ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
IN DIPLOMATIEKEN DIENST.
"AKKER'TJES
No. 10.034
MAANDAG 26 FEBRUARI 1940
80e Jaargang
Binnenland
Feuilleton
Hoofdpijn
g#
v":
helpen direct
TER NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Temeuzen f 1,35 per 3 maander^ Buiten Terneuzen
fr. per post f 1,65 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 6,per jaar
Voor Belgie en Amerika /2,10, overige landen 2,45 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 2073.
ADVERTENTIfiNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
KLEINE ADVERTENTIEN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien 'bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
MINISTER VAN STEENBERGHE NIET
OPTEMJSTISOH OVER DE ECONOMISCHE
TOEKOMST.
De Eerste Kamer heeft Vrijdag de begroo-
ttngen van economiscbe zaken en het land-
bouiwcrisisfonds voor 1940 zonder hoofdelijike
stemming aangenomen. De vier nationaal-
socialistische leden der Kamer verzochten
aanteekening, dat zij geacht wenschten te
worden te helbben tegengestemd.
In een rede, die geruimen tijd in beslag
nam, beantwoordde Minister Steenberghe
de sprekers van de beide vorige dagen. Hij
bracht dank voor de waardeering, die van
vele kanten voor zijn Ibeleid was geuit en zei,
dat deze een spoorslag zal zijn om zijn arbe'd
met inzetting van zijn geheele persoonlijkheid
voor te zetten. Voorts wees de Minister er
op, dat de landbouw niet organisch in den
economisohen raad is vertegenwoordigd,
gelijk andere bedrij.fstakken, daar de land
bouw geen landibouwraad bezit, wel echter is
zij door deskundigen vertegenwoordigd.
Wat de vergoeding van inundatiesohade
betreft, indertijd stond niet vast, of er wel
geld zou worden uitgekeerd. Thans is beslo-
ten in .bepaalde gevallen de helft van de ge-
bruilkswaarde van het overgenomen vee als
voorschot uit te keeren.
Wat het probleem van footer voor het
leger betreft, dit is een kwestie van nauiw
persoonlijk overleg tusschen de Ministers van
Economische Zaken en van Defensie. Afge-
zien van de financieele consequenties welke
de Minister op twee of drie millioen per jaar
begrootte, welike dan ten laste zouden komen
van het landbouwcrisisfonds ondervindt
men veel grootere moeilijkheden van teeh-
nlschen aard. Wanneer eenmaal boter in
pteats van margarine wordt verstrekt, dan
eal dit gedurende de geiheele mobilisatie moe-
ten geschieden en dan stuit men op groote
moeilti'kheden ten aanzien van het vervoer
in den zomer. De deskundigen hebben voor
dit probleem nog geen oplossing weten te
geven, doch er is hier geen sprake van on-
wll van de regeering, aldus de Minister. De
regeering loopt niet aan den leiband van de
margarine-industrie. Over het vraagstuk
van het kaasverbruik in het leger kon de
Minister mededeelen, dat binnenkort een
legerorder zal verschijnen, welke een bepaalde
verplichting zal inhouden voor het gelbruik
van kaas; het gevolg hiervan zal zijn een
vaste afzet van drie en een half millioen kg.
kaas. Ten aanzien van den tuintouw deelde
de Minister mede, dat belangrijke bedragen
biervoor worden uitgetrokken. Dit jaar zal
dit tiwintig millioen zijn tegen twaalf millioen
het vorige jiaar.
Tegen de bewering van de heeren Maarsingh
en von Bonninghausen, dat de regeering
slechts Ikijkt naar de belangen van de marga
rine-industrie, voerde de Minister aan, dat
het grootste deel van den aan den izuivel ver-
leenden steun van 58 millioen wordt op-
gebracht door die industrie. Over de pacht-
wet zei de Minister, dat een wetsontwerp tot
wjjziging daarvan het departement verlaten
heeft. Wat de kladhten over beperking van
de uitbreiding van het suikerbietenareaal tot
slechts 66n jaar betreft, verklaarde de Minis
ter, dat de regeering ook rekening moet
houden met de belangen van onze overzeesche
gebiedsdeelen. De uitbreiding tot twee mil
liard kilogram is als reserve bedoeld, doch
wjj moeten de Indische suiker gebruiken, zoo-
lang aanvoer nog mogelijk is. Er behoeft
geen vrees te bestaan voor te geringe teelt
van consuimptie-aardappelen. De Minister zei
gegriefd te zijn door de mededeeling van den
heer von Bonnigh&usen, dat hij een vern'eti-
gingspolitiek volgt op landbouwgebisd. Door
allerlei maatregelen tracht hij producten voor
doordraaien te behoeden; zoo ook zelfs de
bloemen.
In antiwoord op opmerkingen betreffende
de distributie zei de Minister, dat erwten
Roman van
JOHANN D. DEGREEF.
(Nadruk verboden.)
26)
Vervolg.
Hjj heeft O'Kelly dus bewust om den tuin
geleid. En wel met het doel, hem het docu
ment afhandig te maken. En ,ditplaatst
hem in een zeer mysterieus licht. Zonder dit
briefje konden wij aannemen, dat de man
we zullen gemakshalve maar aannemen, dat
onze derde een man is dcor zjjn organisa-
tie belast was, met het overbrengen van het
document naar Amerika en dat de moed hem
in de schoenen gezonken was. Angst was een
zeer verklaarbaar motief geweest voor zijn
verraad en het complot. Doch nu blijkt aller-
duidelijkst" mc. Wick boog zich wat voor-
over en gaf zijn stem een nadrukkelijken
klank „allerduidelijkst, dat hij O'Kelly het
stuk afhandig heeft gemaakt met de voor-
opgezette bedoeling, het ons in handen te
spelen. En dit onomstootelijke feit doet ter-
stond de vraag rijzen, wat hem bewogen heeft
tot een zoo gevaarlijke edelmoedigheid. Ik
raoem zijn daad edelmoedig, omdat er geen
sprake is geweest van een belooning of eenig
ander winstbejag en ik acht haar bijna levans-
gevaarlijk, wijl hij een bloedige wraaknsming
te duchten had, zoodra zijn vccraad bekend
zou worden..."
De vragende blik van den inspecteur dwaal-
de van Sir Buddock naar Gordon.
„Be geheimzinnige derde geeft zeif in zijn
eerste briefje voor, dat hij handeide in En-e-
gedistribueerd waren, ondanks het feit, dat
de productie grooter is dan de consumptie
daar gevreesd werd, dat bij krapper worden
van veeyoeder de erwten aan het vee zouden
worden opgevoerd. De erwtendisitributie is
opgeheven, daar de veevoederpositie is ver-
|beterd. Voorts wees Minister Steenberghe
er op, dat de moeilijkheden bij den strengen
winter niet te overzien zouden zijn geweest,
als de regeering niet tijdig de noodige maat
regelen had genomen, als het aanleggen van
voorraden bij de bevolkingscentra.
Credieten aan de scheepvaart.
Op een vraag van den heer Heldring om-
trent de vobrwaarden voor de credieten aan
de scheepvaart kon de Minister geen ant-
woord geven, daar het overleg met financien
in het laatste stadium is. Zij zullen dezer
dagen worden bekend gemaakt. Wel kon de
Minister mededeelen, dat ten voile rekening
zou worden gehouden met bet feit, dat de
vaste lasten zoo min mogelijk moeten worden
verzwaard. Dit zal geschieden d:or een
belangrijke vermindering van de rentever-
plichtingen in de jaren van verlies of geringe
winsten. Onder deze voorwaarden zal 48 mil
lioen worden op genomen, waarvan 16 mil
lioen voor den bouw. Dit beteekent werk-
geiegenheid voor 8000 arbeiders gedurende
anderhalf jaar.
Over het accoord betreffende verschillende
handelsaangelegenheden met Engeland, waar-
naar de heer Heldring had gevraagd, kon de
Minister slechts mededeelen, dat dit accoord
niet is afgesloten en dat de optimistische
persberichten ihierover niet voor de verant-
woordelijkheid van de regeering komen.
In het vervolg van zijn rede toonde de
Minister zich niet optimistiseh ten aanzien
van de economische toekomst van ons land.
Hij noemde de perspectieven uiterst ongun-
stig en aclitte het niet uitgesloten, dat binnen
eenige maanden de versobering vanzelf zal
moeten komen. De minst draagkrachtigen
zullen voor de moeiiykheden gespaard moe
ten worden.
Heftig kwam de Minister on tegen de rede
van den heer von Bonninghausen, die ge-
sproken had over ons land als van een kerk-
hof met een diikken muur er om been. De
Minister noemde dit geen hoon voor de regee
ring, doch voor ons Nederlandsche volk, voor
de zeelieden, die de gevaren van de zee
trotseeren, voor de boeren en de arbeiders,
voor de ondernemers en de middenstanders.
Eaten deze heeren niet zeggen, dat de regee
ring hen buiten het volk wil plaatsen, aldus
de Minister, izij plaatsen zich zelf er buiten
door zoo te spreken. Wij staan thans aan
het begin van de moeilijkheden, doch het
Nederlandsche volk is in den loop van eeuwen
nooit verslagen geweest. Regeering en volk
zullen in eensgezindheid de economische
mosilnkheden te boven komen.
Cip deze rede volgde applaus van bijna alle
banken.
Na replieken en dupliek van den Minister
werden beide begrootingen zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
ONZE STAATSFINANOIEN.
In de Februari-aflevering van ,,De Econo
mist"' geeft Mr. Dr. A. van Doorninck onder
den titel „De huidige stand onzer staats-
financien" een overzicht van den dep'orabe'en
toestand, waarin sinds de depressie van 1930
onze staatafinancieji zijn geraakt. Het wordt,
aldus de schrijver, hoog tijd, dat het Neder
landsche volk eens tot het duidalijke besef
i van den emst van den toestand wordt ge-
bracht, want alleen dan zal het mogelijk zijn,
dat het de offers brergt, die voor een sanee-
ring van de openibare financien noodig zijn.
Zulk een saneering zal er een moeten "zijn,
die in groote lijn wordt gehouden; met kleine
maatregelen komt men er in de tegenwoor-
dige omstandigheden niet.
De oud-thesaurier-generaal geeft geen vol-
ledig saneeringsplan aan, maar wel wijst hij
op enkele foelangrijke punten. Dat in tijden
land's belang", merkte de laatste aarzelend
op.
,,'Dat deed hij ook. maar dat was niet zijn
beweegredenen", antwoordde de inspecteur
met nadruk. ,,Er blijkt uit dit briefje dat hij
e;u ingewijde is. heb ik reeds gezegd. En
daarenfcoven dat hij vreesde voor zijn eigen
hals, als O'Kelly gearresteerd zou worden.
Hij is dus niet zoo'n brave vaderlander, als
hij ons in zijn cerate briefje wilde doen ge-
looven. Integendeel, hij is er een van het
soort van O'Kelly, anders zou deze niet het
vo'ste vertrouwen in hem hebben gesteld. Eln
van zoo iemand kan ik niet voetstoots aan
nemen, dat hij plotseling zoo'n diep berouw
krijgt van zijn anti-nationaal gewroet, dat hij
zelfs bereid is verraad te plegen met ernstig
ge\'aar voor zijn eigen leven. Zoo'n krank-
zinnige veronderstelling wil er hij mij niet in."
Gordon moest toegeven dat de inspecteur
gelijk had, het viel niet aan te nemen, dat
de onbekende derde tot zijn vreemde handel-
wijze .gedreven was door Engeland's natio-
naal belang. Maar, bij den hemel, door vvelk
motief was hij dan tot zijn dood aangezet?
Was het niet n6g dwazer te veronderstellen,
dat hij zijn, Gordon's, belang had willen die-
nen? En behalve Engeland en hij had nie-
mand profijt gehad van het verraad. Neen,
zijn persoonlijk belang kon gedecideerd buiten
beschouwing hlijven. 't Was dwaasheid te
geloovcn, dat een spion zijn leven op het spel
zou zetten, om de carrifere van een onbeken-
den lord te redden, met wien hij hoegenaamd
n ets had uit te staan. Hoe men het ook be-
schouwde, de beweegreden van den onbekenden
bleef een ondoordringbaar geheim, een psy
cho,iogisrh raadsel.
PiotMling iiet d-e stem van Sir Buddock
zich in de doodstilie bibliotheek hooren.
Als het juist is, dat de arrestable van
O'Kelly ook onzen derde in gevaar fcrengt,
zoo als in. het briefje staat, dan komen we
misschien spoedig achter zijn identiteit. En
van grooten financieelen nood van loons- en
salarisverhooging moet worden afgezien,
sioreekt in zijn gedachtengang wel van zelf.
Maar ook moet alle verschuiving van lasten
naar de toekomst worden vermeden, indien
moet worden aangenomen, dat deze lasten
later evenmin als nu kunnen worden ge-
dragen.
In dat verband wijst de schrijver op de
sociale verzekering. In den strij.d tusschen
kapitaaldekikingsstelsel en omslagstelsel stelt
hij zich op het standpunt, dat het eerste de 1
voorkeur verdient. Daarbij zal dan echter een
werkelijke fondsvorming en niet alleen maar
een fondsvorming op papier moeten plaats- 1
vinden. De Rijksverzekeringsfondsen beleggen I
hun gelden in overwegende mate in overheids-
schuld; voorzoover het geld, dat on deze wijze
wordt verkregen, door de overheid niet wordt
aangewend op een wijize, welke het toekom-
stige volksinkomen doet stijgen, heeft deze
fondsvorming uit een oogpunt van dekking
van toekomstige lasten weinig zin.
Nu is het duidelflk, aldus de schrijver, dat
veel van het aan de overheid geleende geld
niet op productieve wijize wordt aangewend.
Het rijk kan zijn verplichtingen tegenover de
fondsen nu al reeds niet nakomen. Het is ook
niet wel mogelijk om al het fondsgeld op een
werkelijk productieve wijze te beleggen, daar
een voldcende aantal productieve overheids-
werken niet te vinden is. Dit impliceert dan
echter, dat, waar de toekomst der pensioen-
trekkers met den dag slechter wordt, nog
maar 6dn andere oplossing mogelijik blijft.
t.w. dat men erkent, dat pensioenlasten van
den huidigen omvang in de toekomst niet te
dragen zijn en dat mitsdien de grootte van de
pensioenen afhankelijk moet worden gesteld
van de waarde der heschikbare reserves.
Voorts acht de schrijver een betere rege-
ling van de financieele verhouding tusschen
Rijk en gemeente noodzakelijk op basis van
autonomic van deze laatste, waarbij zij zoo-
wel voor inkomsten als uitgaven aansprake-
lijk zijn zonder steun van het Rijk. De uit-
werldng van dit beginsel vereischt het ver-
vallen van Rijksbijdragen aan de gemeenten,
voorzoover deze niet voortvloeien uit bij de
wet duidelij.k geregelde taakverdeeling en be-
houdens noodlijdendheid, in welk geval de ge-
meentelqke zelfstandigheid volledig moet wor
den opgeheven; verder afschaffing van het
Gemeentefonds en van het werkloosheids-
subsidiefonds; wettelijke regeling van de
financieele verhouding in alle gevallen, waar
in een Overheidstaak tusschen het Rfk en de
gerrneenten krachtens de wet is verdeeld: in-
voerin.g van een gemeenteliike inikomstenbe-
lasting ter vervanging van de gemeentefonds-
belasting.
Ook naar een rationeele oplossing van het
verkeersvraagstuik moet worden gestreefd,
waarbij de schrijver de meening is toegedaan,
dat de huidige verkeersheffir.gen hii lange na
de wegverkeerskosten ncg niet dekken, zulks
in tegenstelling tot de meening van de sub-
comtmissie uit de centrale commissie van ad-
vies en bijstand voor het verlkeersfonds.
Tenslotte bepQeit Mr. van Doorninck een
aiantal maatregelen, die moeten strekken tot
het verkrijgen van een zuiverder inzicht in
den stand der staatsfinancien en tot een
betere opstelling van de begrooting.
De schrfver besluit zijn betoog als volgt:
„Nadat door verdere uitwerking en toepas-
sing van de hiebboven toegelichte be-ginselen
de zekerheid Is verkregen, dat de Rijksuit-
gaven zonder lastenverschuivlng naar de toe
komst door de gewone inkomsten volledig
worden gedekt en ook de gemeentefinancien
op een zoodan'gen grondsilag ziin gevestigd,
dat aan de gemeentebesturen de eisch van
sluitende begrootingen gesteld en doorgezet
kan worden, treden de mobilisatie-uitgaven
in zooverre in een ander licht, dat dan op een
vastere en minder speculatieve basis over-
wogen kan worden, op welke wiize deze
nieuwe en drukkende lasten gefinanclerd zul
len kunnen worden uit de besparingen van
het geheele Nederlandsche vollk".
als wij weten wie hij is, blijkt wellicht van
zelf. door welk motief hij werd gedreven. Dat
motief te kennen, lijkt mij voorhands echter
niet zoo'n heel groot belang. Hij heeft zich
ontpopt als Engeland's goede genius, want
rekening houdend met de Tokiosche mentali-
teit van den laatsten tijd, vreesde ik emstige
moeilijkheden. als het document in handen van
een dier licht gepri'-kkelde heeren gekomen
zou zijn...
Om nu ncg eens op dien goeden genius
terug te komen: hoe laat het zich eigenlijk
voorstellen, dat hij in gevaar zou komen, als
O'Kelly gearresteerd werd?"
,,Ja, dat begrijp ik ook niet goed, sir", haal-
de mr. W5ck de schouders op. „En toch staat
het er duidelrjk: als u gearcesteerd wordt,
ben ik verloren. Misschien bedoelde hij dat
hij gevaar liep, als O'Kelly gearresteerd werd
in het bezit van het document. Dan zou hij
dus nu niets meer te vreezen hebben..."
..Tenzij O'Kelly spreekt", mompelde Gordon.
De inspecteur glimlachte. ,,0'Kelly spreekt
niet, mylcrd. O'Kelly heeft nog nooit ge-
sproken en hij zal het zelfs n<5g niet doen, als
hij hangt te hengelen in den strop. Spionnen
die van het eerste plan, althans hezit-
ten een eigen eergevoel en daarenboven hui
digen zrj solidariteitshegrippen, die hen im-
muun maken voor angst en moraal."
„Onze goede genius uitgezonderd", merkte
Gordon glimlachend op.
De onderstaatssecretaris maakte plotseling
een levendig getoaar: „Die woorden brengen
mij op sen inval: kon haat het motief niet zijn
van dien goeden genius? Heeft hij, door
O'Kelly het document afhandig te maken, zich
wii^hVi hem wU'en wr'ken? Er be
staan ook nijd en afgunst in die ondergrond-
.s^he were'd .der soiennags, al verklaart zrj
zich naar buiten dan ook solidair. D-e man
kOn wel op z'jn vingers natellen, dat O'Kelly
in moeilijkheden zou komen, als het document
niet ter bestemd-er plaatse kwam."
BEGROOTING VOOR DEFENSIE.
Blijkens de memorie van antwoord aan de
Eerste Kamer betreffende de begrooting van
Defensie deelt de Minister mede, dat hij al het
mogelijke doet ten behoeve van de landmacht
al het benoodi.gde zoo spoedig mogelijik in
bezit te krijgen.
Ten opzichte van de motoriseering van ons
leger behoeft voorshands niet verder te wor
den gegaan, dan in het voornemen lag.
Voor wat versterking der zeemacht be
treft, besloot de Regeering dm aanbouw
van een drietal slagkruisers te bevorderen,
ter versterking van de maritieme verdediging
van Nederlandsch-Indie.
De oorlogssterkte van de luchtstrijdkrach-
ten wordt vo'doende geacht. Daarnevens is
thans een opdracht voor een eerste aanschaf-
fing van sperballons verstrekt.
Vervanging van grens- en kusttroepen?
Vervanging van de troepen, thans belast
met de grens- en kustbeveiliging, door andere
troepen, heeft de aandacht van den opper-
bevelhebber.
Een benoeming van onder-officieren tot
luitenant zou noch in het belang van de weer-
macht, noch in het belang van de betrokken
onder-officieren zijn. De onder-officieren m's-
sen den wetenscihappelijken grondslag, welke,
zeker in den modemen tijd, voor het beklee-
den van een officiersrang noodzakelijk is, ter-
wijl in vergelijking met hen, die langs een
der thans vastgestelde wegen officier zijn
geworden het verschil in ople'd'ng en in
leeftijd oorzaak zal zijn, dat zij zich in het
officierskorps niet spoedig thuis zullen voelen.
Geen uitbreiding van zakenverloven.
Aangezien het verleenen van verloven in
geen geval de paraatheid van de weermacht
mag aantasten, kan voor het tegenwoordig
bezwaarlijlk aan de te verleenen zakenverloven
uitbreiding worden gegeven.
Tegen het naar huis zenden van vaders van
groote gezinnen bestaan bezwaren. Onbil-
lijkheden zouden niet te vermijden zijn, o.m.,
omdat officieren, kader en gespecialiseerden
van dozen maatregel niet zouden kunnen pro-
fiteeren.
BINNENKORT
NIEUWE KONINGINNEPOSTZEGELS.
De verschijning van een serie n'euwe post-
zegels met beeltenis van H. M. de Koningin
kan, onvoorziene omstandigheden voorbehou-
den, binnenkort tegemoet worden gezien.
Het eerst zullen de nieuwe zegels in de
waarden 5 tot en met 40 cent in nieuwen
vorm verschijnen; tegelijk zullen ook de
zegelafdrukken met beeltenis van H. M. de
Koningin op briefkaarten van 7% worden
vemieuwd.
De verkrijigfbaarstelling hiervan zal, wel
licht reeds op 1 April a.s. kunnen geschieden.
DE TOEKENNING VAN DUURTEBTJSLAG
TOT NADERE KENNISGEVING
VERLENGD.
De regeering heeft hesloten goed te vin
den, dat de regeling inzake toekenning van
duurtebijslag oip steunuitkeeringen aan werk-
loozen en arbeidsloonen Jjetaald hij werkver-
schaffingen en die inzake toekenning van
duurtebijslag op de steunuitkeeringen aan
kleine grondgebruikers, welke regelingen zijn
neergelegd in de circulaires aan de gemeen
tebesturen van 19 December 1939 no. 300
1129, afd. S en van 22 December 1939 no.
302.1129 afd. .S en van kracht waren ver-
klaard tot 2 Maart a.s., tot nadere kennis-
geving worden verlengd.
NEDERLANDSCHE MOBILISATIE
KOST MINDER DAN ZWITSERSCHE.
Minister Dijxhoorn verklaart dat er naar
zijin meening thans voldoende instanties werk-
aaam zij om toe te zien, dat ten opizichte van
de defensie-uitgaven de grootst mogelijke
zuinigheid wordt hetracht.
Wat de vergeli'Mng tusschen de mobilisatie-
kosten in Belgie en die in Nederland .betreft,
Het was een verondecstelling, die niet zoo
dwaas leek als de andere, die te berde waren
gebracht. Wb.t ertegen pleltte was, dat de
onbekende moest vreezen, dat verraad met
verraad beantwoord zou worden. Maar in
ieder geval leek een vurige haat voor een daad
als deze wel het redelijkste en sterkste mo
tief, dat te bedenkan viel...
,,We zullen ons maar niet langer in het
raadsel verdiepen", besloot Sir Buddock het
overleg, terwijl hij een blik op de klok wierp.
,,'t Is waarempel twee uu,r, hoog tijd om er
een eind aan te maken. Laten we vlug af-
spreken wat er te doen valt. Ik draag u de
leiding van O'Kelly's verhoor op, inspecteur.
Houdt ma geregeld telefonisch op de hoogte,
als u wilt. Onderzoek O'Kelly's aandeel in
deze geschiedenis op vermoeden van hoogver-
raad. En maak zooveel mogelijk haast met
het onderzoek, zoodat hij spoedig in staat van
beschuldiging kan worden gestald."
„Tot uw dienst, Sir", antwoordde mr. Wick,
terwijl hij opstend.
Ook Gccdon rees op en Sir Buddock vroeg
hem, of hij voornemens was zjjn verlof hui-
tenslands door te brengen.
,,Neen, Sir, ik blijf in Londen", antwoordde
hij.
„Allright, dan kan het Centraal Bureau
zeker wel over u beschikken, als het in ver
band met het onderzoek noodig is?"
..Natuurlijk", verzekecde Gordon.
Hij was blij, dat hij zich eindelijk naar huis
kon begeven, de emoties van de laatste zes
en dertig u.ur hadden hem vermoeid. Lady
Allenby wachtte hem nog op. Zij was door
lord Hendon telefonisch op de hoogte gesteld
van de arrestatiegeschkdenis, doch zij had er
geen flauw vermoeden van wie de arrestant
vas. Teen Gordon zfn naam noemde, tcok
zij een hcogst vsrhaard gezicht.
,,'Gelukkig dat zs althans iemand van de
bende gegrepen hebben; ik hoop dat hij de
zwaarste straf krijgt, die ze hem kunnen
Laal U den dag ioch niet
bederven. Neem vlug een
"AKKERTJE" en over een
kwariier bent U weer 100%.
(Ingez. Med.)
zegt de Minister, dat het hem niet bekend is,
welke factoren in Belgie bij de berekening
van het bedrag van 600.000 zijn meegeteld.
Het mcge echter'genoegzaam bekend worden
geacht, dat zoowel de traktementen van het
kader als de soldijen der manschappen in
Nederland boven die in Belgie uitgaan, terwijl
ook de ko3twinnersvergoedingen, inkwartie-
ringsgelden enz. in Belgie op een lager peil
staan dan bij ons.
Te-genover de vergelijking met de mobilisa-
tiekosten in Belgiie vestigt de Minister de
aandacht op Zwitserland, waar de kosten per
dag berekend worden op rond 5 millioen
Zwitsersche francs of 2.1 millioen gulden,
tegen 1.7 millioen gulden in Nederland.
DE TERUGKEER VAN
GEMOBILISEERDEN IN HET BURGER
LEVEN.
In de memorie van antwoord aan de Eerste
Kamer betreffende de defensiebegrooting
1940 zegt de Minister o.m. dat het berwaarlijk
is aan de te verleenen zakenverloven uitbrei
ding te geven. Ook tegen het naar huis
zenden van vaders van groote gezinnen zijn
bezwaren.
Dienstplichtigen, die in het buitenland
woonachtog zijn en hun verlof thuis wenschen
door te brengen, krijgen de verschuldigde
visumlkosten vergoed. In verband met ver
schillende ondarvonden bezwaren, o.a. het
verkrijgen van de benoodigde visa, het toe-
laten in bepaalde gebieden, enz. is een rege
ling getroffen, waarbij bedoelde dienstplich
tigen voor zoover zij wonen in een der oor-
logvoerende landen met ingang van 1 Maart
1940 in het genot van groot verlof kunnen
worden gesteld.
Veivanging van de troepen, thans belast
met ae grens en kustbeveiliging, door andere
troepen heeft de aandacirt van den opper-
bevelhebber.
De Minister kan mededeelen, dat onge-
acht wat door verschillende instanties ter
zake reeds is verricht de regeering een
commissie heeft samengesteld waarin zijn
opgenomen een vertegenwoordi.ger van den
Minister van Financien, Sociale Zaken, Eco
nomische Zaken, Binnenlandsche Zaken en
Defensie, welke commissie opdracht heeft
der regeerirg te adviseeren omtrent 't vraag
stuk van den terugkeer van de gemobiliseer-
den in bet burgerleven, met inbegrip van de
eventueel te treffen wettelijlke voorzieningen.
Aangezien het vraagstuk in studie is, ont-
houdt de Minister er zich thans van hierop
diep in te gaan.
VIIFTIGJARIG BESTAAN DER
ARBEIDSINSPECTIE IN DEN HAAG.
Op 1 M?iart a.s. zal de Arbeidsinspectie
hier te lande haar 50-jarig bestaian herden-
ken. In verband met de tijdscmstand'gheden
zal dit zonder feesteli'fkhedon geschieden. Er
zal slechts een herdenkingsvergadering plaats
vinden, gevolgd door een receptie.
De vergadering, welke evenals de recep
tie gehouden wordt in de Ridderzaal,
vangt te twee uur n.m. aan en zij zal, behalve
dcor het vrijwel volledige personeel der Ar
beidsinspectie, bijgewoond worden o.a. door
tal van Minister, oud-Ministers, Ipden van
den Raad van State, Commissarissen der
Koningin, burgemeesters van groote gemeen-
geven", zei ze wraakzuphtig.
„Dat is de strop", glimlachte Gordon.
,,Om het even, dergelijk gespuis verdient
niet beter. Jammer dat ze die dame nu heb
ben laten loopen. Waaraan heeft zij zoo'n
genadige behandeling eigenlijk te danken?"
„Aan de onmacht -van de Engelsche regee
ring, tante", legde Gordon geduldig uit.
,,Hoogverraad is een politiek misdrijf, waar-
voor niet uitgeleverd wordt. In Holland had
men haar alleen kunnen veroordeelen wegens
berooving, een feit waarrvcor zij misschien
zou zijn gestraft met zes of acht maanden
opsluiting. En dan hadden we z66veel drukte
moeten maken, dat Sir Buddock er de voor
keur aan gaf", de geschiedenis maar in de
doofpot te stoppen".
„Heel jammer", meende lady Allenby spij-
tig. Tosn informeerde zij naar zijn ervarin-
gen in Balloch.
Gordon had de laatste uren in het geheel
niet meer aan die schokkende oogenbiikken
daarginds gedacht. In zijn bewn.stzijn hing
ergens een donkere, somtere wolk, doch de
getsurtenissen waren zco snel cp hem komen
aanstormen, dat de indrukken elkander ver-
drongen zonder verwerkt te zijn.
In sombere bewoordingen vertelde hij van
de confrontatie.
,,Arm, kind", klaagde lady Allenby op-
nieuw. „Wie weet aan hoeveel angst zij die
laatste oogenbiikken heeft bloot gestaan.
Maar wie kan zeggen", voegde zij er na een
kccte pauze aan toe, „hoe gelukkig het voor
haar is, dat haar lijden een einde heeft ge
nomen Alleen de hemel kan weten wat haar
anders nog te wachten had gestaan"...
Gordon kon zich eindelijk naar bed begeven.
Geheel verkwikt stead hij 's morgens op.
Nauwelijks was hij beneden of Bert riep hem
reeds aan de telefocm. Het Was mr. Wick,
die hem had opgebeld.
(Wordt vervolgd.)