41 RFMFFM NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
IN DIPLOMATIEKEN DIENST.
No. 10.043
MAANDAG 18JMAART 1940
80« Jaargang
Binnenland
Feuilleton
EEN BOODSOHAP VAN ROOSEVELT.
NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Temeuzen 1,35 per 3 maanden Buiten Temeuzen
fr. per post f 1,65 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 6,per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,10, overlge landen /2,45 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen by vooruitbetaling.
Ultgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 2073.
ADVERTENTIEN: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer f 0,20.
KLEINE ADVERTENTIEN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cli che's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst 6en dag voor do u gaie.
OFF BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
RADIOREDE
VAN HARE MAJESTEIT DE KONINGIN.
voor de Foreign Missions Conference of
North America te New York, zooals de
Koningin die, volgens de N. R. Crt. Zelve in
onze taal heeft weergegeven,
Waar tot Mij het verzoek is gericht Mijn
oordeel te geven omtrent het werk der Chris-
teiyke zending, zooals Ik dat in de wereld
heb leeren kennen en waardeeren, is het Mij
aangenaam enkele woorden tot u te richten.
In de eerste plaats zoude Ik u willen zeg
gen, dat Ik groote beangstelling en sympa-
thie heb voor de zending, vooreerst omdat
haar arbeid te alien tijde voortgekomen is uit
eene diepe en spontane ervaring van Christus
als levende werkelijkheid. Voorts, omdat zij
zich alttjd gedrongen heeft gevoeld te leven
in gehoorzaamheid aan Christus' geest, het-
geen wil zeggen, dat zij zich vereenzelvigd
heeft met de geestelijke maatschappelijke en
stoffelijke nooden van onzen medemenscn
over de geheele wereld.
Als wereldbeweging, welke diep contact
zoekt met haar geheel onbekende volken en
hunne levensomstandigheden, heeft de zen
ding in hooge mate bijgedragen tot beter be-
grip en onderlinge waardeering. Dit, ondanks
het feit, dat zij en de omgeving, waarin zij
werkt, in diepe tegenstelling tot elkaar staan
op godsdienstig gebied, op dat van den geest,
op cultuur en sociaal gebied, op opvoedkun-
dig terrein en op dat van zeden en gebruiken.
Indien men vraagt, hoe al dit voorafgaande
bereikt is kunnen worden, luidt het antwoord,
dat de liefde tot Christus en tot den mede-
mensch daartoe de machtige drijfveer is ge-
weest.
Waar men Mij tevens verzocht heeft Mijn
oordeel, juist in dit tijdsgewricht, te zeggen
omtrent de behoefte aan, en de beteekenis
van openbaring van krachtiger geestelijk
leven in de, in diepen nood verkeerende
wereld, wensch Ik uiting te geven aan Mijne
rotsvaste overtuiging, dat thans v o o r alles
noodig is een algeheele innerlijke vernieuwing
van elkeen persoonlijk. Alleen dit kan de
levende bron zijn, waaruit de noodige kracht
vloeit voor de verwezenlijking van dat prac-
tische, opbouwende werk, zonder hetwelk
onze huidige wereld ten onder dreigt te gaan
Wat Mij betreft, heb Ik den weg tot inner
lijke vernieuwing gevonden bij de bron van
het Christendom, gelijk deze in het Nieuwe
Testament te vinden is, welke bron ieder
mensch, niemand uitgesloten, noodt en roept
opdat elkeen in haar opnieuw de waarheid
en het leven kan ontdekken en vinden.
Moge het menschdom door Christus' oogen
leeren zienen zoodoende alle gedachten
gevoelens en omstandigheden te boven komen
die op dit oogenblik zoo diepe scheiding maken
tusschen menschen en menschen en welke
toch, geplaatst in het licht van Christus'
geest, als oorzaken van verwijdering hun
recht van bestaan gaan verliezen.
Hiermede hoop ik voldaan te hebben aan
het tot Mij gerichte verzoek en besluit met
Mjjne beste wenschen te uiten voor het wel-
slagen van dezen zendingsdag.
De rede van Roosevelt als antwoord op deze
van de Koningin luidde ongeveer als volgt:
De wereld zoekt een moreele basis voor den
vrede en de vrede kan niet blijvend zijn, in
dien hij volkeren onderdrukt of in slavemij
brengt en menschen willoos maakt tegenover
de overheersching van de gewapende krach-
ten. Iedere vrede is onmogelijk welke niet
rekening houdt met de menschelijke broeder-
schap. Er kan geen werkelijke vrede zijn,
wanneer kleine mogendheden in een voort-
durende vrees voor hun machtige buren moe-
ten leven. En een vrede die een garantie
dat geen aanval zal plaats vinden laat be-
talen, is immoreel. Een vrede kan niet ver-
standig zijn indien de vrije uitwisseling van
de kennis dezer idealen welke het den men
schen mogelijk maken een terrein te vinden
om elkander te verstaan, ontkend wordt. Een
vrede kan niet rechtvaardig zijn indien God
vergeten wordt. Omdat deze fundamenteele
voorwaarden vergeten zijn heeft de wereld
geen werkelijken vrede gehad in de jaren
tusschen het einde van den wereldoorlog en
het begin van de huidige oorlogen.
Een actief zoeken naar vrede, zooals die
door de eerste Christenen is gezocht, betee-
kent een strijd en een terugdringing van de
krachten welke in de wereld zich verheffen
tegen de menschelijke broederschap en welke
de gelijkheid van een iegelijk voor God's
troon ontkennen. In die oude tijden scheen
men te vechten tegen niet te overwinnen
krachten en toch was men overwinnaar.
De rede van Roosevelt richt zich tot alle
kerkgenootschappen welke op het congres
vertegenwoordigd zijn. De boodschap is een
kort overzicht van de pogingen, welke ten
behoeve van den vrede en van een goede ver-
standhouding tusschen de menschen van voor
het begin der Christenheid tot in deze dagen
zijn verricht. Deze pogingen, zoo verklaarde
de president, werden niet altijd met succes
bekroond en wij schijnen opnieuw in een
trjdperk te leven waarin georganiseerde
krachten emaar streven menschen en volken
te verdeelen. Daarom is het noodzakelijk de
vertegenwoordigers van de groote religieuze
organisaties te vereenigen, die er naar stre
ven de naties en de menschen niet te verdee
len, doch te vereenigen, onder de oude bood-
schap van broederschap.
Ik heb vertrouwen in de uiteindelijke over-
winning van het ideaal van rechtvaardigheid,
broederschap, goedheid en geloof, dat iniet
onder kan gaan. Het is het hoogste mensche
lijke ideaal, het zal verdedigd en gehand-
haafd worden. De geheele wereld heeft bij de
triomf van dit ideaal te winnen en de vrucht
van deze overwinning is de vrede.
DR. COLIJN IN AUDIENTIE BIJ DEN
KONING VAN ENGELAND.
Reuter meldt uit Londen, dat Koning
George Vrijdagochtend aan Dr. H. Colijn, die
thans te Londen vertoeft, in het Buckingham-
paleis audientie heeft verleend.
DR. COLIJN TE LONDEN.
Volgens den correspondent der N. R. Crt. te
Londen heeft Dr. Colijn, die zich, zooals men
weet, op het oogenblik te Londen bevindt,
Zaterdagmorgen een bezoek gebracht aan de
Nederlandsche schipbreukelingen, die een
gastvrij onderkomen hebben gevonden in het
Bangor-hotel. Dr. Colijn was vergezeld door
den heer Pelt.
Het onverwachte bezoek van Dr. Colijn
maakte een grooten indruk op de schipbreu
kelingen. Dr. Colijn onderhield zich met de
bemanning van de „Eulota", waama hij zich
met 'vijf schipbreukelingen van den kustvaar-
der ,,Buizerd", die in den loop van de week
er^ens aan de Engelsche kust op de rotsen
is "geloopen, onderhield.
Dr. Colijn wenschte de zeelieden geluk met
him redding en herinnerde er aan, dat hij in
1909 zelf slachtoffer van een schipbreuk is
geweest. „Jullie bent er echter beter afge-
komen dan ik, want ik heb drie dagen in een
oerwoud rondgedoold, voor ik de bewoonde
wereld weer bereikte."
De opvarenden van de ,,Eulota" vertelden
een kleurrijk verhaal over hun wedervaren.
Belangstellend informeerde Dr. Colijn naar
den toestand van de gewonden, die nog in het
ziekenhuis verblijven.
Hij vroeg aan de zeelieden of zij weer naar
zee terug wilden. „Natuurlijk" antwoordde
de bemanning in koor.
„Dat doet me goed, jongens, denk aan ons
Hollandsch devies „Je Maintiendrai".
Met deze woorden nam Dr. Colijn afscheid
van de schipbreukelingen.
Roman van
JQHANN D. DEGREEF.
(Nadruk verboden.)
34)
Vervolg.
Hij bleef tenminste roerloos zitten en zijn
gelaatsuitdrukking onderging niet de minste
verandering. Alleen viel uit het feit, dat hij
onophoudelijk zijn lippen bevochtigde op te
maken, dat die onbewogen rust slechts een
pqse was en dat hij inwendig verteerd werd
door de koorts van den angst.
Nauwelijks tien seconden bleef het stil in
de zaal. Toen klonk plotseling de beheersch-
te stem van den president: „Ik geef het
woord aan den verdediger van den beschul-
digde
Alle blikken richtten rich thans op den
verdediger. Mr. Beaverlooke ving zijn plei-
dooi even rustig aan als de Attorney-General
■rjn requisitoir. In sobere bewoordingen on-
derwierp hij eenige getuigenverklaringen aan
juridische critiek doch deize betroffen slechts
bijzaken in het proces en dienden slechts als
inleiding. Toen concentreerde hij zijn ver-
dediging in een felle aanval op het eenige
fundament waarop de Attorney-General zijn
requisitoir opgetrokken had: op de veronder-
stelltng dat O'Kelly wel terdege geweten had
van welken aard het document was dat hij
van de Pistool-Engel in ontvangst had geno-
men. Allereerst stelde hij vast dat door
niets was bewezen en dat er zelfs geen enkele
aanwijzing bestond voor het vermoeden, dat
O'Kelly de aanlegger of zelfs de uitvoerder
DE PALMFASCHEN VOOR DE
PRINSESJES.
Zaterdagochtend om kwart v66r elf hebben
een Amsterdamsche kabouter en een welp
onder leiding van twee leden van de Palm-
paasch-commissie van het Algemeen Neder-
landsch Verbond twee leuk versierde palm-
paschen ten paleize Soestdijk aangeboden, als
Paaschgeschenk voor prinses Beatrix en prin-
ses Irene. Namens de ouders werd het ge-
schenk in ontvangst genomen door den huis-
meester, den heer Rotteveel.
DE HEER COHEN GAAT HEEN UIT
DE TWEEDE KAMER.
De heer M. M. Cohen heeft den griffier der
Tweede Kamer een schrijven gezonden, hou-
dende mededeeling, dat hij wegens langdurige
ziekte rich verplicht voelt ontslag te nemen
als lid der Kamer. De heer Cohen had sinds
1936 zitting voor den Vrijzinnig Democrati-
schen Bond.
PAASCHVERLOF
VOOR GEMOBILISEERDEN.
Bij ministerieele beschikking is een bijzon-
dere regeling vastgesteld betreffende de perio-
dieke verloven voor het Paaschfeest.
De gewone periodieke verloven der gemo-
biliseerden (dus niet van de dienstplichtigen,
die voor het volbrengen der eerste oefeningen
en de militairen, die vodr het volbrengen der
eerste oefening doch langer dan vijf maanden
in werkelijken dienst zijn), moeten zoodanig
worden verleend, dat op 18 Maart na afloop
van den dienst de laatste groep met periodiek
verlof vertrekt, welke dus op 20 Maart per
laatste reisgelegenheid haar de onderdeelen
moet terugkeeren.
In den van 21 Maart 1940 t/m 2 April wordt
dezen militairen verlof Verleend:
A. 1/6 van de sterkte van elk troepen-
onderdeel op 21, 22 en 23 Maart, vertrek 20
Maart, terugkeer 24 Maart per eerste reis
gelegenheid;
B. 1/6 van de sterkte van elk troepenonder-
deel op 23, 24 en 25 Maart, vertrek 22 Maart,
terugkeer 26 Maart per eerste reisgelegen
heid;
C. 1/6 van de sterkte van elk troepen-
onderdeel op 25, 26 en 27 Maart, vertrek 24
Maart, terugkeer 28 Maart per eerste reis
gelegenheid
D. 1/6 van de sterkte van elk troepen-
onderdeel op 27, 28 en 29 Maart, vertrek 26
Maart, terugkeer 30 Maart per eerste reis
gelegenheid;
E. 1/6 van de sterkte van elk troepen
onderdeel op 29, 30 en 31 Maart, vertrek 28
Maart, terugkeer 1 April per eerste reisge
legenheid;
F. 1/6 van de sterkte van elk troepen-
onderdeel op 31 Maart, 1 en 2 April, vertrek
30 Maart, terugkeer 3 April per eerste reis
gelegenheid.
Aan militairen, die voor het volbrengen
der eerste oefening -korter dan vijf maan
den in werkelijken dienst zijn, zal zooveel
mogelijk aan alien periodiek verlof op 22, 23,
24 en 25 Maart gegeven worden en aan de
overigen d. z. de militairen, wien voor het
vervullen van de onvermijdelijke diensten
geen dergelijk verlof verleend kan worden),
periodiek verlof op 16, 17, 18 en 19 Maart.
DE GRONDLEGGING VAN NEDERLANDS
GEZAG IN DEN OOST.
Op Dinsdagavond 19 Maart zal de Minister
van Kolonien, de heer Welter voor de AVRO-
microfoon een rede houden getiteld: ,,De Ver-
eenigde Oost-Indische Compagnie". Dit zal
dus zijn op den vooravond van den twintigsten
Maart, den datum, waarop in het jaar 1602
de Oost-Indische Compagnie werd opgericht.
Sinds 1930 wordt ieder jaar door een steeds
groeiend aantal personen in Indie, Nederland
en het buitenland op dien dag de oprichting
der Compagnie herdacht, daar men in dat
was geweest van het complot. Zijn bewering
dat hij slechts als werktuig had gediend was
daarentegen zeer aannemelijk en werd door
de feiten gesteund.
,,Uit het feit, dat O'Kelly langen tijd heeft
samengewerkt met de zoogenaamde Pistool-
Engel volgt nog geenszins, dat zij hem in
detze affaire, die hoogstwaarschijnlijk haar
eigen affaire was, in vertrouwen heeft ge
nomen", betoogde hij. „Eerder kan men aan-
nemen dat zij hem juist gewantrouwd heeft
en hem opzettelijk om den tuin heeft willen
leiden omtrent den werkelijken inhoud van
het couvert, „Want" hier verhief Mr.
Beaverlooke plotseling zijn stem „waartoe
diende anders die reis naar Belgie? Als zij
O'Kelly in vertrouwen had genomen, waarom
gaf zij hem dan het document niet onmiddel-
lijk over toen zij den trein verliet?"' Waartoe
was die reis naar Esschen en de comedie van
dat wachten voor het stadhuis anders noodig,
dan om O'Kelly in den waan te brengen. dat
het hier slechts ging om een betrekkelijk on-
belangrijk fabrieksgeheim?"
Waartoe dat noodig was?" interrum-
pe'erde de Attorney-General onmiddellijk.
,,Die vlucht naar Esschen diende alleen om
het gevaar voor een arrestatie te ontgaan. De
Pistool-Engel heeft waarschijnlijk niet kunnen
berekenen hoelang lord Gordon onder narcose
zou blijven. Zij moest er rekening mee houden
dat hij terstond na het verlaten van den trein
bij zou kunnen komen en zij kon op haar vin-
gers natellen dat de Nederlandsche politie
onmiddellijk actief zou worden. Hun eerste
zorg was dus over de grens te komen, waar zij
rustig konden overleggen en het document
in veiligheid was. Daartoe diende die reis.
En O'Kell's bewering dat hij voor het stad
huis heeft moeten wachten is een sprookje.
En indien het geen sprookje zou blijken, indien
de zaken zich toegedragen hebben zooals
O'Kelly' voorgeeft, dan heeft die comedie al
leen gediend om de justitie te misleiden. Dan
was het een voorzorgsmaatregel om ingeval
zjj gevolgd waren of werden gadegeslagen aan
O'Kelly's aandeel in de affaire 't doodonschul-
feit de grondlegging ziet van het groote
Nederlandsche rijk en de basis van de rijks-
eenheid.
HEEFT DE „EULOTA" EEN DUIKBOOT
GERAMD?
Een correspondent van het Handelsblad te
Londen schrijft:
Naar ons uit verdere gesprekken met de
bemanning van het Nederlandsche motortank-
schip ,,Eulota" is gebleken, is dit schip een
half uur v66r het in den nacht van Zondag
op Maandag is ten onder gegaan, ergens op
gestooten, waardoor het even uit het water
werd gelicht. De kapitein, die rich toen in
zijn hut bevond, liet terstond een inspectie
houden, waarbij echter bleek, dat de schok,
dien alle opvarenden hadden gevoeld, geen
zichtbare schade aan het schip had aange-
richt, ten hoogste geringe schade onder de
waterlinie.
Eenige leden der bemanning, die zich aan
dek bevonden, hadden echter in het begin van
den nacht reeds oproeplichtsignalen meenen
te kunnen constateeren en sommigen hunner
waren' van oordeel, dat deze van een oorlog-
schip afkomstig geweest moesten zijn. Toen
na de explosie, welke het schip verwoestte, de
mannen zich in de boo ten bevonden, werden
opnieuw dergelrjke lichtsignalen waarge-
nomen.
Daar komt nog bij dat men bij het aan-
breken van den volgenden morgen herhaalde
malen groote olievlekken op zee aantrof. Dit
alles leidde tot de conclusie, dat de schok,
dien men voor de torpedeering had gevoeld,
mogelijk veroorzaakt zou zijn door een aan-
varing met een onderzeeboot, voor welke de
oproepteekens van een tweeden onderzeeer
bestemd geweest zouden zijn.
DE DISTRIRUTIE VAN INGEVROREN
VARKEN8.
Geen prijsopdrijving geconstateerd.
Op sehriftelijke vragen van .het lid der
Eerste Kamer, den heer Maarsingh, betref
fende de distribute van ingevroren varkens
en betreffende prijsopdrijving door vleesch-
warenfabrikanten, heeft de Minister van Eco-
nomische Zaken als volgt geantwoord:
Het is den minister niet bekend, dat de
distribute van ingevroren varkens niet tot
haar recht komt, doordat de Ned. Veehou-
derrjcentrale een minimum afneming eischt
van vijf stuks tegelijk.
Het minimum aantal t'egelrjkertijd af te
nemen bevroren varkens, dat oorspronkelijk
op 15 was gesteld, is later verlaagd tot 5, om
zooveel mogelijk belanghebbenden in de ge
legenheid te stellen deze varkens te betrek-
ken. Het is den minister niet gebleken, dat
van deze beperkende bepaling door de slagers
hinder ondervonden wordt. Desgewenscht
kunnen belanghebbenden, die geen 5 stuks
kunnen afnemen, tot gemeenschappelijken
aankoop overgaan.
IHet is den minister niet bekend, dat de
vleeschwarenfabrikanten zich hebben schul-
dig gemaakt aan prijsopdrijving in zake boter-
hamworst in blik. Bij onderzoek is hem ge
bleken, dat de prijsstijging overeenkomt met
de verhoogde prijzen van de benoodigde
grondstoffen en de verpakkingsmaterialen.
De minister acht een boekenonderzoek bij
de vleeschwarenfabrikanten niet noodzakelijk.
VAKOPLEIDING EN VAKEXAMENS
VESTIGINGSWET KLEINBEDRIJF.
De commissie van advies en bijstand voor
de vakopleiding en vakexamens in verband
met de Vestigingswet Kleinbedrijf is dezer
dagen geinstalleerd.
De commissie, gevormd met volledige in-
stemming van het betrokken departement en
van den middenstandsraad, zal binnenkort
met haar taak een aanvang maken. Deze
taak de naam van de commissie duidt het
dig aanschijn te geven, waarmee hij nu voor
den dag getreden is".
Mr. Beaverlooke boog. ,,Ik heb bewonde-
ring voor de fantasie van den Attorney-
General, 't is inderdaad ver gezocht", merkte
hij droog op, maar hij bouwde niet meer voort
op het veronderstelde wantrouwen van de
Pistool-Engel jegens-BKelly.
Het vervolg van zijn pleidooi was er geheel
op gericht twijfel te wekken aangaande den
opzet van de misdaad. Hij stelde O'Kelly
niet voor als een onschuldig lam, doch deed
't voorkomen of deze er onwetend ingeloopen
was en eerst later had begrepen, dat het om
iets gewichtigers ging dan om een fabrieks
geheim. En toen hij tot dit vermoeden ge-
komen was, had hij zich zoo spoedig m',gelijk
van zijn opdracht afgemaakt, zoodat de be-
schuldiging van hoogverraad volkomen onge-
grond was.
Het was niet na te gaan welken indruk het
pleidooi bij de rechters wekte. Zij zaten even
sphinxachtig voor zich uit te staren als bij
het aanhooren van het requsitoir. Pas toen
mr. Beaverlooke na den eisch van den Attor
ney-General onzinnig te hebben genoemd zijn
pleidooi besloot met een vurige peroratie
waarin hij op de ernstige gevolgen wees van
een justitieele dwaling van Engeland's hoog
ste rechtseollege keken zij hem even aan.
Onmiddellijk nadat mr. Beaverlooke was
gaan zitten wendde de president rich tot den
Attorney-General.
,,Ik zie af van repliek, mylord", verklaarde
deze.
,/Dan word het ondenzoek in deze zaak ge-
sloten", hemam de president. ,,Het High
Court zal zich terstond beraden en uitspraak
doen".
De rechters en bijzitters stonden op en ver
dwenen in de raadkamer. Toen ging er een
zucht van ontspanning door de zaal. En daar-
op werd de ruimte gevuld met 'n half onder
drukt gemompel en wisselden de toehoorders
hun indrukken uit.
O'Kelly scheen vertrouwen te hebben geput
uit het pleidooi. Hij onderhield zich opge
reeds aan zal zijn het ajdviseeren inzake
vakopleiding en examineering aan de organi
saties, die hetzij de aanvrage voor vestigings-
eischen voor hun bedrijfstak reeds hebben m-
gediend, hetzij rich nog berig houden met de
voorbereiding van deze aanvrage.
Zoo zullen ook aan organisaties in bedrijfs-
takken, waarop de Vestigingswet reeds van
toepassing is verklaard, inzake het op meer
doeltreffende wijze verzorgen van vakoplei
ding en examineering, adviezen kunnen wor
den verstrekt. Tot nog toe waren bovenbe-
doelde organisaties, indien zij voorlichting
wenschten omtrent te stellen eischen van vak-
bekwaamheid en de ingevolge deze eischen
noodzakelijk geworden inrichting van oplei-
ding en examens, aangewezen op de hulp van
een der drie middenstandsbonden, of voor
zoover het ambacht betrof op de vereeni-
ging ter veredeling van het ambacht en de
vereeniging tot bevordering van de vakoplei
ding voor handwerklieden in Nederland. Door
coordinatie van al deze instanties in edn ad-
viseerend orgaan wordt verwacht, dat, meer
dan tot dusverre, een alzijdig en deskundig
advies zal worden overgelegd bij de aanvrage
van vestigingsedschen.
De commissie is als volgt samengesteld
F. L. van der Leeuw (K.N.M.B.), voorzitter;
Drs. H. L. Jansen en Mr. J. F. B. Vermaas
(N.R.K.M.), J Hardenbol (Chr. M.B.), Ir. J.
van der Waerden en Jhr. E. van Heemskerek
van Beest (V.V.A.), Ir. J. M. Steffelaar en
M. Worp (V.V.H.), C. J. F. Manse, secretaris.
Het secretariaat der commissie is voor het
jaar 1940 gevestigd: Mauritskade 23, te
Den Haag.
OPBREN1GST RIJKSMIDDELEN.
De Rijksmiddelen brachten in Februari
35,81 millioen op tegen 34.83 mi'llioen in
Februari 1939 en f 37.54 millioen als 1/12 der
raming.
In de eerste twee maanden van 1940 be-
droegen de totale ontvangsten f 78.62 millioen
(v.j. if 73.23 millioen) bij 76.08 millioen als
2/12 der raming.
Wat de kohierbelasting betreft, was einde
Februari in totaal 49.87 millioen op kohier
gebracht tegen 43.95 einde Februari 1939.
De rechten en boeten van zegel, en van
registratie bleven belangrijk beneden de
raming.
Maar deze verliesposten werden meer dan
goedgemaakt door de verhoogde opbrengsten
der accijnzen, met name van zout 207.000
meer dan in 1939), geslacht 225.000), wrjn
40.000), bier 80.000), en suiker 810.000
meer) en vooral ook de kleine millioen gul
den, die de omzetbelasting in de afgeloopen
maand opbracht, plus de f 480.000 extra voor
tabak, nivelleerden deze groote .verliespos
ten" weer.
De loodsgelden gaven deze maand nog meer
dan in de andere oorlogsmaanden een afspie-
geling van den triesten toestand in onze
havens. Het vorige jaar brachten de loods
gelden in Februari f 70.000 op, doch de vorige
maand slechts f 20.060.
STEUN AAN MARKTTUINDERS EN
TELER-KLEINHANDELAARS.
Uit het Landbouwcrisisfonds zal aan markt-
tuinders en teler-kleinhandelaars aangesloten
bij de Groenten- en de Fruitcentrale, steun
worden verleend tot 150.000.
De toeslag, welke zal worden verleend, is
als volgt vastgesteld:
CBlauwe druiven, tijdvak 17 Juli31 Dec.
steuntoeslag f 8, Augurken 19 Juni17 Sept.
2; stoksnij- en stokspekboonen 17 Juii17
Sept. 1rijsdoperwten 29 Mei25 Juni
4,60; peulen 29 Mei25
savoyekool 1 Mei27 Aug.
kool 1 Mei11 Juni 1,50;
17 Sept. 0,25; spinazie 2
Juni f 0,80;
0,25; spits-
id. 12 Juni
April21 Mei
0,80; glastomaten 12 Juni16 Juli /1,30;
wekt met zijn verdediger en nu en dan glim-
lachte hij zelfs.
,,Hij schijnt er moed op te hebben", wendde
Gordon zich tot Sir Buddock. ,,Wat zegt u
van zijn kansen, sir?"
De onderstaatssecretaris schudde twijfelend
het hoofd. ,,Het kan vriezen en het kan
dooien, zegt men wel eens. Ik weet eerlijk
niet wat ik ervan zeggen moet. Dat het High
Court overtuigd is van zijn schuld, geloof ik
wel. Maar of die overtuiging zoo sterk is I
dat zij voor eer en geweten tot een veroor-
deeling zullen besluiten, durf ik niet raden..."
Het wachten duurde lang, eindeloos lang.
Het was half vier toen het High Court zich
terugtrok en het werd half vijf en eindelijk
vijf uur. Er werd op luiden toon gesproken
doch als het rumoer te sterk werd stiet de
deurwaarder met zijn staf op den grond en
werd het een oogenblik stil.
Plotseling, om kwart over vijven, verstom-
de alle gerucht: er klonk een sehelletje.
,,Eerbied voor het High Courtwaar-
schuwde de deurwaarder. De vleugeldeuren
zwaaiden open en zonder gedruiscii namen
de rechters hun plaatsen weer in.
O'Kelly was eensklaps doodsbleek gewor
den en verplicht staande zijn vonnis aan te
hooren, leunde hij zwaar met beide handen
op de bankleuning voor hem. Zijn verdediger
plaatste zich naast hem en de Attorney-
General legde zich achterover in zijn zetel
om op zijn gemak naar de overwegingen van
het vonnis te luisteren. Niets, geen blik of
geen trek in het gelaat van de rechters deed
vermoeden tot welke uitspraak zij gekomen
waren
De voorlezing van het vonnis duurde einde
loos lang. Alle getuigenverklaringen en over
wegingen werden uitvoerig vermeld. De
spanning in de zaal steeg en werd schier
indragelijk. Telkens bracht O'Kelly zijn zak-
ioek voor zijn bezweet gelaat en het publiek
icheen bijna niet te durven ademen. Onver-
wachts viel er een korte pauze in de voor
lezing, de president was aan het einde ge
komen van de overwegingen waarop het von
nis was gebouwd.
Luid en plechtig klonk plotseling opnieuw
zijn stem.
,,Het High Court, gehoord den eisch van
den Attorney-General, rechtsprekend in naam
des Konings, verklaart den beschuldigde
schuldig te hebben gevonden aan de misdaad
van hoogverraad en veroordeelt hem" de
hand van den president tastte haastig naar
het zwartzijden kapje, dat hij met een vlugge
beweging opzette en voor zijn oogen trok
,,tot den dood door middel van den strop
(Er volgde zelfs geen zucht op deze woor
den. Een oogenblik scheen het of de Dood
zelf zich in de zaal vertoond had en alien
gekluisterd hield in de ontzetting van zijn
aanblik. Toen klonk er plotseling een zacht
gereutel voor in de zaal. O'Kelly liet zich
hooren. Zijn hoofd waggelde met onwijze
schokjes op zijn schouders en hij deed kramp-
achtige pogingen om zich staande te houden.
Zijn verdediger legde een hand op zijn schou-
der en fluisterde hem iets toe. O'Kelly
knikte, doch hij sprak geen woord.
Mr. Beaverlooke liet hem los en wendde
zich met een beweging tot den president.
Namens mijn client deel ik mede, dat hij
gebruik wenscht te maken van het recht den
Koning om gratie te verzoeken, mylord".
„Dan wordt de uitvoering van het vonnis
voorloopig opgeschorst en de zitting van het
High Court gesloten", besliste de president.
Het High Court verdween uit de zaal. Daar-
op werd O'Kelly weggeleid. Hij sleepte zich
gebroken heen, vergezeld door zijn verdedi
ger, die hem moed scheen in te spreken. En
daarop brak de ontzaglijke spanning onder
het publiek rich baan in een luidruchtig,
zenuwachtig gesnater. De zaal stroomde lang-
eaam leeg, Sir Buddock en Gordon waren de
laatsten.
,,Dus toch", zei Gordon ernstig en bleek.
,,Ja, toch", beaamde Sir Buddock lang-
zaam. En peinzend ging hij naast Gordon de
nauwe, duistere trappen af naar buiten.
(Wordt vemngd.)