Gemeenteraad van Axel.
Feuilleton- vertellingen
Voor de Huisvrouw.
BRABANTSCHE BRIEVEN.
WAARDEER DE GROENTEN VAN HET
SEIZOEN!
Voor het sla-seizoen,
door Martine Wittop Koning.
Bij sla behoort automatisch sla-olie.
Het sausje, waarmee we gewend zijn, de
kropsla den gewenschten smaak en de ver-
eischte soepelheid te geven, wordt door verre-
weg de meeste huisvrouwen klaargemaakt
met olie, azijn en mosterd. Zoo. geijkt is deze
bereidingswijze, dat het bestaan van andere
geschikte sausjes zelfs niet wordt vermoed.
En toch bestaan diein soorten zelfs!
Daar is ten eerste de kwark, die de laatste
jaren door verschillende melkfabrieken in den
handel wordt gebracht, hetzij in potjes of in
kartonnen bekers van ongeveer 14 liter.
Van zichzelf bezit de kwark al het frisch-
zure smaakje, dat we bij sla wenschen; moch-
ten we dat echter niet voldoende vinden uit-
komen, dan roeren we er de snoods een ietsje
azijn door, of wel wat lekkerder is! we
vermengen de kwark met wat tomatenpurde
of een paar theelepels rabarbersap. Verder
doen we zooals bij elke slasaus er naar
smaak een tikje mosterd, een snuifje zout en
misschien ook wat peper door, hoewel we die
specerijen misschien nog liever vervangen door
wat fijngesneden versche tuinkruiden (dragon,
bieslook, petersehe, selderij). Het op deze
wijze verkregen zaifachtige mengsel leent zich
uitstekend en wat smaak en wat consis-
tentie betreft voor het aanmaken van ,,sla",
waaronder we dan zelfs niet eens uitsluitend
kropsla behoeven te verstaan, maar even goed
de rauw opgediende tomaten, komkommers,
gesnipperde andijvie enz.
Een tweede mogelijkheid voor een in dezen
tijd geschikt slasausje biedt ons de van ouds
bekende ,,hangop". Ook die laat zich gemak-
kelijk met de voor het doel gekozen aroma-
tische toevoegsels vermengen: de groene tuin
kruiden of wel de specerijen.
Bovendien leenen 6n de kwark en de hangop
zich als grondstof voor een gemakkelrjk te
bereiden mayonnaise-achtige saus. In dat ge-
val beginnen we met 6dn of twee eierdooiers te
kloppen (ook wel kan een hdel ei goed door
elkaar geklopt dienst doen)hierbij voegen
we dan de kwark of de dikke hangop en we
blijven flink kloppen, tot het resultaat een
gladde, roomige saus is, die we naar eigen
keus nog geurig kunnen maken met groene
kruiden of met een strooiseltje van paprika.
Mosterd, peper en zout kunnen van 't begin
af met de eierdooiers vermengd worden.
Ik wil niet beweren, dat dit de eenige mo-
gelijkheden zijn om een smakelijke sla te be
reiden zonder olie; wel echter weet ik bij on-
dervinding, dat deze voorbeelden tot de
meest geslaagde behooren!
Vergadering van Dinsdag 30 Juli 1940,
des namiddags 2 uur.
Voorzitter: de heer F. Blok, Burgemeester.
Tegenwoordig de leden: F. Dieleman, P. J.
van Bendegem, A. Th. 't Glide, C. Th. van de
Bilt, B. Seghers, 'H. Smies, U. Sytema, C. van
Bendegem, C. Hamelink, C. Schieman, P.
Goossen, A. P. de Ruijter en de Secretaris
J. L. J. Maris.
Afwezig de heer P. de Jonge.
(2. Slot.)
3. Voorstel op het verzoek van mej. C. T.
KolferMoerdyk, om eervol ontslag als
verloskundige per 1 October 1940.
Mej. C. T. KolferMoerdijk heeft, wegens
het in September a.s. bereiken van haar 65-
jarigen leeftijd, eervol ontslag gevraagd als
verloskundige in deze gemeente. Zij is door
den raad bij besluit van den 28 Juni 1904 als
zoodanig benoemd.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
aan genoemde mej. C. T. KolferMoerdijk
eervol ontslag als verloskundige te verleenen
voor de door haar bewezen diensten. In de
volgende vergadering zal, na advies te hebben
ingewonnen bij de heeren doktoren en bij het
Burgerlijk Armbestuur, een voorstel worden
gedaan, hoe in deze vacature moet worden
voorzien.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
4. Voorstel op het verzoek van P. Sehey-
ven, om teruggave van het verlofsrecht
over drie kwartalen.
De VGORZITTER wijst de volgende leden
aan: Voor de gemeente-rekeningde heeren
Van de Bilt, Smies en De Ruijter; voor het
Gasbedrijf en het Vleeschkeuringsbedrijf de
heeren De Jonge, Goossen en Sytema.
Te zijner tijd zullen hen de noodige stukken
worden toegezonden.
De VOORZITTER acht het wenschelijk,
dat nog het volgende punt aan de agenda
wordt toegevoegd:
8. Verordening betreffende ontvelling van
dieren.
De VOORZITTER deelt mede, dat bij Bur
gemeester en Wethouders een schrijven is bin-
nengekomen van het Destructiebedrijf Over-,
schie N.V. ,,Gekro", waarin geklaagd wordt
over de ontvelling van verschillende doode
dieren. Er wordt verlangd, dat het kadaver
niet van de huid wordt ontdaan, waardoor er
overal ddn regeling komt. Hierdoor zal nie-
mand worden benadeeld en krijgen de vellen
toch hun besteanming.
Burgemeester cn Wethouders stellen voor,
bij de overeenkomst het besluit te voegen,
dat „het kadaver niet van de huid wordt ont
daan".
De heer DE RUIJTER vpaagt, of er dan
toch zekerheid bescaat, dat de opbrengst, zoo
als die op het oogenblik betaald wordt, ook
dan aan den betrokkene zal worden uitbe-
taald.
De VOORZITTER deelt mede, dat men in
sommige gevallen nog iets meer zal krijgen
dan gewoonlijk.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
9. Oravraag.
a. De heer HA MiF.T INK wil het over een
eindje straat hebben. Wij hebben hier de Zee-
straat, die eigenlijk bespottelijk is voor een
bestrating in de kom. Is er geen mogelijk
heid om hierin verbetering aan te brengen
De VOORZITTER meent, dat daar wel wat
voor te zeggen valt. Er is dit jaar hier en
daar wat vermaakt en vemieuwd. Voomame-
lijk in de Zeestraat liggen sterke keien, die
evenwel zeer ongelijk liggen, mede door het
feit, dat er op verschillende plaatsen is ge-
graven. Wil men die straat geheel goed heb
ben, dan zou die er uit moeten. Het is mis
schien het beste, dat dit bij de begrooting voor
het volgende jaar wordt behandeld. Zooals
men weet is er van dezen post op de vorige
begrooting al wat beknibbeld, zoodat het
moeilijk uit den loopenden dienst zou kunnen
worden betaald. Het is wel bezwaarlijk om
hiervoor te gaan leenen. Ook de Buitenweg
is moeten blijven rusten. Misschien, als men
op het eind van het jaar een beter overzicht
heeft, is er met het overschot van den loopen
den dienst nog iets te bereiken.
De heer HAMELINK weet ook wel, dat het
in die straat zeer groote sterke steenen be
treft. Het zal evenwel moeilijk gaan om een
dergelijk werk uit den loopenden dienst te be-
talen. Men zal dan maar eens de contante
betaling op zij moeten zetten en voor dit alge-
meen belang een leening aangaan. Deze
straat is toch een verkeersader van Axel.
Spreker hoopt, dat te zijner tijd dezen weg
zal worden verbeterd.
b. De heer SCHIEMAN vraagt of het waar
is, dat toen bij het begin van den oorlog ver
schillende werkloozen te werk zijn gesteld,
groepen arbeiders zijn uitbetaald en verschil-
lenden niet.
De VOORZITTER zegt, dat hem dit niet
bekend is. Hij zal een onderzoek instellen.
De heer SCHIEMAN vraagt, in verband
met het door den Voorzitter genoemde cijfer
der oorlogsschade ad f 20.000, of er reeds po-
gingen in het werk zijn gesteld om de be-
trokken menschen te helpen bij den weder-
opbouw. Kunnen hierover gegevens worden
verstrekt
De VOORZITTER deelt mede, dat er
zooals ieder weet een Stichting Zeeland
1,940 bestaat, alsmede enkele andere commis-
sies, die zijn opgericht tot leniging van de
oorlogsschade.
De betrokkenen van de burgerij zijn onlangs
door spreker in een vergadering ten stadhuize
opgeroepen, waarin hij een en ander heeft
uiteen gezet. In samenwerking met de Stich
ting Zeeuwsch-Vlaamsch Borgstellingsfonds
is men thans bezig te helpen. De betrokkenen
weten alien wat zij te doen hebben.
'Of de voorwaarden aanlokkelijk zijn, is een
tweede vraag. Er moeten evenwel hoofdlijnen
getrokken worden. De te volgen weg is hen
gewezen.
Engeland een nieuw gevaar geworden. Spanje
heeft een houding aangenomen, die het zeer
nauw bindt aan Italie, al bestaat er nog geen
bondgenootschap tusschen de beide landen.
Het behoud van Gibraltar kan twijfelachtig
worden genoemd, terwijl Malta reeds zoo goed
als prijs gegeven werd.
Alleen in het uiterste Oosten van de Mid-
dellandsche Zee bevindt Engeland zich nog in
een sterke verdedigende positie. De strategen
zijn het er echter ever eens, dat Engeland van
zijn steunpunten in dit gebied uit nooit tot een
beslissenden aanval zal kunnen overgaan. Het
kan op zijn best nog gedurende eenigen tijd er
in slagen, het Suezkanaal te verdedigen
doch ook hieraan zal spoedig een einde zijn ge-
maakt. En dan vormt de Middellandsche Zee
niets anders dan een reusaehtige val voor
Engeland. Scheldt dan ook nog Zuid-Afrika
zich van het Engelsche gemeenebest af, dan
is Engeland afgesneden van Azie zoowel als
van Australie; en dat zou het einde zijn van
de Engelsche wereldheerschappij.
EEN NIEUWE BRON VIAN MOTOR-
BRANDSTOF.
Een gewas, dat ook een toekomst heeft
voor de voedselvoorziening.
I
In Italie koestsrt men groote verwachtin-
gen van een nieuw soort alcohol, gestookt uit
wat de Italianen sorgo" noemen (kaffer-
gierst of doerra), waarin men een emstigen
concurrent ziet van de benzine. Deskundigen
verklaren, dat deze alcohol uitstekend te ge-
bruiken is voor de moderne motoren met
sterke compressie.
Dit gewas behoort tot de baardgrassen. De
zaadkorrels zijn veel kleiner dan van het ge-
wone koren. Zij zijn rond en glanzend. Het
gras kan een hoogte bereiken van ruim 4 m.
Het is inheemsch in Afrika, alsmede in China
en Japan. Voor de bewoners van de droge
zone in Afrika vormt het 't voornaamste voed-
sel van de massa.
Ook in Europa werd het langen tijd als
volksvoedsel gebruikt; doch in de laatste
eeuwen is het langzamerhand in onbruik ge-
raakt. Toch is het uit de korrels bereide meel
even rijk aan eiwitstoffen als het graan en
daarenboven zeer rijk aan vet. In Afrika
en ook in Roemenie wordt er een soort bier
uit gebrouwen.
In Italie is men den laatsten tijd bijzondere
aandacht gaan besteden aan dit nuttige ge
was. Op aansporing van den Duce heeft men
talrijke proeven genomen met den aanbouw,
vooral in de Pontijnsche kolonie Littoria, in
Terracina aan het uiteinde van de Pontijnsche
vlakte, alsmede in de omstreken van Rome.
Hier bevinden zich in grootschen stijl aan-
gelegde model-boerderijen van ,,Maccarese",
tusschen Rome en de zee gelegen. Deze leg-
gen zich speciaal op de teelt van sorgo" toe;
zij verzenden ook het'zaad naar alle deelen van
Italie. In de Robagna vindt men rondom de
stad Forli en ook bij Ravenna dergelijke aan-
plantingen.
Het heeft er dus alien schijn van, dat de
sorgo niet alleen als motorbrandstof, doch
ook in de voedselvoorziening van Italie geroe-
pen zal zijn, een belangrijke rol te spelen.
Ulvenhout.
Amico,
„Zegges Dr6", zoo
vroeg Trui kleintjes,
't gezicht zurgelijk
betrokken, de oogen
wat wijd open: ,,Zeg-
ges, wie is hier
den baas in huis?
Gij of
„Gij, toeteloeris",
was ik haar veur!
,,Ikkevroeg
ze mee veul te veul
verwondering en mee
veul te weinig over-
tuiging: „ikke
,Hoewie, zou den Fielp zeggen. Gij!"
Toen kneep ze d'oogen 'n bietje toe, drukte
mee de lippen 'nen lach weg. Nooit iets
van gemorken", zee ze dan. „Maar alle gek-
kigheid op 'n stokske, veur ge dat' huur-
contract teekenti:, zoude gij daar nog wel
aan beginnen op oewen ouwen dag, aan 'nen
winkel Da's toch niks veur ons, boeren-
menschen!"
'k Bleef 'r zoo 'ns efkens aankijken, denken-
de: ge verandert toch nooit. Als de zaak
in kannen en kruiken is, komt d'e die, mee 'n
„leuk" smoeske, weergaren stichten. Omdat
ik dus zweeg zee ze toen nog: „ik ben toch
mee 'nen vranken boer getrouwd en nie mee
'n kamenijsbaaske Dree
Slangevel, docht ik, wat hebt ge nog 'n
streken onder den steert. Trui docht toen,
dat ze 't al gewonnen had, want ze had al
rap gemerkt, dat m'n lever krulde.
„Hoor 'ns Trui, ik werk ons baaske nie
teugen. Onzen Dre wit wat ie wil en onzen
Eekerdat manneke zijnen schoonen
droom verjagenn6oitEn daarom zijde
gij dan nog nie de vrouw van 'n komenijs-
baaske, gladdekker!''
,,Dus? Dus ge zet oewen naam op dat
pampier
„In de roos, Trui."
,,Mag ik oe dan 's iets zeggen?"
„Uat mag!"
,,Dan haalde 'nen hoop slameur op oewen
nek veur niks".
Toen teekende-n-ik 't huurcontract van m'n
baaske z'n eerste filiaal, hij is nog te jonk
veur de wet, -d'n winkel was gehuurd.
Zoo is Trui nou! 't Winkelhuis was trou-
wens al l&nk gehuurd, er wierd al dagen in
getimmerd en gesjouwd, de handteekening
was louter formule. Ge zult denken: wat
heeft ze daar dan mee veur, mee die bezwa-
ren op de valreep? Snapte dat nie, amico?
Doodgewoon ditdls d'n winkel nie-mar-
cheert, om dan te kunnen zeggen: „ziede
nou wel Heb ik oe nie gewaarschouwd
Maar naar mij wordt nooit geluisterd!" Zij is
dus van alle risico af. Zoo zijn die yrouwen.
Lukken de affaires, dan zijn ze fier op den
baas; loopen ze faliekant, dan zieboven!
Maar den dieperen zin is: als de vrouw
veul op heeft mee heuren kloris, dan kan zij
nie goed dulden, dat ie z'n eigen inspant veur
anderen. Als zooeen moeder is, dan heeft ze
alleen oog veur eigen bloeien, anderen
Ze wit amper dat 'r nog andere kinders be
staan. Zoo zijn ze, die vrouwen. Ik bedoel:
de goeie! 't Andere soort denkt alleen om
'r eigen. Waarin ze 't zoowijd brochten, dat
'n weareldindustrie floreerde van kunstzij,
corsetten, kousen, pelsen, poeiers, pruiken,
ja, tot middelcijnen toe. Tien advertentie's
in de krantacht veur dat soort vrouwen!
Geef me maar zoo'nen bemoeial, zoo'nen
lastpost als die Trui, die 's mergens in vijf
minutfen ttijds frisch en gekleed is, om veur
haar bloeien" te gaan zurgen.
En die nie 'nen kustelijken halven dag zit
te verknoeien veur de toiletspiegels van 'n
soortement apotheekwinkeltje waar de ,,wor-
dende Schoonheid" zit te razen, omdat b.v.
haren linker oogwimper zoek is, diena
'n uur van angsten, zoeken en tieren, vast-
gekleefd blijkt te zitten mee 'n veeg reukzalf
aan 'nen stoelpoot.
Als ge zoo 'nen wimper of 'n krulleke-langs-
oew-oor of 'n wenkbraauw kwijt zijt, dan kun-
de toch nie prakizeeren over „iets" als man
en kinders en zooOf denkte soms, dat
't zoo lollig is, als ge 'n half uur hebt zitten
zwoegen mee zoo'n stift, om dan tot de ont-
dekking te komen, dat oewen mond scheef
staat?
Maar genogt.
'k Wou eigenlijk gezeed hebben g'had, dat
Trui, na dagen gepieker dan wel 'ns weten
wou of Dr£ hier baas is. En da 'k haar nog
nie heb willen zeggen, dat ze aan 't gedacht
mot gaan wenmen, dat ons baaske lankzamer-
hand 't roer van ons bedrijf steuviger in z'n
knuisten gaat klemmen.
Och, ze vdelt dat wel, m'n goeie wijf. Ze is
altij zoo geren baas gewist, al kost ze 't nie
worden. En al wil ik nou zekers nie beweren,
dat Trui ons baaske wil teugenhouwen,
toch zou ze geren de klok wat lankzamer laten
loopen, nou aan onzen werkdag de avond-
zon gaat smeulen......
Daar is nog iets. Dre IH, modernen jong-
kearel, vat 't bedrijf anders vast, dan Trui
en ik altij dejen. Van den hondewagel naar
den glanzenden auto, da's 'nen stap van gene-
raties. Zijn zaken mee de fabrieken, zijnen
handel in bus- en weekgroenten, fruit en con-
serven, 't is allemaalveul anders dan 't ver-
koopen van 'nen bos peeen en 'nen knolsel-
derie, dien ge eigens teelde. 't Winkelsysteem
dat in zijnen kop zit, is veur ons, menschen
van; de boerderij, ook al weer iets, dat wijd
buiten onze doening ligt. Allee, Drd HI
wordt 'nen boer mee 'n groot kantoor, zoo
zie ik 't worden, al geloof ik nie, dat ie de
blaren zal krijgen van 't zitten.
Och, als ik 't sjecuur beschouw, 't zat er
altij in, dat m'n baaske anders gong doen, dan
z'n grootvader, danz'n overgrootvader
boerden.
't Is alweer drie jaren gelejen omtrent, 't
was rond zijnen eersten Alderheiligen op den
hof, da 'k hum als volgt veur oe uitteekende;
,,afijn, Zaterdagmiddag, goed drie uur, als
ik thuisgerejen kwam mee m'nen groenten-
wagel, stond ie gereed naar Amsterdam te
gaan. Blinkend geschoren en geknipt, blozend
van gezondheid, z'n beste spullen aan en
veur 't eerst z'n groene gleufhoeike op, !n
bietje schuin op den bruinen kop. Mee z'nen
nuuwen, langen demi aan, de keersrechte
houding en 't valieske in de hand, zoudt ge
'm eerder achttien, dan veertien jaren ge
geven hebben.
Daar stond 'nen jongkearel om fier op te
zijn! En dat was ik ook 'n bietje. 'k Had
werendig spijt, da 'k nie om 'n hoekske kost
kijken, als ie straks, over enkele uren, veur
onzen verrasten De en ons blije Wieske zou
staan.
'Nen boer?
Hah! Hij leek veul meer op 'nen jongen
grootgrondbezitter en ik zou den Amsterdam-
schen „meneer" beklagen, die perbeerde mee
hum de kachel aan te maken.
,,Hebt ge onzem brief bij oe, Dre?"
Hij klopte op zijnen binnenzak. Ik heurde
't pampier kraken teugen z'n sterke borst.
,,In orde, Opa!"'
,,Hebt ge nog ',t een en ander ingepakt,
Trui?"
„Veur den bakker, opa!" En hij tilde z'n
zware valieske op, gelajen mee 'nen ham van
den lesten slacht.
,,Lot me nou oew beurs 's zien, Dre
,,Waarom?"
„Zoomaar".
'n Bietje onwilig eersrt, gaf me toen royaal
z'n portemonnaie.
„Daar zit eigenlijk nie veul meer in, dan
de reis-op-en-neer, ee?"
,,Mneu. Nogal onkosten gehad Opa. 'k Heb
veur allemaal iets gekocht, ziede. En... eh...
deuzen das en zoo."
Ik dee 'nen rijksdaalder, in z'n klep. Z'n
oogen straalden lijk sterren onder 't groene
randje van z'n hoeike.
„Zie Trui nou ook maar 's vrindelijk aan!"
Die goeie ouwe stond al lang mee 'n war-
men riks in d'r handen, gereed te geven.
Toen smeet ie z'n kofferke op de tafel,
kuste Trui op allebei d'r wangen, gaf mij 'nen
stomp en zee, 'n bietje heesch: ,,'k vind 't
eigenijk smerig van m'n eigen, da 'k zoo graag
'ns naar huis ga, maar ik kom rap verom!
Alleheiligen 's avonds!"
Zoo gong ie van den hof. 'n Stuk van z'n
hartje op Ulvenhout latend. Blek kreeg nog
„'n hand" en dan stapte Dre HI den erf af
fier, blij, jonk, krachtig, in een woord: z6o in
't volledig bezit van 't geluk, da'kda 'k
m'n eigen efkes oud voelde, als ik 'm daar
zag gaan, dieen fermen verovereer!"
En als ik deus herinnering zoo neerschrijf,
dan ruuk ik nog den geur van den sierlijken,
blaauwen rooksliert van z'n cigaretje, die
daar spiraalde veur den donkeren dag om den
kalen notenleer, wies leste gele blaren lagen
neergesmakt in den natten Allerzielenbojem
rond den stam.
Ja, als ik 't sjecuur beschouw...! Dan
wordt 't veul begrijpelijk dat Trui vol zurgen
zit. 't Is allegaar zoo anders aan 't worden.
En 't gaat allemaal zoo rap. 't Stuurt zoo
naar 'n w^emoedig end van 'n levenlank zwa-
ren, maar" vertrouwden arbeid, waaraan wij
vastgroeiden. Gedachten, gevoelens, die ze
na dagen van gepieker vast wou leggen in
de snibbige vraag: ,,Zegges, wie is hier
den baas in huis? Gij ofdieen kwa-
jOngen?" Ze meent dat zoo kwaad nie. Elk
veugeltje zingt lijk 't gebekt is.
Vandaag gaat de huur in. Ge verstaat,
hoe de baaskes zwoegen, om den winkel zoo
rap meugelijk feestelijk te openen: den Dr6,
zakenman die ginnen dag huur verloren wil
zien gaan; den Eeker, die zoo geren den
kroon op z'nen arbeid wil zien, dat is: Moe
der in 'n geriefelijk veilig huiske. En dieen
woonwagel aan den kant.
Plazierig, leutig, om twee zoo'n verschil
lende tiepekes aan den arbeid te zien. Aan
eenen arbeid, mee zoo'n verschillende ge
dachten, zoo'n uiteenloopend droombeeld. In
eenen arbeid. In eenen zurg. 't Werkvolk,
dat in 't winkelhuis aan den gank is, is nie te
goed. Want daar mot aangepakt worden!
Van de week nog is de opening! Drd HI
heeft veur de zaken 'n sterk geloof in den
Zaterdag! Z'nen handel mee den auto moest
ook op Zaterdag aanvangen. JDa's altij 'nen
dubbelen dag", redeneert ie en geef 'm onge
lijk? Bij elke leverantie bedingt ie 'nen boe-
kee! De Hoppenbrouwers komen dus in de
blommen als hun nog nooit overkomen is.
Als den Eeker d&t hoorde, dan wierd ie stil.
Dan gaf ie den Dr6 'n - schoongemokte
hand. Plechtig!
„Waar is dat veur?" vroeg Dr£ HI.
,,'Veurveur deveur de blommen,
hakkelde den Eeker geroerd. .Moeder zal 't
denkenda..„... dadat 'r feest is. 'k
Vind 't schoon, DrA 'k Zal 't nooit ver-
geten."
Dat was de langste toespraak, die den
Eeker ooit gehouwen heeft. En nog viel ze
in 't water! Want den Dre schoot in den
lach: Zee:' „Jonk, die blommen zijn veur de
reclame. Heel de buurt mot uitloopen en dan
begrijpen, dat 'n zaak mee zoo'n relaties, 'n
prima-puike zaak is!"
„Oow, zee den Eeker ontnuchterd. Toen:
,,toch vind ik 't schoon."
,,Ja", antwoordde den Dre: ,,maar da's
mijn schuld nie; ga-de gij nou maar 's rap
die prijskortjes maken. En veul! Want elk
artikeltje mot geprijsd worden, dan weten de
klanten dat ze nie genomen worden en jouw
Vader en Moeder kunnen gin vergissing
maken."
,,Zeg, Dre", vroeg Trui: ,,hebt ge al ge-
docht om water?"
,,Ja, Opoe!"
„Gas?"
„Jaja!"''
,,Licht?"
„Vaneigens!"
„En mooie lampen heb ik gekocht", zee den
Eeker: „in 't salonneke
Schrijven, Eeker!" commandeerde zijnen
patroon. ,,Zaterdagavond kan Trui alles mee
eigen oogen zien!"
Dan kreeg den Eeker 'n kleur beet op z'n
tong en begost te calligrafeeren.
Trui's mooie kamer staat overend. De
stoelen staan opgetast, de tafel in 'nen hoek,
de lijsten zijn van den denen muur. Daar-
teugenaan, tot de zoldering toe, staan getast
de bussen, flesschen, nuuwe bennekes, hagel-
wit. Duuzend keeren staat den naam ,,Bra-
bantsche Groentencentrale" te prijk; op gou-
wen etiketten, geplakt op de bussen; blaauw
geschilderd op de nuuwe manden; gestem-
peld op geeve kistjes, blank van nuuwheid.
Alles gepoetst, blinkend, zoo gereed om pron-
tjes weggerejen te worden naar den winkel.
„Wanner zal toch dieen rommel van m'nen
vloer gaan?" zuchtte Trui.
Wjaarop Dr6 in zee: ,,r6mm...mel?
Hij was efkes tot in z'nen' pit beleedigd.
Dagen, tot den nacht, had ie er aan gewre-
ven, gepoetst, geplakt. En elk uur gaat ie
efkes kijken, z'n oogen goed doen aan deu
zen praehtig-verzurgden inventaris van zijnen
eersten winkel.
Hij mot overal tegelijk zijn: bij z'n klanten.
Bij de leveranciers. Op de fabrieken. Bij
den drukker, den schilder, handelsregister,
gemeentekantoren, overal.
Ook den akker mot ie bijhouwen, den oogst
staat te wachten zoetekesaan...!
Den Eeker heeft 'ns 'n week geprakizeerd,
hoe ie mee Z'n spaarbankboekske zou doen...!
Maar 't gaat m'n baaske goed af, al wordt
ie mager van 't werken.
Eten doet ie staande en loopende. In veer
tien dagen tijds heb ik 'm gin vijf minuten
achter malkaar op 'nen stoel zien zitten. Wat
zit er „werken" in dat jonk! Drie voile taken
heeft ie op z'nen nek: den winkel, zijnen han
del, onzen hof. En hij' torst ze, op zn' jonge
breeje schouwers, of ie ze nie voelt wegen.
Trui ziet 'm nou en dan zoo "ns stillekes
aan, Ze is bezurgd over 'm. Maar allee, ze
zag 'm nog nooit, in den vroegen mergen, als
't regenwater van den hemel gutste, daar in
de drassige wei, te p&erd, in vollen draf, in
stampenden galop springen over metersbreeje
sloojen, te peerd deur de schuimende Mark
trekken; ze zag 'm nog nooit vijf meters
hoog van de leuning van de boogbrug duiken
in 't kokende water, als 't gejaagd wierd deur
den bollen Wester, zoodat de rietpluimen in
't driftige water spoelden. Ze heeft, kortom,
nog nooit 'ns gezien, hoe den Dre 's mergens
den slaap uit z'n oogen waschtHoe ie
daarveur noodig heeft 'n wei zoo groot, dat
ge 'm verdwijnen ziet in de waternevels. 'n
Peferd, z66 fier, dat 't ,,zweeft" over den
hoogsten heester, over den breesten sloot, dat
't te Water gaat als 'nen zeeleeuw.
Neee, hij heeft „iets" meer noodig dan 'n
kommen'de verschaald water op 'n wankel
waschtafeltje mee 'n geborduurd handdoekske
Goedenmorgen"
Trui heeft dat nooit gezien, anders kost ze
begrijpen, dat deuzen tiep, Koning van den
Mergenregen, pas voluit leeft, als ie 'nen
arbeid in z'n knuisten voelt, genogt veur vijf
kearels
Ja, hij zat nie veur niks heele dagen
te p^Srd op z'n... derde jaar, bij mij in de wei.
Z'n beentjes wierden er even krom van!
jaj als ik 't sjecuur beschouw, dan
begrijp ik Trui's zurgen en weemoed.
Maar ik heb 'nen opvolger, wien ik eenmaal
't stuur van m'n bedrijf vol vertrouwen in 'n
paar ijzeren knuisten kan drukken!
Kustelijk bezit, die twee baaskes, zoo ver-
schillend, zoo trouw in den arbeid en de
kameraadschap. Opbouwers! Van 't soort
als de weareld zoo hard noodig krijgt. Ieder
naar z'nen aard.
Maar nou schei 'k er af.
Veul groeten van Trui, de baaskes en als
altij gin horkej minder van oewen
t.a.v. DRfi.
WENKEN VOOR DE ZUINIGE
HUISVROUW.
Boonen als aanvulling van den broodmaaltijd.
Ongeveer 30 jaar geleden was het gewoonte
om aan het ontbijt te beginnen met een bordje
bruine boonen. Deze gewoonte kunnen wij nu
weer in eere herstellen. Men behoeft niet op
te zien tegen het brandstofverbruik, want
boonen behooren tot de weinige gerechten,
die niet te lijden hebben door het uren lang
ingepakt zijn.
Om er een smakelijk koud gerecht van te
maken, kan men er een restje rabarber- of
appelmoes door mengen.
Een van boonen afgeleide voedzame brood-
belegging is op de volgende wijze gemakkelrjk
te bereiden.
250 gram pond) bruine of witte boonen,
60 gram (3 afgestreken eetlepels) boter, 1
uitje, wat zout, peper en nootmuscaat.
Laat de gewasschen boonen een nacht wee-
ken, breng ze in hetzelfde water aan den kook
en laat ze gaar worden (plm. 1% uur). Breng
ze over in een vergiet en laat ze uitlekken
(bewaar het' boonennat voor een soep).
Fruit intusschen het fijngesnipperde uitje
in de boter lichtgeel en gaar. Stamp de boonen
met het uienmengsel tot een gelijke massa en
maak die op smaak af met wat zout erf wat
kruiden.
Vervang desverkiezend de met boter ge-
fruite ui door gesmolten boter en een eetlepel
fijngesneden groene tuinkruiden (peterselie,
selderij, kervel, bieslook)of wel door gesmol
ten boter en 1 eetlepel dikke tomatenpuree.
Broodbeleggingen van resten.
Kliekjes aardappelpuree, stamppot, dikke
erwtensoep of boonensoep kunnen koud dienst
doen als voedzame broodbelegging, die geen
nadeel ondervonden heeft van opwarmen. Her-
haaldelijk opwarmen doet n.l. afbreuk aan de
voeddngswaarde.
In plakjes gesneden koude aardappel met
iets mosterd of wat peterselie zijn eveneens
op een gesmeerde boterham smakelijk en
voedzaam.
In plaats van op de boterham kunnen de
plakjes aardappel ook als een ,,slaatje" bij de
boterham gegeven worden. Toevoeging van
wat olie en azijn, gehakte peterselie, wat
plakjes tomaat, maakt er een 'smakelijk ge
heel van.
Aangezien in het perceel van dezen verlof-
houder een vergunning voor den verkoop van
sterken drank is gekomen, heeft adressant
recht op teruggave van verlofsrecht over drie
kwartalen van het verlofsjaar 1940/41.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
het verzoek van P. Scheijven in te willigen en
hem teruggave te verleenen van 3 kwartalen
van het door hem betaade recht, zijnde
f 18,75.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
5. Voorstel tot wijziging van de begrooting
1940.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
de gemeentebegrooting, dienst 1940, te wijzi-
gen zooals deze aan de stukken is toegevoegd.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
6. Voorstel tot vaststelling van den staat
van oninbare posten, dienst jaar 1939.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
oninbaar te veralaren de posten: Schoolgeld
1939/40 plus vervolgingskosten ad 3,65 en
Hondenbelasting 1939 plus vervolgingskosten
ad 4,25.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
7. Aanbieding van diverse rekeningen,
dienst jaar 1939.
Burgemeester en Wethouders bieden aan de
gemeente-rekening 1939, sluitende als volgt:
Gewone dienst: inkomsten 284.816,15; uit-
gaven 270.286,33; batig slot 14.529,82.
Kapitaal dienst: inkomsten 31.024,03; uit-
gaven 24.419,12; batig slot 6.604,91.
De rekening van het Gasbedrijf over 1939.
Afdeeling I. Baten 84.224,13; lasten
84.224,13; sluitende quitte.
Afdeeling H. Kap. inkomsten f 48.904,21
kap. uitgaven 34.734,25; batig slot /14.169.96.
De rekening van het Vleeschkeuringsbedrijf
dienst 1939.
Afdeeling I. Baten 4.565,87lasten
4.565,87; sluitende quitte.
Afdeeling II. Kap. irikomsten 1.112,14;
kap. uitgaven 1.112,14; sluitende quitte.
De-rekening van het Burgerlijk Armbestuur
dienst 1939.
Werkelijke ontvangsten 14.113,25; werke-
lijke uitgaven f 14.113,25; sluitende quitte.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
voor deze rekeningen een commissie te benoe-
men, waarvan de leden door den Voorzitter
worden aangewezen.
c. De heer DE RUIJTER had ook een
vraag willen stellen in verband met de be
strating van den Buitenweg. Door het ant-
woord aan den heer Hamelink, dat dit naar
de eersbvolgende begrooting werd verwezen,
is deze vraag overbodig.
Verder vraagt spreker of de wijziging in de
werkloozenzorg ook van invloed kan zijn op de
begrooting.
De VOORZITTER geeft te kennen. dat het
op het oogenblik zoo is, dat de gemeente f 17
a 18.000 voor werkloozenzorg zai moeten be-
talen. Dit is juist de grens, waarop er geen
Rijkssubsidie wordt ontvangen. Hoe het in de
toekomst zal gaan, weet spreker ook nog niet.
Evenwel heeft dit op de cjjfers van het loo
pende jaar niet zooveel invloed, omdat die
er toch al op stonden. De gemeente zal voor
dit jaar 17 a 18.000 moeten betalen. Wan-
neer het bedrag grooter zou worden, zou er
wel rijkssubsidie zijn.
De heer DE RUIJTER vraagt, hoe de Gas-
commissie en Burgemeester en Wethouders
thans de verhouding van de gasfabriek tot de
straatverlichting beschouwen, d.w.z. wat de
verrekening betreft van hetgeen de gemeente
aan de gasfabriek zal moeten betalen, aan
gezien er voor de straatverlichting geen gas
gebruikt wordt. En men weet niet, hoe lang
dit nog zal duren. Spreker zou gaarne weten,
hoe dit zal geregeld worden.
De VOORZITTER deelt mede, dat er een
flinke post voor verlichting op de begrooting
is uitgetrokken. Het is nu maar de vraag of
dit bedrag betaald moet worden, ja of neen.
Spreker meent, dat het het beste is, deze zaak
in handen te stellen van den voorzitter der
gas-commissie, die dan advies zal kunnen
uitbrengen.
d. De heer 't GILDE vraagt, of het niet
wenschelijk was, dat de raad evenals in nor-
male tijden geregeld bijeen kwam, opdat er
geregeld contact blijft bestaan tusschen de
leden en Burgemeester en Wlethouders.
Aangezien deze regeling bij den Voorzitter
berust, hoopt hij, dat men hem deze vraag
niet euvel zal duiden.
De VOORZITTER herinnert er aan, dat de
laatste vergadering gehouden is op 7 Mei, dus
ruim 2 maanden geleden. Hierbij komt, dat
als er geen stof te behandelen is, er ook geen
reden is om een vergadering bijeen te roepen.
Naar hij zoo uit de omvraag opmerkt. zijn de
leden niet ontevreden. Als er zaken te behan
delen zijn, zal spreker een vergadering bijeen
roepen.
Hij sluit de vergadering door het uitspreken
van het dankgebed.