ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
De Eiienis van een Zonderling.
No. 10.054
MAANDAG 15 APRIL 1940
80eaJaargang
Binnenland
Feuilleton
Griep eiv strijd
EERSTE BLAD
HET GERUOHT ONZE ERGSTE VI.JAND.
NEUZENSCHE COURANT
ABON NEMENTSPRIJSBiimen Temeuzen f 1,35 per 3 maanden Bulten Temeuzen
fr. per post f 1,66 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 6,per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,10, overige landen f 2,45 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet bultenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEPOON No. 2073.
ADVERTENTIfiNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer f 0,20.
ItLEIN E ADVERXENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en clicbd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
DIENSTPUCHT.
Uitspraak inzake vrystelllng.
De Burgemeester van TERNEUZENbrengt
ter algemeene kennis,. dat een uitspraak op
aanvrage om vrijstelling van den Dienst-
plicht, ter Secretarie dezer gemeente, voor een
ieder ter inzage is nedergelegd.
Tegen deze uitspraak kan binnen tien dagen
na den dag van deze bekendmaking in beroep
worden gekomen.
a. door den ingescbrevene wien de uitspraak
geldt of door diens wettelijke vertegen-
woordiger.
b. door elk der overige voor deze gemeente
voor dezelfde licbting ingescbreven per-
sonen of door bun wettelijke vertegen-
woorddgers.
Het verzoekschrift moet met redenen om-
kleed zijn. Het beboeft niet gezegeld te zijn.
Het moet worden gericbt aan de Koningin,
doeb worden ingediend bij den Burgemeester,
ter secretarie dezer gemeente. t
l>e Burgemeester zorgt voor de doorzending.
Temeuzen, den 15 April 1940.
De Burgemeester voomoemd,
P. TELLEGEN.
HET ORANJEBOEK.
De in wijden kring levende wenscb wel-
ken wjj verleden week vertolkten dat ons
volk in ruimere mate zou worden voorgelicht
omtrent het optreden van onze regeering naar
aanleiding van de voorgekomen scbendingen
van onze neutraliteitsrechten, is, schrijft de
N. R. Crt., in vervulling gegaan met de publi-
catie op Vrijdag van een tweede Oranjeboek.
Uit deze prompte verschijning mag men af-
leiden, dat zij reeds sinds eenigen tijd werd
voorbereid, alsmede dat de regeering de be-
teekenis van de volksvoorlichting, welke met
deze openbare verantwoording tevens wordt
gediend, zeer wel inziet en naar dit inzitiht
ook wenscht te bandelen.
Dit is al aanstonds een verheugende con-
clusie, welke wij uit de verschijning van dezen
bundel documenten kunnen trekken. In dezen
tij<l meer dan ooit berust onze volkskracht
op de eensgezindheid van regeering en bur-
gerij met betrekking tot het buitenlandsche
beleid. Beiden hebben terzake hun verant-
woordeljjkbeid, maar die van de regeering, in
wier handen de draden van het diplomatieke
verkeer samenkomen, is daarbij van een ont-
zaglijk gewicht. Het kabinet kan bij de ver
vulling van zijn uitzonderljjk zware taak
kracht putten uit het vertrouwen, dat het
door de overgroote meerderheid des volks in
het algemeen wordt geschonken. De regee
ring mag onder de huidige omstandigheden
zulk een vertrouwen ook vergen in tal van
concrete aangelegenheden, waaromtrent zjj
geen of nog geen tekst en uitleg kan geven.
Aan den anderen kant kan zij dit vertrouwen
een nieuwen stimulans geven, wanneer zjj van
tijd tot tijd meer in bijzonderheden van de
toepassing der algemeen aanvaarde neutrali-
teitsbeginselen doet blijken, waar dit pas
geeft.
Zulks is thans wederom geschied. Is deze
publicatie op zich zelf derhalve reeds toe te
juichen, voor het gevoerde beleid in de tal-
rjjke gevallen, waarin de regeering voor de
Nederlandsche belangen op de bres moest
staan, komt haar een woord van warme hulde
toe. Uit de openbaar gemaakte documenten
blijkt, dat het kabinet niet alleen met voort-
varendheid, maar ook met wijs beleid is op-
getreden.
Zooals reeds werd opgemerkt, heeft de
regeering ieder geval gewogen op zijn eigen
beteekenis en bij de fcrmuleering van de ver
schillende protesten rekening gehouden met
den ernst van de batrokken inbreuk op onze
Oorspronkelijke roman van
WILLY WATERMAN.
(Nadruk verboden.)
1) HOOFDSTUK I.
tien vacantie, die veelbelovend begint.
Het humeur, waarin Pete Brent op een
zomeravond, om vijf minuten over zes zijn
kantoor verliet, was een van de stralendste,
waarin bij ooit had rondgekeken in de drukke
kantoorstraat, sinds het moment, dat hij er
zijn veelbelovende intrede deed.
De late Jundzon scheen op zijn bruine haren
en terwijl hij de eerste maten van de laatste
song floot, keek een bejaard vuilnisman naar
hem en loosde een dlepen zucht.
En er w^s een gegronde reden voor Pete's
goede humeur. Hjj was een van de weinig ge-
lukkigen, die hun jaarlijksche vacantie in een
van de zomermaanden hadden zien vallen en
alsof het lot hem nog niet genoeg begunstig-
de, was op den dag voor den aanvang van
die vacantie de wekenlange regenperiode op
magische wijze beeindigd en bescheen nu een
warme zon zijn sportieve tweed-pak.
Er was totaal niets bijzonders aan Pete,
zooals hij daar op de steenen trappen van zijn
kantoor stond te fluiten. Hij was meer dan
middelmatig lang, maar zoo loopen er hon-
derden rond; hij had een mond, die bijna van
oor tot oor reikte, zijn haren hingen de per-
ken der betamelijkheid te buiten en zijn lach,
die vaak weerklonk, was de nachtmerrie van
rechten. Deze gedragslijn was reeds te ver-
moeden op grond van de verschillen.de offi-
cieele berichten over voorgenomen of onder-
nomen stappen. Uit het Oranjeboek blijkt
thans van een diplomatieke activiteit als tel-
kens door de mdrites der bewuste gevallen
van rechtsinbreuk werd vereischt.
Terstond bij het uitbreken van den oorlog
reeds werd de regeering voor allerlei proble-
men geplaatst, welke in den krijg van 1914
1918 eerst langzamerhand kwamen opduiken.
De verscherpte oorlog ter zee, in het algemeen
de economische oorlogvoering, openbaarde
zich aanstonds, zooals deze zich in den vori-
gen oorlog slechts na geruimen tijd had voor-
gedaan. Thans kon weliswaar uit de diplo
matieke ervaringen van die vorige periode
worden geput, maar de vraagstukken doen
zich nu toch in menig opzicht in gewijzigden
vorm voor. De regeering diende daarom in
verschillende gevallen een eigen weg te
zoeken.
Ondanks de ontplooide activiteit is met be
trekking tot belangrijke kwesties de uitslag
van de gedane stappen onbevredigend. Dit
is niet aan onze regeering te wijten. Zij deed
wat zij kon, maar zelfs haar meest klemmen-
de vertoogen vonden bij de oorlogvoerende
partijen niet altijd den gewenschten weer-
klank, wanneer deze een rechtsherstel weinig
in overeenstemmlng met hun belangen acht-
ten. Op zijn best kon dan, zooals in de kwes
ties van de economische oorlogvoering van de
zijde der geallieerden, de toezegging verkre-
gen worden, dat de belangen der neutralen
zooveel mogelijk zullen worden ontzien.
Het onbevredigende karakter van de op de
protesten ontvangen antwoorden treft echter
het meeste in de gevallen, waarin door de
oorlogvoering mensohenlevens op het spel
kwamen te staan. Het ergerlijke optreden
tegen de ,,Sliedrecht" bijv. is als zoodanig
niet erkend door de Duitsche regeering, die
zich op grond van het protocol van Londen
toch gebonden zou moeten achten, de veilig-
heid van de bemanningen der getorpedeerde
schepen te verzekeren. Recht en menschelijk-
heid komen wel in een zeer klein hoekje te
liggen.
Onbegrijpelijk is ook de houding van de
Duitsche regeering tegenover de hoogst ern-
stige grensschending bij Venlo op 9 Nov. jj.,
waarbij een Nederlandsch officier door het
toedoen van Duitsche organen het leven ver-
loor. De herhaalde vertoogen onzerzjjds te
Berlin hadden geen uitwerking. Dat de
Duitsche regeering al evenmin gereageerd
heeft om het ruime Nederlandsche voorstel
om, ter keuze van Duitschland, een procedure
van behoorlijk onpartijdig onderzoek te vol-
gen, geeft te denken. Wij zijn van oordeel,
dat met haar voorstel de Nederlandsche
regeering tot de uiterste grens van welwil-
lendheid is gegaan om deze zaak tot een op-
lossing te brengen.
Geheel zonder rechtstreeks succes zijn de in
de afgeloopen maanden ondemomen stappen
intusschen niet gebleven. Met betrekking tot
verschillende zaken hebben de oorlogvoerende
partjjen aan gedane verzoeken voldaan of
hebben zij begane fouten erkend.
Wie echter de beteekenis en het gewicht
van het buitenlandsche beleid onzer regee
ring zou willen afmeten naar den direeten
uitslag van de ontwikkelde activiteit op diplo-
matiek terrein, zou zich aan een ernstige mis-
vatting schuldig maken. De beteekenis ligt
vooral hierin, dat de regeering een evenwich-
tige neutraliteitspolitiek voert. Verleden week
schreven we: ,,Aan den onwrikbaren wil van
regeering en volk om in het uitgebroken con
flict de onzijdigheid van ons land te bewaren,
kan niet getwijfeld worden." Deze politiek
wordt op doeltreffende wijze bevestigd door
het thans openbaar gemaakte Oranjeboek.
Door in elk geval zuiver af te wegen wat het
Nederlandsche belang vereischte, heeft dit de
beste behartiging gevonden. Het defensie-
beleid, dat eveneens alleen door onze eigen
belangen wordt bepaald, en de buitenlandsche
politiek hangen thans nauw samen. Op ge-
lukkige wijze blijkt de diplomatic in het kader
al zijn chefs in het hooge steenen gebouw
achter ham.
En toch zuchtte de vuilnisman, toch keek
een met zijn gummistok kwispelend agent
goedkeurend naar hem, twee of drie honden
beneusden vriendschappelijk zijn broekspijpen,
deden een pas achteruit, keken naar hem op en
toonden duidelijke verlangens tot toenadering.
Die kwam. Pete bulcte zich en verdeelde
vriendschappelijke klopjes op onpartijdige
wijze. De honden leefden zichtbaar op. Het
was duidelijk, dat dit een man naar hun hart
was, een man, die een hondenleven tot iets
draaglijks maakte.
Pete daalde fluitend de verdere treden van
de steenen trap af, praaide een krantenjon-
gen en herstelde in een kort oogenblik diens
vertrouwen in de menschheid, door hem het
driedubbele van het verschuldigde bedrag in
zijn hand te stoppen.
Het kon er af, oordeelde Peter; tegelijk met
het ingaan van zjjn vacantie, had hij op het
kantoor van den baas moeten komen en had
tot zijn ontzetting gehoord, dat hij benoemd
was tot chef van de afdeeling tijdschriften.
Het had juist zeven minuten geduurd en al
zijn ondergeschikten waren er bij noodig ge-
Weest, om hem te oivertuigen, dat het geen
fatale vergissing was van een baas, die han-
delde in een vlaag van verstandsverbijstering,
maar een feit.
Een feit... een onwrikbaar feit... en het
bewustzijn van dit feit gaf veerkracht aan
den stap van zijn lange "beenen, en autoriteit
aan zijn arm, toen die omhoog schoot om een
taxa aan te houden.
De taxi-chauffeur was een voorkomend
man de heele wereld leek dezen dag we]
bevolkt met voorkomende lieden en de
snelheid, waanmee Pete naar zijn adres werd
vervoerd, verwarmde zijn hart.
van onze zelfstandigheidspolitiek te zijn op-
getreden.
Het Oranjeboek toont aan de buitenwereld,
dat het ons in elk opzicht ernst is met onzen
neutraliteitswil. Het versterkt naar binnen
toe het vertrouwen, dat de mannen aan het
roer den juisten koers volgen.
Ons schip van staat kan desniettemin in
overstelpende moeilijkheden geraken. Zoo
als het in het officieuze relaas „Nederland
paraat", opgenomen in ons Ochtendblad van
Vrijdag, terecht heette: „Ook Nederland ligt
in den stormhoek van Europa". Op alle ge-
beurlijkheden dienen regeering 6n volk daar
om voorbereid te zijn. De regeering heeft
door de maatregelen van de laatste week ge-
toond, dit ten voile te beseffen. Ons volk
kan niet beter doen dan te volharden in den
eendrachtigen wil het erfgoed der vaderen .tot
het laatste toe te bewaren.
Welk lot ons ook beschoren is, het vaste
vertrouwen in de juistheid van den gevolg-
den koers kan ons nimmer ontnomen worden.
NEDERLAND NEUTRAAL.
Geen afspraak met belligerenten.
De Regeeringspersdienst meldt:
De laatste dagen kan men in de buiten
landsche pers, in verband met de recente In
ternationale gebeurtenissen, hier en daar
zekere verwachtingen aantreffen ten aanzien
van de verder aan te nemen houding van klei-
nere neutrale staten, waaronder Nederland.
Onder den indruk van uitingen over de neu
tralen in het Britsche en Fransche parlement
zouden deze staten gevoelig kunnen worden,
heet het, voor suggesties in den zin van reeds
te voren gemaakte afspraken met de geal-
lieerde belligerenten, ter zekerstelling van
hulp bij een eventueelen aanranding van de
andere zijde.
Hiertegenover wordt andermaal vastge-
steld zij het, althans voor het Nederland
sche volk, ten overvloede dat de Neder
landsche regeering van den aanvang af een
onwankelbare en ondubbelzinnige onzijdig-
heidspolitiek heeft gevolgd, die zij onveran-
derd blrjft handhaven en waarin voor van te
voren met welken belligerent ook gemaakte
afspraak geen plaats is.
Dit standpunt kan, naar de Nederlandsche
regeering recht heeft te vertrouwen, bij de
regeeringen van alle oorlogvoerenden volledig
bekend worden geacht.
Een uiterst lichtvaaxdig genicht
tegengesproken
De regeeringspersdienst meldde Zaterdag-
avond:
Heden valt een nieuw voorbeeld te signalee-
ren van het in omloop brengen van een uiterst
lichtvaardig gerucht met betrekking tot ons
land.
Het te Washington verschijnende blad Eve
ning Star vermeldde, naar de Duitsche radio
mededeelde, dat een troepentransport Enge-
land had verlaten. Het Amerikaansche blad
trok daaruit op eigen gezag de conclusie, dat
dit troepentransport op weg zou zijn naar
Noorwegen of.naar Nederland.
Behalve door de Duitsche radio werd deze
mededeeling hedenavond ook verder verspreid
door het Berlijnsche dagblad Nachtausgabe.
Waarschijnlijk heeft hierop betrekking het
om 8.20 Nederlandsche tijd door de Britsche
radio uitgezonden bericht, dat uit Duitsche
bron opnieuw geruchten komen, als zoude van
Britsche zijde een aanslag worden voorbereid
op Nederland. Daaraan werd door de Britsche
radio een even stellige als ondubbelzinnige
tegenspraak toegevoegd in dezen vorm:
,,Dit js zulk een fantastische onzin, dat
niemand buiten Duitschland er ook maar een
oogenblik geloof asm zal hechten."
De tegenspraak is nog door een tegen
spraak van Reuter gevolgd. Deze luidt:
,,In gezaghebbende kringen te Londen wordt
vanavond verklaard, dat wederom geruchten
uit Duitsche bron in omloop worden gebracht,
volgens welke de geallieerden een of andere
r H—w—
Hij nam uitbundig afscheid van den chauf
feur, wenschte hem een lang en gelukkig
leven, en hopte de voordeur binnen.
En zoo geschiedde het, dat Pete Brent, chef
van de afdeeling Tijdschriftenpublicatie van
Trevor en Oo., Londen, om half elf op een
zwoelen zomeravond, over een grintweg reed,
zestig mijl ten Noorden van datzelfde Lon
den.
Het feit, dat hij reed, verbaasde iedereen,
behalve hem zelf. Zijn salaris was tot dus-
ver juist toereikend geweest om een wrak
wagentje er op na te houden, een oud ding,
voor een prikje op den kop getikt op een
autoveiling. Alleen de vaste wil van Pete, om
een auto, in welken vorm ook, te bezitten,
was de oorzaak geweest, dat de veilinghouder
het ding iiberhaubt had verkocht. En van
dat oogenblik af, als bezatter van een wagen,
had Pete het instrument gepoetst, geolied,
gesmeerd, vertroeteld, er nieuwe bougies in-
gezet, de schroeven aangedraaid, en er ette-
lijke processen-verbaal mee opgeloopen, om-
dat het vehikel telkenmale hardneikkig wei-
gert weer in beweging te komen, op het
kritieke moment, dat hij het had geparkeerd
op een plaats, waar dat verboden was.
Maar Pete was een volhardend man, en het
oude twoseatertje zoemde thans over den
weg, zijn kilometerteller schommelend tus-
schen veertdg en vijftig. Het was een ideale
snelheid voor iemand, die zoo weinig haast
had als Pete. Hij was op weg naar zijn land-
huasje, een ding, geerfd van zijn oom, en de
rust van den zomeravond, het bewustzijn, dat
het er geen steek toe deed, hoe laat hij aan-
kwam, en zijn tevredenheid over zijn wagen,
maakten hem tot ^en der gelukkigste schep-
selen in Engeland.
En toen, toen hij juist de eerste maten van
actie ter schending van de Nederlandsche neu-
traliteit zouden beramen. Niets is dwazer of
boosaardiger dan deze geruchten, welke nie
mand buiten Duitschland zullen misleiden."
Hoe men te Berlijn het gerucht opvat.
De correspondent der N. R. Crt. te Berlin
telefoneerde Zaterdagavond
Een van de opschriften die de heele breedte
van de eerste bladzijde van de Nachtausgabe
beslaat, luidt vanavond als volgt: „U.S.A.:
voor een Britschen aanval op Nederland?"
Dit heeft betrekking op een bericht, hetwelk
men reeds door de radio en anderzins zal
kennen, maar waaraan wij toch nog iets wil
len toevoegen.
Volgens een bericht, dat het Amerikaansche
blad Evening Star uit Londen heeft ontvan
gen, zou een Engelsche transportvloot met
verscheidene divisies aan boord zjjn uitgeloo-
pen en zich reeds in voile zee bevinden.
De Evening Star stelt naar aanleiding daar-
van de vraag, of deze divisies voor Noorwegen
of voor Nederland zijn bestemd en geeft daar-
op zelf het volgende antwoord: ,,De veronder-
stelling dat het om Nederland gaat is de
waarschijnlijkste, want Engeland is nauwelijks
in staat om de Duitschers uit Noorwegen te
verdringen."'
Het „New-Yorksche blad" (er is geen New
Yorksche Evening Star; er verscbijnt alleen
te Washington een blad van dien naam
corr.) beweert, dat Engeland aan de Noor-
sche kust slechts spiegelgevechten zal leveren.
Dit bericht van de Evening Star zou volgens
het bericht uit Washington volgens de Nacht
ausgabe in politieke kringen te Washington
groot opzien hebben gebaard.
Wij behoeven het bericht niet aan een ana
lyse te onderwerpen, want het heeft alleen
beteekenis door de omstandigheid, dat de
Nachtausgabe het opneemt en de diplomatieke
medewerker van dat blad, Kriegk, het voor-
ziet van den volgende commentaar:
,,Het is zeer kenschetsend, dat men in de
Ver. Staten bij een bericht, dat spreekt van
een plan van Engeland om heele divisies in
Nederland te landen, geen twijfel aan de juist
heid van dit bericht uit." (Dit is een argu-
mentum ex silentio. In het bericht zelf staat
namelijk alleen, dat het bericht van de Eve
ning Star opzien in politieke kringen te Was
hington heeft gebaard. Dit sluit nog niet in,
dat men geen twijfel aan de juistheid koestert.
Corr.) ,,Men moet", zoo gaat de officieuze
commentaar verder, „in de kringen van de
Amerikaansche correspondenten te Londen,
die bijzonder goed geinformeerd zijn over de
piannen van de oorlogsophitsers, reeds dagen-
lang met de gedachte hebben gespeeld, dat
Churchill er niet voor zou terugdeinzen, in
opdracht van de plutocratie na de volslagen
mislukking van de Engelsche actie tegen de
Noordsche staten de Engelsche aanvalsplan-
nen raai Nederland te verleggen.
,,De Engelsche plutocratie heeft aan Chur
chill en Reynaud sedert maanden opdracht
gegeven, den oorlog op een gebied te voeren,
waar zich althans eenige geringe vooruitzich-
ten voor Engeland zouden voordoen. Nadat
het plan van een uitbreiding van den oorlog
naar het Noorden, hetwelk reeds met militaire
middelen op gang was gebracht, door de nog
net op tijd beginnende Duitsche actie voor-
loopig mislukt is, bljjft den Engelschen oor
logsophitsers inderdaad, indien zij geen uit-
voerige ondernemingen in het naburige Oos-
ten of op den Balkan willen probeeren, alleen
een poging over om door militaire dreigemen-
ten tegen Nederland een doel voor de Engel
sche politiek te bereiken: de handhaving van
de Engelsche geweldheerschappij over de
tegenoverliggende kust van het Kanaal. Dit
doel speelde sedert dozijnen van jaren een
rol in de Engelsche buitenlandsche politiek.
Onder dergelijke gezichtspunten krijgt het
bericht van de New-Yorksche Evening Star
(ook de heer Kriegk denkt blijkbaar dat de
Evening Star te New-York verschijnt, hetgeen
minder verwonderlijk is dan dat de man van
de Nachtausgabe te Washington ook niet be
ter zou weten corr.) in alle geval een
zekere waarschijnlijkheid".
zijn lijflied aanhief, de eerste rauwe geluiden
de vredigheid van een landelijken viersprong
verstoorden, en drie vogels ontsteld uit de
schemering deden opvliegen, kwam een
wagen in razende vaart uit den zijweg schie-
ten, om den grintweg op te draaien. De wagen
moest de bocht kort nemen. Hij deed het niet,
het is een lastig iets, een kleine en scherpe
bocht kort te nemen, als je er met een gang
van zeventig kilometer inschiet en de gevol-
gen waren ontstellend en omvangrijk.
De groote wagen bereikte het kruispunt
iets v66r Pete taegon te draaien, slipte in een
wolk van stof, vaagde Pete's achterspatbord
in het niet, en dook met een gekrijsch van
remmen in den langs den weg loopenden
sloot.
Het was geen droge sloot, maar ook geen
bepaald natte en de fontein van modder, die
opsteeg, toen Pete hem er in zag schuiven,
bespatte zijn eigen wagen van boven tot
onder.
Toen was het even heel erg stil.
Pete sprong uit zijn auto en rende naar
den wagen in de sloot. Maar nog v66r hij
die bereikt had, zag hij een verwilderd en
verfomfaaid hoofd uit een der portierraam-
pjes komen en daarna een compleet menschen-
lichaam.
Hallo!" zei het hoofd, en het geheel kwam
op hem toe. Pete vond zijn adem terug en
gebruikte die oogenblikkelijk om uiting te
geven aan zijn gevoelens.
..Wat ben jij van plan?" zei hij, „verkeer
je in de meening, dat je achter het stuur van
een tank zit?"
De vreemde lachte, en bond een zakdoek
om een snee in zijn arm.
,,Geef hier," zei Pete, „laat mij dat doen!"
'Hij deed het, deed het met kennis van
zaken, hetgeen hard noodig was, want de snee
makervU jn epengeg
(ingez. jviea. I
Totzoover de commentaar in de Nacht
ausgabe. Zoowel het bericht zelf als een deel
van den commentaar zijn in de radio her-
haald, hetgeen aan de zaak een zekere nadruk
verleent. Uit Londen is een stellig dementi
afgekomen. Zulk een dementi kan natuur-
lijk alleen buiten Duitschland werking oefe-
nen. Lmmers, waar dezer dagen gesproken is
van ,,bliksemsnelle antwoorden" enz. op zulke
Engelsche piannen is daarbij natuurlijk stil-
zwijgend verondersteld, dat voor het bestaan
van dergeljjke voomemens niet den doorslag
geeft wat Engeland daarover beweert, maar
wat Duitschland dajarover denkt.
Nochtans bestaat er, meldt de N. R, Crt.,
naar onze meening in het geheel geen reden
om dit bericht een actueele beteekenis toe te
kennen Wij leggen nadruk op het woord
,,aetueel", want het zou anderzrjds lichtzinnig
zijn te beweren, dat zulke uitlatingen op
zichzelf in het geheel niet van beteekenis zijn.
Intusschen schijnen de gebeurtenissen het
bericht zelf reeds te hebben weerlegd. Ver-
volgens werd het baren van opzien geconsta-
teerd in bet Berlijnsche avondblad, waar nog
een commentaar werd geschreven en gedrukt.
In dien tijd bad men allang iets van de trans
portvloot moeten opmerken, wat niet het
geval is.
EENIGE UITBREIDING VAN DEN
STAAT VAN BEL EC..
De Regeeringspersdienst meldt;
Bij Koninklijk besluit van 1 November 1939
is, voornamelijk in het midden, westen en
zuid-oosten des lands, een aantal gemeenten
in staat van beleg verklaard.
Bij een Vrijdag verschenen Koninklijk be
sluit is daarbij uitbreiding gegeven, in dier
voege, dat thans in het zuiden (Noord-
Brabant) en in de noordelijke en oostelijke
provincien een verdere strook in staat van
beleg is verklaard.
HANDHAVING VAN DE KRIJGSTUC5HT.
In een legerorder wordt de aandacht der
onderscheidene commandanten er nogmaals
op gevestigd, dat het nog steeds veelvuldig
voorkomt, dat zich militairen langs den
openbaren weg opstellen en door handopste-
ken of andere gebaren de aandacht trekken
van passeerende automobilisten teneinde door
dezen in hun voertuig te worden meegenomen.
Er is reeds eerder op gewezen, dat een der-
gelijk optreden strijdig is met de waardigheid
"van den militairen stand en schadelijk voor
het aanzien van de weermacht en dies onver-
eenigbaar met een goede krijgstucht.
De onderscheidene commandanten zullen
het onder hun bevelen gestelde personeel hier
op nogmaals wijzen, op de naleving toezien en
tegen mogelijke overtredingen met gestreng-
heid optreden.
EEN VERKLARING VAN MINISTER
VAN KLEFFENS.
Stefani meldt uit Rome;
De Nederlandsche minister van Buiten
landsche zaken, mr. E. N. van Kleffens, heeft
den correspondent in Den Haag van het Ita-
liaansche persbureau Stefani een interview
toegestaan,waarin hij o.a. verklaarde. dat de
Nederlandsche regeering, die, wat de buiten
landsche politiek betreft, den steun der ge-
heele natie geniet, onder de tegenwoordige
was diep. Onder het verbinden door nam hij
den anJer op. Het was een jongeman van
een jaar of zeven en twintig, met een sym-
pathiek gezicht, waarover een tweetal iit-
teekens liepen. Peter verbaasde zich er al
leen maar over, dat iemand, die een bocht op
een dergelijke wijze nam, nog niet meer
sneden en schrammen op zijn gezicht droeg.
De jongeman zei niets gedurende de pijn-
lijke behandeling van zijn wond, en toen Pete
een laatsten ruk gaf aan het verband en een
stap achteruit deed, bracht hij langzaam zijn
hand in zijn zak en kneep zijn lippen op
elkaar.
,,Pijn?" zei Pete.
De ander grinnikte:
„Wat dacht je dan? Een snee van een
glasscherf doet altijd pijn!"
„Wat doe je ook zoo stom om een hoek te
vliegen!" zei Pete. .,Wou je zelfmoord ple-
gen? Of zat de politie je op de hielen?"
Het gezicht van den ander werd plotseling
ernstig:
,.Nee.ik zat een ander op de hielen."
Hij lachte en voegde er aan toe:
,,Hij zal nu wel ongeveer in Schotland
zitten!"
Pete maakt een misprijzend geluid:
„Als hij even hard reed als jij, lijkt 't me
meer waarschijnlijk, dat hij minstens zijn
laatste uren in een ziekenhuis doorbrengt!"
De ander keek hem aan. lachte weer en
stak zijn hand uit.
,,Mag ik me even voorstellen... mijn naam
is Crofts, John Crofts."
,,Pete Brent."
Pete trok zijn sigarettenkoker te voorschijn
en bood een sigaret aan. De ander nam haar
met graagte en trok de rook diep in zijn
iongen.
(Wordt vervolgd.)