Voedt Uw huid 'snachts met Purol
Buitenland
want zij wordt er zoo zacht en mooi, zuiver en gezond door. Doe dit 1 of 2X per week.
Ook vetwormpjes, vlekjes, pukkels enuitslag verdwijnen er door. Tube 45, Doos 60—30 ct.
(Ingez. Med.)
I»E HERVATHNG VAN DE KUSTVAABT.
In verband met de hervatting van de vaart
op de Oostzee met kustvaartuigen deelt het
rijksbureau zeescbeepvaart het volgende
mede.
iHet uitvaren van schepen is zonder ver-
gunning van het rijksbureau zeescheepvaart
niet toegestaan. Deze vergunning kan onder
bepaalde voorwaarden worden verleend. Tot
deze voorwaarden behoort, dat de reeder of
kapitein-eigenaar aangesloten is hetzij bij den
bond van werkgevers in het kustvaartbedrijf
in Rotterdam, hetzij bij het bureau van de
centrale Groninger kustvaart-organisatie.
Deze laatste organisatie wordt eerstdaags op-
gericht: intusschen kan men zich voorloopig
aansluiten door inschrijving bij het rijks
bureau zeescheepvaart, dat gevestigd is Bezui-
denhout 30, 's-Gra venhage
De bevrachting van de kustvaartuigen in
uitgaande zoowel als in thuiskomende rich-
ting geschiedt centraal bij' het rijksbureau
zeescheepvaart c.q. bij het centraal-bevrach-
tingbureau voor de kustvaart. De oprichting
van dit bureau verkeert eveneens in verge-
vorderden staat van voorbereidihg. Het ligt
niet in de bedoeling de scheeps- en vracht-
makelaars uit te schakelen.
Van de totstandkoming van de centrale
Groninger kustvaart-organisatie en het cen-
traal-bevrachtingsbureau voor de kustvaart
zal binnenkort mededeeling worden gedaan.
EENVO UI>I GER MENU'S IN
RESTAURANTS ENZ.
Naar het Alg. Hbl. vemeemt is hitmen af-
zienbaren tijd in hotels, restaurants en pen
sions een vereenvoudiging. van de menu's te
verwachten. Op dit gebied zal het Rijksbu
reau voor hotel-, cafd- en pensionbedrijf richt-
lijnen geven, waarbij het zich door deskun-
digen zal laten voorlichten.
Eenvoudiger menu's bestaan reeds geruimen
tijd in Duitschland en zijn ook in Engeland en
Frankrijk ingevoerd.
DE NEDERLANDSCHE POLITIE VERVULT
HAAR T AAh IN VOT.T.FV OMVANG.
Van bevoegde zijde wordt het navolgende
onder de aandacht der N. R. Crt. gebracht.
Bij een deel van het publiek en vermoede-
lijk tengevolge daarvan ook bij eenige politie-
functionarissen heeft zij het ook tot heden
in geringe mate de meening post gevat,
dat de Nederlandsche politie grootendeels zou
zijn uitgeschakeld.
Niets is minder juist.
Nog steeds vervult de Nederlandsche rijks-
en gemeentepolitie in vollen omvang haar
taak. De haar oorspronkelijk opgedragen wet-
telijke bevoegdheden zijn door de Duitsche
bezetting eerder toe- dan afgenomen.
Het gedeelte van de bevolking, hetwelk
geloof schenkt aan die onjuiste opvatting en
hieruit meent te kunnen concludeeren, dat
aan verstoring van de openbare orde, rust en
veiligheid thans minder gevaar verbonden is,
wordt er met nadruk op gewezen, dat de
Nederlandsche politie de haar opgedragen
taak tot handhaving der rust, orde en veilig
heid met alle haar ten dienste staande mid-
delen en met den steun van de hier aanwezige
Duitsche autoriteiten met alle kracht en op
de meest grondige wijze zal uitoefenen.
TR AN SFERBET ALINGEN UIT
DUTTSOHLAND HERVAT.
De departementen van Handel, Nijverheid
en Scheepvaart en van Financien maken be-
kend, dat de transfer van kapitaalopbrengsten
van Duitschland naar Nederland wederom in
den tot dusverre gebruikelijken omvang wor
den hervat.
De uitbetalingen hier te lande zullen, even-
als tot dusverre, geschieden door de Vereeni-
ging voor den Effectenhandel en door den
postcheque- en girodienst, naar gelang van
de van de Konversionskasse fur Deutsche
Auslandsschulden ontvangen opgaven van
aldaar gedane stortingen.
SLACHTVERBOD 1940 VARKENS.
In het Verordeningenblad van Zaterdag is
opgenomen een beschikking van den secre-
taris-generaal betreffende het slachten en
doen slachten van varkens.
In artikel I wordt gezegd, dat het slachten
en doen slachten van varkens is verboden.
Artikel n bepaalt, dat het verbod, gesteld in
artikel I, niet geldt indien de Nederlandsche
Veehouderijcentrale ontheffing daarvan heeft
verleend en de voorwaarden, zoo noodig aan
deze ontheffing te verbinden, zijn nagekomen.
Deze beschikking treedt in werking met
den dag harer afkondiging en eindigt met in-
gang van 1 Januari 1941. Zij kan worden
aangehaald als iSlachtverbod 1940 Varkens.
Het Kon. besluit van 11 Mei 1940 No. 6 is
ingetrokken met ingang van Zondag.
WAAR DE KINDEREN HEENGAAN.
Een uiteenzetting van Gouwleider Eigruber.
In verband met het vertrek van
treinen met Nederlandsche kinderen
naar de Ostmark heeft Gouwleider
Eigruber aan de pers een en ander
verteld over het land, waarheen deze
kinderen zijn vertrokken en nog ver-
trekken zullen. Zooals men weet, is
dit land het bekende Salzkammergut,
dat vroeger zoo gaame door toeris-
ten werd bezocht en ook wel Ober-
donau wordt genoemd.
De streek ligt tusschen het Bohemerwoud
en de uitloopers van de Alpen en is omringd
met door eeuwige sneeuw bedekte bergen.
Het is het oude Zuid-Duitsche land, waar o.a.
de bekende componist Anton Bruckner van-
daan kwam en waar ook Adolf Hitler werd
geboren en zijn jeugd doorbracht. Landschap
en bewoners zijn typisch Duitsch.
Niemand verlangt terug naar vroegier.
Men stelt het, aldus de heer Eigruber, wel
eens voor, alsof de Oostenrijksche bevolking
van deze streek zou terugverlangen naar
herstel van het oude Keizerrijk, maar er is
geen enkele Ostmarker, die de vroegere zelf-
standigheid van zijn land de voorkeur geeft
boven den tegenwoordigen toestand. De men-
schen zijn er gelukkig en tevreden. De
eenigen, die niet tevreden zijn, zijn de uitge-
weken emigranten en de 150.000 verdreven
Joden.
In 19201922, den tijd van den ergsten
nood, waren er in lOostenrijk 600.000 werk-
loozen; men had geen hoop en geen levens-
lust meer en men leed honger. Het was in
dien tijd, dat vele kinderen uit Qostenrijk
naar Nederland kwamen, uitgeteerd en ziek,
om hier welgedaan te worden.
Werkloosheid is er nu niet meer. Zelfs zijn
er 40.000 vrijwillige arbeidskrachten uit
andere landen te werk gesteld. Tusschen den
toestand in 1937 en in 1940 is een onbegrij-
pelijk groot onderscheid te constateeren.
Groote terreinen, die vroeger ongebruikt
lagen, zijn in meer dan Amerikaansch tempo
bebouwd. De grootste cellulosefabriek der
geheele wereld is hier verrezen; hier staan de
Hermann Goering-werken met 12 hoogovens
en vele andere fabrieken.
Geen dwang.
De Ostmarkers wenschen geen van alien
den tijd terug, waarin zij moesten leven van
3 a 4 gulden per week. Bij dit alles heerscht
geen dwang, maar zij hebben de idee der ge
meenschap vrijwillig aanvaard. De Ostmark
leverde de soldaten, die in Narvik streden
en hun divisies waren de eerste, die in Parijs
binnentrokken. Zij zijn trotsch en gelukkig
dat zij een onderdeel van het Duitsche Rijk
uitmaken.
De kinderactie, aldus de heer Eigruber, be-
oogt geen propaganda, maar is een uiting
van dankbaarheid voor wat Nederland in
1921 en 1922 voor de Oostenrijksche kinderen
heeft gedaan. Men voelt een nauwe verbon-
denheid met de Nederlanders, met wie zij in
zooveel opzichten, ook wat aard en karakter
betreft, overeenkomst vertoonen.
Het vroegere Wleenen vertoonde een hoog
sterftecijfer en het laagste geboortecijfer der
geheele wereld. Nu is dat juist andersom. De
sterfte -is veel minder geworden en de groote
levenslust blijkt uit het groote aantal kinde
ren, dat geboren wordt. Men heeft meer hoop
voor de toekomst.
Ook de Nederlandsche kinderen zullen goed
worden verzorgd, al krijgen ze niet meer, dan
de eigen bevolking. Zij zullen gezond en vo1
levenslust en na veel genoten te hebben, over
eenige maanden naar het vaderland terug-
keeren.
(Nadruk verboden.)
TOESPRAAK VAN
MR. ROST VAN TONNINGEN TOT
DE ARBEIDERS.
De Zaterdag benoemde commissaris voor
de S.D.A.P., RjS.A.P. en C.N.P., Mr. M. M.
Rost van Tonningen, heeft Zaterdagavond een
radiorede tot de arbeiders gehouden, waarin
hij o.m. zeide:
Een tragisch noodlot heeft gewild, dat het
eerbied afdwingende idealisme, waarmede de
socialistische arbeiders den strijd voor lots-
verbetering zijn begonnen, in den loop van het
moderne parlementarisme geleidelijk in rook
is opgegaan.
De arbeidersbeweging werd niet alleen van
boven af in het parlement gesaboteerd, maar
bovendien door het politieke Christendom van
binnenuit gespleten. Ondanks deze innerlijke
breuk, ondanks de ontzaglijke tegenwerking,
waarmede de ware strijders voor het socia-
lisme hebben te kampen gehad, is echter ont-
zaglijk veel bereikt. Ieder Nederlander, die
onbevooroordeeld den arbeid van de laatste
halve eeuw in rvogelvlucht overziet, zal tot de
erkenning komen, dat zoowel in de SJD.A.P.
als in het N.V.V., menig idealist even hard
voor de lotsverbetering van den arbeider heeft
gestreden, als in het volksche socialisme onzer
dagen. Maar eveneens dwingt deze terugblik
ons tot de erkenning, dat het ideaal zelf, de
verwezenlijking van een socialistische ge-
meenschap niet werd bereikt
Waarom werd nu de leiding van de oude
S.D.A.P. van haar functie ontheVen?
Deze leiding heeft de stuwkracht gemist,
om het diepe verlangen der arbeiders naar
maatschappelijke vemieuwing ook maar in
eenigszins voldoende mate te bevredigen. Zij
heeft in den politieken strijd zoozeer haar be-
ginselen verzaakt door het aangaan van coa-
lities met partijen van een lijnrecht tegenge-
steld beginsel, flat van haar niet te verwach
ten was, dat zij die vemieuwing zou k.unnen
leiden.
De weg naar een betere toekomst kan door
nieuwe leiders gewezen worden, die van onder-
op uit de rijen der arbeiders moeten voort-
komen.
Deze nieuwe leiders hoeven slechts aan te
knoopen bij de oorspronkelijke idealen van
Nederlandsche socialisten. Kunnen zij deze
in vervulling brengen, dan zal het heele
Nederlandsche volk hun dank weten.
Zelden is de nood in een volk zoo hoog ge-
stegen als op het oogenblik in het onze. De
verschrompeling Van de welvaart heeft een
werkloosheid veroorzaakt, die ondervoeding
en lichamelijke ondermijning tot een schrik-
barenden omvang heeft doen stijgen.
Het grenst aan beleedigende schijnheilig-
heid als men aan deze ontzettende gevolgen
van het kapitalistische systeem zou willen
voorbijgaan en over geestelijke waarde zou
willen spreken, alvorens de materieele Vraag-
stukken op te lossen. De hooge nood dwingt
ons als eerste socialistische eisch te stellen,
den arbeider datgene te geven, wat de socia
listische strijders hebben samengevat onder
den kreet: „vrijheid, arbeid, brood".
In de waarachtige socialistische gemeen-
schap worden de werkers van een volk zoo-
danig in hun productie-kracht gericht, dat zij
niet volgens het Winstprincipe over de bedrij-
ven worden Verdeeld of daaruit worden ge-
stooten. Neen, de arbeidsgemeenschap van
het volk moet op de vervulling van de nood-
zakelijkste levensbehoeften in de eerste plaats
worden gericht.
Een socialistische arbeidersklasse dient dan
ook aan elk bewind de volgende eischen te
stellen:
1. Het onmiddellijk ontwerpen van een ar-
beidsplan /voor het Nederlandsche volk, dat
de productie voor de eigen behoeften in de
toekomst binnen de wordende Europeesche
gemeenschap zal waarborgen.
2. De inschakeling van alle arbeiders ten-
einde de werkloosheid op te heffen en een ge-
waarborgde vacantie, met behoud van loon, te
kunnen invoeren.
3. De organisatie van ontspanning door de
opening van reisgelegenheid in deze vacantie-
dagen.
Met deze laatste eisch bestreden wij het ge
bied van de cultuur. Het zou een miskenning
zijn van hetgene wat N.V.V. en S.D.A.P. heb
ben tot stand gebracht, als wij aan den cul-
tuurarbeld van de socialistische arbeiders zou-
den voorbijgaan, die reeds thans verwezenlijkt
is in de ontwikkelingsinstituten en ontspan-
ningsgroepen, in hun kunstbeoefening, hun
ontspanningshuizen, hun natuurvriendenwerk
en zeker niet in het minst in hun eigen, zoo
hartstochtelijk begonnen en tijdelijk tot een
zoo hoog plan gebrachte jeugdbeweging.
Dit prachtige werk mag in geen geval wor
den afgebroken. Het sloopen van dezen ar
beid, waarvoor duizenden uitstekende Neder
landsche arbeiders hun beste krachten gaven,
zou niets meer of minder beteekenen dan een
laag verraad aan de kerngedachte van het
volksche socialisme.
Op het gebied van de cultuur heeft de ge
meenschap echter aan de Nederlandsche ar
beiders een vraag te stellen. Talloos zijn de
arbeiders-muziekvereenigingen, de arbeiders-
zangvereenigingen, de arbeiders-orkesten. Het
zal de taak der arbeiders zijn, deze uitingen
van waarachtige cultuur van het Nederland
sche volkskarakter ook ter beschikking van
hun andere Volksgenooten te stellen.
De scheidingen, die de klassenstrijd heeft
gebracht, kunnen door deze en andere presta-
cies, waarbij ik bijv. denk aan den bond van
arbeiders-tooneelvereenigingen, wegvallen.
Naast den eerbied voor den arbeid, staat de
eerbied voor de arbeiderscultuur. De arbeider
is nu eenmaal het scheppende in het volk.
Voor de jeugd moet de eischen Worden ver-
heven, dat een socialistische gemeenschap niet
kunnen dulden, dat zij door gebrek aan mate
rieele verzorging, lichamelijk wordt verminkt
of door cultureelen honger geestelijk verdort.
Het is een verheugend feit, dat alle cultu-
reele prestaties, die de arbeiders hebben ver-
richt, terugtreden achter de verbijsterenden
inzet, die de eerste A.J.C.^generatie op cultu-
reel gebied voor het jonge rvolk heeft gedaan.
En dan wordt daarbij niet zoozeer gedoeld op
materieele verworvenheden en gebouwen,
kamphuizen en kampeerterreinen, neen hier
past een woord van hulde aan de groote en
echt socialistische jeugdbeweging.
Wat wilde deze na-oorlogsche jeugd, die be-
greep dat Troelstra's profetische woorden van
1914, haar richtsnoer moest zijn. Het was
Troelstra, die zeide, dat de nationale gedachte
de nationale geschillen moest overheerschen,
dat het socialisme opnieuw doorgrond en ge-
fundeerd moest worden.
Deze woorden van den grooten socialisti-
schen strijder waren het richtsnoer van de
eerste generatie van de A.J.C. Zij wilde terug
tot de bron van het leven, d.w.z. terug tot den
eenvoud en de waarachtigheid van de natuur.
Zij wilde los van het burgerdom raken en
streefde innerlijk en uiterlijk naar een eigen
stijl in kleeding, kunstbehoeften en ontspan
ning. Zij keerde zich af van het Verval der
kapitalistische steden en het drogbeeld van
asfaltbeschaving en zocht genezing in bosch
en veld.
Deze drang tot verfraaiing en verdieping
van het jeugdleven groeide aan tot een zoo
groote hartstocht en een zoo fel idealisme,
dat het ons heden nog met ontzag vervult.
En toch, zelfs in eigen rijen heerscht thans
ontevredenheid over dat wat uiteindelijk be
reikt werd, want de spanning der eerste jaren
is verslapt en na 1922 is het langzaam bergaf
gegaan. De adem van een nieuwen tijd moge
de arbeidersjeugd met frissche kracht vervul-
len. Het is onmiskenbaar, dat de socialisti
sche jeugd naar nieuwe bindingen en nieuwe
vormen tast.
In de vrijheid van een volk moeten de bes-
ten en sterksten de leiding hebben. In dezen
edelen Wedstrijd in dienst van de volksge-
meenschap zullen de arbeiders de leiding kun
nen hebb,en, tot welke beweging zij ook behoo-
ren. Zij zullen het kunnen en daarbij den
korst van slappe burgerlijkheid, die hen tien-
tallen jaren heeft overwoekerd, kunnen door-
breken. Daarmee zal uit een rotte schaal de
goede kern voor den dag komen.
Moge dan spoedig in nieuw Nederland de
socialistische gemeenschap waarvoor zoovelen
streden worden verwezenlijkt. Mogen de
socialisten uit alle bewegingen elkander de
hand rijken. Als deze eenwording thans be
reikt zou worden, zouden de strijders uit alle
bewegingen hun doel hebben bereikt en daar-
mede de eenige werkelijke hulde zijn gebracht
aan de nagedachtenis dier socialistische voor-
gangers, die de vervulling van hun ideaal niet
hebben mogen beleven.
Nederlandsche arbeiders en arbeidster, Uw
tijd is gekomen.
HISTORISOH ZEER.
Nationaal en socialistisch zijn, schrijft de
N. R. Crt., de leidende beginselen van het
rijk, dat, naar zich thans wel reeds met
zekerheid laat voorspellen, ook na den oorlog,
organisatorisch zoowel als ideologisch een
verstrekkenden invloed op ons landi zal be-
houden.
Aan het nationale karakter heeft men nim-
mer kunnen twijfelen, al heeft men zich er
niet altijd voldoende rekenschap van gegeven,
dat inderdaad van nationaal en niet van natio-
nalistisch gesproken moet worden, d.w.z. dat.
de middelpuntzoekende kracht het won van
de middelpuntvliedende, dat het streven naar'
natiohale conoentratie sterker was dan de
aan het nationalisme ingeschapen neiging tot
versplintering, dat de staatsraison sterker
was dan de romantiek. Vandaar dat Das
Reich deze week schrij-ven kan, dat „in de
toekomst geen ruimte meer is voor die soort
van Europeesche kantonli-politiek, die in de
glanstijden van den Geneefschen bond bloeide"
en dat ,,Europa weer georganiseerd wordt
naar de wetten van zijn natuurlijke politieke
gravitatie". Het Duitsche nationaal-socialis-
me moge geen exportartikel zijn, gelijk Rosen
berg nog onlangs heeft herhaald, het heeft
zich reeds lang in een veel grooter ruimte in-
gedacht, dan die, waarin het Duitsche volk,
door middel van het nationaal-socialisme, zijn
krachtig heeft hersteld, om de boeien van het
verdrag van Versailles te kunnen verbreken.
Veel minder snel aanvaardde men het
socialistische beginsel van het Derde Rijk.
Dit is ook begrijpelijk, omdat het nationaal-
socialisme zijn geheele beweging, zijn bewe
ging op alle gebieden van de maatschappij,
ondergeschikt gemaakt heeft aan den voor
alles gebiedend gevoelden eisch van het her
stel van 's lands njachtspositie. Daartoe
moesten alle krachten des lands in den
totalen staat worden samengevat, zonder dat
him de vrijheid gelaten kon worden om vol
gens methoden, zooals deze zich alleen onder
het burgerlijk-democratische regiem hadden
kunnen ontwikkelen, naar de oplossing van de
sociale en politieke problemen te zoeken, af-
gezien van 's lands positie in de buitenwereld.
De destructieve invloed, dien met name de
van socialistische zijde gepredikte klassen
strijd, zoowel naar binnen, op 's lands een-
heid, als naar buiten op het behoud van zijn
machtpositie, oefende stond daarbij allereerst
voor oogen. Hierdoor heeft het nationaal-
socialisme weleens een gunstig object voor
kapitalistische speculaties kunnen lijken,
maar in zijn ontwikkeling is het steeds dui-
delijker den kleinen man en den arbeider ten
goede gekomen, terwijl steeds meer zijn kapi
talistische „,ibeschermetrs" zich teleurgesteld
ervan hebben afgewend.
De onderdrukking van den klassenstrijd
was een slag, welke de tot op dit oogenblik
aan het hoofd gaande socialistische bewegin
gen als een slag in het gelaat trof. Dat kon
niet anders. Maar wat wel anders gekund
had, was dat met name de sociaal-democratie
in haar internationale structuur er in verloop
van jaren evenmin in geslaagd is, om het
nationaal-socialisme in zijn wezenlijke betee-
kenis te doorzien. Wanneer de<Rijkscommis-
saris in zijn verklaring ten aanzien van de
onder beheerstelling van S.D.A.P., R.S.A.P.
en C.P.N spreekt van een systematisch ge-
voerde hetze tegen het Duitsche Rijk en het
nationaal-socialisme heeft hij niets teveel ge
zegd. En in die richting heeft de internatio
nale sociaal-democratie zich zoozeer laten
gaan, dat zij, toen de huidige oorlog in het
zicht kwam, haar strijd1 ten eenenmale met die
van Engeland en Frankrijk vereenzelvigde,
zonder ook maar een poging te doen tot be-
paling van eenigen afstand van kritiek. En
menige socialistische leider heeft zich ver-
blind genoeg getoond om zich tot oorlogs-
propagandist op te werpen, op hetzelfde
oogenblik dat hij zich de nog geen jaar ge-
leden door Molotow gesproken woorden had
kunnjen aantrekken, dat men zich in bepaalde,
in dit geval communistische kringen had aan-
gewend om al te oppervlakkig over fascisme
en nationaal-socialisme te oordeelen.
Wanneer thans de Rijkscommissaris in ons
binnenlandsche politieke leven heeft ingegre-
pen, om bewindvoerders aan te stellen voor
de voomaamste socialistische partijen en het
daaraan verwante verbond van vakvereeni-
gingen, dan wreekt zich in dezen maatrege)
mede een politick, welke eensdeels tekort ge-
schoten is in beoordeeling en kritiek van be-
langrijke maatschappelijke versehijnselen,
zooals het nationaal-socialisme er een gewor
den is en anderdeels, in haar internationale
bamoei'ing, gespeend was van elk staatkundig
beleid.
Voor het eerst is echter, in de verklaring
van den Rijkscommissaris ten aanzien van de
socialistische partijen, in ons land ook de
kwestie van den ,,rassenvreemden invloed" in
een officieel stuk openlijk aangeroerd.
Onder de huidige omstandigheden kon dat
niet uitbljjven. Het is een ieder bekend, dat
onder het nationaal-socialistische regiem in
het Duitsche Rijk een geheele wetgeving tot
stand gekomen is, waardoor het Joodsche be-
volkingsdeel in een uitzonderingspositie is
geplaatst. Het is een politiek, welke in de
buitenwereld geen algemeen begrip heeft kun
nen vinden en ook in ons land de gemoederen
hevig in beweging heeft gebracht. Niet dat
in ons land de vraag naar het aandeel van het
Joodsche bevolkingsdeel aan de algemeene
zaken des lands nimmer aan de orde is ge
steld. Maar indien op een oogenblik wellicht
ergens een wanverhouding kon worden vast-
gesteld, dan was dat niet in een mate, welke
de openbare meening algemeen heeft kunnen
verontrusten. Pogingen om haar tot andere
gedachten te brengen, hebben nimmer veel
weerklank gevonden. Een beweging als de
N.S.B., welke naar een breeden aanhang
zocht, heeft haar anti-semietisme tot voor
kort zorgvuldig gecamoufleerd.
Nochtans, nu wij onder-Duitsche bezetting
leven, nu we ook in de toekomst onder over-
wegenden invloed van den Duitschen gedach-
tengang zullen blijven, nu was het onvermij-
delijk, dat het vraagstuk van den ,,rassen-
vreemden invloed" ook hier ter sprake kwam.
Het is onder de huidige omstandigheden
vooral- een kwestie van tact. Tact van het
Nederlandsche publiek, dat moet beseffen,
dat de uitstraling van den Duitschen geest,
een geest van organisatie en ideologischei ver-
antwoording, ons maatschappelijk leven in
zijn geheel van het geheel van zijn problema-
tiek doordringt, zoodat wij ook zoodanige
vraagstukken als een algemeen probleem zul
len hebben te onderzoeken, welke totdusver
bij ons die beteekeniis niet hebben gehad.
iSlechts wanneer wij, diep doordrongen van
het besef der nieuwe betrekkingen, elk vraag
stuk, als een onvervreemdbaar deel van het
geheel, zorgvuldig willen onderzoeken, zonder
oppervlakkigheid, vol van onze verantwoor-
delijkheid, zullen wij erin slagen om een op
lossing te vinden, welke, in het belang van
onze maatschappelijke ontwikkeling, zoo min
mogelijk menschelijk leed toebrengt.
Op tact mogen wij ook rekenen van Duit
schen kant, vanwaar men ons van den eersten
dag van de bezetting af eigenlijk in ieder op-
zicht met tact tegemoet getreden is. In een
van bevoegde zijde op de jongste verklaring
van den Rijkscommissaris gegeven toelichting
is de kwestie van den „rassenvreemden in
vloed" aldus toegelicht, dat de leiding der
socialistische partijen sterk doortrokken was
van Joodsche elementen, die daar een veel
grootere rol speelden, dan door het percentage
van de aangesloten Joodsche arbeiders werd
gerechtvaardigd. Een formule, welke het ons
moet vergemakkelijken om de aan het Neder
landsche volkskarakter eigen verdraagzaam-
heid te laten aansluiten aan de Duitsche
denkbeelden over bloed en ras, waaraan dr.
iSeyss-.Inquart reeds in zijn installatierede
niet stilzwijgend is voorbijgegaan.
Tact zal ook in hooge mate vereischt wor
den van de Joodsche bevolkingsgroep zelve,
welke zich er wel bij voorbaat van bewust
heeft moeten zijn, dat de sympathie, welke
zij noodwendig voor het lot van de Joden in
Duitschland moest voelen, het vermoeden
wekt, dat zij minder dan eenige andere be
volkingsgroep in staat zal zijn om zich met
den in ons land geschapen nieuwen staat van
zaken te verzoenen. Reeds daarom kan niet
uitblijven, dat ook in een nieuw Nederland
haar bestaansvoorwaarden zouden worden be-
sproken.
Maar bovenal is een ding zeker: van wille-
keur mag in deze evenmin sprake zijn als op
eenig ander gebied van den wederopbouw
van ons land. Iedere geweldpleging ware kin-
derachtigheid, zoo niet erger.
REICH skreditkassenscheine
IN BELGIfi.
Een Beigische franc gelijk gesteld met
8 reichspfennig, een belga met veertig
reiohspfennig.
De Beigische franc zal voortaan gelijk zijn
aan acht reichspfennig en de belga aan veer-
tig reichspfennig, aldus is bepaald in een
nieuwe verordening omtrent de wettelijke
betalingsmiddelen in het bezette gebied van
Belgie, welke een nieuwe verhouding bepaalt
tusschen de Reichskreditkassenscheine en de
Reischkreditkassen-munten eenerzijds en den
Belgischen franc en den belga anderzijds.
In de motiveering tot vermeld besluit,
welke het D.N.B. uit Brussel seint, wordt ver
meld, dat de voorloopige vaststejling van de
verhouding 1 tot 10 niet overeen komt met
de internationale waarde-verhouding tusschen
Reichsmark en Belgischen franc. Deze ver
houding kon slechts zoo lang gelden, als het
betalingsverkeer van de bezette gebieden met
het buitenland was gestaakt. Omdat dezer
dagen het betalingsverkeer met Duitschland
en Nederland weer wordt hervat, bestaat de
noodzaak, den koers van de Reichskreditkas
senscheine in overeenstemming te brengen
met de internationale waarde van den Bel
gischen franc.
Intusschen is er geen sprake van een nieu
we waardeering van den Belgischen franc
tegenover het buitenland, omdat buitenland-
sche handelszaken, ook met Duitschland, op
basis van den koers der Reichskreditkassen
scheine niet tot stand zijn gekomen.
HET EILAND.
Men schrijft ons uit Berlijn:
Na de meenstorang van Frankrijk zijn de
oogen der wereld op Engeland gericht, en
vraagt ieder zich af, wanneer daar de groote
strijd zal beginnen.
Van de Noordelijke Uszee, over Noorwegen,
Denemarken, Nederland, Belgie en de Fran-
sche kusten van het Nauw en de Atlantische
Oceaan breidt zich een reusachtig front uit,
dat volledig in Duitsche hand is en verschil-
lende aanvalsmogelijkheden biedt ter zee en
in de lucht. Engeland wist reeds sedert jaren,
dat het voordeel, een eiland te zijn, was teniet
gedaan door de ontwikkeling van het lucht-
wapen en ten deele ook reeds door de duik-
boot.
Engeland moest dus, kost wat kost, in
■vriendschap leven met zijn overburen. Dit
was de ware oorzaak der innige Engelsch-
Fransche betrekkingen, die slechts noodge-
dwongen door Engeland werden aangeknoopt.
Imhjers, het Ideaal der Britsehe vastelamds-
politiek, de „bala;ice off power", was uit zijn
evenwicht geraakt door het overwicht, dat
Frankrijk in Europa na de Duitsche nederlaag
van 1918 had verkregen.
Dit was dan ook de reden, waarom Hitler's
politiek aanvankelijk welkorn was in Enge
land. Dat London eindelijk toch weer met
Frankrijk allerlei geheime en publieke ver-
dragen afsloot, was slechts wegens de ont
zaglijke ontwikkeling van het luchtwapen.
Engeland kon in geen geval dulden, dat de
kusten Van het Nauw onder Duitsche macht
kwamen.
Hieruit blijkt de groote beteekenis van de
bezetting door Duitschland van de Vastelands-
kusten. Het beteekent de ineenstortimg van
den strategischen grondslag, waarop de En-
gelsche oorlogsvoering gebouwd was.
Op ongeregelde tijden hoorden wij van het
steeds weer hernieuwde Engelsche besluit,
den oorlog tot de uiteindeljjke zege voort te
zetten. Dit zijn propagandistische woorden.
Het is echter de moeite waard, even na te
gaan, welke mogelijkheden voor een Brit-
schen tegenstand nog bestaan.
In Engeland rekent men op een landing door
Duitsche troepen. Dientengevolge wordt het
verdedigingsprogramma in Vollen omvang
uitgebreid. Zoo'n landing is echter geenszins
een vereischte, want het zou mogelijk kunnen
zijn, dat Duitschland zich althans in den be-
ginne zou beperken tot den luchtoorlog en de
blokkade.
Niemand weet intusschen hoe sterk het
Duitsche en Engelsche luchtwapen op het
oogenblik zijn. E6n ding staat echter vast,
n.l. dat Duitschland in de lucht sterker is en
dit door de grootere capaciteit van zijn Vlieg-
tuig- en motorenfabrieken ook zal blijven.
(Deveringen van uit Amerika kunnen niet
meer baten, daar ze te laat zullen komen.
Bovendien weigeren vele Amerikaansche fir-
ma's, b.V. Ford, Engeland te leveren.
Erger nog is het gesteld met het Engelsche
voedingsprobleem. Engeland had er nooit aan
gedacht, dat het zelf zou kunnen worden ge-
blokkeerd. Het vertrouwen op zijn vloot was
te groot. De achterstand van den Engelschen
landbouw van lange jaren kan niet in enkele
weken tijds goed gemaakt worden.
Niemand, die het Engelsche volkskarakter
kent, zal de weerstandskraeht onderschatten,
waarmede het eiland verbeten deze duistere
stonde van haar geschieden is tegemoet gaat.
Maar een zakelijke beschouwing der voor
waarden en /mogelijkheden van dezen tegen
stand voert noodzakelijkerwijze tot het besluit,
dat Engeland op den duur noch den Duitschen
luchtaanvallen, noch de blokkade, noch, wel
licht als dramatisch slot, een Duitsche lan
ding zal kunnen weerstaan.
Alleenlijk kan men nog van gedachten wis-
selen over het aantal weken of maanden, dat
Engeland het nog zal kunnen uithouden. Het
is de tragedie van Engeland, dat ook heden
nog een buitengewoon groot oorlogspotentiaal
bezit, geen tijd te krijgen, om zijn krachten
volledig ten aanval te ontplooien.
VLAAMSCHE ARBEIDSDIENST
INGEVOERD.
Met goedkeuring der Duitsche autoriteiten
is te Brussel thans een Vlaamsche arbeids-
dienst ingevoerd voor jongeren en studenten
tusschen 16 en 20 jaar.
ONTRUIMING VAN GIBRALTAR.
Indische kooplieden, die in Gibraltar hun
zaken hebben, hebben het bevel gekregen met
hun goederen de vesting te verlaten. Alle
gebouwen in Gibraltar, die in de buurt van
batterijen staan, zullen geheel of gedeelte-
lijk worden afgebroken, teneinde het schoots-
veld der batterijen te vergrooten.
Het officieele blad van Gibraltar publiceert
een besluit, waarbij alle vrouwen, met uit-
zondering van ziekenverpleegsters, wegge-
voerd worden. Zaterdag heeft opnieuw een
schip met meer dan duizend vluchtelingen
Gibraltar verlaten. Deze weggevoerden be-
hooren tot het goed gesitueerde deel der be
volking, die voor eigen rekening naar Ma
deira vertrekken. (D.N.B.
CHURCHILL ZOU DE VALE It A EN
CRAIGAVON VOOR EEN BESPREKING
TE LONDEN UITNOODIGEN.
Volgens een bericht uit Londen in de
Dagens Nyheter zou Churchill het voomemen
hebben de Valera den Ierschen premier en
Lord Craigavon den premier van Ulster, uit
te noodigen voor een ,,drie-mannien-conferen-
tie" te Londen.
A RA BISOH-JOODSCHE SPANNING
IN PALESTINA.
Uit Jaffa wordt aan het Spaansehe sinaas-
appelsyndicaat medegedeeld, dat aanvallen
der Arabieren op de Joden in verband met
den nieuwen toestand voortdurend toenemen,
waardoor vooral in de sinaasappelgebieden
een moeilijke situatie is ontstaan. In het bij-
zonder in de buurt van Jaffa hebben de Ara
bieren groote Joodsche sinaasappelplantages
in brand gestoken of op andere wijze ver-
woest. O.a. zijn irrigatiewerken opgeblazen,
waardoor vele plantages wegens watergebrek
ten gronde zijn gegaan. (D.N.B.)
BULLITT EN EX-KEIZERIN ZITA TE
NEW-YORK AANGEKOMEN.
Bullitt, de Amerikaansche ambassadeur te
Parijs, en ex-keizerin Zita zijn met het Clip-
pervliegtuig van Lissabon Maandag te New-
York aangekomen. Er waren buitengewone
politiemaatregelen genomen: dertig agenten
waren bij de aankomst aanwezig.
BELGISCHE STAATSLEENINGEN.
Dienst voorloopig gestaakt.
Het Beigische ministerie van financien
heeft verklaard, dat de staatskas gesloten is
en de dienst der leeningen voorloopig is ge
staakt. Deze dienst werd in normale tijden
uit de belasting- en douane-inkomsten nage
komen, doch deze bronnen zijn op het oogen
blik vrijwel opgedroogd. Het ministerie zal
over de aangelegenheid overleg plegen met
de nieuwe circulatiebank, ten einde door
bemiddeling van deze bank de vereischte
middelen voor de nakoming der financieele
verplichtingen te verkrijgen, meldt de
Koln. Ztg.