Een matte of gebruinde feint staat altijd charmant Burgerlijke Stand RECHTSZAKEN. LOOP DER BEVOLKING. GEMEENTERAAD VAN AXEL., men bet aanbrengen van dergelijke gaten overbcdig geoordeeld. Vergissingen met lanceerbuizen. Dinsdag is bet verhoor van kolonel Oram nog voortgezet. De voornaamste ondervrager was de advocaat van een der civiele partijen, wien bet er voornamelijk om te doen was van kolonel Oram de verzekering te krijgen, dat er een nalatigheid was gepleegd inzake het toelaten van te veel menscben aan boord bij de duikproef en inzake het nemen van de noo- dige voorzorgsmaatregelen om in geval van een ongeluk spoedig hulp bij de hand te heb- ben. De advocaat van de vakvereeniging van het werfpersoneel stelde ook vragen omtrent het te veel aan menscben aan boord en vroeg tevens, waarom aan de boei, die men naar de oppenvlakte had gezonden, geen telefoon was bevestigd. Hierop wist kolonel Oram natuur- lijk geen antwoord te geven, waarop de pro- cureur-generaal zei, dat men voor het vast- stellen van deze en andere kwesties den direc- teur van aanbouw en andere deskundigen zou hooren. Luitenant Woods, de officier, die als vrij- williger met kolonel Oram naar boven was gegaan om hulp te halen, is nog een zeer jong officier; hij is zeven jaar geleden als adelborst naar zee gegaan en kwam in 1936 voor het eerst op een duikboot. In October was hij op de Thetis geplaatst, die toen nog in aanbouw was. Woods verklaarde, dat de diverse werktuigen op de duikboot behoorlijk werkten. Op de vraag van den procureur-generaal, of hem toch niet iets had getroffen als onge- woon, zeide Woods, dat hem getroffen had, dat het duiken zoo langzaam ging. Hij besloot daarop na te gaan of inderdaad de lanceer- buizen 5 en 6 gevuld waren, zooals op de trim- kaart was aangegeven. Hij opende daartoe eerst de proefkraan van no. 6 en daarna die van no. 5. Hij kwam daaribij tot de conclusie, dat er in no. 6 eenig water was en in no. 5 water beneden de proefkraan. Hij ging daar op naar de controlekamer en vroeg aan luite nant Chapman, of de buizen 5 en 6 niet vol moesten zijn. Chapman zei ja, waarop Woods hem zijn bevindingen meedeelde. Luitenant Chapman vroeg toen aan Robin son, den eersten machinist van de werf, of de buizen vol waren en kreeg ten antwoord: neen. Na een bespreking tusschen die twee ging luitepant Wood weer naar voren om de zahk nog eens na te gaan en weer bleek hem, dat no. 6 balf vol was, terwijl er uit ,de proef kraan van no. 5 geen water kwam. Hij gaf daarop last te telefoneeren naar de controle kamer, dat no. 6 half vol was. Ongeveer ter zelfder tijd ontdekte hij, dat tank A vrijwel vol was, waaruit hij de conclusie trok, dat de duikboot vooraan heel licht moest zijn. Hij ging daarop weer terug naar de controle kamer en vroeg aan luitenant Chapman, of het misschien noodig was de torpedobuizen te vullen om de duikboot te helpen duiken. Het antwoord luidde: ja. Hierop vroeg hij aan Ro binson. of de doppen, welke de lanceerbuizen van buiten afsluiten, mechanisch bewogen konden worden. Het antwoord was: neen, waarop luitenant Woods weer zeide, dat hij ze dan in orde zou brengen. Toen hij weer vooruit kwam, vertelde een van de mannen hem, dat de hefboomen voor de afsluiters op gesloten stonden. Op de vraag, of alles in orde was, kreeg hij ten antwoord: ja. Vervolgens besloot Woods alle buizen na te gaan om te zien, of zij droog stonden, en daarvan rapport uit te brengen aan den eer sten officier. Hij ging zelf den stand van de buitenafsluiters na en bevond, dat die alle- maal op gesloten stonden. Daarop onderzocht hij de versdhillende buizen. Tenslotte ook buis 5. „lk begon te draaien aan den hefboom, wel ke de sluiting aan den achterkant van de buis in beweging brengt. Die werkte stroef, maar dat vond ik niets ongewoons, omdat hetzelfde met verschillende andere werktuigen in de duikboot het geval was, daar alles immers nieuw was. Toen hij tenslotte den laatsten slag aan den hefboom had gegeven, begon er water te druppelen van den bodem van de buis. Ineens, voor hij er iets aan doen kon, vloog de deur open en stroomde er een dikke straal water naar binnen. Op dat oogenblik was Woods er nog zoo van overtuigd, dat de buitenpoorten van de bui'zen gesloten waren, dat hij meende, dat er een breuk moest zijn in de buis. Had hij dadelijk begrepen, dat de buitendeur moest openstaan, dan zou het mis schien nog mogelijk zijn geweest den hefboom van den afsluiter te bereiken en te trachten dien dicht te doen. Hij had ook nog nooit meegemaakt, dat de controlekranen verstopt zaten of niet goed werkten, zooals hier het geval moet zijn geweest. De afdeeling van de lanceerbuizen begon snel onder te loopen en het kostte den officier eenige moeite de deur aan bakboord te berei ken. De matroos Hambrook, die achter hem aanikwam, was door het water omvergewor- pen, zoodat de officier hem op de been moest helpen, waardoor er eenige tijd verloren ging voordat de waterdichte deur gesloten kon worden. Zoodra het water binnenstroomde, riep Woods aan den onderofficier Mitchell aan de controlekamer door te geven, dat er geblazen moest worden. Dit geschiedde telefonisch. Het sluiten van de waterdichte deur kostte moeite, omdat deze aan den kant van het lanceercompartiment was vastgezet. Intus- schen was de boot over gaan hellen en lukte het niet meer de deur dicht te krijgen, zoodat het noodig werd ook de torpedokamer achter de lanceerkamer te ontruimen. Woods vertelde verder weer van de pogin- gen om via de kamer voor het Davistoestel, welke achter de torpedokamer lag, in een Davispak in de ondergeloopen compartimen- ten door te dringen en de lanceerbuizen te sluiten, waarop dan .de compartimenten van het water bevrijd hadden kunnen worden De eerste vrijwilliger was luitenant Chapman, die echter onwel werd, voordat de Daviskamer geheel vol was, en het sein gaf, dat men de kamer weer leeg moest laten loopen. Toen bood Woods zich zelf aan, maar hij vroeg om een hulp mee te sturen, waartoe Mitchell zich aanbood, die als torpedist daarvoor ook de aamgewezen man was. Ook Mitchell kon het met uithouden en de onderofficier Smithers, die zich daarna aanbood, evenmin, oods bracht op bewogen wijze hulde aan die beide onderofficieren, die zich tegen het gevoel van onbehagen hadden trachten te ver- zetten en dan ook niet eigener beweging wa ren teruggegaan, doch pas nadat hij Woods er het sein toe had gegeven. Woods zelf had zich met ziek gevoeld, maar was toch wel even gaan liggen, nadat de tweede poaina mislukt was. s Vervolgens deelde Woods mee, dat hij zich had opgegeven, toen er een vrijwilliger ge- vraagd was voor een gewaagde onderneming. Pas daarna had hij vernomen, dat het de be- doelrng was, dat hij met het Davistoestel tegehjk met kapitein ter zee Oram, naar boven zou gaan. Amilda-cr£me, die tevens zoo goed is voor de huid, is verkrijgbaar in deze twee begeerde teinten. Mat of Bruin. Doos 50 en 25 ct. Zooals men zich uit het verhoor van kolo nel Oram zal herinneren, was de eerste keer de Daviskamer niet geheel volgeloopen, waar- na luitenant Chapman haar weer leeg liet loopen. Op Woods' vraag wat er gaande was, antwoordde Chapman, dat hij dacht, dat de kamer boven het zee-oppervlak uitstak. Woods geloofde dat niet en er werd een tweede poging ondemomen, waarbij inder daad de kamer geheel volliep. Bij de ondervraging door den advocaat van een der civiele partijen zei luitenant Woods nog, dat hij niet geloofde, dat de kans op ontsnapping voor alien op dat oogenblik nog bestaan had. Het kostte geoefenden mannen al moeite om him gedachten te concentreeren op het uitvoeren van de voorschriften voor de behandeling van het Davistoestel en de on- geoefende burgers waren vermoedelijk niet meer in staat geweest om zich daarvan te bedienen. Ook van de marinemenschen waren er misschien enkelen al te ver weg geweest om nog een poging te wagen. Aan de uitvoerige verslagen nopens de zit- ting van het hof van onderzoek inzake het vergaan van de Thetis" van Woensdag is door de N. R. Crt. nog ontleend, dat luitenant Woods erkende, geen gebruik te hebben ge- maakt van de pin, .welke aan de aftapkraan, de z.ig. proefkraan van lanceerbuis 6 was be vestigd, om de kraan door te steken, voor het geval deze verstopt was. Hij had dezen doorsteker niet opgemerkt en wist niet, dat deze bestond. Ook de drie andere mogelijke middelen om na te gaan, of de buis leeg of vol was, had hij nagelaten, daar hij er ten- geVolge van de verklaring van Robinson, den chef-machinist van de werf, en het niet komien van water uit de proefkraan, van overtuigd was, dat de buis leeg of althans grootendeels leeg zou zijn. Als hij vermoed had, dat de boegdop open had gestaan, zou hij er niet over gedadht hebben de achtenklep van de buis te openen. Hij zou het ook niet gedaan hebben, als hij vermoed had, dat de buis vol of half vol water was, omdat er dan zooveel water in de .boot was gekomen. Luitenant Woods had echter gedacht, dat er slechts een klein beetje water in de buis zou zijn en wilde de buis van achteren openmaken om te zien, of de boegdop soms lekte, zooals wel eens op andere duiikbooten was voorgekomen. Op de vraag van een verdediger van een der civiele partijen zeide Woods, dat het niet bij hem was opgekomen, dat de kraan ver stopt had kunnen zitten. Hij' had het vanzelf- sprekend geacht, dat het personeel van de werf tevoren had nagegaan, dat dit soort din- gen in orde was. De advocaat vroeg Woods ook, of hij er zeker van was, dat hij naar voren was gegaan om zich zelf te overtuigen, dat de indicateurs voor de boegdoppen alle op gesloten stonden. Het antwoord luidde ja, waarop de adV'ocaat zei: „De zaak kan van belang zijn en daarom wilde ik uw geheugen op de proef stelien." Dit wekte even de ver- ontwaardiging van luitenant Woods, die met luide en krachtige stem zeide: „Ik leg deze verklaring af onder eede." Aan het verhoor van den stoker Arnold zij nog ontleend, dat de vier mannen, die omge- komen zijn in de Daviskamer, daar circa vijf- tien of twintig minuten vertoefd hebben. Toen er al dien tijd niets gebeurd was, blies men de kamer weer leeg en bevond men, dat drie van de mannen dood waren. De mondstuk- ken waren van de DaVistoestellen, die zij droe- gen, afgescheurd. De vierde man, wiens Davistoestel nog in orde was, leefde nog, doch gaf spoedig den geest. Dat er vier mannen tegelijk in de kamer waren gegaan, was ge- schied op aandrang van jien eersten officier. Toen bleek, dat vier man onder de gegeven omstandigheden te veel was volgens Ar nold zou onder normale omstandigheden de ruimte voor vier man voldoende zijn geweest, - besloot men weer twee mannen te laten gaan. Aan de beurt waren Arnold en Shaw, een van de mannen van de werf. Shaw had nimmer proeven met het Davistoestel meege maakt. Hij bleek te dik om de riemen zooals het behoort dulbbel vast te maJken, waarop Arnold ze op zijn rug samenbond. Arnold gaf hem verder den raad gewoon te ademen en zijn uitlaatkraan open te zetten, zoodra hij de kamer verliet. Daarna liet hij de kamer vol- loopen. Hierop duwde Shaw het luik open en Arnold zag hem opst-ijgen, waarop hij zelf ook de kamer verliet. Hij werd vastgehou- den door een paar haken, toen hij het luik uit wilde gaan, doch wist zichzelf vrij te trap- pen. Ook raakte hij een paar draden, dit al les tengevolge van den schuinen stand van het wrak. In normale omstandigheden val- len de haken terug in de voor hen bestemde opening en is men bij het verlaten van de kamer vrij van de draden. Arnold heeft ook nog meegedeeld, dat hij, toen de duikboot in nood was komen te ver- keeren, verscheidene rookboeien heeft laten opstijgen. Inzake de rookontwikkeling voor zijn ontsnapping deelde Arnold mee, dat hij zich op dat oogenblik in de stuurafdeeling had bevonden. Men liet de Daviskamer leegloo- pen, nadat Oram en Woods naar boven Waren gegaan, en het water liep de machinekamer m over den drempel van de waterdichte deur. Er ontstond toen een dikke rookwolk en men haastte zich de deur te sluiten, omdat anders het water bij de batterijen zou zijn gekomen en er chlorinegas zou zijn gevormd, wat de opvarenden zou helbben vergiftigd. Toen de rookwolk door de boot trok, werd het ademen nog moeilijker dan het was en verscheidene opvarenden Zetten hun gasmas'kers op of hun Davistoestel. Ook Arnold kon natuurlijk niet zeggen, wat er gebeurd was, nadat hij de boot verlaten had, en hoe het kwam, dat er niet meer men- schen met het Davistoestel waren gered. Wel waren, toen hij wegging, verscheidene op varenden er heel slecht aan toe, doch er waren toch ook nog vele anderen, die heel goed zijn voorbeeld hadden kunnen volgen Donderdag zou de heer Shaw, de vierde en laatste overlevende van de ramp, een verkla ring afleggen. Onder de belangstellenden, die de zitting van Woensdag bijwoonden, bevond zich de weduwe Allen, de jonge vrouw van een der opvarenden. Zij had haar kindje van zestien maanden te Cardiff in de zorg van haar zus- ter achtergelaten en had gezegd, dat zij bood- schappen ging doen. Zij was echter naar Lon- den gegaan. omdat zij het in Cardiff niet langer uit kon houden en omdat zij gaarne het onderzoek wilde bijwonen. Toen men haar den raad gaf 's middags niet meer op de zit ting terug te komen, zei zij: „Als ik het over- lijden kan dragen van den besten man. die er ooit op aarde geweest is, kan ik dit ook dra- gen; Ik hoop in staat te zijn elken dag de zitting bij te wan-en am te weten te komen, waarafn af (hij ap die manier heeft maeten omkomen." CEESJE DE RUIJTER MAG BILJARTEN. De kantonrechter te Alphen a. d. Rijn heeft schriftelijk vonnis gewezen in de strafzaak tegen mevrouw van Giessen, exploitante van hotel ,,De Vergulde Wagen" te Alphen aan den Rijn, die was verbaliseerd wegens het voor publiek laten optreden van den 14jarige bil- jiartspeler Ceesje de Ruijter, hetwelk volgens de tenlaste legging een overtreding van de Arlbeidswet 1919 was. De kantonrechter heeft verdachte vrijgesproken en motiveerde zijn uitspraak op de volgende rechtsoverwegingen Dat meer in het bijzonder niet is bewezen, dat de bij dagvaarding genoemde werkzaam J heden van C. G. H. de Ruijter waren aan te merken als ,,arbeid" in den zin der Arbeids- wet 1919. Art. 1 van die wet bepaalt, dat deze j wet onder arbeid verstaat alle werkzaam- heden in een onderneming en zooals reeds de beteekenis van deze woorden in het gewone spraakgebruik medebrengt en ook uit de ge- schiedenis van gemeld artikel 1 blijkt, met werkzaamheden in een onderneming worden bedoeld werkzaamheden ten behoeVe van een onderneiming verricht door hem die hetzij als patroon, hetzij als arbeider, tot die onderne ming in betrekking staan. Dat nu uit het in deze opgemaakt proces-verbaal van den con- troleur van den Arbeid A. Knetsch en de door den geunachtigde van verdachte ter terecht- zitting gedane opgaven wel is gebleken, dat het biljartspel werd gespeeld ten behoeve van verdachtes onderneming, echter niet, dat meergenoemde de Ruijter tijdens dat spel als arbeider tot die onderneming in betrekking stand, immers niet alleen is niet gebleken van een tusschen hem en verdachte bestaande dienstlbetrekking, als bedoeld in art. 1637 a. B.W., of van eenige andere betrekking tot haar onderneming, maar ook het biljartspel als zoodanig niet valt onder werkzaamheden, welke worden verricht in een koffiehuis, in den zin der Arbeidswet 1919, bepalende art. 5 dier wet, dat deze wet onder „koffiehuizen' verstaat alle open of besloten ruimten, waar spijzen of dranken uitsluitend of in hoofd- zaak voor gebruik ter plaatse plegen verkocht of in verband daarmede bereid te worden. De ambtenaar van het O.M. had een geld- boete van f 1 subs. 1 dag gevorderd. IN BESCHONKEN TOESTAND VIER MENiSOHEN DOODGEREDEN. Hoewel er in de laatste weken tal van ernstige verkeersongelukken zijn geschied, waarbij vele dooden zijn gevallen behoort het verkeersdrama te Lonneker, waarbij onlangs vier slachtoffers waren te betreuren, wel tot de ergste categorie, vooral omdat hier eigen- lijk minder van ongeluk dan van autobandi- tfsme moet worden .gesproken. De chauffeur n.l. die de vier menschenlevens vemietigde, de 36-jarige C. Sm. te Enschede, was op Hemelsvaartsdag j.l. den g'eheelen dag uit ge weest en hij had daarbij vele glazen bier en anderen alcoholhoudenden drank gebruikt, waama hij met een geleende auto van iemand uit Winterswijk „plezierritjes" ging maken. Hoewel hij in Oldenzaal nog gewaarschuwd was niet meer te rijden, nam hij toch achter het stuur plaats en in ragende snelheid ging het naar Enschede. Onderweg, in het voor- malige dorp Lonneker, heeft hij twee meisjes aangereden, de 12-jaritge A. Smink en de 14- jarige Qhr. Smit, benevens het drie maanden oude broertje van de laatste, dat in een kin- derwagen zat. lets later werd de 32-jarige A. Moddejonge (die met vrouw en kind een fietstochtje maakte) geraakt. Alle vier kwa- men om het leven. Dinsdag reeds moest Sm. zich wegens het veroorzaken van dood door schuld verant- woorden voor de Almelosche rechtbank, waar bij uiteraard een verzwarende omstandigheid was, dat hij zooveel drank tot zich had ge- nomen terwijl er tevens in de dagvaarding aan werd herinnerd, dat hij ruim een jaar geleden veroordeeld werd wegens een overtreding van het motor- en rijwielreglement. Verdachte was verschenen en werd ver- hoord door den president, Mr. A. C. Leendertz, die den Hemelvaartsdag den zwarten dag in het leven van den chauffeur noemde. Hij was ondanks het feit, dat hij zijn vrouw beloofd had in den middag thuis te komen, den ge- heelen dag in cafe's geweest. Verdachte zeide, dat hij meegetroond was door een kennis van hem, den slagers- knecht W. President: ,,Maar U bent, toch geen kind. U bent toch vrijwillig meegegaan.'' De president ging dan den gang van zaken met verdachte na, doch deze wist zich zoo goed als niets van het ongeluk te herinneren. Hij had verscheidene cafd's bezocht en op den terugweg van Oldenzaal naar Enschede was het zoo wazig om hem heen geweest, dat zijn herinnering hem volkomen in den steek liet. Mr. Leendertz wees den verdachte er op, dat hij onverantwoordelijk had gehandeld. Ook vond hij het niet in de haak, dat de ver dachte nog eenmaal na het ongeluk achter het stuur had gezeten. Deze leemte in de wet zal echter spoedig aangevuld worden. De officier van justitie, mr. S. J. v. d. Hoeven, hield zijn requisitoir, waarin hij fel te keer ging tegen het gebruik van alcohol door automobilisteh. Een gelukkig gevolg van dit drama is in elk geval, dat Nederland wakker is geschud. Een absoluut alcohol- verbod voor automobilisten is het eenige mid- del om ontzaggelijk veel leed te besparen. „Mijn geduld is uit"' aldus spr. ,,met deze categorie personen, die ik niet aarzel auto- bandieten te noemen". Spr. zal in het ver- volg de hoogst mogelijke straf eiscben tegen chauffeurs, die onder invloed van drank heb ben verkeerd, om hen zoo lang mogelijk uit de maatschappij te verwijderen. In dit geval eischte hij den jaar gevange- nisstraf en twee jaar ontzegging der bevoegd- heid om motorrrjtuigen te besturen. De verdachte, die geen verdediger had, had hierop niets te zeggen. Uitspraak 18 Juli. Petrus Cornelius Werkers, oud 26 j., jm. en Mathilda Maria Louisa Bogaert, oud 27 j., jd. Geboorten. 4 Juni. Richard Aloijsius Flo- rent, z. van Robrecht van der Kelen en van Regina Alma van Gijsel. 13 Juni. Ronald Franciscus Maria, z. van Augustinus Jacobus Cammaert en van Hortensia Maria de Vilder. 15 Juni. Guido Joseph, z. van Petrus Augus tinus Nachtegael en van Julia Maria de Beijn. 19 Juni. Josefien Louise, d. van Alfons de Backer en van Anna Verstraeten. Overlijden. 2 Juni. Maria Ludovica Gee- raerts, oud 80 j., d. van Gerardus en van Amelia Goole. 7 Juni. Antoinetta Josephina Maria de Vries, oud 69 j., echtg. van Johan nes Wilheknus Vienings. 17 Juni. Gerardina Amelia de Koning, oud 63 j., wed. van Joan nes Seraphinus Maes. SAS VAN GENT. Geboorten. 28 Juni. Roger Cyrillus Joseph, z. van Camillus Petrus Buijsse en van Emma Rosalia Maas. 30 Juni. Marijke, d. van Petrus Antonius Theodorus Doesburg en van Laura Oole. Overlijden. 30 Juni. Gerardus Johannes Franciscus Kalfsvel, oud 70 j., echtg. van Louisa Maria Dominica Renique. SAS VAN GENT. In de week van 25 Juni1 Juli hebben zich in deze gemeente gevestigd: C. F. Raes en gezin, smid, van Zuidzande. E. Ph. van Hamme, zonder, van Assenede. Vertrokken: I. M. J. R. O. Brion, zonder, naar Roosen- daal c.a. P. H. Aamoudse en gezin, schipper, naar Rotterdam. Vergadering van Dinsdag 20 Juni 1939, des namiddags 2 uur. Voorzitter de heer F. Blok, Burgemeester. Tegenwoordig de leden J. M. Oggel, P J van Bendegem, A. Th. 't Gilde, C. Th. van de Bilt, B. Seghers, A. van 't Hoff, A. P. Essel- brugge, P. Dieleman, A. P. de Ruijter, J. Fanoy, C. Hamelink, C. van Bendegem, P. de Jonge en de Secretaris J. L. J. Maris. (3. ;SIot.) 9. V aststelling kohier hondenbelasting, dienst 1939. Burgemeester en Wethouders stelien voor, vast te stelien het kohier hondenbelasting, dienst 1939 op een eindcijfer van 593,50. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. CLINGE. Huwelijks-aangiften. 1 Juni. Oswald Petrus Cornelius Werkers (van Kieldrecht), oud 26 j., jm. en Mathilde Maria Louisa Bogaert, oud 27 j., jd. 22 Juni. Leonardus de Theije, oud 33 j., weduwn. en Maria Del- phina de Bruijne, oud 25 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 9 Juni. Arthur van Tienen, oud 21 j., jm. en Maria Justina Annaert, oud 20 j., jd. 16 Juni. Charles Hendrikus Albertus Rottier (van St. Jan- steen), oud 28 j., jm. en Angelle Maria Ver straeten, oud 22 j., jd. 26 Juni. Oswald 10. Wijziging begrooting dienst 1938. Burgemeester en Wethouders stelien voor a. de begrooting voor den dienst 1938 te wij- zigen als volgt: Onder de inkomsten te wijzigen de posten: Te veel ontvangen salaris door den ambte naar van den Burgerlijken Stand 40, ont- vangst van te weinig gestorte pensioens- bijdragen f 5, terugontvangst van de slagers voor het ophalen van slachtafval door de Gekro 30, bijdrage van het Rijk kraehtens art. 65 3e lid der Womngwet 628, terug ontvangst van te veel uitbetaalde jaarwed- den der onderwijzers 1, ontvangst wegens te weinig verhaalde pensioenbijdragen der onderwijzers f 1, inkomsten in verband met de beschikbaarsteiling van levensmiddelen 160, uitkeering uit het werklootheidssub- sidiefonds wegens gewone bijdrage in de kos- ten van steunverleening en werkversehaffing aan werkloozen enz. 90, uitkeering van het bedrijf wegens e. batig saldo en f. kosten van verzekering, pensionneering enz. f 1422,02. Onder de uitgaven te wijzigen de posten: Achterstallige uitgaven van vorige dienst f 30, presentiegeTden leden van den raad 70, jaarwedden ambtenaren en bedienden ter gemeente-secretarie f 75, schrijf- en bureau- behoeften 101, druk- en bindwerk 5, abon- nement Staatsblad, Provinciale bladen enz. f 40, plaatsen van advertentien f 30, bezoldi- ging der ambtenaren van den Burgerlijken Stand 15, bevolkingsregister en huisnumme- ring f 20, bijdragen inkoop pensioen f 85, pre mie voor verzekering tegen inbraak, diefstal 17,50, premie van de Fraude-Onderlinge Risicoverzekering /42, kosten van officieele ontvangsten 47,50, kosten van officieel raads- verslag 127,50, kosten van vergaderingen enz. 26, uitkeering van te veel betaalde pen- sioensbijdrage aan ambtenaren van den Bur gerlijken Stand 5, reisgeld aan passanten en overige uitgaven van politie 1, onderhoud van brandbluschmiddelen /35, onderhoud van lantaarns en verder verlichting /228, kosten van de schietbaan 112, kosten van den luchtbeschermingsdienst /80, kosten van destructor van vee en vleesch /35, schrijf- en bureaubehoeften, drukwerken 5, onderhoud van huizen, torens, enz. /II, onderhoud van straten en pleinen 70, onderhoud van wegen en voetpaden /40, kosten van algemeene be- graafplaats 20, kosten van de gemeente- reiniging 140, kosten ter zake van verzeke ring, pensionneering van ambtenaren 95, rente van geldleeningen /40, aflossingenvan geldleeningen 1000, kosten van onderhoud van administratie van bezittingen niet van den publieken dienst etc. /95, teruggaaf van huur of pacht gemeente-eigendommen 65, aanschaffen en onderhouden van schoolboe- ken, leermiddelen en schoolbehoeften 13, verlichting, verwarming en schoonhouden schoolgebouwen 65, drinkwater voor school- gebouwen 7, uitgaaf wegens over een vorigen dienst te weinig betaalde jaarwedden der onderwijzers 3, kosten terzake van verzeke ring, pensionneering ambtenaren 112, resti- tutie van teveel verhaalde pensioensbijdragen 3, bijdrage aan andere gemeenten inzake openbaar uitgebreid lager ond'erwijs 207, uitkeering aan gemeenten ingevolge art. 86 Lager Onderwijswet 15, uitkeering aan ge meenten ingevolge art. 104 le lid 175, uit keering aan gemeenten in de aan schoolbestu- ren te betalen vergoeding bedoeld in artikel 205 Lager Onderwijswet /200, subsidiair aan of ten beboeve van bijzondere bewaarscholen f 65, tegemoetkoming of vergoeding art. 13 Lager Onderwijswet 195, bijdrage in de kosten van scholen voor lager nijverheids- onderwijs 400, onderhoud van muziekten- ten 5, subsidie aan bet Burgerlijk Armbe- stuur f 989,39, uitgaven in verband met de beschikbaarsteiling van goedkoope levens middelen 175, steun aan werkloozen 270, kosten terzake van verzekering, pensionnee ring enz. van ambtenaren 20, steunverlee- ning aan kleine boeren 15, steunverleening aan kleine tuinders 45, subsidie aan werk- loozenkassen /400, kosten terzake van ver zekering, pensionneering enz. van ambtenaren 30, bureaubehoeften arbeidsbemiddeling 30, kosten van te'lefoon en -gesprekken f 30, kos ten van toezicht op invordering 10, terug gaaf van belasting 20, kosten terzake van verzekering, pensionneering enz. van ambte naren 10, restitutie aan het Rijk van teveel genoten hoofdsom en opcenten op directe be lasting, teveel genoten opcenten gemeente- fondsbelasting 1937/1938 115, kosten terzake van verzekering, pensionneering enz. van ambtenaren 10, uitkeering aan het bedrijf 1412,02, onvoorziene uitgaven 2793,89. Kapitaaldienst. Onder de inkomsten te wijzigen de posten: Geldleening overgebracht van Hoofdstuk XVI 9950, gestorte bedragen voor schenkin- gen ten beboeve van den bouw nieuw raadihuis f 960, terugstorting van een termijn door aan- nemer 3000, opbrengst verkoop materialen oud raadhuis 291,40, uitkeering van het be drijf wegens andere grondslagen 123, geld leening 50. Onder de uitgaven te wijzigen de posten: Bouw van een raadhuis 14.201,40, uit keering aan het bedrijf wegens nadeelig saldo 123, kosten van het sluiten, vervroegd af- lossen en conversie van geldleeningen f 50. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. b. tot wijziging der begrooting van bet Vleeschkeuringsbedrijf wordt met algemeene stemmen besloten als door Burgemeester en Wethouders voorgesteld. c. tot wijziging der begrooting van het Burgerlijk Armbestuur wordt met algemeene stemmen besloten als door Burgemeester en Wethouders voorgesteld. 11. Vaststelling staat van oninbare posten. Burgemeester en Wethouders stelien voor, vast te stelien den staat van oninbare posten en vervolgingskosten schoolgeld dienst 1938/39 vast te stelien op een bedrag van /4,25, en dien van hondenbelasting en vervolgingskosten dienst 1938 op een bedrag van 8,25. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. 12. Omvraag. a. De heer DE RUUTER zou willen vra gen aan het college of het waar is, dat in den loop van het jaar een vergadering is gehou- den met den vlasconsulent, den heer De Jonge uit Groningen, waar besproken zouden zijn de stappen, die ondemomen moeten worden, om voor 1939/40 te komen tot een vlascursus, zooals die te Biervliet en in meerdere plaat sen gehouden worden. Zoo ja, zijn Burge meester en Wethouders bereid in die richting stappen te doen om te komen tot een vlas cursus De VOORZITTER antwoordt, dat inderdaad een vergadering is gehouden met den heer De Jonge uit Groningen. Burgemeester en Wethouders hebben zicb in verbinding gesteld met den vlasconsulent en verzocht hem uit- voerig in te lichten op welke wijze en onder welke voorwaarden deze tot stand kan komen. Deze zaak is nog in studie en Burgemeester en Wethouders hopen te zijner tijd met voor- stellen te kunnen komen. b. De heer DE RUIJTER merkt op, dat er langs het gemeentehuis een mooie ver- betering van de straat tot stand is gekomen. De inrijweg naar den tuin is echter alles- behalve mooi. Spreker meent, dat het toch wel noodig zal zijn, dat deze behoorlijk afge- rasterd en in orde gemaakt wordt. De VOORZITTER antwoordt, dat deze aan- gelegenheid zal bekeken en in orde gebracht worden. c. De heer ESSELBRUGGE vraagt Bur gemeester en Wethouders of de mogelijkheid bestaat een andere regeling te treffen voor den toegang tot de begraafplaats. Indien deze vroeger gesloten was kon men den sleutel bij Freekenhorst gaan halen. Nu moet deze bij Sorber gehaald worden. Indien men met een Axelaar te maken heeft, is dit niet nog te doen, doch vooral voor vreemdelingen is het las tig. De meeste menschen weten echter niet waar zij den sleutel moeten halen. Spre ker heeft er reeds enkele klachten over ver nomen. Hij vraagt of niet een of andere rege ling te treffen, dat de sleutel in de toekomst bij Freekenhorst berust. De VOORZITTER antwoordt, dat in een der laatste vergaderingen van Burgemeester en Wethouders deze aangelegenheid bespro ken is en toen is besloten den sleutel bij Freekenhorst te doen berusten. Deze is er thans reeds. De heer DE RUIJTER meent, dat het aan- beveling zal verdienen een bordje te plaatsen met het adres waar men den sleutel halen kan. De VOORlZITTER antwoordt, dat dit wel een goed idee is. Hij zal hieraan aandacht schenken. De heer DE RUIJTER deelt mede, dat men dat in meerdere gemeenten ziet. De heer DIELEMAN wijst er op, dat er vroeger ook een bordje was. d. De beer DIELEMAN heeft een kleine vraag. Hij zou willen weten waar de rooilijn ligt van het magazijn van De Bruijne op het Bylocqueplein. De schuur staat daar 1 meter vo6r het huis. Op die manier krijgt men geen netten toestand. De VOORZITTER antwoordt, dat Burge meester en Wethouders daarover in een vol gende vergadering uitvoerig inlichtingen zul- len geven. e. De heer C. VAN BENDEGEM heeft een heel waschlijstje met vragen. 11 Juni 1.1. maakte spreker tijdens een r'egenbui een wan- deling door het nieuwe gedeelte. Hij werd toen op straat verrast door een groote regen- bui en bleek het hem dat de riolen verstopt zaten. Spreker meent dat zulks voorkomen kan worden door deze riolen tijdens een droge periode schoon te maken. De VOORZITTER vraagt, waar het was dat de heer Van Bendegem dit ondervond. De heer C. VAN BENDEGEM antwoordt, dat dit was in de Prins Hendrikstraat, op den hoek van de Prins Mauritsstraat. Het riool was verstopt en stond er steeds maar te borrelen. f. De heer C. VAN BENDEGEM heeft een vraag met betrekking tot de verpachting van tuingronden. Bij de begrooting is een en ander medegedeeld, doch spreker heeft het vergeten. Hij meent, dat de tuingronden als regel z6o verpacht worden, dat als voorwaar- de gesteld wordt, dat deze bij bebouwing ont- eigend worden. Een dergelijk geval heeft zich thans ook voorgedaan. Er zijn meerdere perceelen ont- eigend, o.a. ook een perceeltje van Karel Scheele. Dit hleek later niet noodig te zijn en ten onrechte uit de huur te zijn genomen. Nu is het, naar sprekers meening, de juiste manier, dat als een perceeltje ontijdig uit de huur genomen wordt, en het blijkt niet noo dig te zijn, dat dan de oorspronkelijke pacb- ter ook weer de gelegenheid krijgt pachter van dit perceeltje te worden. g. De heer C. VAN BENDEGEM heeft een vraag omtrent den toestand van de sloot in den Noordpolder, langs ,,Boutje Sputten". Het is daar geen al te pleizierigen toestand, voor iemand die eenigszins gesteld is op hygiene. Worden er reeds onderhandelingen over gevoerd, en zoo niet, kunnen deze dan gevoerd worden om aldaar een verbetering in den toestand te krijgen?

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 7