GEMEENTERAAD VAN AXEl. 15. Nijverheidsonderwrjs. 169. Bijdragen aan gemeenten middelbaar nijverheidsonderwrjs. 450. 16. Onderwijs, kunsten en wetenschappen (niet vallende onder de 1 t/in 15). 170. Subsidien aan schouwburgen of mu- ziekkorpsen. f 150. Hoofdstuk IX. Ondersteuning aan behoeftigen en werkloozen. 1. Ondersteuning aan behoeftigen. 175. Belooning doctoren, vroedvrouwen enz. 800. 176. Overbrenging, plaatsing en verpleging krankzinnigen. 596,50. 177. Subsidie algemeen burgerlijk armbe stuur. f 5700. 178. Kosten verzekering, pensionneering enz. 210,25. 179. Verzekering gemeentegelden. 5,40. 180. Verzekering tegen brand- en storm- schade. f 5,05. 181. Rente geldleeningen. f 75. 182. Aflossing geldleeningen. 375. 184. Ambtswoning geneesheer armenprak- tijk. 200. 185. Contributie centraal archief- en in- lichtingenbureau maatschappelijk hulpbetoon. 10. 186. Uitgaven goedkoope levensmiddelen. /1100. 2. Ondersteuning aan werkloozen. 190. (Bureaubehoeften enz. 30. 191. Werkverschaffing door het rijk. Mem. 192. Idem door de gemeente. Memorie. 193. Idem door derden. Memorie. 194. Steun aan werkloozen. 17.800. 195. Controle op werkloozen enz. 300. 196. Bijzondere hulp (B-steun) aan werk loozen. 618,46. 199. Kosten tewerkstelling kleine boeren. Memorie. 202. Kosten verzekering, pensionneering enz. f 7,80. 203. Uitkeering van ziekengelden. Memorie. 203a. Uitgaven apaarregeling B-steun. /86. Hoofdstuk X. Landbouw. 204. Subsidien ten behoeve van land- en tuinbouw. f 25. 205. Subsidien ten behoeve van de vee- teelt. ,f 40. Hoofdstuk XL Handel en nijverheid. 209. Uk en herijk maten en gewichten. Memorie. 210. Subsidien openbare middelen van ver- voer. 120. 211. Subsidie werkloozenkassen. 3720. 212. Arbeidsbeurs en arbeidsbemiddeling. 250. 213. Kosten verzekering, pensionneering enz. f 36,40. 214. Uitkeering van ziekengelden. Mem. 215. Bijdragen borgstellingsfondsen mid- denstand. f 79,17. Hoofdstuk XII. Belastingen. 223. Toezicht en invordering belastingen. 30. 224. Teruggave belasting. 25. 225. Belooning schatters dranklocaliteiten. 10. Hoofdstuk XIV. Kasvoorzieningen. 238. Voorschotten ten behoeve van het rijk. 30.000. 239. Rente door rijk verstrekte kasvoor- schotten. f 10. Hoofdstuk XV. Overige inkomsten en uitgaven. 242. Rente geldleeningen. 353,36. 243. Aflossing geldleeningen. 1262. 244. Kosten uitvoering Distributiewet. /1000. Kapitaaldienst. Hoofdstuk VI. Openbare werken. 247. Bijdrage hoofdstuk XV kapitaaldienst. f 157,31. Hoofdstuk V-LLL. Onderwijs, kunsten en wetenschappen. 2. Openbaar gewoon lager onderwijs. 249. Bijdrage aan hoofdstuk XV van den kapitaaldienst. f 61,53. 7. Brjzonder gewoon lager onderwijs. 251. Bijdrage aan hoofdstuk XV van den kapitaaldienst. 217,57. De begrooting voor den dienst 1940 wordt met algemeene stemmen vastgesteld. De betreffende posten worden geacht met algemeenfi stemmen te zijn vastgesteld. 7. Vaststelien begrooting Algemeen Bur gerlijk Armbestuur, dienst 1940. Burgemeester en Wethouders stellen voor de begrooting van het Algemeen Burgerlijk Armbestuur voor den dienst 1940 vast te stel len met een gemeentelijke subsidie van f 5700. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sioten. 8. Vaststelien bedrag bedoeld in artikel 55bis eerste lid der Lager Onderwijswet 1920 voor 1940. Burgemeester en Wethouders stellen voor het navolgende besluit te nemen: De raad der gemeente Hoek, overwegende dat volgens artikel 55bis der lager-onderwijswet 1920 jaarlijks te gelrjk met het vaststelien van de begrooting van inkom sten en uitgaven der gemeente moet worden bepaald het bedrag, dat per leerling voor de openbare lagere school voor gewoon lager on derwijs in het jaar, waarvoor de begrooting geldt, wordt beschikbaar gesteld ter bestrij- ding van de kosten, bedoeld in artikel 55, onder e tot en met h en o, der lager-onder wijswet 1920, alsmede die van instandhouding met dien verstande, dat deze, voor zooveel be- treft de kosten voor het aanschaffen van schoolboeken, leermiddelen en schoolbehoeften, bedoeld in artikel 55, onder f, alleen in aan merking komen, indien deze aanschaffing strekt tot vervanging van leer- en hulpmidde- len, dien tengevolge van langdurig gebruik niet meer gebruikt kunnen worden of tot aan- vulling van den voorraad van schoolbehoeften in verband met de vermindering door gebruik: overwegende, dat de .begrooting der ge meente voor het jaar 1940, zooals die in zijn vergadering van heden werd vastgesteld, de volgende bedragen aanwijst voor de hieronder vermelde uitgaven: instandhouding schoolgebouwen f 350, geringe en dagelijksche reparation aan schoolgebouwen, onderhoud schoolmeubelen 25, aanschaffen en onderhouden school boeken, leermiddelen en school behoeften 400, waaronder begrepen wegens kosten, anders dan voor vervanging of aanvulling wegens slijtage verlichting, verwarming en schoon- houden der schoolgebouwen, schoolbibliotheken 470,- andere uitgaven ter verzekering van den goeden gang van het onderwrjs 98, Totaal f 1343,— overwegende, dat het gemiddeld aantal leer- Ungen voor het openbaar gewoon lager onder wijs aan de hand van de laatst bekende ge- gevens kan worden gesteld op 141%; besluit: het bedrag, bedoeld in artikel 55bis, eerste lid der lager-onderwijswet 1920, voor het jaar 1940 te bepalen op 9,50 per leerling voor het openbaar gewoon lager onderwijs. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 9. Benoeming lid van het Algemeen Bur gerlijk Armbestuur wegens period ieke aftreding van Joz. Haak. Uitgebracht worden 6 stemmen (de heer De Putter was nog niet ter vergadering), waarvan 6 op den heer Joz. Haak. Is alzoo benoemd de heer Joz. Haak. 10. Benoemen van een gemeente-ontvanger. Burgemeester en Wethouders bevelen aan: 1. J. W. de Feijter. 2. J. A. A. Jurrij. De VOORZITTER schorst de vergadering. Na heropening worden uitgebracht 7 stem- men (de heer De Putter was inmiddels ter vergadering gekomen), waarvan 7 op den heer F. de Groote. Is alzoo benoemd de heer F. de Groote. De VOORZITTER stelt voor het salaris van De Groote vast te stellen op 1100 per jaar en het bedrag, dat hem wordt toegekend als klokkenist ad 75 per jaar uit te betalen aan den heer C. Buth, die alsdan die functie zal waamemen, terwijl er dan tenslotte een amb- tenaar ter secretarie zal moeten worden be noemd op een jaarwedde van f 700. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. De VOORZITTER sluit de vergadering. Vergadering van Dinsdag 28 November 1939, des namiddags 2 uur. Voorzitter de heer F. Blok, Burgemeester. Tegenwoordig de leden F. Dieleman, P. J. van Bendegem, P. de Jonge, A. Th. 't Glide, U. Sytema, H. Smies, A. P. de Ruijter, C. Th. van de Bilt, C. van Bendegem, B. Seghers, C. Hamelink, P. Goossen, C. Schieman en de Secretaris J. L. J. Maris. De VOORZITTER opent de vergadering door het uitspreken van het gebedsformulier. 1. Notulen. Burgemeester en Wethouders stellen voor, de notulen der vergadering van 12 October 1939 vast te stellen, zooals die in druk zijn verschenen. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. 2. Ingekomen stukken. a. Het raadsbesluit van 29 Augustus 1939 tot wijziging der verordening, regelende de eischen van benoembaarheid en de bezoldiging der veldwachters, voorzien van bewijs van Koninklijke goedkeuring. Aangenomen voor kennisgeving. b. Het raadsbesluit van 29 Augustus 1939, tot wijziging der begrooting voor den dienst 1939, voorzien van bewijs van goedkeuring door Gedeputeerde Staten. Aangenomen voor kennisgeving. c. Een schrijven van den Opperbevelheb- ber van Land- en Zeemacht: Ik doe uwen raad hierbij toekomen het ont- werp eener verordening ex. art. 12 der Oor- logswet, betreffende het verrichten van per- soonlijke diensten voor hulp bij militaire werkzaamheden tot het herstellen van de schade aan wegen, bruggen en daarmede ver band houdende werken, veroorzaakt door militaire operation, luchtbombardementen of militaire transporten, welke verordening ik voornemens ben vast te stellen. Ter voldoening aan den eisch der wet, dat te dezen aanzien vooraf overleg met het be- trokken burgerlijk gezag wordt gepleegd, noodig ik u uit, uwe eventueele opmerkingen met betrekking tot dit onderwerp ten spoe- digste te mijner kennis te brengen. Het behoeft geen betoog, dat een spoedige totstandkoming dezer verordening uit militair oogpunt van groot belang moet worden ge acht. In verband daarmede zie ik uw ant- woord gaarne vo6r den lsten December a.s. tegemoet, indien op dien datum van u geen antwoord mocht zijn ontvangen, meen ik te mogen aannemen, dat u zich met den inhoud van het ontwerp kunt vereenigen. Aan dit schrijven is toegevoegd een ontwerp algemeene bekendmaking van den opperbevel- hebber van land- en zeemacht, op deze mate- rie betrekking hebbende. Burgemeester en Wethouders stellen voor, te berichten, dat tegen een zoodanige verorde ning geen bezwaar bestaat, al zal het om- sohrevene in die verordening tot tal van moei- lijkheden en tot omvangrijke en dubbele admi- nistratie aanleiding geven. De VOORZITTER kan mededeelen, dat Bur gemeester en Wethouders met een te treffen regeling in principe accoord kunnen gaan, er zijn evenwel enkele punten ten aanzien waar van er bezwaren bestaan, o.a. de kwestie van de betaling voor het geleverde werk. Burge meester en Wethouders zijn van meening, dat een grondslag zooals die voor de werkver- schaffing geldt, dus 23 ct. per uur voor de landarbeiders en 26 ct. voor de fabrieksarbei- ders niet de juiste is. Hoe dit dan geregeld dient te worden is een andere vraag. De heer DE RUIJTER deelt mede, dat bij hem naar aanleiding van deze aangelegenheid enkele vragen zijn gerezen, en wel in de eerste plaats die van het te betalen loon. Spreker verneemt dat Burgemeester en Wet houders ten aanzien hiervan reecfs bezig zijn en dat deze kwestie dus geregeld zal worden. Dan heeft spreker een vraag wat de admini- stratieve regeling betreft. Ligt niet vast hoe dit geregeld wordt en is het Burgemeester en Wethouders ook bekend of dit met het ge- wone personeel kan gebeuren en zoo niet of het Rijk dan in de kosten ook vergoedt? De VOORZITTER wijst er op, dat indien werk opgedragen wordt door den Staat deze en dat is ook de meening van de Vereeni- ging van Nederlandsche Gemeenten dit ook zou moeten vergoeden. Het ligt in de bedoe- ling, dat dit vergoed zal worden. Spreker sprak nog iemand, die gevraagd had, op de bevolkingskaarten aan te teekenen of een ingezetene al of niet in de termen valt. Het is evenwel nog de vraag of dit mag. Burgemeester en Wethouders zijn in dezen actief en zullen op de bezwaren de aandacht vestigen. De heer HAMELINK wenscht omtrent het artikel, waarin de betaling is geregeld, enkele opmerkingen te maken. Hij is van meening, dat indien van dit werkverschaffingsloon, zooals bepaald, nog de eventueele kosten voor voeding en legering moeten worden afgehou- den, er niets van overschiet. Als er iets gebeuren zou en er zouden men- schen noodig zijn, dan zullen vermoedelijk ook menschen uit deze gemeente naar elders moe ten. Daaruit vloeit voort, dat die menschen gevoed en gelegerd zullen moeten worden. En hoe zal het dan zijn, als men niet zoo veel geeft? Men voelt, dat hierin een onbil- lijkheid zit. Spreker zou willen dat het college vrij sterk naar voren doet komen, dat het met die regeling niet accoord kan gaan. En wat de administratieve regeling betreft, meent hij, dat als deze zou moeten worden ingevoerd, zooals thans wordt voorgeschreven, dit een rompslomp zou worden. Spreker wil in over- weging geven, dit nog eens te bekijken, en er desnoods tegen op te komen. indien de menschen aan het werk gecom- mandeerd wordeii, dan bestaat daartegen geen bezwaar, iedereen moet medewerken aan de verdediging van ons volk, niet alleen mili tair, doch ook economisch. Doch dan meent spreker, dat toch niet dergelijke voorwaarden behooren gesteld te worden. Spreker zal gaarne zien, dat be.vezen wordt, dat niet alleen de Vereeniging van Nederlandsche Ge meenten, doch ook de gemeenteraden, tegen dergelijke dingen opkomen. De VOORZITTER antwoordt, dat de heeren er op kunnen rekti tn, c.at Burgemeester en Wethouders de bezwaren, die te berde ge- braeht zijn, overnemen en zullen doorgeven. De heer SEGHERS weet niet of hij op de zaak vooruitloopt, doch hij zou gaarne zien, dat Burgemeester en Wethouders een idee konden geven omtrent de kosten die dit zou meebrengen en de vergoeding die zij daarvoor wilden zien. De VOORZITTER antwoordt, dat Burge meester en Wethouders hun eischen ten deze niet hoog stellen. Zij meenen, dat zij naar billijkheid kunnen verzoeken, dat de kostende prijs wordt vergoedt. Indien b.v. een ambte- naar er een maand werk aan heeft, dan is het ook billftk, dat het hiervoor betaalde loon ver goed wordt. De heer SEGHERS meent, dat voor de men schen die te werk gesteld worden, het loon minstens gelijk zou moeten zijn aan het loon dat zij in de eigen gemeente verdienen, afge- zien nog van de andere dingen, zooals de heer Hamelink die te berde gebracht heeft. Met algemeene stemmen wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders aanvaard. d. Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat naar aanleiding van de door den heer Sytema gestelde vraag voor het instellen van een commissie voor de strafverordeningen in een der volgende vergaderingen een voor stel zal worden gedaan. De VOORZITTER deelt mede, dat deze ver gadering nogal bezet is, en dat Burgemeester en Wethouders daarom in een volgende verga dering tot het instellen dezer commissie zou den willen overgaan. Zij meenden goed te doen, dit thans bereids mede te deelen. e. Burgemeester en Wethouders deelen mede, naar aanleiding van een verzoek van den heer C. Hamelink om een uitgebreider onderzoek in te stellen naar de klachten over de uitbetaalde loonen aan de tewerkgestelden bij de uitbreidingswerkzaamheden van de waterleidingmaatschappij Zeeuwsch-Vlaande- ren in West. Zeeuwsch-Vlaanderen, wordt medegedeeld, dat door ons college tal van tewerkgestelden zijn gehoord. Het resultaat van dat onderzoek was zoo- damg, dat men tot de conclusie kwam, dat bij deze werkgeefster en in de toekomst bij anderen zal aangedrongen worden om de werknemers zooveel mogelijk in ploegen in te deelen, met dien verstande, dat een gedeelte zal bestaan uit diegenen, die de voile 100 werkprestatie kunnen leveren en de andere, die wel de 100 willen presteeren, doch ten gevolge van andere oorzaken dit niet kunnen. Bij niet-splitsing verkrijgt men gevallen, zooals door den heer C. Hamelink in de vorige vergadering belicht, die fnuikend werken op de prestaties van tal van tewerkgestelden. De VOORZITTER kan hieraan nog toe- voegen, dat Burgemeester en Wethouders bij onderzoek is gebleken, dat er onder de be- trokken arbeiders zijn; die van goeden wil zijn, en die ook werkelijk de voile 100 arbeidsprestatie willen leveren, doch niet in staat zijn het minimumloon te verdienen. Dat is Burgemeester en Wethouders bij hun onder zoek opgevallen, waarin zrj aanleiding hebben gevonden er bij de Waterleiding Maatschappij op aan te drimgen dat de gescbetste gedrags- Iijn zal worden gevolgd. Het is penibel om hierover te spreken, daar men dan allicht een schifting tusschen de goede en de minder goede zou gaan makefi, doch men kan begrij- pen, dat, als men moet samenwerken in 1 put met andere arbeiders die wel hun best doen, doch niet de voile 100 kunnen leveren, dit oorzaak moet worden, dat het minimum-uur- loon van 23 en 26 ct niet gehaald kan worden. De heer HAMELINK kan zich met dat antwoord toch niet geheel vereenigen. Uit het antwoord van het college zou moeten blijken, dat de eenige oorzaak van het feit, dat de menschen het minimum-uurloon niet konden halen, gelegen is in een verkeerde groepeering der arbeidskrachten. De andere reden die ook aanwezig was, wordt niet naar voren ge bracht. n.l. dat de menschen werkten in accoordloon en met de opgenomen afmetingen accoord moesten gaan, dus zelf geen oordeel konden vormen over de geleverde prestatie. Juist de sterkste grief, die bij de menschen aanwezig is, komt in dit antwoord niet naar voren. Al dergelijke dingen zijn oorzaak geworden van de moeilijkheden die gerezen zijn. En ook voor deze grief is het, dat spreker voor het oogenblik voldoening zou willen hebben. Spreker zal dit nader preci- seeren. De Waterleiding Maatschappij als werkgeefster heeft er niet voor gezoigd, dat de prestaties die geleverd werden, voldoende gewaardeerd konden worden. Gebleken is, dat de menschen die in accoordloon werkten, geen gelegenheid hebben gehad, controle op het geleverde werk uit te oefenen. Dit gebeurt toch als regel, doordat er voor elke ploeg een verantwoordelijk persoon wordt aangesteld, die de opgemeten hoeveelheden mede nameet. Op die manier konden de menschen ook niet weten wat er verdiend werd. Een van de twee, of de menschen ferijgen zooveel per uur, of zij werken in accoord. En dan moet men toch zien en aanvoelen, dat, indien in accoord loon gewerkt wordt en er is zooals spre ker een geval bekend is geen eens een ploegbaas aangesteld. dit fnuikend moet werken. Indien de laatste grief gevoegd wordt bij de andere kan spreker met de mededeelingen van Burgemeester en Wethouders accoord gaan. De VOORZITTER antwoordt, dat hij bereid is, deze klacht door te geven doch deze tweede klacht is uit het door Burgemeester en Wet houders ingestelde onderzoek niet zoo sterk naar voren gekomen. Burgemeester en Wet houders hebben verschillende menschen ge hoord, er waren er 4, die zeiden geen klachten te hebben, anderen hebben zich over deze speciale omstandigheid niet zoo uitgelaten. Aan ieder der befrokkenen is uitdrukkelijk gevraaigd, of, als zrj op het werk kwamen, zij de mededeeling kregen, dat zij in aangenomen werk stonden, enkelen hebben gezegd .,ja", anderen hebben medegedeeld, zich er niet mee te bemoeien, daar de controle daarop voor den putbaas was. Burgemeester en Wethouders hebben ook menschen uit andere gemejmten gehoord en hebben o.m. ook gevraagd, <Jf, als de rekening gemaakt werd, de putbaas mee- ging, waarop werd geantwoord, dat dit niet met° allemaal het geval was. Door de Water leiding Maatschappij is de opdracht ge geven dat, indien in aangenomen werk gewerkt werd, de putbaas de gelegenheid moest hebben het geleverde werk te contrdleeren. ZoOals gezegd, is deze klacht niet naar voren geko men, enkele hebben geantwoord met ,,ja", anderen met „daar bemoeien wij ons niet mee". De heer SEGHERS geeft te kennen, dat uit alles blijkt, dat het zwaartepunt van deze kwestie is, dat de belooning te laag is. Spre ker meent, dat er inderdaad zullen zijn, die 100 willen leveren, doch het niet kunnen, doch vrijweil niemand heeft het minimumloon kunnen halen. De VOORZITTER antwoordt, dat men hier- mede op gevaarlijk terrein komt. Aangenomen moet worden, dat iemand, die normaal zijn werk doet, best kan komen aan het vastge- stelde loon van 23, resp. 26 cent. Er zijn ploegen geweest, die uit 10 man be- stonden, die ook alle 10 goede prestaties ge leverd hebben, het spijt hem te moeten zeg- gen, dat er ook minder goede zijn. En dat is niet alleen in Axel, doch ook elders het geval. Er zijn ook in andere gemeenten menschen die niet aan het minimumloon konden komen. Indien thans in het vervolg de menschen die 100 kunnen leveren in een groep vereenigd worden en de anderen die niet zoo erg goed zijn eveneens in groepen worden onderge- bracht moeten zij de consequenties daarvan aanvaarden. De heer SEGHERS zou dit goed vinden, indien het menschen zou betreffen, die niet willen. De VOORZITTER merkt op, dat verschil lende menschen ook verschillende gedachten en ideeen zullen hebben. Wat de prestaties betreft, spreker heeft geregeld de staten onder oogen gehad en heeft raar aanleiding daarvan leeren spreken van een goede en een minder goede ploeg. De heer SEGHERS vindt het erg, dat de menschen beneden het loon blijven, het is zeer erg, dat er menschen geweest zijn, die met een hal ve belooning naar huis moesten gaa.i f. Naar aanleiding van de vraag van den heer B. Seghers over de inkrimping van het aantal passagierstreinen op het wegvak St. NiklaasTerneuzen wordt medegedeeld, dat men zich in verbinding heeft gesteld met de directie. De directie van die Maatschappij berichtte ons, dart het gerucht op geen enkele officieele mededeeling berust. Aangenomen voor kennisgeving. g. Dat aan de vraag van den heer C. van Eendegem, om pogingen in het werk te stel len, dat Nederlanders, zonder officieel buiten- Iandsch paspoort in een bepahlde strook van Belgie zich mogen bewegen, is voldaan door zich tot het Departement van Buitenlandsche Zaken te wenden. Een resultaat is ons tot op heden nog niet bekend. De VOORZITTER deelt mede, dat door de gemeente Zaamslag aan dit verzoek adhaesie is betuigd. Aangenomen voor kennisgeving. h. De VOORZITTER deelt mede, dat een verzoek is ingekomen van L. P. Marijs om in het uitbreidingsplan van de gemeente, waar vroeger de weg inviel en waar 2 slooten in liggen, wat dus minderwaardig is, te koopen, mits dit zou uitkomen met den prijs. Dit verzoek is in Burgemeester en Wethouders behandeld, ook is het advies der bouweommis- sie gevraagd, en de bouweommissie en Burgemeester en Wethouders hebben aanlei ding gevonden den raad te adviseeren, dit stukje grond te verkoopen en wel tegen den prijs van 850. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. 3. Voorstel tot aanstelling in vasten dienst van J. van den Berge, als concierge van het raadhuis, met ingang van 1 Januari 1940. In de vergadering van den raad van den 13 December 1938 is J. van den Berge, be noemd als concierge van het raadhuis zulks met een proefjaar. Aangezien dit proefjaar bijna verstreken is en het onderhoud van het gebouw en het dienstverband tot geen opmerkingen aanlei ding geeft, wordt voorgesteld met ingang van 1 Januari 1940 dezen persoon te benoemen als concierge van het raadhuis in vasten dienst op een jaarwedde als in de begrooting van 1940 is bepaald, De VOORZITTER verzoekt de heeren De Jonge en Smies met hem hfet stembureau te vormen. Uitgebracht worden 13 stemmen, waarvan op J. van den Berge 11, 1 briefje is bianco, 1 van onwaarde. Is alzoo benoemd J. van den Berge. 4. Vaststeliing kosten per leerling aan de ooenhare lagere school over het jaar 1937. Burgemeester en Wethouders stellen voor, het navolgende besluit te nemen: De raad der gemeente Axel, overwegende, dat de kosten, bedoeld bij artikel 55, onder e tot en met h en o der Lager Onderwijswet 1920, alsmede die van in standhouding, voor de openbare lagere school, voor gewoon lager onderwijs in deze gemeente over het dienstjaar 1937 hebben bedragen vol gens de door Gedeputeerde Staten van Zeeland bij hun besluit van 2 Juni 1939, no. 50, le afdeeling: instandhouding' van het schoolge- bouw 386,86 aanschaffen en onderhouden van schoolboeken, leermiddelen en schoolbehoeften 600,19 verlichting, verwarming en schoon- houden van het schoolgebouw 839,73 assurantie 39,40 administratiekosten (191% leerl. a f 0,50) 95,75 andere uitgaven ter verzekering van den goeden gang van het onder wrjs (kosten handwerkonderwijs) 313,50 Totaal 2275,43 dat het gemiddeld aantal leerlingen gedu- rende het jaar 1937 aan genoemde school be- droeg 191%; besluit het bedrag van de kosten per leerling aan de openbare lagere school in deze gemeente over het jaar 1937 te bepalen op f 2275,43 191% is 11,88. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. 5. Voorstel tot vaststeliing van het bedrag der vergoeding ex art. 101 der L. O.- wet 1920 ,aan de bijzondere scholen over het jaar 1937. Met verwijzing naar het bij de stukken over- gelegd ontwerp-beshjit wordt voorgesteld het bedrag der vergoeding, bedoeld bij art. 101 der L. O.-Wet 1920 over het jaar 1937 vast te stellen. I. voor de school aan de Nieuwstraat, van de Ver. voor Chr. Nationaal Schoolonderwijs, op 397 X 11,88 4716,36; H. voor de school te Spui, van de Ver. voor Geref. Schoolonderwijs, op 121% X f 11,88 f 1440,45; III. voor de school aan de Walstraat, van het R. K. Kerkbestuur 156% X 11,88 f 1859,22. 6. Voorstel tot vaststeliing van de af- rekening met de Besturen der Bjjz. lagere scholen en der vergoeding, inge- volge art. 101 dpr L O.-Wet 1920 over de jaren 1934 t/m 1937. Met verwijzing ook naar de bij de stukken overgelegde ontwerp-besluiten wordt voorge steld voor de hieronder genoemde scholen de daarachter genoemde bedragen vast te stellen Nog te ontvangen 597,- 546,94 ,,671,68 Reeds ontvangen bedrag 15.297,27 4.801,44 6.620,14 Bedrag waarop men recht heeft 18.217,19 5.348,38 7.291,82 Voor verg. in aanmerking komend bedrag 15.894,27 5.594,51 7.308,33^2 SCHOOL Nieuwstraat Spui Walstraat 7. Voorstel tot beschikbaarstelling van het bedrag per leerling, als bedoeld in art. 55bis der L. O.-Wet 1920 voor het jaar 1940. Ook met verwijzing naar het bij de stukken overgelegd ontwerp-besluit wordt voorgesteld het bedrag, dat ingevolge art. 56bis, le lid der Lager Onderwijswet 1920 per leerling der openbare lagere school voor het jaar 1940 wordt beschikbaar gesteld, te bepalen op /•9,64, gebaseerd op de cijfers der begrooting 1940. 8. Vaststeliing diverse begrootingen voor 1940: a., begrooting der gemeente; b. begrooting van het Genu Gasbedrijf c. begrooting van het Vleesehkeurings- bedrijf d. begrooting van het Burger!(jk Arm bestuur. Wordt voorgesteld met verwijzing naar de bij de begrooting overgelegde bijlagen en naar het verslag van de commissien van onderzoek de begrooting vast te stellen, zooals deze in ontwerp aan de leden is toegezonden, te weten a. Een adres van de Alg. Nederl. Politic- bond, waarbij verzocht wordt te besluiten tot aanvulling van de verordening, regelende de eischen van benoembaarheid en de bezoldiging van de veldwachters dezer gemeente in dien zin: „dat aan de gemeente-veldwachters worde toegekend een kindertoeslag overeen- komstig de ryksregeling". Deze aangelegenheid is in de Commissie van G. O. geweest. Deze Commissie adviseert een kindertoeslag in het leven te roepen, doch dezen toeslag niet te verleenen, vanaf het eerste, doch vanaf het derde kind, zooals ook bij de regeling van Burgemeesters, Secretaris- sen en Ontvangers het geval is, en voorts deze regeling voor alle gemeente-ambtenaren te doen gelden. De meerderheid van het college kan zich met dit advies niet vereenigen. De minderheid gaaJt met de gedachten van de Commissie van Georganiseerd Overleg mede. De meerderheid van het college is van oor deel, dat deze toeslag voor enkele ambtenaren een verhooging van inkomsten beteekent, wat h. i. niet gerechtvaardigd is tegenover de andere ambtenaren. Waar de levensstandaard wel in stijgenide lijn is,'doch nog geen aanlei ding geeft, om daarin tegemoet te treden, staan deze op het standpunt voor geen enkele categorie een wijziging of aanvulling in dien geest thans te bevorderen. Bij volgno. Ill wordt medegedeeld, dat met ingang van 1 Januari 1940 de huurovereen- komst voor het terrein van de schietbaan af- loopt. De Rentmeester is na gehouden bespre- king bereid deze huur te verlengen met in gang van dien datum voor een bedrag van f 50 per jaar. Wij stellen u voor deze nieuwe huurover- eenkomst te accepteeren. Volgno. 120 ontvangsten. Van het bestuur der Bad- en 5Jwemvereeniging is den 19 Mei 1939 een verzoek ingekomen om ontheffing van de verplichting om de acbterstallige ter- mijnen van het renteloos voorschot te voldoen en in de toekomst kwijtschelding te verleenen van het nog; verschuldigde van dat voorschot. Op dit schrijven is door ons medegedeeld, dat dit verzoek nader zou worden overwogen hij de samenstelling van de gemeente-begroo- ting 1940. Door ons college is deze angelegenheid op- nieuw overwogen en hebben onze conclusie getrokken, dat wij het niet verantwoord ach- ten uwen raad voor te stellen het eenmaal door den raad gegeven renteloos voorschot aan deze vereeniging en voor dit doel kwijt te schelden Men heeft van onzentwege nim- mer deze vereeniging tot afbetaling van het voorschot gedwonigen, als gevolg van de voor waarden, waarop dat voorschot was verleend, doch het nog resteerende bedrag, zijnde /800 van de toegestane /1000 dient in jaarlijksche gedeelten van f 100 in de gemeentekas terug te vloeien. Op dien grond meenen wij u te moeten voor- stellen afwijzend op dat verzoek te beschikken. Bij de behandeling van de begrooting van het Gasbedrijf voor 1940 wordt medegedeeld. dat van de Ned. Chr. Bond van Personeel in Publieken Dienst een verzoek is ingekomen om den terreinwerker-bulpstoker S. Dieleman, die reeds jaren de werkzaamheden van stoker verricht, in deze functie een aanstelling te geven, met als gevolg indeeltng in een andere loonklasse. De Gascommissie adviseert tot aanstelling van dien persoon in die functie. Ook is tegelijkertrjd de Commissie van Georg. Overleg over deze aangelegenheid ge hoord, die daartoe mede adviseert. Wordt voorgesteld overeenkomstig het Ambtenarenreglement met ingang van 1 Jan. 1940 S. Dieleman aan te stellen als stoker bij het Gemeentelijk Gasbedrijf. Dezelfde organisatie adviseert eenzelfde handelinig toe te passen voor den hulp-fitter C. van Bendegem, die de laatstet jaren ook het fitterswerk in zijn vollen omvang ver richt. Aangezien de Gascommissie adviseert de«e aan te stellen tot 2den fitter, welke functie niet voorkomt in de salarisregeling, wordt voorgesteld dit punt aan te houden.tot een der volgende vergaderingen, hetgeen geen be zwaar kan zijn, aangezien deze persoon thans onder de wapenen is. In de betrokken begrooting is deze aange-

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1940 | | pagina 6