ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHtVLAANDEREN
No. 10.089
VRIJDAG 19 JULI 1940
80® Jaargang
Binnenland
EsRSTE 8LAD
ter opuekking
en verkwikking
SOaEOSSx^STHC.'SKK-u
0 U RANT
A BON N EMENTSPRIJSBinnen Temeueen f 1,35 per 3 maanden Buiten Temeuzen
fr. per post 1,65 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 6,per jaar
Voor Belgie en America f 2,10, overige landen 2,45 per 3 maanden fr. per post
Aaonnementen voor bet bruitenland alleen bij vooruitbetallng.
Litgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
OIKO 38150 TKLEFOON No. 2073.
ADVEKTKNTIt: NVan 1 tot 4 regela 0,80 Voor elken regel meer f 0,20.
KLEINE ADVERTENTIENper 5 regela 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentlen bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrrjgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
HIT BEAD VERSCHI.J.NT HSDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
INKVVA RTI EKING NEDERLANDSCHE
MILITAIREN.
Zij die tot heden ter gemeente-secretarie
nog geen opgave deden inzake inkwartiering
van Nederlandsche militairen, worden ver-
zocht, onder overlegging van de desbetreffen-
de lastgeving, hiervan opgave te doen op de
boven-secretarie gedurende de week 22 t/m 27
Juli a.s., van 912 uur.
Temeuzen, 18 Juli 1940.
De Burgemeester van Terneuzen,
P. TELLEGEN.
GEMEENTE TERNEUZEN.
Ter kennis van belanghebbenden wordt ge-
bracht, dat ter secretarie der gemeente ter
inzage zijn gelegd Regelen voor de door de
„Stichting Zeeland 1940" te verleenen cre-
dieten voor herstel of weder-opbouw van door
oorlogsmolest getroffen eigendommen.
De Burgemeester van Temeuzen,
P. TELLEGEN.
HINDERWET.
Burgemeester en Wetbouders van Terneu
zen, maken bekend, dat het verzoek van
J. A. VAN HGBVE, bakker, wonende te Ter
neuzen, om op het perceel kadastraal bekend
gemeente Temeuzen, sectie G, no. 2343, plaat-
selijk gemerkt Spoorstraat no. 3 een bakkerij
te mogen oprichten, door hen is ingewilligd.
Terneuzen, den 17 Juli 1940.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
P. TELLEGEN, Burgemeester.
B. I. ZONNEVTJLLE, Secretaris.
NAAR EEN BINNENVAARTCENTRALE
Naar aanleiding van een oproep van den
heer A. M. Dekker, voorzitter der Interna
tionale Schippers-Vereeniging te Rotterdam,
weid, meldt het Handelsblad, een vergadering
gehouden in het kantoor der Ned. Part. Rijn-
vaart-Centrale onder de voorzitters der navol-
gende honden: Algemeene Rijnschippersbond,
Protestantsch Christelijke Schippersbond,
R.K. Hanzebond van Reeders en Schippers
„©t. Nicolaas", Scbippersvereeniging „Ben-
dradht" en de Internationale Schippers-Ver-
eeniging.
De voorzitter stelde voor te willen onder-
zoeken resp. medewerken tot het liquideeren
der bestaande bonden, om dan hieruit te vor-
men 6en schippersorganisatie, waartoe dan
van regeeringszijde meer de medewerking ver-
kregen zou kunnen worden, tot algeheele aan-
sluiting der schipperij te geraken. Zooals op
het moment de bonden bestaan, is z.i. te veel
verdeeldheid, al bestaat er dan ook een Rijn-
vaart-Oentrale, Binnenvaart-Centrale en een
Sleepvaart-CJentrale.
Bij de bespreking kwam vast te staan, dat
een Binnenvaart-Centrale nuttig werk zou
kunnien doen, indien de leden schippers ook bij
de Bevrachtingscommissie een kaart moesten
toonen als aangeslotene, gelijk dit nu reeds
het geval is bij de Nederl. Particuliere Rijn-
vaart-Centrale.
Elen concept-voorstel daartoe zal nu wor
den voorgelegd en zoo spoedig mogelijk in be-
handeling worden genomen.
Men bleek niet geneigd de bestaande bon
den op te heffen doch hen in e£n Centrale
willen laten samenwerken.
AANGIFTE VAN MOTORRIJTUIGEN,
WELKE VOOR DE DUITSCHE
WEERMACHT WORDEN REREDEN.
(De Duitsche weermacht maakt bekend, dat
alle motorrijtuigen, welke voor de weermacht
worden bereden en zieh nog bevinden in
garages en reparatiewerkplaatsen, ten spoe-
digste door de houders der genoemde garages
en werkplaatsen moeten worden opgegeven
bij het Nachkommando Kraut, Mauritskade
53, Den Haag, tel. 117780. Bij niet voldoen
aan dezen oproep zal een strafrechtelijke ver-
volging worden ingesteld.
HET AANGEBODEN GOUD.
Het blijkt ons, dat het bericht aangaande
den aankoop van goud door de Nederlandsche
Bank tot eenig misverstand aanleiding heeft
gegeven.
Men dient het niet zoo op te vatten, als zou
de Nederlandsche Bank op het oogenblik geen
goud koopen en dit slechts zou doen, indien
het verzoek daartoe van de aanbieders zou
uitgaan.
De Nederlandsche Bank koopt wel degelijk
elken dag goud, maar daarbij moet met be-
leid be werk worden gegaan. Het is immers
niet mogelijk om van alien, die hun goud heb-
ben opgegeven, dit op hetzelfde oogenblik af
te nemen. Zij, die derhalve op het bekende
gele formulier hun goudbezit hehben aange-
meld, kunnen rustig wachten, tot zij een op
roep ontvangen om tot verkoop over te gaan.
Ons bericht sloeg hierop, dat bezitters, die
om de een of andere reden onmiddellijk tot
verkoop wenschen over te gaan, daartoe in
de gelegenheid kunnen worden gesteld. Men
denke dus niet, dat er niet behoeft te worden
verkocht. Uiteindelijk wordt ieder daartoe
gedwongen. Hoe long het echter zal duren,
dat al het «goud kan worden ingenomen, valt
niet te zeggen. Voorloopig werkt men de de-
Aiezenbanken in alphabetische volgorde af, te
beginnen dus met de Amsterdamsche Bank.
Zoo heel snel kan het tempo echter niet zijn,
daar elke aangemelde hoeveelheid goud moet
worden onderzocht, een procedure, die nog al
tijctrcovend is. (N. R. Crt.)
OORLOGSSOHADE
IN DE GEREPORMEERDE KERKEN.
Het comitd van bijstand voor oorlogsschade
in de Gereformeerde Kerken deelt mede, dat
in de maand Juni aan gaven en eollecten in-
kwam een bedrag van ,f 31.786,86. In de eer-
ste week van Juli is nog een bedrag van on-
geveer f 20.000 daarbij gekomen. Met lietgeen
het eerste hulpcomite van de diaconieen in
Zuid-Holland ontving is het bedrag der
hulpoffers dus reeds gestegen tot f 70.000.
En nog altijd is van verreweg de meeste ker
ken, waaronder zeer belangrijke, geen colleete
binnengekomen, zoodat nog niet met benade-
ring op te geven is, hoe hoog het bedrag van
de hulpverlesning aan de getroffen gemeenten
zal stijgen. Duidelijk blijkt echter reeds, dat
de offervaardigheid allerwege groot is.
ONGEVALLENSOHADE DOOR
OORLOGSHANDELINGEN.
Vanwege denRijkscommissaris voor de
bezette Nederlandsche gebieden en het depar
tement voor sociale zaiken wordt medegedeeld,
dat voor tengevolge van vijandelijke handelin-
gen zlch*voordoende ongevallen gedurende
den arbeidstijd en op den weg naar en van de
plaats waar de arbeid wordt verricht, een ver-
zekeringsregeling bestaat.
Volgens den tegenwoordigen recbtstoestand
worden zulke ongevallen, overeenkomstig de
bepalingen van de ongevallenverzekeringswet
behandeld.
Geheel gelijk aan de tot dusver bestaande
verzekering voor ongevallen gedurende den
arbeidstijd en op den weg van en naar bet
werk, is deze verzekering thans ook van toe-
passing op die ongevallen, welke een gevolg
zijn van vijandelijke handelingen.
GRATIS OPLEIDING VOOR DAGMEISJES.
De centrale voor werkloozenzorg, gesticbt
op initiatief van den raad van Nederlandsche
kerken voor practisch Christendom bericht,
dat in den September-cursus in haar inter-
naten te Haarlem en te Anthem,, thans ook
meisjes kunnen worden opgenomen, die zich
willen laten opleiden voor dagmeisjes. Deze
cursussen zijn geheel gratis en duren drie
maanden. Zij zijn toegankelijk voor meisjes
van 16 tot en met 24 jaar, die werk aoeken in
huishoudelijke richting, maar die niet in de
gelegenheid zrjn geweest een huishoudschool
te bezoeken.
Nadere inlichtingen kunnen worden ge-
vraagd aan het secretariaat van de commis-
sie Vrouwen Crisiszorg, Domplein 25 te
Utrecht.
DERTIG LESUREN PER WEEK BIJ HET
MIDDELBAAR ONDERWIJS.
De regeering is van plan met 1 September
het aantal lessen op gymnasia, H. B. Scholen,
lycea en handelsdagscholen te verlagen tot
gemiddeld 30 uur per klas per week. Extra
vakken blijven buiten beschouwing. De
secretaris-generaal, waamemend hoofd van
het Departement van Onderwijs1, heeft naar
het Vad. schrijft, over deze materie een brief
gericht aan besturen en gemeenten.
Ten departemente maakt het nog een punt
van bespreking uit hoe deze lesuren over het
lesrooster zullen worden verdeeld. Wel schijnt
vast te staan, dat veel aan den vervallen
schooltijd zal besteed worden aan onderwijs
in gymnastiek en sport.
Een groote vraag is ook nog, wat de gevol-
gen van deze beperking voor den leeraren-
stand zullen zijn. Het is te verwaohten, dat
een aantal leeraren overcompleet zal raken.
Aangezien nog niet bekend is, welke vakken
de beperking geldt, is natuurlijk ook niet te
zeggen, welke leeraren er door gedupeerd zul
len worden. Wel lijikt het echter waarschijn-
lijk, dat in de vakken, waarvoor leeraren over
compleet raken, eerst de tijdelijke leerkrach-
ten ontslagen zullen worden en dat men voorts
zoo noodig nog enkele anderen op wachtgeld
zal stellen. (N. R. Crt.)
ENGELSCHE BALIXIN TE NAARDEN
GEDAALD.
Woensdagochtend omstreeks 9.15 uur is in
het Rembrandtplantsoen te Naarden een hal-
".on gedaald, waaraan een pakket was heves-
tigd.
Militairen van den opbouwdienst, die toe-
vallig ter plaatse liepen en eenige bewoners
vonden in het pakket, dat uit elkaar weis ge-
vallen, in het Fransch gestelde pamfletten,
waarin een kaart van het bezette en onbezette
Fransche gebied was afgedrukt met bijbehoo-
renden. tot verzet opwekkenden tekst.
Aan den ballon hingen lichtkogels van
Engelsch ma'aksel.
Er verschenen spoedig Duitsche militaire
motorrijders, die den ballon van de richting
v£in Amsterdam waren gevolgd. Zij namen de
voorwerpen in beslag.
DE INDISCHE PENSIOENEN.
Van verscheidene zijden is geinformeerd
naar de juistheid van het gerucht, dat de In-
dische pensioenfondsen zoo uitgeput zouden
zijn, dat de pensioenen nog slechts eenmaiu
zouden kunnen worden uitgekeerd.
Een gerucht van een dergelijk alarmeerend
karakter vliegt van mond tot mond, overal
onrust verwekkend, vooral als het aantal
directe belanghebbenden zoo groot is. Geluk-
kig blijkt het, als zoovele van deze geruchten,
absoluut onjuist. De directeur van de Indische
pensioenfondsen machtigt ons, zegt de ,,Maas-
bode", het in den meest pertinenten vorm
tegen te spreken.
HET VERBOD VAN RODMBEREIDING.
Bij besluit van den secretaris-generaal van
het departement van Landbouw en Visscherij,
is bepaald, dat'het verbod van be re id en van
alle soorten room, naast het in de betreffende
beschikking genoemde geval, mede niet geldt,
indien daartoe schriftelijik vergunning is ver-
leend door of vanwege de Nederlandsche zui-
velcentrale, afd. zuivel, hiema te noemen cen
trale, welke vergunning slechts wordt ver-
strekt voor de bereiding van room bestemd
voor zieken.
Voortsi is bepaald, dat het afleveren of ver-
voeren van room is verboden.
Dit geldt echter niet indien wordt aange-
toond, dat de room bestemd is voor de berei
ding van boter, kaas, gecondenseerde melk en
melkpoeder of indien de room gedekt is door
een schriftelijke vergunning, afgegeven door
of vanwege de centrale ten behoeve van
zieken.
(Het voorhanden of in voorraad hebben van
een inrichting of werktuig tot het bereiden
van room is verboden.
,Dit verbod geldt niet: voor dengene, die ge-
rechtigd is boter, kaas en melkproducten te
bereiden of indien de bedoelde inrichting of
het bedoelde werktuig onbruikbaar is ge-
maakt of door een der ambtenaren, genoemd
in artikel 31 van de landbouw-crisiswet 1933
is verzegeld.
Het is verboden een op room gelijkende
waar uit boter of melkproducten te bereiden.
Het voorhanden of in voorraad hebben van
een inrichting of werktuig, Waarmede de be
doelde waar bereid kan worden, is verboden.
Dit verbod geldt niet, indien de inrichting
of het werktuig onbruikbaar is gemaakt of
door een der bovengenoemde ambtenaren is
verzegeld.
Dit besluit kan worden aangehaald onder
den titel: ,,Crisis-zuivelbesluit 1940 H (room)"
en treedt in werking met ingang van 15 Juli
1940, het eindigt met ingang van 1 Januari
1941.
VERGOEDINGEN VOOR INKWARTIERING
In het verordemngsblad is opgenomen een
verordening van den Rijkscommissaris voor
het bezette Nederlandsche gebied betreffende
de betaling van vergoeding terzake van in
kwartiering bij particulieren en in hotels of
pensions.
Hierin wordt het volgende bepaald:
Voor de inkwartiering aan de hand van een
inkwartieringsbiljet ten behoeve van de Duit
sche weermacht, sedert 29 Mei 1940 te 12 uur,
moeten in Nederland de volgende vergoedin-
gen betaald worden:
voor generaals. stafofficieren en
ambtenaren der weermacht met
overeenkomenden rang 1,50
voor alle overige offieieren, amb
tenaren der weermacht en onder-
officieren met „portepee" 1,00
Voor onderofficieren, met bed 0,50
voor onderofficieren, zonder bed 0,30
voor manschappen, met bed 0,20
voor manschappen, zonder bed 0,10
Voor burgerpersonen, die op een of andere
wijze bij de Duitsche weermacht werkzaam
zijn, worden door het plaatselijke commando
inkwartieringshdljetten uitgereikt. in overeen-
stemming met hun bezoldiging. Deze moeten
als inkwartieringsbiljetten voor soldaten wor
den behandeld.
Bij het, bij uitzondering, vorderen van ver-
pleging, wordt de vergoeding telkens met
/0,90 verhoogd. Bij gedeeltelijke verpleging
moet voor ontbijt een zesde, voor middagetan
drie zesde en voor het avondeten twee zesde
van deze vergoeding betaald worden.
De vergoeding bedraagt voor:
1 paard /0,10
1 kantoor 0,30
1 wacht- of arrestantenkamer ,,0,10
Bij beperkte inkwartiering moet een even-
redige vergoeding worden betaald. In twijfel-
gevallen mag echter niet meer dan f 0,05 per
dag en per man betaald worden.
Bij inkwartiering in hotels of pensions moet
worden uitgegaaji van de gewone hotelkamer-
prijzen en moet van deze prijzen de volgende
korting worden afgetrokken
bij een minimumprrjs van de kamer tot en
met 1 gulden, wordt de gewone prijs per bed
betaald;
bij een minimumprrjs van de kamers van 1
tot en met 2 gulden bedraagt de korting 25
prooent, met minimumvergoedingen van 1
gulden voor een kamer met 1 bed en 1.50 gul
den voor een kamer met 2 bedden.
Bij een minimumprijs van de kamer van 2
tot en met 3 gulden is de korting 30 procent
met minimumvergoeding van resp. 1,50 en
2,25 gulden;
bij een minimumprrjs van de kamer van 3
tot en met 5 gulden wordt 40 procent gekort,
terwijl de minimumvergoeding gesteld zijn op
resp. 2,10 en 3,15 guldten;
bij een minimumprrjs van de kamer van
meer dan 5 gulden wordt de helft gekort, de
minimumvergoedingen voor deze kamers be-
dragen resp. 2.80 en 4,25 gulden.
Verpleging moet door de kwartiernemers
met inachtneming der gewone prijzen contant
betaald worden.
In plaats van fooien moet een bijslag van
10 procent van de vergoeding betaald worden.
Worden gebouwen, ruimten of terreinen, die
rechtstreeks gebruikt worden of ter beschik
king staan voor doeleinden van den Neder-
landschen staat, voor inkwartiering gevor-
derd, dan worden geen vergoedingen betaald.
Wjanneer inkwartiering gevorderd wordt,
reikt het bevoegde plaatselijke commando, of
als zoo'n instantie ontbreekt, de commandant
van het betreffende onderdeel, aan den kwar
tiernemers een inkwartieringsbiljet uit.
(Het inkwartieringsbiljet moet aan den
kwartiergever worden afgegeven. Na de vor-
dering van het kwartier vermeldt de kwar-
tiememer op het inkwartieringsbiljet de juist
heid van de vordering (duur, met of zonder
verpleging, enz.).
De kwartiergever levert net inkwartie
ringsbiljet bij den bevoegden burgemeester in.
De gemeente is verplicht het bedrag te ver-
goeden, dat den kwartiergever toekomt
wegens gevorderd kwartier. De door de ge
meenten uitgegeven kwartiersgelden worden
door het bevoegde plaatselijke commando op
vertoon van de gezamenlijke inkwartierings
biljetten maandeiijks vergoed.
Is geen bevestiging van de vordering van
het kwartier aanwezig, dan is de burgemees
ter, in overeenstemming met het plaatselijk
commando of met den commandant van het
onderdeel, verplicht om bovengenoemde ver
goedingen, na' vaststelling van hetgeen de
kwartiergever gepresteerd beeft, uit te be-
talen.
Over de vergoedingen en de rechtmatigheid
van de betaling daarvan beslist uiteindelijk
de hoofdintendant (chef-intendant), toege-
voegd aan den weermacbtsbevelhebber in
Nederland, nadat hij de belanghebbenden heeft
gehoord.
Inkwartieringen ten behoeve van de Duit
sche weermacht van v66r 29 Mei worden niet
vergoed.
VERRIGHTINGEN TEN BEHOEVE VAN
DE DUITSCHE WEERMACHT.
In het Woensdag verschenen Verordenin-
genblad is opgenomen een verordening van
den Rijkscommissaris voor het bezette Neder
landsche gebied betreffende de vergoeding
voor verrichtingen ten behoeve van de Duit
sche weermacht in Nederland.
„R-verrichtingen".
Hierin wordt o.m. het volgende bepaald:
Hetgeen op vordering van en rechtstreeks
voor de Duitsche weermacht in Nederland
door natuurlijike personen of rechtspersonen,
welke niet tot de Duitsche weermacht behoo-
ren, of door gemeenten is verricht, in deze
verordening aangeduid als regelmatige ver
richtingen afgekort R-verrichtingen) ten be
hoeve van de weermacht, wordt betaald met
een daarmee strookende vergoeding. Tot de
R-verrichtingen behoort ook het leveren van
goederen, daarentegen niet het ten gebruike
geven van stukken grond of gebouwen.
Tot de R-verrichtingen behooren niet:
1. de leveringen en verrichtingen door
de Nederlandsche regeeringsorganen en
-bureaux;
2. het versohaffen van kwartier (hiervoor
wordt de vergoeding Eifzonderlijk geregeld)
3 hetgeen verricht wordt door roerende
en onroerende goederen, die onder het be-
grip ,,oorlogsbuit" vallen;
4. leveringen of verrichtingen ten behoeve
.van organen van het Duitsche rijk, die niet
tot de Duitsche weermacht behooren (hiervoor
wordt de vergoeding afzonderlijk geregeld)
5. de schade, die door de oorlogvoering of
door de bezetting is veroorzaakt is (hiervoor
wordt de vergoeding afzonderlijk geregeld).
(Hij, die een verzoek om toekenning van
een vergoeding voor R-verrichtingen wil in-
dienen, moet de gegrondheid vEtn zijn ver
zoek om vergoeding en de hoegrootheid van
zijn eisch bewijzen. Dit kan geschieden door
middel van:
1. Het vertoonen van de verklaring van
hetgeen verricht is of door het ontvangst-
bewijs, dat door de Duitsche weermacht af
gegeven is;
2. Afgifte van een verklaring, onder op
gave van getuigen of van ander bewijsmate-
riaal.
Het verzoek om vergoeding moet bij de
Nederlandsche gemeente, binnen welker ge
bied degene, die recht op vergoeding heeft zijn
woonplaats heeft, of, wanneer de gemeente
zelf iets verricht heeft, door deze bij1 den com-
missaris genoemd in art. 143 der grondwet
ingediend worden.
De tijd van indiening der verzoeken.
Ten aanzien van alle R-verrichtingen, die
tot en met 30 Juli 1940 geschied zijn, moet
het verzoek om vergoeding in den tijd van
1 Juli tot en met 31 Augustus 1940 ingediend
worden. Op later ingediende verzoeken wordt
geen acht geslagen.
Ten aanzien van R-verrichtingen, die na
30 Juni 1940 geschieden, moet het verzoek
om vergoeding ingediend worden uiterlijk op
den 15den van de maand, die volgt op de
maand, waarin de verrichting geschiedde. Op
verzoeken, welke niet binnen dezen termijn in
gediend zijn, wordt geen acht geslagen.
De vaststelling der vergoedingen.
De gemeenten zrjn verplicht om de inge
diende verzoeken op hun gegrondheid en bil-
lijkheid, wanneer zij' het noodig achtten met
de Nederlandsche instanties, welke belast zijn
met het onderzoek der prijzen, te onderzoeken.
De gemeenten moeten verzoeken om ver
goeding terzake van R-verriohtingen, die niet
geloofwaardig of niet genoegzaam bewezen
zijn, afwijzen. Van deze afwijzing kan de
verzoeker binnen 14 dagen, nadat hem de Eif-
wijzing bekend is gemaakt, schriftelijik in be-
roep komen bij den commissaris, genoemd in
art. 143 der grondwet.
De commissaris geeft de uiteindelijke be-
slissing. Voor zoover de commissaris handelt
ten aanzien van verzoeken om vergoeding van
gemeenten, kan van zijn beslissing niet in be-
roep gekomen worden.
Erkent de gemeente de R-verrichting als
geloofwaardig bewezen, dan stelt zij een pas-
sende vergoeding vast, voor zoover deze inge-
volge de ten tijde der verrichting geldende
voorschriften betreffende het verbod van
prijsverhooging geoorloofd is.
"Wanneer de gemeente de R-verrichting als
geloofwaardig bewezen erkent, maar toeh de
met de verrichting strookende vergoeding
niet kan vaststellen, in het bijizonder wegens
het ontbreken van grondslagen om prijzen te
berekenen of wegens het bijzondere karakter
van het verrichte, dan moet zij een voorstel
doen ter vaststelling van zulk een vergoeding.
Wanneer de door de gemeente erkende en
vastgestelde vergoeding voor de afzonderlijke
verrichting:
1. minder bedraagt dan 200 gulden, moet
de gemeente de vergoeding terstond aan den
gerechtigde tegen quitantie foetalen;
FA. TONNEMA CIE. SNEEK Fabrikanten var»
KING pepermunt en andere kwaliteitsartikelen
(Ingez. Med.)
2. van 200 tot en met 700 gulden bedraagt,
moet de gemeente de vaststelling der vergoe
ding laten onderzoeken en bekrachtigen door
den commissaris, genoemd in art. 143 van de
grondwet, die de erkenning of de vaststelling
veranderen of het verzoek om vergoeding ge
heel afwijzen kan. De commissaris moet de
gemeente voorschrijven, om het verzoek om
vergoeding af te wijzen, of om de vastgestelde
of de veranderde vergoeding tegen quitantie
aan den gerechtigde te betalen.
Wanneer de gemeente de R-vergoedingen
erkent, maar de vergoeding daarvoor echter
niet vastgesteld, maar slechts voorgesteld
heeft, legt ziji het voorstel voor vergoeding
aan den commissaris, genoemd in art. 143 der
grondwet, voor. Deze onderzoekt of de erken
ning, van hetgeen verricht is, juist en de
voorgestelde vergoeding redelijk is. Hij kan de
erkenning te niet doen en de gemeente voor
schrijven het verzoek om vergoeding af te
wijzen. Bekrachtigt hij de erkenning der ge
meente zonder wijziging of slechts voor een
deel, dan moet hij onafhankelijk van het voor
stel door de gemeente het bedrag der vergoe
ding vaststellen.
Wanneer de door den commissaris erkende
en vastgestelde vergoeding minder dan 200
gulden bedraagt, moet hij de gemeente voor
schrijven de vastgestelde vergoeding aan den
gerechtigde tegen quitantie uit te betEilen.
Wanneer de door de gemeente erkende en
vastgestelde vergoeding meer dan 700 gulden
bedraagt, moet de gemeente bet verzoek om
vergoeding via den commissaris die de erken
ning en de vaststelling onderzoeken moet en
wijzigen kan, voorleggen aan den secretaris-
generaal van het departement van binnenland-
sche zaken.
Wanneer de door den commissaris bekrach-
tigde en vastgestelde vergoeding meer dan
200 gulden bedraagt, moet de commissaris het
verzoek om vergoeding aan den secretaris-
generaal van het departement van binnen-
landsche zaken overleggen. Deze zendt de ge
zamenlijke verzoeken met bewijsstukken aan
den hoofdintendant (chef-intendant), toege-
voegd aan den weermachtsbevelhebber in
Nederland, verder, die over de vaststelling
der vergoeding uiteindelijk beslist en den
secretaris-generaal van het departement van
binnenlandsche zaken opdraagt de door den
hoofdintendant vastgestelde vergoedingen
door de gemeenten aan de berechtigden tegen
quitantie te laten uitbetalen.
Onderzoek door den hoofdintendant,
toegevoegd aan den weermaehts-
bevelhebber.
Zijn alle verzoeken van een maandelijksche
lijst van R-verrichtingen van een gemeente
door betaling der vergoeding of door afwijzing
van het verzoek afgehandeld dan moet een
exemplaar van de lijst met bijvoeging van de
bewijsstukken, via den commissaris genoemd
in art. 143, der grondwet, met het verzoek
om restitutie van de door de gemeente be-
taalde vergoedingen, aan den hoofdindendant
(chef-intendant), toegevoegd aan den weer
machtsbevelhebber in Nederland, gezonden
worden. In het verzoek moet de gemeente
het geheele uitbetaalde bedrag aangeven.
Blijkt hij het onderzoek biji den hoofd
intendant, dat een R-verrichting, in den zin
van deze verordening, niet heeft plaats ge-
vonden, of dat de erkenning van de R-ver
richting of de vaststelling van de vergoeding
voor het geheel of ten deele in strijd met de
bepalingen van deze verordeningen is ge
schied, dan kan de hoofdintendant de restitu
tie van de door de gemeente betaalde vergoe
ding geheel of ten deele weigeren. Niet ge-
restitueerde bedragen komen ten laste van
de gemeente, die deze betaald heeft.
Terugvordering van de vergoeding, welke
aan den ontvanger der vergoeding uitbetaald
is, is slechts toelaathaar, wanneer de ontvan
ger der vergoeding bij het aannemen der ver
goeding wist of slechtis ten gevolge van grove
nalatigheid niet wist, dat hem zulk een ver
goeding of een vergoeding tot zulk een be
drag, als hem werd uitbetciald, niet toekwam.
Voor zoover hieruit een onredelijke belasting
van een gemeente voortvloeit, moet de ont-
stane schade door den Nederlandschen stsiat
worden gedragen. Verzoeken hieromtrent
moeten de gemeenten aan den secretaris-
generaal van het departement van financien
richten, die naar eigen goeddunken beslist.
De hoofdintendant geeft een uiteindelijke
beslissing, welke met geen klacht of rechts-
middel aan te tasten is.
De door de Duitsche weermacht aan de
gemeenten te restitueeren bedragen voor R-
verrichtingen worden door den hoofdintendant
aan de gemeenten overgemaakt.
(De beslissing over de vraag, wie de uit-
gaven, ontstaan op grond vsin deze verorde
ning ten behoeve van de Duitsche weermacht,
draagt, zal nader geregeld worden.
Vervalsching of het valschelijk opmaken
van bewijsstukken, alsmede valsche aangiften
zijn delicten, welke zich richten tegen de
Duitsche weermacht en zijn onderworpen Eian
het oordeel van den Duitschen krijgsraad.