De VOORZITTER antwoordt, dat het Rijk daarin mee betaald. Het Rijk heeft de thans voo-rgestelde regeling goedgekeurd. Men moet ook niet vergeten, dat er een ambtenaar bij gekomen is. De beer VAN RIETSCHOTEN blijft er bij, a at de betrokkene hetzelfde salaris beboort te ontvangen als de beer Brinckman. Hij is hoofd van dezen tak van dienst. Hij beboort het zelfde werk te verrichten. Zijn verantwoorde- lijkbeid is niet minder dan die van den diree- teur, bij staat geheel aan bet hoofd van dezen dienst. De VOORZITTER antwoordt, dat de betrok kene uiteraard dezelfde verantwoordelijkheid heeft. Men kan echter een ondergeschikt ambtenaar, die een hoogere funetie waar- neemt. niet met dien hoogeren functionaris gelijkstellen. lie beer VAN RIETSCHOTEN constateert, dat bus bet verschil alleen daarin bestaat, dat de betrokkene niet bet minimum-salaris ont vangt van hem, wien hij vervangt. De beer COLSEN merkt op, dat Burge-' meester en Wethouders er toeh van overtuigd zijn, dat de betrokkene bekwaam is om den dirocteur te vervangen, want, als zij hem daar- toe niet bekwaam achtten, zouden zij hem niec op diens plaats zetten. De VOORZITTER antwoordt, dat dit ook een tijdelijke maatregel is. Als Burgemeester en Wethouders wisten, dat het drie jaar zou duren, zouden zij ook andere maatregeien nemen. Men moet ook de mogelijkheid niet uitsluiten, dat de directeur terugkomt, en dan is het voor den betrokkene een heele sprong terug. De heer COLSEN meent, dat men veilig kan besluiten, den betrokkene het salaris van den directeur uit te keeren. Deze komt de voi- gende week nog niet terug. De heer VAN RIETSCHOTEN meent, dat de betrokkene het moet beschouwen als een buitenkansje. De heer COLSEN wijst er op, dat betrok kene toch voor de geheele zorg voor de arbeidsbeurs zit. Hij vraagt of de betrokkene met het voor- stel van Burgemeester en Wethouders accoora gaat. De VOORZITTER antwoordt, dat deze kwestie met Jansen is besproken. De heer VAN STRIEN vraagt of de heer Brinckman, als deze met vacantie is, op 'kan- toor komt. De VOORZITTER antwoordt, dat deze 4 dagen per maand- verlof krijigt. De beer FILIUS wijst er op, dat Jansen hetzelfde werk verrichten moet, dat de direc teur deed. Op billijkheidsoverwegingen stelt spreker daarom voor, hem het minimum- salaris van den directeur uit te keeren. De beer VAN RIETSCHOTEN meent, dat hidden men anders deed, men het ambt van den directeur naar beneden zou halen, als deze man met een toelage van f 25 per maand boven zijn salaris goed betaald is. Men moet den betrokkene thans niet beoordeelen als ambtenaar-an sicb, doch als tijdelijik directeur van deze instelling. Men beboort hem daar om ook het minimum-salaris van den directeur uit te betalen. Indien het voorstel van Bur gemeester en Wethouders zou worden aan- vaard, en die toestand zou een tijdje duren, zou men zich in den boezem der gemeente wel eens kunnen gaan afvragen, waar men dan een duur betaalden directeur voor heeft. De VOORZITTER is van oordeel, dat men juist andersom moet redeneeren. De heer OOLSEN merkt op, dat de Voor- zitter gezegd heeft, dat indien het college het kon bekijken, dat deze toestand van langen duur zou zijn, het tot andere maatregeien zou overgaan. Hij neemt dus aan, dat Burge meester en Wethouders veronderstellen, dat het niet van langen duur zal zijn. De heer VAN RIETSCHOTEN is van mee- ning, dat men deze zaak principieel moet be- zien. Men moet het zoo bezien, dat het ambt van directeur een dergelijk salaris eischt. De VOORZITTER merkt op, dat als regel niet het voile salaris wordt uitgekeerd. De heer COLSEN vraagt, of, als er geen burgemeester is, de eerste wethouders diens salaris ontvangt. De VOORZITTER antwoordt, dat dit na een betaalden tijd het geval is. De heer FILTHS vraagt, hoe lang Jansen het ambt van den directeur waarneemt, dit zal toch al een half jaar zijn. Spreker neemt aan, dat hij dit doet met voile instemming van Burgemeester en Wethouders, anders zou het college zelf niet met een voorstel komen om hem een vergoeding toe te kennen. De heer VBRLdNDE is van meening, dat er veel logisch is in de redeneering van de hee- ren Van Rietschoten en Filius. Men heeft wel eens andere gevallen meegemaakt. Spreker herinnert zich nog een geval van een persoon die een inkomen had van 3000 en wiens tak van dienst werd opgeheven. Deze moest toen het werk doen van een ambtenaar van f 2000, doch bleef niettemin zijn 3000 salaris hou- den. De heer VAN RIETSCHOTEN is het met den heer Verlinde niet eens. Als een tak van dienst opgeheven wordt, gaat die verdwijnen. Het is dan logisch, dat het salaris van den betrokkene niet verandert, deze gaat evenwel uit dien tak van dienst weg, zijn werk is af- geloopen. De heer VERLINDE merkt op, dat hij het daarmede niet eens is. De feiten zijn anders. De heer LAMIBRECHTSEN VAN RITTHEM vraagt, wat Jansen verdient en wat het mi nimum-salaris van den directeur is. De VOORZITTER antwoordt, dat Jansen /1700 verdient. Het minimum-salaris van den directeur is 2300. Burgemeester en Wethou ders stellen thans voor een verhooging van 300 toe te kennen, die de instemming van het departement heeft. Indien voor die overi ge 300 die thans voorgesteld worden, die toe- stemming niet verkregen wordt, draagt de gemeente die dan zelf? De heer DEN HAMER kan zich geheel aan- sluiten bij Burgemeester en Wethouders. Hij moet voorop stellen, dat bij alle respect heeft voor Jansen en hem -sen zeer geschikte kracht acht. Destijds is er alle moeite gedaan om hem in de funetie van directeur te krij-gen, wat niet mogelijk hleek, daar hij de daarvoor noodig geachte talenkennis niet bezat. De heer COLSEjNSchei uit daarover. De heer DEN HAMER vervolgt, dat de be trokkene een behoorlijk salaris heeft en dat een toelage van 300 voldoende is. Er zijn heel wat menschen die het werk van anderen moeten doen. Wettelijk is de gemeente er niet toe verplicht. In het algemeen zullen er ge vallen voorkomen, waarin een vervanging ge- regeld moet worden en dat geen vergoeding of verhooging van salaris wordt gegeven. In de uitgaven voor de militairen moeten ook de gemeentenaren door hun belasting meebeta- len. Het rijk betaalt in deze vergoeding ook bij De heer DE VOS merkt op, dat de redenee ring van den heer Den Hamer alleen opgaat, indien de directeur geheel doorbetaald zou moeten worden door de gemeente. Ben be langrijk deel van het salaris van den direc teur zal direct doorbetaald worden door het rijk. Spreker weet niet hoeveel het verschil is tusschen zijn salaris en zijn militaire ver goeding. De VOORZITTER antwoordt, dat de direc teur de eerste maand het voile salaris heeft ontvangen en de volgende maand gaat daar- van, in verband met zijn militaire /bezoldiging, ongeveer f 1600 's jaars af. De heer VERLINDE kan er zich mee ver- eenigen, dat aan Jansen het minimum-sala ris van den directeur wordt uitbetaald, inge- Val het departement daarin bijbetaalt. De beer VAN RIETSOHIOTEN is van mee ning, dat, goed uitgerekend, de gemeente bij het voorstel van Burgemeester en Wethouders nog bespaard zou hebben en dat indien zijn voorstel wordt aangenomen, het zoo'n beetje elkaar opheft. De VOORZITTER wijst er op, dat bij het voorstel van Burgemeester en Wethouders de gewone verhoogingen van Jansen doorgaan, indien evenwel dit voorstel wordt aangeno men, is dit zonder jaarlijksche verhoogingen. De heer FILIUS vraagt wat het maximum- salaris van Jansen is. De VOORZITTER antwoordt, dat dit /2000 bedraagt. Wat. zijn rechtspositie betreft, is bet voorstel van Burgemeester en Wethou ders beter. Bovendien hebben Burgemeester en Wethouders zich voorgenomen, deze zaak nog eens te bekijken, als het lang duurt. De heer 't GILDE vraagt, wat men lang noemt. De VGQRZITTER: 1 jaar. De heer COLSEN is van meening, dat, als de directeur terugkomt, het met dit salaris Van Jansen natuurlijk afgeloopen is, doch, zoolang deze directeur is, acht hij het billijk dat hij 2300 salaris krijgt. Als de mobilisatie is afgeloopen, of als de oudste lichtingen van onder de wapens komen dan valt hij gewoon terug op zijn gewone be zoldiging. Van welke lichting is de directeur der arbeidsbeurs. De SECRETARIS antwoordt, dat de'ze van lichting 1926 is. De VOORZITTER wijst er op, dat de toe lage minder zal worden naar gelang de be trokkene verhoogingen krijgt. Hij stelt voor, dat het voorstel van de heeren Van Rietscho ten en Filius zoo geformuleerd wordt. De heer FILIUS meent, dat men het zoo kan stellen, dat de betrokkene zijn recht op periodieke verhoogingen behoudt. De VOORZITTER: Doch tot een maximum van het minimum-salaris van den directeur. De heer FILIUS: Dat is een vergoeding voor het vervangen van het hoofd van dienst. De heer DEN HAMER constateert, dat dus de periodieke verhoogingen komen in minde- ring van de toelage. De heer DE COOK meent, dat als de direc teur na een paar jaar terugkomt, Jansen dan zijn salaris, plus periodieke verhoogingen krijgt. De VOORZITTER vraagt, wat er gebeu- ren moet, als het departement alleen f 25 per jaar goedkeurt. Moet dan de gemeente die andere 25 bijpassen De heer DE KRAKER is er tegen, als het zoo is. De heer FILIUS meent, dat de gemeente nog voordeel zou hebben, door het verschil tusschen het militaire- en het burgerlijke sa laris van den directeur. De heer DE KRAKER antwoordt, dat dit geen direct voordeel is. De heer VAN RIETSOHOTEN meent, dat dit wel Zoo is. De heer DE KRAKER acht, dat de betrok kene geen directeur dier instelling is. De heer VAN RIETSCHOTEN: Doch hij verricht het werk van den directeur en moet dus ook als zoodanig betaald worden. De VOORZITTER formuleert het inge- diende voorstel aldus, dat aan Jansen zal wor den uitgekeerd het minimum-salaris van den directeur der arbeidsbeurs, zijnde 2300, zon der voorbehoud wat de departementale goed- keuring betreft. De gewone jaarlijksche ver hoogingen van betrokkene zullen in minde ring komen van de te verstrekken toelage. Dit voorstel wordt aangenomen met 9 tegen 5 stemmen. Voor stemmen de heeren Van Driel, 't Gilde, De Vos, Filius, Verlinde Lambrechtsen van Ritthem, Van Rietschoten, De Cock en Colsen; tegen stemmen de bee ren Den Hamer, Van Strien, Klaassen, Geel- hoedt en De Kraker. 9. Benoeinen commissies. Burgemeester en Wethouders deelen mede dat moet worden overgegaan tot benoeming der na te volgen commissies: a. commissie van bijstand voor de gemeen tewerken. Zitting hadden de heeren C. A. Verlinde, A de Bruijn en J. Riemen-s. b. commissie voor de financien. Zitting hadden de heeren D. E. de Kraker. J. N. 't Gilde en J. den Hamer. c. commissie op grond der verordening voor het -georganiseer-d overleg. Zitting hadden de heeren P. van Cadsand en C. A. Verlinde; als plaatsvervangende leden hadden zitting de heeren A. de Bruijn en N. J C. Lambrechtsen van Ritthem. De VOORZITTER verzjoekt de heeren Filius en Klaassen, met hem het stembureau te vormen. a. commissie van bijstand voor gemeente werken, vacature-Verlinde. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan verkrijgen de heer Verlinde 6 en de heer Lam brechtsen van Ritthem 7 stemmen, 1 briefje is bianco. Is alzoo benoemd de beer Lambrechtsen van Ritthem. Vacature-De Bruijn. Uitgebracht worden 14 stemmen waarvan op den heer Colsen 7, De Vos 4, Verlinde 2 en Van Driel 1 stem. Aangezien geen volstrekte meerderheid is verikregen, moet een tweede vrije stemming plaats vinden. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op de heeren Colsen 7, De Vos 4, Verlinde 2 en Riemens 1 stem. Aangezien nog geen volstrekte meerderheid verkregen is, moet een herstemming plaats hebben tusschen de heeren Colsen en De Vos. De heer DE VOS wil ter toelichting der leden wel mede deelen, dat hij op een benoe ming geen prijs stelt. Uitgebracht worden 12 stemmen; de heeren Colsen en De Vos onthouden zich van stem ming. Van de uitgebrachte stemmen verkrijgt de heer Colsen 5, de heer De Vos 7 stemmen. De heer DE VOS verkl-aart zijn benoeming niet te aanvaarden. Thans moet een nieuwe v-rije stemming plaats vinden. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op de heeren De Cock 2, Van Driel 4, Colsen 5, Verlinde en Filius 1 stem. Waar opnieuw geen volstrekte meerderheid is verkregen, moet -een tweede vrije stemming plaats vinden. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op den heer Colsen 7, op den heer Van Driel eveneens 7 stemmen. Thans moet een herstemming plaats vinden tusschen de heeren Colsen en Van Driel. De heeren Colsen en Van Driel onthouden zich van stemmen. Uitgebracht worden 12 stemmen, waarvan op den heer Colsen 5 en op den heer Van Driel 7 stemmen. Is alzoo benoemd de heer L. J. van Driel. Vacature-Riemens. Uitgebracht worden 13 stemmen, afewezig de heer Colsen. Van deze stemmen verkrijgt de heer Rie mens 8, De Cock 2, Colsen 1 en Den Hamer 1 stem. Is alzoo herbenoemd de heer J. Riemens. b. commissie voor de financien. Vacature-De Kraker. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op den heer Van Rietschoten 11, Verlinde 2 en Van Strien 1 stem. Is alzoo benoemd de heer Van Rietschoten. Vacature-'t Gilde. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op den heer 't Glide 12 en op den heer Ver linde 2 stemmen. Is alzoo herbenoemd de heer J. N. 't Gilde. Vacature-Den Hamer. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op den heer Den Hamer 12 stemmen, den heer Verlinde 1 stem, 1 briefje is bianco. Is alzoo herbenoemd de heer J. den Hamer. c. commissie voor georganiseerd overleg. Vacature-Van Cadsand. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan 7 stemmen op den heer Filius, 6 stemmen op den heer Van Strien, 1 briefje is bianco. Is alzoo benoemd de heer J. F. K. A. P. Filius. Vacature-Verlinde. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op den heer Verlinde 7 en op den heer De Cock 7 stemmen. Aangezien geen volstrekte meerderheid is bereikt, moet een tweede vrije stemming plaats vinden. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op den heer Verlinde 7 en op den heer De Cock 7 stemmen. Waar thans voor de tweede maal het aantsl stemmen, op ieder der eandidatem uitgebracht, gelijk is, moet een herstemming tusschen de heeren Verlinde en De Cock plaats vinden. De heeren Verlinde en De Cook onthouden zich van stemmen. Uitgebracht worden 12 stemmen, waarvan op den heer Verlinde en d-en heer De Cock ieder 6 stemmen. Waar thans nog niet de volstrekte meerder heid is bereikt, moet de aanwijzing van den benoemde door het lot plaats vinden, dat den heer Verlinde als benoemde aanwijst. Vacature-de Bruijn. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op de heeren Van Strien 7, Colsen 3 en De Cook 4 stemmen. Aangezien geen volstrekte meerderheid is bereikt, moet een tweede vrije stemming plaats vinden. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op de heeren Van Strien 7, De Cock 6 en Colsen 1 stem. Aangezien thans nog geen volstrekte meer derheid is bereikt, moet -een herstemming plaats vinden tusschen de heeren Van Strien en De Cock. De heeren Van Strien en De Cock onthou den zich van stemmen. Uitgebracht worden 12 stemmen, waarvan op de heeren Van Strien en De Cock ieder 6 stemmen. Aangezien ook thans niet de volstrekte meerderheid is bereikt, moet de aanwijzing van den benoemde door het lot plaats vinden, dat den heer De Cock als zoodanig aanwijst. Vacature-Lambrechtsen van Ritthem. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM verklaart, op een herbenoeming geen prijs te stellen. Uitgebracht worden 13 stemmen, afwezig is de heer De Kraker. Van deze stemmen verkrijgen de heeren Van Strien 6, Van Driel 2, De Vos 1 en Col sen 4 stemmen. Aangezien geen volstrekte meerderheid is bereikt, moet een tweede vrije stemming plaats hebben. Uitgebracht worden 14 stemmen, waarvan op den heer Van Strien 9, op den heer Colsen 5 stemmen. Is alzoo gekozen de heer P. J. van Strien. Waar niet anders vermeld, verklaren de herbenoemde en benoemde leden hun herbe noeming resp. benoeming te aanvaarden. Den heer Riemens zal van zijn benoeming worden kennis gegeven. 10. Aanbieding gemeentebegrooting 1940, hiet begrooting van het Woningbedrijf en trekken der afdeelingen voor het onderzoek der begrootingen. Burgemeester en Wethouders bieden aan de begrooting der gemeente en die van het Woningbedrijf voor den dienst 1940. Bij de trekking der afdeelingen worden aan- gewezen als leden der afdeeling I de heeren Verlinde, Van Rietschoten, Colsen, Riemens, Filius, 't Gilde en Van Strien; als leden der afdeeling II de heeren Lambrechtsen van Ritthem, De Cock, Van Driel, De Vos, Den Hamer en Klaassen. De VOORZITTER deelt mede, dat de afdee lingen ongeveer eind October a.s. zullen ver- gaderen. De heer DE VOS uit de hoop, dat de be grooting tijdig bij de leden van den raad aan wezig zal zijn. De VOORZITTER antwoordt, dat juist daarom deze ruime termijn genomen is. 11. Aanbieding gemeenterekening 1938, met de rekening van het Woningbedrijf over dat jaar. Benoemen raadseoknmis- sie tot ondprzoek dezer rekeningen. Burgemeester en Wethouders bieden aan de rekening der gemeente en die van het Wo ningbedrijf over den dienst 1938. De VOORZITTER wijst als commissie tot het nazien dezer rekeningen aan de heeren Van Driel, Lambrechtsen van Ritthem en Van Rietschoten. 12. Omvraag. a. De heer VAN RIETSCHOTE|N had, nu een besluit is genomen ter voorziening in de behoefte aan ziekenhuizen in verband met de luchtbescherming, gaarne geweten of er ook iets gedaan wordt aan de inrichting van schuilkelders. Dat de menschen opgenomen worden in een ziekenhuis is goed, doch dit gaat zijns inziens te ver, men moet dit zien te voorkomen. Het inrichten van schuilkelders is ook van groot belang voor de kinderen die op school gaan. Spreker zou gaarne vernemen of ook hiervoor een voorziening wordt ge- troffen en of er geoefend wordt met de kin deren om ze te leeren de school te verlaten in geval van een luchtaanval. De VOORZITTER antwoordt, dat dit vraagstuk zijn ernstige aandacht heeft. Wat de inrichting van schuilloopgraven betreft, staat hij op het standpunt dat het publiek van de straat m-oet -zijn als er een luchtaanval plaats heeft. De schuilloopgraven zijn dan ook uitsluitend bestemd voor degenen, die niet thuis kunnen zijn. Het grondprincipe Is, y|at deze schuilloopgraven uitsluitend bestemd zijn voor passanten en dat ieder bij een lucht aanval thuis is en daar maatregeien genomen heeft ter bescherming van zijn gezin. Men moet er aan vasthouden dat schuilloopgraven openbare schuilplaatsen zijn voor het publiek en dat men er eigenlijk geen behoefte aan heeft voor de geheele bevolking schuil loopgraven in te richten. Het vraagstuk van de bescherming der sohoolgaande kinderen is een vraagstuk van groot belang. Het is belangrijk, dat het ge wone leven zooveel mogelijk doorgang heeft, en dat ook de kinderen naar school gaan en dan bestaat er bij een luchtaanval een grootere kans op een massa ongelukken on der de schoolkinderen, dan wanneer deze thuis zouden zijn. Dit vraagstuk zal morgenavond besproken worden met de hoofden der scholen en de besturen der bijzondere scholen. Men zal daar overleggen wat het beste en het meest gewenscht is. Naar gelang van het oordeel, dat men daar zal vernemen, zal overwogen worden welke maatregeien te nemen zijn. Spreker heeft hierover nog geen uitgesproken gedacht, hij zal zich laten leiden door het- geen op die vergadering naar voren komt waarna dezerzijds een plan hiervoor zal wor den ontworpen. In de eerste plaats moet vaststaan, dat in tijden van luchtgevaar het gewone leven, zooveel als mogelijk is, doorgaat. Spreker neemt ook aan, dat dit voortgang zal vinden, ook als een toestand van latent gevaar aan- wezig is. Voor dat geval zullen ook de plan- nen worden ontworpen. Dan brenigt de practische uitvoering hier groote moeilijkheden met zich mee, daar in de oude kom der gemeente het waterpeil zoo hoog is, dat men wel genoodzaakt zou zijn, schuilloopgraven boven den grond te maken, en dit brengt met zich een zeer groot be- zwaar, wat de kosten betreft. Een dergelijke schuilloopgraaf kost aan hout alleen ongeveer /I300 per 190 strekken- de meter. Gerekend wordt, dat men 4 per- sonen per strekkende meter kan onderbren- gen, zoodat een schuilloopgraaf van 100 meter lengte plaats kan bieden aan 400 personen. Van deze gelegenheid -dat een en ander hieromtrent in de krant versohijnt, meent spreker gehruik te maken om nog eens duide- lijk te onderstreepen, dat het van het aller- grootste belang is, dat alle inwoners zich aansluiten bij de plaatselijke afdeeling der Nederlandsche Vereeniging voor Luchtbe scherming, die met de voorlichting der bevol king op het gebied der luchtbescherming be- last is. Voor ieder, die bij deze vereeniging aangesloten is, bestaat de gelegenheid voor lichting te verkrijgen. Ook worden verschil- lende brochures op het gebied der lucht bescherming door deze vereeniging uitge- geven. Deze vereeniging licht ook in op welke wijze men de zelfbescherming kan organi- seeren. Het ideaal zou zijn, dat er in ieder huis iemand was, die bij deze vereeniging aangesloten is. Men werd dan den weg ge- wezen op welke wijze een gemeente te ver- deelen in wijken en blokken en welke maat regeien te nemen zijn om tot een tastbaar resultaat te komen. Men ontvangt dan in- lichtingen, op welke wijze een blokbrand- weer te organi-seeren en voor ieder huis in- ddvidueel schuilplaatsen in te richten. Een eerste voorwaarde is, dat ieder van het nut en van de noodzakelijkheid van de bescher ming tegen luchtaanVallen is overtuigd. Bij de oprichting der plaatselijke afdeeling was men hierover nogal tevreden, een 3 a 400 leden gaven zich op, doch daarop is het blij Ven stilstaan. Niettegenstaande verschillende pogingen zijn aangewend om aan het ledental uittoreiding te geven, heeft dit niet tot het gewenschte resultaat geleid. Spreker acht het beter, dat men de maatregeien thuis ze If uit eigen beweging neemt, dan dat deze aan de bevolking opgelegd moeten wor den. Het is altijd beter, dit uit eigen bewe ging te doen, dan dat men zooiets doen moet. Spreker wijst er op, dat het van zeer groot belang is, dat men zich vrij-willig aansludt en is er van overtuigd, dat ieder, die van den ernst dezer zaak d-oordrongen is, vrijwillig de noodige maatregeien zal nemen. Dat ze thans opgelegd worden, is niet mogelijk. Wel wordt dit mogelijk wanneer de toestand intreedt, dat de luchtbeschermingsdienst in werking treden moet. Dan heeft spreker het recht, diensten te vorderen en plichten op te leggen. Doch dan is het, naar zijn meening, te laat. Spreker moet daaraan toevoegen, een ernstige waar schuwing, dat degenen, die dan de gevorderde maatregeien niet nemen, zic-h blootstellen aan strafvervolging, daar zij, indien zij niet voor eigen veiligheid zorgen, niet alleen zichzelf doch ook hun buren in gevaar brengen. Spreker hoopt, dat de vergadering van mor- gen eenig resultaat mag opleveren, mogelijk ook, dat onder de oogen wordt gezien of door evacuatie het gevaar geringer kan gemaakt worden. Het is ook een punt van overweging dat men in een school, die in een bevolkte buurt gevestigd is, kan overwegen de kinde ren in woningen over te brengen. Toch blijft altijd het gevaar bestaan, dat men. in derge lijke gevallen de menschen op straat lokt. Ook is het verkeerd, dat alle schuilloop igraven met elkaar verbonden zijn. Al met al is spreker geen voorstander van openbare schuilloopgraven voor de bevolking. lets anders is het natuurlijk, dat men een schuil- plaats in eigen tuin maakt, doch het stichten van openbare schuilplaatsen brengt met zich dat men de bevolking de straat op jaagt Principe is, dat, in geval van luchtgevaar, de menschen zooveel mogel-ijk thuis blijven, en dat degenen, die zich op straat bevinden, deze zoo spoedig mogelijk verlaten. De wet staat toe, dat ieder, die zich bij het signaal lucht gevaar" op straat bevindt, aan het eerste het beste huis mag aanbellen en daar ook toege- laten moet worden. De heer VAN RIETSCHOTEN dankt den Voorzdtter voor zijn toelichting. Hij hoopt. dat de publicatie hiervan tot gevolg mag hebben, dat velen de noodige maatregeien nemen, en zich ook aanmelden als lid der bedoelde vereeniging. De heer LAMIBRECHTSEN VAN RITTHEM heeft in de nieuws-bladen gezien, dat de cen trals punten in een gemeente, waar het ge- meent-ebestuur zetelt, zooals hier 't gemeente- huis, beschermd wordt met zand-zakken Spreker acht deze zaak urgent, daar het zijns inziens gewenscht is, dat alle mogelijke maat regeien genomen worden. In deze ruimten moet onder alle omstandigheden gewerkt word-en. De VOORZITTER antwoordt, dat dit in zooverre niet heelemaal juist is, daar deze bescherming altijd dient voor het sousterrain, en dat -heeft men hier niet. Dit i-s gedaan met het oog op het gevaar voor instorting, opdat men dan een plaats zou hebben, die scherf- vrij is. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM meent, dat men hier toch ook verschillende lckalen scherfvrij zou kunnen maken. De VOORZITTER herhaalt, dat men hier geen sousterrain heeft. Men zou dan den geheelen gevel met zan-dzakken moeten bezet- ten. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM meent, dat dit slechts noodig is zoo hoog, da^ men, aan zijn werktafel zittend, van scherven bevrijd zal zijn. De heer OOLSEN vraagt, of de gemeente zich ook niet -kan verzekeren tegen lucht gevaar. De VOORZITTER antwoordt, dat dit nog niet het geval is. Gagevens hieromtrent zijn pas binnen. Burgemeester en Wethouders zullen overwegen de gemeente-eigendommen tegen luchtaanvallen te doen verzekeren. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM vraagt welke maatregeien in dit stadium genomen kunnen worden. De VOORZITTER antwoordt, dat dit moei- lijk te zeggen is. Deze zaak is in studie. Er is een provinciale commissie, die nagaat op welke wijze de archieven beveiligd kunnen worden. Burgemeester en Wethouders hebben geprobeerd, het archief bij een bankinstelling onder -te brengen, andere scherf- en bomvrije ruimten heeft men hier in de gemeente niet. voorradig. Doch deze bankinstelling voelde daar niets voor. Er is dan ook nog geen oplossing voor gevonden. De betreffende commissie zou hieromtrent ook nog nader berichten. Men w-eet hoe het is, het archief is het meest brandbare onderdeel der admini strate. De heer LAMBREOHTSEN VAN RITTHEM vraagt of niet te overwegen is, in de kazeme een localiteit te vinden, die hiervoor zou kun nen dienen. De VOORZITTER antwoordt, dat men die voor den luchtbesoherminigsdien-st al op het lijstje heeft staan. Thans wordt afgewacht, wat de commissie in dezen zal adviseeren. Het zal aanbeveling verdienen, het gedeelte van het archief, dat niet direct gebruikt moet worden, naar elders over te brengen. Be heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM meent, dat, indien hier een treffer zou vallen, men zonder verbindingen zit. Het za-1 daarom noodig zijn maatregeien te nemen, al is het dan maar voonloopig. De VOORZITTER wijst er op, dat de heele dienst gedecentraliseerd zou moeten worden. Het is een uiterst moeilijk vraagstuk. b. De heer LAMBRECHTSEN VAN RIT THEM heeft een andere vraag. Hij vraagt, of het niet gewenscht geacht wordt, de openbare scholen, in verband met het brandgevaar, te voorzien van snelbluschapparaten. De VOORZITTER antwoordt, dat dit ook op de morgen te houden conferentie bespro ken eal worden. De heer LAMBREOHTSEN VAN RITTHEM wijst er op, dat deze snelbluschapparaten goede diensten kunnen bewijzen. Anders moet men wachten tot de brandweer er is, doch dan kan men direct het vuur bestrijden. c. De heer DE VOS wijst er op, dat een rijwielpad is aangelegd van het Dok naar de Blikstraat. Het is gebeurd, dat menschen, die er van Sluiski-1 naar T-erneuzen langs reden er door de marechaussde afgestuurd werden. Dit zal zijn oorzaak vinden hierin, dat dit nog niet officieal als rijwielpad is aangewezen. Spreker zou Bungemeester en Wethouders willen vragen of zij kunnen bevorderen, dat dit in orde komt. Juist in verband met het seizoen, dat nu aan-komt, is het van belang, daar er dan zeer veel gebrui-k van zal worden gemaakt, en andere wegen niet te berijden zijn. De heer COLSEN meent, dat dit komt, om- dat er nog geen bordje Rijwielpad" langs den weg staat. -De VOORZITTER zegt toe die openstelling te zullen bevorderen. d. De heer LAMBRECHTSEN VAN RIT THEM geeft te kennen, dat men thans het een en ander heeft gehoord omtrent de lucht bescherming. Spreker heeft vernomen, dat men oefeningen met de sirenes heeft gehouden en als men het oor te luisteren legt, blijkt dat men deze sirene in diverse deelen van de ge meente niet gehoord heeft. Nu heeft spreker Vernomen, dat dit moet gezocht worden in het fedt, dat deze sirene te laag van toeren is, zoo dat men, inplaats van een giltoon, een brom- toon hoort. De VOORZITTER antwoordt, dat inderdaad bij de proeven, die gehouden zijn, gebleken is, dat de sirene niet aan de eischen beantwoordt. Deze is op zichzelf goed, ze is onderzocht te Delft en daar goedgekeurd. Men moet niet vergeten, dat men steeds afhankelijk is van den wind en dat kan een geweldig verschil maken, al naar gelang de wind toe of af is. In de kom heeft men thans 2 sirenes, 1 op den toren van het stadhuis, de andere op de Am- bachtsschool. Inderdaad is het voorgekomen, dat de sirene op het stadhuis aan de Schelde- kade n-iet gehoord werd. De heer LAMBREOHTSEN VAN RITTHEM stemt toe, dat men, evenals in Engeland, ook in ons land in verschillende plaatsen nadeel ondervindt van den wind. Men heeft ech-ter all-erlei alarminrichtingen zoo heeft spreker een sirene gezien, die -aan een fiets was beves- tigd en door de firma Voigt werd geleverd. De VOORZITTER antwoordt, dat hiermede verschillende proeven genomen zijn, zoo o.a. een sirene of de fiets, -een achterop den uitlaat van een auto, enz. Doch het eerste kost veel te veel tijd en indien -er gealarm-eerd moet worden, moet dit a la minute -gaan. De sirene aan een fiets vergt veel te veel tijd. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM meent, dat de Voorzitter het toch wel met hem eens zal zijn, dat het beter is iets te hoo- ren dan niets. De VOORZITTER merkt op, dat men sirenes heeft in allerlei uitvoeringen, electri- sche, die ook met handkracht kunnen bewogen worden, sirenes, die op 'n motor loopen, enz. De sirene op -de Ambachtsschool is er een, die op een motor loopt, doch die heeft weer het nadeel, dat ze niet naar boven is gericht, doch horizontaal staat. Thans diraait deze op een rail, zoodat hiermede een volledige cirkel wordt gemaakt. Bij de laatste proefneming is gebleken, dat dit een geweldig verschil maakt. Er wordt voortd-urend getracht de organisatie zoovel mogelijk te vervolmaken. Zoo hebben thans de hul-pdiensten een eigen telefoonverbinding -gekregen, die onafhanlre- lijk is van het telefoonn-et. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM wijst er op, dat men zijn opmerking niet moet beschouwen als een aanmer,kin-g. De VOORZITTER geeft te k-ennen, dat het probleem der alarmeering een zeer moeilijk probleem is. Indien men in de buurt van de Scheldekade een sirene zou plaatsen, gaat er, naar geilang van de windrichting, weer hee1 wat van het geluid verloren. De heer COLSEN vraagt, wat zoo'n sirene kost. -» De VOORZITTER antwoordt, dat men ze in verschillende prijzen heeft. Bij heel bijzondere uitzondering en door de hulp van de Am bachtsschool heeft men er daar een gekregen, die op een motor loopt. Ook zijn er sirenes die op het electriseh net aangesloten worden. Wat die si-rene op de Ambachtsschool betreft. die uit Duitschland is gekomen, deze heeft men gekregen voor ongeyeer 400. Dat is heel goedkoop, want in den vrijen handel kosten deze 600 a /700. Hij sluit de vergadering. e

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 6