De Oorlog. Buitenland duitsgh legerbericht. gen naar onafhankelijkheid onder eigen be- wind verloochenen. Onder de gestelae voor- waarden zal het ons eciiter mogelijk zijn aan de over ons gestelde autoriteiten de medewer- king te verleenen, welke thans noodig is. Wij zijn ervan overtuigd, dat de leden van ons ambtenarencorps, die in de dagen, welke ach- ter ons liggen, zoo duidelijke bewijzen bebben •gegeven van karakter, voortvarendheid en bekwaamheid, zullen doen wat in bun vermo- gen Ugt om mogelijke wrijvingen te voorko- men. Het beroep op het Nederlandsche volk om deze leiding met begrip voor de situatie van bet oogenbiik en zelfbeheersching te vol- gen, zal stellig niet vergeefscb zijn. Over de uiteindelijke recbtspositie van ons land zal eerst later worden beslist. Bijzon- dere aandacht verdienen in dit verband evenwel de slotwoorden van de proclamatie: ,,Het Nederlandsche volk zal in ae vervulling van de taak, die uit bet gemeenschappelijk lot voortvloeit, zicb zijn land en zijn vrijheid voor de toekomst vermogen te verzekeren". Wij meenen, dat in de proclamatie van den Rijks- commissaris-Rijksiminister een kader is gege ven, waarbinnen wij Nederlanders met ■behoud van eigen levensstijl e nhanrhaving van ons zelfrespect kunnen boulwen aan onze toe komst. De „Standaard" aoht bet natuurlijk, dat zal moeten worden afgewacht, welke verordenin- gen met inbegrip van maatregelen van wet- gevenden aard door den Rijkscommissaris zullen worden genomen, maar de geest, die uit proclamatie en rede spreekt, doet, gelijk wij reeds zeiden, bopen, dat een goedwillende samenwerking tusschen de nieuwe beerscbers en ons volk mogelijk zal zijn. Wat wij. van barte bopen. Want boe zwaar bet ons ook valt, we moeten buigen voor de macbt van de feiten en met nucbteren werkelijkheidszin die feiten aanvaarden. „Het Nederlandsche volk", zoo luidt bet slot van de proclamatie ,„zal door de ver vulling van de taak, die uit bet gemeen schappelijk lot voortvloeit, in staat zijn zijn land en zijn vrijheid voor de toekomst te ver zekeren." Met dit vooruitzicht kan geen offer te zwaar worden geacht. Daarom wekken wij er nngmaals toe op ons lot met waardig- beid te dragen en kracbtig mede te werken aan den wederopbouw van bet land, onder aanvaarding van de aangeboden samenwer king. De „Maasbode" merkt op, dat de rijkscom missaris ook een oogenbiik over „nationale eer" sprak. Daarin ligt opgesloten, dat ook van ons verwacht wordt, dat wij ons in de bestaande omstandigbeden zullen schikken met waar- digbeid. De bezettende macbt verwacht van ons correctbeid en die medewerking, welke strekken kan tot bet reeel belang van bet land. Maar zij verwacht van ons geen kruiper.g- beid. Integendeel, wij bouden er ons ten voile van overtuigd, dat bet voor haar een teleur- stelling zou zijn, als zij deze bij het Neder landsche volk, aan welks moedige soldaten de Rijkscommissaris bulde bracht, zou moeten ontdekken. Met kruipen brengt men bet niet ver, nocb in letterlijken, nocb in figuurlijken zin. Ben fier en zelfbewust gevoel van natio- nale waardigheid, die op gepaste wijze reke- ning boudt met de bestaande omstandigbeden, zal ons niet worden euvel geduid maar veel- eer worden gewaardeerd. In den strijd wonnen wij de acbting van den tegenstander door onzen moed, na den strijd zullen wij die weten te bebouden en ook alleen kunnen bebouden door een houding, die onze gevallen soldaten niet onwaardig is, maar die tevens berust op onzen zin voor de realiteit, waarop de Rijkscommissaris een beroep deed, meent: De proclamatie zoowoi exio lcrde van den Rijkscommissaris bieden voor den arbeid, dien de Nederlandsche autoriteiten en het Neder landsche volk in samenwerking met de Du:t- sche overbeid zullen verricbten een belderen en vasten grondslag. Zyn verklaring dat bet Nederlandsche volk op die wijze ,,in staat zal zijn zijn land en zijn vrijheid voor de toekomst te verzekeren", is geschikt om vertrouwen in die samenwerking te wekken. Reeds is de arbeid ter hand genomen. Hij zal snel en hard moeten zijn. Offers zullen van een ieder gevraagd worden en zonder dwang zal de noodige concentratie en effi ciency vaak niet kunnen worden bereikt. Maar inspanning en offers mogen gedragen worden door het besef, dat de arbeid vrucbtbaar is voor ons land. De ,,Volkskrant'" scbrijft aan bet slot van haar betoog: Het begrip Duitschland omtrent ons volks karakter bebben wij met een zelfde begrip te beantwoordenzoo zal een elkaar verstaan en een samenwerking worden verkregen, die tot welzijn van beide landen zal strekken en voor ons volk de te brengen offers tot bet onvermijdelijke minimum zal beperken. Over den nieuwen toestand scbrijft het „Nationale Dagblad" een artikel waaraan wij deze conclusie ontleenen: Daarmee is voor ons volk, dat nog oni- kijkt naar betgeen viel, een nieuw verscbiet geopend. Wij zijn steeds goede Europeanen geweest; laat ons ook in de toekomst goede Europeanen zijn en medewerken aan bet doel van Duitschland's Fiihrer: blijvenue vrede en zedelijke ordening voor alien, die van goeden wil zijn. Het „Volk" betoogt ten slotte o.a. het vol- gende Wij, Nederlanders, levende uit een groole histor'ische traditie, waarin wij meer dan eens gedwongen werden ons volksbestaan in de waagschaal te werpen, bezitten een natuurlijk begrip voor geschiedkundige ont- wikkelingsgangen. Dat doet ons rustig zyn, ook in het barnen van den tijd. Een rust, die bet fundament vormt van ons bouwend ver mogen en op haar beurt weer wortelt in de kracht van ons volkseigene. Het heeft ons zeer getroffen, dat de Rijkscommissaris m zijn rede gewaagde van de vrijheidsoorlogen onzer gescbiedenis, daarbij een fijngevoebg begrip toonend voor 't geen op de bodem van onze volksziel ligt als levende kernkracht en stuwend vermogen bij de toekomstige arbeid, die, in loyale en innige samenwerking met onze Oosterburen, zal moeten worden verricat. ,Wij komen niet liter" aldus de Rijks- commissaris „om een volkskarakter in hec nauw te brengen en te vernielen of om aan een land de vrijheid te ontnemenWij wil- len dit land en zijn bevolking n6ch lmpena- listisch in bet nauw drijven, n6eh aan dit land en zijn volk onze poliitieke overtuiging op- drin^en. Wij willen ons in ons optreden alleen laten leiden door de noodzakelijkbeid van den huidigen bijzonderen toestand. Bovendien ech- ter zullen wij niet anders werkzaam zijn dan door onze bouding en door bet voorbeeld, dat ae kracht van onze gezindheid en de onvoor- waardelijkheid van ons streven voor het volk in bet Rijk kunnen geven". Deze woorden getuigen van een diep inzichc in het Nederlandsche volkskarakter en zij vor- men bovendien een actieve bijdrage tot de vei*werkelijking van de tevens door den Rijks commissaris geuiie gedachte, dat er niets is wat Duitschers en Nederlanders zou kunnen verhir.deren elkaar met acbting te bejegenen. Een uitspraak, die wij gaarne tot de onze maken. BRIEF GEZONDEN DOOR HONING LEOPOLD AAN MR. ROOSEVELT, VOORZTTTER DER VEREENIGDE STATEN VAN AMERIKA. Brugge, 28sten Mei 1940. Mijnbeer de Voorzitter, Te midden van de algemeene verwarring die door de buidige gebeurtenissen, welke zicb in een razend tempo afspelen en waar- van de draagkraoht vooralsnog niet kan ge- srhat worden wordt veroorzaakt, wil ik nadrukkelijk verklaren dat Belgie en zijn leger volledig hun pbcht hebben vervuld. Belgie is trouw gebleven aan zijn inter- nationale verplichtingen, doordat bet ten eer- ste zijn onzijdigheid nauwgezet heeft nage- leefd, en ten tweede het gebeele grondgebied stuk voor stuk heeft verdedigd. Ons leger, dat door ontzaggelijke strijd- krachten werd aangevallen, kon in goede orde en in samenfwerking met de legers der garan- deerende staten, wier hulp wij hadden inge- roepen, 'n sterk georganiseerde verdedigings- lijn betrekken. Docb militaire verricbtingen die buiten ons grondgebied zijn gebeurd, beb ben ons verplicht dit slagveld op te geven en een reeks terugtrekkende bewegingen uit te voeren, die ons ten slotte tot aan de kust hebben gebracht. iQns leger heeft alsdan, in een slag van vier dagen, die in samenwerking met de verbon- den legers werd geleverd, uiterste kracht- inspanning in 't werk gesteld. Ten slotte waren wij omsingeld op een buitengewoon klein gebied, dat zeer dicht be- volkt is, en waarheen bovendien honderd- duizenden vluchtebngen waren uitgeweken, die, dakloos, zonder voedsel of drinkwater, onder den druk van de bombardementen uit de luicht, onophoudelijk van den een naar den anderen kant werden gestured. Gisteren werden onze laatste kracbten ge- fnuikt door de verpletterende overmacht van bet vijandelijke vliegwezen. Onder deze omstandigbeden beb ik een ge- vecht willen vermijden dat, beden, zonder eenig nut voor onze bondgenooten, onze vol ledige uitroeiing voor gevol zou hebben ge- had. Niemand heeft het recbt menschen- levens nutteloos te offeren. Het is mijn wensch, wat er ook moge ge- beuren, het lot van mijn leger en van mijn volk te deelen. Alboewel mij, sedert ver scheidene dagen, werd aangeraden mijn sol daten te verlaten, heb ik dezen raad, die voor den bevelhebber van bet leger vaandelvlucht zou beteekenen, afgewezen. Door bovendien op den vaderlandscben grond te blijven wil ik mijn volk in de beproeving, die het doormaakt, moreel steunen. Wegens de belangstelling, die de Vereenigde Staten van Amerika immer aan Belgie hebben betoond, reken ik bet mij ten plicbt U onver- wij Id van de feiten, zooals zij zich in werke lijkbeid hebben voorgedaan, 1 5" stellen. in kennis te ITALIAANSCHE MOBILISATIE IN .I VOLLEN GANG. An sal do, de bekende journalist en overzicht- scbrijver van de „Telegrafo", welke in nauw contact staat met bet Italiaansche departe- ment van buitenlandscbe zaken, heeft, volgens het D. N. B., in een radiotoespraak tot het Xtliaanaclie leger, Corsica, Tunis, Gibraltar en Suez als ooriogijcioeleuiuen genoemd. Iedereen weet, aldus verklaarde Ansaldo hoe de Italianen sedert meer dan vijftig jaar in Tunis worden behandeld. Gibraltar is een vesting in banden der Engelschen. Suez vormt een nauwen pas en voor het passeeren daarvan moet een boog bedrag worden be- taald. Corsica, Tunis, Gibraltar en Suez, zijn controle-steunpunten, welke tegen de Ita liaansche onafhankelijkheid zijn gericht. Deze steunpunten, deze misbruiken en in- breuken moeten verdwijnen, m.a.w. Italie moet zijn recht en vrijheid in de Middelland- sche Zee verkrijgen. Dat moet Italie met eigen middelen en eigen overwinningen berei- ken. Het zou dwaas zijn erop te willen wach- ten, dat deze aanspraken door den hemel wor den vervuld en ons in den schoot worden ge- worpen. In zijn toespraak sprak Ansaldo verder over de voorbereidingen van Italie, die in de laat ste week zeer intensief zijn geworden. De voorbereidingswerkzaamheden bevinden zich in de laatste phase, de mobilisatie is in vollen gang. Tocb betreft bet hier geen overijlde mobibsatie, docb een in alle rust uitgevoerd werk, waarbij het aantal troepen steeds groo- ter wordt. Het wachtwoord van den Duce: „gelooven, gehoorzamen en strijden" is door deze, in alle stilte verricbte mobilisatie, een feit gewor den. Het geheim van deze mobilisatie is het voile vertrouwen op den Duce. Dit vertrouwen sluit echter niet uit, dat iedere Italiaan afzon- derlijk ook de reden moet kennen, die Italie op het oogenbiik leidt en waarom de Duce het bevel tot den opmarsch zou kunnen geven. Een volk als bet Italiaansche kan met zijn energie niet buiten een groot conflict blijven, waaraan alle Europeesche groote mogend- heden deelnemen en waarbij over bet lot van Europa wordt beslist. Indien Italie zicb af- zijdig zou willen bouden, dan zou het zich daardoor op onherroepelijke wijze diskwalifi- ceeren. Italie moet alleen reeds om zijn be- staansreden handelen en dat beteekent, strij den Dat is het moreele motief voor de hou- ding van Italie, terwijl de tweede reden moet ziin de onafhankelijkheid van Italie ter zee. In het Palazzo Venezia is in tegenwoordig- heid van Mussolini, een bijeenkomst gehou- den ter gelegenheid van den dag der techmek waarop uitvinders, die hebben deelgenomen aan den nationalen wedstrijd door maarscha.k Badoglio zijn onderscheiden. Er werd een resolutie aangenomen, waarin de aanwezigdn verklaarden: „In dit uur beleven wij op bijna wonderbaar- lijke wijze, dat alle nieuwe historiscbe voor- waarden, die bet genie van den Duce reeds sedert bet begin der revolutie bad voorzien, vervuld worden. In dit uur scharen zich uit vinders en technici met geestdrift om de roemrijke vanen van bet vaderland om met de grootste opofferingsgezindheid zich te zet- ten aan elke taak, welke de wil van den Duce hun oplegt voor bet bereiken van bet doel." In een korte toespraak legde Mussolini den nadruk erop, dat het fascistische regime door de onderscheiding der uitvinders recht doet wedervaren aan het gevoel en de levens- behoeften van bet Italiaansche voi k De secretaris van de organisatie van uit vinders wees er op, dat het nieuwe karakter van aanvals- en verdedigingswapenen en het gebruik daarvan op de slagvelden thans bet lot der volken bepalen en dat al degenen, die zich niet bijtijds van de methoden van vroe ger hebben kunnen losmaken, steeds duide lijker met ineenstorting worden bedreigd Met stormachtige ovaties eindigde de bij 1 eenkomst. DE FINSCHE VERLIEZEN IN DEN OORLOG MET RUSLAND. Van officieele zijde wordt te Helsinki bet getal der totale Finscbe verliezen tijdens den Finsch-Russischen oorlog opgegeven als 19576 gesneuvelden, 3273 vermisten en 43.557 ge- wonden. Naar verluidt heeft vooral de laatste oorlogsweek op de Kareliscbe landengte en ten Noord-Oosten van bet Ladoga-meer de zwaarste verliezen geeischt. Tot de getroffen manschappen behooren 2594 officieren, 11.564 onder-officieren en 52.248 soldaten. WAT ZAL DUITSCHLAND THANS DOEN? In antwoord op de angstige vraag, door de Engelsche pers gesteld, wat Duitschland thans zal ondernemen, wordt in een bericht, door bet D.N.B. van deskundige militaire zijde ontvangen, vastgesteld, dat Duitschland den door Engeland en Frankrijk ontketenden oor log zal voeren tot Frankrijk en Engeland op de knieen zijn gebracht. Het is verbazingwekkend, aldus luidt het bericht verder, hoe de vijandelijke propa ganda zich er het hoofd over breekt, of het moreel van de Duitsche troepen voor een voortzetting van de aanvallen nog sterk ge- noeg is en of het tot dusver gevoerde offen- sief niet te veel van het Duitsche materiaal heeft gevorderd, zoodat men een nieuwe onderneming niet zou aandurven. Achter al deze woorden schemert de zorg door, dat binnenkort nieuwe machtige Duitsche slagen den geallieerden staan te wachten. Wanneer het Duitsche, legerbericht van Zondag als uit- slag van de voorloopige telling der in gevan- genschap geraakte Engelschen en Franschen het getal 330.000 meldt, dan is dat reeds een indrukwekkend resultaat. Men moet zich daarbij herinneren, dat de slag van Tannenberg in Augustus 1914 met 93 000 en de slag aan de Weichsel, in Sep tember 1939, met 170.000 gevangenen eindig de, welks resultaten toenmaals als overwel- digend werden beschouwd. Hierbij mag verder ook niet uit het oog worden verloren, dat als resultaat van het geheele tot dusver gevoerde offensief in het Westen, ook nog de bij vroe- gere gevechten en door capitulatie in gevan- genschap geraakte Nederlandsche en Belgi sche legers geteld moeten worden. Ongeveer 400.000 Nederlanders, ongeveer 500.000 Belgen en meer dan 300.000 Engel schen en Franschen geven tezamen ongeveer een aantal van 1.200.000 gevangenen, na een strijd van slechts drie weken. Ook de ver- beten worsteling om Duinkerken verandert niets aan het nu reeds vaststaande resultaat van de eerste fase van het groote Duitsche off ensief in het Westen. De vijandelijke propaganda put zich uit om moeilijkhedente ontdekken, waarmede de Duitsche leiding zou hebben te kampen. Miertoe behoort ook de steeds weer ver- breide opvatting, dat moeilijkheden met de ravitailleering, tengevolge van het zeer snelle Duitsche oprukken, de verdere bewegingen van de Duitsche troepen in het Westen zouden belemmeren. In dit verband moet worden vastgesteld, dat aan de ravitailleering van de Duitsche troepen in het Westen niets heeft ontbroken. Een zeer bijzonder probleem moest worden opgelost, wanneer gemotoriseerde afdeelingen ver voor het eigenlijke front opereeren, gelijk dat bij de Duitsche stoot naar Calais het geval was. Dan moeten de colonnes het dagelijksch gebruik aan munitie, olie, benzine en levens- middelen dwars door het nog bezette vijande lijke land naar hun troep in het terrein van het front brengen. Na aflevering moeten zij ook langs denzelfden weg naar hun uitgangs- punt achter het front terugkeeren. Dat eischt niet alleen zware dagelijksche marschprcsta- ties maar ook wortj*uM>ndo met de wapenen, om zich tegen verrassmigen te dekken. wagon- en suikerfabrieken enz. Plymouth, een stad met 13.000 inwoners, is oorlogs- en handelshaven met een handelsverkeer van globaal 6 millioen ton. De stad is o.a. bekend door haar zeildoekindustrie. Van de aan de andere zijde gelegen Kanaal- havens is Abbeville een kleine havenstad met 19.000 inwoners. De plaats heeft laken-, linnen- en wolfabrie- ken. Het noordelijk daarvan gelegen Boulogne (51.000 inwoners1)van den Romeinschen kei- zer Caligula tot Napoleon uitgangspunt der meeste oorlogsondernemingen tegen Engeland, is een groote handelshaven met een goederen- verkeer van globaal 4 millioen ton. Calais (70.000 inwoners) verscheept 2.5 millioen ton. Hier worden hoofdzakelijk wol, hout en kolen geimporteerd. De stad is zetel van een tule-, zijde- en kantindustrie. Duinkerken, de oostelijke Fransche haven met ongeveer 32.000 inwoners, heeft een ver- keer van 4.5 millioen ton. Hier komen vele oliehoudende pitten aan, waaruit in de hier gelegen oliemolens olie wordt gewonnen. De uitvoer van Duinkerken, Calais en Boulogne bepaalt zich in het bijzonder tot cement, ijzer en staal. Ten zuidwesten van deze haven ligt allereerst de in de frontberiehten reeds ge- noemde kleine haven Dieppe, een stad met 24.000 inwoners. Ze heeft beteekenis als uitvoerhaven van vruchten, fruit en wijn. Aansluitend volgt aan de monding van de Seine, als voomaam- ste Fransche kanaalhaven Le Havre, na Mar seille de grootste haven van Frankrijk. De haven is tevens oorlogshaven en uitstekend versterkt. Beteekenis heeft Le Havre als sta- pelplaats voor katoen en als haven voor de emigratie. De stad (164.000 inwoners), is zetel van een katoen- en wolindustrie, een tabak- en olie-industrie en van werven. Eveneens aan de Seine, iets meer landinwaarts, ligt Rouaan (120.000 inwoners). Het heeft directe verbin- dingen met verscheidene Engelsche havens en is speciaal voor de voorziening van Frankrijk met Engelsche kolen van belang. Ook granen, rubber, olie en koffie worden hier in groote hoeveelheden aangevoerd. DE VRAC1HTVAART OP ENGELAND. De Hamburgsche correspondent van de Deutsche Allgemeine Zeitung schreef op 21 Mei het volgende aan zijn blad: Nadat Noorsche, Deensche en Zlweedsche schepen als vrijwillige vrachtvaarders op En geland zijn uitgevallen, hebben thans ook de Nederlandsche en Belgische reederijen in de wilde vaart dit bedrijf moeten staken. Hun continentale havenbases Antwerpen en Rot terdam, die de grootste invoerplaatsen voor massagoed naar Engeland waren, zijn in Duit sche handen. Wat aan Noorsche, Nederland sche of Belgische schepen naar Engeland vluchtte, is direct onder de beivelen van de Brits che regeering gekomen. Dit gedeelte van de vloot is voor de eigen landen verloren, haar reeders zijn in zekeren zin onteigend. Dit in tegenstelling met de Deensche reeders, welker schepen loonend in de Oostzee emplooi vinden. Omtrent de doelmatigste verdeeling van deze voor dit gebied vrij gekomen tonnage ook Noorsche komt hiervoor in aanmerking vinden op het oogenbiik onderhandelingen met Duitsche autoriteiten plaats. DE STRIJD SEDERT 10 MEI. Een terugblik van militaire Duitsche zijde. LONDEN VERBIEDT BERICHTGEVING OVER GEVLUCHTE TROEPEN. Het D.N.B. meldt uit Stockholm: De Britsche censuur heeft elke bericht- geving over de aankomst van de uit Vlaan- denen gevluchte troepen verboden. Aanleiding tot dezen maatregel is een bericht van den correspondent van een Amerikaansch pers- agentschap, die aan zijn bureau een aanschou- welijk beeld van de resten van het verslagen Britsche expeditieleger gegeven had. Sinds Vrijdagnamiddag is het geen buiten- landschen correspondent in Engeland meer gelukt een waarheidsgetrouwe schildermg naar het buitenland over te brengen. De con- trole door de Britsche verheid is zoo scherp, dat practisch de behandeling van het geheele onderwerp verboden is. DE STRIJD IN NOOBD-NOOKWEGEN. Een speciale correspondent van de Social- Demokraten, aldus het D.N.B. uit Stockholm, meldt uit den strijdsector in Npord-Noor- wegen, dat de geallieerden, voordat zij op 28 Mei tot hun grooten aanval op Narvik over- gingen, de stad van zee uit acht uren lang hebben gebombardeerd. Hierbij zijn ten min- ste 20.000 schoten gelost. Een ooggetuige van de gevechten om Nar vik bericht h'ierover nog. dat zich in Narvik zelf feitelijk in het geheel geen Duitsche stel- lingen tot verdediging bevonden, doch dat de eigenlijke Duitsche stellingen tot verdedigmg langs den spoorlijn en op de hoogten lagen.. De stad Narvik is door een moorddadige be- schieting geheel verwdest, waarbij als eemge slachtoffers Noorsche burgers zijn gevallen. DE BETEEKENIS DER ENGELSCHE EN FRANSCHE HAVENS AAN HET KANAAL. Het oeconomische bijblad van de Berlinei Lokal Anzeiger bevat een artikel over het Engelsche Kanaal, de drukst bevaren scheep- vaartroute der wereld, waarop in deze dagen de oogen der wereld zijn gericht. Aan dezen kant van de 34 kilometer breede engte tus schen Dover en Calais liggen met Londen, Rotterdam, Antwerpen en Hamburg de groot ste havens der wereld die alleen al ongeveer 90 tot 100 millioen ton goederen per jaar om- slaan. Naast de militaire beteekenis, welke de heerschappij over de Fransche kust faet Kanaal heeft, is ook het oeconomische belang p)e scheepvaart op Engeland met zijn be- langriike groote havens aan de Oostkust, spe ciaal Londen en New-Castle, wordt aanmerke- lijk moeilijker of zelfs onmogelijk. Tevens wordt het verkeer van de Kanaalhavens zelf (Dover, Southampton, Plymouth enz.) min of meer geblokkeerd. Het verkeer van Enge land met het vasteland gaat hoofdzakelijk via Dover (41.000 inwoners), doch ook in het uit- gaande verkeer naar Amerika speelt deze haven een rol. Haar goederenverkeer is met 8.8 millioen "beduidend. Het nabij gelegen Folkestone verscheept 1 millioen ton goederen. Portsmouth heeft als P-rootste oorlogshaven slechts geringe oecona mische beteekenis; over deze haven wordt slechts 100.000 ton per jaar verscheept. Van des te grooter belang is Southampton, dat, bs- schut bij het eiland Wight gelegen, een ideale haven is. Deze haven is een hoofduitgangs- punt voor de overzeesche scheepvaart met een verkeer van ongeveer 13.5 millioen ton. In de stad vindt men vele werven, dokken, machine-, Bij het slot van de operaties in Belgie en Noord-Frankrijk ontvangt het D.N.B. van bij- zondere militaire zijde een eerste samenvat- tend overzicht. Een -vemietigingsalag- ie ge leverd, gelijk nog nimmer in de krijgsgeschie- denis kon worden opgeteekend. Op 10 Mei werd over een front van meer den 500 km de Duitsche grens overschreden. Voor het eerst werden daanbrj op groote schaal valscherm- troepen ingezet met het doel in het vijande lijke achterland strategische punten te nemen en te houden, tot het landleger daarmee in verbinding kon komen. Deze taktiek maakte het mogelijk de strijd om de vesting Holland reeds op 14 Mei te beeindigen en het sterkste fort van de vesting Luik te bedwingen. Uit de ervaringen van den oorlog in Nederland was toen reeds gebleken, dat zelfs de meest moderne versperringen, terreinhindernissen versterkt met bunkers, opgeblazen bruggen en spoorwegen alsook inundaties de Duitsche weermacht niet vermochten tegen te houden. Al deze weerstanden werden door samenwer king van leger en luchtmacht, onder toepas- sing van de meest geperfectioneerde strijd- middelen, gebroken. Op 14 Mei werd de wereld verrast door het gat, dat de Duitsche strijdkrachten tusschen Sedan en Maubeuge in de Maginotlinie sloe- 0__.. De omvang van het reeds daardoor en fatw door den daarop gevolgden opmarsch bereikte resultaat blijkt uit het feit, dat het aantal gevangenen, ongeacht het Nederland sche leger, op 19 Mei reeds 110.000 bedroeg. Op 20 Mei wordt een aanvang gemaakt met een nieuwe aanvalsoperatie. Terwijl de Fran sche, Engelsche en Belgische legers of vertwij- feld naar het Zuiden pogen te ontsnappen, of naar de kanaalhavens vluchten, verneemt de verbaasde wereld, dat een geheel Fransch leger, welks taak het was tusschen Belgie en het gebied ten Zuiden van Sedan de verbinding in stand te houden, verslagen is en in ont- binding verkeert. Door de bres stroomen dan Duitsche divisies, met aan de spits gepantser- de en gemotoriseerde troepen. In adembene- mend tempo worden Atrecht, Amiens en Ab beville genomen. In Belgie zijn het geheele Belgische leger en de belangrijkste Britsche en Fransche eenheden ingesloten. Gedurende de volgende dagen worden ook de Schelde en Leie-stellingen doorbroken; de omsingeling in het Zuiden wordt tot Calais uitgebreid. Geen verzet baat den overrompelden tegenstander. Elk verweer, ook elke poging tot ontzet faalt tegenover het Duitsche pantser en de actie der stuka's. Onder den indruk hiervan besluit de koning van Belgie te capituleeren. Hierdoor wordt het mogelijk het ingesloten gebied verder te verkleinen. Het Engelsche expedi tieleger is aan de kust op een steeds smal- lere 'strook samengedrongen en vlucht de zee in, onder achterlating van alle oorlogsmate- riaalhet Fransche leger bij Rijssel is aan vernietiging prijsgegeven. DE ACHTERGROND VAN HET DUITSCHE SUCCES. Het Duitsche Nieuwsbureau meldt uit Berijn: Voor vertegenwoordigers van de buiten- landsche pers heeft Oberstleutnant Hesse de leider der persgroep van den opperbevelheb- ber van het leger, een rede uitgesproken over de achtergronden van de Duitsche successen in het Westen. Op grond van verscheidene tochten door de gevechtsgebieden verhaalde hij, dat men overal onder officieren en soldaten zelf ver rast was geweest over de snelle successen Niemand heeft gedacht, dat het zoo gemak kelijk mogelijk zou zijn de Engelsche en Fransche troepen op de vlucht te doen slaan Niemand heeft verwacht, dat bijv. de reus- achtige Fransche pantserwagens eenvoudig opgeblazen konden worden. Men staat daar bij voor een zekere geheimzinnigheid. Een der geheimen van het snelle Duitsche succes echter is misschien de aanfwezigheid der legerleiders en commandanten in de aller- voorste linie. Zoo heeft spr. ook den Fiihrer vooraan, temidden der fronttroepen aange- troffen. Achter deze leiders staat bovendien een schitterend uitgeruste soldatengroep, die zij eenvoudig meesleepen. Een tweede geheim van het Duitsche succes ligt in de snelheid der troepen, waarvan men zich geen voorstelling kan maken, en die toe- geschreven moet worden aan de zeer nauwe samenwerking der afzonderlijke deelen der weermacht. Daarbij komen een ontzaggelijke wapen- techniek en onovertrefbare middelen voor gevechten van nabij. Spr. heeft Engelsche en Fransche officie ren gesproken, die stomverbaasd stonden voor het feit, dat een zoo ongehoord sterk fort als Eben Emael, dat zij voor onneembaar hiel- den, in zoo korten tijd kon worden genomen. Het Duitsche leger is maiterieel, technisch en vooral ook naar de menschen ontegenzeg- gelijk superieur aan den tegenstander. Spr. heeft infanteriedivisies aangetroffen, die na een dagmarsch van 50 km te hebben gepres- teeerd, des avonds volkomen frisch waren. Al deze redenen hebben er toe bijgedragen, dat de Duitsche verliezen zeer gering zijn. Hetzelfde geldt ook van de tot in de voorste linie strijdende pantsertroepen. Zeiden krijgt men een buiten gevecht zijnden pantserwagen onder oogen, volkomen in tegenstelling tot de Fransche. Zoo behoefde ook het overwegende deel der infanteriedivisies in het geheel niet in het ge vecht gebracht te worden, daar de vijand voor een groot deel eenvoudig onder den voet werd geloopen of zich zonder strijd overgaf. Luid lachen kan men van de soldaten hooren, wan neer men hun vertelt van de Engelsche over- winningsberichten. Een feit is, zoo ging spr. verder, dat de Duitsche soldaat hard en onmeedoogend toe- geslagen heeft, maar met den wil om de wereld dergelijke gevechten voor langen tijd te besparen. Interessant was verder de constateering van Dr. Hesse, dat de Duitsche aanvoer van voorraden een wonderlijk vervolmaakte orga nisatie vormde, zooda£ op geen enkele plaats moeilijkheden ontstonden. Nergens is op eenigerlei oogenbiik gebrek aan benzine ont- staan. Aan de spits staat een in de laatste tien jaar volkomen nieuw gevormde leidingskunst, die werkt met snelle besluiten en bij wijze van spreken „uit den zadel" haar bevelen geeft. De laatste oorzaak van den Duitschen zege- tocht kan men echter hierin zien, dat de Duitsche soldaat vele moreele eigenschappen heeft bewaard, die Duitschland in zijn geschie- denis even zoovele overwinningen hebben ge bracht. In dezen oorlog komt bij iederen sol daat naar voren, dat hij strijdt met het on- tembare verlangen een einde te maken aan den in Versailles opgestelden, ondraaglijken toestand. Dat is een groote moreele voor- sprong op de tegenpartij. DE VERSTERRING DER DEFENSIE. In zijn Vrijdag gepubliceerde wapenings- boodschap de tweede sedert het Duitsche binnenrukken in Belgie verklaart president Roosevelt volgens het D.N.B., dat de bijna ongelooflijke prestaties van de Duitsche lucht macht en van de gemechaniseerde troepen gedurende de afgeloopen veertien dagen en de mogelijkheid van een verdere ontwikkeling dezer wapens een krachtiger belwapening der Vereenigde Staten noodig hebben gemaakt. Niemand kan nauwkeurig zeggen, wat de toekomst zal brengen. Daarom eischt een verstandig beleid, dat de landsverdediging versterkt wordt. Het marinecomimando heeft op grond van zorgvuldiige waarnemingen in de laatste weken dringend verzocht het Congres nog v<5<5r zijn verdaging nieuwe machtigingen voor te stellen. Belangrijk is vooral de onverwijlde uibbreidinlg der productiegelegeniheid voor moigelijke noodgevallen en de opvulling van bestaande leemten. Daartoe behoort ook de opleiding van jongelieden in nijverheid, leger en marine. De factor tijd is van groot gewicht, want de Europeesche ervaring heeft geleerd, hoe noodlottig het is, wanneer men met produc- tie en opleiding wacht tot de vijandelijkheden beginnen. Zonder de mogelijkheid van productie en van het gebruik van volledig opgeleide men schen in de oorlogsindustrie en in alle takken der defensie is een verdediging in komende kritieke dagen niet mogelijk. Roosevelt vter- klaart geen nauwkeurige geta'llen te kunnen noemen, en dat over te laten aan de ontwerp- begrootingen van het leger, doch hij zegt, dat er sprake zal zijn van een groot bedrag n.l. meer dan een milliard dollar, dat in het be lang der nationale veiligheid moet worden toegestaan. Ten slotte vraagt hij van hiet Oongres mach- tiging om zoo noodig de nationale garde te kunnen oproepen. JAPAN IN DE EERSTE PLAATS GETROFFEN. Naar het Japansche persagentschap Domei meldt, heeft het Amerikaansche departement van buitenlandsche zaken aan de Japansche ambassade te Washington medegedeeld, dat de Amerikaansche regeering den uitvoer van verschillende, voor de defensie noodige, goe deren zal venbieden en dat deze maatregel ook op andere landen in dezelfde mate zal worden toegepast. Men wijst er op, dat het embargo onder meer betrekking zal hebben op den uit voer van machines, jnachine-onderdeelen, vliegtuigen, tin. rubber, ij'zer, mangaan, ijzer- afval en chroom. Domei merkt op, dat Japan waarschijnlijk zeer binnenkort zijn standpunt in deze kwes- tie zal bepalen. Het D.N.B. meldt uit het groote Duitsche hoofdkwartiers d.d. 3 Juni o.m.: Twee torpedobootjagers, een Vvachtschip en twee koopvaarders van 5000 ton zijn tot zin- ken gebracht, een oorlogsschip, twee torpedo bootjagers en 10 koopvaarders zijn door bom- men zwaar beschadigd. Verder zijn de aanvallen van het luchtwapen tot in het dal van de Rhone en tot Marseille uitgebreid. Voor onze, aan weerszijden van Forbach aanvallende troepen is de vijand op de Magi notlinie teruggetrokken met achterlating van gevangenen en materieel. De bij den grooten slag in Vlaanderen en Artois gevangen genomen Engelschen en Franschen hebben het getal 330.000 bereikt. De afNveerstrijd van onze bergjagers in het bergachtige terrein om Narvik tegenover een veel sterker vijand duurt nog voort.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1940 | | pagina 2