De Oorlog.
Buitenland
duitsgh legerbericht.
gen naar onafhankelijkheid onder eigen be-
wind verloochenen. Onder de gestelae voor-
waarden zal het ons eciiter mogelijk zijn aan
de over ons gestelde autoriteiten de medewer-
king te verleenen, welke thans noodig is. Wij
zijn ervan overtuigd, dat de leden van ons
ambtenarencorps, die in de dagen, welke ach-
ter ons liggen, zoo duidelijke bewijzen bebben
•gegeven van karakter, voortvarendheid en
bekwaamheid, zullen doen wat in bun vermo-
gen Ugt om mogelijke wrijvingen te voorko-
men. Het beroep op het Nederlandsche volk
om deze leiding met begrip voor de situatie
van bet oogenbiik en zelfbeheersching te vol-
gen, zal stellig niet vergeefscb zijn.
Over de uiteindelijke recbtspositie van ons
land zal eerst later worden beslist. Bijzon-
dere aandacht verdienen in dit verband
evenwel de slotwoorden van de proclamatie:
,,Het Nederlandsche volk zal in ae vervulling
van de taak, die uit bet gemeenschappelijk lot
voortvloeit, zicb zijn land en zijn vrijheid voor
de toekomst vermogen te verzekeren". Wij
meenen, dat in de proclamatie van den Rijks-
commissaris-Rijksiminister een kader is gege
ven, waarbinnen wij Nederlanders met ■behoud
van eigen levensstijl e nhanrhaving van ons
zelfrespect kunnen boulwen aan onze toe
komst.
De „Standaard" aoht bet natuurlijk, dat zal
moeten worden afgewacht, welke verordenin-
gen met inbegrip van maatregelen van wet-
gevenden aard door den Rijkscommissaris
zullen worden genomen, maar de geest, die
uit proclamatie en rede spreekt, doet, gelijk
wij reeds zeiden, bopen, dat een goedwillende
samenwerking tusschen de nieuwe beerscbers
en ons volk mogelijk zal zijn. Wat wij. van
barte bopen. Want boe zwaar bet ons ook
valt, we moeten buigen voor de macbt van de
feiten en met nucbteren werkelijkheidszin die
feiten aanvaarden.
„Het Nederlandsche volk", zoo luidt bet
slot van de proclamatie ,„zal door de ver
vulling van de taak, die uit bet gemeen
schappelijk lot voortvloeit, in staat zijn zijn
land en zijn vrijheid voor de toekomst te ver
zekeren." Met dit vooruitzicht kan geen offer
te zwaar worden geacht. Daarom wekken
wij er nngmaals toe op ons lot met waardig-
beid te dragen en kracbtig mede te werken
aan den wederopbouw van bet land, onder
aanvaarding van de aangeboden samenwer
king.
De „Maasbode" merkt op, dat de rijkscom
missaris ook een oogenbiik over „nationale
eer" sprak.
Daarin ligt opgesloten, dat ook van ons
verwacht wordt, dat wij ons in de bestaande
omstandigbeden zullen schikken met waar-
digbeid. De bezettende macbt verwacht van
ons correctbeid en die medewerking, welke
strekken kan tot bet reeel belang van bet
land.
Maar zij verwacht van ons geen kruiper.g-
beid. Integendeel, wij bouden er ons ten voile
van overtuigd, dat bet voor haar een teleur-
stelling zou zijn, als zij deze bij het Neder
landsche volk, aan welks moedige soldaten de
Rijkscommissaris bulde bracht, zou moeten
ontdekken. Met kruipen brengt men bet niet
ver, nocb in letterlijken, nocb in figuurlijken
zin. Ben fier en zelfbewust gevoel van natio-
nale waardigheid, die op gepaste wijze reke-
ning boudt met de bestaande omstandigbeden,
zal ons niet worden euvel geduid maar veel-
eer worden gewaardeerd.
In den strijd wonnen wij de acbting van den
tegenstander door onzen moed, na den strijd
zullen wij die weten te bebouden en ook alleen
kunnen bebouden door een houding, die onze
gevallen soldaten niet onwaardig is, maar die
tevens berust op onzen zin voor de realiteit,
waarop de Rijkscommissaris een beroep deed,
meent:
De proclamatie zoowoi exio lcrde van den
Rijkscommissaris bieden voor den arbeid, dien
de Nederlandsche autoriteiten en het Neder
landsche volk in samenwerking met de Du:t-
sche overbeid zullen verricbten een belderen
en vasten grondslag. Zyn verklaring dat bet
Nederlandsche volk op die wijze ,,in staat zal
zijn zijn land en zijn vrijheid voor de toekomst
te verzekeren", is geschikt om vertrouwen in
die samenwerking te wekken.
Reeds is de arbeid ter hand genomen. Hij
zal snel en hard moeten zijn. Offers zullen
van een ieder gevraagd worden en zonder
dwang zal de noodige concentratie en effi
ciency vaak niet kunnen worden bereikt. Maar
inspanning en offers mogen gedragen worden
door het besef, dat de arbeid vrucbtbaar is
voor ons land.
De ,,Volkskrant'" scbrijft aan bet slot van
haar betoog:
Het begrip Duitschland omtrent ons volks
karakter bebben wij met een zelfde begrip
te beantwoordenzoo zal een elkaar verstaan
en een samenwerking worden verkregen,
die tot welzijn van beide landen zal strekken
en voor ons volk de te brengen offers tot bet
onvermijdelijke minimum zal beperken.
Over den nieuwen toestand scbrijft het
„Nationale Dagblad" een artikel waaraan wij
deze conclusie ontleenen:
Daarmee is voor ons volk, dat nog oni-
kijkt naar betgeen viel, een nieuw verscbiet
geopend. Wij zijn steeds goede Europeanen
geweest; laat ons ook in de toekomst goede
Europeanen zijn en medewerken aan bet
doel van Duitschland's Fiihrer: blijvenue
vrede en zedelijke ordening voor alien, die
van goeden wil zijn.
Het „Volk" betoogt ten slotte o.a. het vol-
gende
Wij, Nederlanders, levende uit een groole
histor'ische traditie, waarin wij meer dan
eens gedwongen werden ons volksbestaan
in de waagschaal te werpen, bezitten een
natuurlijk begrip voor geschiedkundige ont-
wikkelingsgangen. Dat doet ons rustig zyn,
ook in het barnen van den tijd. Een rust, die
bet fundament vormt van ons bouwend ver
mogen en op haar beurt weer wortelt in de
kracht van ons volkseigene. Het heeft ons
zeer getroffen, dat de Rijkscommissaris m
zijn rede gewaagde van de vrijheidsoorlogen
onzer gescbiedenis, daarbij een fijngevoebg
begrip toonend voor 't geen op de bodem van
onze volksziel ligt als levende kernkracht en
stuwend vermogen bij de toekomstige arbeid,
die, in loyale en innige samenwerking met
onze Oosterburen, zal moeten worden verricat.
,Wij komen niet liter" aldus de Rijks-
commissaris „om een volkskarakter in hec
nauw te brengen en te vernielen of om aan
een land de vrijheid te ontnemenWij wil-
len dit land en zijn bevolking n6ch lmpena-
listisch in bet nauw drijven, n6eh aan dit land
en zijn volk onze poliitieke overtuiging op-
drin^en. Wij willen ons in ons optreden alleen
laten leiden door de noodzakelijkbeid van den
huidigen bijzonderen toestand. Bovendien ech-
ter zullen wij niet anders werkzaam zijn dan
door onze bouding en door bet voorbeeld, dat
ae kracht van onze gezindheid en de onvoor-
waardelijkheid van ons streven voor het volk
in bet Rijk kunnen geven".
Deze woorden getuigen van een diep inzichc
in het Nederlandsche volkskarakter en zij vor-
men bovendien een actieve bijdrage tot de
vei*werkelijking van de tevens door den Rijks
commissaris geuiie gedachte, dat er niets is
wat Duitschers en Nederlanders zou kunnen
verhir.deren elkaar met acbting te bejegenen.
Een uitspraak, die wij gaarne tot de onze
maken.
BRIEF GEZONDEN DOOR HONING
LEOPOLD AAN MR. ROOSEVELT,
VOORZTTTER DER VEREENIGDE
STATEN VAN AMERIKA.
Brugge, 28sten Mei 1940.
Mijnbeer de Voorzitter,
Te midden van de algemeene verwarring
die door de buidige gebeurtenissen, welke
zicb in een razend tempo afspelen en waar-
van de draagkraoht vooralsnog niet kan ge-
srhat worden wordt veroorzaakt, wil ik
nadrukkelijk verklaren dat Belgie en zijn
leger volledig hun pbcht hebben vervuld.
Belgie is trouw gebleven aan zijn inter-
nationale verplichtingen, doordat bet ten eer-
ste zijn onzijdigheid nauwgezet heeft nage-
leefd, en ten tweede het gebeele grondgebied
stuk voor stuk heeft verdedigd.
Ons leger, dat door ontzaggelijke strijd-
krachten werd aangevallen, kon in goede orde
en in samenfwerking met de legers der garan-
deerende staten, wier hulp wij hadden inge-
roepen, 'n sterk georganiseerde verdedigings-
lijn betrekken. Docb militaire verricbtingen
die buiten ons grondgebied zijn gebeurd, beb
ben ons verplicht dit slagveld op te geven en
een reeks terugtrekkende bewegingen uit te
voeren, die ons ten slotte tot aan de kust
hebben gebracht.
iQns leger heeft alsdan, in een slag van vier
dagen, die in samenwerking met de verbon-
den legers werd geleverd, uiterste kracht-
inspanning in 't werk gesteld.
Ten slotte waren wij omsingeld op een
buitengewoon klein gebied, dat zeer dicht be-
volkt is, en waarheen bovendien honderd-
duizenden vluchtebngen waren uitgeweken,
die, dakloos, zonder voedsel of drinkwater,
onder den druk van de bombardementen uit
de luicht, onophoudelijk van den een naar den
anderen kant werden gestured.
Gisteren werden onze laatste kracbten ge-
fnuikt door de verpletterende overmacht van
bet vijandelijke vliegwezen.
Onder deze omstandigbeden beb ik een ge-
vecht willen vermijden dat, beden, zonder
eenig nut voor onze bondgenooten, onze vol
ledige uitroeiing voor gevol zou hebben ge-
had. Niemand heeft het recbt menschen-
levens nutteloos te offeren.
Het is mijn wensch, wat er ook moge ge-
beuren, het lot van mijn leger en van mijn
volk te deelen. Alboewel mij, sedert ver
scheidene dagen, werd aangeraden mijn sol
daten te verlaten, heb ik dezen raad, die voor
den bevelhebber van bet leger vaandelvlucht
zou beteekenen, afgewezen. Door bovendien
op den vaderlandscben grond te blijven wil ik
mijn volk in de beproeving, die het doormaakt,
moreel steunen.
Wegens de belangstelling, die de Vereenigde
Staten van Amerika immer aan Belgie hebben
betoond, reken ik bet mij ten plicbt U onver-
wij Id van de feiten, zooals zij zich in werke
lijkbeid hebben voorgedaan, 1 5"
stellen.
in kennis te
ITALIAANSCHE MOBILISATIE IN
.I VOLLEN GANG.
An sal do, de bekende journalist en overzicht-
scbrijver van de „Telegrafo", welke in nauw
contact staat met bet Italiaansche departe-
ment van buitenlandscbe zaken, heeft, volgens
het D. N. B., in een radiotoespraak tot het
Xtliaanaclie leger, Corsica, Tunis, Gibraltar en
Suez als ooriogijcioeleuiuen genoemd.
Iedereen weet, aldus verklaarde Ansaldo
hoe de Italianen sedert meer dan vijftig jaar
in Tunis worden behandeld. Gibraltar is een
vesting in banden der Engelschen. Suez
vormt een nauwen pas en voor het passeeren
daarvan moet een boog bedrag worden be-
taald. Corsica, Tunis, Gibraltar en Suez, zijn
controle-steunpunten, welke tegen de Ita
liaansche onafhankelijkheid zijn gericht.
Deze steunpunten, deze misbruiken en in-
breuken moeten verdwijnen, m.a.w. Italie
moet zijn recht en vrijheid in de Middelland-
sche Zee verkrijgen. Dat moet Italie met
eigen middelen en eigen overwinningen berei-
ken. Het zou dwaas zijn erop te willen wach-
ten, dat deze aanspraken door den hemel wor
den vervuld en ons in den schoot worden ge-
worpen.
In zijn toespraak sprak Ansaldo verder over
de voorbereidingen van Italie, die in de laat
ste week zeer intensief zijn geworden. De
voorbereidingswerkzaamheden bevinden zich
in de laatste phase, de mobilisatie is in vollen
gang. Tocb betreft bet hier geen overijlde
mobibsatie, docb een in alle rust uitgevoerd
werk, waarbij het aantal troepen steeds groo-
ter wordt.
Het wachtwoord van den Duce: „gelooven,
gehoorzamen en strijden" is door deze, in alle
stilte verricbte mobilisatie, een feit gewor
den. Het geheim van deze mobilisatie is het
voile vertrouwen op den Duce. Dit vertrouwen
sluit echter niet uit, dat iedere Italiaan afzon-
derlijk ook de reden moet kennen, die Italie
op het oogenbiik leidt en waarom de Duce het
bevel tot den opmarsch zou kunnen geven.
Een volk als bet Italiaansche kan met zijn
energie niet buiten een groot conflict blijven,
waaraan alle Europeesche groote mogend-
heden deelnemen en waarbij over bet lot van
Europa wordt beslist. Indien Italie zicb af-
zijdig zou willen bouden, dan zou het zich
daardoor op onherroepelijke wijze diskwalifi-
ceeren. Italie moet alleen reeds om zijn be-
staansreden handelen en dat beteekent, strij
den Dat is het moreele motief voor de hou-
ding van Italie, terwijl de tweede reden moet
ziin de onafhankelijkheid van Italie ter zee.
In het Palazzo Venezia is in tegenwoordig-
heid van Mussolini, een bijeenkomst gehou-
den ter gelegenheid van den dag der techmek
waarop uitvinders, die hebben deelgenomen
aan den nationalen wedstrijd door maarscha.k
Badoglio zijn onderscheiden. Er werd een
resolutie aangenomen, waarin de aanwezigdn
verklaarden:
„In dit uur beleven wij op bijna wonderbaar-
lijke wijze, dat alle nieuwe historiscbe voor-
waarden, die bet genie van den Duce reeds
sedert bet begin der revolutie bad voorzien,
vervuld worden. In dit uur scharen zich uit
vinders en technici met geestdrift om de
roemrijke vanen van bet vaderland om met
de grootste opofferingsgezindheid zich te zet-
ten aan elke taak, welke de wil van den Duce
hun oplegt voor bet bereiken van bet doel."
In een korte toespraak legde Mussolini den
nadruk erop, dat het fascistische regime door
de onderscheiding der uitvinders recht doet
wedervaren aan het gevoel en de levens-
behoeften van bet Italiaansche voi k
De secretaris van de organisatie van uit
vinders wees er op, dat het nieuwe karakter
van aanvals- en verdedigingswapenen en het
gebruik daarvan op de slagvelden thans bet
lot der volken bepalen en dat al degenen, die
zich niet bijtijds van de methoden van vroe
ger hebben kunnen losmaken, steeds duide
lijker met ineenstorting worden bedreigd
Met stormachtige ovaties eindigde de bij
1 eenkomst.
DE FINSCHE VERLIEZEN IN DEN
OORLOG MET RUSLAND.
Van officieele zijde wordt te Helsinki bet
getal der totale Finscbe verliezen tijdens den
Finsch-Russischen oorlog opgegeven als 19576
gesneuvelden, 3273 vermisten en 43.557 ge-
wonden. Naar verluidt heeft vooral de laatste
oorlogsweek op de Kareliscbe landengte en
ten Noord-Oosten van bet Ladoga-meer de
zwaarste verliezen geeischt. Tot de getroffen
manschappen behooren 2594 officieren, 11.564
onder-officieren en 52.248 soldaten.
WAT ZAL DUITSCHLAND THANS DOEN?
In antwoord op de angstige vraag, door de
Engelsche pers gesteld, wat Duitschland thans
zal ondernemen, wordt in een bericht, door
bet D.N.B. van deskundige militaire zijde
ontvangen, vastgesteld, dat Duitschland den
door Engeland en Frankrijk ontketenden oor
log zal voeren tot Frankrijk en Engeland op
de knieen zijn gebracht.
Het is verbazingwekkend, aldus luidt het
bericht verder, hoe de vijandelijke propa
ganda zich er het hoofd over breekt, of het
moreel van de Duitsche troepen voor een
voortzetting van de aanvallen nog sterk ge-
noeg is en of het tot dusver gevoerde offen-
sief niet te veel van het Duitsche materiaal
heeft gevorderd, zoodat men een nieuwe
onderneming niet zou aandurven. Achter al
deze woorden schemert de zorg door, dat
binnenkort nieuwe machtige Duitsche slagen
den geallieerden staan te wachten. Wanneer
het Duitsche, legerbericht van Zondag als uit-
slag van de voorloopige telling der in gevan-
genschap geraakte Engelschen en Franschen
het getal 330.000 meldt, dan is dat reeds een
indrukwekkend resultaat.
Men moet zich daarbij herinneren, dat de
slag van Tannenberg in Augustus 1914 met
93 000 en de slag aan de Weichsel, in Sep
tember 1939, met 170.000 gevangenen eindig
de, welks resultaten toenmaals als overwel-
digend werden beschouwd. Hierbij mag verder
ook niet uit het oog worden verloren, dat als
resultaat van het geheele tot dusver gevoerde
offensief in het Westen, ook nog de bij vroe-
gere gevechten en door capitulatie in gevan-
genschap geraakte Nederlandsche en Belgi
sche legers geteld moeten worden.
Ongeveer 400.000 Nederlanders, ongeveer
500.000 Belgen en meer dan 300.000 Engel
schen en Franschen geven tezamen ongeveer
een aantal van 1.200.000 gevangenen, na een
strijd van slechts drie weken. Ook de ver-
beten worsteling om Duinkerken verandert
niets aan het nu reeds vaststaande resultaat
van de eerste fase van het groote Duitsche
off ensief in het Westen.
De vijandelijke propaganda put zich uit om
moeilijkhedente ontdekken, waarmede de
Duitsche leiding zou hebben te kampen.
Miertoe behoort ook de steeds weer ver-
breide opvatting, dat moeilijkheden met de
ravitailleering, tengevolge van het zeer snelle
Duitsche oprukken, de verdere bewegingen
van de Duitsche troepen in het Westen zouden
belemmeren. In dit verband moet worden
vastgesteld, dat aan de ravitailleering van de
Duitsche troepen in het Westen niets heeft
ontbroken. Een zeer bijzonder probleem moest
worden opgelost, wanneer gemotoriseerde
afdeelingen ver voor het eigenlijke front
opereeren, gelijk dat bij de Duitsche stoot
naar Calais het geval was.
Dan moeten de colonnes het dagelijksch
gebruik aan munitie, olie, benzine en levens-
middelen dwars door het nog bezette vijande
lijke land naar hun troep in het terrein van
het front brengen. Na aflevering moeten zij
ook langs denzelfden weg naar hun uitgangs-
punt achter het front terugkeeren. Dat eischt
niet alleen zware dagelijksche marschprcsta-
ties maar ook wortj*uM>ndo met
de wapenen, om zich tegen verrassmigen te
dekken.
wagon- en suikerfabrieken enz. Plymouth,
een stad met 13.000 inwoners, is oorlogs- en
handelshaven met een handelsverkeer van
globaal 6 millioen ton. De stad is o.a. bekend
door haar zeildoekindustrie.
Van de aan de andere zijde gelegen Kanaal-
havens is Abbeville een kleine havenstad met
19.000 inwoners.
De plaats heeft laken-, linnen- en wolfabrie-
ken. Het noordelijk daarvan gelegen Boulogne
(51.000 inwoners1)van den Romeinschen kei-
zer Caligula tot Napoleon uitgangspunt der
meeste oorlogsondernemingen tegen Engeland,
is een groote handelshaven met een goederen-
verkeer van globaal 4 millioen ton. Calais
(70.000 inwoners) verscheept 2.5 millioen ton.
Hier worden hoofdzakelijk wol, hout en kolen
geimporteerd. De stad is zetel van een tule-,
zijde- en kantindustrie.
Duinkerken, de oostelijke Fransche haven
met ongeveer 32.000 inwoners, heeft een ver-
keer van 4.5 millioen ton. Hier komen vele
oliehoudende pitten aan, waaruit in de hier
gelegen oliemolens olie wordt gewonnen. De
uitvoer van Duinkerken, Calais en Boulogne
bepaalt zich in het bijzonder tot cement, ijzer
en staal. Ten zuidwesten van deze haven ligt
allereerst de in de frontberiehten reeds ge-
noemde kleine haven Dieppe, een stad met
24.000 inwoners.
Ze heeft beteekenis als uitvoerhaven van
vruchten, fruit en wijn. Aansluitend volgt
aan de monding van de Seine, als voomaam-
ste Fransche kanaalhaven Le Havre, na Mar
seille de grootste haven van Frankrijk. De
haven is tevens oorlogshaven en uitstekend
versterkt. Beteekenis heeft Le Havre als sta-
pelplaats voor katoen en als haven voor de
emigratie. De stad (164.000 inwoners), is zetel
van een katoen- en wolindustrie, een tabak-
en olie-industrie en van werven. Eveneens aan
de Seine, iets meer landinwaarts, ligt Rouaan
(120.000 inwoners). Het heeft directe verbin-
dingen met verscheidene Engelsche havens en
is speciaal voor de voorziening van Frankrijk
met Engelsche kolen van belang. Ook granen,
rubber, olie en koffie worden hier in groote
hoeveelheden aangevoerd.
DE VRAC1HTVAART OP ENGELAND.
De Hamburgsche correspondent van de
Deutsche Allgemeine Zeitung schreef op 21
Mei het volgende aan zijn blad:
Nadat Noorsche, Deensche en Zlweedsche
schepen als vrijwillige vrachtvaarders op En
geland zijn uitgevallen, hebben thans ook de
Nederlandsche en Belgische reederijen in de
wilde vaart dit bedrijf moeten staken. Hun
continentale havenbases Antwerpen en Rot
terdam, die de grootste invoerplaatsen voor
massagoed naar Engeland waren, zijn in Duit
sche handen. Wat aan Noorsche, Nederland
sche of Belgische schepen naar Engeland
vluchtte, is direct onder de beivelen van de
Brits che regeering gekomen.
Dit gedeelte van de vloot is voor de eigen
landen verloren, haar reeders zijn in zekeren
zin onteigend. Dit in tegenstelling met de
Deensche reeders, welker schepen loonend in
de Oostzee emplooi vinden.
Omtrent de doelmatigste verdeeling van
deze voor dit gebied vrij gekomen tonnage
ook Noorsche komt hiervoor in aanmerking
vinden op het oogenbiik onderhandelingen
met Duitsche autoriteiten plaats.
DE STRIJD SEDERT 10 MEI.
Een terugblik van militaire Duitsche
zijde.
LONDEN VERBIEDT BERICHTGEVING
OVER GEVLUCHTE TROEPEN.
Het D.N.B. meldt uit Stockholm:
De Britsche censuur heeft elke bericht-
geving over de aankomst van de uit Vlaan-
denen gevluchte troepen verboden. Aanleiding
tot dezen maatregel is een bericht van den
correspondent van een Amerikaansch pers-
agentschap, die aan zijn bureau een aanschou-
welijk beeld van de resten van het verslagen
Britsche expeditieleger gegeven had.
Sinds Vrijdagnamiddag is het geen buiten-
landschen correspondent in Engeland meer
gelukt een waarheidsgetrouwe schildermg
naar het buitenland over te brengen. De con-
trole door de Britsche verheid is zoo scherp,
dat practisch de behandeling van het geheele
onderwerp verboden is.
DE STRIJD IN NOOBD-NOOKWEGEN.
Een speciale correspondent van de Social-
Demokraten, aldus het D.N.B. uit Stockholm,
meldt uit den strijdsector in Npord-Noor-
wegen, dat de geallieerden, voordat zij op 28
Mei tot hun grooten aanval op Narvik over-
gingen, de stad van zee uit acht uren lang
hebben gebombardeerd. Hierbij zijn ten min-
ste 20.000 schoten gelost.
Een ooggetuige van de gevechten om Nar
vik bericht h'ierover nog. dat zich in Narvik
zelf feitelijk in het geheel geen Duitsche stel-
lingen tot verdediging bevonden, doch dat de
eigenlijke Duitsche stellingen tot verdedigmg
langs den spoorlijn en op de hoogten lagen..
De stad Narvik is door een moorddadige be-
schieting geheel verwdest, waarbij als eemge
slachtoffers Noorsche burgers zijn gevallen.
DE BETEEKENIS DER ENGELSCHE EN
FRANSCHE HAVENS AAN HET KANAAL.
Het oeconomische bijblad van de Berlinei
Lokal Anzeiger bevat een artikel over het
Engelsche Kanaal, de drukst bevaren scheep-
vaartroute der wereld, waarop in deze dagen
de oogen der wereld zijn gericht. Aan dezen
kant van de 34 kilometer breede engte tus
schen Dover en Calais liggen met Londen,
Rotterdam, Antwerpen en Hamburg de groot
ste havens der wereld die alleen al ongeveer
90 tot 100 millioen ton goederen per jaar om-
slaan. Naast de militaire beteekenis, welke de
heerschappij over de Fransche kust faet
Kanaal heeft, is ook het oeconomische belang
p)e scheepvaart op Engeland met zijn be-
langriike groote havens aan de Oostkust, spe
ciaal Londen en New-Castle, wordt aanmerke-
lijk moeilijker of zelfs onmogelijk. Tevens
wordt het verkeer van de Kanaalhavens zelf
(Dover, Southampton, Plymouth enz.) min of
meer geblokkeerd. Het verkeer van Enge
land met het vasteland gaat hoofdzakelijk via
Dover (41.000 inwoners), doch ook in het uit-
gaande verkeer naar Amerika speelt deze
haven een rol. Haar goederenverkeer is met
8.8 millioen "beduidend.
Het nabij gelegen Folkestone verscheept 1
millioen ton goederen. Portsmouth heeft als
P-rootste oorlogshaven slechts geringe oecona
mische beteekenis; over deze haven wordt
slechts 100.000 ton per jaar verscheept. Van
des te grooter belang is Southampton, dat, bs-
schut bij het eiland Wight gelegen, een ideale
haven is. Deze haven is een hoofduitgangs-
punt voor de overzeesche scheepvaart met een
verkeer van ongeveer 13.5 millioen ton. In de
stad vindt men vele werven, dokken, machine-,
Bij het slot van de operaties in Belgie en
Noord-Frankrijk ontvangt het D.N.B. van bij-
zondere militaire zijde een eerste samenvat-
tend overzicht. Een -vemietigingsalag- ie ge
leverd, gelijk nog nimmer in de krijgsgeschie-
denis kon worden opgeteekend. Op 10 Mei
werd over een front van meer den 500 km de
Duitsche grens overschreden. Voor het eerst
werden daanbrj op groote schaal valscherm-
troepen ingezet met het doel in het vijande
lijke achterland strategische punten te nemen
en te houden, tot het landleger daarmee in
verbinding kon komen. Deze taktiek maakte
het mogelijk de strijd om de vesting Holland
reeds op 14 Mei te beeindigen en het sterkste
fort van de vesting Luik te bedwingen. Uit
de ervaringen van den oorlog in Nederland
was toen reeds gebleken, dat zelfs de meest
moderne versperringen, terreinhindernissen
versterkt met bunkers, opgeblazen bruggen
en spoorwegen alsook inundaties de Duitsche
weermacht niet vermochten tegen te houden.
Al deze weerstanden werden door samenwer
king van leger en luchtmacht, onder toepas-
sing van de meest geperfectioneerde strijd-
middelen, gebroken.
Op 14 Mei werd de wereld verrast door het
gat, dat de Duitsche strijdkrachten tusschen
Sedan en Maubeuge in de Maginotlinie sloe-
0__.. De omvang van het reeds daardoor en
fatw door den daarop gevolgden opmarsch
bereikte resultaat blijkt uit het feit, dat het
aantal gevangenen, ongeacht het Nederland
sche leger, op 19 Mei reeds 110.000 bedroeg.
Op 20 Mei wordt een aanvang gemaakt met
een nieuwe aanvalsoperatie. Terwijl de Fran
sche, Engelsche en Belgische legers of vertwij-
feld naar het Zuiden pogen te ontsnappen, of
naar de kanaalhavens vluchten, verneemt de
verbaasde wereld, dat een geheel Fransch
leger, welks taak het was tusschen Belgie en
het gebied ten Zuiden van Sedan de verbinding
in stand te houden, verslagen is en in ont-
binding verkeert. Door de bres stroomen dan
Duitsche divisies, met aan de spits gepantser-
de en gemotoriseerde troepen. In adembene-
mend tempo worden Atrecht, Amiens en Ab
beville genomen. In Belgie zijn het geheele
Belgische leger en de belangrijkste Britsche
en Fransche eenheden ingesloten. Gedurende
de volgende dagen worden ook de Schelde en
Leie-stellingen doorbroken; de omsingeling in
het Zuiden wordt tot Calais uitgebreid. Geen
verzet baat den overrompelden tegenstander.
Elk verweer, ook elke poging tot ontzet faalt
tegenover het Duitsche pantser en de actie
der stuka's. Onder den indruk hiervan besluit
de koning van Belgie te capituleeren. Hierdoor
wordt het mogelijk het ingesloten gebied
verder te verkleinen. Het Engelsche expedi
tieleger is aan de kust op een steeds smal-
lere 'strook samengedrongen en vlucht de zee
in, onder achterlating van alle oorlogsmate-
riaalhet Fransche leger bij Rijssel is aan
vernietiging prijsgegeven.
DE ACHTERGROND VAN HET DUITSCHE
SUCCES.
Het Duitsche Nieuwsbureau meldt uit
Berijn:
Voor vertegenwoordigers van de buiten-
landsche pers heeft Oberstleutnant Hesse de
leider der persgroep van den opperbevelheb-
ber van het leger, een rede uitgesproken over
de achtergronden van de Duitsche successen
in het Westen.
Op grond van verscheidene tochten door
de gevechtsgebieden verhaalde hij, dat men
overal onder officieren en soldaten zelf ver
rast was geweest over de snelle successen
Niemand heeft gedacht, dat het zoo gemak
kelijk mogelijk zou zijn de Engelsche en
Fransche troepen op de vlucht te doen slaan
Niemand heeft verwacht, dat bijv. de reus-
achtige Fransche pantserwagens eenvoudig
opgeblazen konden worden. Men staat daar
bij voor een zekere geheimzinnigheid.
Een der geheimen van het snelle Duitsche
succes echter is misschien de aanfwezigheid
der legerleiders en commandanten in de aller-
voorste linie. Zoo heeft spr. ook den Fiihrer
vooraan, temidden der fronttroepen aange-
troffen. Achter deze leiders staat bovendien
een schitterend uitgeruste soldatengroep, die
zij eenvoudig meesleepen.
Een tweede geheim van het Duitsche succes
ligt in de snelheid der troepen, waarvan men
zich geen voorstelling kan maken, en die toe-
geschreven moet worden aan de zeer nauwe
samenwerking der afzonderlijke deelen der
weermacht.
Daarbij komen een ontzaggelijke wapen-
techniek en onovertrefbare middelen voor
gevechten van nabij.
Spr. heeft Engelsche en Fransche officie
ren gesproken, die stomverbaasd stonden voor
het feit, dat een zoo ongehoord sterk fort als
Eben Emael, dat zij voor onneembaar hiel-
den, in zoo korten tijd kon worden genomen.
Het Duitsche leger is maiterieel, technisch
en vooral ook naar de menschen ontegenzeg-
gelijk superieur aan den tegenstander. Spr.
heeft infanteriedivisies aangetroffen, die na
een dagmarsch van 50 km te hebben gepres-
teeerd, des avonds volkomen frisch waren.
Al deze redenen hebben er toe bijgedragen,
dat de Duitsche verliezen zeer gering zijn.
Hetzelfde geldt ook van de tot in de voorste
linie strijdende pantsertroepen. Zeiden krijgt
men een buiten gevecht zijnden pantserwagen
onder oogen, volkomen in tegenstelling tot de
Fransche.
Zoo behoefde ook het overwegende deel der
infanteriedivisies in het geheel niet in het ge
vecht gebracht te worden, daar de vijand voor
een groot deel eenvoudig onder den voet werd
geloopen of zich zonder strijd overgaf. Luid
lachen kan men van de soldaten hooren, wan
neer men hun vertelt van de Engelsche over-
winningsberichten.
Een feit is, zoo ging spr. verder, dat de
Duitsche soldaat hard en onmeedoogend toe-
geslagen heeft, maar met den wil om de
wereld dergelijke gevechten voor langen tijd
te besparen.
Interessant was verder de constateering
van Dr. Hesse, dat de Duitsche aanvoer van
voorraden een wonderlijk vervolmaakte orga
nisatie vormde, zooda£ op geen enkele plaats
moeilijkheden ontstonden. Nergens is op
eenigerlei oogenbiik gebrek aan benzine ont-
staan.
Aan de spits staat een in de laatste tien
jaar volkomen nieuw gevormde leidingskunst,
die werkt met snelle besluiten en bij wijze van
spreken „uit den zadel" haar bevelen geeft.
De laatste oorzaak van den Duitschen zege-
tocht kan men echter hierin zien, dat de
Duitsche soldaat vele moreele eigenschappen
heeft bewaard, die Duitschland in zijn geschie-
denis even zoovele overwinningen hebben ge
bracht. In dezen oorlog komt bij iederen sol
daat naar voren, dat hij strijdt met het on-
tembare verlangen een einde te maken aan
den in Versailles opgestelden, ondraaglijken
toestand. Dat is een groote moreele voor-
sprong op de tegenpartij.
DE VERSTERRING DER DEFENSIE.
In zijn Vrijdag gepubliceerde wapenings-
boodschap de tweede sedert het Duitsche
binnenrukken in Belgie verklaart president
Roosevelt volgens het D.N.B., dat de bijna
ongelooflijke prestaties van de Duitsche lucht
macht en van de gemechaniseerde troepen
gedurende de afgeloopen veertien dagen en
de mogelijkheid van een verdere ontwikkeling
dezer wapens een krachtiger belwapening der
Vereenigde Staten noodig hebben gemaakt.
Niemand kan nauwkeurig zeggen, wat de
toekomst zal brengen. Daarom eischt een
verstandig beleid, dat de landsverdediging
versterkt wordt.
Het marinecomimando heeft op grond van
zorgvuldiige waarnemingen in de laatste
weken dringend verzocht het Congres nog
v<5<5r zijn verdaging nieuwe machtigingen voor
te stellen. Belangrijk is vooral de onverwijlde
uibbreidinlg der productiegelegeniheid voor
moigelijke noodgevallen en de opvulling van
bestaande leemten. Daartoe behoort ook de
opleiding van jongelieden in nijverheid, leger
en marine.
De factor tijd is van groot gewicht, want
de Europeesche ervaring heeft geleerd, hoe
noodlottig het is, wanneer men met produc-
tie en opleiding wacht tot de vijandelijkheden
beginnen.
Zonder de mogelijkheid van productie en
van het gebruik van volledig opgeleide men
schen in de oorlogsindustrie en in alle takken
der defensie is een verdediging in komende
kritieke dagen niet mogelijk. Roosevelt vter-
klaart geen nauwkeurige geta'llen te kunnen
noemen, en dat over te laten aan de ontwerp-
begrootingen van het leger, doch hij zegt, dat
er sprake zal zijn van een groot bedrag n.l.
meer dan een milliard dollar, dat in het be
lang der nationale veiligheid moet worden
toegestaan.
Ten slotte vraagt hij van hiet Oongres mach-
tiging om zoo noodig de nationale garde te
kunnen oproepen.
JAPAN IN DE EERSTE PLAATS
GETROFFEN.
Naar het Japansche persagentschap Domei
meldt, heeft het Amerikaansche departement
van buitenlandsche zaken aan de Japansche
ambassade te Washington medegedeeld, dat
de Amerikaansche regeering den uitvoer van
verschillende, voor de defensie noodige, goe
deren zal venbieden en dat deze maatregel ook
op andere landen in dezelfde mate zal worden
toegepast. Men wijst er op, dat het embargo
onder meer betrekking zal hebben op den uit
voer van machines, jnachine-onderdeelen,
vliegtuigen, tin. rubber, ij'zer, mangaan, ijzer-
afval en chroom.
Domei merkt op, dat Japan waarschijnlijk
zeer binnenkort zijn standpunt in deze kwes-
tie zal bepalen.
Het D.N.B. meldt uit het groote Duitsche
hoofdkwartiers d.d. 3 Juni o.m.:
Twee torpedobootjagers, een Vvachtschip en
twee koopvaarders van 5000 ton zijn tot zin-
ken gebracht, een oorlogsschip, twee torpedo
bootjagers en 10 koopvaarders zijn door bom-
men zwaar beschadigd.
Verder zijn de aanvallen van het luchtwapen
tot in het dal van de Rhone en tot Marseille
uitgebreid.
Voor onze, aan weerszijden van Forbach
aanvallende troepen is de vijand op de Magi
notlinie teruggetrokken met achterlating van
gevangenen en materieel.
De bij den grooten slag in Vlaanderen en
Artois gevangen genomen Engelschen en
Franschen hebben het getal 330.000 bereikt.
De afNveerstrijd van onze bergjagers in het
bergachtige terrein om Narvik tegenover een
veel sterker vijand duurt nog voort.