w? Predikbeurten Feuilleton-vertellingen Gemengde Berichten Laatste Berichten AXEL. OVERSLAG. BRABANTSCHE BRIEVEN. RECHTSZAKEN. geloopen. Thans kan men nog geen vergun- txng krijgen om deze garens af te halen. Waar het hier seizoenproductie betreft is het van belang, dat deze artikelen zoo vlug mogelijk worden betrokken. Hieraan zit verder vast bet vraagstuk der betalingen Blijkens de deviezennoodyerorde- ning mogen geen deviezen Nederland uit. Ook dit vraagstuk dient opgelost te worden. Uit de mededeelingen bleek, dat er een soort clearingverkeer zal ontstaan. (Dit is reeds voorloopig zoo, want voor betalingen naar het buitenland dient vergunning te worden ge- vraa-'d aan de Nederlandsche Bank te Am sterdam. De vlasindustrie zit met de moeilijkheden van den afzet. van het vlaslint.' Bij gebreke van ai'zetmogelijkheid zal deze industrie stil vallen. Medegedeeld werd, dat adressen van Duitsche vlasspinmerijen werden gezocht. De" klompenindhstrie heeft te kampen met vervoersmoeilijkheden. De klompen zouden kunnen afgeleverd worden, doch er is geen mogelijkheid zete verzenden. In verband hiermede werd verstrekking van gasolie aan de met het vervoer hiervan belaste schippers voorgestaan. Uit de vergadering werd medegedeeld, dat er vanuit Temeuzen verzendingsmogelijkheid naar Amsterdam bestaat. Vorige week is de vrachtdienst op Amsterdam weer begonnen, en met de eerste beurt werd reeds een betrek- kelijk groote opperlast klompen medegegeven. Ten behoeve van de visscherij werd ver strekking van gasolie bepleit. Medegedeeld werd, dat bevordering der visscherij een der voomaamste bemoeiingen der autoriteiten uitmaakt. Op een desbetreffende vraag werd mede gedeeld, dat maatregelen zullen worden ge- nomen om het grensverkeer te bevorderen. Gevraagd werd te bevorderen dat ter plaat- se gasgeneratoren in auto's kunnen worden gebouwd, wat thans op grond van verbods- bepalingen niet mogelijk is. Tot slot dankte Dr. Linde de vergadering voor de opkomst. Het verheugde hem dat deze zoo groot was, daar er geen enkele ver- plichting bestond om hier te komen, doch enkel voorzat de bedoeling een gedachten- wisseling te houden om op de hoogte te komen van hetgeen noodig is. Deze bijeenkomst heeft spreker daarvan een inzicht gegeven. Er is in deze vergadering gezegd, dat Zeeuwsch-Vlaanderen het ,,stief- kind" van Nederland is, doch spreker heeft gezien, dat zich hier een belangrijk industrie- centrum heeft ontwikkeld, en kan toezeggen, dat er zijnerzijds van een stiefmoederlijke be- handeling geen sprake zal zijn. Wat de ben- zineverstrekking betreft, raadt spreker aan, uiterste zuimigheid met het benzineverbruik te betrachten, doch beseft ook, dat men de in- dustrieelen die voor hun bedrijven naar de hoofdstad moeten reizen, niet kan vastleggen op een bepaald aantal liters per maand. A1 schijnen thans de moeilijkheden1 reuzengroot, het is zooals de Ftihrer zegt, dat „de moeilijk heden er niet zijn om zich daardoor te laten overwinnen, doch wel om die moeilijkheden te boven te komen". Als men dit voor oogen houdt en krachtig aanpakt dan zal men onder- vindeni, dat die moeilijkhedten nog wel minder erg zijn dan ze op het eerste gezicht leken. Spreker houdt zich aanbevolen voor wen- ken, wenschen en verlangens, doch geeft in overweging, waar hij uit den aard der zaak de toestanden nog niet voldoende kent, deze in te zendten via de burgemeesters der betrokken gemeenten. DE OORLOGSSOHADE OP ZUID-BEVELAND. Blijkens een rapport, uitgebracht door den ddrecteur van bouw- en woningtoezicht te Goes, bedraagt de oorlogsschade op Zuid- Beveland f 1.948.888. DE NEDERLANDSCHE BANK IN ZEELAND. Blijkens de Pr. Z. Crt. is het kantoor der Nederlandsche Bank te Middelburg, in de Gortstraat, behouden gebleven, terwijl alles er om been een rujine is. De agent dier Bank, Jhr. G. A. A. van Nispen, heeft aan de redactie een en ander meegedeeld, omtrent de voorzorgen die men voor dat kantoor had genomen om het in te richten tegen luchtgevaar en brand. ,,Men was klaar''. De bovenverdieping zou in geval van nood nat worden gehouden met water der waterleiding en zoodra de sirenes gingen loeien nam volgens de instructie en repetities ieder der beambten een deel van het geld mee en werd dit ijlings in de kluis geborgen. Binnen twee minuten werd dit werk verricht en zaten beambten en het in het kantoor aanwezige publiek in den schuilkelder. De agent verklaarde bewondering te hebben voor het werk van zijn personeel. Geen oogenblik is de kas dicht geweest. Dit was van groot belang om de rust onder de burgerij te handhaven en ineenstorting van burger- front" te voorkomen. In Zeeland heeft de Bank zoowel die P.T.T. als de gemeenten steeds ter zijde gestaan. Waardoor, voor zoo- ver men deze bereiken konden, in de gemeen ten niet de noodzakelijkheid tot het uitgeven van noodgeld bestond, hetgeen elders wel noodig gebleken is. Verbroken verbindingen. Sprekende over de correspondentschappen, met wie geen geregeld contact mogelijk was, zeide de heer van Nispen o.m. het volgende: Niet alleen het personeel van het agent- schap der Ned. Bank in de Gortstraat heeft zich goed gehouden, maar ook dat van de correspondentschappen heeft getoond den goeden geest te bezitten. De Bank heeft vijf correspondentschappen in Zeeland, n.l. te Zierikzee, Vlissingen, Goes, Temeuzen, en Oostburg, benevena een in Bergen op Zoom. Met deze correspondentschappen waren ech- ter al gauw de meeste verbindingen verbro ken. Zooals men weet, hebben de correspondent schappen in IZeeuwsch-Vlaanderen het nog een week langer vol moeten houden dan die in de rest der provincie. Zij verdienen dan ook een extra woord van lof. Speciaal de corres pondent te Temeuzen, de heer L. J. Geelhoedt, heeft het niet gemakkelijk gehad. Temeuzen was geheel geevacueerd, doch hij bleef op zijn post. Het verdient hierbij de aandacht, dat de heer Geelhoedt in April j.l. reeds zijn 25- jarig jubileum bij de Bank vierde. Toen het brandde Op den beruchten Vrijdag 17 Mei braken dan overal in de stad de branden uit. Ook in de onmiddellijke omgeving van het bank- gebouw sloegen links en rechts de vlammen ten hemel. Nu moest dan blijken of de voorbereidende maatregelen doeltreffend waren! De zolder werd natgehouden. Langs alle muren droop het water. Het hielp! Maar al minder en minder werd de druk op de waterleiding. Dat was een schrik voor de koortsachtig werkend'e menschen. iZij versaagden echter niet. Nu ging het met emmers. Mannetje naast man- netje gaf het redding brengende water door. Heel de stad scheen te branden. Dikke rook- wolken stegen overal op. Het vuur vloog door de lucht. Een ware regen van vonken viel neer. Dat maakte het blusschen op vele plaat- sen haast onmogelijk. In den tuin en op het dak van de Bank kwa- men brand'ende papieren neer van Rath en Doodeheefver uit de Noordstraat, welk pand, zooals men weet, ook volkomen is uitgebrand. Als door een wonder bleef het Bankgebouw echter gespaard. „De wind draaide", zei Jhr. Van Nispen be- scheiden. Inderdaad: het leek een wonder. Maar het was niet alleen een wonder, dat de wind be- werkstelligde! Het water heeft het gedaan. Doch dit kwam ook niet vanzelf boven. Het is een wonder geweest, dat de menschen ge- wrocht hebben, met him onversaagd doorwer- ken, hun niet opgeven onder de gevaarlijkste omstandigheden. Zoo bleef de Bank behouden. Duizenden en duizenden gaan hier iedereen dag om. Ook in de angstvolle dagen van 10 tot 17 Mei. En geen beambte heeft zich ook maar een cent vergist. Er is geen enkel kasverschil geweest, ook niet het geringste. Gelukkig zijn er geen slachtoffers te be- treuren. Hoewel het wel herhaaldelijk erg ,,warm" was. Op de gelijkvloersche ver- dieping vloog bijv. op een gegeven oogenblik een granaatscherf door een ruit, vlak langs het hoofd van een beambte. Onverstoord ging men door. De geest bleef goed. Aldus bracht het personeel van de Ned. Bank te Middelburg de gevaarvolle dagen van den oorlog door: onverstoord tot het einde. Zoo leidde de directeur van het agentschap steeds weer het gesprek op de goede, plichts- volle houding van het personeel. Laten wij verklappen, namens het personeel, dat de directeur zelf het goede voorbeeld heeft gegeven, haast niet uit de kleeren kwam en ieder oogenblik van den dag en den nacht op zijn post was! LUXOR-THEATER. „Maria Ilona". Maria Ilona", een historische film, welke ons verplaatst naar de jaren waarin de voor- laatste Oostenrijksche keizer Franz Jozef den troon besteeg, Hongaarsche van geboorte, is zij de jeugdige weduwe van een Oostenrijksche edelman, die op een hoflbal in relatie komt met den Oostenrijkschen diplomaat vorst Karl van Sdhiwatrzenberg. De groeiende gene- genheid tusschen den wereldbereisden diplo maat en de teedere en lieve vrouw wordt vol komen natuurlijk weergegeven. Tot een lieflijk idylle en een arcadisch hu- welijksleven kan deze verhouding evenwel niet uitgroeien, omdat allerled politieke ver- wikkelingen zich tusschen deze twee men schen komen plaatsen. Belast met een missie naar den leider der Hongaarsche patriotten, geraakt zij in den ban van haar geboorte- grond. Toch blijft zij haar opdracht getrouw, totdat (blijkt, dat het Oostenrijksche hof, waar keizer Ferdinand ten gunste van zijn nog jeugdigen neef Franz Jozef afstand heeft ge daan van den troon, den vreedlzamen diplo- matieken weg heeft verlaten om het oorlogs- pad op te gaan. Teruggekeerd naar Weenen en naar haar geliefde, die gedwongen wordt om zijn ministerschap te blijven vervullen, komt Maria Ilona in een ingewikkeld com plex van verfhoudingen. Haar liefde tot den man blijff oprecht, maar even oprecht haar liefde voor haar land en voor haar breeder, die als vurig Hongaarsch patriot als Oosten- rijksch officier is gedeserteerd. Beiden, Karl en Maria Ilona, strijden voor hun levehsgeluk en voor de verzoening tus schen de twee broederVolken. Zonder resul- taat, omdat de nationale hartstochten zulk een verzoening verijdelen. Wlanneer Maria Ilona's broeder is gearres- teerd, doen beiden al het mogelrjke om het leven van den jongeman te redden en daar- mede ook hun eigen geluk. De jonge officier weigert efvenwel op de gestelde voorwaarden in te gaan, waarmede hij zijn eigen doodvon- nis bekrachtigt. In de reactie op deze executie gaan Maria Ilona en Karl zu Schwarzenburg van elkaar, wetend hoeveel zij van elkaar houden, maar ook beseffend, dat de overbrugging van hun beider oprechte nationale gevoelens eene illusie is geworden. Zoo eindigt deze film zonder happy end. Typische contrasten. Terwijl dan het leven in ons land meer en meer zijn gewonen loop herneemt, blijft er niettemin maar al te veel dat ons blijft her- inneren aan de ibange weken, die achter ons liggen. Gelukkig zijn er ten onzent tot hier- toe en dat is wel zeer merkwaardig en uit- zonderlijk nog geen namen bekend van jongens of mannen die voor het v'aderland vielen. In dat opzicht schijnt de gemeente Axel met zijn ruim 300 onder de wapenen geroepe- nen, het er al heel gelukkig te hebben afge- bracht, een feit waar wij niet dankbaar ge- noeg voor kunnen zijn. Intusschen zijn er echter gezinnen waarin de versche wonden, ontstaan door het verlies of de verwonding van 6en in enkele geVallen ook van meer- dere der gezinsleden, nog schrijnen. Het brute oorlogsgeweld ging ook in dit opzicht niet zonder gevolg aan onze gemeente voorbij en zeven onzer inwoners lieten zelfs het kost- baarste, n.l. het leven. Zijn er alzoo bijna voorzoover ons bekend is geen gezinnen te d'ezer plaatse waar men nog in onrust verkeert over verwanten van welke men nog geen bericht ontving, of die nog niet uit krijgsgevangenschap terug keerden, ook have en goed van onze burgerij bleef voor plunde ring, roof en brandschatting gespaard, zij het dan, dat zeer vele luxe auto's en vrachtwagens (tegen vorderingsbewijs van de bezettende overheden) van bezitter veranderden. Ook met werkpaarden was dit het geval. En dit gemis wordt in vele gevallen zwaar gevoeld. Maar velen zagen helaas door en tijdens het voorlbijtrekken van het oorlogsgeweld hun werkgelegenheid verloren gaan, zoodai de zorg voor de nabije toekomst nijpender werd. Op dit probleem wezen we in een vorig over- zicht en nu weer een zomersche week achter ons ligt, mogen we er op bogen, binnen onze muren, ten stadhuize een conferentie van de betreffende autoriteiten met industrieele directeuren uit onze omgeving te hebben ge had, waarvan elders in ons blad een verslag is opgenomen. Zoo blijkt men druk doende allerwege zich te bezinnen op de vraagstukken van herstel of wederopbouw, in casu van oplossing der werkloosheid en van de d'istributie der goedie- ren, waarvan we vreezen, dat deze voorloopig niet zoo gemakkelijk meer zullen worden aan- gievuld. Dit juichen we van harte toe, omdat we te goed weten, dat er vooralsnog allerlei dingen zijn, die ons herinneren zullen, dat de nor- male toestand niet is teruggekeerd. Daarvoor waren de gefoeurtenissen te geweldig en schokkend. En we weten het zeer zeker het leven moef zoo gewoon mogelijk zijn gang gaan. Wij moeten herstellen en weer opbouwen en het economise!! en sociaal leven weer in zijn verband brengen. Zal het werkelijk goed zijn, dan moet de storm die over ons vaderland ging, ons leven verdiept en verfijnd hebben. We zullen het en dat als heilzaamst contrast niet meer aan den buitenkant, maar aan de binnenzijde van ons persoonlijk lejven moeten gaan zoe- ken. We beddelen van ons gezins-, familie-, vriendschaps- en ook van ons gemeenschaps- leven! Wat groote winst zou dit zijn bij zoo- veel verlies! Nemen we den ruimsten kring: die van het gemeenschaps- of vaderlandsch leven. De bin nenzijde daarvan is toch altijd een herinnering geweest aan God en Zijn dienst. En in de beste en moeilijkste tijden van ons nationale leven en geschiedenis was het godsdienstig leven het sterkst. Zoo zij het in1 het bamen van een nieuwen tijd, die achter de helle oorlogsluchten reeds gloort, en gaan we ons dlagelijksche leven steeds meer inrichten naar de omstandig- heden die nu eenmaal wel verbijsterend maar toch een typisch contrast vormen met wat was! Want, in het verleden ligt het heden, maar in het nu... wat worden zal! Veertigjarig jubileum. Op 1 Juli a.s. zal het veertig jaar geleden zijn, dat de heer A. P. J. de Blieck als secre- taris en ontvanger in dienst trad dezer ge meente. In al die jaren heeft de heer De Blieck zich doen kennen als een plichtsgetrouiw ambte- naar, accuraat in zijn werk, steeds op zijn post. Altijd was hij genegen anderen te hel- pen of raad te geven. Jammer is het daarom, dat de jubilaris, in verband met de tijdsomstandigheden, van elke feestelijke herdenking wenscht verschoond te blijiven. ZONDAG 23 JTJNI 1940. Ned. Hervormde Kerk. TERNEUZEN. 9.30 u. en 2.30 u., Dr. L. J. Cazemier. SLUISiKIL. 9.30 u., leesdienst; 6.30 -u„ Dr. L. J. Oazemier. HOBK. 10 u. en 3 u., Ds. E. Raams. ZAAMSLAG. 10 u. en 3 u., Ds. Korevaar. SAS VAN GENT. 10 u., leesdienst. PHILIPPINE. 2.30 u., Ds. Van Oeveren, van Axel. Gereformeerde Kerk. TERNEUZEN. ,9.30 u., Ds. G. W. van Houte; 2.30 u., Ds. G. W. van Houte, voorber. H. Avondmaal. AXEL. 2.30 u., Ds. F. Pijlman Jr., van Hoek. HDEK. voorm. Ds. F. Pijlman Jr.; 3 u., Ds. J. S. Post, van Axel. ZAAMSLAG. 10 u. en 3 u., Ds. Kok. Chr. Geref. Kerk. ZAAMSLAG. 10 en 3 u., Ds. J. Tolsma. Gereformeerde Gemeente. TERNEUZEN. 10 u., 3 u. en 6.30 u., lees dienst. Nederduitsch Gereformeerde Gemeente. TERNEUZEN. 10 u., 3 u. en 6.30 u., lees dienst. Oud-Gereformeerde Gemeente. TERNEUZEN. 9.30 u., 2.30 u. en 6 u., de heer M. A. Mieras. Roomsch-Katholieke Kerk. TERNEUZEN. 7 u., 8.30 u. en 10 u., H.H. Diensten; 2.30 u., Lof. Ulvenhout Amioo, Dre III hee zijnen vraohtwagel weer verom. Deti fieren, blinkenden wagel is er wel 'n bietje kaal afgekomen van den otorlog, maar mee 'n streek verf, nen kwast vemis en 'n bus poets doede veul. De twee mannekes hebben dagen ge- werkt om den wagel weer toonlbaar te maken. Den Eeker hee-t-er op staan zweeten in de gloei ende zomerzon, dat-ie er weer 'n mil'lioen spnoeten bij kreeg. Hier en daar zit- ten ze lijk 'nen volksoploop, in secties bij mal- kaar, plekiken als 'nen cent zoo groot. Naee, moclht ge twijfeien of den Corner dan toch wezenlijk gekomen is, na ddeen onafzien- baren Winter, dan zaet ge onzen Eeker maar 'ns aan! 'n Kievitsei is er 'nen peerl bij...! Z'n rosse stekelharen en braauwen zijn licht •versohoten n/ou. Wat is ie lillijk, ons Eekerke. Hij mocht eigenlijk wel eens geschild worden! Maar 't manneke hee-t-er gin weet van. Wel denk 'k eomtijen bij m'n eigen 'k weet nog nie, hoe 't loopen zal trouwens, want 't keareltje lot zich nooit over z'n eigen uit hoe zal't gaan als dieen sproetenkoning ooit 'ns veur de klas zal staan, als schoolmeester Maar nog eens: ik iweet op gin stukken na, hoe 't jonk erjinen weg zal kiezen in 't leven. Dr6 HI, die z'n affaires mee kracht deuirzet, kan z'n aan- staaride ,,Groentencentrale" nie anders veur- stellen, dan mee den Eeker aan 't Grootboek. Onzen mieester, die 't manneke leidt, ziet 'nen geleerfde groeien uit de SproetenVerzameldng. En ik? Mij zou 't nie verwonderen als deus stille kwiebuske op "nen goeien dag 't kloos- ter initreikt, om daar, in totale vergetelheid, uit te groeien tot 'nen wijnstok, die blossemt en vruchten draagt tot sier van den Goddelij- ken boogerld, tot zege Van de menschen. Maar laat ik zoo wijd veruit nie peinzen! Dat doet d'n Eeker eigens ook nieZoo min als 'nen veugel, die vliegt naar de zon: zoo min als 'n blom, die bloeit naar het licht. Zooals gezeed: Drd in hee zijnen wagel weer in bezit en de mannekes hebben 'm op- •gekalefaterd, dat g'oew pet kunt recht zetten in den glans! In den schrikkelijken mergen van dieen tweeden Vrijdag in Mei, hadden ze m'n baaske zijnen wagel afgenomen. ,,Ze". De soldaten, lijk geverstat. Ja, we wisten wel, dat er oor log was gekomen over ons land, we hadden er 's mergens in de vroegte in onz' akkers genogt van bespeurd, maar den echten boer zet z'nen arbeid alleen maar stil op Zondag. Daar waren hier in de contreien boeren, die zatten te wieen onder de bommenwei'pers en onder 't vuur van 't afweergeschut, opgesteld op huilien eigen erf! En 't ennige, maar overtuigde boerenargument was, als de sol daten waarschouwden nie den akker op te gaan: ,,ik heb den oorlog nie geroepen, 'k heb dus niks mee 'm te schaften". En hij veegde den koffie mee den rug van z'n hand, langs den mond weg, gooide z'n petje „ergens'' op d'n kop en gong de velden weer in. Rooide daar de nuuwe piepers, schoffelde 't onkruid uit den groeizamen grond, dat alles mee den natuurlijken heldenmoed van den tiep, die van heldenmoed weinig besef heeft, maar die wit dat zijnen tijd nie gekomen is, na 'n leven van zwaren arbeid, van zaai en oogst, waarin den boer ginnen anderen baas kende, dan Dien daarboven, die zijn akkers zoodikkels zegende. Ook mijn baaske, ge weet 't, is gezaagd uit dat taaie, kwastige bout, waaruit boeren ge- snejen worden. En om acht uren, na 't eer ste schaft in den akker, klom ie zijnen wagel in en ree naar de klanten. Zonder den Jaan, die was in gin veldien of wegels te zien Om twee uur was den Dre al verom, nie mee zijnen auto, maar mee 'nen grooten hand- wagel, torenhoog gelajen mee den koopwaar uit den vrachtauto. Hoe ie die handk^er thuisgekregen heeft, is me nog "n raadsel! Hij was op 'nen troep soldaten gestooten, buiten de stad, langs den singel. En de kapi- tein had den vrachtauto opgevorderd. M'n baaske dee nie geren afstand van z'n kustelijk gereedschap en toen ie dan vaneigens nie rap van den bok kwam, had de kapitein gebul- derd: ,,hierr, die wage, of je krijgt de kogel!" Nouja, oorlogstaal. Maar Dre HI zee: ,,mij is den wagel duurder gewist. Ge kunt 'm lee- nen, maar 'k mot oew adres hebben. Oew legeradres natuurlijk!" Dr6 HI kreeg 'n briefke, las 't sjecuur na en stapte toen uit. ,,Maar eerst, opa", ver- telde-n-ie me, dat wakkere jonk: „eerst had ik "t contactsleuteltje uitgenomen. Toen ze wilden rijen, gong 't dus nie". Den kapitein was veul kwaad, trok zijnen paffer, maar Dre EH zee: eerst den wagel leegmaken, 'k zal eigens wel meehelpen natuurlijk en anders ,,En anders?" bulderde den kapitein. „En anders", zee Dre IH, die op z'n beenen te beven stond: anders zeil ik 't sleuteltje in de gracht!" En zoo, amico, redde m'n kordate baaske zijnen weerdevollen inventaris. Alleen d'eiers waren kapot gegaan. Nouja, de kiepen zijn nog open! Zoo stond ie op 'n oogenblik van dieen lOen Mei mee heel z'nen inventaris op straat, wijd van huis, mee de razende vliegmachines boven zijn hoofd. 'Nen kearel kwam langs mee 'nen behangerswagen, den Dre gong zaken doen. Booi 'nen gulden huur veur den wagel, betaalde op 't end 2 rijks- daalders, laaide z'n groentes, bussen en fles- schen inmaak, fruit en eerpel en kwam in den middag, nat-bezweeten thuis. Woedend, zwij- gend, verbeten. Mee z'n briefke, dat ie als 'n effect be- waard had in z'n eigen geldkistje en mee de handteekening van den kapitein, vond ie later zijnen wagel rap verom. Die stond onder Til- burg ieverans. Daar trof ie werendig den kapitein ook. Nou, die herkende m'n baaske rap. „:Hoe oud ben je? had-ie gevraagd g'had. ,,Zeuventien". ,JS die wagon van jezelf". „Ja". ,,Hij heeft wel wat geleje, maar „Gif nie!" ,,Je. bent 'n flinke vent!" Toen had Dre HI z'n oogen 'n bietje dicht geknepen en geantwoord: ,,gij ok! Maar... Wat maar?*" „Maar als ge ooit nog 'ns in den oorlog gerokt, motte nie zoo zenuwachtig doen. Ge had m'nen wagel toch wel gekregen. Ter leen". Toen had de kapitein z'n eigen omgedraaid. En den Dr6 was in z'nen wagel geklommen. En nou rijdt ie er weer mee de klanten af. Op 6en P.K. Onzen Bles staat er veur! Ja, dieen goeien beest heb ik kunnen behouwen veur m'n baaske. Ge wit, 't is zijn ,,r£npeerd". "Dat kwam zoo: ze vroegen aan mij of ik 'n peerd had op de boerderij. Ik zee: ,,Jazekers". „Waar staat 't?" 'k Wees naar de wei. „Wat vraag je er voor?" ,,Driehonderd gulden". Toen kreeg ik honderd gulden, waarmee 't werkp£6rd voldoende betaald was. Bles stond op stal, ziede, die wierd sjuust geroskamd deur den Eteker. 't Liefste wat dat manneke doet: de eigendommen verzorgen van zijnen patroon, Dre IH. Zoo is hier op onzen hof alles weer op regel. De oogsten staan er prachtig veur! Den barren winter dee aan den grond gin kwaad. Integendeel! Er is 'n hoop klein ontuig doodgevrozen, den eerde is zoo zuiver als 'n zonneke; en open als 'n blom. 't Koren staat mee dikke trossels. Rijp- bakkend in de heete zomerzon, die genade- loos te zinderen staat aan den hoogen blaau- wen hemel over de wije velden, de golvende akkers, waarover de lucht te dansen staat van hette. Ge ruukt den Zomerdag! Ge ruukt 't wer- me koren, den broeienden eerde, den groenen sloot waarin 't water dik is van 't bojem- gewas. 't Is stil van Zomer. Den steenweg langs 't akkerland ligt verlaten. Alleen 't windeke is er, dat moei en traag over den buiten sleept. Maar ook de veugeltjes, die onzicht- baar in de dichte blarenkruinen, den blaauwen hemel vol kwetteren, waartusschen den „bas" van de mearel, die zoo schoon zijnen slag deur de stilte rolt. Hah! 't Is nou goed in den akker, waar den oogst te rijpen staat om oe henen, zoo wijd ge zien kunt. 't' Is goed daar in die werme stilte, waardeur 't geurend boschwindeke gaat zoo nou en dan. 't Is een geluk zoo oewen arbeid te meugen doen, daar in dieen wijen vrede van den akker, die na barren winter zoo rijkelijk draagt! En als ten leste veul slagen uit den kerke- toren gonzen over de rosse velden, gloeiend in d'avondzon, over de groene Mark, die te blinken ligt deur de hooiriekende wei, dan is 't wel plazierig naar huis gaan, naar de klas- sende pomp, die koel schuimt over oewen blooten-bast, waarin de zomerhitte zit gekro- pen diep in elken porie. Dan is 't goed rusten hij Trui, daar onder onzen notenleer, bij 'n koud kruikske bruin en 'nen verschen stop in den jneerschuimert. En stDlekes luisteren naar den mearel, daar op den rand van de schouwpijp, waar dlen fieren veugel z'n avondlied fluit! En als dan ten ende van den zwaren zomer dag den lesten klont vuur van de zon te ver- smeulen ligt op den brandenden kim, 'n avond- windeke koel over oew vel trekt,. oew hoofd begint te knikken op den moeien romp, dan mot ge rap tusschen de geblijkte lakens schui- ven, wilde nie slapen veur ge in de bedstee ligt! 't Zijn lange dagen, die den boer mokt deus tijMaar 'k zou ze nie gdren missen. Want den vree in oew, ten avond na zodnen dag, 't is het loon van God, die Zijnen dag- looner goed betaalt. Ja, op d'hofstee is alles weer in rustigen regel. En wij waardeeren 't, elke minuut van den langen dag; vooral nou, deus gezegend tij, na barre dagen, deuzen gezegenden zomer na barren winter..,...-! Veul groeten van Trui, Dre HI, den Eeker en als altij gin horke minder van oewen t.fi.v. DRE. DE KNOEIERUEN MET WATTEN. Zooals men zich herinnert werd in Februari van dit jaar ontdekt, dat partijen watten door het rijk ter b^schikking gesteld van particu- liere confectiefabrikanten, om te verwerken in militaire kleeding, opnieuw werd'en aange- boden. Bij de vervaardiging van de uniformen bleek minder materiaal noodig dan ter be- schikking was gesteld. Eenige fabrikanten beschouwden de overgebleven vellen watten als speer (afval) en zij meenden vrij over deze restanten te mogen beschikken. Een achttal confectiefabrikanten moest zich wegens verduistering voor de rechtbank ver- antwoorden. Twee verdachten zijn tot voor- waardelijke gevangenisstraffen van 3 maan- den veroordieeld, drie tot geldboeten van 360, twee tot een boeten van f 100 en een verdach- te hoorde zich tot 50 boete veroordeelen. Twee kooplieden werden wegens schuld- heling veroordeeld tot voorwaardielijke gevan genisstraffen van een maand, aan een ver- dlachte werd een voorwaardelijke straf van twee maanden opgelegd', de vierde verdachte werd tot f 100 boete veroordeeld. VLUCHT NAAR HET GAS. Het Haagsche Gemeentelijk Gasbedrijf, dat in het verleden een grootsche campagne voer- de van: „Kookt op gas", kan thans deze reclame rustig achterwege laten, want de laatste dagen zijn er meer dan duizend Hage- naars geweest, die zich bij het gasbedrijf zijn komen melden voor een aansluiting. Dit is hoofdlzakelijk een gevolg van de be- perking in het gebruik van petroleum en kolen, waardoor een andere verwarmingsbron gezocht moet worden. DRIE BOMMEN IN HET NET. Bij' de schokkervloot, welke Maandagavond te iScheveningen van de eerste vischvangst terugkeerde, bevond zich de U.K. 105, schipper K. Ras, die drie vliegtuigbommen in zijn net had. opgehaald ter hoogte van den Wassenaar- schen Slag. Militaire deskun-digen zullen de bommen demonteeren. EEN BOM INGESLAGEN BERGEN OP ZOOM. TE In den nacht van Maandag op Dinsdag om- streeks kwart voor twee werd de bevolking van Bergen op Zoom opgeschrikt door een lui- den knal. Spoedig kwam men tot de ontdek- king dat een bom was geworpen op het kruis- punt van de Blauwe Hamdstraat en de Gewel- digerstraat. Slechts enkele inwonenden, die te bed lagen, werden door rondvliegende glasscherven licht gewond. De aangerichte materieele schade blijkt ech ter vrij aanzienlijk te zijn. Niet alleen zijn tot in den verrem omtrek de ruiten van de huizen gesprongen, doch in de onmiddtellijke omge ving van den bomaanslag zijn gevels ontzet en gescheurd, ramen weggeslagen, en de in- boedels in sommige huizen voor een belang rijk deel vemield. De gewonden waren meest oude lieden van wie er enkelen naar het Gasthuis werden ver- voerd. LANDBOUWER VERDRONKEN. Toen de landbouwer M. V. V. te Lleshout Dinsdagavond laat per fiets naar huis terug keerde, verloor hij op de noodbrug over het Willielminakanaal de maeht over het stuur, tengevolge waarvan hij in het kanaal terecht kwam. Ofschoon de man spoedig op het droge was gehracht en kunstmatige ademhaling werd toegepast, moest dr. Drjkmans den dood constateeren. Het slaehtoffer laat een vrouw en zes kinderen achter. ACHTER SLOT EN GRENDEL. De poliitie te Nijkerk heefft talrijke sueces- sen geboekt bij het opsporen van plunderaars. Tot nu toe zijn veertig personen achter slot en grendel geborgen. Een aantal gedupeerden kon weer in het bezit van hun rijwielen wor den gesteld. BOERDERIJ AFGEBRAND. Door nog niet opgehelderde oorzaak is te Doornspijk brand uitgebroken in een schuur, behoorende bij de boerderij van den landbou wer J. v. d. Veen en staande aan den zgn. Rooden landiweg. Door gebrek aan water kon de brandweer niets uitrichten. De vlammen sloegen dan oOk weldra over op het woonhuls en den hooiberg, die evenals de schuur, een prooi der vlammen werden. Ook de inboedel en de land/bouwinventaris gingen verloren. Het huis werd bewoond door de familie v. de Veen en het gezin van diens zoon. De eer ste was laag, laatstgenoemde in het geheel niet tegen brandschade verzekerd. BOSCH- EN HEEDEBRANDEN. De laatste dagen hebben bosch- en helde- branden aanzienlijke schade aangericht In verscheidene deelen van Denemarken. Zoo is op een der grootste helden van Jutland, ten Zuiden van Aalborg, .brand ontstaan. Door omploegen van het bedreigde terrein gelukte het weliswaar een zekere beperking te berei ken, maar het vuur heeft toch op enkele plaatsen verder om zich heen gegrepen. Een boschbrand, die dezer dagen bij Vejers, in de nabijheid van Esbjerg uitbrak, is dank zij het ingrijpen van Duitsche militairen gebluscht voor hij grooteren omvang aannam.' Dinsdag is een gevaarlijke brand uitgebroken in de onder natuurbeschenming staande heide bij Hundested in Noordseeland. DE RUITEN BIJ ZIJN ZOON INGEGOOID. De politie van het bureau Admiraal de Ruy- terweg te Amsterdam tracht thans een man op te sporen die tot twee maal toe de ruiten van de waning van zijn zoon heeft ingegooid. De man had ruzie met zijn vrouw gemaakt, die hem daarop had verlaten en! haar intrek bij haar zoon had genomen. De vader wilde den twist weer bijleggen, doch hem werd de toegang in de woning geweigerd. Uit baloorig- heid heeft hij nu Woensdagnacht en in den morgen die ruiten van het huis vemield. DIEFSTALLEN OPGEHELDERD. De marechauissee te Leusden heeft na ijve- rig zoeken de daders ontdekt van de diefstal- len van sieraden en andere kostlbaarheden uit huize „Voskuilen" te Stoutenburg. De daders bleken militairen te zijn, die na de demobdli- satie naar huis gezonden waren. DE BROODIHSTRIBUTIE. DEN HAAG. De Secretaris-Generaal, waar- nemend Hoofd van het Departement van Landbouw en Visscherij maakt bekend: Ge- durende de week van 24 t/m 30 Juni a.s. geven de met 31 t/m 40 genummerde bonnen van het bonboekje voor distributie van brood, recht op het koopen van 2000 gram brood, met dien

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1940 | | pagina 3