Ter Neuzensche Courant
De Erfenis van een Zonderling.
Binnenland
Feuilleton-vertellingen
Feuilleton
Vrijdag 2 Augustus 1940
No. 10.095
TWEEDE BLAD
ENGELSCHE EN FRANSCHE MHJTAIEEN
TERAARDEBESTELD.
gedeeltelmke
VERKOOP VAN
het beleid van het hoofdbestuur
BRABANTSCHE BRIEVEN.
VAN
DE NEDERLAADSCHE unie.
Nog geen plaatselijltB afdeelingcn.
In verband met bet aUerwegen tot uitdruk-
king komende streven om tot oprichting van
plaatselijke afdeelingen der Nederlandsche
Unie te komen, acht de Nederlandsche Unie
het gewenscht, het volgende te doen uit-
komen. i
Abusdevelijk is in enkele gevallen aan een
plaatselijk comite, dat zich met het ver-
zamelen van adhaesie-betuigingen aan de
Nederlandsche Unie belast, de naam van op-
richtingscomitd of zelfs van plaatselijke
afdeeling gegeven.
Het is evenwel onjuist, deze plaatselijke
groepeeringen als afdeelingen der Nederland
sche Unie aan te merken, aangezien nog geen
plaatselijke afdeelingen der Nederlandsche
Unie gesticht zijn en de oprichting hiervan
slechts kan geschieden in overleg met en on-
dtr leiding van het Centraal Bureau der
Nederlandsche Unie, gevestigd te 's-Graven-
hage.
Indien particulieren zich belasten met het
verzamelen van adhaesie-betuigingen, zullen
deze dan ook gaame op het centrale bureau
worden ingewacht. Ter informatie diene
voorts, dat men de Nederlandsche Unie veel
strafport kan besparen door adhaesiebetui-
gingen, welke op visitekaarten worden mge-
zonden, niet als drukwerk, doch als brief te
frankeeren.
DE RUVERGUNNINGEN BLUVEN VAN
KRACHT TOT 5 AUGUSTUS.
De secretaris-igeneraal, wnd. hoofd van het
departement van waterstaat, deelt mede, dat
voor motorrijtuigen, waarvoor op 31 Juli 1940
een vergunning op grond van het eerste,,
tweede of derde uitvoeringsbesluit van IS
Juni 1940, betreffende het vervoer van per-
sonen en goederen, van kracht was, deze ver
gunning geacht zal worden tot en met 4
Aug. 1940 van kracht te zijn, en dat, zoo
lang met het voeren van het voor de maand
Juli uitgereikte herkenningsteeken op M-
motorrgtuigen kan worden volstaan.
VERGADERING VAN DE N.S.N.A.P.
Dinsdag is een vergadering gehouden van
de N.S.N.A.P. in de Harmonie te Nijmegen.
De leider van deze partij dr. Van Rappard
heeft een uiteenzetting gegeven van hetgeen
zijn partij beoogt Hij zeide o.m., dat zijn
partij de eenige is, welke de nationaal-socia-
listische beginselen zuiver vertegenwoordigt.
Volgens spreker legt men in Nederland te
veel den nadruk op het nationale en te weinig
op het socialisme en wel het eenig juiste
socialisme n.l. het Duitsche. Het Nederland
sche nationalisme is, aldus spr., eerst ont-
staan in den trjd, dat Adolf Hitler in Duitsch-
land aan de macht kwam en het is slechts
een dam tegen het Duitsche socialisme.
Dr. Van Rappard vroeg wat den werklooze
en den arbeider het nationalisme interesseert
hem boezemt alleen het socialisme belang in.
Tenslotte verklaarde spreker, dat wie niet
onvoorwaardelijk voor Adolf Hitler is, tegen
hem en zijn socialistische revolutie is en daar-
mede tegen het Nederlandsche volk en zijn
arbeidersklasse.
Op Schiermonnikoog is onder zeer groote
belangstelling Woensdagmiddag op de be-
graafpaats voor slachtoffers der zee Vreden-
hof een groep van zestien militairen, "TlrlOT'
Engelsche vliegers en Fransche
land, doch ook uit andere deelen van ons land
waaronder een groote afdeeling uit Amster
dam, hebben Woensdagavond een marsch
door Den Haag gemaakt, onder aanvoering
van den leider der N.J.S., den heer van Geel-
kerken.
In een hieraan voorafgegane samenkomst
in den Dierentuin heeft de heer Van Geel-
kerken het woord gevoerd.
Vervolgens werd naar het Malieveld gemar-
cheerd, waar van acht tot half negen eenige
oefeninigen werden gehouden.
Rijkscommissaris Seys-Inquart was op het
terrein aanwezig.
Daarna begaf de stoet, ter sterkte van on-
geveer 1500 jongelui, zich langs Koninginne-
gracht, Heerengracht, Korte Poten, Plein.
Binnen- en Buitenhof, Kneuterdijk, Heulstraat
en Noordeinde naar de Zeestraat, waar ge-
defileerd werd voor den leider der N.S.B.,
ir. A. A. Mussert.
OPHEFFING
VLEESCH IN
VERBOD
111 .IK.
die
Naar van bevoegde zijde wordt vernomen,
is thans ontheffing verleend van het verbod
van de fabricage van ham in blik, schouder-
hdm in blik en leverpastei in blik. Echter is
de aflevering van deze producten in blik nog
verboden. Wel mogen ze, evenals zulks tot
dusver het geval was, vrij worden verkocht.
CAPSULES BEWAREN S.V.P.!
Alimuniumschaarschte de oorzaak van
dit veirzoek.
Naar wordt gemeld, hebben de fabrikanten
van de capsules, welke b.v. wijn-, ohe- en
melkflesschen afsluiten, tot hun afnemers
het dringende verzoek gericht de capsules te
bewaren. Deze capsules zijn in het algemeen
van aluminimum vervaardigd en daar men
op dit metaal zeer zuinig dient te zijn, heb
ben de fabrikanten aan him afnemers mede-
gedeeld, dat zij alleen nieuwe capsules kunnen
verstrekken, als zij daartoe in de gelegen-
heid worden gesteld door inlevering van de
oude.
Hierdoor zijn de leveranciers van melk, olie
en wijn op hun beurt gedwongen de medewer-
king van het publiek in te roepen, zoodat
thans verzocht wordt de oude capsules niet
weg te gooien, doch deze asm zijn leverancier
terug te geven._
EEN RIJKE GEMEENTE!
Dat, er gemeenten in ons land zijn, die er
zeer gunstig voor staan, blijkt uit een be-
richtje in „De Tijd". In de vergadering van
den gemeeneraad van Waalwijk heeft burge-
meester Moonen namelijk kunnen meedeelen,
dat zijn gemeente dit jaar een batig saldo
heeft van liefst 82.000 gulden.
Dit gunstig slot is een gevolg van belas-
tingoverschotten en voordeelige saldi van
enkele kleinere posten.
DUITSCHE EX-KEIZER NOG TE DOORN.
Via Amerika is in Engelsche kranten het
bericht verschenen, dat de Duitsche ex-keizer
in alle stilte naar Potsdam is vertrokken. Te
Berlijn wordt verklaard, dat dit bericht van
elken grond ontbloot is, daar de ex-keizer
nog steeds te Doorn vertoeft en niet voor-
nemens is om van verblijfplaats te veranderen
wie
met
onder
officie-
militaire eer
ren, die zijn aangespoeld
ter aarde besteld.
Daar er op het eiland geen Engelsche en
Fransche vlaggen aanwezig waren, konden de
kisten niet daarmede worden gedekt.
Aan de graven sprak allereerst Ds. Canne-
gieter uit Krommenie en vervolgens de Duit
sche pastor Wels.
Tenslotte legde de Duitsche commandant
een krans bij het oorlogsmonument, waarbij
hij met een kort woord de gevallenen her-
dacht.
Woensdag zijn op Schiermonnikoog opmeuw
twee lijken aangespoeld, waaronder dat van
een Engelschen vlieger.
MARSCH VAN DEN NATIONAEEN
JEUGDSTORM DOOR DEN HAAG.
Verscheidene afdeelingen van den Natio-
nalen Jeugdstorm, voomamelijk uit *s-iGra-
venhage en andere plaatsen van
Zuid-Hol-
DE HANDEL TUSSOHEN NEDERLAND
EN ZUIDOOST-EUROPA.
Het Nederlandsche Persbureau meldt:
In handelskringen te Berlijn verwacht men,
dat de thans inderdaad zeer levendige han-
delsbetrekkingen tusschen Duitschland en
Zuidoost-Europa ook tot toeneming van den
omvang van het handelsverkeer tusschen
Nederland en Zuidoost-Europa, met name
tusschen Nederland en Roemenie, resp. Joego-
Slavie, zal leiden. Men 'verwacht, dat Neder
land een groot gedeelte van het benoodigde
veevoeder in beide landen zal koopen. Joego-
Slavie heeft o.m. belangstelling voor Neder
landsche zaden en producten der boomkwee-
kerijen. Het in 1938 in het Servisch en
Kroatisch uitgegeven aan Nederland gewijde
nummer van de ,,Poljoprivredni Glasnik het
grootste landbouwtijdschrift van Joego-Slavie,
blijkt de belangstelling voor deze Nederland
sche voortbrengselen zeer bevorderd te heb
ben.
DER V.A.R.A. GOEDGEKEURD.
Woensdag heeft de vereenigingsraad van
de V.A.R.A. een vergadering gehouden,
waarin de volgende verklaring werd gegeven:
De vereenigingsraad van de V.A.R.A., in
vergadering bijeen op Zondag 28 Juli te Hil-
versum, kennis genomen hebbende van het
beleid, door het hoofdbestuur gevoerd, in het
bijzonder sinds het tijdstip, waarop ons land
werd bezet, erkennende, dat de omstandig-
heden sinds 15 Mei samenwerking met de be-
zettingsautoriteiten via de door hen aange-
wezen vertrouwenslieden noodzakelijk maak-
te, gehoord de verklaring dat de V.A.R.A.
kan voortwerken in socialistischen zin en dat
haar daarbij niet meer beperkingen zijn opge-
j legd, dan aan de andere omroepen bij het
verrichten van hun werkzaamheden,
spreekt over het gevoerde beleid van het
hoofdbestuur zijn goedkeuring uit en draagt
het on, zijn werkzaamheden in dien zin met
kracht voort te zetten.
Deze verklaring werd met algemeene stem-
men aangenomen.
De heer E. Bomli, programmachef der
V.A.R.A., werd met algemeene stemmen
in het dagelijksch bestuur gekozen.
WEER POSTPAKETTEN NAAR
DUrrSOHLAND.
De verzending van gewone postpaketten
van Nederland naar Duitschland en in omge-
keerde richting is met ingang van 1 Augustus
a.s. weer mogelijk. Aangeteekende, verre-
ken-, expres- en dringende pakketten zijn nog
nie toegelaten.
Voor de verzending van pakketten uit Ne
derland gelden nog de oude uitvoerbepalin-
gen en verboden en ook de Duitsche invoerbe-
perkingen. Alvorens een pakket te verzen-
den, informeere men ten postkantore, of de
inhoud voor uitvoer uit Nederland, resp. in-
voer in Duitschland is toegelaten.
OOK BRIEFPAKJES NAAR
DUITSCHLAND.
Behalve de postpakketten kunnen in het
verkeer met Duitschland met ingang van 1
Augustus a.s. ook briefpakjes worden ver-
zonden. Het maximum gewicht dezer pakjes
bedraagt 1 kg. Aangeteekende verzending
van briefpakjes is niet toegelaten.
PASSAGIERSSCHIP OP HET IJSSELMEER
DOOR BRITSCH VLIEGTUIG BESCHOTEN.
Twee opvarenden gedood, vier
anderem emstig gewond.
Het A.N.P. meldt:
Woensdagmiddag is de boot ,,De IJssel"
van den dienst AmsterdamBwolle door een
Engelsch vliegtuig met bommen en mitrail-
I leurvuur bestookt, waardoor twee opvaren-
I den, de heeren J. Hofman uit Kampen, ser
geant bij den opbouwdienst en H. Kummer
uit Zwolle, werden gedood. Vier personen,
twee heeren en twee dames werden zwaar
gewond, terwijl een aantal anderen lichtere
kwetsuren opliepen.
Woensdagmiddag te drie uur kwam de
boot te Kampen aan. De opvarenden deelden
mede, dat het schip, een passagiers- en
vrachtboot, een kwartier varens buiten de
Ketel, op het Usselmeer, door een Engelsch
vliegtuig was aangevallen. Het toestel kwam
uit de wolken neergedoken en wierp twee
bommen omlaag, welke achter het schip in
het water vielen en ontploften, zonder schade
aan te richten. Het vliegtuig viel ten tweeden
male aan en gooide thans drie bommen uit,
welke voor het schip in het water vielen,
doch niet ontploften. Nu keerde het vlieg
tuig voor de derde keer terug en bestookte
het vaartuig met mitrailleurvuur. Dit mitrail-
leurvuur veroorzaakte de dooden en gewonden.
De geneesheer, die aan boord was, verbond
de gewonden voorloopig. Te Kampen werden
de dooden en gewonden met behulp van man-
schappen van den opbouwdienst van boord
gehaald en naar het ziekenhuis gebracht.
Zwaar gewond werden de heeren J. ten
Teij uit Amsterdam en G. J. ter Pel uit En-
schede en de dames Maria Pot uit Amster
dam en Trijntje Kors uit Sassenheim. De
lichtgewonden hooren alien te Kampen thuis
en konden, na te zijn verbonden, naar hun
woningen terugkeeren.
Dat de passagiers door een dergelijken aan-
val ontsteld waren en tevens verbolgen, laat
zich verstaan. Het motief voor een derge
lijken aanval van Britsche zijde op een der-
gelijk passagiersschip laat zich ook moeilijk
raden, evenmin als het militair nut dat een
vemietiging van dergelijk schip met opvaren
den voor het Britsche rijk zou kunnen hebben.
Nederlandsche bloemen weer in groote hoe-
veelheden op de Duitsche markt. Dat duurde
tot eind Juni; de toegestane betalingscontin-
genten waren toen geheel opgebruikt. Begin
Juli waren de nieuwe contingenten nog niet
toegestaan. Ook de z.g. „Vorgenehmigung"
lieten langer dan in andere jaren op zich
wachten. Maar thans is alles in orde en zul
len tegen 2 Augustus de Nederlandsche bloe
men weer in Duitschland verschijnen, en wel
in zeer groote hoeveelheden, tot blijdschap
van den invoerhandel en van de Duitsche
volksgenooten, die het zonder Nederlandsche
bloemen niet kunnen stellen. Alsmeer is er,
naar wij vememen, ook zeer verheugd over.
Immers, van ouds her ging omstreeks 80
van den Nederlandschen uitvoer van gesneden
bloemen naar Duitschland.
ER ZIJN VOLDOENDE SIGARETTEN.
Iedere wolk heeft een zilveren rand. Zoo
kunnen wij den sigarettenrookers, die zich
misschien wat neerslachtig zullen gevoelen
bij de gedachte, dat zij zich de volgende
maand wat meer zullen rnoeten beperken,
toch nog een gunstig nieuwtje geven, aldus
de Tel.
Er is namelijk een regeling getroffen met
de importeurs, ten einde dezen in de gelegen-
heid te stellen, hun klanten te blijven bedie-
nen. Natuurlijk is het hun onmogelijk, de ge-
importeerde merken te blijven leveren. Na
verkregen toestemming van het Rijksbureau
voor Tabak kunnen zij zich echter in ver-
binding stellen met een of ander Nederland
sche fabriek, om daar het aantal sigaretten te
laten maken, dat zij in normale omstandig-
heden omzetten.
Dat de winkeliers hiervan op het oogenblik
nog niet al te veel hebben gemerkt, vindt o.m.
zijn oorzaak hierin, dat de fabrieken vrijwel
geen voorraad hebben. Zij werken evenwel,
naar men van bevoegde zijde verzekerde, alle
op voile capaciteit, zoodat binnenkort in elk
geval dat gedeelte kan worden afgeleverd,
waarop de verbruiker krachtens de van maand
tot maand geldende regeling recht heeft.
DE BIJZONDERE GEV OLM AOHTIGDE
VAN DEN RIJKSCOMMISSARIS
VOOR ROTTERDAM.
Tot bijzondere gevolmachtigde voor Rotter
dam, van wiens benoeming sprake is in het
bericht omtrent de aanwijzing van provinciale
gemachtigden van den Rijkscommissaris, is
naar de N. R. Crt. verneemt aangewezen dr.
Folkner. Deze heeft Woensdag zijn functie
aanvaard.
OORLOGSOMSTANDIGHEDEN
ZIEKTEWET.
EN
DE BRANDSTOFFENVOORZIENING
Mag men de „Telegr." gelooven, dan ziet
het er met de brandstoffenvoorziening voor
den komenden winter ver van gunstig uit.
Er heeft, zooals bekend, een eerste toe-
wijzing plants gehad, bestaande uit eei
kwantum van 20 pet. van het gebruik van
vorige jaren.
In handelaarskringen houdt men er Toke
ning mee, aldus de Telegr., dat niet meer dan
drie toewijzingen van deze grootte zullen
worden verstrekt.
Dat wil dus zegglen, dat we hoogstens
komen tot 60 pet. van het verbruik van
vorige jaren.
Dit gevoegd bij. het feit, dat we een „ver-
duisterde" winter tegemoet gaan, geeft voor
het winter-seizoen weinig grond voor opti-
misme.
DE NEDERLANDSCHE VERLIEZEN
IN MEI.
Naar thans van officieele Duitsche zijde
wordt meegedeeid, hebben de totale verliezen,
die het Nederlandsche leger en de Neder
landsche vloot gedurende de periode van
tot 15 Mei hebben geleden bedragen:
10
ZONDER
VERGUNNING GEEN NIEUWE
BANDEN OP AUTO'S.
Naar de N. R. Crt. verneemt is het ver
boden op auto's nieuwe banden te monteeren,
zelfs wanneer men ze zelf in voorraad heeft.
Daartoe moet eerst vergunning worden ge-
vraagd aan het rijksbureau voor rubber.
Gebruikers van auto's zijn verder verplicht
de banden van een nieuw loopvak te laten
voorzien, zoodra dit noodig is. Ook met repa-
raties mag niet getalmd worden.
INVOER VAN NEDERLANDSCHE
BLOEMEN IN DUITSCHLAND.
De voor den invoer van Nederlandsche
bloemen door Duitschland beschikbaar ge-
stelde betalingscontingenten voor het derde
kwartaal blijken het viervoud van het vorige
jaar te bedragen. Men moet hierbij echter
bedenken, dat het Duitsche rijk thans grooter
dan het vorig jaar is.
De Duitsche markt voor Nederlandsche
bloemen heeft in Juli geheel stil gelegen. Tot
10 Mei j.l. werden er in Duitschland geregeld
Nederlandsche bloemen ontvangen. Van 11
tot 20 Mei moest Duitschland het zonder
Nederlandsche bloemen doen. Tot ieders ver-
wondering kwamen echter reeds op 21 Mei de
2890 dooden,
6889 gewonden
en 29 vermisten.
Deze cijfers geven een geheel anderen in-
druk van de verliezen van de Nederlandsche
weermacht tijdens de oorlogshandelingen dan
die welke af en toe via den Engelschen om-
roep zijn verspreid en welke kennelijk door
de neiging tot tendentieuze overdrijving ge-
inspireerd waren. De bovengenoemde verlie
zen zijn in overeenstemming met de opgaven,
die van Nederlandsche militaire zijde zijn ver
strekt.
De verliezen onder de burger-
bevolking te Rotterdam.
Ook met de betrekking tot de verliezen,
die tengevolge van de oorlogshandelingen on
der de burgerbevolking te Rotterdam zijn ge
leden, zijn ons van officieele Duitsche zijde
mededeelingen gedaan, welke strooken met de
eerder door officieele Nederlandsche instanties
vermelde gegevens.
In de maand Mei zijn er te Rotterdam in
het geheel 977 personen overleden, hiervan
door oorlogshandelingen 619. De overige
sterfgevallen komen op de rekening van de
normale sterfte ten gevolge van ziekte,
ouderdom, enz. (N. R. Crt.
ENGELSCHE VLIEGTUIGEN BOVEN
AMSTERDAM.
Opnieuw zijn Woensdagnacht Engelsche
vliegtuigen boven de hoofdstad verschenen. In
het nachtelijke duister hebben zij drie bom
men uitgeworpen, welke echter noch mate-
rieele schade noch persoonlijk letsel hebben
veroorzaakt. De bommen zijn alle neerge-
komen op een weiland in den Blauwpolder
van den Broekermeerpolder ten Noorden van
Amsterdam.
In zeer vele bedrijven is, hetzij; door de
oorlogsomstandigheden, hetzij door evacuatie-
maatregelen eniz. korteren of langeren tijd
niet gewerkt. De vraag is gerezen of de
ziekteverzekering in de genoemde periode
moet worden geacht te zijn doorgegaan,
m.a.w. of hier artikel 30 van de Ziektewet
moet worden toegepast. Genoemd artikel be-
paalt toch in het derde lid, dat de verzekering
slechts voortduurt, indien de verzekerde tij
dens zijn dienstbetrekking den overeenge-
komen arbeid tijdelijk niet heeft kunnen ver
richten tengevolge van weersinvloeden, ge-
brek aan materialen en dergelijke omstandig-
heden". Het bestuur van de Federatie van
Bedrijfsvereenigingen meent, dat het ge
wenscht is aan te nemen, dat de verzekering
in meeigenoemde periode wel is doorgegaan
en het heeft den aangesloten bedrijfsvereeni
gingen verzocht bij de behandeling van ziekte-
gevallen met deze zienswijze rekening te wil-
len houden.
Ulvenhout.
Amico,
Den gewonen mensch
krijgt van zoo'n man-
neke als den Eeker
maar gin hoogte.
Den eenen oogenblik
beziet ge 'm, mee
z'n schriel figuurke,
z'n onnoogelijk per-
soontje en z'n eeuwi-
ge „kweetnie", als 'n
kwiebuske wat kin-
derlijk veur z'n ja
ren den anderen
oogenblik ziet ge 'm
als 'n oud, wijs man-
neke, dat alles van 't leven wit.
In veul dingen is ie bitter jonk, in andere
di ngen veul oud. En daar tusschen-in staat
ie, mee zijnen amperen wasdom, wat onhan-
di'g te schutteren onder z'n medemenschen,
die zooveul zekerder in 't leven staan.
In prilste jaren leerde-n-ie 't leven wan-
trouwen. Want 't scheen hoofdzakelijk te
bestaan uit trappen, snaauwen, 'n leeg gevoel
in den buik en uit spot.
Kortom: uit veul lillijke dingen. En, gek,
toch waren er wel mooie dingen ook. Maar
die lagen b.v. achter dikke spiegelruiten, on
der stralend, blinkend licht. Enneals ge
daar dan lank naar keek, 't was soms ook
zoo heel mooi, dan kwam er 'nen kolossalen
diender veurbij, die pakte-n-oe bij n oor,
dat in den winter meestal kapot was, en
sleurde-n-oe 'n paar meters wijerop, snaau-
wende: „as ik je vanavond nog 's trappeer,
ga je mee, 't kot in, boef!" En meestal dee
't oor dan veul te veul pijn om te zeggen:
„vroest vent", ofde klompen waren te
slecht om dan rap weg te loopen.
Toch was er 'ns 'n wonder gebeurd!
Op 'nen kouwen winteravond, toen ie sjuust
't kiepevel van z'n armen stond te wrijven.
•n Oud vrouwke, mee 'n tooverheksgezicht,
dat lijk 'nen veugelkop boven den opstaanden
kraag van 'n pellerientje kwam gestoken. had
m toen meegenomen naar 'n scheur, zoo n
smal poortje in 'n winkelstraat. Daar woon-
de zij, op 'nen trap, 't Stonk er geweldig,
maar 't was er lekker werm. Hij had daar
drie botrammen gekregen mee suiker en 'n
kom heete koffie, of was 't thee? En als
ie dat allemaal op had, dan had t vrouwke
o-ezeed: ,,wij zijn maar erme menschen, jon-
gen. Ik ben al zeuventig jaren erm, hoe oud
zijde gijMaar ge mot toch altij maar
vertrouwen op Onzenlievenheer. Veur Hum
zijn alle menschen gelrjk. En van ons houdt
ie 't meest! Want hij was eigens ook erm
op eerde!"
Zoo begost zijn godsdienstige opvoedmg.
Twee keer per week kreeg ie drie botrammen
mee 'n kom heeten slobber en dan vertelde zij
lets over God. Eer den winter om was, gong
't goeie mensch dood.
Op 'nen vroegen mergen, 't was nog don-
ker, wierd 't pellerientje begraven. Den
Eeker vurmde denstoetHij liep bezijen
den lijkwagel. Op 't kerkhof mocht ie nie.
Dus bewees ie 't feeke de leste eer, van achter
de trades van de inrijpoort.
Daarna was ie naar de stad verom geslen-
terd deur den kouwen nevel van den winter-
Veul eenzaam. 't Manneke had
Oorspronkelij ke toman van
WILLY WATERMAN.
(Nadruk verboden.)
39) Vervolg.
De kolonel lachte en stond op:
„Uw firma is wel voortvarend, jongeman...
is u soms Amerikaan?"
John schudde het hoofd:
,,Neen, zuiver Engelsch, van vader- en moe-
derskant! Maar de Amerikaansche wijze van
zaken doen is absoluut de beste... alle tijdver-
lies is geldverlies!"
De kolonel scheen dit standpunt te deelen,
want hij knikte en ging op de deur toe.
,,Mag ik u verzoeken, een kop thee bij ons
te blijven gebruiken, mijnheer Weymouth?"
John accepteerde het gaarne. Het was
heet buiten, de rit was stoffig geweest en er
was op dat oogenblik niets, waamaar hij na
al dat gepraat meer verlangde dan naar een
kop thee.
De kolonel verzocht, voor te mogen gaan
en leidde hem naar het achterhuis, in een
groote kamer, waar de met jaloezieen afge-
dekte ramen een schemerig licht binnenlieten.
De kamer was geheel in Indischen trant ge-
meubileerd, als er dan nog van meubilair
mocht worden gesproken, en in het midden
van het vertrek, in een rieten stoel, zat een
man, ongatwijfeld de gast, dien John enkele
uren tevoren het hek had zien binnenrijden.
Toen hij den kolonel en John zag binnentreden,
richtte hij zich in het schemerdonker op en
John meende in de kleine silhouet tegen het
venster iets bekends te ontdekken. Maar hij
zette dat oogenblikkelijk van zich 'e^-s
onmogelijks en het volgend moment klonk de
stem van den kolonel:
,,Ik heb een tweeden gast vandaag, mijn
heer Weymouth... mag ik u even aan elkaar
voorstellen, mijnheer Weymouth... mijnh..."
De rest van zijn woorden hoorde John niet in
de plotselinge ontsteltenis, die door hem heen
schoot. Op het oogenblik, dat de man uit den
stoel oprees en op hen toekwam, herkende hij
hem niet dadelijk, maar nu hij vlak voor hem
stond, zag hij op slag, wie het was. Het was
de man, wien hij de kudde olifanten had af-
handig gemaakt, door zich voor jager op grof
wild uit te geiven...
En toen had hij den naam Crofts genoemd
en was hij jager; nu heette hij Wegmouth en
was hij handelaar in oude beelden!
De situatie was afgrijselijk en werd er niet
beter op, toen het kleine mannetje vddr hem
zijn hand greep en die opgewonden heen en
weer begon te pompen:
,,0, maar wij kennen elkaar al, kent u hem
niet, kolonel.hij heeft vroeger op grof wild
gejaagd, tot een ongeluk hem dwong, er mee
op te houden! U moet zijn jachthistories hoo
ren!"
Terwijl het kleine mannetje sprak, begreep
John, wiens hersens met een koortsige snel-
heid werkten, dat hier maar 66n ding redding
kOn brengen en dat was algeheele, absolute
kalmte en een groote dosis zelfvertrouwen.
Hij glimlachte daarom verrast, slaagde er
in, zelfs aangenaam verrast te glimlachen en
wendde zich tot den kolonel:
,,Werkelijk, mijnheer Wilson, dit is een on-
verwacht genoegen... nooit had ik gedacht,
dat ik mijn goeden vriend Wainwright hier
nog zou ontmoeten; dat wordt een genoeg-
lqke namiddag!"
Hetgeen hij berekend had, werd een feit,
Het kleine mannetje was zoo vereerd, aoor
een groot jager tot zijn goeden vriend te wor
den gepromoveerd, dat hij zich haastte, dat te
bevestigen.
John ging verder uit van het standpunt,
dat voorkomen steeds beter is dan genezen,
zeker in de strategic en begon een verklaring
te geven van het feit, dat hij thans den naam
van Weymouth had opgegeven:
,,Ja", ging hij voort, ,,we kenden elkaar al
in den tijd, dat ik nog onder mijn eigen naam
werkte en niet onder dien van de firma, is
het niet
Het mannetje knikte en John zag eenige
belangstelling in de oogen van den kolonel,
toen die over zijn schouder keek; hij stond bij
het likeurkeldertje, waar hij bezig was, enkele
whisky-soda's klaar te maken.
„Mijn vader, die stierf toen ik nog klein
was. droeg den naam Crofts!" legde John uit,
met een radheid, die hem zelf verbaasde; het
scheen. dat de nabijheid van het olifanten-
mannetje hem steeds tot fantasieen inspi-
reerde. „Toen ik tien jaar was, hertrouwde
mijn moeder, met iemand, die een grooten
handel in kunstartikelen had en den naam
droeg van Weymouth", ging hij voort en vlei-
de zich, dat het zeer aannemelijk klonk.
,,Toen ik dus gedwongen was, het jagen ten
gervolge van een ziekte eraan te geven, kwam
ik bij mijn tweeden vade* in de zaak en nam
op mijn zakenreizen den naam aan van Wey
mouth. dat was beter voor de zaak ook, dat
spreekt vanzelf!"
De verklaring klonk zoo natuurlijk, dat
John er zelf verbaasd van stond en hij nam
zich op staanden voet voor, om, als er iets
met het testament van oom Panniford mocht
misloopen. in de diplomatie te gaan. Terwijl
hij zijn glas whisky aannam, vertelde hij zich-
zelf, dat iemand met een dergelijke aangebo-
ren gave om zich uit moeilijke situaties te
redden voor diplomaat in de wieg was gelegd.
En van dat oogenblik af bepaalde hij zich
er toe. het gesprek van de jacht af te leiden
en eerder te converseeren over de relativiteits-
theorie dan over het schieten van wilde die-
ren. Het was e£n ding, verhalen op te dis-
schen tegen iemand, die er alleen maar in boe-
mergen.
ken over had gelezen, zooals het kleine man
netje, maar een tweede, om die verhalen te
vertellen, waar de kolonel bij zat...
Dus maakte hij een opmerking over zijn
pogingen om die tijden voorgoed te vergeten
en de kolonel raalite het onderwerp niet meer
aan. Het vleugje wantrouwen, dat eventueel
in hem kon zrjn opgekomen, werd dadelrjk
weggevaagd, door het besef, als die mijnheer
Weymouth een bedrieger was en daar zag hij
er veel te eerlijk en open voor uit, het dan
toch een verduiveld rare was, om een tuin-
beeld te kopen ver boven de waarde!
Dus vlotte het gesprek uitstekend; de
smalle streepjes zon, die door de reetjes van
de jaloezieen vielen, kropen langzaam over
den vloer en bereikten tenslotte den muur aan
de overzijde van het vertrek.
Toen ontdSkte John plotseling, dat het voor
hem meer dan tijd werd om te gaan en hij
stond op. De kolonel rees eveneens overeind,
na een opgewekt debat over het voor en tegen
van Indische bedienden, waarbij John zich
waagde aan enkele anecdoten, die hij van
vTienden, die in de tropen waren geweest, had
gehoord.
Zijn gastheer kondigde aan, dat hij de be
dienden het beeld in den wagen van John zou
laten zetten, als het er tenminste in kon.
John zei, dat dat tot zijn spijt niet gaan zou.
daar het een gesloten wagen was; waarop de
kolonel onmiddellijk zijn eigen, open zesper-
soons auto tot zijn beschikking stelde.
,,Als het daar niet in kan, gaat het nergens
in", lachte hij.
John achtte het echter beter, daar hjj den
kolonel een te sympathiek man vond, om hem
uit te buiten, eerst een behoorlijken prijs voor
het beeld vast te stellen. De kolonel wilde
den prijs steeds omlaag hebben en John steeds
omhoog. Het was de meest zonderlinge han
del, die ooit was gedceven, maar ten laatste
werden ze het eens over een prijs van vijftien
pond, wat volgens John te weinig was.
De kolonel antwoordde daarop, door aan
een bellekoord te trekken en ditmaal ver-
scheen oogenblikkelijk een bruine, maar Euro-
peesch gekleede bediende. Hij maakte een
diepe buiging en hoorde zich door den kolonel
in rad Hindoesch enkele bevelen geven. Als
een schaduw verdween hij weer, na opnieuw
een diepe buiging gemaakte te hebben.
Binnen vijf minuten staat het beeld in den
wagen voor mijn deur", zei hij, ,,het zou me
echter groot plezier doen, als ik mijn wagen
op de een of andere wijze morgen terug kon
krijgen. Ik moet morgen met mijn vrouw een
langen tocht maken en dat doe ik het liefst
in mijn eigen wagen!"
John beloofde, dat de auto den volgenden
morgen om acht uur bij zijn huis staan zou
en na afscheid genomen te hebben van de
vrouw van den kolonel, die, zooals zij zei, al-
tijd liever alleen zat, dan te luisteren naar
de soldatenverhalen van ,,die mannen onder
elkaar", gingen ze naar den voorkant van het
huis.
Op dat oogenblik kwam de auto van den
kolonel, een lange, open zes persoons wagen,
waar achter in het beeld van Venus lag, om
den hoek van het huis gereden en John deed
het overeengekomen bedrag in een enveloppe,
welke hij met eert glimlach den kolonel ter
hand stelde.
Zijn stemming, toen hij het sleuteltje van
zijn eigen wagen weer in het slot stak, om
dien zoolang in de garage te laten zetten en
daarna achter het stuur van den anderen
wagen klom, was van de beste.
Hij startte den motor en reed weg, het weg-
stuiVende grint over, met zijn hand wuivend
naar den kolonel en het kleine mannetje aan
diens zijde.
„W!at een kerel!" zei het kleine mannetje
tewonderend.
,,,Een verduiveld aardig vent!" bevestigde
de kolonel, ,,ga mee, dan zullen we vragen,
j wat mijn vrouw voor een nieuw beeld wil
hebben!"
(Wordt vervolgd.)