Ter Neuzensche Courant Arabella lie Versciirikkelijke Feuilleton Binnenland Buitenland Vrijdag 25 Augustus 1939 No. 9956 TWEEDE BLAD HET VOORZITTERS0HAP VAN DEN MINISTERRAAD. BI RG EM EESTERS VAN GROOTE GEMEENTEN TERUG VAN VACANTIE. RADIOREDE VAN DEN KONING DER BEEGEN. VAN DIENSTPLICHT. Uitspraak inzake vrijstelling. De Burgemeester van TERNEUZEN, brengt ter algemeene kennis, dat een uitspraak op aanvragen om vrijstelling van den Dienst- plicht, ter Secretarie dezer gemeente, voor een ieder ter image is nedergelegd. Tegen deze uitspraak kan binnen tien dagen na den dag van deze bekendmaking in beroep worden gekomen. a. door den ingeschrevene wien de uitspraak geldt of door diens wettelijke vertegen- woordiger. b. door elk der overige voor deze gemeente voor dezelfde lichting ingeschreven per- sonen of door hun wettelijke vertegen- woordigers. Het verzoekschrift moet met redenen om- kleed zijn. Het behoeft niet gezegeld te zijn. Het moet worden gericht aan de Koningin, docb worden ingediend bij den Burgemeester, ter secretarie dezer gemeente. De Burgemeester zorgt voor de doorzending. Terneuzen, den 24 Augustus 1989. De Burgemeester voomoemd, P. TELLEGEN. BUITENGEWONE OPROEPING in werkelijken dienst van gewone dienst plichtigen, van reserve-personeel, van niet in werkelijken dienst zijnde vrijwilligers en van burgerpersoneel bestemd voor de gemobili seerde weermacht als voorzorgsmaatregel V o oR-MOBILISATIE De Burgemeester van Terneuzen, roept in opdracbt van de regeering al het personeel, aangewezen voor opkomst bij vodr- mobilisatie, op, om zich met spoed in werke lijken dienst te begeven. TIJDSTIP VAN OPKOMST. a. voor ben, die onmiddellijk na aanplak- king van deze ,,openbare kennisgeving' in werkelijken dienst moeten komen: Onmiddellijk, dan wel per eerst komende reisgelegenheid, indien van een openbaar middel van vervoer gebruik moet worden gemaakt; b. voor de overigen op 25 Augustus 1939. Degenen, die om eenigerlei reden niet in het bezit zijn van een lastgeving (zie zakboekje), zijn verplicht zich te wenden tot den Burge meester van de gemeente, waarin zij woon- achtig zijn of, indien zulfcs niet mogelijk is, tot den Burgemeester der gemeente, waarin zij verblijven. De aandacht wordt erop gevestigd, dat deze „openbare kennisgeving" rechtens vol- doende is en derhalve dengene, die niet aan deze oproeping voldoet in verzuim stelt. Terneuzen, den 24 Augustus 1939. De Burgemeester voornoemd, P. TELLEGEN. VOORMOBILISATIE IN NEDEBLAND. De regeeringspersdienst meldt: De ontwikkeling van den intematronalen toestand heeft de regeering tot het inziciit gebracht, dat hoewel ons land geenszins is blootgesteld aan eenige bedreiging van welke zijde ook het niet is uitgesloten, dat. in de naaste toekomst ter handhaving van de neu- traliteit tot mobilisatie van de zee- en land- macht moet worden overgegaan. In verband hiermede heeft de regeering be- sloten tot eenige maatregelen (zoogenaamde voormobilisatie)welke de strekking hebben de legering en verpleging van hen, die even- tueel bij mobilisatie zullen worden opgeroepen, vcor te bereiden. De aanplakbiljetten aan de telegraafkanto- ren luiden: Aan het telegraafkantoor is een telegram ontvangen betreffende de buitengewone oproe ping van gewone dienstplichtigen, van reserve- personeel, van niet in werkelijken dienst zijn de vrijwilligers en van burger-personeel, be stemd voor de gemobiliseerde weermacht als voorzorgsmaatregel. Voormobilisatie. Tijdstip van opkomst: a. voor hen, die onmiddellijk na aanplak- king van de ,,openbare kennisgeving" voor oproeping tot opkomst, in werkelijken dienst EEN VROOLIJKE LIEFDESROMAN van Berta Buck. Vertaald door TEO DE WITTE. 24) Vervolg. „U had hem hier kunnen houden, indien u het zoo graag gewenscht had, miss Ames," zei het arme familielid plotseling met een harde, scherpe stem en een ongekende terug- houding. Want Peggy leed, zooals alleen een uiterst teruggetrokken meisje kan lijden, dat hope- loos verliefd is. Zij voelde sinds lang de bange zekerheid dat ze machteloos was door haar physieke onaantrekkelijkheid, die nog verhoogd werd door de bitterheid, dat ze nu een meisje op het tooneel zag verschijnen, dat in rijken overvloed de charmes bezat, die zij miste. Geen wonder dat ze ten slotte aan die smart ten offer viel. Eindelijk had ook haar stem den harden noot der Cattermole's gekregen. Er was een kwalijk verborgen vijandigheid in haar woorden, toen zij verder ging: ,,En dan nog miss Ames, zooveel reden om terneergedrukt te zijn heeft u heusch niet; u zult niet langer aan u zelf worden overge- laten. U weet trouwens maar al te goed dat..." de naam van ,,Eric" scheen in den ranken bleeken hals van het kleine lijderesje te blijven steken ...mijn neef aanstaan- den Dinsdag reeds overkomt. En dan zal het u niet aan allerlei amusementen ontbreken, is het wel?" Arabella's anders zoo vriendelijke en zachte blauwe oogen kregen ineens een staalharde uitdrukking. Ze keek de ander in stijgende verwondering aan. Zij had het bescheiden, ne- derige meisje, de Peggy, die altijd bereidvaar- dig was en nooit aan zich zelf scheen te den- ken, nog nooit in zoo'n stemming gezien. moeten komen: onmiddellijk, dan wel per eerstkomende reisgelegenheid, indien van een openbaar middel van vervoer gebruik moet worden gemaakt; b. voor de overigen op 25 Augustus 1939. Men raadplege de in de gemeente aange- plakte „openbare kennisgevingen". Men wordt uitgenoodigd, aan bovenstaand bericht zoo spoedig en zooveel mogelijk rucht- baarheid te geven. De tekst van de buitengewone oproepingen, die door de gemeentebesturen zijn aangeplakt, luidt als volgt: Buitengewone oproeping in werkelijken dienst van gewone dienstplichtigen, van reserve-personeel, van niet in werkelijken dienst zijnde vrijwilligers en van burgerperso neel, bestemd door de gemobiliseerde weer macht als voorzorgsmaatregel. Voor-mobilisatie. De burgemeester van roept, in opdracht van de regeering, al het personeel, aangewezen bij opkomst bij voor-mobilisatie, op om zich met spoed in werkelijken dienst te begeven. Tijdstip van opkomst: a. voor hen, die onmiddellijk na aanplak- king van deze „openbare kennisgeving" in werkelijken dienst moeten komen: onmiddel lijk, dan wel per eerstkomende reisgelegen heid, indien van een openbaar middel van ver voer gebruik moet worden gemaakt; b. voor de overigen op 25 Augustus 1939. Degenen, die om eenigerlei reden niet in het bezit zijn van een lastgeving, (zie zakboekje), zijn verplicht zich te wenden tot den burge meester van de gemeente, waarin zij woon- achtig zijn of, indien zulks niet mogelijk is, tot den burgemeester der gemeente, waarin zij' verblijven. De aandacht wordt er op gevestigd, dat deze ,,openbare kennisgeving" rechtens vol- doende is en derhalve dengene, die niet aan deze oproeping voldoet, in verzuim stelt. den 24 Augustus 1939. de burgemeester voomoemd, Eerste oefening bij de zeemacht. De regeeringspersdienst meldt: De Minister van Defensie heeft bepaald, dat de inlijving van dienstplichtigen bij de zee- macht op 28 Augustus a.s. tot nader order wordt uitgesteld. In verband hiermede moe ten de daarvoor aangewezen dienstplichtigen niet voldoen aan de oproeping tot opkomst op genoemden datum. Er zijn ook dienstplichtigen van de zee- macht, die reeds in een vorig jaar of bij. een vorige ploeg voor eerste oefening hadden moe ten opkomen, doch door genoten uitstel of om een andere reden deze oefening eveneens op 28 Augustus a.s. zouden aanvangen. Ook deze dienstplichtigen moeten voorloopig niet op komen, tenzij er een algemeene mobilisatie mocht plaats hebben. In dat geval zrjn zij ver plicht de aanwijzingen te volgen, die vermeld zijn in hun zakboekje. Beperking telefoongesprekken zeer gewenscht. De bestaande verkeersafwikkeling ten aan- zien van telefoongesprekken blijft voorloopig gehandhaafd. Intusschen wordt ieder drin- gend verzocht, zich bij het voeren van locale en interlocale gesprekken zoowel wat het aan- tal als wat den duur daarvan betreft tot het uiterste te beperken, daar anders van militaire zijde tot uitsluiting van een groot aantal tele- foonaansluitingen zou moeten worden over gegaan. ZEDELIJKE VERWILDERING VAN FABRIEKSMEISJES Het Tweede Kamerlid Woudenberg heeft aan den Minister van Sociale Zaken de vol- gende vragen gesteld: 'Heeft de minister kennis genomen van de mededeelingen, door Mgr. Frencken gedaan op de zomerbijeenkomst van ,,Brabantia Nos tra" te Roosendaal, betreffende de verhoudin- gen, waaronder fabrieksmeisjes in Zeeuwsch- Vlaanderen, Brabant en Limburg en in enkele streken in het Noorden des lands moeten arbeiden Heeft de minister met name kennis ge nomen van de uitspraak van Mgr. Frencken, dat de door hem geschetste toestanden tot een groote en vroegtijdige zedelijke en geeste- lijke verwording en verwildering leiden? Is het den minister bekend, dat Mgr. Fren cken het feit, dat zij op 14- tot 15-jarigen leeftijd op fabrieken moeten gaan werken, den zedelijken ondergang voor duizenden meisjes noemt? Is het den minister bekend, dat de bedoel- de meisjes bovendien door het heen en weer fietsen naar en van haar werk vaak werk- dagen van 10, 12, ja meer uren maken, waar- door zij in een toestand van oververmoeidheid en prikkelbaarheid geraken en alien zedelijken weerstand verliezen? Is de minister niet van meening, dat aan een en ander ten snelste een einde gemaakt dient te worden en is de minister bereid mede te deelen, welke maatregelen hij daartoe denkt te nemen, alsmede welke maatregelen hij ter- stond reeds heeft genomen? En ze zei snel, maar heel vriendelijk, met een koortsachtige haast, als wilde ze zoo vlug mogelijk een bang voorgevoel doen verdwij- nen: „Moet ik daaruit opmaken, dat je wilt zeg- gen, dat hij alleen voor mij naar „De Schuur" zal komen?" ,,Och kom, wat ben je onnoozel. Ligt dat er niet duimen dik op?" schreeuwde Peggy De- lamere bijna met een schellen valsehen lach. 'Sinds dienzelfden avond dat hij met dien jon- gen Wynstone de geheele familie te schande heeft gezet door in den salon zich met nie- mand anders bezig te houden" dan met hun nieuwe loge. Ik weet maar al te goed, dat Eric Cattermole sinds dien tijd aan niemand anders meer heeft gedacht dan aan jou alleen en dat heel die voorgewende vacantie niets anders ten doel heeft dan bij jou te kunnen zijn. Trouwens, dat behoef ik je toch zeker niet te zeggen, he. Denk je dat wij onze oogen in onze zakken hebben. Denk je dat ook wij die briefjes niet gezien hebben, die geregeld voor miss Araabella in de bus werden gevon- den." „Zeker, maar dat ging alleen maar over de liedjes, die hij voor mij wilde koopen in Lon- den, zooals hij me zelf beloofd had", zei miss Ames rustig, „en toen moest hij me weer eens schrijven, omdat ze uitverkocht waren en toen nog eens, dat ze binnen enkele dagen toch weer in herdruk zouden komen." „Och kind, dat zijn allemaal uitvluchten, dat waren ook voor hem maar smoesjes", riep de anders zoo waardige Peggy woedend uit. ,,'Dat waren al te doorzichtige trucjes om je weer eens te kunnen schrijven en dat van Eric, die nooit, maar dan ook nooit een briefje naar „De Schuur" heeft gezonden. Die zich be- paalt tot een telefoontje of een door zijn op- passers bezorgd telegram. En hij heeft je bon bons gezonden en later nog eens bloemen. Je denkt zeker, dat ik niets zie, als de post be zorgd wordt. Ik bedoel natuurlijk dat ieder- een het wel zien moest, toen de bedienden met die ongewoon groote pakketten naar je toe- kwamen. En de volgende week komt hij dus STEUN AAN AARDBEIENTELERS. Men meldt uit Den Haag: Nu de resultaten van den aardbeienoogst van dit jaar kunnen worden overzien, is ge- bleken, dat vele telers groote schade hebben geleden, daar door den schaarschen oogst zeer onbevredigende financieele uitkomsten zijn verkregen. Naar van bevoegde zijde gemeld wordt, heeft de Minister van Economische Zaken daarom besloten aan deze aardbeienkweekers over dezen oogst steun te verleenen. Daarbij zal uiteraard, ten einde een zoo bil- lijk mogelijke verdeeling van het voor steun beschikbare bedrag te bereiken, rekening wor den gehouden met de omstandigheid, dat de oogstresultaten bij de telers onderling zeer sterk uiteenloopen. GEVAREN VAN DE GRENSBEWAKING. ,,Het goedkoope succes van de uniform bij het zwakke geslacht ontaardt zoo licht en wordt een mine voor deugd en eer. Wij spo- ren derhalve de meisjes aan vooral ten op- zichte van de militairen haar naarstigheid, netheid en zedigheid te bewaren. Zij mogen bedenken, hoe lichtzinnig en onverantwoorde- lijk het is, een verkeering aan te knoopen met personen, die haar geheel en al vreemd zijn, die gewoonlijk maar korten tijd op dezelfde plaats verblijven, die vaak gebonden zijn door de banden van een huwelijk en niet zelden een ander geloof belijden. Wij vermanen vooral de ouders over hun kinderen te waken en niet toe te laten, dat deze hun geloof en goede zeden zoo roekeloos in gevaar brengen." Aldus luidt volgens het Vad. een gedeelte van den tekst van een waarsdrawing, die Zondag ond'er alle H.H. Missen in de kerken van Kerkrade en in verschillende in het dekenaat is voorgelezen, een brief van den deken van Kerkrade, de zeereerw. heer W. van Ormelingen, waarin hij er op wijst, dat de grensbewaking tengevolge van den gespan- nen toestand in Europa, gepaard met groote gevaren voor geloof en goede zeden niet slechts voor de militairen zelf, maar ook voor meisjes. VOOR DE GRENSTROEPEN IS DE VELDPOSTDIENST WEER IN WERKING. Ten behoeve van de bij de grensbeveiliging betrokken militairen is met ingang van giste- ren opnieuw de veldpostdienst in werking getreden. Veldpostkantoren zijn gevestigd te Gronin- gen, Apeldoorn, 's-Hertogenbosch en Maas tricht. Correspondentie voor genoemde militairen moet zijn voorzien van: de duidelijke aanwijzing „veldpost"; naam, voorletters en militairen rang van geadresseerde; het legeronderdeel (in bijzonderheden om- schreven) waartoe hij behoort of waarbij hij is gedetacheerd. Vermelding in het adres van de plaats waar het onderdeel is gelegerd, mag niet geschie- den; wel mag de naam van het betrokken veldpostkantoor worden toegevoegd, indien den afzender bekend is onder welken territo- rialen bevelhebber (Friesland, Overijssel, Noord-Brabant of Zuid-Dimburg) de geadres seerde behoort. Art. 2 van het reglement v/in orde voor den raad van ministers bepaalt, dat deze raad uit zijn midden voor den tijd van een jaar een voorzitter en ©en ondervoorzitter kiest. Als voorzitter fungeerde tot nu toe uiter aard Jhr. De Geer. De ondervoorzitter was nog niet aangewezen. Naar gemeld wordt, is tijdens de afwezigheid van Jhr. De Geer de Minister van Buitenlandsche Zaken, Mr. Klef- fens, als voorzitter opgetreden. In verband met den .gespannen internatio- nalen toestand heeft de Minister van Binnen- landsche Zaken het nuttig geoordeeld de bur- gemeesters van de groote en middelgroote gemeenten, die op het oogenblik met verlof zijn, te verzoeken terug te keeren. Dit verzoek dient uitsluitend als voorzorgsmaatregel ge zien te worden. Z. M. Koninig Leopold ni heeft Woensdag- avond voor den Belgischen omroepzender N.I.R. uit naam van alle hoofden van de Oslo- staten een radio-rede gehouden, die door de Nederlandsche zenders heruitgezonden werd. De officieele Nederlandsche tekst van de rede luidt als volgt: De verklaring, waarvan ik voorlezing ga doen, werd afgelegd in het paleis te Brussel in tegenwoordigheid van de ministers van buitenlandsche zaken en uit naam der staats- hoofden van de Oslogroep. naar hier. Hij is heel wat gewiekster dan dat schaap van een Wynstone, dat natuurlijk den boel ineens heeft bedorven door zoo hard van stapel te loopen met zijn belachelijken brief. Nee, Eric heeft op dat gebied meer doorzicht en wellicht meer ondervimding", voegde Peg gy er hatelijk aan toe. „Hrj bereidt den aan- val rustig voor en stuurt lieve briefjes en bonbons en bloemen om de stelling wat te verzwakken. Maar niemand van de geheele familie twijfelt er nog aan of hij zal je hoog- stens den tweeden dag met een officieel aan- zoek vereeren." En toen de ander haar verbaasd aankeek alsof ze het in Keulen hoorde donderen, toen Arabella maar niet antwoordde op dezen hartstochtelijken aanval, toen ze niet eens hooghartig glimlachte, zooals haar jaloersche mededingster van deze hartelooze overwinna- res had verwacht, stampte het arme familielid der Cattermole's, de bescheiden Peggy, die immer de laatste plaats innam, die als het ware in den achtergrond van het leven was opgegroeid en daar bescheidenheid en offer- zin had aangekweekt, als een furie op den grond, terwijl zij de ander toeschreeuwde „Sta me niet zoo ellendig verbaasd aan te kijken, huichelaarster, alsof je dit alles pas voor het eerst hoort, alsof je het niet even goed wist als ik en als wij alien." Weer viel Arabella haar vriendelijk in de rede, maar ditmaal was er meer beslistheid in haar woorden. Indien jullie dit allemaal weten, weten jul- lie meer dan ik. Maar indien je ook maar een oogenblik vermoedt, dat Arabella Ames zich gaat verloven met den oudsten zoon van Squire Cattermole, hebben jullie het glad mis." „Och, doe niet zoo eigenwijs. Speel ergens het meisje eruit. „Stel je niet zoo aan! Doe niet alsof..." „Ik doe nooit alsof. Ik houd me met derge- lijk'e minderwaardige praktijken niet op", zei Arabella eenigszins gekrenkt. ,,Ik meen altijd wat ik zeg! En ik zal je 'ns 'n paar dingen zeggen, die ik heel beslist meen. Luister! De wereld beleeft een tijdperk van zoodanige spanning, dat elke normale samenwerking onder de staten onmogelijk dreigt te worden. Groote mogendheden treffen maatregelen die bijna gelijk staan met de mobilisatie hunner gewapende macht. Moeten de kleine mogend heden niet vreezen het slachtoffer te worden van een eventueel1 conflict, waarin zij, tegen hun eigen wil in, zouden worden meegesleept niettegenstaande hun politiek van onbetwist- bare onafhankelijkheid en hun vasten wil onzijdig te blijven Zijn ze er niet aan bloot gesteld het voorwerp te worden van buiten hen om getroffen schikkingen Zelfs zander dat er vijandelijkheden ge- opend worden, wordt de wereld door een economische instorting bedreigd. Alom heer- schen wantrouwen en argwaan. Onder onze oogen vormen zich de strijd- kampen, stellen de legers zich op, wordt een afschuwelijke strijd in Europa voorbereid. Gaat ons werel'^deel zelfmoord plegen door zich te storten in een ontzettenden oorlog, waarin er noch overwinnaar, noch overwon- nene zou zijn, maar waarin alle geestelijke en stoffelijke waarden, door de beschaving van eeuwen geschapen, ten onder zouden gaan? De oorlogspsychose dringt alle huizen bin nen, en alhoewel de openbare meening er zich zeer goed van bewust is welk een ondenkbare ramp en volkenstrijd voor de gansche mensch- heid zou beteekenen, laat zij zich meer en meer over aan de gedachte dat wij er onver- mijidelijk in medegesleurd zullen worden. Het is van belang tegen een zoo noodlottige ge- latenheid op te komen. Er bestaat geen volk wij leggen hier sterk den nadruk op dat zijn kinderen den dood zou willen inzenden om aan andere natien het recht op het bestaan te ontne- men, dat het voor zich zelf opeischt. Stellig zijn de belangen van alle staten niet alien dezelfde. Maar zijn er wel belangen die niet op vredelievende wijze tot overeenstem- ming kunnen gebracht worden, en kan dat niet oneindig veel beter vodr dan na een oor log? Dat het geweten der wereld wakker worde. Het ergste kan nog vermeden worden. Maar de tijd dringt. De evolutie der gebeurtenis- sen kan weldra elk rechtstreeks contact nog moeilijker maken. Dat men zich niet vergisse. Wij weten dat het recht, om te kunnen leven op een hechten grondslag moet steunen, en de vrede dien wij wenschen is de vrede welke berust op de eer- bied van alle staten. Een duurzame vrede kan niet gevestigd zijn op de macht maar enkel op een zedelijke orde; Gebiedt niet de wijsheid op dit oogenblik een eind te stellen aan den strijd met woorden, aan ophitsingen en bedreigingen, ten einde te besluiten om over de gestelde vraagstukken te beraadslagen. Wij. vormen plechtig den wensch dat de mannen waarvan den loop der <gebeurtenissen afhangt, bereid zullen zijn'hun geschillen en eischen te onder- werpen aan een onderhandeling ingezet in een geest van broederlijke samenwerking. Het is uit deze overwegingen dat ik in naam van Z. M. den Koning van Denemarken, den president der Finsche republiek, H. K. H. de Groothertogin van Luxemburg, H. M. de Koningin der Nederlanden, Z. M. den Koning van Noorwegen, Z. M. den Koning van Zwe- den, en in mijn eigen naam, ieder onzer in overeenstemming handelend met zijn regee ring, deze oproep doe. Wij drukken de hoop uit, dat andere staats- hoofden hun steun bij den onze zullen voegen, beziel'd door dezelfde zorg voor den vrede en de veiligheid van hun volkeren. Straks zullen honderden milldoenen menschen van harte met ons zijn om den wedloop naar den oorlog te stuiten. Mogen degenen in wier handen het lot der wereld berust deze gevoelens beantwoorden en den door hen menigmaal uitgedrukten wensch verwezenlijken, de moeilijkheden, die hen scheiden op vredelievende wijze te rege- len, en dat de ramp, die de menschheid be- dreigt, vermeden worde. DE MILITAIRE MAATREGELEN IN FRANKRIJK KALM OPGENOMEN. De correspondent der N. R. Crt. te Parijs telefoneerde Donderdagochtend In de stad is het rustig. De aankondiging van militaire opvorderingen en het oproepen van bepaalde contingenten reservisten, tot voltooiing van de grensdekking, zijn met kalmte opgenomen. Wij zijn nog niet aan een algemeene mobilisatie toe. Nog tal van vreemdelingen vertoeven in Parijs, hetzij als toeristen, doch meerendeels als ingezetenen. De stemming is afwachtend, maar zij kan in een van grimmige vastbera- denheid omslaan, als de zenuwen nog lang op de proef gesteld worden. Er is geen sprake van zwichten op het stuk van Poleh, na den schok van het te Moskou gesloten verdrag. Op de communistische pers na, bestaat daaromtrent een communis opinio. De communisten wringen zich in bochten om die toenadering goed te praten, zonder te ge- wagen van de in alle stilte gedurende het overleg met Engeland en Frankrijk geleide voorbereidingen, welk overleg op de lange HOOFDSTUK Xn. Arabella geeft goeden raad. Maar ondanks Arabella's herhaaldelijke ver- klaringen, duurde het een behoorlijken tijd voordat Peggy Delamere eenigszins scheen te begrijpen, dat het ontzettende kind, de onbe- grijpelijke Arabella, de nooit voldane Ara- bellla, beslist meende, wat zij vertelde. Wat? Scheen zij dan voor den derden keer haar neus op te trekken voor het prachtige geschenk, dat de goden haar in den schoot wierpen? Zij scheen dus niet in het minst van plan te zijn om te trouwen met dien w&nder- lijken en bekoorlijken Eric Cattermole, den trots van zijn familie, de eer van zijn regi ment, den meest gezienen gast in de voor- naamste salons? „Waarom niet?" vroegen Peggy's groote, verwonderde oogen. ,,Waarom, waarom dan niet?" Omdat hij en ik niet bij elkaar hooren", zei Arabella, terwijl zij ineens met alle kracht heur haar begon uit te borstelen en voor miss Delamere's spiegel als maar tegen haar beeld stond te praten om aldus niet verplicht te zijn miss Delamere zelf aan te zien. ,,Wij passen niet bij elkaar zeg ik je! Ik heb dat nu al door, en de jongeman zou het minstens een of twee maanden na onze verloving ontdekken indien ik me ooit tot zoo'n tragische co- medie liet verlokken. Hij mag misschien een beetje verliefd op me zijn, maar waarom?" Even draaide miss Arabella haar eerlijke blo- zende gezicht naar de arme Peggy, die niet wist of ze lacben of schreien zou bij al dit wonderlijke nieuws. En ook op Arabella's ge- zich kwam een lichte lach toen ze vervolgde: Omdat hij me voor het eerst zag te midden van die uitgedroogde mormels in dit Noord- poolpaleis, waar ik tenslotte de eenige was, die er een beetje leven en vroolijkheid bracht. Maar de hemel beware me! Denk je dat zoo'n fijne mijnheer niet al te spoedig bemerken zou dat ik veel te luid en te druk, te wild en te levenslustig, te opzichtig en ongemanierd ben baan scheen geschoven te worden, om de on- derteekening van gisteren mogelijk te maken. Wie er nog het gunstigst tegenover staan, zeggen, dat het verdrag de basis kan ver- schaffen voor een nieuwen stand van zaken ten gunste van den vrede. Een stelsel van collectieve veiligheid in Europa kan er uit voortkomen, mits dit pact door een Fransch- Engelsche alliantie met de Sowjet overwogen wordt. Om dit optimisme te staven, beroept men zich dan in die kringen op 't Italiaansch- Engelsche verdrag, dat Londen volstrekt niet belette nauwere toenadering met Parijs te zoeken en tusschen Frankrijk en Engelaiyi geen enkel wantrouwen wekte. Inderdaad be hoeft het nieuwe pact niet per se oorlogsfac- tor te zijn. Het komt er op aan of het ver- overing, dan wel minnelijke schikking zal ver- gemakkelijken. Zooals l'Oeuvre zegt: uit dezen toestand kan of het beste, of het slechtste voortkomen. Na de verdragen, welke sinds den oorlog door Duitschland met Rusland gesloten wer den, ziet men in het nieuwe weinig nieuws, maar het gunt, meent men, een blik achter de schermen. De Excelsior gelooft, dat het Europeesche machtsevenwicht er niet door verandert. Dit zou wel het geval zijn, als de toeleg de Oost- zeelanden gold, waar Berlijn en Moskou zeg- genschap zouden wenschen. De onbekendheid met de ware kracht van de Sowjetunie bevor- dert die onzekerheid. Geheel onverwacht is de coup de theatre hier niet gekomen. Al lang veroorzaakte hfet voorbehoud, dat de Fiihrer in zijn toespraken jegens Rusland in acht nam. ongerustheid. Het heeft niet ontbroken aan stemmen, die waar- schuwden tegen het gevaar van een samen- gaan van Berlijn met Moskou, en daarom op haast maken met het overleg met dezen staat aangedrongen. Hieruit mag men nog niet af- leiden, dat dit overleg op zich zelf vergeefsch is geweest. Zoo gelooft Kerillis (1'Epoque), dat, als Engeland na de bezetting -van Bohe- men geen onderhandelingen met Moskou ge- opend had, van Duitsche zijde de overwinning zou zijn voortgezet. Wat vooral tot nadenken stemt is dat de Duitschers zich voortaan van petroleum, grondstoffen en voedsel uit Rusland kunnen voorzien in een mate, die naar het oordeel van de Republique de gevolgen van een Franseh- Engelsche blokkade ernstig zou verzwakken, afgescheiden van de Polen en Roemenen, die voortaan niet meer op toevoer op groote schaal van levensmiddelen, munitie en wa- pens uit Rusland kunnen rekenen. Dit blad gelooft niet dat het Stalins bedoeling is de spil te verzwakken volgens de woorden van Richelieu: men moet het doel bereiken gelijk een roerei, en wel door het den rug toe te keeren. Het is een gemakkelijk spel dit verdrag te stellen tegenover de woorden in Mein Kampf, volgens welke het sluiten van een alliantie met Rusland het sein voor een nieuwen oor log zou zijn, waarin Duitschland zou moeten ondergaan. In de Kamergangen heeft deze verwikke- ling diepen indruk gemaakt. Daar hoort men de vergelijking met den dolksteek van Brest- Litowsk maken. Volgens anderen is dit een premie voor den aanvaller en zou Moskou een algemeenen oorlog willen ontketenen, om de wereldrevolutie op te roepen. Wie zoo spreekt wordt door de communisten voor Hitleriaan uitgemaakt en zij op hun beurt willen aan het gestook van de communisten op hooger hand een einde zien gemaakt. Dat Duitschland het Komintem-verdrag schijnt te verloochenen kan niet nalaten in Spanje en Japan verwarring, zoo niet erger, te stichten, wat hier weer tot ongerustheid stemt. Volgens een bericht uit Turkije aan de Figaro vraagt men zich daar af, hoe dit pact te rijmen is met het militaire verdrag dat Turkije aan Rusland bindt. Ook leest men dat in Italie de troepenbewe- gingen volstrekt niet den omvang van die in Duitschland hebben. In al deze onzekerheid zou Blum het parle- ment bijeen willen zien, maar de Jour ver- neemt dat Daladier daar nog niet aan denkt. HET DUITSCH-RUSSISOH VERDRAG GETEEKEND. Het Duitsche nieuwsbureau meldde Dins- dagnacht uit Moskou: De rijksminister van buitenlandsche zaken von Ribbentrop heeft, samen met den Duit- schen gezant te Moskou, graaf von der Sehu- lenburg, een conferentie van drie uur gehad met Molotow en Stalin. Von Ribbentrop heeft zich des avonds om tien uur wederom naar het Kremlin begeven om de besprekingen voort te zetten. De onderhandelingen zijn geeindigd in een overeenstemming inzake een niet-aanvals- verdrag tusschen Duitschland en Rusland, welk verdrag door Molotow en von Ribben trop in aanwezigheid van Stalin en den Duit- schen gezant is onderteekend. Moskou en Berlijn laten elkander de vrije hand. De Duitsche Rijksregeering en de regeering voor het meisje, dat hij zich ooit verwaardigen zal als meesteresse des huizes binnen te lei den? Je verwedt er soms alles om, dat het zoo is. Zijn koninklijke hoogheid zou een meis je moeten hebben van denzelfden stand als hij zelf, maar vergeet dat niet, een die kans ziet om wat meer leven in dit sterfhuis te brengen dan die eeuwig lamenteerende mama, of zijn onmogelijke zusters, met hun twee en veertig politieschoenen. Je moet me niet kwalijk nemen, dat ik mijn oordeel zeg over je eigen familie, maar met je verlof, het is een stel, waar ze in den dierentuin niet eens geld mee zouden verdienen. Het is een collectie dra- ken, zooals ik nergens ter wereld heb ont- moet." Peggy zei niets. Waarschijnlijk omdat zij deze kwalificatie in den grond niet kon ont- kennen, al was zij het wellicht niet geheel eens met den vorm. ,,iEn toch", ging Arabella verder, terwijl zij weer heVig borst«lde en opnieuw tegen haar eigen beeld in den spiegel sprak, „en toch zou hij niet buiten een meisje kunnen, dat al die koude beweging van jullie officieele leven zou verwaarloozen. Hij heeft wel degelijk een vrouw noodig, die al die fratsen even goed kent als zijn mama, al kan ze er geru.st een' beetje flinker pas inzetten. Hij zou een meisje moeten hebben, dat als het moest erg be scheiden zou kunnen zrjn, dat voornaam zou kunnen schijnen. Daar zit hem voor al die jongelui de moeilijkheid. Een dame, een echte dame is over het algemeen criant vervelend en het andere soort, waar ze in den grond het meest voor voelen is geen dame. Kijk maar naar je nederige dienares. Maar ik heb een meisje gezien, dat juist voor hem geknipt zou zijn. Ik zeg je, dat ik allang een meisje voor hem op het oog heb, dat precies genoeg van het een en genoeg van het ander heeft om een perfecte vrouw voor den moeilijken en toch zoo levenslustigen Eric Cattermole te wor den." (Wordt vervolgd.) t CI

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 5