Buitenland
het verbod tot prijsverhooging.
TERNEUZEN, 12 AUGUSTUS 1940.
Geldt ook voor verkoop en verhuur
van motorrijtuigen.
De secretaris-generaal, waamemend hoofd
van het departement van Handel, Nijverheid
en Scheepvaart vestigt er ten overvloede de
aand'acht van belanghebbenden op, dat naar
aanleiding van klachten over prijsopdrijving
in den handel in oude auto's ook voor tweede
hands motorrijtuigen het algemeene verbod
van prijsverhooging boven het peil van 9 Mei
van toepassing is. Voorts dienen belangheb-
benden er rekening mede te houden, dat dte
Prijzenbeschikking 1940 no. 1, die het alge
meene verbod tot prijsverhooging voor alle
roerende goederen inhoudt, tevens een verbod
inhoudt de huurpijzen voor roerende goederen,
derhalve ook voor motorrijtuigen, te verhoo-
gen boven het pei'l van 9 Mei.
BOND VAN AUTOMOBIELHANDELAREN
EN GARAGEHOUDERS.
Dezer dagen is het hoofdbestuur van den
bond van automobielhandelaren en garagehou-
ders B.O.V.A.G. in vergadering bijeenge-
komen ter bespreking van den toestandt in
het automobielbedrijf. Uit de discussies bleek
duidelijk, dat er talrijke en niet geringe moei-
lijkheden op een oplossing wachten. N-iette-
min ligt er voor de organisatie belangrijk
werk te doen, n.l. het treffen van zoodanige
maatregelen als noodig zijn om straks, als het
herstel zich inzet en de handel weer aetiviteit
kan ontplooien, geheel voorbereid te zijn.
Uiteraard wordt dit vergemakkelijkt door het
feit, dat bijna honderd procent van den auto-
mobielhandel in den B.O.V.A.G. is vereenigd
en ook de afdeelingen taxi- en luxe verhuur
en motorrijwielhandel een verheugenden groei
toonen.
Besprekingen zijn ook gewijd aan de nadere
bestudeering van het saneeringsvraagstuk,
waarover binnenkort met andere belangheb-
benden in het automobielbedrijf besprekingen
zullen worden gevoerd.
GROOTE LUCHTSLAG BOVEN
ENGELAND.
Zondag heeft zich boven de haven van Port
land een geweldig lucihtgevecht ontwikkeld,
hetwelk een der doodelijkste ontmoetingen der
Britsche en Duitsche luchtmachten tot nog
toe,' is geworden.
'De slag heeft urenlang geduurd en was
Zondagavond bij het vallen van de duisternis
nog niet afgeloopen.
Het opperbevel van de weermacht maakte
hierover Zondagavond het volgende bekend:
De Engelsche oorlogshaven Portland werd
Zondag door Duitsche eenheden gevechts-
vliegtuigen vanuit de ludht aangevallen. Door
welgemikte bommen werden belangrijke ha-
veninstallaties vemietigd en geraakten petro-
leumtanks in brand.
Trjdens dezen aanval kwam het op verschil
lende plaatsen in het Kanaal tot hevige lucht-
gevechten tusschen begeleidende Duitsche
jacht- en gevechtstoestellen en Britsche for-
maties van jachtvliegtuigen, die naar getal
verre superieur waren. Volgens de tot dusver
ontvangen berichten werden 89 Britsche vlieg-
tuigen neergeschoten. Zeventien Duitsche
vliegtuigen zijn nog niet teruggekeerd. De ge-
vechten boven het Kanaal duren nog voort,
zoodat eerst in den laten avond een definitief
beeld van den toestand gegeven zou kunnen
worden.
Een uur later werd het volgende gemeld:
De luchtgevechten boven Portland en in het
aangrenzende zeegebied hebben zich tot een
luchtslag ontwikkeld, die zich tot over het ge-
heele Kanaalgebied tot en met Dover uit-
strekt. Nieuwe Duitsche jachteskaders zijn op-
gestegen om de verkregen superioriteit in de
lucht boven het Kanaal te behouden.
Van de door de Duitsche jacht- en ge
vechtstoestellen tot -dusverre neergehaalde 89
Engelsche vliegtuigen heeft een enkel Duitsch
jachteskader, bestaande uit Messerschmitt-
jachtvliegtuigen, 22 vliegtuigen neergeschoten
en zelf slechts 2 toestellen verloren. Een
Duitsch gevechtseskader heeft zestien vlieg
tuigen neergeschoten.
Te half acht Zondagavond werd gemeld, dat
op dat oogenblik een nieuwe bomaanval op
een groot convooi in het Kanaal aan den gang
was. Zeventig koopvaardijschepen, die door 14
oorlogsschepen worden vergezeld, zijn door
enkele Duitsche formaties duikbommenwer-
pers en bommenwerpers aangevallen.
DB SUCCESRIJKE A AN VALLEN OP EEN
ENGELSCH KONVOOI.
Het D.N.B. meldt uit Berlijn:
„Vijftien schepen met 72.000 bruto regis-
terton inhoud tot zinken gebracht; 34 Engel
sche jagers in luchtgevechten neergeschoten".
Onders deze opschriften brengt de Duitsche
pers groot-opgemaakt het Vrijdag in het
extra-bericht gemelde groote succes van de
Duitsche snelle motorbooten en de Duitsche
vliegtuigen. 8 Augustus 1940 zal als een
trotsche dag te boek staan in de geschiedenis
van den oorlog tegen Engeland, schrijft de
Berliner Borsen Ztg. Zijn lauwerkrans be-
hoort aan de snelle motorbooten en de vlie-
gers, aan de Stuka's van de zee en de lucht.
In een waarlijk vernietigenden slag hebben
beide wapens in hun element aangevallen en
den Britten een bittere voorsmaak van de
komende dingen onthuld.
Hetgeen de Engelschen als beste beacher-
ming tegen Duitsche duikbooten uit den
wereldoorlog hebben overgenomen, de samen-
stelling van konvooien onder sterke dekking
van oorlogsschepen, blijkt steeds meer een
zwakte te zijn. Engeland kan dezen 8sten
Augustus als een der vele zwarte dagen op
den kalender aanteekenen.
Wij nemen dien dag als uitgangspunt voor
andere dagen, welke het aanmatigende bewind
van plutocraten zullen toonen wat het zeg-
gen wil met Duitschland oorlog te willen
voeren.
De Deutsche Allg. Ztg. schrijft, dat het
extra bericht van het opperbevel van de
weermacht van Vrijdag duidelijk de opvallen-
de samenwerking aantoont tusschen oorlogs-
marine en luchtwapen.
DE ENGELSCHE DUIKBOOT OSWALD
GEZONKEN.
Eerst thans wordt door de Britsche admira-
liteit het verlies van de Britsche duikboot Os
wald in de Middellandsche Zee bevestigd. De
geheele bemanning bestond uit v'ijf officieren
en vijftig matrozen. 52 man werden door de
Italianen gered.
UIT HET MILITAIRE WEEKBERICHT
VAN HET D.N.B.
In het militaire weekbericht van het
D.N.B. van zijn militairen medewerker luite-
nant-kolonel Matthaei, wordt o.a. gezegd:
De stijgende en groote successen van de
Duitsche oorlogvoering tegen Engeland zijn
door de balans van 6 Augustus voor de ge
heele wereld nog eens duidelijk vertoond. In
twintig dagen tijds is bijna een millioen ton
Britsche scheepsruimte door het Duitsche
luchtwapen en door eenheden van de oorlogs-
marine vemietigd. De eenheden van de Duit
sche marine die in de eerste plaats deel heb
ben aan de geweldige vemietigingscijfers mel-
den successen in de eerste plaats van overzee.
Zij opereeren in den vrijen Oceaan, waar zich
anders zonder Britsche vergunning in tijden
van oorlog geen vijandelijk schip zou vertoo-
nen en dat alles ondanks het feit, dat de Duit
sche oorlogsschepen geen steunpunten of ha
vens hebben, die Iran voorraden brandstof en
levensmiddelen kunnen aanvullen.
Hiermede is een toestand geschapen, die
duidelijker dan vele andere feiten bewijst, dat
het bekende en wereldberuchte ..Britannia
rules the waves'", tot een verleden tijd behoort.
Het geheele Britsche eilandenrijk ligt thans
binnen het bereik van het Duitsche lucht
wapen. Heel Groot-Brittannie is gevechtsge-
bied geworden. Het feit ,dat de Britsche kust
en wijde landstreken in het binnenland thans
reeds in bramj staan, valt na de berichten
van het opperbevel van de weermacht niet
meer te loochenen. De jongste berichten over
de vemietiging van Britsche konvooien en
vliegtuigen zijn het laatste sein, dat de Duit
sche aanval op Engeland niet alleen in vol-
ledigsten en doodelijken emst begonnen is,
maar dat die aanval thans ook de laatste be-
slissende phase tegemoet gaat.
DE PAUS OVER DE GEVAREN VAN
SLECHTE LECTUUR.
Tijdens zijn wekelijksche audientie heeft
Paus Pius gesproken over de „gevaren van
slechte lectuur". Hij zei in dit verband, dat
ook de pers door het opnemen en verspreiden
van slecht gecontroleerde berichten groot on-
heil in het leven der volken kan stichten. Hij
sprak den wensch uit, dat de geschiedenis
niet zou behoeven te spreken over een oorlog,
die ,,door een handig verbreide leugen is uit-
gelokt".
ENGELSCHE BLADEN DRINGEN AAN OP
BOMBARDEMENT VAN ROME.
In Rome is het voorstel van de Engelsche
bladen om als tegenmaatregel op den Ita-
liaanschen opmarsch aan de Afrikaansche
fronten een luchtactie tegen de Italiaansche
hoofdstad te ondememen, met de grootste
kalmte en gelatenheid, zij het ook niet zonder
eenige ironie, ter kennis genomen, meldt het
D.N.B.
In militaire en politieke kringen te Rome
verklaart men, dat de luchtafweer in en rand
om Rome dusdamg is uitgebreid, dat de En
gelsche vliegers zouden ze werkelijk een
aanval wagen op een overeenkomstig war-
me ontvangst kunnen rekenen. Overigens
moet het Londen duidelijk zijn, dat bij een
bombardement van Rome of van een andere
Italiaansche stad de fascistische regeering met
overeenkomstige represailles op Londen of an
dere Britsche centra niet zal aarzelen.
De diplomatieke redacteur van Stefani
schrijft, dat 't het Italiaansche volk volkomen
koud laat, wanneer Engelsche bladen de be-
dreiging uiten, dat Rome gebombardeerd zal
worden. Engeland heeft op Malta, in Gibral
tar, Alexandria en Haifa voortdurend slagen
van de Italiaansche luchtmacht gekregen en
in den kolonialen oorlog verliezen geleden. Dit
alles is den Engelschen welbekend en daarom
grijpen zij nu naar dreigementen. Maar zelfs
wanneer Engeland het misdadige plan van een
bombardement van Rome ten uitvoer zou leg-
gen, zou het Italiaansche luchtwapen onmid-
dellijk doeltreffende represailles tegen Londen
en andere Engelsche steden nemen. Churchill,
aldus besluit de redacteur, geve zich niet over
aan een illusie. Hij is nu gewaarschuwd.
DE ENGELSCHE BEWERINGEN OVER
VOEDSELSGHAARSCHTE IN EUROPA.
De Duitsche pers wees Zaterdag de Engel
sche poging van de hand, om de schuld aan
een hongersnood, die volgens de Engelsche
beweringen Europa bedreigt, op Duitschland
af te wentelen. De geheele wereld weet, schrijft
de Berliner Borsenzeitung, dat het Engeland
was, dat in September 1939 den hongeroor-
log opende door tegen elk volkenrecht in ook
levensmiddelen tot contrabande te verklaren
en alle Europeesche landen aan dit blokkade-
dictaat trachtte te onderwerpen.
Ondanks de uitgebreide blokkade-maatrege-
len van Engeland, zoo schreef de Daily Mail,
behoeft Europa geen honger te lijden, voor-
opgesteld, dat de Duitschers verdeelen wat in
hun bezit komt. Dit wil dus zeggen, vervolgt
de Borsenzeitung, dat terwijl de Britsche
menschelijkheidsapostel de voeding van het
continent probeert te saboteeren, hij Duitsch
land tot taak geeft aan het menschdom alles
weer goed te maken wat hij bedorven heeft en
nog wil bederven. Londen redeneert zoo: of-
wel Duitschland is bereid wanneer eens de
groote nood over Europa gekomen is de
oude bondgenooten en beschermelingen van
Albion op kosten van zijn oorlogsreserves bij
te springen dan is zijn stevige positie voor
tijden van crises weg of het houdt aan zijn
reserves vast en dap. komt er een .Europee
sche revolutie".
Wij zouden willen zien, besluit de Borsen
zeitung, wie Duitschland zou kunnen ver-
phchten Britsch onrecht aan Britsche oor-
logsdeelnemers op eigen gevaar weer goed te
maken. Daarom is het voor ons ook een zui-
ver academische vraag, of de Amerikanen zich
met betrekking tot de Franschen, Nederlan-
ders en Belgen bij de perfide Britsche uithon-
geringspolitiek zullen aansluiten of niet.
DE VREES VOOR VALSCSIERMTROEPEN
IN ENGELAND.
Naar de Londensche correspondent van de
Zweedsche Nya Daglicht Allehanda meldt,
worden in de Engelsche bioscooptheaters zon
der onderbreking films gedraaid die het volk
moeten leeren, hoe het tegen Duitsche val-
schermtroepen moet ophreden.
WEINIG BRITSCHE OORLOGSSCHEPEN
IN DE HAVEN VAN GIBRALTAR.
Het D.N.B. meldt uit Algeciras
Nu verschillende deelen der Britsche vloot
van Gibraltar zijn uitgeloopen zijn in de haven
achtergebleven een linieschip, een kruiser,
twee torpedobootjagers, twee hulpschepen,
twee transportschepen en verScheidene vlieg
tuigen. Op de reede liggen 22 koopvaardij
schepen van verschillende nationaliteiten.
ACTE L O. ENGELSCH.
Voor de acte 1. o. Engelsch slaagde onze
oud-stadgenoot de heer J. C. Kense, thans
te Zwolle.
PRACTIJK-EXAMEN BANKETBAKK.ERIJ.
Bij het gehouden examen Vestigings-
eischen Banketbakkerij, slaagde te Voorhout
onze vroegere stadgenoot de heer J. W.
Heersema.
HET POSTVERKEEK MET BELGIE.
Van heden af is, volgens de N. R. Crt., het
postverkeer tusschen Nederland en Belgie
v.v. voor brieven en briefkaarten weer toe-
gestaan. De stukken in kwestie moeten in
het Nederlandsch, Duitsch of Fransch ge-
schreven zijn.
OPJAAGSTATION WATERLEIDING
TE PHILIPPINE.
Door de directie van de Zeeuwsch-Vlaam-
sche Waterleiding Mij. is het bouwen van een
opjaagstation te Philippine opgedragen aan
de heeren Gebr. Van der Poel te Terneuzen.
EEN DEFINTTIEVE GEVOLMACHTIGDE
VOOR ZEELAND.
De voorloopig benoemde gevolmachtigde
voor de Provincie Zeeland van den rijkscom-
missaus, de Heer Dr. Lmde, keert na een
ambtsperiode var. verscheidene weken naar
Duitschland terug.
De definitief benoemde gevolmachtigde, de
Heer Miinzer, verzoekt alle autoriteiten en
particulieren brieven enz. niet aan hem per-
soonlijk, doch als volgt te adresseeren: aan
den Heer gevolmachtigde van den rijkscom-
missaris voor de provincie Zeeland, Mi d-
d e 1 b u r g, Dam 6.
DE DISTRIBUTIE VAN BOTER
EN VETTEN.
Zooals men weet, geven gedurende de
periode van 29 Juli j.l. tot en met 23 Augus
tus a.s. de met 01 en 02 gemerkte bonnen
van de z.g. vetkaart recht op het koopen van
een half pond margarine of boter, of, voor-
zoover de voorraad strekt een half pond ge-
smolten vet; de met 03 en 04 gemerkte bon
nen geven voorts uitsluitendj recht op het
koopen van boter.
Teneinde er de verbruikers van margarine
en vet tijdig van op de hoogte te stellen op
iwelke rantsoenen zij gedurende de volgende
distributieperiode kunnen rekenen, wordt er
de aandacht op gevestigd, dat deze periode
acht weken zal duren. Voor deze periode, die
derhalve zal loopen van 24 Augustus a.s. tot
en met 18 October a.s. zullen acht bonnen
■van de vetkaart geldig worden verklaard.
Vier daarvan zullen elk recht geven op een
half pond boter, drie elk op een half pond
margarine en een op een half pond gesmol-
ten vet.
In verband met het bovenstaande en met
het doel om bederf van de in de winkels aan-
wezige voorraden te voorkomen, zijn be-
paalde maatregelen genomen betreffende de
wijze, waarop de winkeliers met behuip van
de gedurende de eerste distributieperiode in-
geleverde eh nog in te leveren bonnen hun
voorraden kunnen aanvullen. Een uiteenzet-
ting van deze maatregelen wordt in de dag-
bladen gegeven onder de officieele publica-
ties. Het is voor de detaillisten van zeer
groot belang, dat zij van deze uiteenzetting
nauwkeurig kennis nemen.
FRANS DEKKER Pz. f.
Zaterdag bereikte ons het bericht, dat een
tweede slachtoffer van het de vorige week
Maandag nabij Terheijden voorgekomen auto-
ongeval is overleden, n.l. de heer Frans Dek-
ker, van welke aanstonds werd gemeld, dat
hij er het ergst aan toe scheen.
Met den heer Frans Dekker Pz. is heenge-
gaan 'n bekend mgezetene van Axel, die een
reeks van jaren een vooraanstaande plaats in-
nam. Hij bereikte den leeftijd van 56 jaar. In
den eersten bloeitijd van de fokkers van het
zware trekpaard in Oostelijk Zeeuwsch-Vlaan-
deren, die nu reeds enkele tientallen jaren
achter ons liggen, behoorde hij tot de jonge-
ren, die zich daarvoor zeer interesseerden.
Vele van de tijdgenooten zullen zich ongetwij-
feld nog den tijd herinneren, dat de heer
Dekker zoowel te Axel als ook in Den Haag
triomfen oogstte met het 4-span zwarte mer
ries uit den stal van zijn vader, dat de jonge
Dekker, toen kortelings uit den militairen
dienst gekomen zoo kranig wist te besturen.
De paardenfokkerij heeft steeds zijn belang-
stelling behouden, al beoefende hij niet zelf de
fokkerij, doch hij heeft met medwerking van
zijn zoons den naam van het Zeeuwsch-
Vlaamsche paard ook in het buitenland weten
hoog te houden en aaaraan belangrijke leve-
ringen gedaan.
Inmiddels maakte hij deel uit van besturen
en comite's van algemeen nut en niet het
minst was zulks het geval bij nationale feest-
vieringen. Voortdurend hebben wij in onze
loopbaan op openbaar terrein den heer Dekker
cntmoet. Nog in de voorlaatste week, moch-
ten wij, met hem een thuisreis makende, in
aangename herinnering terugroepen op natio-
naal gebied belangrijke dagen van het jaar
1919 en een toen door vereenigingen en corpo-
raties uit Zeeuwsch-Vlaanderen aan Den Haag
gebrachte bezoeken en in onze woonplaatsen
gehouden feesten. Met geestdrift kon de heer
Dekker zich ook nog in die herinneringen ver-
diepen, want hij hield van een gezellig praatje.
We veronderstellen, dat ook de vorige week
een gezellig onderhoud de passagiers van de
auto zal hebben beziggehouden, toen... een on-
voorzien ongeval daaraan een eind maakte en
hun gesprek voor altijd deed verstommen.
Ook dit slachtoffer zal in zijn familie. in zijn
kring en in zijn werk een gevoelde leemte ach-
terlaten.
KAMER VAN KOOPH. EN FABRIEKEN
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Zaterdagvoormiddag verzamelden zich in
de Burgemeester Geillstraat het Bureau en
de leden der Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor 'Zeeuwsch-Vlaanderen met
het personeel der Kamer en enkele gasten,
voor het verrichten eener plechtigheid.
De aan leg voor den bouw van het gebouw
der Kamer was thans zoover gevorderd, dat
kon worden overgegaan tot het leggen van
den officieelen eersten steen.
Behalve de voltallige Kamer en het per
soneel, aannemer, architect en toezicht hou-
dend personeel, waren tegenwoordig als ver-
tegenwoordigers van het gemeentebestuur de
wethouders, de heeren Geelhoedt en De Kra-
ker, terwijl van de zijde der Duitsche autori
teiten belangstelling werd betoond door den
heer Wesemann, chef der Gestapo in
Zeeuwsch-Vlaanderen.
De aannemer, de heer P. F. Voet achtte het
doel der plechtigheid van .groote beteekenis.
Hij acht de te leggen eerste steen, een spre-
kend bewijs van hetgeen de Kamer reeds voor
de belamgen van deze streek deed. Zij zal
steeds blijven getuigen van het door de Kamer
genomen initiatief. Hij acht het een eer voor
den bejaarden voorzitter der Kamer deze
eerste steen te mogen leggen, en stelt hem
daartoe in staat, onder aanbieding van het
daarvoor noodige gereedschap. Hij spreekt
daarbij den wensch uit, dat dit .gebouw zal
kunnen worden opgetrokken in eendrachtig
samenwerken van arbeiders en hem eenerzijds
en Bouwcommissie met architect anderzijds.
Hij hoopt, dat dit gebouw hier vele jaren zal
mogen staan, niet alleen tot sieraad van deze
nijvere stad Terneuzen, maar ook ten ze»gen
van ons mooie Zeeuwsch-Vlaanderen, het
meest zuidelijk deel van ons zoo dierbaar
Nederland.
Na deze met instemming begroette woor-
den zeidc de voorzitter der Bouwcommissie
uit de Kamer, de heer G. F. P. van der Peijl,
dat de Bouwcommissie gaame gebruik
maakte van de gelegenheid, haar aangeboden
door den aannemer, om op plechtige wijze de
„eerste steen" van dit gebouw te leggen. Zij
meent, dat dit door niemand anders behoort
te worden gedaan dan door den voorzitter,
den heer J. A. van Rompu. Het is der Bouw
commissie aangenaam, dat alien aan de uit-
noodiging, hier tegenwoordig te zijn, hebben
voldaan. Hij roept alien een hartelijk wel-
kom toe. Alvorens definitief tot den bouw
beslpten werd, moesten heel wat moeilijkheden
'worden overwonnen. 'Spreker heeft daarbij
steeds gedacht aan het devies der Vereeni-
ging van Handelaren in Bouwmaterialen in
Nederland: ,,De moeilijkheden zijn er, om
overwonnen te worden". Inderdaad heeft de
Bouwcommissie niet den weg van den minsten
weerstand gekozen. De moeilijkheden zijn
echter met ijzeren hand aangegrepen. De
commissie heeft gezegd „er is besloten en
er zhl nu ook een nieuw kantoor komen,
wat wij op onzen weg daarheen ook zullen
ontmoeten". De phgingen zijn met succes be-
kroond, het bewijs ziet men: er is een aan-
vang gemaakt met den bouw. Hij dankt zijn
medeleden der Bouwcommissie voor de van
hen ondervonden medewerking en het is hem
een oorzaak van bijzondere vreugde thans den
voorzitter der Kamer, den heer Van Rompu
uit te noodigen de plechtigheid van de eerste
steenlegging te vervullen. Dat hem, op zoo
hoogen leeftijd nog dit voorrecht is bescho-
ren, zal hem ongetwijfeld met dankbaarheid
vervullen. Het doet dit echter niet minder
de Kamer. Hij verzoekt hem thans de plech
tigheid te willen verrichten.
De heer J. A. van Rompu, voorzitter der
Kamer, verklaarde, dat het voor hem een
groote eer was de uilnoodiging tot het leggen
van den officieelen eersten steen voor het
vebouw der Kamer te ontvangen. Die uit-
nocdigjng roept voor hem op herinneringan
aan een rijk verleden, dat een menschelijken
leeftijd beslaat. Ezijn bijna 50 jaren ver-
loopen sinds alhier de Kamer van Koop
handel werd gesticht en hij, behoorende tot
de jongeren tot lid dier Kamer werd gekozen.
Hij was voorts sincls de reorganisatie
Kamers onafgebroken voorzitter van dit
college. Waar deze eerste steen een sym-
bool is te beschouwen van de wijziging die
zich sinds 1892 de Kamer ook in hare be
teekenis heeft ondergaan, wil hij gaame aan
het tot hem gerichte verzoek voldoen.
De heer Van Rompu legde hierna in den
voorgevel, rechts van den ingang van het
gebouw volgens de deskundige aanwijzingen
den eersten steen. (Deze plechtigheid werd
verfilmd.)
Hij richtte zich vervolgens tot de aanwezi-
gen in de volgende bewoordingen
Mijne Heeren:
Dat we hier op dit terrein voor het ver
vullen van deze plechtigheid zijn bijeenge-
komen, is voor de Kamer, en naar ik hoop
niet alleen voor de stad onzer vestiging, doch
voor ons gewest van groote beteekenis. Zoo
als ik reeds aanstipte werkte de Kamer aan-
vankelijk plaatselijk. Als gevolg der Wet op
de Kamers van Koophandel van 1920 kregen
deze instellingen een geheel ander en belang-
rijker karakter, zij werden gewestelijk, met
een omvangrijker taak.
De opzet onzer instelling is, overeenkom
stig onze gewestelijke gewoonte en draag-
kracht sober geweest. Er is niettemin ijverig
en vruchtdragend gewerkt. De werkzaam1-
heden en bemoeijngen zijn evenwel in den
loop der tijden steeds uitgebreid en we zijn
uit bet tegenwoordig in gebruik zijnd ge
bouw .'-ogroei'i, terwijl zich ondertussclhen
ook de° behoefte aan een gebouw met eeri
meer representatief uiterlijk deed gevoelen.
De noodzakelijke voorziening was voor de
Kamer een punt van rijpe overweging, doch
de eenig mogelijke oplossing bleek: de
stichting van een nieuw gebouw. We hebben
er naar gestreefd, met de beschikbare midde-
len uit ons gewest het mooiste en beste te
krijgen wat te krijgen is, door het liitschryven
van een prijsvraag onder de in ons midden
gevestigde architecten voor het maken van
een ontwerp. Daarvoor bleek onder deze
heeren groote belangstelling. Het plan dat
het meest geschikt werd geacht en waarnaar
dit gebouw thans wordt opgetrokken, bleek
te zijn van den heer J. Hennink te Sas van
Gent, die ik met dat succes feliciteer en toe-
wensch dat fiij na de voltooiing dit gebouw
met welgevallen zal mogen aansehouwen.
Dienzelfden wensch richt ik ook tot den heer
Voet, den aannemer, die ons in de gelegen
heid heeft gesteld heden deze plechtigheid te
verrichten. Ik hoop, dat hij na afloop met
alleen de overtuiging met zich zal kunnen
dragen een mooi en degelijk gebouw te heb
ben voltooid, doch dat hem bovendien de be-
rekende economische voordeelen niet zullen
zijn ontgaan. Ik wensch hem met de Bouw
commissie, den architect en de toezichthou-
dende ambtenaren een prettige en loyale
samenwerking tijdens de uitvoering.
Mijne heeren, het betreft hier niet zonder
meer het stichten van een gebouw, doch een
gebouw tot huisvesting eener inrichting van
algemeen nut, waar zal moeten en naar ik
hoop ook zal kunnen worden medegewerkt,
aan de instandhouding en ook aan den op-
bouw van het geschokt economisch leven van
ons gewest, van ons land.
Ik hoop later wanneer 't bouwwerk een-
maal zal zijn vertooid in uw midden op een
en ander breedvoeriger te zullen kunnen
terugkomen, ook op de zeer aangename ver-
houdim3" die steeds heeft bestaan tusschen de
Kamer en het Gemeentebestuur van Terneu
zen, waarvan we de vertegenwoordiging te
dezer plaatse op zeer hoogen prijs stellen.
Ik dank de Bouwcommissie die de uitvoe
ring van dit werk heeft voorbereid en daar
aan nog steeds hare zorgen wijdt, voor de
gelegenheid mij geschonken deze plechtigheid
te verrichten.
Ik eindig met de hoop, dat deze eerste
steen het symbool zal mogen zijn niet alleen
van een soliede en welingerichte huisvesting
voor de Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Zeeuwsch-Vlaanderen, maar ook van
het daarin te verrichten gedegen en succesvol
werk in het belang van onzen gewestelijken
handel, industrie, landbouw en scheepvaart,
en dat die werkzaamheden in het algemeen
zullen mogen strekken tot verhooging der
welvaart en heil van ons Vaderland
Ik heb gezegd.
De heer L. J. Geelhoedt, wethouder, betuig-
de hierna van de beTangstelling van het ge
meentebestuur in de uitvoering van dit werk,
en wensche de Kamer geluk met het door
haar genomen initiatief, acht het een voor
recht, dat Terneuzen daardoor met een
representatief gebouw zal worden verrijkt,
en dat het der Kamer gegeven zal mogen
zijn werkzaam te zijn tot bevordering van de
welvaart van Terneuzen en van Zeeuwsch-
Vlaanderen.
Op uitnoodiging van den voorzitter der
Bouwcommissie kwam het gezelschap daama
bijeen in de bovenzaal van het Hotel du
Commerce" waar tijdens de besprekingen van
het feit van den dag eenige ververschingen
werden aangeboden.
DE MOTORVEERBOOT
„PRINSES JULIANA".
Door Van der Taks Bergingsmaatschappij
is in de haven van Breskens met aanvankelijk
succes een werk verricht, dat aan de be-
trokken autoriteiten veel hoofdbrekens heeft
gekost, n.l. het rechtzetten van de in de
haven van Breskens ingevolge oorlogshande-
lingen gezonken groote provinciale motorboot
,,Prinses Juliana". Dit schi^ was bij het
zinken op zijde gevallen en er werd gevreesd,
dat het rechtzetten en lichten van dit groote
gevaarte bezwaarlijk zonder beschadiging van
den bovenbouw zou kunnen worden verricht.
Verschillende mogeliikheden werden over-
wogen, doch tensotte besloot men te trachten
het schip zonder meer eerst recht te trekken.
Dit werk is zonder haperen uitgevoerd en
mag als een staaltje van vakkennis van de
bergingsmaatschappij worden beschouwd. Het
schip ligt nu met het rijdek ongeveer boven
water. De beschadiging van het schip is
binnenin zeer groot. Heden waren de groote
bokken bij het schip gekomen om een aan-
vang te maken met het lichten. Er zal even-
tueel een noodbekisting voor de lekkage wor
den aangebraoht. Zoodra het schip drijvende
is, zal het naar Vlissingen worden gesleept
om aan de werf ,,De iSchelde" aldaar te wor
den gerepareerd.
Na het lichten der „Prinses Juliana" zal
een aanvang worden gemaakt met het lichten
der overige in het haven van Breskens nog
gezonken liggende schepen.
GOES TELT 10.000 INGEZETENEN.
Zaterdagmorgen is daar de lO.OOOste inge-
zetene ingeschreven. Het was Prina de
Munck. Die inschrijving had plaats in de
burgemeesterskamer, in tegenwoordigheid van
het college van burgemeester en wethouders,
een bestuurslid van vreemdelingenverkeer, het
personeel der gemeentesecretarie en de pers.
Aan de vader werd door den burgemeester
na de inschrijving meegedeeld, dat zijn doch-
tertje de lO.OOOe ingezetene van Goes was en
hij overhandigde hem de spaarboekjes van de
gemeente en Vreemdelingenverkeer, indertijd
voor de lO.OOOe aangelegd, die thans ruim f 50
waard zijn. Er werd voorts gefotografeerd
en gefilmd. Van wege het Midza-bestuur zou
een geboortetaart benevens een enveloppe met
inhoud worden aangeboden.
DE ZEEUWSOHE BORGSTELLINGS-
FONDSEN.
Aan het verslag van het Borgstellingsfonds
voor de Zeeuwsche Eilanden over 1939 is het
volgende ontleend:
,,Evenals het vorig jaar moeten wij con-
stateeren, dat de belangstelling van de Mid-
denstandsvereemgingen voor het Fonds uiterst
gering is. Steun wordt met ontvangen. Moge
het zoo zijn, dat geldelijke steun momenteel
niet noodig is, het lijkt ons toch, dat deze ver
eenigingen meer zouden kunnen doen voor het
bekendheid geven van ons werk en het ver-
wijzen van de leden, die in moeilijkheden ver-
keeren, naar ons Fonds.
Niettegenstaande de door het dagelijksch
bestuur gedane pogingen is de aansluiting van
de gemeenten teleurstellend gebleven. Ver-
heugend blijft, dat de grootste plaatsen uit
ons district zich vrijwel direct hebben aange-
sloten. De kleine, vrijwel uitsluitend platte-
landsgemeenten, houden zich afzijdig. Dit is
te bejammeren, want ook voor die gemeenten
kan de Stichting zeer nuttig werk doen.
Zelfs strikt uit financieel oogpunt bezien,
is het niet wel begrijpelijk, dat ook de kleine
gemeenten niet aansluiten. De jaarlijksche
brjdrage is voor deze gemeenten uiterst ge
ring en wanneer er een geval afdoend kan
worden geholpen, moet dit voor direct en voor
de toekomst een bate brengen, die voor lange
jaren opweegt tegen de jaarlijksche exploi-
tatiebijdrage."
Uit bovenstaande blijkt, dat de ervaring
van dat fonds al niet anders is, dan die van
het Borgstellingsfonds voor Zeeuwsch-Vlaan
deren. Het jaarverslag dier stichting gaf,
zooals destijds gemeld, daaromtrent hetzelfde
beeld. Een in onze provincie verspreid blad
stelde naar aanleiding daarvan de vraag, of
er niet meer belangstelling voor zou te wek-
ken zijn door een advertentie-campagne. Naar
aanleiding daarvan merkte men ons op, dat
jaar voor jaar de betrokken gemeentebesturen
en gemeenteraden een verslag ontvangen van
de verrichtingen der fondsen en dat zij ook
telken jare bij vernieuwing zijn uitgenoodigd
tot toetreding. Ook zijn op zeer ruime schaal
folders verspreid. waarin doel en werkwijze
der borgstellingsfondsen en hoe deze ten bate
van den kleinen handeldrijvenden en indus-
trieelen middenstand kunnen optreden.
Onwetendheid kan, noch bij de gemeente
besturen en raadsleden, noch bij den midden
stand zelve worden verondersteld. Wanneer
gemeenten en vereenigingen zich dus onthou-
den, moet de oorzaak anders gezocht worden.
Niet overal is het gevoel voor sociale hulp aan
hen, die hulp behoeven, in gelijke mate ont
wikkeld. En, wanneer dat gevoel gemist
wordt, zal men dit ook door een advertentie-
campagne niet opwekken. Bovendien: stich-
tingen als borgstellingsfondsen, instellingen
tot het verleenen van maatschappelijke hulp,
zijn toch geen handelsartikel waarvoor men
gemeentebesturen met advertenties tot toe
treding behoort uit te lokken?
Ondertusschen deelde onze zegsman mede,
dat er wel teekenen zijn, dat onder de ge
meentebesturen in Zeeuwsch-Vlaanderen de
belangstelling voor de stichting stijgt.
Ook vemamen we uit dagbladberichten,
dat tot deze instelling voor de Zeeuwsche
Eilanden weer enkele gemeenten zijn toege-
treden.
BIJZONDERE CREDIETVERLEENING
AAN MIDDENSTANDERS.
LTitbreiding van de hiogelijklreden.
De, dank zij de medewerking van den Staat
in het leven geroepen brjzondere credietver-
leening aan middenstanders heeft opnieuw een
uitbreiding ondergaan, waardoor een aantal
nieuwe gevallen onder de werking van deze
regeling gebracht kan worden.
Volgens de tot dusver geldende regeling
kwamen voor bijzonder crediet in aanmerking
overigens volwaardige middenstandsbedrijven,
welke, buiten de schuld van den ondernerner,
in liquiditeitsmoeilijkheden zijn geraakt als
gevolg van in den betrokken bedrijfstak heer-
schende omstandigheden. Deze redactie be-
teekende reeds een verruiming van de oor-
spronkelijke regeling, volgens welke uitslui
tend als gevolg van de crisisomstandigheden
ontstane liquiditeitsmoeilijkheden voor oplos
sing via het Bijzonder crediet in aanmerking
kwamen.
Thans zijn ook onder deze credietregeling
gebracht de middenstandsbedrijven, welke