen en perrons leent zich slecbts gebrekkig voor een vlotte verwerking van groote aantallen rijwielen. Ook zijn de rijtuigen niet of nauwelijks voor rijwielvervoer berekend. Het gevolg is, dat het vervoer in de verdrukking komt en als een storende fac tor wordt gehaat. „Maakt 'n tevreden passagier" aldus een slogan voor service". Doe hoe wonderlijk dat de Nederlandsche fietser, die over een tussehenliggend traject zijn rijwiel per trein Wil meenemen, daar gewoonlijk meer stof tot ergemis dan tot tevredehheid in aantreft. De bakfiets. In dezelfde publicatie wordt een beschou- wing gewijd aan de bakfiets, de Asschepoester van het verkeer: van het fietspad verjaagd en op den rijweg verwenscht. Het wantrou- wen, dat de automobilist jegens de bakfiets koestert, moge verklaarbaar zijn, gemakke- lijk heeft de bakfietsbestuurder het allerminst. Zijn voertuig is niet zelden zwaar beladen, soms stellig te zwaar. In dat laatste schuilt tevens een ge- vaar. Het is zoo verleidelijk, om de kosten van motor en benzine te kunnen uitsparen door de werkkracht van een man of zelfs van een opgeschoten jongen. Doch de menschelijke trapkracht kent gren- zen en er kunnen zich situaties voordoen brughellingen, sneeuwval, hevige tegenwind waarin dit vermogen tekort schiet. Naar- gen; de dokters zeggen dat ik naar hdt Zui- den van Frankrijk moet gaan." ,,Waarom niet? E)en man van jouw kwali- teiten behoeft in Cannes of Nice heusch niet van den honger om te komen; er zal daar in het zonnige Zuiden altijd wel wat voor je te doen zijn. Ik vergeet geen oogenblik dat jij, Vanelli, de knapste man in je soort bent. Waarom dus niet naar het Zuiden van Frank rijk, mijn vriend?" De stem van den schurk klonk heesch, toen hij zei: „Zooiets is een kwestie van duiten. In Parijs kan ik niet blijven, dat is te .ongezond voor me. Het is jammer genoeg, want hier vind ik, zooals je wel snapt, altijd werk ge noeg. En wat je nou ook allemaal mag klet- sen, als ik naar het Zuiden ga, zal ik mijn werk er aan moeten geven." „En nu vraag je van mij een soort pensioen is dat niet zoo ongeveer de bedoeling?" De spreker gaf nu acbter zijn rug het tee- ken, waarop Sybil Trent vol ongeduld had ge- wacht. Zonder toestemming van Zuberra zou ze nooit de kamer durven verlaten, maar nu beduidde hij haar been te gaan. Maar waar om? Op weg naar de deur langs hem komen- de, fluisterde ze: ,,Wees voorziohtig!" „Wlees niet bang," liefste," klonk het ant- woord op gedempten toon. „laat mij met dit reptiel afhandelen op de mEinier, die mij het beste lijkt." Met knikkende knieen verliet ze de kamer. waarin ze was er nu zeker van een moord gepleegd zou worden. Vanelli's toon en houding konden onmogelijk misverstaan worden eh in de vijf jaren, dat ze met Zuberra had samengewerkt, had ze hem maar al te goed leeren kennen; hij was wel de laat ste, die zich liet dreigen. Toen de deur achter de vrouw gesloten was, ridhtte Zuberra opnieuw het woord tot den bezoeker: „Er is geen enkele reden om te kibbelen, Vanelli, laat ons de zaak op vriendschappelijke wijze bespreken. Wil je rooken?" Van een tafeltje nam hij een groote doos fijne sigaren en hield deze den bezoeker voor. mate de bakfiets dan ook haar huidigen triomftocht voortzet, zal tevens de wensche- lijkheid aandacht verdienen om, onder bevor- dering van ieder redelijk gebruik, met kracht alle misbruilr te weren. DE SGHADE TE HUISDUINEN DOOR MIJNEN AANGERICHT WORDT DOOR DEN STAAT VERGOED. iMien zal zich herinneren, dat in December van het vorige jaar, de badpiaats Huisduinen, bij Den Helder, belangrijke schade opliep, ten gevolge van het explodeeren van Nederland sche mijnen tegen de kust. Tal van bewoners van dit dorp werden financieel emstig gedupeerd. De burgemees- ter van Den Helder spande zich er voor deze schade van het rijk vergoed te krijgen, omdat bewezen was, dat de schade veroorzaakt was door Nederlandsche mijnen. Succes op dit pogen is niet uitgebleven. Heden (Vrijdag) zal ten raadhuize te Den Helder een bedrag van ruim 16.000 gulden uit- betaald worden aan alien, die bij de mijn- explosie schade kregen. Dit bedrag is door het rijk aan 't gemeentebestuur ter hand gesteld. OOK VOOR VERGADERINGEN MET EEN ZUTVER GODSDIENSTIG KARAKTER VERGUNNING NOODIG. (Het wnd. hoofd van het Departement van Justitie heeft een aanschrijving gericht tot de procureurs-generaal, fungeerend directeuren van politie, en de hoofdeommissarissen en commissarissen van politie, waarin hij mede- deelt, van de zijde van den commiasaris-gene- raal voor bestuur en justitie bij den rijkscom- missaris voor het bezette Nederlandsche ge- bied nader bericht te hebben ontvangen, dat de ruime interpretatie van het begrip „verga- deringen met een zuiver godsdienstig karak- ter", voorkomende in panagraaf 2 alinea 4, van verordening nr. 24/1940, niet kan worden aanvaard. Derhalve zal in den vervolge ook van het voomemen tot het houden van classicale-, provinciale-, algemeene- en synodale vergade- ringen van erkende kerkgenootschappen uiter aard zeven dagen, vodrdat de vergadering ge houden zal worden, kennis mceten worden ge- geven aan den bevoegden procureur-generaal, fungeerend directeur van politie, tenzij aan de vergadering niet meer dan twintig personen deeinemen. BOMMEN OP VOLKSTUINTJES. Ehgelsche vliegers hebben, naar het A.N.P. meldt, Wioensdagnacht op een aantal volks- tuintjes in de gemeente Achttienhoven (U.), welke nabij den Gageldijk zijn gelegen, bom- men laten vallen. Vijf zware bommen ver- oorzaakten gaten van ruim twee meter door- snede en verwoesten verscheidene hulsjes, welke in de tuinen stonden. Overigens is de schade gering. Menschen werden niet ge- troffen. ,,Dat is slecht voor mijn borst, zeggen de dokters." Zuberra klopte hem bemoedigend op den schouder. ,,Alle doktoren zijn ezels. Boven- dien, zal je binnenkort geen rijk man zijn? Vanelli, je hebt geluk; ik ben vandaag in een buitengewoon goede stemming. Vertel me eens, hoe luidt precies je voorstel?" ,,Ze zeggen dat ik niet lang meer heb te leven en natuurlijk wil ik mijn laatste dagen geen zorgen aan mijn kop hebben." De schurk blies met een zelfgenoegzaam gezicht een groote rookwolk uit. ,,Dat spreekt vanzelf! Je hebt een schit- terende loopbaan achter je liggen, waarom zou je je. laatste dagen niet in geluk en voor- spoed slijten? In gedachten zie ik je al on der de sinaasappelenboomen zitten. Hoeveel mijn vriend?" De man talmde nu niet langer. ,,Een kwart millioen francs," zei hij. Een korte pauze volgde, gedurende welke Zuberra zijn berekeningen maakte. „Tegen den huidigen koers dus ongeveer twintigdui- zend Engelsche ponden?" „Ja en wat is dat nou, vergeleken bij twee millioen?" vond Vanelli. Slechts een dru.ppel in den oceaan, mijn vriend je bent buitengewoon bescheiden geweest. En nu" vervolgde hij, terwijl hij wat diohter naar den ander toeschoof, ,,zal ik je eens een geschiedenis vertellen, Vanelli. Ongeveer zes jaar geleden was een zeker iemand met mij compagnon in een soortge- lijke affaire in Amecika. We hadden afge- sproken dat we de baten als volgt zouden verdeelen: vijfentwintig percent voor hem en vijfenzeventig percent voor mij; ik deed, even als nu, het hersenwerk, begrijp je? Ik be taalde hem meer dan vijfentwintiig percent en ik dacht natuurlijk dat de man heel tevreden was. Stel je dus mijn verbazing voor, toen hij een week later bij me kwam en zei dat hij niet genoeg gehad had; hij wilde nog eens vijfen twintig percent hebben. Precies door de helft deelen, was zijn motto. En wat denk je wel dat ik deed?" vrede, zoo besloot Willkie, kan enkel en al leen door de Amerikaansche kiezers genomen wftrden. (D.N.B.) CHURCHILL'S REDE IN HET LAGERHUIS. Aan het slot van zijn rede in het Lagerhuis heeft Churchill, volgens D.N.B., nog gezegd: ,,A1 heerscht er ook vertrouwen in ons hart, al zien wij ook veel duidelijker dan eenige maanden geleden onzen weg door alle moei- lijkheden en gevaren, wij mo gen geen oogen blik den vreeselijken en gevaarlijken toestand vergeten, waarin wij ons bevinden. Wij wil- len niet het vertrouwen verliezen, dat wij ons door voortdurende buitengewone inspanning kunnen redden. Niemand kan voorzien, niemand kan er ook maar een denkbeeld van hebben, welke wen ding deze vreeselijke oorlog zal nemen. Lange en donkere maanden van beproevin- gen en lijden liggen voor ons. Niet alleen groote gevaren, maar ook talrijke andere on- heilen, ontberingen, fouten en teleurstellingen zullen zeker ons deel zijn. De dood en het leed zullen onze roisgpzellen zijn, ontberingen ons kleed en standvastigheid on dapperheid ons eenige schild. W4j moeten eendrachtig zijn en onversohrokken, wij moeten onbuigzaam zijn." Het D.N.B. meldt uit Berlijn: iDe Dinsdag door Churchill gehouden rede heeft op de Berlijnsche bladen den indruk eener absiurde mengeling van ziekelijke fan- tasieen en smakeloos cynisme gemaakt. De hoofdartikelen der ochtendbladen merken bovendien op, dat in de uiteenzetting van Churchill een stijgende mate van verslagen- heid' en hulpeloosheid te bespeuren valt. Brj- zonder smakeloos acht het de Berliner B6r- sen Zeitung, dat Churchill zegt op 3000 dooden en 12.000 gewonden per nacht gerekend te hebben. Voor het Duitsche luchtwapen zegt het blad, komt het niet aan op het aantal dooden en gewonden, maar op het militaire belang van de getroffen gebouwen. Met uit- zondering van enkele ,,vrienden" kent thans de geheele wereld het ware karakter van het Engelsche cultuurvolk en van zijn waardigen vertegenwoordiger Churchill. Onder het opschrift: dood graver Churchill" schrijft de Volkisiche Beobachter: Churchill's rede was een belachelijk spel met getallen, een jammerlijke verontschuldiging voor be- gane fouten, een machteloos dreigen jegens een tegenstander, dieri men tot dusver stelsel- matig heeft willen verhinderen een nieuwe ordening te brengen. Zooals Nero van het Capitool af het schouwspel van het brandende Rome gadesloeg, zoo geniet Churchill van Primrose Hill af van den aanblik van het brandende Londen. 8500 dooden klagen Win ston Churchill als hun dood'graver aan, als den doodlgraver van Bngeland en van het Brit- sche emfpire. WILLKIE BEPLEIT SNEELEN STEUN AAN ENG ELAND. Willkie, de republikeinsche candidaat voor het presidentschap, heeft in een radiotoe- spraak verklaard, dat hij voorstander is van een versnelde wapening. De Vereenigde Sta- ten, aldus Willkie, zijn op het oogenblik in elk geval onivoldoende voorbereid, zoodat succes- rijke tegenstand van Bngeland ook voor de Vereenigde Staten van de grootste beteekenis is. Men moet Bngeland door de versnelde ver- vaardiging van tanks, vliegtuigen en munitie helpen. EJchter zullen de Vereenigde Staten in ieder geval buiten den oorlog moeten blij ven, want alleen op die wrjze Is een doeltref- fende hulp voor Engeland mogelijk en is er gelegenheld ons zelf voor te tereiden. In eenige toespraken in verschillende wijken van New-York heeft Willkie president Roose velt verzocht te verklaren of e geheime over- eenkomsten met andere landen over de deel- neming van de Vereenigde Staten aan den oorlog bestaan. De beslissing over oorlog en ,,Hoe kan Ik dat nou weten?" Vanelli voel de zich klaarblijkelrjk niet op zijn gemak. Zuberra lachte een angstaanjagenden, kou- den lach, die den ander deed rillen. ,,Ik deed met hem precies hetzelfde wat ik nu met jou heb gedaan, Vanelli... Ik gaf hem een sigaar te rooken en binnen drie minuten was hij dood." De schurk sprong op, zijn gezicht geheel verwronigen van angst. „Vergiftigd stot- terde hij. Zuberra keek bedaard op zijn horloge, toen zei hij: „Binnen een minuut zal ook jij dood zijn, Vanelli." Zuberra wachtte tot het einde. Dan, met een onverschilligen blik op het ontzielde lichaam, liep hij naar de deur en opende die. Er achter, zooals hij verwacht had, stond Sybil Trent, bevend en met een bleek gezicht. ,,Je kunt nu binnenkomen," zei hij, ,,maar denk er aan dat je niet schreeuwt." Ze greep hem bij den arm. ,,Is hrj dood?" ,,Morsdood. Het kon niet anders, ik ken dat soort; als je eenmaal begint met toe te geven, persen ze je tot je laatste cent uit. Ik heb niet geweten dat hij niet te vertrouwen was." Door de deur van de eenvoudige flat, waar- heen ze, na de luxe van Hotel Meurice, ge- trokken waren, keek de vrouw naar de levenlooze gestalte op den grond en slechts een enkel woord kwam over haar bleeke lip- pen: Moord!" Zuberra maakte een ongeduldig gebaar. ,,Ik prefeceer het woord .gerechtigheid" zei hij. „Wat ben je van plan te doen met... dat?" ,,Daar weet Giraud wel raad mee; ik zal hem even opbellen." Opnieuw greep ze hem hij den arm. ,,Nee! nee! als er iemand is die het hoort!" Hij schudde haar van zich af. ,,Stel je toch niet zoo aan!" zei hij. Alleen in feuilletons worden telefoongesprekken opgevangen. Bovendien ga ik een eerbaren fruithandelaar opbellen en hem vertellen dat het krat met sinaasappelen voor verzending gereed is." EEN VRIEND STORT ZIJN HART UIT. Kunnen wij ons gezin nog voldoende voed,en door Eleonora. Ik ben blij, dat deze rubriek Practisch en zuinig" is gedoopt en niet alleen zuinig". Want nu behoef ik me in ieder geval niet schuldig te rekenen aan de onaangenaam- heden, die den laatsten tijd volgens mijn erva- ring nog al eens voorkomen in gezinnen, waar de huisvrouw onder den indruk van de zuinige rantsoenen op allerlei gebied, wel uiterst zui nig is geworden, maar blijkbaar vergeten heeft, dat ze verkeerd doet, wanneer ze alleen op dien kant van het vr^agstuk, waarvoor wrj alien in dezen tijd staan, let. Deze ontboezeming is een gevolg van een gesprek, dat ik onlangs met een man had, die me zijn nood klaagde. Hij stond tegen- woordig vaak met een onvoldaan gevoel van tafel op. Hij was, zei hij geen smulpaap, en HOOPDSTUK XVIII. Wendover stelt vragen. Hoe lang ze in dat huis geweest was, wist Elsie niet. De tijd scheen geen beteekenis te hebben; ze leefde voortdurend in een staat van halve bewusteloosiheid. Het scheen haar eeuwen geleden dat ze het gezicht van die vrouw zich over haar had zien heenbuigen die vrouw, die haar vijandin was en die haar zoo kwaadaardig had aangegrijnsd. Ze rilde ze wilde trachten er niet meer aan te den- ken. Ze had een vriendin, de Gravin. Deze was heel vriendelijk voor Elsie en zonder haar zou ze allang de hoop opgegeven hebben. Urenlang had deze goede vrouw, met het lompe lichaam, aan haar bed- gezeten en ge- tracht haar te troosten.,/ Steeds kwamen haar woorden-op hetzelfde neer. „Uw geheugen zal zeker teruigkeeren, Prin ses. Waarom maakt U zich toch zoo onge- rust? U bent aan de zorgen van zeer knappe doktoren toevertrouwd, de besten van Parijs, en die zullen U weer volkomen gezond maken. Het is toch heel begrijpelijk dat U, na de ellendiige tijden die U hebt doorgemaakt, ziek bent geworden. Maar, ma c'hdrie, nu bent U bij vrienden en U behoeft niemand te ontvan gen voor U weer heelemaal beter bent. Rust, mijn lieve Het was altijd precies hetzelfde, totdat ze ten langen teste inplaats van getroost te zijn zich nog veel ongelukkiger voelde. Wie zou dat niet zijn, als hij altijd maar weer hetzelfde liedje te hooren kreeg? Een prinses! Was ze dat werkelijk? Eigen- lij'k kon het haar heel weinig schelen. Ach kon ze die ellendige lethargie maar van zich afschudden. Eerst had ze het wel prettig ge- vonden, maar langzamenhand werd het haar een nachtmerrie; ze had een gevoel of ze half dood was. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1940 | | pagina 5