WIE PRUS STEL1 OP GOED BROOD, KOOPT HET IN VAN STRIEN'S BAKKERIJ, NOORDSTRAAT 79
Sport
i
TERNEUZEN, 28 JULI 1939.
Een vaeantie op de heide
PROVINCIALE STATEN VAN
ZEELAND.
HITLER TE BAYREUTH.
Men meldt uit Berlijn: Hitler was Dinsdag-
avond te Bayreuth aanwezig bij een feestelijke
opvoering van een opera van Wagner. Dit feit
is volaoende am de onjuistheid aan te toonen
van in het buitenland in omloop gebrachte
geruchten, dat Hitler ongesteld zou zijn, zoo
wordt in politieke kringen verklaard, daar van
iemand, die ,,twee zenuwinstortingen" beeft
gebad, redelijkerwijze kan worden verwacbt,
dat bij urenlang een opera van Wagner volgt.
(Wie bad dat dan gezegd?)
Bij telefonische navraag in bet buis van
mevrouw Winifred Wagner, waar Hitler ver-
toeft, werd vemomen, dat Hitlers gezondheid
uitstekend is.
Tot Vrijdagavond 12 uur zullen ecbter geen
vliegtuigen binnen een straal van 2 K.M. van
het Theater Bayreuth mogen vliegen.
DANZIG PLOTSELING MINDER AUTUEEL.
De Berlijnscbe corr. van bet R. Nwbl.
schijft: Er zijn op het oogenblik volgens de
Duitsche pers, in Engeland twee politieke
stroomingen. De eerste is erop gericbt,
Duitschland militair en economisch te omsin-
gelen, teneinde onverwinnelijke bolwerken op
te werpen tegen elken Duitschen invloed in de
levensruimte van bet Duitsche volk. De
tweede strooming streeft emaar Duitschland,
nadat het door de omsingeling machteloos ge
maakt is, ertoe over te halen, vriendschappe-
lijk samen te werken met de groote democra-
tieen en in de eerste plants met Engeland,
welke vriendschappelijke samenwerking dan
daarop neer zou komen, dat Duitschland een
stevig pond sterling-crediet aanvaardt, en in
ruil daarvoor zijn economisch systeem onder
,,democratische'', dat is Engelsche controle
stelt.
iMlen voelt er zoowel onder het volk als tot
in de hoogste kringen niets voor, Engeland
te erkennen als den voogd van het Derde Rijk.
M!en vindt in Duitschland, dat een tweede
Munchen" de radicale oplossing zou kunnen
brengen van Duitschlands vele problemen, die
overigens meer en meer het karakter begin-
nen aan te nemen van territoriale aanspraken.
De minimum-eischen van Hitler jegens Dan
zig en een verbinding door den Corridor be-
hooren definitief tot het verleden. Het wordt
steeds duidelijker, dat men niet alleen Danzig,
maar heel den Corridor wil. Verder laat
Duitschland geenszins zijn aanspraken varen
op de gebieden, die, deels door volksstemmin-
gen en deels door geweld, van het Rijk ,,afge-
nomen" en bij Polen ingelijfd werden.
De campagne, welke in het Derde Rijk met
ongehoorde felheid tegen Engeland wordt ge-
voerd, hoedt zich er angstvallig voor, een
grens te overschrijdenzij breekt namelijk
nooit alle bruggen af en laat de mogelij-kl M
open tot onderhandelen.
Nu is het niet meer dan een zuiver-zake-
lijke houding, dat men, in het vooruitzicht
van diplomatieke onderhandelingen, zijn
eischen zoo hoog mogelijk opschroeft om later
des te meer concessies te kunnen doen, wan-
neer een overeenkomst mogelijk blijkt.
Intusschen is het merkwaardig, dat meer
en meer geruchten de ronde beginnen te doen,
dat Danzig en de verbin dings weg door den
Corridor voorloopig aan actueele beteekenis
hebben ingeboet. Een blik op de kaart is vol-
doend'e om te zien, dat Duitschland door zijn
versterkingen in het oosten en zijn aanzien-
lijke militaire macht in Tsjechie en Slowakije
Polen als het ware in een ijzeren greep ge-
vangen houdt. Meer en meer hoort men, dat
Duitschland de kwestie-Danzig voorloopig wil
uitstellen om door een onverwachten uitval
in zuid-oostelijke richting zich de voorraden
te verzekeren, zonder welke het op het oogen
blik nog geen langdurig conflict aan zou dur-
ven. Dit zijn slechts geruchten, doch waar-
om zouden ook deze geruchten niet een kern
van waarheid kunnen hebben?
A CUT MILLIOEN POND VOOR POLEN.
In het Britsche lagerhuis heeft sir John
Simon meeggdeeld, dat aan Polen een crediet
van 8 millioen pond sterling is toegestaan
voor den aankoop van oorlogsmateriaal. Over-
wogen is, de leening in geld te verstrekken, j
ten einde Polen ook in staat te stellen, elders
oorlogsmateriaal te bestellen, maar de onder
handelingen daarover zouden te veel tijd in
beslag nemen, zoodat de daarvoor noodige
wetsontwerpen niet tijddg genoeg ingediend
zouden kunnen worden.
Voorts heeft de minister van handel, Stan-
ley, verklaard, dat geen ambtenaar van zijn
departement of van het departement van
overzeeschen handel of van dat voor export- i
credieten een ontmoeting met Wohltat heeft
gehad tijdens diens bezoek. Op de vraag of
het, als resultaat van dat bezoek, in de be-
doeling lag, de Duitsch-Britsche handelsbe-
sprekingen, die na de gebeurtenissen van
Maart geschorst waren, te hervatten, ant- j
woordde Stanley, dat de toestand blijft zoo-
als hij na de gebeurtenissen van Maart had
medegedeeld, n.l. dat de besprekingen ge
schorst waren met het ocg op den politieken
toestand. i
Verder gaf Stanley te verstaan, dat binnen-
kort de handelsbesprekingen met Bulgarije,
welke reeds verscheiden maanden gaand'e zijn,
zullen worden geeindigd.
Volgens gezaghebbende kringen zou bij wijze
van proef een handelscrediet van 500.000 pond
worden verleend, bestemd voor den invoer van
fruit en aardolie uit Bulgarije en de levering
van spoorwegmateriaal uit Engeland. Er zou
den „,uitvoercredieten" worden gegeven. Bul-
gaarsche tabak valt niet onder dze regeling.
In welingelichte kringen te Warschau levert
men nog geen commentaar op Simons verkla-
ring. Men wacht op de juiste termen van de
overeenkomst. Toch is er een zekere verwon-
dering bij de openbare meening te bespeuren,
aangezien de Poolsche pers had laten door-
schemeren, dat de Britsche leening hooger zou
zijn dan de binnenlandsche leening in Polen,
welke ongeveer zestien millioen pond sterling
bedroeg.
DE VER. STATEN ZEGGEN HET
HANDELS- EN SCHEEPVAARTVERDRAG
MET JAPAN OP.
Het ministerie van buitenlandsche zaken te
Washington heeft, meldt de N. R. Crt., mede
gedeeld, dat de regeering der Vereenigde Sta-
ten besloten heeft, het handels- en scheep-
vaartverdrag met Japan van 1911 op te
zeggen.
Dit besluit, dat groote verrassing heeft ge-
wekt, werd om half tien in den avond aan de
pers medegedeeld door een ambtenaar van het
departement van Staat, die nader verklaarde,
dat het doel is de „Amerikaansche belangen
beter te beschermen en te ontwikkelen".
De opzegging zal over zes maanden van
kracht worden, waardoor het Congres in staat
zal zijn, in de komende zitting de kwestie
van een embargo op voor Japan bestemde
grondstoffen te bespreken. Het departement
van Staat beschouwde het verdrag namelijk
als een hinderpaal voor de toepassing van zulk
een embargo, dat het onderwerp vormde van
een onlangs door senator Pittman ingediende
resolutie.
In de door Hull aan den Japanschen am-
bassadeur Horinoetsji ter hand gestelden tekst
wordt gezegd:
„In de laatst verloopen jaren heeft de Ame-
rikaansche regeering de verdragen betreffen-
de handel en scheepvaart, die in werking zijn
tusschen de Ver. Staten en andere landen, be-
studeerd, teneinde vast te stellen, welke wij-
zigingen noodig zouden kunnen zijn, teneinde
een betere bereiking van het doel te verzeke
ren, waarvoor die verdragen waren aange-
gaan. In den loop van dit onderzoek is de
Amerikaansche regeering tot de overtuiging
geraakt, dat het verdrag van handel en
scheepvaart, tusschen de Ver. Staten en Japan
te Washington onderteekend op 21 Februari
1911, bepalingen bevat, die opnieuw zullen
moeten worden overwogen. Teneinde een weg
voor een dergelijk overleg voor te bereiden en
ook om te komen tot een betere waarborging
en uitbreiding van de Amerikaansche belan
gen, maakt de Amerikaansche regeering hier-
mede bekend, dat zij. den wensch koestert het
verdrag te doen eindigen en ook het begelei-
dende protocol als verstreken wil beschouwd
zien zes maanden na de dateering van deze
kennisgeving."
De mededeeling aan de Japansche regeering
was geteekend door Hull zelf.
President Roosevelt en Hull hebben het be
sluit tot opzegging van het verdrag genomen
na de beslissing van de commissie van bui
tenlandsche zaken van den Senaat om de be-
handeling van de resolutie, welke is ingediend
door senator Vandenberg, uit te stellen tot
het einde der week. Deze resolutie hield in,
dat de Senaat zou spreken over het opzeggen
van het handels- en scheepvaartverdrag met
Japan van 1911. De voorzitter van de com
missie, Pittman, verklaarde aan de pers, dat
de commissie in gesloten zitting gesproken
heeft over de mogelijke gevolgen van een der-
gelijke handelwijze van de Vereenigde Staten
op de jongste overeenkomst tusschen Enge
land en Japan. Vandenberg deelde mede, dat
vele leden van de commissie eerst nadere in-
lichtingen verlangden over den gewij-zigden
toestand in het Verre Oosten.
(Senator Pittman heeft in een interview ver
klaard, dat hij dezen stap der regeering ver-
standig en gerechtvaardigd acht.
De eerste indruk te Washington van de op-
zegginig van het handelsverdrag van 1911 is,
naar Havas meldt, dat het departement van
Staat een waarschuwing tot Japan heeft wil-
len richten en bij dit land geen twijfel heeft
willen laten omtrent het standpunt der Ver-
j eenigde Staten, dat na het Woensdagmiddag
door de commissie van buitenlandsche zaken
genomen besluit de behandeling van het voor-
stel tot opzegging van het verdrag tot het
einde der week op te schorten, verkeerd had
kunnen worden uitgelegd.
I De nota inzake de opzegging is door Hull
aan den Japanschen zaakgelastigde te Was
hington overhandigd, terwijl tegelijkertijd de
Amerikaansche ambassadeur te Tokio den in-
houd ervan aan het Japansche ministerie van
buitenlandsche zaken heeft medegedeeld. Men
i wijst te Washington in het bijizonder op het
feit, dat, aangezien het verdrag in zijn geheel
is opgezegd, het gebaar der Amerikaansche
regeering vooral een politiek karakter draagt.
Het zou namelijk voldoende zijn geweest, de
clausule der meestbegunstiging op te zeggen
om de aanneming mogelijk te maken van de
motie van Pittman, waarin een embargo op
wapens en op alle industrieele grondstoffen
voor Japan geeischt wordt. Men herinnert er
in dit verband aan, dat de opzegging door de'
regeering der Vereenigde Staten van een han
delsverdrag uit politieke overwegingen vrijwel
zonder precedent is. Ten slotte toont het be
sluit van het departement van Staat, dat, on-
geacht de politiek, welke door andere mogend-
heden in China wordt gevolgd, de Vereenigde
Staten de rechten van de ,,open deur" hand-
haven en, door duidelijk de mogelijkheid van
retorsiemaatregelen aan te toonen, te kennen
willen geven, dat zij zich niet zullen neerleg-
gen bij incidenten, welke in strijd zijn met de
Amerikaansche belangen, zooals deze week
de blokkade van Kanton. Alvorens zich even-
wel vast te leggen op een politiek van sane-
ties door een embargo, laat de Amerikaansche
regeering Japan zes maanden den tijd om zijn
politiek in China tegenover de Ver. Staten
te wijzigen.
Gemeld kan nog worden, dat de Vereenigde
Staten Japan's grootste leveranciers zijn van
de voor oorlogsoperaties noodige grondstoffen,
in hoofdlzaak katoen, ijzer, staal en petroleum.
Voorstanders van het embargo gelooven,
dat de toepassing ervan voor Japan tenge-
volge zal hebben, dat het in zijn bewegings-
vrijheid in China wordt belemmerd en wel-
licht zelfs genoodzaakt zal worden, zich uit
dat land terug te trekken.
De tegenstanders beschouwen het als een
stap naar den oorlog en gelooven, dat wraak-
maatregelen van Japan gevolgd zullen wor
den door weerwraakmaatregelen van de Ver
eenigde Staten en wellicht door een conflict.
De opzegging van het verdrag met Japan
wordt, blijkens een Havas-telegram uit Was
hington, in Congreskringen met instemming
ontvangen. Vandenberg, de Republikeinsche
senator, verklaarde: ,,Ik verwacht van dit be
sluit van de Amerikaansche regeering de tot-
standkoming van een nieuw verdrag, dat de
rechten van de Ver. Staten waarborgt."
Pittman, de voorzitter van de commissie
voor de buitenlandsche aangelegenheden uit
den Senaat, wees er op, dat thans in artikel
9 van het tractaat het volgende is bepaald:
geen der beide partijen mag ten aanzien van
de andere partij beperkende bepalingen maken
op den invoer of uitvoer van producten,
komende van of bestemd voor gebied van de
andere partij, tenzij die beperkende bepalingen
niet tevens gelden voor den ex- of import van
dezelfde goederen van andere naties.
Naar Reuter uit Tokio meldt, heeft de op
zegging van het verdrag op de beurs een
daling van verschillende fondsen tengevolge
gehad.
De eerste reactie der Japanners was er een
van verbazing, omdat zij gemeend hadden,
dat Vandenberg's motie zuiver door motieven
van binnenlandsche politiek was ingegeven en
geen gevolgen zou hebben. De plotselinge
daad van Roosevelt heeft een einde gemaakt
aan de onjuiste opvattingen nopens Amerika's
houding tegenover Japan. De langdurige cam
pagne van onjuiste voorstellingen, gegrond op
de Amerikaansche verdraagzaamheid tegen
over Japan in China had bij de Japanners den
indruk gewekt, dat de Ver. Staten niet onwel-
willend tegenover de Japansche politiek ston-
den.
Josjizawa, de chef van de Amerikaansche
afdeeling van het departement van buitenland
sche zaken, zou gezegd hebben: ,,De Ameri
kaansche handeling is betreurenswaardig. Be-
vredigende resultaten kunnen niet verwacht
worden, zelfs niet als de Ver. Staten bereid'
zouden zijn tot het sluiten van een nieuw ver
drag, zoolang Amerika volhard't bij zijn hui-
dige houding tegenover Japan."
EXAMEN MULO-DIPLOMA.
Onder de candidaten der Chr. Mulo-school
alhier, die j.l. Zaterdag te Goes slaagden voor
het Mulodiploma A is verzuimd te vermelden
mej. Ma. de Ridder te Axel.
OMHOOGGEVAREN.
Tijdens de vaart op de Westerschelde is het
van Vlissingen komende Nederlandsche mo-
torschip ,,Azolla"', aan boord waarvan zich
een gezelschap padivinders (bevond, op de mid-
delplaat voor Terneuzen omhooggevaren.
Later is het schip op eigen kracht vlotge-
komen, waama de reis in de richting Hans-
weert is voortgezet.
VERBLIJDENDE BELANGSTELLING
VOOR ONZE PROVINOIE.
Mede dank zij. de bemoeiingen van den
Vlaamschen Toeristenlbond valt er den laat-
sten tijd een toenemende belangstelling der
Vlaamsche toeristen voor de provincie Zee-
land waar te nemen.
Zoo zullen op 15 Augustus, het feest van
,,half Oogst" verschillende uitstapjes naar
Zeeland plaatsvinden.
Naar we van den ondernemer, den heer P.
C. de Doelder te Terneuzen, vernemen, staat
o.m. op het programma een trip van Gent
naar Goes, waaraan 500 personen zullen deel-
nemen.
Van Gent zal gevaren worden met een der
booten van den Provincialen Stoomhootdienst
op de Westerschelde, de ,,Luctof et Emergo",
naar Hoedekenskerke, vanwaar het gezel
schap per tram naar Goes zal reizen.
Verder zal vermoedelijik een reis georgani-
seerd worden van Antwerpen naar Vlissingen,
terwijl ook plannen in voorbereiding zijn om
met een der zeebooten van de Stoomvaart
Maatschappij Zeeland" te Vlissingen, een
tweedaagsche tocht GentLouden te organi-
seeren.
Verder worden nog andere plannen uitge-
werkt voor een bezoek aan onze provincie.
A1 met al is het een verheugend feit, dat de
provincie Zeeland, welke op het gebied van
natuurschoon den toeristen heel veel te bie-
den heeft, ook in Belgie in het teeken der be
langstelling staat.
BELOONDE IJVER.
Voor den aanvang der in Mei en Juni van
dit jaar gehouden examens ter verkrijging
van het middenstandsdiploma algemeene han-
delskennis werd bekend gemaakt, dat de mi
nister van Economische Zaken besloten had
een zilveren medaille uit te loven aan hem of
haar die het beste examen zou afleggen. Bij
gelijkheid van cijfers zou deze medaille wor
den toegkend aan de(n)gene, die onder de
moeilijikste omstandigheden zou hebben ge-
studeerd.
Na zorgvuldige schifting onder de duizen-
den geslaagden is getoleken, dat deze unieke
onderscheiding moet worden toegekend aan
den heer E. J. van Dijk, gaboren 7 Augustus
1909, wonende te Schouwerzijl in Groningen.
Deze candidaat, een werklooze bakkers-
knecht, komt voort uit een behoeftig gezin
met tien kinderen. Hij heeft de lagere school
niet geheel kunnen doorloopen, want op zijn
twaalfde jaar reeds moest hij het zijne er toe
bijdragen om in de .behoeften van het groote
veedrijvers-gezin te voorzien.
In zijn zestiende levensjaar stond zijn vader
hem toe een vak te leeren en de jongeling
koos dat van bakker.
Hij bleef in dit bedrijf werkzaam tot dat hij
in April van dit jaar buiten betrekking ge-
raakte.
Na de lagere school heeft hij geen ander
onderwijs meer genoten, dan dat, benoodigd
voor het thans behaalde diploma.
Voor het bezoeken van den cursus moest
hij telkens 2'8 km per rijwiel afleggen.
Aangezien zijn vak hem niet toestond op de
werkdagen te studeeren, besteedde hij daar-
aan den Zaterdagavond en den geheelen Zon-
dag. Hij beboorde tot de ijiverigste leerlingen
en bleek over een goed verstand te beschik-
ken.
Van Dijlk heeft zijn lessen zelf moeten be-
kostigen uit zijn weekloon, want zijn moeder,
die reeds eenige jaren weduwe is, was niet in
staat iets bij te dragen.
Thans ziet deze doorzetter zijn onvermoeide
streven bekroond met de ministerieele onder
scheiding.
LUXOR-THEATER.
Het schip der vervloeking.
Een der meest romantische figuren uit de
Britsche letterkunde van een vorige generatie
was Robert Louis Stevenson. Diens roman-
tiek openbaarde zich zoowel in zijn leven, zijn
reizen en trekken en zijn vlucht uit ,,de be-
schaVing"', als in zijn literair werk.
Bij Apia, op Upolu, is hij ten laatste neer-
gestreken, na een leven, dat een even boeien-
de roman was geweest, als welk van zijn wer
ken ook is en blijft. Op den top van Mount
Vaea (Upolu) ligt hij begraven; maar hij was
in Sohotland geboren en voor Schotland heeft
hij een vurige liefde gekoesterd, evenals voor
de zee.
Schot toont hij zich in tal van zijn boe'ken:
In Kidnapped, David Balfour, The Master of
Ballantrae, St. Ives, is hij de Schot die schrijft
oVer het land van zijn geboorte, dat het land
werd van zijn liefde en van zijn fantasie.
De twee romans Kidnapped" en David
Balfour" zijn nu verfihnd, onder den (slech-
ten Hollandsehen) titel „Het schip der Ver
vloeking".
Wij beleven in deze film een faze van den
smeulenden opstand der Schotten tegen het
Engelsche gezag omstreeks 1740/1750. De
populaire volksmenner Beck is de ziel van het
venzet tegen de meedoogenlooze „rakkers"
van den (Engelschen) fiscus. Er valt bij een
belastinginning met dwang in een afgelegen
dorp een schot uit het duister, en de aanvoer-
der der belastingafpersers valt, doodelijk ge-
troffen. De daad wordt den voortvluchtigen
Beck in de schoenen gesohoven, maar een an
der heeft het schot gelost en de kleine Laird
David Balfour zag het gabeuren. Beck door-
grondt dit, neemt den jongen mee op zijn
vlucht om hem tot zwijgen te dwingen.
Maar ziet: de in ontzag voor den koning van
Engeland opgevoede jongen en de aartsvijand
van gezegden koning, de Schotsche hoofd-
muiter, worden vrienden en die Dritte im
Bunde, het schoone meisje uit de Hooglanden,
maakt de vlucht mede.
David is de toekomstige bezitter van een
kasteel bij Edinburgh, waar zijn schurkaoh-
tige oom hem naar het leven staat (een pak-
kend verfilmde episode, die u het kippevel be-
zorgt)Tenslotte komen de drie aan boord
van het sorfip van den zeeschuimer, boef,
smokkelaar, ronselaar, dronkaard en beul:
kaper-kapitein Hosean, die doet wat hij kan,
maar toch te kort schiet. De boozen zullen
hun straf krijgen, de braven gaan vrij uit.
Achter en boven de film pangt de sfeer van
den opstand. Een volk wordt geknecht, maar
in dat volk leven krachten van verzet en als
het moet van wraak. Het zal de taak van
den waren staatsman zijn aan deze op elkaar
botsende krachten en driften de juiste, de on-
gevaarlijke resulteerende richting te wijzen.
Dat is aan het Engeland van midden acht-
tiende eeuw in Schotland ook gelukt (in Ier-
land niet of misschien nog niet). Dat een
schrijnerud conflict tusschen twee nauwver-
wante volksgroepen, hier op het doek ge
geven, zoo direct tot ons spreekt, kan moge
lijk worden verklaard uit de tijdsomstandig-
heden: Oostenrijk, Tsjechoslowakije, Abessi-
nie, Spanje, China. Maar de film als film en
wel als romantische film heeft toch ook kwa-
liteiten, die aan geen tijd of tijdperk gebon-
den zijn.
Veldslag in New-York.
'Het oude, beproefde gezegde, dat in oorlog
en liefde alles geoorloofd is, is nooit te oud
om niet als grondidee van nog een Ameri
kaansche lachfilm dienst te kunnen doen.
Ditmaal speelt het verhaal Veldslag in
New-York" dan onder de mannen van een
hoogovenlbedrijf, kerels, die eerst slaan en dan
pas denken of ook beginnen te boksen als zij
met denken niet verder komen. Hun leider
is een voorman, een reus van een kerel, die
met zijn groote body en zijn nog grootere
hart, niet altijd raad weet. Victor McLaglen
maakt van deze rol een man van stoere
kracht, hartelijk in al zijn daden, naief in
zijn opvattingen, maar met een hart van
goud. De band, die al deze menschen samen-
houdt, is dat zij eens samen in den wereld-
oorlog streden en nu nog als leden van het
legioen van oudstrijders zich alleen onder el
kaar thuis voelen.
De fabrieksbaas stuurt zijn voorman en
diens grooten rivaal, een ploegbaas Brian
Donlevy naar New-York, waar zij den zoon
van den baas uit de strikken van een beeld-
schoone revuester moeten bevrijden. Het
eerste, dat de voorman doet, is zelf stapel
verliefd worden op een van die artisten. Het
zijn Udders door dik en dun, die twee, vlug
met de vuist, altijd ontvankelijk voor een aar-
dig gezichtje, eeuwige rivalen, die elkaar par-
ten spelen met een simpelen humor, die er
nooit in faalt de lachtranen te voorschijn te
brengen.
De vuistgeVechten in deze film zijn knappe
staaltjes massaregie. Zij worden gezellig on-
derbroken door enkele aardige revueseenes.
BijZonder pleizierig is daarin een liedje, dat
iemand nog menigen dag bijblijft. Het gaat
over de dochter van Mademoiselle van Ar-
mentieres, het legendarisch lief j-e van de Ame
rikaansche troepen in Frankrijik. De honderd
man van het legioen en het eene meisjes
raken verwikkeld in een serie dolle scenes,
die ten slotte haar toppunt vinden in een mas-
saal gevecht tusschen deze ouidstrijders en
een groep ex-boksers, in een gesticht voor
zenuwlijders.
DE INPOLDERING VAN HET SLOE.
Naar het „D. v. Z." vemam, heeft het
onderzoek, dat deskundigen van de Heide Mij.,
op verzoek van de z.g. Sloe-commissie op de
gronden ten Zuiden van den Sloedam verricht
hebben, uitgewezen, dat de slikken van het
voorste gedeelte over een oppervlakte van
ongeveer 500 ha een gemiddelde hoogte heb
ben van 2.30 m boven Amsterdamsch peil.
Wanneer men nu weet, dat de Z. Kraayert-
polder, welke vlak tegen het Sloe ligt, een
hoogte heeft van 1.30 m boven A. P., dan be-
hoeft het geen betoog meer, dat inpoldering
van het voorste Sloe-gedeelte mogelijk is.
De geul in bedoeld Sloegedeelte heeft een
oppervlakte van ongeveer 60 ha.
Het resultaat van het onderzoek zal door
de Sloe-commissie ter kennis worden gebracht
van de bevoegde instanties en aandrang zal
worden uitgeoefend, dat zoo spoedig mogelijk
dit prachtig productief werkobject aangepakt
wordt.
VOORSTEL TOT AFSOHAFFINiG
DER PROMOTIE- EN DEGRADATIE-
WEDSTRIJDEN EN TOT UITBREIDING
DE COMPETITIE.
De vereeniging ter behartiging van de be
langen van tweede, derde en vierde klasse
voetbalvereenigingen in Nederland heeft aan
den K.N..V.B. voorgesteld:
1. De promotie- en degradatiewedstrijden
af te schaffen.
2. In verband daarmede met ingang van
het seizoen 1940/41 in die districten waar
zulks gewenscht wordt of niet reeds is ge-
schied, het aantal clubs per afdeeling in de
lste, 2de en 3de klasse tot 12 uit te breiden.
Afschaffing der promotie-degradatiewed-
strijden is gewenscht, aldus de toelichting, ten
eerste, omdat zij er toe leiden, de beoefening
van het voetbalspel een specifieke winter-
sport te vervormen tot een winter- en
zomersport.,
De beoefening der zuivere zomersporten
door voetballers komt thans in het gedrang,
met het gevolg, dat in tal van gevallen niet
met de noodige frischheid de nieuwe compe-
tities worden aangevangen. Bovendien is het
billijk, dat door het leidend voetballichaam,
den K.N.V.B., er toe medegewerkt wordt, dat
de leidende lichamen der zomersporten het
hun toekomende zomerseiizoen onrverkort
worde toegemeten.
Ten tweede, omdat aan promotie-degrada-
tiewedstrijden in het algemeen niet de waarde
toegekend mag worden van een zuivere
krachtmeting tusschen de deelnemende elf-
tallen.
Het karakter dezer wedstrijden is niet te
vergelijken met dat van de gewone competi-
tiewedstrijden. Op de spelers van eerstge-
noemde wedstrijden oefent het besef, dat in
enkele ontmoetingen beslist wordt het over-
gaan naar een hoogere, of het afzakken naar
een lagere klasse, een te grooten invloed uit,
om normaal spel te verwachten. Dit, ge-
voegd bij de omstandigheid, meermalen in een
voor voetbalspel ongeschikte, te hooge, tem-
peratuur te moeten spelen, waardoor van de
lichamelijke, maar ook van de geestelijke ge-
steldheid der spelers vaak te veel gevergd
wordt, heeft tot droeve ervaringen geleid.
Ervaringen, welke niet alleen spelers afschrik-
ken, maar tevens anti-propagandistische ge
volgen helbben voor ouders, voogden en op-
voeders der jeugd, die wij toch zoo gaarne als
actieve deelnemers tot onze sport zien toe-
treden.
Indien tot afschaffing der promotie-degra-
datiewedstrijden besloten wordt, kan onver-
wijld tot een uitbreiding der afdeelingen van
10 op 12 elftallen worden overgegaan. Hier-
mede wordt bereikt:
1. Een opvoering van het aantal competi-
tiewedstrijden van 18 tot 22. Als aaneenge-
sloten wedstrijdreeks zal deze vermeerdering
niet leiden tot een storende seizoen-verlen-
ging. De competitie kan zeker voor 1 Mei ge
eindigd zijn, abnormale weersgesteldheid voor-
behouden, te meer daar in de laatste jaren
alom in den lande terrein-verbeteringen tot
stand kwamen en nog steeds allerwege op
deizen goeden weg wordt voortgegaan.
2. Dat de geluks- of ongeluksfactor door
het spelen van 22 wedstrijden in plaats van
18 een belangrijk kleiner rol vervult in het
spel om de hoogste en laagste plaatsen.
Het voorstel is onderteekend door de afge-
vaardigden ter bondsvergadering.
Dan Purol meenemenDit verzacht en geneest
zonnebrand en voorkomt vervellen. Doos 30 ct.
(Ingez. Med.)
(Vervolg vergadering van Woensdag.)
Dijksverbetering Karelpolder.
Het volgende punt was het voorstel om aan
het Bestuur van den Karelpolder gedurende
40 jaren een bijdrage van 340 toe te kennen
van de in werkversohaffing uit te voeren
verlbetering van den zeedijk van dien polder.
Na een korte bespreking werd het voorstel
aangenomen zonder hoofdelijke stemming.
Ovememing deel weg Krulningen
Ierseke.
Thans kwam ter tafel het voorstel om van
de gemeente Kruiningen met ingang van 1
Januari 1940 in beheer en onderhoud over te
nemen 1.655 km van den weg Kruiningen
Ierseke.
Alzoo besloten zonder hoofdelijke stemming.
Overneming deel weg St. Maartens-
dijk naar Stavenisse.
De Staten besloten tot overneming in be
heer en onderhoud van 1.623 km van den weg
St. MaartensdijkStavenisse van laatstge-
noemde gemeente en zulks met 1 Januari
1940.
Qvemehiing deel weg Nieuwvliet
Sluis.
Het volgende voorstel was dat om in beheer
en onderhoud over te nemen 2.4359 km van
den weg NieuwvlietSluis. ook met ingang
van 1 Januari 1940.
Alzoo besloten.
Ovememing deel weg St. Annapoider-
Terhole.
Het laatste besluit tot ovemame van een
Wegsdeel betrof 0.9517 km van den weg St.
AnnapolderZaamslagTerhole van de ge
meente Zaamslag en dit ook weer met ingang
van 1 Januari 1940.
Onttrekking van een weg te Terneuzen
aan het openbaar verkeer.
Ged. Staten stelden voor de Oudelandsche
dijk in de gemeente Terneuzen aan het open
baar verkeer te onttrekken.
De heer HAiMELIiNK wilde de zaak aan-
houden, omdat er, zooals hem bij een herhaald
bezoek bleek, een woning aan dien weg staat.
De heer DIELHMAN meende, dat de heer
Hamelink zich toch vergist in den weg die be
doeld wordt, want daaraan ligt geen woning.
De heer GE5HBHOEDT meende, dat de men
schen toch het erf af kunnen komen.
De heer HAiMELINK zeide, dat dit wel
waar is, maar hoe? Het is een historisch ge-
vormden toestand. Spr. hield vol, dat men het
kan aanhouden en hij wees op het gebrek aan
een situatieteekening in dergelijke gevallen.
De heer DIELEMMN hield vol, dat het
dijkje geen beteekenis heeft.
OVer het voorstel tot aanhouding van de
beslissing staa'kten de stemmen en werd het
dus aangehouden tot de volgende zitting.
VaststeHing brugtarief te Tholen.
Ged. Staten stelden voor, het verleden jaar
vastgestelde tarief voor het bruggeld te Tho
len, dat op 9 October a.s. afloopt, voor een
jaar, ingaande 10 October, voor een jaar te
bestendigen.
Bij de over dit onderwerp gevoerde bespre
kingen stelde de heer Staverman een amende-
ment voor, waarin Ged. Staten werd ver-
zocht alles te doen om voor de najaarszitting
een definitief voorstel te doen.
De heer VAN 't HOFF deed een voorstel in
de richting van invoering van abonnementen
en tienrittenboekjes.
De heer DEfKKER vroeg o.a. hoe Ged. Sta
ten denken over de wijize, waarop autoriteiten
te Tholen zich verrijkt hebben.
De heer STOQEGER heeft ook naar aanlei-
ding van een opmerking van den heer
Adriaanse gezegd, dat het hier wel degelijk
een juridische kwestie ibetreft, omdat het gaat
om de vraag of Tholen al of niet een veer-
reeht heeft, want daarvan hangt de schade-
loosstelling af. Spr. kan niet beloven dat voor
de winterzitting een afdoend voorstel in de
richting van een vrije brug is bereikt, doch
wel tegen de zomerzitting 1940.
De heeren Staverman en Van 't 'Hoff trok-
ken hun amendementen in, waama het voor
stel zonder hoofdelijke stemming werd aan
genomen.
Subsidie bouw vlassersschool te
Koewacht.
Thans was aan de orde het voorstel om aan
de Vereeniging tot verbetering van de Vlas-
teelt en de Vlasbewerking in Zeeuwsdh-Vlaan-
deren een bijdrage van 50 pet., met een
maximum van /6000 te verleenen in de kos-
ten van den bouw van een door haar te Koe
wacht op te richten vlassersschool.
be heer ADRIAANSE meende, dat men
deze zaak wat opschroefd; voor 15 leerlingen
kan men toch volstaan met een cursus en is
er geen school noodig.
De heer LOOKEFEBR zeide, dat deze
school er niet eens is van alleen streekbelang,
maar juist van een algemeen provinciaal be-
lang. Zeker zullen ook onvermogenden de
school gratis mogen bezoeken. De eenige
plaats voor vestiging geschikt is Koewacht.
Het bedrag van 6000 sulbsidie voor deze
school is beslist te weinig. De gemeenten,
waar de vlasindustrie gevestigd is, zijn niet
kapitaalkrachtig genoeg om van beteekenis
bij te dragen en zij zullen izich spiegelen aan
de ProV1. Staten. Van de Kamer van Koop-
handel verwacht spr. ook niet veel. De Indus
trie van Zeeuwsch-Vlaanderen omvat de helft
van de vlasindustrie in ons land. Spr. vroeg
Ged. Staten geen punt te zetten achter de des
morgens getoonde mildheid.
De heer VAN KLINKEN sloot zich aan bij
de meening, dat men hier te doen heeft met
een provinciaal belang van de eerste orde.
Spr. meende, dat het onderwijs toch zeker
grootendeels practisch zal zijn; want op de
vlasmarkt blijkt bij vergelijking dat aan het
Zeeuwisehe vlas nog veel te venbeteren is.