ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
In den greep van het noodlot
No. 10.118
WOENSDAG 25 SEPTEMBER 1940
80® Jaargang
Binnonland
Feuilleton
it- JR.- rJB i>in!TFVTn Van 1 tot 4 regrels f 0.80 Voor elken regf
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Temeuzen 1,35 per 3 maanden Buiten Temeuzen
fr. per post f 1,65 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 6— per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,10, overige landen 2,45 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE 8ANBB GIRO 38150 TELEFOON No. 2073.
0,20.
ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer
kt.fjnf, ADVERTENTIEN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor e
MT BLAB VEH6CHUNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
DE WiERKTIJD DER AMBTENAREN.
VerscJiuSvijig in verband met de
verduistering.
De secretaris-generaal, waamemend hoofd
van bet departement van binnenlandscbe
zaiken, heeft aan de secretarissen-generaal,
waamemende hoofden der departementen van
algemeen bestuur, een omzendbrief gericbt,
dat o.m. bet volgende bevat:
De wenschelijkbeid beeft zich geopenbaard,
een voor alle departementen en rijksdiensfen
geldende regeling te ontwerpen tot verschui-
ving van den werktijd gedurende de komende
wintermaanden, wanneer de verduisterings-
plicbt nog zal bestaan.
Zou men n.l. departements- en andere
groote gebouwen en werkplaatsen afdoende
willen verduisteren, dan zouden daarmede be
langrijke kosten gemoeid zijn, terwijl in ver
band met de toenemende schaarscbte aan
materialen reeds thans de noodige voorberei-
dende maatregelen zouden moeten worden
getroffen.
Aan de tbans geldende arbeidstijden is
bovendien nog een andere moeilijkheid ver-
bonden, nl. bet verkeer in een verduisterde
stad.
De secretarissen-generaal der onderschei-
dene departementen van algemeen bestuur
zijn van meening, dat de vorenomschreven be-
zwaren door verscbuiving van den werktijd
dienen te worden ondervangen.
Uitgaande van de veronderstelling, dat ge
durende den aanstaanden winter de Midden-
Europeesche wintertijd zal gelden, zal be-
houdens onvoorziene omstandigbeden van
1 November 1940 tot 1 Februari 1941 de kan-
toortijd als volgt geregeld worden:
Op alle werkdagen, bebalve des Zaterdags,
van 912,30 en van 1316.30 uur. Des
Zaterdags van 9—13.00 uur. De middagpauze
wordt dus van iy2 uur verminderd tot Vz nur.
De kantoortijd blijft 39 uren per week, terwijl
de vrije Zaterdagmiddag behouden blijft.
Voor de werklieden zal bezwaarlijk een al
gemeen geldende regeling getroffen kunnen
worden. De onderscbeidene diensten en be-
drijven zullen zelve een regeling moeten tref-
fen, rekening houdende met alle bijzondere
omstandigheden; die afzonderlijfce regelingen
zullen er uiteraard op gericht moeten zijn;
den duur van de normale werkweek zooveel
mogelijk te behouden en den arbeid zoo wei-
nig°mogelijk bij kunstlicht te doen geschieden.
De secretaris-generaal geeft zijn ambtge-
nooten in overweging, ten aanzien van hun
departementen en de daaronder ressorteeren-
de diensten, bedrijven, inrichtingen en instel-
lingen overeenkomstig het vorenstaande te
handelen en te doen handelen.
Bovendien geeft de genoemde secretaris-
generaal bij een tweede circulaire in over
weging, in overeenkomstigen zin te handelen
en te doen handelen.
DE SPOORWEGEN EN DE WINTERTIJD.
Geen. belangrijke wijzigingen in
de dienstregeling.
In tegenstelling met vroegere jaren zal,
meldt de N. R. Crt., ditmaal de beeindiging
van den zomertijd op 5 'October bij de Neder-
landsche spoorwegen niet gepaard gaan met
belangrijke wijzigingen in de dienstregeling.
Wed zijn er weer enikele partieele wijzigingen
te wacbten, maar de beteekenis daarvan gaat
niet uit boven die van de tusschentijdsche
veranderingen, welke reeds eerder herhaalde-
lijk in de dienstregeling werden aangebracht.
De talrijke overplakkingen op de groote vel-
len der dienstregelingen op de stations leggen
daarvan getuigenis af.
De nieuwe wijzigingen zullen worden opge-
nomen in een nieuwe uitgave van het spoor-
boskje, die binnenkort waarschijnlij'k reeds
in bet begin van deze week het licht zal
zien. De laabst verschenen uitgave van het
spoorboekje was ai eenigen tijd niet meer ge-
heel met de feiten in overeenstemming. Wei
werden door middel Van wijzigingsbladen voor
afzonderlijke trajecten de veranderingen tel-
kens zooveel mogelijk ibijgehouden, maar aan
bet reizende publiek bezorgde deze toestand
begrijpelijkerwijze veel last. Het nieuwe
spoorboekje, dat straks verkrijgbaar zal wor
den gesteld, zal weer geheel au fait zijn en
zoodoende weer, naar te hopen is voor lan-
gen tijd, dezelfde betrouwbare gids zijn, die
het in vroeger dagen steeds is geweest.
Ongevallenwet 1921 als een zelfstandig bedrijf
moet worden beschouwd.
Hetgeen voor de verrichting van werkzaam-
heden, als bovenbedoeld wordt genoten, wordt
als loon in den zin van de Ziektewet en van
de Invahditeitswet beschouwd. Hetgeen voor
den gezamenlijk verrichten arbeid wordt ge-
noten, wordt, voor zoover niet blijkt van een
andere verdeeling, geadht door ieder dergenen,
die den arbeid hebben verricht, voor een ge-
lijk deel te zijn genoten.
Tenslotte is bepaald, dat onder leerling in
den zin van het tweede lid, onder le. van
artikel 2 der Ongevallenwet 1921 mede wordt
verstaan bij, die tegen betaling van leergeld
in een onderneming werkzaam is, hij, die al
of niet tegen betaling van leergeld als leer-
ling eener instelling van techniscb onderwijs
in een onderneming ten behoeve van zijn prac-
tische vakopleiding werkzaam is gesteld, als-
mede hij, die aan een onderneming verbonden
vakschool opleiding ontvangt. In de voren-
bedoelde gevallen wordt degene, in wiens on
derneming de leerling werkzaam is, of aan
wiens onderneming de vakschool, aan welke
de leerling opleiding ontvangt, is verbonden,
als de werkgever van den leerling beschouwd.
Daartoe is niet vereischt, dat door of voor
den leerling met den werkgever een arbeids-
overeenkomst is gesloten.
TJITREIKEN VAN HERINNERINGS-
MKDAII LES AAN LEDEN DER BlRGEK-
WACHTEN NIET TOEGESTAAN.
In een brief aan de burgemeesters schrijft
de secretaris-generaal, wnd. hoofd van bet
departement van Binnenlandsche Zaken, dat
van de izrjde der Duitsche autoriteiten er zijn
aandacht op gevestigd is, dat door het be
stuur eener voormalige burgerwacht zou zijn
besloten, aan de vroegere leden medailles
(berinneringskruisen) uit te reiken. Onder ver-
wijzing naar zijn brieven waarin aan de bur
gemeesters werd medegedeeld, dat de burger-
wachten haar werkzaamheden onmiddellij'k
moesten beeindigen en tot ontbinding over-
gaan, merkt de secretaris-generaal op, dat
deze mededeeling 'zoo moet worden verstaan,
dat ook het uitreiken van medailles als hier-
voren vermeld achterwege dient te blijven.
Aan het vorenstaande behoort streng de
hand te worden gehouden.
MAATREGELEN OP HET GEBIED DER
SOCIALE VERZEKERING.
In het Verordeningenblad is opgenomen een
besluit van den secretaris-generaal van bet
Departement van Sociale Zaken, houdende
wijzigingen en aanvullingen van bestaande
wettelijke bepabngen op het gebied der sociale
verzekering.
In de eerste plaats wordt artikel 23 lid 3
der Ziektewet, dat thans luidt: ,,Met ziekte
worden zwangersobap en bevalling van een
gehuwde vrouw gelijkgesteld enz." gelezen als
volgt: ,,Met ziekte worden zwangerschap en
bevall'ing gelijkgesteld."
In verband hiermede vervalt ook in andere
artikelen bet woord gehuwde.
Verder wordt in artikel 53 bepaald, dat de
raad van arbeid ook bevoegd is de uitkeering
van ziekengeld en eventueel het verleenen van
verloskundige hulp geheel of ten deele te
weigeren, indien de ongeschiktheid tot wer-
ken het gevolg is van een ziekte, welke haar
oorzaak vindt in een vecht- of kloppartij,
waaraan de verzekerde uit eigen beweging
heeft deelgenomen.
Voorts wordt voor den duur van een jaar
buiten werking gesteld de bepaling van arti
kel 1 onder primo en secundo van het Kon.
besluit van 10 Juli 1929 tot uitvoering van
artikel 101 derde lid der ziektewet.
Deze bepaling luidt:
,,De bedrijfsvereeniging is bevoegd de toe-
lating van een werkgever als lid te weigeren
of het lidmaatschap aan een reeds toegetreden
werkgever op te zeggen:
1. Indien de werkgever bij in kracht van
gewijsde gegaan vonnis in staat van faillisse-
ment is verklaard of hem bij zoodanig vonnis
voorloopige of definitieve surseance van be
taling Is verleend;
2. indien de werkgever, nadat hij deswege
in gebreke is gesteld, nalatig blijft om eenige
geldelijke verplichting jegens de bedrijfsver
eeniging, waarvan hij lid is of geweest is, na
te komen."
Vervolgens wordt bepaald, dat de leider en
de leden van een orkest als werknemers in
dienst van een exploitant, in wiens bedrijf of
in wiens naam het orkest optreedt, onder de
verplichte verzekering overeenkomstig de be-
palingen van de Ziektewet en de Invaliditeits-
wet vallen, alles voor zoover het bestuur der
Rijksverzekeringsbank niet beslist heeft, dat
het orkest overeenkomstig de bepalingen der
MR. ROST VAN TONNINGEN SCHETST
POSITIE VAN S. D. A. P. EN HAAR
VERTAKKINGEN.
In zijn radiorede heeft Mr. M. M. Rost van
Tonningen, commissaris van de S.D.A.P., ge-
sproken over de Ned. Socialistische Werkge-
meenschap, de positie der A.J.C. en Arbeiders-
pers en hetgeen met dit alles samenhangt.
iSpreker wees er op, dat met overweldigende
kracht in het Duitsche nabuurvolk de nieuwe
nationaal-socialistische levenshouding is door-
gebroken. Door hoogen nood gedwongen
heeft het zich een weg gebaand over het gan-
sche gebied der Germaansche volkeren.
Het is thans brjna drie eeuwen geleden, dat
na het raw geweld van den 80-jarigen oorlog
en den systematischen volkerenmoord van den
30-jarigen godsdienststrijd van Duitschland
Oostelijk van onze grenzen de puinhoopen der
ellende rookten. Van 26 millioen menschen,
die in 1618 in Duitschland leefden, waren
slechts 4 millioen overgebleven.
Nederland heeft toen het barre en arme
achterland aan zichzelf moeten overlaten en
is Zijn eigen weg in de geschiedenis gegaan.
Het is een der grootste wonderen der schep-
ping geweest, dat de'Duitsche moeder in den
loop van drie eeuwen uit de 4 millioen over-
geblevenen een volk van 84 millioen zielen
wist te baron. Evenals voor 1618 zoo neemt
ook thans weer het Duitsche rijk de leiding
van het vasteland van Europa.
Ons volk is evenals de andere randstaten
van Duitschland geplaatst voor het vraagstuk
zijn taak in dit machtige gebeuren te herken-
nen. Het zou verachtelijk en een waar Neder-
lander onwaardig zijn, als wij niet vast beslo
ten de volbrenging van deze taak ter hand
nemen. Ieder, die van goeden wille is, om zijn
aandeel bij te dragen in de verheffing van ons
volk zal eerlijk zijn kans moeten worden ge-
geven.
Het hoofdbestuur van de voormalige sociaal-
democratische arbeiderspartij had zich echter
een andere taak gesteld. 'Het had na de ge-
beurtenissen van den lOden Mei het wacht-
woord uitgegeven om het werk te staken. Het
dude hoofdbestuur der S.D.A.P. wenschte niet
alleen niet tot nieuwen opbouwarbeid over te
gaan, doch heeft sinds den 21sten Juli alle
pogingen In het werk gesteld, om die nieuwe
krachten te broken. Deze heeren begrepen
blrjkbaar niet, dat het marxisme tot het ver-
leden behoort.
De toestand waarin zich het voornaamste
opbouwwerk op cultureel gebied, de arbeiders-
pers op 21 Juli bevond, was waarlijk ontstel-
lend. Het tekort der bedrijfsrekening be-
reikte een zoo reusachtig cijfer, dat een red
ding van het bedrijf wel haast onmogelijk
scheen. Thans twee maanden later is onder
de bekwame deskundige leiding van den nieu
wen directeur een zoodanige besparing tot
stand gebracht, dat het ergste voor het oogen-
blik is overwonnen, al baron de komende prijs-
stijgingen van papier ook vele zorgen.
Doch reorganisatiemaatregelen alleen kun
nen een bedrijf niet redden. Daartoe is nieuw
leven noodig. Een geloof aan een eigen taak
in de toekomst en een nieuwe kracht om zulk
een geloof in de daad om te zetten.
Het is mij een dure plicht geweest om geen
moeite en arbeid te sparen, ten einde in per-
soonlijke gesprekken de mogelijkheden van
het nieuwe werk te openen. Daarbij was een
ontzaglijk wantrouwen te overwinnen, een
wantrouwen der arbeiders tegen de bedoelin-
gen van mijn vviend Woudenberg en mijzelve
in onzen nieuwen arbeid.
Als de arbeiders uit zichzelf niet de kracht
of den wil hebben om hun aandeel te nemen
in de nationale taak, die het heele Nederland-
sche volk wacht, zelfs als dit gepaard zou
gaan met een doorbraak door den weerstand
en tegenwerking der hoofdbestuurderen, dan
beteekent dit, dat de leiding door deze arbei-
dersmassa's aan andere bevolkingsgroepen
wordt afgestaan.
Het was van den aanvang af duidelijk, dat
dit niet het geval zou zijn en dat bij het hand-
haven van de vrijheid van wilsuiting, eigen
leiders uit den boezem der S.D.A.P. de nieuwe
taak ter hand zouden nemen. Zulks is nage-
noeg over de geheele breedte van het terrein
dan ook inderdaad het geval geweest. Na de
moeizame besprekingen van twee maanden is
laatstleden Zondag in Amsterdam een aantal
persoonlijkheden der voormalige S.D.A.P. bij-
eengekomen, die tot de stichting van een
Nederlandsche socialistische werkgemeen-
schap hebben besloten.
Hiermede is de eerste beslissende stap gezet
naar de wegbaning der socialistische arbeiders
naar de toekomst.
Toen op den 2,lsten Juli de opbouwarbeid
in den boezem der voormalige S.D.A.P. weer
ter hand werd genomen, was de toestand on-
geveer als volgt:
De ledenkarthoteken waren op nagenoeg
alle plaatsen verbrand; contributies werden
haast niet meer ge'ind, doch de bestuurderen
bleven veelal him salarissen ontvangen en dus
werden de laatste reserves opgeteerd. Op
andere plaatsen of in andere organisaties ste-
gen de schulden met den dag.
Wij hebben reeds het voorbeeld der Arbei-
derspers genoemd, die op den 21sten Juli
practisch in staat van faillissement verkeerde.
Het accountantswerk over den toestand van
deze onderneming nadert zijn voltooiing. Hier-
over zal zoodra eenigszins mogelijk rekening
en verantwoording worden afgelegd, welke
door een commissie uit het N. V. V. en de
nieuwe werkgemeenschap zal worden onder-
zocht.
De Arbeiders Jeugd Centrale had een zware
schuld, waarvoor geenerlei voorzieningen
waren getroffen.
De Arbeiders Sportbond was door de hou-
ding van het hoofdbestuur der S.D.A.P. door
de gebeurtenissen van den lOden Mei en door
finanoieele moeilijkheden practisch tot mach-
teloosheid gedoemd. Het Instituut voor Ar-
beidersontwikkeling met zijn talrijke natuur-
wiendenhuizen, waar in het verleden gepoogd
werd nuttigen arbeid te verrichten, dreigde
ook in een uiterst benarden financieelen toe
stand te geraken.
Anderzijds had het V.A.R.A.-bestuur zich
door een voorzichtig beheer en drastische be-
zuinigingen een liquiditeitspositie verschaft,
die de zorgen voor de naaste toekomst had
verminderd. Min of meer naast, en, als men
wil, los van het eigenlijke hoofdbestuur der
S.D.A.P. stonden de vereenigingen, waarin het
cultuurleven der arbeiders der S.D.A.P. in het
verleden zulke machtige uitingen had tot
stand gebracht.
Vele der cultureele vereenigingen der voor
malige S.D.A.P. genoten bijdragen uit de Cen
trale Arbeiders Verzekerings- en Deposito-
bank.
De nauwe verwantschap tusschen den raad
van eommissarissen van deze bank en de
S.D.A.P., die ook op ander gebied bestond,
noopte tot een onderzoek in den toestand van
dit bedrijf. Deze toestand kan gelukkig als
goed worden gekenschetst.
Wiij spraken reeds zooeven over de Neder
landsche socialistische werkgemeenschap.
Naarmate de nieuwe afdeelingen van deze
werkgemeenschap zullen zijn gevormd. zullen
plaatselijk de oude afdeelingen der S.D.A.P.
worden opgeheven.
Nadere regelingen zullen door het voorloo-
pig bestuur der nieuwe werkgemeenschap
worden getroffen om uit den .chaos van ont-
bonden, zich ontbindende of nog bestaande
afdeelingeli der S.D.A.P. een nieuwe organi-
satie der Nederlandsche socialistische werk
gemeenschap op te bouwen.
Als dit eenmaal zal zijn geschied, dan zal
op grond van de nieuwe statuten een defini-
tief bestuur worden gevormd en zal de Neder
landsche socialistische werkgemeenschap on
der de leiding van het nieuwe bestuur vrij van
eenig commissariaal toezicht, dezelfde rechten
genieten als andere politieke groepen, die
thans reeds actief aan het politieke leven
deelnemen.
De Arbeiderspers is, zooals gezegd, haar
propaganda-actie evenals de V.A.R.A. met
voile kracht begonnen.
Ondanks den hitsarbeid van zekere hoofd
bestuurderen der S.D.A.P. is het verlies van
abonne's sinds den 21sten Juli slechts gering
geweest en met voldoening kan zelfs worden
geconstateerd, dat in verschillende plaatsen
van ons land het aantal lezers weer toenemen
de is.
Op een gebied hadden de pogingen van
hoofdbestuurderen om den arbeid der vroe
gere leden der S.D.A.P. te vemietigen resul-
taat. Het betreft hier de A. J. C., de Arbei
ders Jeugd Centrale. Ook hier was echter
voor den 21sten Juli een kentering gaande.
Verschillende afdeelingen van de A.J.C. hadden
zich reeds voor den 21sten Juli met de Jeugd-
afdeeling van den Arbeiders Sportbond ver-
eenigd.
Na de ontbinding van de A. J. C. zal nu uit
den Arbeiders Sportbond de jeugdbeweging
moeten worden opgebouwd. Deze zal echter
op heel wat breedere basis geschieden, dan het
bestuur van de A. J. C. of het hoofdbestuur
der S. D. A. P. zich het werk ooit heeft ge-
dacht.
Het is betreurenswaardig, dat de nood en
armoede, waarin de arbeidersmassa's door de
z.g. zegeningen van het democratische bewind
voor den lOden Mei waren gedompeld, het de
arbeidersjeugd onmogelijk maakten, om van
eenige jeugdbeweging lid te worden, daar de
contributie en v'ooral de kosten der kleeding
buiten het bereht der ouders lag. Aan deze
nationale schande zal in de toekomst een eind
worden gemaakt. Het arbeiderskind verdient,
juist door de prestatie van zijn cuders, de toe-
wijding van de heele Nederlandsche volksge-
meenschap.
In den grooten verzoeningsarbeid van ons
volk en in de plaatsneming van het verjongde
Nederland in het wordende Europa zijn alle
mannen en vrouwen, die bereid zijn eerlijk in
het opbouwwerk deel te nemen, de pioniers
van een nationale vemieuwing.
Het doet er daarbij weinig toe uit welk ver
leden wij alien komen gegroeid. Als vvij het
politieke verleden van de bouwers van dit volk
zouden nagaan, zouden wij verbaasd zijn, dat
zoovelen uit zooveel verschillende richtingen
thans reeds elkander hebben leeren verstaan.
De vrijgeboren mensch in het Nederlandsche
volk verlangt echter dat wij hem zelf den weg
zullen doen vinden naar het ideaal, waarop zijn
leiders hem voorafgaan. Die leiders staan in
een volk ^p, op het oogenblik, dat zulks noo
dig is. Zoo was het in het verleden, zoo is het
in het heden en z6o zal het in de toekomst
zijn.
door
SYDNEY HORLER.
Geautoriseerde vertaling door
Mevr. T. QSIECKMBEREBOER.
16)
Vervolg.
Elsie dacht onderwijl aan de jaren, die
achter haar lagen en aan Susy Jarvis.
„Als je ooit in de misAre zit, Else", had deze
gezegd, „vergeet dan niet, dat ik er ook nog
ben." En Susy had haar op haar hartelrjke,
spontane manier een afscheidskus gegeven.
Elsie vond dat ze dien kus niet had ver-
diend. Ze had haar belofte gebroken; ze had
niet aan de Chappelles durven vrager., Hit on-
oogelijke meisje mee te nemen. Zooiets ging
toch niet, zelfs al zou ze geschikt zijn voor
kamenier. En daarom had ze wel moeten
liegen.
,rHet spijt me, Susy, maar de Chappelles
hadden niet veel ooren naar je plan."
Susy zei berustend: ,,Ook al goed, Else. Ik
had trouwens niet gedacht dat er iets van zou
komen. Maar wat ik al zei, als je hulp noodig
hebt, stuur je me maar een telegrammetje.
Geloof maar niet dat je, nou je er met zulke
fijne lui tusschen uit trekt, geen zorgen meer
zult hebben."
,,Och lieveling, wees toch niet zoo pessinns-
tisch."
„PessimistischIk ben heelemaal niet pes-
simistisch; ik ben nooit in Parijs geweest,
maar het zal er daar wel net zoo uitzien als
overal anders een mengelmoesje van goed
en kwaad."
Ze was blij toen het afscheid voorbij was,
want diep in haar hart voelde ze wel, dat ze
het goedhartige meisje niet netjes had behan-
deld.
De aankomst in Dover, de overtocht over
het kanaa'l, gedurende welke korte reis ze
met Chappelle aan dek bleef, met voile teugen
de pittige zeelucht inademend de drukte in
Calais, de reis gedurende vier nur met de
Parijs Express dit alles leek een wonder-
lijke droom. Tot slot een korte autorit naar
het prachtige, luxueuse hotel, waar Chappelle
kamers had genomen. Oh, het geluksgevoel
dat haar het zien van die weelderig ingerichte
slaapkamer gaf, die ze de hare mocht noemen!
,,Ik hoop dat je het ons niet kwalijk zult
nemen, Elsie, maar mijn man en ik moeten
vanavond op bezoek bij een oude vriendin van
mij. Wij moeten daar dineeren; het was al
lang geleden afgesproken, dus daarom kunnen
we er onmogelijk af."
,Dh, dat hindert niet natuurlijk niet!"
,,Je bent een schatl" De vrouw boog zich
over haar heen en kuste haar hartelijk. ,,Ik
zal je iets op je kamer laten brengen, dan be-
hoef je niet de moeite te nemen je te ver-
kleeden. Je bent natuurlijk doodmoe, je hebt
rust noodig. Neem nu eerst maar eens een
lekker warm bad en trek een kinomo aan, dan
voel je je behagelijk. Nu, lijkt je dat?"
„Oh ja, wat zal dat prettig zijn!" Haar hart
vloeide over van dankbaarheid. Er was een
houtvuur aangelegd en ze zag zichzelf al aan
de ronde tafel voor den haard zitten en na
den maaltijd zou ze lekker vroeg in bed krui-
pen, zichzelf aan alle kanten instoppen en dan
aan het boek beginnen, waarvoor ze tijdens
de reis uit louter opgewondenheid geen aan
dacht had gehad.
Een deel van het programma was afge-
werkt. Het bad had haar heerlijk opgefrischt
en ze zat met een gezonden eetlust aan den
maaltijd. Juist was ze aan het dessert begon
nen, toen mrs. Chappelle, gekleed in een kost-
bare avondjapon, haar kamer binnenkwam.
„Ben je al aan de koffie toe?"
,,Zoo direct."
„Ik kwam eens kijken of je al klaar was,
lieveling." Mrs. Chappelle was druk in de
weer met den koffiepot, haar rug naar het
meisje gekeerd.
„Zoo, drink dit eens op, het zal je goed
doen."
Elsie gehoorzaamde gaame en dronk het
kopje in een teug leeg.
Al spoedig, nadat ze het koffiekopje had
neergezet, voelde ze, dat ze door een vreemde
slaperigheid werd overvallen.
,,Ik geloof, dat ik maar direct naar bed ga,"
zei ze.
..Ben je moe?"
,,Verschrikkelrjk. En het gekke is, dat ik,
voor ik die koffie dronk, heelemaal niet moe
was, ik was klaar wakker."
„Het is natuurlijk niets anders dan zenuw-
achtigheid. Je hebt je ook veel te veel op-
gewonden oh, je moet niet denken dat ik
een aanmerking wil maken. Als ik jou was,
lieveling, zou ik nu naar bed gaan en direct
gaan slapen."
(Elsie, die maar al te gaarne bereid was dien
raad op te volgen, begon zich uit te kleeden,
maar mrs. Chappelle moest er haar bij helpen.
Dat rare, slaperige gevoel begon zoo druk-
kend te worden, dat ze er bang van werd. Ze
leek wel verlamd. Hoe kwam dat toch? Werd
ze soms ziek?
Nee, ziek voelde ze zich heelemaal niet
maar waarom keek mrs. Chappelle haar zoo
eigenaardig aan, of verbeeldde ze het zich
maar? Het gezicht van de vrouw, die altijd
zoo vriendelijk voor haar was geweest, was
heelemaal vertrokken. Het stond wreed en in
haar oogen stond haat te lezen.
ge hief haae hand op om dat gezicht weg
te duwen, maar ze had er de kracht niet toe
en haar arm viel slap terug. Ze zag de vrouw
grijnzen het was een afschuwelijke grijns.
Daama wist ze niets meer.
HOOFDSTUK XIII.
„De dokter".
De Chappelles bleven niet lang in de Rue
Daunau; even na elven namen ze afscheid van
hun gastvrouw.
,,Ik kan het me best begrijpen," zei de Gra-
vin, ,,na zoo'n reis zijn jullie natuurlijk dood-
op. Maar het nieuws is wonderbaarlrjk!
Komen jullie morgenavond bij me terug en
brengen jullie dan de identiteitspapieren mee."
Zoodra ze in het hotel terug waren, begayen
beiden zich onmiddellijk naar de kamer van
Elsie Spain.
Behoedzaam boog de vrouw zich over het
bed en zei: ,,Ze slaapt nog altijd."
,,'Natuurlijk!" klonk het hoonend, ,,de hoe-
veelheid, die je in haar koffie hebt gedaan,
zou zelfs voor een paard voldoende geweest
zijn."
Deze woorden vervulden haar met een plot-
selingen afschuw. Als de man haar niet had
tegengehouden, zou, ze haar hand op het hart
van het meisje hebben gelegd.
,/Wat mankeert jou?" vroeg hij ruw. „Wat
ben je eigenlijk van plan?"
,,Ik ben bang, Charles!"
,,Bang!" zei hij op verontwaardigden toon.
,,En waar ben je dan wel bang voor?"
„Ik heb in deze geschiedenis geen vertrou-
wen ik heb een voorgevoel, dat het ver-
keerd zal afloopen vraag me geen uitleg,
want dien kan ik je niet geven. Al vanaf
het eerste oogenblik dat ik dit meisje zag,
had ik dat voorgevoel."
,,Je praat als een klein kind! Vijf jaar heb
je met me samen gewerkt en heb ik je
ooit in den steek gelaten? Ik zeg je, dat dit
het eenvoudigste en tegelijkertijd het gewel-
digste is, dat we tot nu toe ondernomen heb
ben. En nu wil ik niets meer van al die non-
sens hooren, dat heb ik je in Londen ook al
gezegd. Jij maakt me nog veel zenuwachtiger
dan die Lomax. Ik ga nu Giraud opzoeken
en jij blijft hier en zorgt er voor dat het meisje
in dien tusschentijd niet wakker wordt, iets
waar niet veel kans op is."
,,Ja Charles!" klonk het onderworpen.
Enkele oogenblikken later was ze geheel
alleen in de kamer met het meisje, dat ze had
bedwelmd.
Elsie Spain sliep rustig. Sybil keek op het
mooie gezichtje neer. Dat gezichtje, ze voel
de het, zou, haar in de naaste toekomst veel
onheil brengen. Hoe en op welke manier kon
ze onmogelijk zeggen maar dat het het
einde beteekende van haar samenzijn met
Charles Zuberra, stond voor haar vast. Een
plotselinge toom maakte zich van haar mees-
ter en ze hief haar hand op om het meisje
te slaan, maar op het laatste moment wist
ze zich nog te beheerschen.
'Een diep ongelukkige vrouw hield bij het
bed de wacht.
Zuberra begaf zich naar een smal, hoog
huis, in een donkere straat in Montmartre.
Voor hij op weg ging, had hij een klein, leeren
zakboekje geraadpleegd, want ofschoon hij
over den man, dien hij zocht, al heel wat had
gehoord, had hij hem nooit persoonlijk ont-
moet.
Op dit uur ontving Dr. Rafael Giraud in
den regel zijn patienten een vreemd uur
voor een consult, maar de geneesheer, die op
heel Montmartre bekend stond als ,,Le Doc-
teur", was ook een vreemd heerschap. De
wetenschap had wel het een en ander te zeg
gen op Dr. Rafael Giraud, maar ze kon toch
niets van belang op hem aanmerken, de waar-
heid omtrent dezen man was alleen bekend in
de Parijsche Onderwereld.
(Wordt vervolgd.)