Zomersproeten SPRUTOL Buitenland HET ALGEMEEN BESTUUR DER NEDERL. VEREENIGING VOOR LUC'HT- BESCHERMING IS AFGETREDEN. De Nederlandsche Vereeniging voor Lucht- bescherming heeft Zaterdag in het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen te Utrecht de wegens het conflict uitgestelde buitenge- wone algemeene ledenvergadering gehouden. Deze vergadering had te beslissen of de voorgelegde statuten zouden worden behan- deld, dan wel of andere plannen uitvoering vergen. Verschillende leden gaven van hun opvat- ting blijk. De heer Goedbloed (Zeeland) gaf den raad, zich te schikken naar den wensch van de regeering, in wier handen aldus spreker we toch vallen. Men houde het hoofd koel en het hart warm. Na de pauze deed de waarnemend voorzit- ter voorlezing van de volledige motie-Den Haag, waarin o.m. staat dat het algemeen bestuur der N.V.L. op de buitengewone alge meene vergadering van 27 April 1940 ver- klaard heeft te zullen aftreden en zich vooraf heden demissionnair te beschouwen en in het belang der continuiteit zijn voile medewer- king te verleenen aan een te benoemen com- missie, en dat de vergadering besluit een com- missie te benoemen van ten hoogste elf leden, die het contact met den minister zal herstel- len, de loopende zaken met het demission- naire bestuur zal afwikkelen en de over- neming in de werkzaamheden door het nieuwe bestuur zal voorbereiden. Deze motie werd met algemeene stemmen aangenomen. In de commissie heeft Jhr. Mr. Schuurcque Boeye, te Zierikzee, zitting voor Zeeland. De commissie zal zelf haar voorzitter kie- zen, waarbij van verschillende zijden er op werd aangedrongen, hiertoe Mr. P. J. Oud, burgemeester van Rotterdam, uit te noodigen. DALING VAN DE WERKEGOOSHEID De directeur van den rijksdienst der werk- loosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling deelt de volgende resultaten mede van de ver- zameling door het. centraal bureau voor de statistiek van de voorloopige gegevens over de week van 8 tot en met 13 April 1940. Op 13 April 1940 waren bij de organen der openbare arbeidsbemiddeling ingeschreven 239.119 werkzoekenden (226.309 mannen en 12.810 vrouwen). Hiervan waren 169.309 (161.085 mannen en 8.224 vrouwen) werkloos en waren 54.286 per- sonen geplaatst bij werkverruimingen. Blijk- baar waren er dus 15.524 personen als werk- zoekende ingeschreven, die in het vrije bedrtjf werkten, doch ander werk zochten. In de week van 8 tot en met 13 April 1940 waren bij gesubsidieerde vereenigingen met werkloozenkas aangesloten 598.881 personen, wa^ronder 75.261 landarbeiders. Van de 523.620 verzekerden, buiten de land arbeiders, was het werkloosheidspercentage 16.6 (in de vorige verslagweek van 25 tot en met 30 Maart 1940 was dit percentage 18.0). Voor de 598,881 verzekerden, met inbegrip van de landarbeiders, was het werkloosheids percentage 16.0 (vorige verslagweek 17.9). In de overeenkomstige verslagweek van April was het werkloosheidspercentage voor alle verzekerden in de laatste jaren als volgt: (tusschen haakjes zijn vermeld de percentages, indien de landarbeiders buiten beschouwing worden gelaten)1932: 23,3 (23.9); 1933. 26.8 (27.6); 1934 24.3 25.9); 1935: 28.0 (30.5); 1936 29.6 32.0); 1937: 25.5 (27.6); 1938: 23.8 (25.1); 1939: 20.5 (21.2) en 1940: 16.0 (16.6) De grafiek doet zien, dat de afgeloopen strdnge winter op de werkloosheid grooten invloed heeft uitgeoefend Het tijdvak, waar- over de werkloosheid, die in den winter altijd een hoogtepunt bereikt, hoog bleef, was dezen winter van buitengewoon langen duur. Als reactie daarop vertoont zij sinds eind Februari een groote daling van 27.1 procent tot 18 op het einde van Maart (thans verder gedaald tot 16 procent). verdwijnen spoedig door een P*' Bij alle Drogisten HET WETSONTWERP INZAKE PERSONEELPENSIOENPONDSEN. Het Verbond van Protestansch-Christelijke werk^evers in Nederland heeft een adres ge- richt tot de Tweede Kamer, waarin het er op aandringt, dat de Kamer de verwerping van het wetsontwerp inzake de personeel- pensioen- en spaarfondsen zal bevorderen, althans daarin zulke verbeteringen worden aangebracht, dat de voornaamste bezwaren, in het adres ontwikkeld, worden wegge- nomen. - De bezwaren zijn vooral, dat het civiele recht inzake particuliere pensioenvoorziemn- gen ongeregeld blijft en dat de ontwikkeling van de pensioenregelingen langs den weg van bedrijfsorganisatorische samenwerkmg van patroons- en arbeidersorganisaties (be- drijfspensioenfondsen ook als samenwer- king in de ondememing (ondernemmgsfond- sen) door het wetsontwerp eerder wordt be- lemmerd dan gestimuleerd. REORGANISATIE van het MIDDELBAAR ONDERWIJS. Minister Bolkestein heeft een nota van wiizigingen op het wetsontwerp tot regelmg van het voorbereidend hooger en algemeen vormend middelbaar onderwijs bij de Tweede Kamer ingediend, waardoor dit on twerp be- langrijke veranderingen ondergaat. Den minis ter staat voor oogen een nieuwe organisatie van het voorbereidend hooger onderwijs, die het klassieke onderwijs zal versterken. Volgens de thans ingediende voorstellen zullen de namen H.B.iS. en Gymnasium ver- dwijnen. De drie schooltypen van voorberei dend hooger onderwijs, die de minister wil in- voeren. zullen alle den naam lyceum dragen. Deze drie typen, die alle een zes-jarigen cur- sus krijgen (avondlycea vier jaar), zijn. le. Het lyceum-A of gymnasium, met een alzijdig klassiek onderwijs, toegang gevend tot de examens van alle hooger onderwijs (ge- middeld aantal lesuren per klasse 32 per week) 2e. Het lyceum-B met Latijn toegang gevende tot de examens in de B-faculteiten, de ecopomische en de vereenigde faculteiten der universiteiten, en tot die der hooge- scholen; 3e. het lyceum-C toegang gevende tot de examens in de economische, de vereenigde faculteiten der universiteiten (echter niet die in de physische aardrijkskunde) en tot die der economische hoogeScholen. Middelbaar onderwijs. Het algemeen vormend middelbaar dag- onderwijs wenscht de minister tot slechts twee schooltypen te beperken, de algemeene middelbare school met vierjarigen cursus en de middelbare school voor meisjes met vijf- jarigen cursus. RI.JKSKOEENBUREAU. De Minister van Oeconomische Zaken maakt bekend, dat de directeur van het Rijkskolen- bureau, in verband met het afloopen op 1 Mei van de algemeene dispensatie van het verbod tot verkoopen, doen verkoopen, afleveren en doen afleveren van vaste brandstoffen, be- doeld in artikel 7, lid 1, van de Brandstoffen- beschikking 1939 No. 1, zooals deze is gewij- zigd bij beschikking van 24 April 1940. No. 24641 N (Nederlandsche Staatscourant no. 80), geen nieuwe algemeene dispensatie heeft verleend van bovenbedoeld verbod, voor zoover betreft den verkoop en de aflevering van steenkolen, steenkoolbriketten, cokes, bruinkolen, bruinkoolbriketten en petroleum- cokes. Voor alle overige vaste brandstoffen heeft de directeur de algemeene dispensatie tot een nader te bepalen tijdstip verlengd. Ten aanzien van steenkolen, steenkoolbri ketten, cokes, bruinkolen, bruinkoolbriketten en petroleum cokes heeft de directeur van het Rijkskolenbureau tot een nader te bepalen tijdstip dispensatie van het verbod tot verkoop en aflevering verleend aan groothandelaren, handelaren, slijters en depothouders in den zin van de bovenaangehaalde Brandstoffen- beschikking. Groothandelaren worden door het Rijkskolenbureau in kennis gesteld van de voorwaarden, welke voor hen zijn verbonden aan deze dispensatie, terwijl de condities, waarop de dispensatie is verleend aan hande laren, alsmede de slijters en depothouders, aan wie zij leveren, zijn neergelegd in een circu late, welke bij de kantoren van de plaatselijke distributiediensten gratis verkrijgbaar is. Handelaren wordt in hun eigen belang aan- geraden, zich zoo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van bedoelde condities, aan gezien niet-nakoming daarvan intrekking van hun dispensatie en eventueel schrapping van hun inschrrjving bij het Rijkskolenbureau ten gevolge kan hebben. Slijters en depothou ders zullen omtrent de geldende bepalingen worden ingelicht door de handelaren, van wie zij hun brandstoffen betrekken. DE OMROEPfHEFFING. Telkens hoort men de laatste dagen, schrijft de H. Crt., de omroepers van verschillende omroepvereeniglngen de luistervinken aan- sporen om zich thans zoo spoedig mogelijk bij de betrokken vereenigingen aan te sluiten, aangezien zij anders binnenkort verplicht zul len zijn, wanneer zij zich niet voor ,f 5 per jaar hebben aangesloten bij een van de om- roepvereenigingen (A.V.R.O., K.R.O., N.C.R.V. V.A.R.A. of V.P.R.O.) 6 per jaar aan den Staat te betalen. Deze vermaning is ietwat voorbarig, want het wetsontwerp waarin deze verplichting voor de luisteraars in beginsel is neergelegd de genoemde cijfers staan in de toelichting vermeld is pas in het eerste stadium van behandeling. Het is 8 dezfer ingediend en er zullen nog wel eenige weken, misschien zelfs enkele maanden verloopen, eer het tot wet zal zijn verheven. De mogelijkheid bestaat zelfs, dat het zoover niet komen zal, althans dat het ontwerp in zijn tegenwoordigen vorm op ernstige bezwaren zal stuiten en min of meer ingrijpend zal worden gewijzigd. Een feit is het, dat, indien men de vertogen in verschillende persorganen nagaat, de be zwaren tegen de voorgestelde regeling met den dag toenemen, terwijl men, naar men ons mededeelde, onder de Kamerfracties die men aan omroepvereenigingen geparenteerd zou beschouwen, er over het algemeen ook niet zoo enthousiast over is. NAVORDERING SUIKERACCIJNS. De regeeringspersdienst vestigt er de aan- dacht op, dat als gevolg van het op 25 April 1940 door de Eerste Kamer der Staten- Generaal aangenomen ontwerp van wet o.a. tot navordering van 10 opcenten op den accijns van suiker, de gebruiker of hoofd- gebruiker van »een opslagplaats waarin op Woensdag 1 Mei 1940 suiker aanwezig is in een hoeveelheid van meer dan 2500 kilogram, op dien datum daarvan schriftelijk aangifte behoort te doen bij den ontvanger der accijn- zen voor de plaats, waarin de opslagplaats is gelegen. In den voorraad, die op 1 Mei 1940 aan wezig is, wordt begrepen de hoeveelheid sui ker, welke op dien datum naar den ontbieder nog in vervoer is. Indien iemand in dezelfde gemeente meer dan een opslagplaats voor suiker in gebruik heeft, worden deze hier als een opslagplaats beschouwd. Inlichtingen te dezer zake kunnen worden ingewonnen bij de inspecteurs en de ont- vangers der accijnzen en bij de ambtenaren van den actieven dienst. 1 DE VLEESCHVOORZIENING VAN HET EEGER EN DE GEMEENTELIJKE INVOER-KEURING. De Minister van Sociale Zaken heeft zich met een schrijven gericht tot de gemeente- besturen, aan welk schrijven het volgende is ontleend Ingevolge artikel 8 van de vleeschkeurings- wet en gezien een desbetreffend arrest van den Hoogen Raad is de keuring van vleesch bij invoer in een gemeente wettelijk verplicht. Het is thans gebleken, dat de desbetreffende keuring van vleesch, bestemd voor militairen, moeilijkheden oplevert, aangezien het onder- werpen van dat vleesch aan de gemeentelijke invoerkeuring de vleeschvoorziening van het leger zou desorganiseeren en de kosten van de voedselvoorziening van het leger onnoodig zou opvoeren. De keuring door militaire keur- meesters biedt voldoenden waarborg tegen de consumptie van ongeschikt vleesch. Een oplossing van de moeilijkheden kan slechts worden verkregen, indien de verplich ting van gemeentelijke invoerkeuring buiten werking wordt gesteld voor vleesch, bestemd voor militairen. Een ontwerp van wet, strek- kende tot wijziging der vleeschkeuringswet in bovenbedoelden zin. wordt door mij voorbereid. Ik zou het zeer op prijs stellen, indien uw ge meente hare medewerking zou willen ver leenen tot het voorkomen van moeilijkheden door voorshands invoerkeuring van het voor militairen bestemde vleesch achterwege te laten. PARTIJRAAD DER S.D.A.P. BIJEEN. De partijraad der Soc. Dem. Arbeiderspartij is Zaterdag en Zondag te Utrecht bijeen ge- weest. In de vergadering van Zondagochtend heeft de voorzitter der soc.-dem. Tweede Kamer- fractie, de heer W. Drees, een inleiding ge houden die bedoeld was als grondslag voor een discussie van vertrouwelijken aard. Zoo als gewoonlijk bij vergaderingen van den partijraad was een gedeelte der zittingen huishoudelijk. In zijn inleiding constateerde de heer Drees, dat de binnenlandsche politiek door de ge- beurtenissen in het buitenland op den achter- grond wordt gedrongen. Ons land is in dit conflict neutraal en wij willen a lies doen, nu de collectieve veiligheid helaas niet is gehandhaafd, om de neutraliteit te behouden. Van den uitslag van het conflict hangt echter ook het lot van ons land en van de arbeidersbeweging af. Nederland is materieel en psychisch ontzag- lijk veel beter voorbereid dan in September, ook wat het binnenlandsche gevaar betreft. Wij kunnen ons verheugen in een krachtige regeering. Sommigen vreezen voor het binnenlandsch verraad van de Quislings" en de ,,Kuusinens' Imierdaad, zegt spr., moeten wij op onze hoede zijn gezien hetgeen er reeds aan het licht is gekomen. Een hoogere maximum straf voor spionnage is zeker gewenscht. Hoofd- zaak is echter, dat het verraad bijtijds ont- dekt wordt. 1 De staat van beleg is ingevoerd omdat deze bepaalde bevoegdheden aan het gezag ver- leent, waarover de regeering anders niet be- schikt. In volkomen overeenstemming met civiele en militaire autoriteiten is tot dezen maatregel besloten. Men meene vooral niet, dat de Justitie niet reeds lang een intensief toezicht op bepaalde elementen uitoefent. Te betreuren is het, dat iemand als de oud-minister Colijn het een paar maal noodig heeft geaCht om op een ge- vaarlijke wijZe in het openbaar de regeering op belangrijke punten in gebreke te stellen. Vooral geldt dit voor opmerkingen inzake het nu reeds contact zoeken met bepaalde mo- gendheden, iets wat de regeering terecht af- wijst, daar dit de kans om in het conflict te worden betrokken, bevorderen zou. De abnorrpale tijden kunnen het soms on- vermijdelijk maken, dat men bezwaren tegen bepaalde voorstellen moet opofferen ter wille van andere zeer belangrijke overwegingen. Politiek zal men nu en dan voor moeilijke be- slissingen geplaatst worden, daarbij moet zegt spr. in het parlement voor ons het recht blijven bestaan, bij bepaalde punten van de opVatting der regeering af te wijken. Een regeering moet kunnen handelen. Een te groot gedwongen overleg verlamt de kracht der democratic. Echter behoudt het parlement het recht op een zelfstandig oordeel. Aan den anderen kant wil spr. het niet wagen met secundaire kwesties in de binnenlandsche po litiek groote moeilijkheden en verwarring te veroorzaken. Zwakke punten zijn er in het regeeringsbe- leid intusschen ook aan te wijzen. De gang van zaken bij de luchtbescherming levert stof tot critiek; de perspectieven inzake de wo- ningvoorziening stemden spr. evenmin tot te- vredenheid, terwijl bijv. het aanleggen van een vluchtelingenkamp dicht bij de Duitsche grens geen gelukkige greep was. De kosten voor het levensonderhoud zijn met 8 procent gestegen. A1 kan men niet iedere stijging compenseeren, toch hebben de zwaarst getroffenen recht op verhooging van inkomsten. Met instemming heeft spreker gezien, dat de regeering maatregelen tegen stijging van pachtprijzen heeft genomen. Minder ingeno- men is hij met de speciale heffingen op sui ker en koffie, daar deze de minst koopkrach- tigen het zwaarst treffen. De mobilisatie-uit- gaven moeten gedekt worden. Bij de verdee- ling der zware lasten houde de regeering ech ter rekening met het feit, dat beneden de /3000 inkomen van progressie nauwelijks sprake is, daar de progressie bij de inkomsten- belasting te niet wordt gedaan door de reeds sterk verhoogde verbruiksbelastingen. Op den duur moet een oplossing gevonden worden, die de massa niet onredelijk belast. Met grooten nadruk komen de soc. democraten op voor een vermogensheffing. Deze moet tot practische politiek gemaakt worden, al zal daamaast niet elke belasting van de massa voorkomen kunnen worden. De plangedachte laten de soc. democraten geenszins los, al krijgt deze in den mobilisa- tietijd een bijzonder aspect. Op deze inleiding volgde een uitvoerige ge- dachtenwisseling. De partijvoorzitter, de heer K. Vorrink, constateerde in zijn slotwoord, dat diepe tegenstellingen in de S.D.A.P. niet be staan. De offervaardigheid voor het nationale welzijn laat niets te wenschen. In de huislhoudelijke zittingen heeft het par- tijbestuur, daartoe gemachtigd door het con- gres, den partijraad in de gelegenheid gesteld een aantal zaken af te doen, die anders be- handeld plegen te worden in het congres, dat echter dit jaar niet zal worden gehouden. De door het partijbestuur uit de gestelde candidaten gemaakte voordrachten voor de candidaatstelling voor de in dit jaar te hou- den verkiezingen voor de Eerste Kamer, wer- den door den partijraad goedgekeurd. De volgende lijsten zullen worden ingediend: In groep 1 ('Utrecht, Limburg, Noord-Bra- bant en Zeeland) 1. Ch. W. J. van der Bilt (aftr.); 2. C. A. F. Lammers; 3. H. Ploeg Jr.; 4. L. N. Palar; 5. A. Rorije. In groep 3 (Noord-Holland en Friesland) zullen twee lijsten worden ingediend: Lijst A. 1. J. J. Vorrink (aftr.); 2. M. A. Reinalda (aftr.); 3. C. Woudenberg; 4. E. Boekman; 5. J. Tuin; 6. P. J. Duinkerken iLijst B. 1. S. de la Bella (aftr.); 2. N. Vijl- brieg (aftr.); 3. G. van den Berg; 4. B. J. J. Wijkamp; 5. J. van der Kieft; 6. J. Berger. passing zou kunnen brengen, heeft zij, naar verluidt, daarvan afgezien en zullen de belas- tingontwerpen aan de goedkeuring van het parlement worden onderworpen. DE VLEESCHLOOZE DAG IN BELGIe. In een verklaring, die de Belgische minis ter van economische zaken de Schrijver voor de pers heeft afgelegd, heeft hij de redenen opgesomd voor de invoering van den vleesch- loozen dag, o.a. het gestegen vleeschverbruik door het leger na de mobilisatie en het ver- loren gaan van de Deensche markt van be- vroren vleesch. De minister verzocht de be- volking, zich te beperken en geen buitenspo- rige voorraden te vormen, teneinde te voor komen, dat de regeering nog strengere maat regelen zou moeten nemen. De minister drong ook aan op beperking van het papierVerbruik. Voorts vroeg hij den industrieelen, zich bepaalde offers te getroos- ten, om de buitenlandsche markten niet ver ier en te doen gaan. DE BELGISCHE ONAFHANKELIJK,HEIDSLEENING GESRaAAGD. De Belgische minister van financien Gutt heeft Dinsdag voor de radio een rede uitge- sproken, waarin hij mededeelde, dat de onaf- hankelijkheidsleening boven verwachting is geslaagd, aangezien het bedrag der inschrij- vingen op het oogenblik de twee milliard franken te boven gaat. Rekening houdende met voorstellen uit het publiek is besloten om behalve de groote stukken ook stukken uit te geven van 100 frs. met eenjarigen looptijd, die het publiek zelfs in de postkantoren zal kun nen koopen. Een groot deel van dit geld zal in Belgie blijven, aangezien het zal dienen tot voeding, kleeding en verschaffing van onder- dak aan de soldaten, waartoe voor een be- langrijk deel grondstoffen en arbeidskrachten uit Belgie noodig zijn. Wanneer tegen de ver wachting in en ondanks de hechte defensie Belgie mocht worden aangevallen, dan zouden de schatkistbiljetten in het buitenland be- taalbaar zijn of zou de nationale bank loket- ten openen. De laatste drie maanden, aldus de minister verder, is goud tot een bedrag van 2 milliard naar Belgie teruggekeerd. De minis ter vroeg zijn toehoorders geen geld op te pot- ten, maar in te schrijven op de leening, welker certificaten niets anders zijn dan rentedra- gende biljetten. Dit te doen is gemakkelijk en bovendien. draagt men dusdoende bij tot de Belgische veiligheid, terwijl het nog voordeelig ook is. Een toespeling makende op de offers, die de regeering binnenkort aan de bevolking zal vragen in den vorm van belastingen, zeide de minister: vergeet niet, hoemeer de leening aan middelen opbrengt, hoe minder wij van de belastingen zullen moeten vragen. Deze lee ning moet dus in het belang van alien een succes worden. ONGERUSTHEID OMTRENT BELGISCH SOHIP ONJGEGKOND GEBLEKEN. Het Belgisch s.s. Ville de Bruges (ex pre sident Harding), waaromtrent men sedert en kele dagen in Belgische scheepvaartkringen in ongerustheid verkeerde, is in verband .met de eischen der blokkade naar Havre opgebracht, waar het ongeveer 48 uur heeft gelegen. Dins- dagmorgen heeft het toestemming gekregen, zijn reis voor te zetten. EEN BELANGWEKKENDE BESCHOUWING VAN DE ECONOMIST. genoeg om een groeiend scepticisme in onze impertalistische macht te verbreiden. Het woord „plutodemocratisch verval'' heeft men in Italie er zoo ingepompt, dat vele lei- ders er nu in gelooven, en onze miserabele mislukkingen tegenover Hitler, met als hoog tepunt Miinchen en Praag, hebben dit geloof alleen nog maar versterkt. Sommige Italianen gelooven niet, dat wij den oorlog kunnen winnen, en, zooals het blad Regime Fascista het naievelijk uitdrukt: „Het is belachelijk, dat ons volk, dat zijn groote toekomst niet opgeeft, geen deel zou hebben in de transtformatie van de kaart van Europa en misschien van de wereld". Overtuigd als zij zijn van onze machteloos- heid, dringen zekere kringen er op aan, dat Italie zich bij de jakhalzen zal voegen, die om het lijk heendringen. De passieve eerste zes maanden hebben hun weinig reden gegeven anders te gaan denken. Het is daarom mogelijk, dat het lot van Italie aan het zijden draadje van de gebeur- tenissen in het Noorden hangt. Een verplet- terende overwinning der geallieerden en een van Hitler's belangrijkste steunpilaren kan ineenstorten. Feitelijk ligt de beslissing bij 6en man. Het is belangrijk te onthouden, dat vier jaren van tegemoetkoming hem niet hebben kunnen be- wegen ook maar een beetje van zijn anti- pathie tegen ons te laten varen, een anti- pathie, welke misschien dertien jaar ouder is dan de sancties en een permanente onder- stroom in zijn regime. Het is duidelijk, dat de mogelijkheid van een Italiaansche interventie in de nabije toe komst niet over het hoofd gezien moet wor- RADIOREDE VAN KAMIEL HUYSMANS NIET DOORGEGAAN. De 1 Mei-groet, dien de burgemeester van Antwerpen Kamiel Huysmans Woensdagavond voor het programma van de V.A.R.A. aan de Nederlandsche radio-luisteraars zou brengen, is niet doorgegaan, omdat de overheid het niet wenschelijk achtte dat in dezen tijd bui- tenlanders toespraken met politieken inhoud in ons land door de radio houden. KONING LEOPOLD IN HET GRENSGEBIED. Koning Leopold heeft Maandag de vesting- werken in de kantonnementen van de grens troepen in het district Eupen^MalmedydSt. Vith geheel onverwachts geinspecteerd. Te St. Vith, waar de geheele bevolking Duitsch spreekt, werd hij door de inwoners herkend en op een geestdriftige ovatie onthaald. PRIJZENPOLITIEK EN BELASTING- ONTWERPEN IN BELGIE. De Belgische minister van economische zaken bereidt verscheidene maatregelen voor met het doel het hamsteren alsmede het op- drijven van de prijzen der levensmiddelen te voorkomen. De minister zal de gedelegeerden der groote industrieele en commercieele licha- men ontbieden en met iedere branche afzon- derlijk de voorgenomen maatregelen bespre- ken. Daar de kwestie der prijzen nauw ver band houdt met de noodig geachte verhooging van zekere invoerrechten en andere indirecte belastingen heeft minister De Schrijver bij zijn collega van financien op wijziging van een deel der belastingplannen aangedrongen. Zoo is alreeds besloten het accijnsrecht op de suiker niet met 1 franc maar slechts met 50 centimes per kilogram te vermeerderen. Hoe- wel de regeering, steunend op de speciale vol- machten, de nieuwe en verhoogde belastingen door middel van koninklijke besluiten in toe- De bevolking van Italie heeft een sterke afschuw van oorlog, welken ook, maar vooral van een oorlog aan Duitsche zijde. De geheele invloed van het Vaticaan, tezamen met dien van het koninghuis Savoye zou voor voortzetting van de Italiaansche neutraliteit zijn en zekere invloedrijke leiders zijn bekend om him standpunt, dat zij gekant zijn tegen t gewaagde avontuur, welke 'n oorlog op dit kritieke oogenblik zou beteekenen. Duitsch- land zou den geallieerden een slagveld en front op Italiaanschen bodem verschaffen, juist in den tijd, dat (na radicale reorgani- satie) het Italiaansche leger het minst be- kwame is van de drie wapens. Op oeconomisch gebied is het vooruitzicht nog somberder. Het eerste effect van de inter ventie zou de uitbreiding van de geallieerde blokkade tot Italie zijn, onder condities, welke haar succesvolle uitwerking verzekeren. Voor zijn belangrijkste grondstoffen is Italie grootendeels afhankelijk van leveranties uit landen buiten de Middellandsche Zee en voor al uit Amerika, en hoewel Duitschland met een groote krachtsinspanning gegarandeerd heeft, om in de kolenbehoeften te voorzien, zal het uitbreken van vijandelijkheden, vooral op den Balkan, een onmiddellijke stopzetting veroorzaken van het transport van de millioe- nen ton kolen per maand. De buitengewone koude van dezen winter heeft bovendien groo ten last veroorzaakt ten aanzien van de watervoorziening en dus ook het complete hydro-electrische systeem in Italie bescha- digd. Ook is de voedselvoorziening verre van gelukkig. In geen enkel deel van Mid- den-Europa zal de oogst goed zijn. Men zegt, dat Italie beneden het minimum, dat het als autarkisch land noodig heeft, staat. Geen wonder dus, dat de bevolking het meest den honger vreest, als zij een oorlog onder de oogen ziet. Als rationeele argumenten tenslotte beslis- ten, zou men veilig kunnen voorspellen. dat Italie non-belligerent bleef. Maar er is ook nog een reeks van tegen- strijdige verlangens, overtuigingen en halve waarheden, welke waarschijnlijk een even belangrijke rol zullen spelen. In oeconomische kringen kunnen de argu menten, gebaseerd op de onbekwaamheid van Italie om thans een oorlog te voeren van- wege haar oeconomische moeilijkheden, in precies de tegenovergestelde richting werken. Met het oog op geleidelijke oeconomische uitputting, welke de kracht en de hulpbronnen van het land ondermijnt, zullen de Italiaan sche leiders misschien een wanhopigen sprong thans v?rkiezen boven de langzame nederlaag van een altijd grooter wordend faillissement. Italie's oorlogsvoorraden zijn thans grooter dan zij waarschijnlijk ooit weer zullen zijn. Met bovenmenschelijke krachtsinspanning zijn reserves van belangrijke grondstoffen, vooral van petroleum, opgeslagen in de laatste zes maanden. Als de geallieerden de blokkade verscherpen, bijvoorbeeld door een systeem van rantsoeneering, kunnen de voorraden niet vermeerderd worden. Men moet dus reke ning houden met een oeconomische prijsfactor. Het zijn echter factoren van prestige en psychologie, welke het vormen van bepaalde conclusies verbieden. Wij in Engeland, aldus de Economist, onderschatten misschien het feit, dat onze politiek in Italie doel gemist heeft. De toepassing der sancties was de grootste f0Ut niet omdat zij aangewend werden, maar omdat zij niet in hun vollen omvang aangewend werden. Zij waren vijandelijk ge noeg om een blijvenden wrok onder het Ita liaansche volk te verwekken en vruchteloos ENOEUSGHE MIJNENVEGER VERGAAN. De Engelsche admiraliteit heeft meege- deeld, dat de mijnenveger Dundon gezonken is, nadat hij op een mijn geloopen was. Drie officieren en 24 minderen worden vermist. Men vreest, dat zij zijn omgekomen. De Dundon, die 700 ton mat, behoorde tot de 23 mijnenvegers, die onder het oorlogs- noodprogramma gebouwd zijn en tusschen Juni 1917 en Augustus 1919 te water gelaten zijn. De normale sterkte van de bemanning was 73. Hij was gewapend met een vier duims en nog een kleiner kanon en werd in 1936 ter beschikking gesteld, maar later weer in dienst genomen. DE BRITSCIHE MAATREGELEN INZAKE DE MIDDELLANDSCHE ZEE. Reuter vemeemt uit betrouwbare bron te Londen, dat de maatregelen van de Britsche regeering ten aanzien van de Middellandsche Zee lou.ter voorzorgen van defensieven aard zijn. De regeering hoopt van harte, dat zij slechts tijdelijk zullen zijn. In ieder geval zijn zij uitsluitend genomen tengevolge van de noodzaak elke mogelijke gebeurtenis in de Middellandsche Zee onder het oog te zien, hoever deze ook in het verschiet mocht liggen. EEN REDE VAN EDEN. In een Woensdag te Londen gehouden rede heeft Eden, de Engelsche minister van kolo- nien o.a. verklaard: Het is onvermijdelijk, dat wij slechte zoowel als goede dagen zullen meemaken voor de strijd tenslotte met de overwinning is beslo ten. Ik heb nooit mijn overtuiging, dat onze vijand werkelijk formidabel is, onder stoelen of banken gestoken. Het is te alien trjde in een oorlog verkeerd, den vijand. tegenover wien men staat, te kleineeren. Ten aanzien van de verklaring van Von Ribbentrop, dat de Britsche en de Noorsche regeering een oorlogscomplot hadden ge- smeed, zeide Eden, dat zulk een fantastisch sprookje bij niemand, die op de hoogte is van de feiten of het leven en de politiek van Noor- wegen, geloof zal vinden. Er kan, aldus verklaarde de minister, voor niemand van ons vrede zijn, voordat het ge heele Noorsche volk weer van zijn vrijheid ge- niet, onder zijn eigen koning en in zijn eigen land. Voortgaande zeide Eden, na gewezen te hebben op de grootere hulpbronnen der ge allieerden; het is niet voldoende zich tevreden te stellen met het bestaan van deze hulp bronnen en te herhalen, dat de tjjd voor ons werkt. De tijd moet ook gebruikt worden. Niets minder dan de grootste krachtsinspan ning, waartoe het Britsche volk in staat is, is genoeg om de overwinning te behalen. OOK EGYIPTE NEEMT VOORZORGS- MAATREGELEN. Met het oog op de onzekerheid in den toe- stand van de Middellandsche Zee zijn zekere defensieve voorzorgsmaatregelen in geheel Egypte genomen. Deze voorzorgsmaatregelen, aldus Reuter, volgden op een dag van geruchten, waarvoor de belangstelling nog vergroot werd door de berichten over de Engelsche maatregelen ten aanzien van de scheepvaart door de Middel landsche Zee. De stemming in Egypte blijft kalm. Het stimuleerende effect van de aan- wezigheid van een groot geallieerd leger in het Naburige Oosten treedt thans duidelijk aan den dag. De plaatselijke Italiaansche kringen schijnen evenzeer in het duister te tasten als ieder ander over den laatsten gang der gebeurtenissen, aangezien zij den geheelen dag de kantoren der dagbladen opbelden om te trachten de geruchten te verifieeren. BEREIDT ITALIe ZICH TEN OORLOG? Er is in Italie een commissie in het leven geroepen welke een Snellen en ordelijken over- gang van de Italiaansche communicatiemid- delen op oorlogsvoet zal moeten verzekeren. De commissie zal zich bezighouden met telefoon-, telegraaf- en radiotelefonische ver- bindingen. De directie van de Milaneesche jaarbeurs heeft besloten, op het terrein waar de jaar beurs steeds wordt gehouden, aardappelen te gaan telen, in plaats van de bloemen, die er totdusver werden gekweekt. BEZOEK VAN QUISLING AAN HITLER OP 6 APRIL. Het. blad ,,Allehanda'" meldt uit Gothen burg: Een Noorsche douane-ambtenaar en een Noorsche journalist, die naar Zweden zijn gevlucht, hebben in een onderhoud met een Gothenburgsch blad verklaard, dat het vast staat, dat majoor Quisling op 6 April een bezoek heeft gebracht aan Hitler. De douane-ambtenaar verklaarde: Quisling verliet Oslo drie dagen voordat de Duitschers Noorwegen binnendrongenhij reisde over Zweden naar Berlijn. Vddr de bezetting door de Duitschers keerde hij per vliegtuig naar Oslo terug. De journalist, die tot aan de bezetting voor de regeering-Nygaardsvold werkte, zeide te hebben vernomen, dat Quisling den Duitschers had medegedeeld, dat hun expeditie naar Noorwegen ,,een aangename en vreedzame militaire wandeling" zou zijn, waartegen geen enkele Noor zich zou verzetten.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1940 | | pagina 6