Buitenland
INVOERPRIJS VERSCHIL ROGGE EN
ROGGEMEEL EN DENATURATIESTEUN
ROGGE.
VERVOER EN AFLEVERING VAN
ZADEN EN VOEDINGSMIDDELEN.
HAMSTEREN VAN VET ONNOODIG.
AANSCHAFFING VAN LUCHTDOEL-
GESOHUT.
NEUTRALE STATEN IN EUROPA.
Volledig neutraal zijn tot dusverre in
Europa Nederland, Belgie, Luxemburg, Zwit-
serland, Denemarken, Noorwegen, Zweden,
Finland, de Baltische en de Balkanlanden,
Turkije, Portugal, Spanje, Hongarije; en tot
op heden ook Italie en Rusland.
Enkelen zijn volkomen, anderen welwillend-
neutraal, al naar hun sympathieen.
Op de Oslostaten na is er geen bond van
neutralen; bet Oslo-verband is zelfs politiek-
zwak te noemen.
Wij vememen van bevoegde zijde, dat bet
invoerprijsverschil op rogge en roggemeel,
voor bet tijdvak van 3 tot en met 9 Septem
ber 1939, beboudens tusscbentijdscbe wijziging,
is vastgesteld op /4,85 per 100 kg.
De denaturatiesteun voor rogge, gedenatu-
reerd op 28 Augustus 1939 bedraagt 1,45 per
100 kg.
Zooals reeds bekend is gemaakt, is de dena-
turatie met ingang van 29 Augustus tot nader
bericht opgeschort.
Van bevoegde zijde wordt vernomen, dat
bet vervoer en de aflevering van suikerbieten-
zaad, voederbieten, mangel- en wortelzaad,
radijszaad, spinaziezaad, graszaad, klaver-
zaad, lucerne, spurrie, knolzaad, wortelzaad,
(incl. zaad van tuinbouwwortelen), met in
gang van 1 September geheel vrij zijn.
Aflevering en vervoer van partijen maizena,
bak- en puddingpoeders, custard en derge-
lijke, sago (korrels), ongedenatureerde glucose
(blanke stroop), keukenstroop, zwarte stroop
en rietsuikerstroop, massee, dextrine, dex
trose, plantaardige lijrn, boekweitgrutten,
zoomede griesmeel van rijst (gekleurd en on-
gekleurdj bestemd voor wederverkoopers
zijn, eveneens met ingang van 1 September,
van bet afleverings- en vervoerverbod vrij-
gesteld, mits bet normale boeveelbeden be-
trefit, bestemd voor gebruikelijke afnemers.
Behoudens de bepalingen kracbtens de prijs-
opdrijvings- en bamsterwet 1939, boudende
onder meer het verbod om zich in een week
meer te verschaffen, dan men in een week-
pleegt te verbruiken, zijn in bet algemeen af
levering aan en vervoer naar den uiteindelij-
ken verbruiker van z.g. consumptiegoederen
van bet afleverings- en vervoersverbod vrij-
gesteld. Een uitzondering vormen vnl. de
volgende artikelen, waarvoor geldt, dat afle
vering aan en vervoer naar den uiteindelijken
verbruiker slechts is toegestaan voor hoe-
veelbeden, welke het bij elk product of elke
groep producten vermelde kwantum niet te
boven gaan.
Deze artikelen zijn: Paddi of voerrijst 5 kg;
tarwegriesmeel, bak- en puddingpoeders,
custard, alsmede gerstebloem, tezamen tot een
hoeveelheid van 1 kg; griesmeel van rijst
(gekl. en ongekl.) 1 kg; stijfsel en stijfsel-
poeder tezamen 1 kg; gemengde koekjes,
brokjes, meel, opfokvoeders, ochtendvoer en
kippenvoer, tezamen tot een boeveelbeid van
5 kg; ondermelk- en melkpoeder, tezamen tot
een hoeveelheid van 25 kg; kippen-, bonden-
en kattenbrood, tezamen tot een boeveelbeid
van 5 k,g; stropen en bijproducten der sui-
kerbereiding, tezamen tot een boeveelbeid
van 2 kg; honing en kunsthoning 2 kg;
aardappelmeel 1 kg; sago (korrels) 1 kg;
boekweitgrutten 1 kg.
De in deze opsomming vermelde hoeveel-
heden gelden niet, voor zoover vervoer en af
levering van daarin vermelde producten plaats
vindt met betrekking tot meer dan een adres
en deze producten verpakt zijn op een wijze,
welke bet aannemelijk maakt, dat elke afle
vering de voor elk der laatstbedoelde produc
ten vastgestelde hoeveelbeden niet te boven
gaat.
Voor de goede orde wordt er de aandacht
op gevestigd, dat voor ongerepeld, gerepeld,
geroot en gezwingeld vlas (vlaslint) alsmede
voor gezwingelde lokken en snuit geen be
en verwerkingsverbod geldt en hiervoor even-
min een verbod van aflevering en vervoer is
afgekondigd.
VOORZIENING MET VEEVOEDER.
Naar de N. R. Crt. van bevoegde zijde ver-
neemt, stelt de regeering zich bij de uitvoe-
ring van diverse maatregelen op bet gebied
van de veevoedervoorziening op bet stand-
punt, dat de bestaande .handelskanalen zooveel
mogelijk ingeschakeld dienen te blijven.
De veebouders zijn dus volkomen vrij in
hun keus- van den bandelaar of cooperatieve
vereeniging, van wien of waarvan zij hun vee-
voeder wenschen te betrekken.
ADRESWIJZIGING RIJKSBUREAU VOOR
RUBBER.
Van de zijde van het ministerie van oecono-
miscbe zaken wordt medegedeeld, dat bet
rijksbureau voor rubber ingesteld bij ministe-
rieele beschikking d.d. 31 Augustus 1939, met
ingang van 4 September a.s. niet meer zal
zijn gevestigd Bezuidenboutscbeweg 30, te
's-Gravenhage, doch zal zijn verplaatst naar
Amsterdam, Heerengracht 182, telefoon 49424.
Alle aanvragen om vergunning voor de ver-
werking, den verkoop, de aflevering of het
vervoer van rubber en voor den verkoop, de
aflevering of het vervoer van oude en nieuwe
autobanden dienen dus te worden gericht tot
dit nieuwe adres te Amsterdam.
ER ZAL IN NEDERLAND GEEN HONGER
GELEDEN WORDEN.
Minister Steenberghe herhaalt
Treub's uitspraak.
Wjij hebben, zegt „Het Volksblad", den
Minister van Economische Zaken, Mr. Steen
berghe, verzocht, ons een vraaggesprek toe
te staan over de voedselvoorziening in
Nederland. Ondanks zijn drukke werkzaam-
heden was de minister bereid, ons te woord
te staan, doch hij verklaarde aanstonds, dat
een vraaggesprek bierover niet kon worden
verleend.
,,Mededeelingen mijnerzijds over dit, het
geheele volk rakende, onderwerp", aldus de
minister, ,,behooren in de eerste plaats aan
de Staten-Generaal te geschieden en voorts
aan bet geheele Nederlandscbe volk, hetgeen
publicatie in de geheele pers moet mede-
brengen.
Voorts is de uitvoering hoewel alles ge-
reed is en tot nu toe uitstekend verloopt
nog in een dergelijk beginstadium, dat dit
oogenblik zeker niet geschikt is om mede-
deelingen over de organisatie in ruimeren
kring te doen. Tenslotte zal van het verloop
van de internationale omstandigheden, waar
van ik bet beste hoop, afhangen, in welke
mate de maatregelen zullen moeten worden
voortgezet."
Wij verzochten den minister, ons althans
op een vraag te antwoorden, namelijk, of nu
ook de uitspraak kan worden gedaan, welke
minister Treub in Augustus 1914 deed: „Er
zal in Nederland geen honger worden ge-
leden". De minister antwoordde ons bierop,
dat bij in voile gerustheid ook thans deze ver-
klaring kon afleggen. ,,Dit is", zoo zei de
minister, „ook zeer begrijpelijk, aangezien de
regeering, in tegensteliing tot 1914, over een
ruime voorbereidingstijd beeft beschikt."
De minister voegde hieraan nog toe, dat
bij de verdere uitvoering der verschillende
maatregelen de eensgezinde medewerking van
het geheele Nederlandsche volk noodig is.
EEN RIJKSBUREAU VOOR STEENKOLEN
EN HOUT INGESTELD.
Teneinde ook ten aanzien van de voorzie-
ning met vaste brandstoffen en met bout
voor verschillende doeleinden op alle mogelijk-
heden te zijn voorbereid, is de Minister van
Oeconomiscbe Zaken, gebruik makende van de
bem verleende wettelijke bavoegdheden, over-
gegaan tot het instellen van een rijkskolen-
bureau en een rijksbureau voor bout.
'Het rijkskolenbureau is gevestigd: Carne-
gielaan 12 te 's-Gravenhage (telefoon 390122).
Tot directeur is benoemd de heer J. G. Ph.
Looman. Het rijksbureau voor hout staat
onder leiding van den beer F. B. J. Gips en is
gevestigd te 's-Gravenhage, Oranjestraat 9
(telefoon 117224).
De beide bureaux hebben in de eerste plaats
tot taak de positie ten aanzien van de voor-
ziening met vaste brandstoffen en hout te
onderzoeken, met name door bet inventari-
seeren der voorraden. De aandacht wordt er
op gevestigd, dat de instelling van genoemde
bureaux voorshands nog niet gepaard gaat
met eenigerlei distributie-regeling.
REGELING VOOR ZAAIGRANEN
Van fcevoegde zijde vernemen wij, dat
in verband met bet geldende vervoerverbod
voor granen, een regeling is getroffen om bet
vervoer van wintertarwe, winterrogge en win-
tergerst, bestemd voor den uitzaai, zooveel
mogelijk doorgang te doen vinden.
Het vervoer van deze zaaigranen naar schoo-
ningsinrichtingen en opslagplaatsen en bet
vervoer dezer granen van die inrichtingen
en opslagplaatsen naar de boerderrj terug, kan
geschieden op door de controleurs der gewes-
teliijke keuringsdiensten van den Nederland-
schen algemeenen keuringsdienst te Wage-
ningen af te geven vervoerbewijzen. Tot de
afgifte dier bewijzen hebben de provinciale
voedselcommissarissen aan de bedoelde con
troleurs macbtiging verleend. Van deze rege
ling is slecbts uitgezonderd de niette velde
goedgekeurde zaairogge.
De teler, die zaaigranen wenscht te betrek
ken, dient zich bij den plaatselijken bureau-
bouder van het district, waarin hij woonacbtig
is, te voorzien van een bestelbon. De door
hem aangevraagde boeveelbeid zaaigranen,
moet in overeenstemming zijn met de grootte
en den aard van zijn bedrijf. De teler geeft
den bestelbon af aan dengene, van wien bij
de. zaaigranen betrekt, die op zijn beurt tegen
afgifte van dien bon een vervoerbewijs bij den
plaatselijken bureauhouder van zijn district
kan verkrijgen.
De aandacbt wordt er op gevestigd, dat de
teler of kweeker alleen zaaigranen zal mogen
betrekken van een anderen teler of kweeker
van goedgekeurde zaden en alleen van een
bandelaar of cooperatie, met wie de Neder
landscbe akkerbouwcentrale te 's-Gravenhage
een overeenkomst beeft aangegaan.
De handelaren of cooperaties worden onder-
scbeiden in diegene, die uitsluitend de van
een plombe voorziene zaaigranen zullen mogen
koopen en diegenien, die, behalve de even-
bedoelde, ook ongescboonde zaaigranen zullen
mogen betrekken, waarvan de bewerking dan
zal moeten plaats vinden onder toezicht van
den Nederlandscben algemeenen keurings
dienst. Beide groepen zullen echter alleen
geplombeerde granen mogen afleveren.
Behalve de reeds bestaande plombe van den
N.A.K. zal dan oo.k voor de niet te velde
goedgekeurde zaaigranen een speciale plom
be, eeni zoogenaamde V.V.O.-plombe, worden
ingesteld, welke eveneens door de controleurs
van den Nederlandschen algemeenen keu
ringsdienst zal worden aangebracbt.
De handelaren of cooperaties zullen zich
voor de aanschaffing van zaaigranen dienen
te voorzien van aankoopmachtigingen, welke
worden verstrekt door of namens de provin
ciale voedselcommissarissen, die deze machti-
gingen alleen zullen afgeven aan die hande
laren of cooperaties, die een overeenkomst
als bovenbedoeld, met de Nederlandscbe
akkerbouwcentrale hebben aangegaan.
Voorts ligt bet in de bedoeling, bet vervoer
van monsterzendingen, tot een hoeveelheid
van ten hoogste 3 kg. aan de gewestelijke
keuringsdiensten van den Nederlandschen
algemeenen keuringsdienst, het rijks-proef-
station voor zaadcontrole te Wageningen, den
plantenziektenkundigen Dienst te Wageningen
en het secretariaat van den Nederlandscben
Algemeenen Keuringsdienst te Wageningen,
vrij te laten.
Ten slotte wordt nog medegedeeld, dat de
importeur zich voor ingevoerde partijen moet
wenden tot den voedselcommissaris zijner
provincie, teneinde een vervoerbewijs te
verkrijgen.
DE REGELING VAN DE PERSONEELE
BELASTING.
De K.N.A.C. en de A.N.W.B. deelen mede,
dat ingevolge de Wet op de personeeel belas-
ting zij, die zijn of zullen worden aangeslagen
in de personeble belasting voor motorrijtui-
gen, vaartuigen of paarden, welke thans door
door bet rijk zijn gevorderd, ontheffing dier
belasting kunnen verkrijgen over de voile
maanden van het jaar, die sinds die vordering
nog niet waren ingetreden. Deze ontheffing
wordt slecbts verleend voorzoover in den loop
van het jaar geeh andere motorrijtuigen, vaar
tuigen of paarden worden aangeschaft.
Van de afscbaffing der motorrijtuigen, vaar
tuigen of paarden door den verkoop aan het
rijk dien binnen zes weken aangifte te worden
gedaan bij den inspecteur der directe bela->
tingen, in wiens inspectie de aanslag is vast-*
gesteld. De uitspraak op een zoodanige aan
gifte, kan worden uitgesteld tot na afloop van
het belastingjaar, dus tot na 31 December
a.s. Men dient dus ook na indiening van bet
verzoek om ontheffing eerst de nog restee-
rende termijnen van den belastingaanslag tc
voloden en verder de beslissimg van den in
specteur af te wachten.
De wettelijke bepalingen brengen mede, dat
diegenen, wier motorrijtuigen, vaartuigen of
paarden thans zijn gevorderd, en die bijv. in
December tot aanschaffing van andere over-
gaan, tocb over de tusschenliggende periode
personeele belasting voor deze objecten moe
ten betalen. Ten aanzien van dozen regel, die
als onbillijk wordt gevoeld, nu velen geheel
buiten bun eigen wil van bun eigendom af-
stand moesten doen, zijn de K.N.A.C. en de
A.N.W.B. dilligent teneinde een betere voor-
ziening te verkrijgen. Eveneens zullen deze
vereenigingen de mogelijkheid onder het oog
zien, gedeeltelijke ontheffing van belasting te
verkrijgen voor motorrijtuigen, welke niet
meer in gebruik zijn, doordat de eigenaar of
houder werd gemobiliseerd. Volgens de wette
lijke bepalingen kan voor zulke motorrijtuigen
die buiten gebruik zijn gesteld, doch in bezit
van den belastingplichtige blijven, alleen ont
heffing worden verleend indien bet voertuig
bet geheele jaar buiten gebruik is en daarvan
voor 15 Januari van het belastingjaar aan den
betreffenden inspecteur der directe belastin-
gen mededeeling wordt gedaan.
Tenslotte vestigen de K.N.A.C. en de A.N.
W.B. er de aandacbt op, dat zij, die voor een
gevorderd motorrijtuig, vaartuig of paard een
ander in gebruik namen, waarvoor door hen
nog geen belastingaangifte was gedaan, daar
van binnen 14 dagen na de ingebruikneming
aangifte op de gewone formulieren voor de
personeele belasting moet worden gedaan,
onder vermelding, dat het voertuig, vaartuig
of paard, waarvoor eerder aangifte werd ge
daan, is afgeschaft.
Het bureau van den Ned Slagersbond wijst
het publiek erop, dat het zelf medehelpt, de
prijzen van het rundvet te verhoogen door
extra-voorraden in te slaan.
Er is niet de minste reden om zich over
de vetvoorziening zorg te maken.
De bond adviseert dan ook aan de slagers,
niet meer vet te verkoopen dan voor normaal
gebruik noodig is.
Teneinde de stad en de burgerij zoo goed
mogelijk te beschermen tegen bet gevaar bij
luchtovervallen, stellen B. en W. van Utrecht
den raad voor te besluiten, dat voor aanschaf
fing van luchtafweergeschut een bedrag van
f 900.000 beschikbaar wordt gesteld.
Daarbij gaat zij er van uit, dat bij de eerste
bestelling tot een bedrag van 300.000 ge-
rekend wordt op een garantie van de provincie
tot een bedrag van f 100.000, waarvoor een
toestemming van Ged. Staten is verkregen,
welk bedrag naar B. en W. hopen bij ver-
wezenlijkirug van het geheele plan, hetzij door
bijdragen van de provincie zelf, hetzij door
bijdragen van de omliggende gemeenten ver-
hooging zal ondergaan.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor het gebied Utrecht heeft in principe voor
dit doel een bijdrage van de industrieen en
bedrijven van f 300.000 beschikbaar gesteld
van welk bedrag reeds pl.m. 200.000 is bij-
eengebracht.
DE OVERGANG NAAR DE AANVULLINGS-
RESERVE.
De overgang naar de aanvullingsreserve van
de gewone dienstplichtigen van de landmacht,
die daarvoor dit jaar aan de beurt zijn en het
zij behooren tot de lichting 1924, hetzij de
eerste oefening hebben beeindigd met een
ploeg van deze lichting, zal niet plaats heb
ben op 1 October a.s. Nader wordt bepaald
op welken datum deze overgang zal geschie
den. In verband hiermede leveren deze dienst
plichtigen de aan hen verstrekte rijksgoederen
voorshands niet in.
De overgang naar de aanvullingsreserve
van dienstplichtigen van de zeemacht zal
daarentegen op 1 October plaats hebben op
de gewone wijze, zooals omschreven is in de
beschikking van den Minister van Defensie
van 5 Juni j.l. De aandacht wordt erop ge
vestigd, dat aan dienstplichtigen van de zee
macht de uitrustingsgoederen in eigendom
worden verstrekt, zoodat geen inlevering van
deze goederen plaats heeft.
TIJDELIJKE WIJZIGING RIJTIJDEN-
BESLUIT.
De Minister van Sociale Zaken heeft be
paald voor alle bestuurders van vrachtauto's
in alle gemeenten des rijks, dat van 3 tot en
met 16 September a.s. ontheffing wordt ver
leend van het bepaalde bij de artikelen 25
26, 29, 30 en 32 van het Rijtijdenbesluit, zoo
dat:
le. een werktijd niet meer dan 14 uren;
2e. de gezamenlijke duur van de in een
week vallende werktijden en gedeelten van
werktijden, niet meer dan 72 uren;
3e. een aiensttijd hiet meer dan 16 uren
mag bedragen;
4e. dat een tusschen twee opeenvolgende
diensttijden gelegen rusttijd ten minste 10
uren moeten bedragen.
DE LUCHTDIENST OP INDIE GESTAAKT
Hiertoe genoodzaakt door de in verschil
lende landen uitgevaardigde vliegverboden
heeft de K. L. M. moeten besluiten Zaterdag
het vertrek van het Indie-vliegtuig niet te
doen plaats vinden.
Alle post wordt thans per mailschip ver-
zonden. De post wordt te Amsterdam reap
te Rotterdam aan boord gebracht. Betreffende
de vaarroute der mailschepen staat nog niets
vast. Het is echter zeker, dat geen enkele
Middellandsche Zeehaven kan worden aange-
daan.
DE BARKERS MOGEN OP ZONDAG
BARKEN VOOR DE MILITAIREN.
De regeeringspersdienst meldt:
De Minister van Sociale Zaken, heeft goed-
gevonden te vergunnen, dat voor zoover dit
in verband met door of namens den Minister
van Defensie verstrekte opdrachten noodig is,
in het belang van de verzorging van krrjgs-
volk, in broodbakkerijen, zulks in afwijking
van het bepaalde bij de betrokken artikelen
der Arbeidswet 1919, door hoofden en be
stuurders en door bakkersgezellen, bakkers-
arbeid wordt verricht tusschen Zaterdag 2
September 1939, des namiddags te 8 uur en
Maandag 4 September 1939, des voormiddags
te 5 uur.
acties tegen hoogere dan tot dusverre gelden
de prijzen onthoudt.
De minister zal niet aarzelen de gevolgen
van al dergelijke transacties, welke schadelijk
zijn voor het algemeen belang, met behulp
van de ter beschikking van de regeering
staande wettelijke bevoegdheden, ongedaan te
maken.
VERZOEKEN AAN ONS LAND OM
WAARNEMING VAN BELANGEN VAN
ENKELE STATEN INGEVAL VAN
EEN GEWAPEND CONFLICT.
Naar gemeld wordt, zijn van enkele staten
bij de Nederlandsche regeering verzoeken
binnengekomen, evenals trouwens bij andere
buiten het dreigende conflict staande staten,
om in geval van een gewapend conflict de
belangen dezer landen waar te nemen, indien
zij in het conflict zouden worden betrokken.
De aandcaht mag er op gevestigd worden,
dat ook in den oorlog van 19141918 de
Nederlandsche regeering de belangen van bel-
ligerenten heeft waargenomen.
ZEER ZUINIG ZIJN MET BENZINE.
Voor het behoud van een goeden gang van
zaken in de tegenwoordige omstandigheden,
vestigt het ministerie van Economische Zaken
de aandacht op het volgende:
Op het oogenblik wordt de laatste hand ge-
legd aan een regeling, welke een redelijke
voorziening van de verschillende behoeften
aan benzine in de naaste toekomst kan ver-
zekeren. De houders van motorrijtuigen kun
nen er intusschen op belangrijke wijze aan
medewerken om ingrijpende maatregelen te
voorkomen. Deze medewerking kunnen zij
verleenen door het betrachten van groote zui-
nigheid.
Op deze categorie van benzineverbruikers
wordt daarom het beroep gedaan om elk niet
noodzakelijk gebruik, ongeaoht voor zaken- of
voor prive-doeleinden, van hun auto of motor-
rijwiel achterwege te laten. Ook moeten er
geen onnoodige eischen worden gesteld aan
anderen b.v. aan leveranciers, waardoor ge
bruik van het motorrijtuig moet worden ge
maakt.
Indien binnen eenige dagen zou blijken, dat
deze oproep niet het gewenschte resultaat
heeft, zal op korten termijn tot het nemen
van ingrijpende maatregelen moeten worden
overgegaan.
„AAN HET NAZI-REGIME MOET EEN
EINDE KOMEN", ZEIDE CHAMBERLAIN
IN HET LAGERHUIS.
Terwijl de sirenen loeiden en voor het eerst
Londen tegen een luchtaanval waarschuw-
den, kwam, meldt ,,De Oourant", Zondag het
Lagerhuis bijeen om Chamberlain's verkla-
ring aan te hooren. De eerste zinnen, die de
premier uitsprak, gingen verloren in het ge-
loei van de alarmseinen.
Luide toegejuicht door alle leden van het
Huis, zeide Chamberlain het volgende:
,,Toen ik gisteravond het woord tot het
Huis richtte, moest ik mij er wel van bewust
zijn, dat bij sommigen twijfel of verbijstering
bestond ten aanzien van de vraag of er aar-
zeling of wankeling aan den kant van de
regeering was geweest. Wanneer ik in dezelf-
de positie geweest was als de leden en niet
in het bezit van alle inliohtingen, zou ik van
hetzelfde gevoelen kunnen zijn.
Wij hebben gisteren den geheelen dag over-
leg gepleegd met de .Fransche regeering en
wij waren van oordeel, dat het nog krachti-
ger optreden van de Duitschers tegen Polen
geen vertraging gedoogde in de verduidelij-
king van onze positie.
In overeenstemming daarmede besloot ik,
onzen ambassadeur te Berlijn instructies te
zenden, om hedenmorgen om negen uur aan
den Duitschen minister van Buitenlandsche
Zaken een boodschap te overhandigen, welke
luidt als volgt:
„Mijnheer; in de mededeeling, die ik de
eer had u op 1 September te overhandigen,
stelde ik u er van in kennis, op instructies
van den Britschen minister van Buitenland
sche Zaken, dat, tenzij de Duitsche regeering
bereid was, bevredigende verzekeringen te
geven, dat zij iedere agressieve actie tegen
Polen zou opschorten en bereid was, met
spoed haar troepen terug te trekken van het
'Poolsche gebied, de Britsche regeering in het
Vereenigde Koninkrijk zonder aarzeling hare
verplichtingen jegens Polen zou nakomen."
„Ofschoon deze mededeeling ruim 24 uur
geleden is gedaan, is geen antwoord ontvan-
gen. De Duitsche aanvallen op Polen werden
voortgezet en namen in hevigheid toe."
„In overeenstemming hiermede moet ik u
mededeelen, dat, tenzij niet later dan elf uur
Britschen zomertijd, heden, 3 September be
vredigende verzekeringen betreffende het
bovenstaande door de Duitsche regeering ge-
geven en door de Britsche regeering te Lon
den ontvangen zijn, tusschen beide landen,
vanaf het bovengenoemde uur, de staat van
oorlog zou bestaan."
ENGELAND EERBIEDIGT ONZE
ONZIJDIGHEID.
De Regeeringspersdienst meldt:
„Naar de Britsche regeering aan de Neder
landsche regeering heSft verklaard is zij in ge
val van Europeesche oorlog mocht uitbreken
en Nederland daarin een onzijdige houding
aanneemt, vast besloten, die onzijdigheid over-
eenkomstig haar traditioneel beleid ten voile
te eerbiedigen, mits die onzijdigheid ook door
andere mogendheden geeerbiedigd wordt."
WAARSCHU WIN G TEGEN
PRIJSOPDRIJVING.
De minister van Economische Zaken brengt
het volgende ter kennis van het bedrijfsleven
'De thans ingetreden internationale toestand
zal de reeds bestaande moeilijkheden voor het
bedrijfsleven ongetwijfeld vergrooten. Zooals
bekend, is gedurende de laatste weken reeds
een complex van maatregelen getroffen, dat
er op gericht is aan den toestand het hoofd
te bieden. Er wordt door de betrokken instan-
ties onafge'broken gewerkt aan het verder
aanvullen van deze regelingen, ten einde een
goed mogelijk functionneeren van de
in al haar geledingen te
zoo
volkshuishouding
verzekeren.
Men kan evenwel niet verwachten, dat aan
stonds aan alle moeilijkheden kan worden te
gemoet gekomen. Om de werkzaamheden van
het reeds zwaar belaste ambtelijke apparaat
niet te bemoeilijken, wordt met nadruk ver
zocht, in ieder geval de eerstkomende dagen
het telefonisch, telegrafisch en schriftelijk
contact met het departement tot het uiterste
te beperken.
Het is voorts dringend gewenscht, dat het
bedrijfsleven zich, in afwachting van nog ver
dere door de regeering te treffen maatregelen
van elke abnormale transactie en van trans-
Geen belofte van dien aard, aldus vervolg-
de Chamberlain, was op het aangeduide tijd-
stip ontvangen en bijgevolg verkeert dit land
thans in oorlog met Duitschland.
Ik kan het Lagerhuis er van in kennis
stellen, dat, volgens de afspraken, welke tus
schen de Engelsche en Fransche regeeringen
gemaakt zijn, de Fransche ambassadeur in
Berlijn op dit oogenblik een soortgelijke demar.
che onderneemt, welke eveneens vergezeld
gaat van een bepaalde tijdslimiet. Het Huis
is op de hoogte gebracht van onze plannen
en, gelijk ik reeds gezegd heb, wij zijn gereed.
Het is een droeve dag voor ons alien, maar
voor niemand is de dag droever dan voor mij.
Alles, zoo vervolgde Chamberlain, waarvoor
ik gewerkt heb, waarop ik hoopt heb en waar
in ik geloofd heb gedurende mijn openbare
leven, is in puin gestort. Het eenige, dat
voor mij is overgebleven, is, na te gaan, welk
vermogen ik bezit voor de overwinning van
onze zaak. Ik kan niet zeggen, welke rol
ik wellicht zal mogen spelen, maar ik ver-
trouw, dat ik den dag zal mogen aanschou-
wen, waarop het 'Hitlerdom vernietigd is.
(luide algemeene toejuichingen) en waarop
een bevrijd Europa is hersteld. (Opnieuw
luide toejuichingen).
De Labour-leider, Greenwood, die eveneens
met algemeene toejuichingen werd begroet,
wees op de gewijzigde atmosfeer in het Lager
huis. Hij voegde hier aan toe: „Er is wrok
gevoeld en er heerschten gisteravond onge-
rustheid en woede bij de gedachte, dat het
uitstel zou kunnen uitloopen op nationale on-
eer en opoffering van het Poolsche volk aan
de Duitsche tirannie. Thans, zoo voegde
Greenwood hier aan toe, komen wij bij elkan-
der in een volkomen verschillende sfeer, n.l.
een sfeer van opluchting, kalmte en vast-
beradenheid.
De onduldbare beklemming der onzekerheia
is voorbij. Wij weten thans het ergste. Het
gehate woord „oorlog" is door Engeland uit-
gesproken ter nakoming van zijn belofte en
zijn onwrikbare voornemens, om de vrijheden
van Europa te verdedigen. Wij hebben meer
gehoord dan het udtgesproken woord oorlog".
Wij hebben den oorlog hooren beginnen buiten
de omheining van dit huis. Wij mogen hulde
brengen aan de groote zeifbeheersching, die
Polen getoond heeft gedurende de afgeloopen
weken. (Algemeene toejuichingen).
Na Polen nogmaals gehuldigd te hebben
zeide Greenwood, dat de Polen alleen hadden
gestaan aan de portalen der beschaving, ter
verdediging van „ons en alle vrije naties en
van alles, waaraan wij hechten en wat ons
dierbaar was.'"
„Wij begroeten Polen als een kameraad,
dien wij niet in den steek zullen laten. Tot
Polen zeggen wij Onze harten zijn met u en
met onze har'ten geheel onze macht, tot den
terugkeer van den vrede. Het nationaal-
socialisme moet definitief omvergeworpen
worden".
De eerste-minister aldus ging Greenwood
verder heeft zijn woord gegeven, dat dit
zoo zal zijn. Zoolang dat doel met krachit,
vooruitziendheid en vastberadenheid door de
regeering wordt nagestreefd, zoolang zal er
een eensgezinde natie zijn (toejuichingen).
Mochten er echter verwarde raadgevingen,
ondoelmatigheid en aarzeling bestaan, dan
moeten andere mannen geroepen worden.
Ten slotte, na opnieuw den steun van Labour
te hebben bevestigd aan de noodmaatregelen
der regeering, verklaarde Greenwood1: In
andere ricihtingen zullen wij, naarmate wij
dlaartoe de gelegenheid krijgen, onze volledige
bijdrage geven aan de nationale zaak (toe
juichingen). Moge de oorlog snel en zeker zijn.
Na Greenwood nam de leider der liberale
oppositie, Sir Archibald Sinclair, het woord:
„Op dit ernstige oogenblik achten wij, die
geluisterd hebben naar de ontroerende rede
van den eerste-minister, het wenschelijk, hem
een betuiging van sympathie te doen geven.
(Toejuichingen). Doch wij zijn tevens in een
stemming van vastberadenheid en vastbeslo-
tenheid om tot het einde te volharden."
Sinclair sloot zich op warme wijze aan bij
de hulde, die Greenwood aan het Poolsche
volk en het Poolsche leger gebracht heeft.
Tevens bracht Sinclair warme hulde aan het
Fransche volk, waaraan hij toevoegde: ,,Wij
hebben zoo langen tijd zoo groote voorberei-
dingen getroffen voor de wors'teling, waarvoor
wij thans geplaatst zijn, dat wij thans geen
twijfel mogen koesteren aan de vastberaden
heid, waarmede het Fransche volk dezen strijd
opneemt.
Laat mij er hier slechts aan toevoegen, dat
de wereld moet weten, dat het Britsche volk
onverbiddelijk vastbesloten is, een einde te
maken aan de nationaal-socialistische over-
heersehing en een orde op te bouwen, geves-
stigd op rechtvaardigheid en vrijheid."
Hiema sprak Churchill:
„In dit plechtige uur, zoo zeide hij, zal het
een troost zijn, aan onze herhaalde pogingen
voor het behoud van den vrede, terug te den-
ken en daar even bij te verwijlen. Zij waren
alle onder een slecht gesternte geboren, maar
zijn alle trouw en oprecht geweest en dat is
van de hoogste moreele waarde. En niet al
leen van moreele waarde, maar ook van prac-
tische waarde «p het huidige oogenblik. Want
de van ganscher harte beloofde samenwerking
van tientallen millioenen mannen en vrouwen
is noodzakelijk."
ECONOMISCH EN PSYCHISCH
UITHOUDINGSVERMOGEN VAN
STRIJDENDE VOLKEN.
Europa is schrijft de N. R. Crt.
wederom in twee groepen verdeeld, welke
tegenover elkander staan en elkander met
militair geweld bedreigen. Hoe de machts-
verhoudingen tusschen deze groepen zijn, is
niet met een enkel woord te zeggen. De tijden
zijn reeds lang voorbij, dat men de macht van
een land kon afmeten aan de grootte van zijn
leger, aan de macht van zijn artillerie, schrijft
het Handelsblad.
In 1914 geloofde men nog aan een min of
meer Napoleontischen oorlog Van beweeg-
lijke legers en legerkorpsen, maar de praktijk
heeft spoedig geleerd, dat toen niet zoozeer
legers met elkander vochten, maar dat het
een uitputtingsoorlog werd van geheele vol-
ken, een totale oorlog, waarin het zuivere
militaire apparaat tenslotte slechts de voor-
hoede was en de totale arbeidskracht en het
totale uithoudingsvermogen die van de ach-
terblijvers, inclusief vrouwen en kinderen.
Naar algemeen gevoelen zal een nieuwe
oorlog in Europa tusschen de groote mogend-
heden in nog sterker mate den nadruk leg-
gen op de economische inspannipg en het
psychische uithoudingsvermogen van het volk
achter het front. De mogelijkheid, dat door
een Snellen, overrompelenden stoot van de
militaire macht van een van beide partijen,
een beslissing in korten tijd zou worden ge-
forceerd, schijnt men zelfs in militaire krin-
gen niet zoo groot te achten, althans in toe-
nemende mate hebben de generale staven zich
juist met de bestudeering van de totale oor-
logsvoering bezig gehouden. De voornaam-
ste factor in een komenden oorog is volgens
overste Hesse Van den Duitschen Generalen
Staf de mensch als soldaat, als arbeidskracht
en als verbruiker. Het zal er in den komen
den oorlog om gaan, zorg te dragen, dat het
volk de voor den oorlog noodige productie
kan leveren en tegelijkertijd bereid is zijn be
hoeften sterk in te krimpen, dat aan de
eischen van den oorlogsmoloch kan worden
voldaan.
Reeds de mobilisatie doet economische
schokken ontstaan: arbeidskrachten vallen
uit, het leven treedt plotseling met een zeer
groote en bijzondere vraag op. In geval van
oorlog krijgt de economische mobilisatie zelfs
een min of meer permanent karakter: in 1914
mobiliseerde Duitschland 3% millioen man,
maar binnen drie jaren was dit aantal ver-
drievoudigd. In totaal had het leger 13.250.000
man gemobiliseerd of 20.4 van de toen-
malige Duitsche bevolking'
Het wegvallen van millioenen van de meest
valide arbeiders uit het productieproces kan
niet anders dan een ontwrichting van het nor
male economische verkeer beteekenen. Boven-
dien zijn soldaten zeer groote verbruikers.
De physieke eischen die gesteld worden aan
den soldaat te velde, zijn zwaarder dan die aan
den normalen handarbeider worden gesteld.
Reeds voor vredestijd wordt in Duitschland
voor militairen op een behoefte van 3880 calo-
rieen per dag gerekend tegen een gemiddelde
van de burgerbevolking van 3160. Het jaar-
liiksch verbruik van vleesch door de militairen
bedroeg bijvoorbeeld in 1938 62.4 kg tegen een
gemiddelde van 37 kg per eenheid volgens
de berekening der kosten van levensondet-
houd. Hierbij komt natuurlijk nog, dat door
allerlei omstandigheden de levensmiddelen-
voorziening van een leger te velde niet vol
gens strikt economische regelen kan geschie-
Hoe groot de invloed van het onttrekken
van mannelijke arbeidskrachten aan het nor"
male productieproces kan zijn, moge hieruit
blijken dat voor het uitbreken van den oorlog
in Duitschland voor 100 gevraagde arbeids
krachten, 158 arbeiders beschikbaar waren, m
April 1915 nog slechts 100 en in October 1916
nog slechts 64. Ook zonder rekening te hou-
den met de productie van munitie, kanonnen