WIE PRIJS STELT OP GOED BROOD, KOOPT HET IN VAN STRIEN'S BAKKERU, NOORDSTRAAT 79 Buitenland EEN FIER ANTWOORD VAN EEN FRANSOHEN AAN EEN JAFANSCHEN ADMIRAAL. EEN OPROEP AAN HET DUITSCHE VOLK UITGEWERKT DOOR DEN BRITSCHEN LABOURRAAD. VON NEURATH ZET EEN AANTAL GEMEENTEBESTUREN AF. De plaatselijke commissies van samenwer- king brachten ten behoeve van dezelfde ge- vallen bijeen 31.300,80, zoodat in die maand aan aanvragers, verdeeld over 114 gemeenten, een bedrag van 47.117,80 kon worden uit- gekeerd. Hat gironuimmer van bet Nationaal Fonds voor Bijzondere Nooden te 's-Gravenhage is 2727127. DE VERBRUIKSCOoPEItATIES IN 1938. Blijkens de door het Centraal Bureau voor de statistiek samengestelde statistiek van omizet en ledentallen der verbruiksoooperaties (zonder branldstoffencodperaties), is de dating in het ledental, welke sinds 1936 viel waar te nemen, in 1938 tot s'taan gekomen; zelfs is er een geringe stijging met 1442 leden, zij het dat deize stijging ten achter is geb'leven bij het bevolikingsaccres. Op 1 Januari 1939 bedroeg het ledental 298.887 teigen 297.445 op 1 Jan. 1938 of, in procenten der bevolking, resp. 3.42 en 3.44. De amizet in 1938 (resp. boekjaar 1937/38 was, naar die waarde gereikend, in totaal ruim en 'bedroeg /68.2 millioen. Ongeveer de helft van dit bedrag heeft betrekking op kruide- nierswaren en aanverwante artikelen. DE SPOORWEGEN IN 1938. Blijikens het jaarverslag van de N.V. Ne- Iderlandsche Spoorwegen hefalben de Neder- landsehe Spoorwegen in 1938 een verlies ge- leden van f 23.3 millioen. De totale ontvang- sten uit het vervoer daalden met ruim een millioen gulden van f 100.4 millioen tot f 99.3 millioen. De opbrengst uit het personenver- voer vertoonde een geringe stijging, n.l. van 55.2 millioen in 1937 tot f 55.5 millioen in 1938; die van het goederenvervoer daalde van /40.3 millioen in 1937 tot f 38.6 millioen. Het totaal aantal afgelegde kan steeg van 52.37 mill, tot 54.84 millioen, dat is derhalve aanzienlijk meer dan de stijging der inkomsten uit het reizigersbedrijf, terwijl alle andere in komsten daalden. De omvang van het goede- renvervoer daalde in het binnenlandsche ver- keer met 10 pet. In het buitenlandsche en transietverkeer met ruim 8 pet. Wat de explloitatie'kosten betreft, zijn de personeelsuitgaven met ruim /2 millioen ge- daald. Zij bedragen thans 72.3 pet. der totale exploitatiekosten. De kosten voor onderhoud van rollend materieel, brandstoffen en elec- trischen stroiom stegen tezamen met 2.7 mil lioen. Het exploitatiesaldo bedroeg /12.4 mil lioen, waartegen de noodzakelijke afschrijvin- gen /20.5 millioen eisdhen, welke dus voor 60.5 pet. gedekt kunnen worden uit de ex- ploitatie-inkomsten. In verlband met de reor- ganisatie daalde het debetsaldo van de intrest- rekening van f 20.9 millioen tot 15.2 mil lioen, hetwelk tezamen met het niet gedekte bedrag d'er afschrijvingen het eerder vermelde verliessaldo brengt. DE BEVOLKING VAN DE WIERINGERMEER. De Stidhting voor het bevolkingsonderzoek in de drooggelegde Zuiderzeepolders heeft zioh bezig gehouden met de samenstelling van de bevolking in den Wieringermeerpolder. Mr. dr. J. H. van Zanten wijdde er een geschrift aan, dat dezer dagen bij de Alphensche uit- geverij Samson het licht heeft gezien. Aan deze publicatie is het volgende ont- leend: De statistieken zijn opgemaakt aan de hand van de gegevens per 1 Januari '38. Er zal dus sindsdien wel wat veranderd zijn, maar over 't algemeen kunnen wij ons reeds uit deze ge gevens een goed beeld vormen van de nieuwe Wieringermeerbevo Iking. In den heelen polder wonen 3% duizend menschen. Zij behooren bij een der drie ge meenten Middenmeer, Slootdorp of Wierin- gerwerf, dorpen, zooals men ze moet noemen, met resp. 1400, 1300 en 700 inwoners. Dat Wieringerwerf ver in de minderheid is komt hierdoor, dat dit deel van den polder het laatst in pacht is uitgegeven. Hier moeten de meeste boerderijen nog gesticht worden en de bevolking Van deze gemeente zal dan ook in de komende jaren nag aanzienlijk stijgen. Uit alle elf provincies van ons land hebben zich hier gezinnen gevestigd. Het is een gese- lecteerde bevolking, want de overheid heeft er wel degelijk op gelet, welke gezinnen in het nieuwe land neerstreken. Alleen ongehuwde landarbeiders, die bij anderen inwonen, zijn niet door de direotie van den polder uitge- kozen. De meeste gezinnen zijn uit Noord-Holland gekomen, wat blijkt uit den volgenden staat: percentsgewijze gezinnen vrijgez. Zuid-Holland 4% 4 Noord-Holland 39 24 Noord-Brabant 9 8 Geliderland 4 7% Limburg 0 1 Gverijsel 2 1 Utredht 2 Friesland 15 25 Groningen 12 10 Zeeland 11 13% Drente 3 4 De belangstelling van Limburg voor de nieuwe grondem was dus uitermate gering. Qpmerkelijk is, dat Friesland en Noord-Hol land, de provincies die het dichtsbij zijn, samen de helft van alle vrijgezellen leverden. De Noord-Hollanders vormen de meerderheid in Middenmeer, de meeste Friezen zijn naar Slootldorp getrokken, terwijl de Zeeuwen weer een voorkeur aan Wieringerwerf gaven. Ove- rigens is het op zichzelf al een belangwek- kende proefneming, om menschen uit alle deelen van het land, in een polder samen te brengen. Men zou de Wieringermeer met goed recht een ,,proefpolder" voor de bevol king kunnen noeanen. Er is ook een groote verscheidenheid in godsdienst bij de nieuwe bewoners. Het meerendeel is protestant en wel 65 pet., tegen 23 pet. roomsch-katholiek en 12 pet. die niet bij een kerk zijn aangeslotan. Deze cijfers vormen geen juiste afspiegeling van de ver- houding voor het geheele rijk. Daarvan zijn de cijfers: protestant 45% pet., roomsch- katholiek 36 pet. en 14% pet. voor de niet- aangeslotenen De meeste roomsch-katholieken wonen in Middenmeer, Slootdorp is bijna geheel protes tant, terwijl Wieringerwerf een protestant- sche meerderheid heeft. Ook in Middenmeer zijn er acht protestanlen tegen drie roomsch- katholieken. Men kan dus wel zeggen, dat de nieuwe gronden goeddeels protestant zijn. De meeste polderbewoners zijn betrokken bij den landbouw em wel een verhouding tot de nijverheidsklasse van 14 3. Van de vrije beroepen zijn er 2 geneesheeren, 2 veeartsen, 5 technisehe ambtenaren, 3 landbouwinge- nieurs, een makelaar, een architect en een verslaggever. Wieringermeer heeft geen kapper en geen fietsenmaker, Middenmeer geen schoerumaker en Slootdorp geen kruidenier. Verder is er maar een groenteboer in den polder en die woont im Middenmeer. Bij de vrouwelijke be roepen moeten 4 onderwij ze res sen genoemd worden, 1 kinderjuffrouw, een winkelierster en 50 dienstboden. Een bedenkelijk verschijnsel is het teveel aan mannen in den polder of liever het tekort aan vrouwen. Er loopen in de drie dorpen bijna 400 ongetrouwde mannen rond, terwijl het aantal vrouwen, dat nog niet naar het stadhuis is geweest 190 bedraagt. Een over- schot van mannen dus van ruim 200. ROOSEVELT MAAKT ZIOH BEZORGD OVER DEN TOESTAND IN EUROPA. Reuter meldt uit 'Hydepark: Aan de dag- bladcorrespondenten is bekend gemaakt, dat president Roosevelt zich ernstig bezorgd maalkt over de mogelijkheden van een oorlog in Europa. Ofschoon geen officieele verkla- ring is uitgegeven, wordt vemomen, dat de president de ontwiikkelingen van nabij volgt en talrijke telefonische rapporten heeft ontvan- gen van het staatsdepartement en zijn diplo- matieke adviseurs in Europa. Oolk is medegedeeld, dat de president van oordeel is, dat de houding van het Huis van Afgevaardigden, dat geweigerd heeft, het embargo op wapens op te heffen, de kansen op een oorlog nog heeft doen toenemen. Men verwacht dat hij in een te houden persconfe- rentie zijn standpunt ten aanzien van deze kwestie zal uiteenzetten. Men schrijft aan de N. R. Crt.: De dagbladen van de geheele wereld hebben onlangs het fiere antwoord vermeld, dat de Amerikaansche admiraal Yamell aan de Japansche autoriteiten gaf: ,,Mijn schip zal daar blijven, waar Amerikaansche belangen verdedigd moeten worden.' Naar aanleiding hiervan zal men zich een niet minder fier antwoord herinneren, dat eveneens verdient, in de geschiedenis te worden opgenomen, en wel dat van den Franschen admiraal Le Bigot, te Sjanghai, in 1937. Overal vijandelijkheden; de Japansche admi raal noodigt de andere admiraals tot een be- spreking uit, en richt de volgende woorden tot admiraal Le Bigot, die juist uit Europa aangekomen is en zijn vlag op de ,,Lamotte- Piquet" heeft doen hijschen: .Admiraal, Uw schip ligt voor de Fransche concessie voor anker; het hindert onze bat- terijen bij het schieten; ik verzoek u, het schip te willen verwijderen. Indien u dit wei- gert, wijs ik elke verantwoordelijkheid af voor het geval uw schip geraakt mocht worden door een Japansche granaat". En admiraal Le Bigot antwoordde: .Admiraal, indien de Fransche concessie door de ,,Lamotte-Piquet" op sleeptouw kon worden genomen en verre van het terrein der krijgsverrichtingen' gebracht, zou ik zeer gaarne aan uw verzoek voldoen. Daar dit echter niet het geval is, blijft mijn schip waar het is. Indien er op geschoten wordt, zal het hierop antwoorden. Indien uw batterijen het doen zinken, is dat niet van belang, daar er slechts een meter water onder de kiel is; het schip zal een meter dieper komen te liggen en doorgaan met schieten". De Japansche admiraal drong niet verder aan en de Fransche concessie werd geres- pecteerd. De Britsche Labourraad, welke het Trades Union Congress en de Labourpartij vertegen- woordigt, heeft een oproep aan het Duitsche volk uitgewerkt, waarin er bij de arbeiders van alle landen op wordt aangedrongen, dat zij er aandrang op zullen uitoefenen, dat de geschillen worden geregeld door rede en niet door oorlog. Onder het opschrift ,,Waarom elkander dooden"? vraagt de oproep: waar ligt de verantwoordelijkheid voor den huidi- i gen toestand? De oproep gaat dan verder: j „Sommigen uwer zeggen wellicht, dat de vrede in Europa bedreigt wordt, omdat Duitschland door vijanden omsingeld wordt, I die uw land willen vernielen en het ecomo- j mische leven van het Duitsche volk onmoge- lijk willen maken. Dat is een slechte, valsehe j voorstelling en uw Minister van propaganda weet dat. Het is juist, dat vele Europeesche volke- ren zich nauw aaneengeslotem hebben tot zelfverdediging. De Britsche arbeiders heb ben bij de regeering aangedrongen op het aanvaarden van deze politiek, niet om Duitschland te benadeelen, maar om den vrede in de wereld te behouden door succes- volle agressie onmogelijk te maken. Voor ons alien is boter beter dan kanon- nen, maar waar wij ons niet aan kunnen on- derwerpen is, dat wij zouden worden afgeperst en bedreigd door zelfzuchtige dictatoren. DUITSGH PAPIERVERBRUIK WORDT BEPERKT. Eenigen tijd geleden zijn, meldt „De Tele- graaf", in Duitschland nieuwe bepalingen uitgevaardigd die ten do el hebben tot een besparing op papier te komen. Deze bepalin gen hebben terugwarkende kracht tot 1 Juni j.l. Aan de uitgevers van tijdschriften en ge- illustreerde bladen is medegedeeld, dat zij voortaan 17 op hun papier moeten bespa- ren. AJs maatstaf voor deze besparing is de maand Maart van dit jaar genomen. Van Juni af mogen uitgevers, die tot de genoemde ca- tegorie behooren, dus slechts 83 van de hoeveelheid papier gebruiken, die zij in Maart noodig hadden. Deze besparing moeten de uit gevers bereiken, door hun tijdschriften kleiner of dunner te maken. De oplaag mag alleen vergroot worden bin- nen het kader van de uitgevaardigde beper- king ten aanzien van het verbruik van het ter beschikking staande papier. Tevens hebben de papierfabrieken de op- dracht gekregen, om bij de fabricatie van pa pier minder cellulose te gebruiken, welke grondstof in hoofdzaak ter beschikking moet blijven voor de bewapeningsindustrie. De pa pierfabrieken moeten zich in meerder mate tevredenstellen met andere grondstoffen, zoo bijvoorbeeld met Holzschilf' en met lompen. Het Duitsche Nieuiwsbureau meldt uit Praag De rij'ksprotector, Freiherr von Neurath, heeft een verordening uitgegeven van den volgenden inhoud: 1. De stedelrjke vertegenwoordigingen in Boheemsch Budweis, Briinn, Igiau, Moravisch Ostrau en Olmiitz worden orumiddellijk ont- boniden. i2. Tot regeeringsciammissarissen worden onmiddellijk benoemd: a. voor Briinn de re- dacteur Oskar Judex; b. voor Iglau dr. Leo Engelmann; c. voor Moravisch Ostrau dr. Hinner; d. voor Olmtitiz de advocaat dr. Czer- mak. 3. De voor Boheemsch Budweis door de landsoverheiid te Praag als reigeeringscommis- saris aangesitelde leider van een drukkerij Joseph David, blijft tot nader order in func- tie. 4. Het uitschrijven van nieuiwe verkiezin- gen in deze gemeenten moet tevoren door den Rijksprotector worden goeldgekeurd. 5. De algeheele bevoegtdheid, die volgens het in het proteetoraat Boihemen en Moravie geldende recht toekomt aan de gemeente- organen, in het bijizonder aan den hurgemees- ter, de wethouders en den-gemeenteraad, gaat tersbonid over op de nieuw aangestelde regee- ringscommissarissen. 6. De onttoonden gemeenteraden, de colle ges van wethouders, de tot dusverre in func- tie geiweest zijnde burgemeesters en alle an dere door par. 5 betrokken gemeente-organen moeten zich onmiddellijk van iedere ambts- beizigheid onthouden. DE BEWAPENINGSKOSTEN VAN DE GROOTE STATEN. Het nationale inkomen wordt zwaar belast. De bewapeningsudtgaven der zeven groote staten: Duitschland, Frankrijk, Italie, Japan, Engeland, de Vereenigde Statesn en Rusland zijn volgens een op het congres der Interna tionale Kamer van Koophandel te Kopen- hagen door 'Louis Marlio, vice-president van de Compagnie des Produits Chimdques eit Electro-Metallusgiiques Alais, Froges et Ca- margue, gehouden rede, tusschen 1932 en 1938 met 500 pet. gestegen. Voor 1938 wer- den de bewapeningsuitgaven in de geheele wereld op 17 a 18 milliard dollar of 600 a 680 milliard franc geschat. Duitschland. Wat de bewapeningsuitgaven voor de af- zonderlijke landen betreft, deze werden voor Duitschland in 1933'34 op 3 milliard mark geschat en waren in 1938'39 de 16 milliard mark reeds gepasseerd, tenwijl de sterk stij- gende tendens nog steeds aanhoudt. Welk percentage dit bedrag van het jaarlijksche budget uitmaakt, is niet te bepalen, daar Duitschland de desbetreffende cijfers niet pu- bliceert. Engeland. Voor Engeland bedraagt het budget der uitgaven voor 1939'40, exclusief de uitgaven welke uit het instellen van den militairen dienstplicht voorvloeien, 1.322 millioen pond sterling en de bewapeningsuitgaven 630 mil lioen pond sterling of 47 procent van het bud get. Frankrijk. Voor Frankrijk wordt de begrooting 1939 op 108 a 110 milliard franc geraamd, waarvan de bewapeningsuitgaven ad 54 milliard franc circa 50 procent uitmaken. Italie. In Italie zijn de bewapeningsuitgaven van 5.4 milliard lire in 1932 tot 15.5 milliard lire in 1936 en tot 17.4 milliard lire in 1937 ge stegen. Na den oorlog in Abessinie daalden zij in 1938 weer tot 10 milliard lire, doch volgens jongste schattingen zullen zij voor 1939'40 weer tot 16 milliard lire of tot 45 a 48 procent van het budget 1939'40, dat de 30 milliard lire overtreft, gestegen zrjn. Japan. Verre het grootste percentage van de be grooting nemen de bewapeningsuitgaven in Japan in beslag, daar in verband met den oorlog in China van de begrooting 1939'40 ad 8874 millioen yen naar schatting 72.5 pro- cent of 6432 millioen yen aan de bewapening ten koste gelegd wordt. De bewapeningskosten en het nationale inkomen. 'Ook als men de bewapeningskosten met het nationale inkomen Vergelijkt komt men tot ontstellende hooge cijfers. In Duitschland wordt het percentage, dat van het nationale inkomen voor de bewapening geofferd wordt, op meer dan 20 procent geschat. Voor Enge land is dit percentage naar schatting 12 a 13 procent, voor Frankrijk bijna 20 procent, voor Italie 25 a 30 procent en voor Japan om- streeks 30 procent. Dat Japan in oorlogstijd een niet veel grooter aandeel van het natio nale inkomen voor de bewapening behoeft te besteden dan Italie in vredestijd, dankt Japan aan de snelle stijging van zijn nationaal inko men, dat volgens schatting in 1930 slechts weinig meer dan 10 milliard yen bedroeg, doch in 1937 tot 21 milliard en in 1938 tot 25 mil liard was gestegen. Nu is het ongetwijfeld juist, dat de militaire uitgaJven der groote Ehropeesche landen steeds zeer hoog geweest zijn. In een normaal vredesjaar voor den oorlog maakten de kosten van bewapening 25 a 35 procent van het bud get uit en namen 3 a 4 procent van het natio nale inkomen in beslag. Van 1908 tot 1913 stegen de bewapeningskosten echter met 50 procent en in 1913, toen de bewapeningswed- loop zijn toppunt bereikte, waren de percen tages, welke de militaire uitgaven van het budget en het nationale inkomen in de ver- schillende landen als volgt: Duitschland naar schatting 55 pet. van de totale begrooting; in Frankrijk 40.4 pet.; in Engeland 39 pet.; in Italie 27.2 pet.; in de Vereenigde Staten 66 pet. en in Japan 36.5 pet. DS. NIEMOLLER BLIJFT ZIOHZELF TROUW. ,,Ds. Martin Niemoller heeft formeel ge- protesteerd tegen de beschikking van den rijkskerkeraad, waarbij hij op de lijst vain predikanten in niet-actieven dienst geplaatst is". Met dit korte bericht is aan optimistische verwachtingen de bodem ingeslagen. Men had n.l. gehoopt, dat ds. Niemoller, die nu practisch uit zijn ambt vain voorganger der evangelische gemeente BerlijnDahlem is ontzet, vrrjgelaten zou worden. Ds. Niemoller heeft het reeds, zoolang hij in het concentratiekamp Oranienburg-Sach- senhausen gevanjgen zit, in eigen hand gehad of hij weer in vrijheid igesteld kon worden of niet. De igeheime staatspolitie, wier gevan- gene hij is, nadat de justitie hem op vrije voe- ten had gesteld, vol'handt in haar eisch, dat ds. Niemoller zal belooven, in geen enkelen vonm meer een actieve rol te spelen in den Duitschen kerkestrijd. Totnutoe had de lei der van het Belijdenisfront dit geweigerd. Door het besluit van het consistorie van Brandenburg echter zou hij, indien hij zijn vrijheid van beweging terugkreeg, in dien zin niets meer kunnen ondernemen, zelfs wan- neer hij zulks wilde, want vergaderimgen, waarin hij als spreker zou kunnen optreden, mogen niet gehouden worden, terwijl tijd schriften, waarin hij zijn zienswijze zou kun nen verdedigen, alle zonder uitzondering heb ben opgehouden te verschijnen. Zoo be- schouwd zou er voor de Geheime Staatspoli tie geen redelijke grond meer bestaan om Ds. Niemoller nog langer opgesloten te hou den. Nu Niemoller zich verzet, kan men hem moeilijk toch vrijlaten, want de kwestie is voor het Derde Rijk langzamerhand een kwestie van prestige igeworden. Overal, in Duitschland zelf en misschden nog meer daar buiten, is er op de scherpste wijze geprotes- teerd', toen de Gestapo Niemoller in ,,bescher- mingsarrest" nam, nadat deze tot besluit van een achter gesloten deuren gevoerd proces veroordeeld was tot de eervolste straf, welke het Duitsche wetboek van strafrecht kent, de vestingstraf namelijk, die hij overigens nooit heeft ondergaan, omdat het langdurige voorarrest in mindering werd gebracht! Voor- al op deze buitenlandsche protesten hebben de hoogsten in den lande met Hitler aan het hoofd, meermalen in officieele redevoeringen krachtig repliek geleverd. Het is bekend, hoe zorgvuldig het Derde Rijk ook maar elken schijn van prestige koestert. De Gestapo zit, om het populair uit te drukken, met ds. Niemoller wel eenigszins in zijn maag en zou den gevangene t eigenlijk gaarne kwijt willen zijn. Ook in nationaal- socialistische kringen, waar men klaarblijke- lijk niet verwacht had, dat deze zaak zoo'n vaart loopen zou, voelt men het als een wan- toestand, dat een man, die als voormalig duikboot-commandant en bevelvoerend offi- cier in den strijd der vrijeorpsen tegen het bolsjewisme in Duitschland een bijzonder eer- vollen staat van dienst heeft, als een land- verrader jaren lang in een concentratiekamp zit. In kringen, waar men zulke dingen kan weten, wordt vert eld, dat de commandant van het concentratiekamp te Oranienburg reeds sinds jaar en dag zijn wekelijksch rapport over ds. Niemoller besluit met de steriotiepe aanmerking die in andere gevallen steeds oogenblikkelijk ontslag uit het kamp ten ge- volge heeft ,,Zou voor invrijheidsstelling in aanmerking kunnen komen". Tenslotte een zienswijze, welke in buiten landsche kringen te Berlijn bestaat: Men her- innert eraan, dat Hitler in het begin van zijn rdgime door verschillende maatregelen men denke slechts aan het concordaat er in kor- ten tijd in geslaagd is, de sympathie en het vertrouwen der katholieken te winnen, die in het algemeen vijandig tegenover zijn beweging stonden. Zou het niet mogelijk zijn, zoo redeneert men, dat Hitler in dezen moeilijken tijd het protestantsche deel van het Duitsche volk. dat hij door zijn kerk-politiek ontegen- zsglijk voor een groot deel van zich verwij- derd heeft, terug tracht te winnen door een clementer houding tegenover Niemoller en dat het besluit van het consistorie van Bran denburg in overleg met de regeering van het Derde Rijk genomen werd? DE RAMP VAN DE „THETIS". Het onderzoek begonnen; de ver- klaring van kapitein Oram. Maandag is in de Law Courts te Londen de openbare behandeling begonnen van het onderzoek naar de ramp van de Thetis en haar oorzaken onder leiding van rechter Bucknill. Sir Donald Somervell, de procu- reur-generaal sprak eerst voor de admirali- teit. Er stond een model van het schip van anderhalven meter op een groote tafel voor technisehe inlichtingen. De publieke ga,an- derij was dicht bezet. Nadat Sir Donald de feiten, voor zoover bekend gereleveerd had, werd als eerste getuige kapitein Oram geroe- pen, die meedeelde, dat de duikboot de gewone oefeningen begonnen was, toen er iets niet in orde bleek te zijn, want de beide voorste com- partimenten waren eensklaps vol geloopen. Achtereenvolgens hadden luitenant Chapman en twee andere vrijwilligers van buitengewone lichaamskracht getracht de deur van deze compartimienten te sluiten, maar zij hadden door uitputting en duizeligheid die taak moe ten opgeven. Nadat een poging om door het laten leegloopen van de ballasttanks de boot weer omhooig te krijgen eveneens mislukt was werd krijgsraad gehouden en nog in den nacht besloten vrijwilligers met het Davis- toestel naar buiten te zenden om te trachten hulp te verkrijgen. Getuige had zich met lui tenant Woods en drie minderen gemeld en op het oogenblik dat hij de opening van de ont- snappingskamer bereikt had waren de eerste diepzee-bommen ontploft ten teeken dat men de ligging van de boot van buiten af ontdekt had. Toen getuige de boot verliet was de lucht reeds vuil geworden, zoodat de adem- haling bemoeilijkt werd maar meer nog niet. De bemanning die den tijd met praten over sport gekort had was allengs stiller gewor den, maar de discipline en de goede moed waren tot het uiterste oogenblik bewaard en kapitein Oram bracht met ontroering in zijn stem nogmaals van deze plaats een groet aan zijn doode kameraden. De drie mannen die in de ontsnappingskamer verdronken waren, hadden hun Davis-toestel niet goed aange- daan anders was verdrinken niet mogelijk ge weest. Het is waarschijnlijk dat iemand in de buis die naar de oppervlakte leidt verdron ken is, en die aldus verstopt heeft want ge tuige kon anders geen veirklaring vihden voor het feit dat niet meer mannen toen de lucht reeds verstikkender is moeten worden, geen poging tot ontsnapping met het Davis- toestel hebben gedaan. De Engelsche bladen wijden volgens de N. R. Crt., zeer uitvoerige verslagen aan het onderzoek inzake de ramp van de Thetis. Kapitein-ter-zee Oram, een van de vier over- levenden van de ramp, was niet de comman dant van het schip, doch de bevelhebber van de vijfde flottielje duikbooten te Gosport. Onder zijn toezicht ressorteerde de aanbouw en indienststelling van enkele nieuwe duik booten, en om de officieren, belast met het toezicht op den bouw, nader te leeren kennen, bracht hij af en toe bezoeken aan de werven om te zien, op welke manier zij werkten. Om die reden had hij ook deelgenomen aan dezen proeftocht van de Thetis. Kapitedn-luitenant- ter-zee Bolus, de commandant van de Thetis, was al bijna een jaar op de werf geplaatst en had voortdurend toezicht op den bouw ge houden. Verder waren er bij den proeftocht, zooals men weet, ook verscheidene ambtena ren van de werf Cammell Laird and Co. aan boord. Na het vertrek uit Birkenhead had kolonel Oram verschillende dingen van algemeenen aard met de ingenieurs van de werf besproken en na het verlaten van de Mersey was men begonnen met te zien, hoe de stuurinrichting zich hield bij het varen op voile kracht. Vervolgens werden de hoofd- tanks gevuld en leeggeblazen om zich te over- i tuigen, dat zij goed werkten. Het hoofddoel van den proeftocht was het schip voor het eerst onder water te probeeren. De duikboot werd gesloten om langzaam te gaan duiken. Overste Bolus had de bege- leidende sleepboot langszij geroepen en gaf te kennen, dat ieder, die de duikboot wilde ver laten voor het duiken, boven kon komen. Toen niemand aan dien oproep gehoor gaf, riep hij de sleepboot toe, dat zij op ongeveer een kilo meter afstands aan bakboord moest blqven waarbij hij, naar Oram meende, ook iets ge- zegd had over den koers voor de duikvaart. Gedurende het eerste kwartier gaf de hoek van de duikroeren, welke dienen moeten om het schip, nadat de hoofdtanks met water ge vuld zijn, zoodat het in zwevenden toestand komt te verkeeren, te laten duiken, te ken nen, dat het vaartuig erg licht was. Men be- schouwde dit in de stuurkamer als nonmaal, omdat met het oog op de veiligheid het schip zoo licht mogelijk getrimd was. Men had er klaarblijkelijk op gerekend, dat er meer men schen dan gewooniijk aan boord zouden zijn. Tenslotte was de duikboot op ongeveer zes meter diepte gekomen en de duikroeren hid den haar op deze diepte. Na ongeveer een half uur werd het duide- lijk, dat de lichtheid van het schip vooruit gezocht moest worden en daar de meeste bij- tanks in het voorschip reeds met water ge vuld waren, begon de eerste off icier zich af te vragen, hoe het kwam, dat het voorschip zoo licht bleef. Hij wendde zich tot zijn com mandant, met de opmerking, dat hij zich af- vroeg, of de lanceerbuizen no. 5 en 6 wel vol waren. Men vroeg om inlichtingen in de torpedo-afdeelingen en het volgende, wat Oram zich herinnert, is, dat de luchtdmk in zijn ooren plotseling hooger werd, waarop hij op den barometer keek en zag, dat zijn ge- voel hem niet had bedrogen. Dit beteekent, dat de luchtdruk in de duikboot plotseling was vergroot. Dat deed den kolonel reeds vreezen voor een onregelmatigheid. Hij wend de zich tot overste Bolus en gaf hem den raad zijn hoofdtanks zoo snel mogelijk leeg te bla- zen. Overste Bolus gaf het bevel hiertoe en noemde de tanks op, welke leeggeblazen moes- ten worden. Het leegblazen geschiedde, maar had vrijwel geen invloed op de positie van het schip. Spoedig daarop rees de luchtdruk nog meer; het schip dook als het ware voorover en kwam in een stand, welke vermoedelijk ongeveer 40 graden van horizontaal afweek. Daarbij stootte het voorstuk op den bodem. Overste Bolus gaf daarop het bevel halve kracht aehteruit te varen om te trachten den boeg uit het slijk te krijgen. Het resultaat was slechts, dat de boot nog meer voorover helde. Hierop liet de commandant de motoren stoppen en gaf hij bevel de waterdichte deu ren naar het voorschip te openen. Hij ging naar voren om na te gaan, wat de oorzaak was van het plotselinge verlies van trim (evenwicht) en kolonel Oram volgde hem. Uit het onderzoek bleek, dat de voorste afdeelin- gen van het schip voor luik 40 vol water waren geloopen door lanceerbuis no. 5. Men besprak toen, hoe men zou trachten deze af- deelingen weer leeg te krijgen. Het leegbla zen werd te gevaarlijk geacnt, omdat men dan te veel luchtdruk zou verliezen. Men be- sloot daarom te trachten het water uit te pompen, doch daarvoor was het noodig eerst het gat te sluiten, waardoor zij volgeloopen waren. Men had dit willen doen via het ver trek, dat gebruikt wordt om uit een gezon- ken boot te ontsnappen met een z.g. Davis- toestel. Het bleek echter, dat geen van de opvarenden, die zich achtereenvolgens vrij- willig voor dit werk aanmeldden, in staat was het lang genoeg uit te houden om het doel te bereiken. Reddi n gs[>l anne n Intusschen was het schip plat op den bodem komen te liggen. Men besloot nu om te trachten het achterschip opnieuw te doen rijzen, om daardoor de kans op 't lichten van het schip of het ontsnappen rut het schip te verhoogen. Technisch bleek het schip, behou- dens dan de ondergeloopen compartimenten, volkomen in orde. De toestand werd echter benard, omdat de lucht slechter werd. De kolonel berekende, dat, met zooveel menschen aan boord en gezien den reeds bij het leeg- maken van de tanks verloren geganen druk, de mannien het slechts 24 uur zouden kunnen uithouden. Vandaar dat men besloot, toen een hoek van ongeveer 35 graden bereikt was, eenige mannen te verzoeken als vrijwilliger met het Davis-toestel uit de boot te ontsnap pen om aanwijzingen te geven voor de red- dingspogingen. Intusschen zouden zij door de overige opvarenden gevolgd worden. Telkens in paren van een man van de werf en een marineman. Kolonel Oram bood zich aan om het eerst het schip te verlaten en vroeg een vrijwilliger om gelijktijdig met hem naar boven te gaan. Luitenant Woods en twee matrozen boden zich aan en Oram koos Woods uit, omdat hij de meeste kennis van dit type duikbooten had. Zij, die de oppervlakte bereikten en door vaartuigen zouden worden opgepikt, zouden de beneden uitgedachte plannen voor de ber- ging overgeven. Kapitein ter zee Oram bond zijn plan om zijn arm. Luitenant Woods en hij gingen de kamer voor het Davis-toestel binnen. Den eersten keer liet luitenant Chap man, die belast was met de bediening van deze kamer, haar weer leegloopen, nadat zij half gevuld was geweest. Hij had kolonel Oram getracht een verklaring daarvan te geven, doch Oram had niets verstaan tenge- volge van het gesuis in zijn ooren. Bij de tweede poging werd de kamer gevuld en juist toen Oram en Woods het luik openden, hoor- den zij drie dieptebommen ontploffen als een teeken, dat men aan de oppervlakte de lig- plaats van de Thetis had ontdekt. Het kostte Oram moeite om zich de instructies voor het bedienen van het Davis-toestel te herinneren, waarschijnijk tengevolge van het begin van kolendampvergiftiging. Hij kwam echter evenals luitenant Woods goed aan de opper vlakte en werd door een visschersboot opge pikt, waarop hij zich dadelijk in verbinding wist te stellen met de verschillende marine- afaeelingen, die bij het red dings we rk moesten heipen. Hoe het kwam, dat na nem nog slechts twee mannen, een stoker en iemand van Cammell Laird met het Davis-toestel ont- snapt zijn en dat vier menschen in de Davis- kamer zijn verdronken, kon hij zich niet be- grijpen. Hij vermoedde, dat er spoedig nadat hij met het Davis-toestel het schip verlaten had, een nieuw ongeluk was gebeurd. De uitgedachte plannen om het schip te lichten of er althans lucht in te brengen voor hen, die nog aan boord waren, waren mislukt, omdat men geen luchtbuis had kunnen aan- brengen, o.a. doordat het wrak met het tij was omgezwaaid. Op de vraag, waarom er in deze duikboot geen openmgen waren, waarop luchtbuizen konden worden bevestigd, zooals bij oudere types, antwoordde kolonel Oram, dat men die gaten noodig had om duikbooten te lichten, wanneer er menschen aan boord waren, doch sinds de invoering van het Davis-toestel had

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 6