WIE PRUS STELT OP GOED BROOD, KOOPT HET IN VAN STBIEN'S MKUFBII, NOORDSTRAAT 79 TERNEUZEN, 11 AUGUSTUS 1939. (Midd. Crt.) DE BURGEMEESTER VAN OVEZANDE HEEFT ONTSLAG AANGEVRAAGD. Het aantal gevallen van verlies van betrek king was vroeger niet zeer groot, dock in ver- band met de gedeeltelijke mobilisatie wordt tbans door een commissie sen onderzoek in- gesteld. Binnenkort moet het rapport met een wetsontwerp met dwingende bepalingen ver schijnen. De moeilijkheid is, dat deze dwin gende bepalingen eerder de zaak erger kun nen maken. De Kamer heeft tenslotte de wetsontwerpen z.h.s. aangenomen. DE VERSTERKING VAN DE WEERMACHT. Eerste Kamer bepleit verbetering van de kostwinnersvergoedingen Aan het eindverslag van de commissie van rapporteurs uit de Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot wijziging en verhooging van de defensiebegrooting voor 1939 ontlee- nen wij het volgende: Bij de overweging van dit wetsontwerp in de afdeelingen verklaarden vele leden zich te kunnen vereenigen met de opvatting, dat de huidige internationale toestand er toe noopt, thans reeds over te gaan tot den aankoop van geschut, van voorraden voor de intendance e.d., hoewel volg'ens de aanvankelijke plan- nen zoodanige maatregelen pas in de volgen de jaren zouden worden genomen. Deze leden waren den minister erkentelijk voor diens meermalen gegeven verzekering, dat wordt gestreefd naar een zoo zuinig mogelijk beheer van de aanzienlijke bedragen, welke ons volk ten bate der defensie beschik- baar moet stellen. Niettemin achtten zij de ongerustheid, welke o.a. bij het laatste defen- sie-debat in de Tweede Kamer te dien aan- zien van meer dan een zijde tot uiting is ge- komen, niet ongegrond. Zoo oordeelden zij het, om althans een voorbeeld te noemen, niet rationeel, dat nu al gedurende vier maanden o.a. voor plaatselijke commandanten automo- bielen in huur zijn genomen, waarvoor een bedrag van circa f 300 per maand wordt be- taald. Dat het in zulke gevallen efficienter zou zijn, voor dat doel auto's te koopen, ligt huns inziens voor de hand. Teneinde nu aan zoo danige bezwaren tegemoet te komen en ter bevordering van een doeltreffend financieel beheer in het algemeen, gaven de hier aan het woord zijnde leden in overweging de aan- stelling van eenen of meer deskundige contro- leur(s). Deze leden waren voorts van oordeel dat van de gelden, door ons volk opgebracht of op te brengen, bij de onderscheidene aan- schaffingen voor leger en vloot een zoo groot mogelijk deel in ons land dient te worden be- steed, vooral met het oog op de bestrijding van de werkloosheid. Hetgeen de minister te dier zake in de Tweede Kamer heeft be- toogd, had hen niet geheel bevredigd. Gaarne stelden zij daarbij voorop, dat zij met voldoe- ning kennis hadden genomen van de mede- deeling, dat binnenkort een belangrijke op- dracht, en wel voor den aankoop van vlieg- tuigen binnenslands zou worden geplaatst. Ten zeerste zouden zij het echter betreu- ren, zoo voor den aanmaak van een ander deel der alsnog benoodigde vliegtuigen de gelden in den vreemde zouden worden besteed. Indien de plannen voor het hier bedoelde type in Nederland nog niet in voldoende mate tot ontwikkeling mochten zijn gekomen, vindt dit, naar htm gevoelen, zijn oorzaak in onvoldoend of niet tijdig georganiseerd overleg van de landmacht met de Nederlandsche industrie. Ter bevordering van een, niet te verwaarloo- zen werkverruiming, drongen deze leden er bij den minister dan ook op aan, dat deze een weg zou weten te vinden om de laatst be doelde vliegtuigen ook in het eigen land door de eigen industrie te doen vervaardigen. De kostwinnersvergoedingen. Voorts bepleitten deze leden, dat de rege- ling voor de kostwinnersvergoedingen zou worden verbeterd, zeker ten aanzien der- genen, die, gelijk bij voorbeeld thans bij de b(uitengewone) o(proeping) voor u(itwen- dige) v(eiligheid) het geval is. zijn opgeroe- pen onder zoo geheel andere omstandigheden dan die, waarvoor deze regeling aanvankelijk was bestemd. Huns inziens behooren de nor- men beter te worden gevoegd naar de maat- schappelijke positie en de vaste verplichtingen van de oudere personen, die thans onder de wapenen zijn geroepen. In de laatste maanden hebben deze opgeroepenen namelijk in het belang van het geheele volk zware offers ge bracht, weshalve zij, naar de meening van de hier aan het woord zijnde leden, reeds hierom aanspraak kunnen maken op extra-vergoe- ding. Eenige leden bepleitten andermaal de in- voering van den algemeenen dienstplicht, huns inziens de eenig juiste oplossing van het de- fensievraagstuk, wat betreft het ter beschik- king hebben van de noodige manschappen. WENSCHT DE K. L. M. ALLEEN BLANKE PILOTEN. De heer Rost van Tonningen heeft aan den Minister van Kolonien de volgende vragen ge- steld: 1. Is het waar, dat door eenige K.L.M. autoriteiten ten aanzien van Indische Neder- landers, die piloot wenschen te worden, een onwelwillende houding wordt aangenomen? 2. Zoo ja, wordt die houding dan aange nomen, omdat de Engelsche passagiers nu eenmaal bepaalde opvattingen huldigen met be trekking tot niet zuiver blanken? 3. Aeht de minister het juist, dat een door de Nederlandsche regeering gesubsidieerd lichaam als de K.L.M. een duidelijk onder- scheid maakt tusschen Nederlandsche piloten uitsluitend op overwegingen van ras? EEN HISTORISOHE DAG VOOR DE S. D. A. P. Het Volk (s.d.) schrijft: ,,De kabinetscrisis heeft haar einde. De heer De Geer verschijnt voor ons volk met een ministerie, dat sympathie zal vinden bij de breede massa. De formateur heeft een ploeg gevormd van beproefde en nieuwe krachten, die in dezen uiterst moeilijken tijd van internationale spanning en nog steeds massale werkloosheid het Nederlandsche volk door de branding zullen sturen. iS-edert jaren heeft de sociaal-democratie telkenmale verklaard, dat zij bereid was, de verantwoordelijkheid. in de regeering te aan- vaarden. Thans, in dezen zomer van 1939, is het uur gekomen om de daad bij het woord te voegen. De omstandigheden, die het eerste optreden van sociaal-democratische ministers begeleiden, zijn niet van dien aard, dat wij onbeheerschte juichkreten zouden aanheffen. Maar wij eorkennen gaarne, dat het voor de S.D.A.P. in Nederland een historische dag is. Jaren lang hebben de politieke verhoudin- gen den sociaal-democraten het dragen van verantwoordelijkheid in de landspolitiek be- let. De schuld lag bij hen, die td lang de ver- wezenlijking van eigen opvattingen en pro gram uit den weg zijn gegaan wij komen hierop vandaag niet terug. Een kwart van ons volk bleef buitengeslotende wil tot bouwen, tot constructief werk, die een jonge partij bezielde, bleef ongebruikt. In de oppositie hebben de vertegenwoordigers van de S.D.A.P. hun werk gedaan; op velerlei gebied is dit werk vruchtbaar geweest. Maar wij wilden meer, omdat wij overtuigd waren, het te kunnen; wij wilden verder, omdat iedere levenskrachtige beweging behoefte heeft aan nieuwe mogelijkheden voor activiteit; voor de zwaarste verantwoordelijkheid schrikken wij niet terug, omdat wij de innerlijke over- tuiging hebben, dat de S.D.A.P. de toekomst van ons geheele volk kan dienen." Nadat het blad er aan heeft herinnerd, dat het aanvankelijk vrij sceptisch tegenover de formatie van den heer De Geer stond, omdat het aan een stellige erkenning van de Kamer- uitspraak van 27 Juli de voorkeur had ge geven, besluit het: ,,Dit ministerie begint zijn werk op een tijdstip, dat, voor de volgende Kamerverkie- zingen, slechts een periode van ruim anderhalf jaar overlaat. In dien betrekkelijk korten tijd kan men niet alles en nog wat tot stand brengen. Het spreekt vanzelf, dat de krach- tenverhouding in ministerie en Volksvertegen- woordiging grenzen stelt. Tenslotte is de fi- nancieele toestand na de aanpasserij van de vorige jaren niet zoo, dat wij wonderen zou den kunnen verwachten. Maar de breede massa van ons volk weet, dat de kwade plannen van beperking, die het ministerie-Colijn voor werkloozensteun en werkloosheidsbestrijding op stapel had staan, zijn gekeerd. Ongetwijfeld zal dit kabinet zijn voile kracht geven aan de bestrijding van de werkloosheid en wij zijn dankbaar, dat twee departementen, die bij deze taak direct betrokken zijn, onder sociaal-democratische leiding komen. Wij hebben een ministerie, dat, in tegen- stelling tot zijn voorganger, steunt op een meerderheid van het parlement; een ministe rie, dat het vertrouwen van een groote meer derheid van ons volk heeft. Een goede grondslag. Het werk kan be- ginnen." UITREIKING DIPLOMA'S VANWEGE DE SLAGERSVAKSCHOOL TE UTRECHT. Gisteravond had in een der lokalen van het Hotel De Arend van den heer Zeegers alhier de uitreiking der diploma's plaats aan de cursisten van den alhier gehouden slagers- cursus die, zooals wij dezer dagen hebben gemeld, bij het alhier en aan de slagersvak- school te Utrecht gehouden examen zijn geslaagd. Door de Commissie van Bijstand waren voor deze gelegenheid verschillende uitnoodigingen verzonden, waaraan was vol- daan door den burgemeester, de heer Mr. P. Tellegen, een deputatie der Kamer van Koop- handel en Fabrieken, terwijl ook een aantal belangstellenden, waaronder vele dames tegenwoordig waren. De voorzitter der commissie van bijstand, de heer Jac. van Es, heette de aanwezigen welkom, en richtte zich daarbij] in het bijzon- der tot de aanwezige autoriteiten. Hij wees op het groote belang dezer bijeenkomst, om dat zij de eindpaal is in de eerste plaats van een intensief streven naar het verkrijgen van een cursus in deze streek, en vervolgens van de toegewijde studie der cursisten, die dit met hun slagen voor het examen zagen bekroond. Bij de tentoonstelling der werkstukken ver- klaarde de heer De Meijer getroffen te zijn geweest door de collegiale verhouding die hij daar onder de vakgenooten meende te consta- teeren. Spreker wenschte nog iets verder te gaan. Er heeft tijdens den cursus zoowel tus schen de leeraren op de cursisten als tusschen deze laatsten steeds een aangename verstand- houding betaan. De tusschenkomst der com missie van bijstand is nimmer ingeroepen. Er zijn nieuwe vriendschapsbanden aangeknoopt en reeds bestaande bestendigd. Hij verzocht vervolgens den heer Van der Zwaag, vertegenwoordiger der S-lagersvak- school te Utrecht de bijeenkomst verder te willen leiden. De heer Van der Zwaag wees op het succes van den cursus. Van de 12 deelnemers hebben 10 met gunstig gevolg het examen afgelegd. Een kon wegens ziekte niet aan het examen deelnemen en een moest tot zijn spijt worden afgewezen, doch zal binnenkort in de gelegen heid zijn her-examen te doen, Het behalen van het diploma is voor de cur sisten van dubbele beteekenis. Niet alleen kunnen zij daardoor voldoen aan de eischen der Vestigingswet, wanneer zij zich als patroon willen vestigen of als beheerder in een zaak optreden, maar bovendien hebben zij nu een kennis van het vak verworven, die in het ver- leden veelal werd gemist. Hij waarschuwde er echter voor, dat de gediplomeerden zich thans niet moeten inbeelden dat zij er thans z ij n. Zij staan nu nog slechts aan het begin en zullen het geleerde aan de praktijk moeten toetsen, waarbij de ervaring voor hen nog een nieuwe leerschool zal zijn. Zij moeten him leerboeken ook niet in de kast bergen of aan anderen overdoen (hetgeen de Slagersvak- school toch niet zou tolereeren), doch het ge leerde steeds nog eens overzien, omdat het anders vervaagd. Ook wees hij op het groote belang van een aansluiten bij de bestaande slagersorganisaties, die er naar streven. het vak op hooger peil te brengen. Zeker zullen zij niet mogen vergeten toe te treden tot de Vereeniging voor Slagersvakonderwijs, aange- zi-en deze ook hen in de gelegenheid heeft ge- steld de noodige kennis te verwerven. Voorts maande spr. alien aan, de vakgenooten niet te beschouwen als concurrenten, die men met lagere prijzen moet bestrijden, doch dat men elkaar moet beschouwen als collega's, die door gezamenlijik overleg moeten werken tot ver hooging van het peil hunner zaken, en op die wijze aller belangen moeten behartigen. Nu zoovele dames tegenwoordig zijn, die voor een deel belangstellend zullen geweest zijn in het succes van een verloofde of van een broeder, wees: hij er voorts op, hoe ook een vrouw met goed doorzicht kan medewerken aan het succes van een slagersbedrijf, terwijl ook voorbeelden zijn aan te toonen, dat sla- gersvrouwen de oorzaak zijn van mislukking. De slager zel-f kan niet steeds in zijn bedrijf zijn, hij moet er nog al eens op uit, en dan is het zeker van beteekenis, dat zijn vrouw on- dertusschen voor de bediening der klanten kan zorgen. De slagersvrouwen moeten ook geen bezwaar maken, dat de man er den tijd moet afnemen voor het bezoeken van vergade- ring zij-ner vakvereeniging. Ook dat is noo- dig voor het vak. Na op deze wijze tal van emstige aanwij- zingen en wenken te hebben gegeven, ging de heer Van der Zwaag over tot het uitreiken der diploma's aan de geslaagden, en sprak de hoop uit, dat zij. in hun volgend leven de vruchten zullen mogen plukken van de op- offeringen die zij. zich hebben moeten getroos- ten voor het volgen van -den cursus. Ten slotte deelde de heer Van der Zwaag mede, dat de gilden-medaille, die de Vereeni ging voor Slagersvakonderwijs uitlooft voor den besten leerling van een cursus is behaald door den heer C. J. Lust te Hulst, en over- handigde dit eereteeken aan den begiftigde. Er is van een vorigen cursus ook nog een prijs overgeibleven, een nikkelen papierrollenstan- daard. De commissie van bijstand heeft be- sloten deze toe te kennen aan den opvolgenden besten leerling. Dit was de heer A. de Smidt, eveneens te Hulst. Vervolgens verkreeg het woord de burge meester, de heer Mr. Tellegen, die getuigde van de belangstelling die ook dit onderwijs bij het gemeentebestuur geniet. Hij zou na de vele emstige woorden, die de heer Van der Zwaag reeds tot de cursisten heeft ge- richt, daaraan niet vele meer toevoegen. Hij kon zich, vooral waar deze aanmaande samen te werken tot verheffing van het vak, tot ver hooging van de kwaLiteit der bedrijven, waar- door ook het publiek, de consument daarvan de vruchten zal kunnen genieten, ten voile aansluiten, en besloot met de gediplomeerde cursisten toe te wenschen, dat het succes dat zij thans hebben behaald, in hun later leven ook goede vruchten voor hen zal afwerpen. Ook hem was het aangenaam te ontwaren, dat vele dames deze bijeenkomst bezochten, voor zoover het dames betreft die in een der geslaagden een toekomstigen levensgezel heb ben gekozen, hebben deze zich nu ten voile kunnen overtuigen, welk vleesch zij in de kuip hebben. De heer H. R. A. de Meijer, voorzitter der commissie voor de uitvoering der Vestigings wet uit de Kamer van Koophandel en Fabrie ken te Terneuzen, verklaarde ten voile over tuigd te zijn, dat de Vestigingswet voor velen die zich in een tak van het kleinbedrijf wil len vestigen moeilijikheden oplevert. Het is echter niet tegen te spreken, dat het voort- sohrijden van den tijd, aan het leven, en even- zeer aan de bedrijven, steeds nieuwe en hoo- gere eischen stelt. En wanneer men, zooals de commissie voor de Vestigingswet met ver schillende middenstanders of zij die het willen worden in aanraking komt, blijkt voldoende, dat een hooger peil van ontwikkeling, zoowel op het gebied van handels- en wetskennis, als van het vak, dezen zeer te stade moet komen. Ook de eischen van het publiek worden steeds hooger en daaraan behoort een middenstander die met zijn tijd wil meegaan- te voldoen. Ook hij sprak de beste wenschen uit voor het wel- slagen der toekomstige ondernemingen van de gediplomeerden. Het officieele gedeelte van het samenzijn was hiermede beeindigd, doch, naar wij ver- namen bleven commissie, leeraren, cursisten en verschillende genoodigden nog en-kele uur- tjes gezellig bijeen, om het mooie resultaat van dezen eersten slagersvakcursus te Terneu zen te vieren. RIJKSPOSTSPAARBANK. In den loop der maand Juli 1939 werd aan het postkantoor alhier op spaarbankboekjes ingelegd 70.712,76, terugbetaald 72.961,77, derhalve minder ingelegd dan terugbetaald f 2249,01. Het aantal nieuw uiitgegeven boekjes be- droeg 30. LUXOR-THEATER. De terugkeer van Arsene Lupin. Hoe het zij, het is aan de karaktertrek van de vrouw te danken, dat de schelmenroman van voorheen en de romans, tooneelstukken en films van thans, waarin een Raffles of een Arsene Lupin de hoofdrol speelt, steeds van te voren al mogen rekenen op succes. Men kent Arsene Lupin van de planken en wij heb ben vermaarde Nederlandsche acteurs op knappe wijze de hoofdrol zien spelen. Voor wie van een goede thriller houdt, is hier volop gelegenheid aan zijn trek te komen. De zaak gaat om een smaragd van zeer groote waarde, bezit van een Fransche adellijke familie, tot welke ook een bekoorlijke doch- ter behoort. De smaragd nu verwisselt in de film her- haaldelijk van bezitter (dit in den niet-juridi- schen zin van het woord). De kostbare steen wordt n.l. een paar maal gestolen en bevindt zich gedurende zijn mysterieuze reis telkens in andere handen, maar het zijn niet de han- den van den werkelijken eigenaar. De aanval- len en contra-aanvallen op het bezit van den steen worden pakkend en spannend geser- veerd; herhaaldelijk knallen schoten, maar het aantal dooden blijft betrekkelijk laag. Ten slotte komt de smaragd terecht in de kluis van den bona fide eigenaar en het meisje in de armen van den man harer keuze. De toe- schouwer vindt het ook best zoo, waarom zouden wij niet 66k eens vergevensgezind zijn, waarom zouden wij ook niet de spons willen halen over de lei met jeugdvergissingen van een berouwvollen zondaar, die immers gebro- ken heeft met het verleden en reeds drie jaar lang vermogend heereboer is. Marinepronkstukken. De Amerikaan coquetteert gaarne met zijn Navy en deze installing weet de publici- teit naar waarde te schatten. Zoo ziet men dan van tijd tot tijd het gansche maritieme apparaat ter beschikking van Hollywood ge- steld, want ten slotte weegt een enkele goede film ruimschoots op tegen een dozijn redevoe- ringen over de vlootsterkte en aangenamer ook dan te moeten luisteren naar de ietwat verbijsterende uitgaven, die het departement van marine absorbeert is het een filmscenario te volgen, dat u op min of meer geraffineerde wijze het matrozenleven als een soort ononder- broken amusement voorstelt. Zoo wekt ook deze film uw bewondering voor de Amerikaansche vloot, schoon men geen opstoomende kruiserlinies ziet. De pu- bliciteit wordt ditmaal niet in tonnenmaat uitgedrukt, doch zij brengt u bewondering bij voor de kwaliteiten van de lieden, die dit gan sche enorme apparaat bevolken en in beweging houden hun kameraadschap en ridderlijk- heid en physieke fitness. Want de film speelt zich grootendeels af op de terreinen van de Academy en ge aanschouwt hoe duizenden jongelui hun opleiding ontvangen tot marine- officier. 'Het is, schoon men de theorie niet vergeet, een alleszins sportieve opvoeding en het kost u van tijd tot tijd eenige moeite om voor oogeii te houden, dat de Navy der Vereenigde Sta- ten een militaire aangelegenheid is en geen reusachtige kweekschool voor football-profs. Wiant ten slotte is de groote match tegen het Leger het belangrijkste feit van het seizoen en een bijzondere prestatie in het veld verheft den speler tot den held van dezen sportieven burgeroorlog. DE BURGEMEESTER VAN IJZENDIJKE OP CERIEUZE WIJZE GEHULDIGD. Te IJzendijke is het sinds onheuglijke tijden gewoonte, dat -de jeugd de vrijgezellen op hun dertigste verjaardag een sleutel aan- biedt van abnormaal groot formaat. Boven dien wordt de woning van den jarige dan ver- siert. De sleutel wordt des morgens, plechtig begeleid door de ketelmuziek aan den jarige aangeboden. Op deze wijze werd Maandagmorgen den burgemeester van Uzendijike, Jhr. Von Bon- ninghausen, een voor hem ongetwijfeld zeer cerieuze huldiging gebracht. Pas na een uur echter verscheen de burgemeester op de stoep van zijn woning om de „hulde", tot groote vreugde van de jongelui, in ontvangst te nemen. (Dagbl. v. N.-Br. en Z.) DE POOLSCHE OPLICHTER HEEFT ZIJN SLACHTOFFERS HUN GELD TERUGGEGEVEN. Naar wij mel-dden is de Pool Wresrynska, in hooger beroep gegaan tegen zijn veroordee- ling wegens oplichting in twee gevallen. Dit betrof P. F. H. te Goes, die f 6000 ter beschik king van Wresrynski had gesteld en een Weensche jongedame die voor 4000 bena- deeld zou zijn. Wij vernemen, dat zoowel de heer P. F. H. als bedoelde jongedame de genoemde bedragen geheel hebben terug ontvangen. Mr. Dr. A. J. J. M. Mes heeft met ingang van 15 September a.s. ontslag gevraagd als burgemeester der gemeente Ovezande. Naar wij vernemen vindt dit verzoek om ontslag zijn oorzaak, in het feit, dat de ge- zondheidstoestand van burgemeester Mes, hoewel niet ernstig, hem toch belet zijn drukke werkzaamheden geheel te blijven ver- richten. Naar men weet is Mr. Mes ook burgemeester van Heinkenszand en lid van de Tweede Kamer en van de Prov. Staten van Zeeland. Deze functies zal hij- handhaven. (Midd. Crt.) ZEEUWSCHEN POLDER- EN WATERSCHAPSBOND. De Zaterdag in hotel Brittannia te Vlissin- gen gehouden vergadering van den Zeeuw- schen Polder- en Waterschapsbond, werd geopend door den voorzitter den heer Mr. P. Dieleman met woorden van welkom tot -de vrij talrijke aanwezigen en wel in het bijzonder tot de leden van Ged. (Staten, de heeren Goos- sens en Fhilipse met den referen-daris, Dr. v. d. Harst, tot de vertegenwoordigers van het gemeentebestuur van Vlissingen de burge meester en de wet'houders Anker en Edel- man, den vertegenwoordiger van den Noord- Brabantschen Polderbond, den heer De Waard, den vertegenwoordiger der :Z. -L. M., -den heer C. Franse; den ontvangenden polder van den middag, den polder Walcheren en de inge- nieurs van den waterstaat. Spr. wees er o.a. op, dat men thans ver- gadert op den vierde inlaagdijk van Walche ren, die thans echter reeds jaren als zeedijk dienst doet. Spr. wijdde woorden van groote waardeering aan de nagedachtenis van den heer D. J. Dees te Terneuzen overleden oud- bestuurslid van den Bond. De voprzitter vond bij de vergadering begrijpelijkerwij-ze voile instemming met zijn voorstel om in verband met de blijde mare van de geboorte van een Oranjespruit telegram- men van gelukwenschen te verzenden aan H. M. de Koningin, aan H. K. H. Prinses Juliana en aan Z. K. H. Prins Bernhard. Jaarverslag 1939. De secretaris, Mr. A .F. C. de Casembroot wijdde in zijn jaarverslag in de eerste plaats een woord aan den voorzitter, die in Septem ber tengevolge van een klein ongeval, zoo ernstig ziek is geweest, dat men begon te vreezen, of men hem ooit weer in zijn midden zou zien. Het stemde dan ook tot groote vreugde en dankbaarheid, toen men vernam, dat zijn toestand goed vooruit ging.* Maar dat men hem weer in voile glorie op deze algemeene vergadering kan begroeten, dat hadden velen niet durven hopen. Een welge- meende gelukwensch met dit herstel is naar sprekers meening dan ook zeer zeker op zijn plaats. Spr. herinnerde aan de vergadering in Maart te Ossendrecht, waarin werd besproken de mogelijkheid om voor de polders in die om- geving liggende schorren in te polderen ten einde een betere afwatering te verkrijgen. Besloten werd een afwachtende houding aan te nemen, te meer omdat Ir. Verhoeven de schorren nog niet voldoende rijp voor indijking achtte. Verder herinnerde de secretaris aan de ver gadering, die verleden jaar te Sint Philipsland is gehouden, waar de punten fraude verzeke ring en tertiaire wegen de hoofdpunten der besprekingen vorm-den. Ten slotte deelde spr. mede, dat de Bond op 1 Januari 201 leden telde, w.o. 112 persoon- lijke leden* en 89 polder- en waterschapsbe- sturen. Na het goedkeuren van het jaarverslag werd ook de rekening over 1938, aanwijzende een goed slot van 300,12 goedgekeurd, waarna op voorstel van het bestuur besloten het ,,Mosselfonds" op te heffen. W egbeplanting. Na nog enkele mededeelingen, sprak Mr. F. J. van Lanschot, burgemeester van 's Her- togenbosch, over wegbeplanting. Deze zoo bij uitstek deskundige op het ge bied van landelijk natuurschoon, heeft op den hem eigen geestdriftige wijze een warm plei- dooi gehouden voor alles wat kan bevorderen, dat niet meer schendende handen zich aan het landelijk schoon vergrijpen. Nu reeds moest spr. sedert jaren een ver- ni-etiging van Neerland's landschap door de moderne, steeds voortwoekerende lintbebou- wing constateeren. Spr. had de gelegenheid er op te wijzen, dat het landschap in ons vaderland- na eeuwen van ongesch-onden blijven, in zeer kor ten tijd veel veranderingen, wat ook zeggen wilde verslechteringen, heeft te verduren ge- had. Men kende alleen de molens, rivieren, erven en stadjes, maar in de tweede helft van de 19e eeuw kwamen er vele wijzigingen, o.a. door het graven van kanalen, de in tegenstel- ling met rivieren onnatuurlijke waterwegen. Daarbij verrezen veelal onoogelijke sluiswach- terswoningen, en de spoorwegen, deden ook niet aan verbetering van het landschaps aan zien, doch hun wachterswoningen maakten het ook eerder minder dan beter. Dan zijn er fabrieken met hun hooge -schoorsteenen, de telefoon- en allerlei reclamepalen en wegwij- zers en wat dies meer zij, die het aanzien van het geheel weinig te stade komen. De uitbrei- ding van dorpen en steden, doen woongelegen- heid buiten de kommen van vroeger zoeken en daarbij is men begonnen de wegen hun mooi karakter te ontnemen. Men kwam tot de lint- bebouwing, waar tegen ieder weldenkend mensch stelling moet nemen. Men moet van overheidswege sterk regelend optreden. Een zeer groot aantal vervolgens vertoonde lic'htbeelden, alle meer of minder uitvoerig toegelicht of alleen met een aanwijzing van „goed", of „leelijk" aangeduid, heeft daarop de revue gepasseerd. Hoe bleek daaruit eerst juist hoe de be- planting het goed kan doen. In sommige ge vallen maakt het rooi-en van boomen een weg verfoeid leelijk om niet te spreken van de daarop meermalen volgende lintbebouwing door weinig fraaie producten van de bouw- kunst; maar ook kan rooien van boomen op wegen met meer dan een boomenrij niet alleen het verkeer, maar ook wel d-egelijk het aan zien van de omgeving ten goede komen. Vele streken leenen zich totaal niet voor moderne wegbedekking, andere juist zullen er bij win- nen. Zoowel het gesprokene als het op het doek gebrachte was een doorloopend pleidooi voor een goede regeling op dit gebied. Nadat de vergadering met een daverend applaus burgemeester van Lanschot hartelijk dank had gebracht voor zijn inleiding, heeft de Voorzitter dit gedaan met woorden en er op gewezen, dat de heer Van Lanschot niet alleen op geestdriftige, maar ook op geestige wijze sprak. Spr. hoopte, dat de burgemees ter nog zeer vele jaren de belangen van het Nederlandsch landschap zal voorstaan. Ook in Zeeland zal men nog meer aandacht moeten wijden aan het natuurschoon. De heer Goosse-ns, dankte namens Ged. Sta ten voor de woorden van welkom en ook voor de ontvangen uitnoodiging. Uit den aard der zaak stellen Ged. Staten veel belang in het werken van den Polderbond en spr. is ver- heugd dit als jongste lid van het college te mogen verzekeren. Ook in de toekomst zal spr. de belangen gaarne blijven behartigen en te meer, daar hij met Mr. Dieleman de water- staatszaken in het college beheert. De heer De Waard zeide, dat het zoo lang- zamerhand gewoonte is, dat hij den Noord- Brabantschen Bond vertegenwoordigt. Spr. heeft met dankbaarheid geconstateerd, dat men trachtte te geraken tot samenwerking en hij hoopte, dat dit 'ook in de toekomst met den Zeeuwschen Bond en het college van Ged. Staten mogelijk zal blijven al zijn de onder- handelingen thans dood geloopen. De heer Edelman zeide, daar de burge meester voor andere plichten de vergadering had moeten verlaten, dankt voor de uitnoodi ging tot het gemeentebestuur en het houden van de vergadering te Vlissingen. Spr. wees op het bezoek aan het Nollebosch, waar men rustig heeft kunnen wandelen en dat zoo vol- komen ligt in de bedoeling van Mr. Van Lan schot, het bevorderen van het landschap- schoon. De heer Boot stelde een paar vragen, die hij schriftelijk zal herhalen, opdat het bestuur ze nader onder het oog zal kunnen zien. De heer Franse bracht namens het bestuur der -Z. L. M. dank voor de uitnoodiging en wees er op, dat er een zeer goede verhouding is tusschen beide organisaties. Spr. hoopte, dat Mr. Dieleman nog vele jaren aan het hoofd moge staan van den Polderbond en dat onder het genot van goede gezondheid. De Voorzitter bracht den heer Goossens dank voor zijn waardeerende woorden en hoop te, dat deze jonge kracht nog vele jaren in het college van Ged. Staten zal mogen werk- zaam zijn. Tot den heer De Waard zeide spr., dat de goede verhouding met den Brabant- schen Bond ook bij den Zeeuwschen steeds op hoogen prijs wordt gesteld. Tot den heer Edel man, zeide spr., dat Vlissingen ook altijd be trokken zal blijven in de goede zorgen van den Polderbond, tot den heer Lantsheer, dat ook spr. overtuigd is van de zorg en de kennis van den ingenieur van Walcheren ook bij den bouw der gemalen, die het landsschoon niet schaden. Tot den heer Franse zeide Mr. Dieleman, dat de goede samenwerking met de Z. L. M. steeds op hoogen prijs wordt gesteld. Spr. wees er als slot op, dat de belangrijk- heid van den Polderbond steeds toeneemt, hij geeft vele adviezen aan Ged. Staten zoowel als aan gemee-nten -en waterschapsbesturen. Samenwerking op allerlei gebied en ook op dit terrein is het beste voor ons Vaderland. Steeds heeft Nederland gekend een groote autonomie ook voor de kleine gemeenten, en dit is zeker een der beste steunpilaren van onze gemeenschap. Maar men mag wat de waterschappen en polders betreft, niet ver geten, dat op deze een zware, belangrijke, publiekrechterlijke taak rust. Door deze goed te vervullen redt men de autonomie en daar- mede is een groot belang voor de gemeenschap gediend. De boer is gaarne koning op zijn eigen land, maar dat kan hij niet zijn, als hij niet te gelijk erkent, dat ook anderen zijn rechten hebben. Met deze woorden sloot de Voorzitter de vergadering. De heer Lantsheer, voorzitter van den ont vangenden Polder, n.l. den Polder Walcheren, dankte ook dat men hier de vergadering wilde houden en meende, dat de heer Van Lanschot over wat de Polder doet voor het landschap niet ontevreden kan zijn. De lunch. Hiema begaven de aanwezigen zich naar de pier, waar in het restaurant een lunch werd gebruikt, tijdens welke de heer Dieleman het woord voerde om een dronk te wijden aan de heugelijke gebeurtenis. op het paleis Soest- dijk. Toen even later het Dassi-ensemble zijn op treden inzette met het Wilhelmus, werd dit door alle aanwezigen spontaan staande mede- gezongen. Trouwens des morgens tijdens de vergadering was men opgestaan en naar serre en terras gegaan toen de Vlissingschen Oranjebond met de beide muziekkorpsen voor het terras uiting gaf aan de Vaderlandsche vreugde van de Vlissingers en het volkslied deed hooren. De autotocht. Na de lunch begaf men zich naar de buiten wachtende auto's voor een tocht door Wal cheren. Het ging over Koudekerke, Bigge- kerke, Zoutelande, Westkapelle en Domburg naar Oostkapelle om in die gemeente het fraai buiten ,,Zeeduin" van Mr. Lantsheer op te rijden. Hier was het bestuur van den Polder Wal cheren gastheer op het door zijn voorzitter beschikbaar gesteld terrein, waar het, nu het weer zich verbeterde een heerlijk verblijven was. Mr. Dieleman kon zich aller tolk rekenen toen hij den Polder Walcheren hartelijk dank bracht voor deze ontvangst en zijn voorzitter voor zijn gastvrijheid. o

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 6