ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN LORRIE Feuilleton No 9929. VRIJDAG 23 JUNI 1939 79e Jaargang Binneniand Buitenland TWEEDE BLAD KANS VOOR NEDERLANDSCHE JONGELUI. DE NEDERLANDSCHE BELANGEN TE SWATATJ. eti&t wjx sr^ASMrraw a UITSLAG BER VERKIEZING. De Voorzitter van het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van den Raad der gemeente TERNEUZEN maakt bekend,, dat vanaf heden ter secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage is nedergelegd bet toesluit van dat stembureau, iwaarbij de uit- slag der verkiezing is vastgesteld. Terneuzen, 23 Juni 1939. De Voorzitter voornoemd, P. TELLEGEN. DE tOste VERJAARDAG VAN DR. OOLIJN. Onder overweldigende blijken van sympathie heeft Dr. H. Colijn gisteren zijn 70sten ver jaardag gevierd. Reeds in den ochtend waren bebalve tallooze brieven, kaartjes en bloem- stukken duizenden itelegrammen van geluk- wenschen binnengekomen, niet aileen uit Nederland, maar ook van de Nederlanders uit Hongkong, Argentinie, de Vereenigde Staten, de Kaapkolonie en ander deelen van de wereld, alsmede van vele- buitenlandscbe staatslieden en leidende persoonlijkbeden. De minister-president beeft des ochtends zijn igewone ambtsbezigheden op het departe- menit van algemeene zaken verricht. Van de ambtenaren en van de beambten van dit de- partement kreeg hij een boekiwerk met hun handteekeningen van Donald Grove Barnes, getiteld: George III and William Pitt. Onder de vele geschenken, die Dr. Colijn ontving, was zijn in bout gesneden portret, afkom'stig van een onbekenden vereerder uit Rotterdam. Om elf uur heeft Dr. Colijn ten departe- mente een deputatie van katholieke vrienden ontvangen, bestaande uit oud-minister Mr. T. J. Verschuur, staatsraad Mr. Dr. D. A. P. N. Koolen en bet oud-Kamerlid Mr. A. baron van Wijbbergen, die hem namens een comite, waar- in ook de heeren O. van Nispen tot Sevenaer en Aalberse ziitting badden (bedde laatstge- noemden waren resp. door ongesteldbeid en uitstedigheid verhinderd) een ets van Rem brandt, de Emmausgangers, kwam aanbieden. Toen een algemeene huldiiging van den jarigen staatsman uitbieef, beeft dit comitd gemeend een aantal vooraanstaande ka'tbolieken te moeten uitnoodigen, rnede te werken aan de aanbieding van dit" buldeblijk. Tegelijk met de ets is dan ook aan Dr. Colijn aangeboden een album, verzorgd door Prof. Huib Duns, met bet volgende opschrift: ,,Aan Dr. iH. Colijn hebben wij, wier namen in dit album vereenigd zijn, bij gelegenbeid van zijn zeven- tigsten verjaardag eere en dank willen bren- gen als den man, die ruim van blik en kloek van handelen zijn zeldzame talenten met op- recbten zin aan zijn land heeft gegeven, die zijn vaderland als officier en als staatsman udtnemend met algeheele toewijding beeft ge- diend, die door christelijke overtuiging werd bezield en verdraagzaambeid betracbtte, wiens persoonlijkheid een karakteristiek Neder- landsch merk draagt, dien zij waardeeren als nationale figuur". In bet album staan de namen van een hon- derd personen uit hat oeconomische en sociale leven, uit kringen van wetenschap, kunst en onderwijs, staatkunde en recht. Namens bet centrale comite van a.-r. kies- vereenigingen, den raad van beheer der Dr. A. Kuyperstiehting en de a.-r. leden van de Eerste en Tweede Kamer is Dr. Colijn te zijnien buize zijn door den schilder Roeland Koning geschilderd portret aangeboden. Deze aanbieding geschiedde in tegenwoordigheid van den schilder door de beeren Mr. J. A. de Wilde, Dr. M. van Grieken en R. A. den Outer, resp. waamemend voorzitter, waarnemend 2de voorzitter en adjunct-secretaris van het cen trale comite, Dr. J. J. C. van Dijk, Mr. J. Terpstra en Dr. J. W. Noteboom, resp. pen- ningmeester, secretaris en directeur van de Dr. A. Kuyperstiehting; Prof. Mr. A. Anema, voorzitter van de a.-r. club van Eerste- Kamerleden; L. F. Duymaer van Twist en Mr. T. A. van Dijken, resp. 2de voorzitter en secretaris van de a.-r.-club van Tweede- Kamerleden. De heer J. Schouten was verhinderd de a.-r.-club van Tweede-Kamerleden te ver- Door CHARLES GAR VICE. 73) Vervolg. Lady Farnham en lady Collop gingen bij ■de deur weg ze schreiden beiden en Lorrie bad haar vingers op zijn arm gelegd, om haar te vergezellen, toen de openslaande deur zacht en- verlegen werd opengedaan en een gebogen, magere gestalte binnen kwam. Hij .bleef, op een stoik leunend, staan. Lady Farnbam, wier zenuwen gewoonlijk bewonderenswaardig waren, voelde zicb nu tot het uiterste gespannen. Zij uitte een kreet van schrik en de anderen, die zicb om- wendden om te zien, wat daarvan de oorzaak was, staarden den indringer zwijgend aan. Alleen op Seymour Melford scbeen de plotse- linge verschijning van die zwakke, uitgeteer- de persoon e^n verlammenden indruk te maken. iZijn gezicht, dat een oogenblik tevoren nog een brutale en triompheerende uitdrukking had vertoond, werd bleek van angst en hij greep den rug van een stoel vast, hoewel hij ootk Lorrie's arm stevig bleef vasthouden. ,,Wie is dit?" vroeg de graaf ernstig. Guy stapte werktuigelijk naar voren. ,,Een man, dien ik ken, vader," zei hij dof. „Ik zal hem wegbrengen" en hij ging naar hem toe. Maar Leverick schudde zijn hoofd. ,,Neen, neen, mylord," zei hij met zijn ziwakke stem, ,,ik kwam hier niet om u te spreken, maar om die lieve juffrouw," en hij wees op Lorrie. ,,Om mij te spreken!" zei Lorrie. „Ik dk kan je nu niet spreken, Leverick." ,,Neen, neen!" zei Seymour hard, ,,laat iemand dien kerel wegsturen." tegenwoordigen wegens de behandeling in de Kamer van de zaak-Oss. Mr. J. A. de Wilde heeft bij de aanbieding een kort woord gesproken. Verschillende deputaties kwamen te zijnen buize, aian de iStadhouderslaan, haar felici- taties aanbieden, vergezeld van tal van ge schenken en bloemstukken. H. M. de Koningin zond van Het Loo een prachtig bloemstuk met witte lelies, de Japan- sche regeerin-g toonde haar hulde door de aan bieding van een kostbare vaas. Uit alle krin gen der bevolking werd de 70-jarige staats man gecomplimenteerd. Toen Dr. Colijn nog een jongen was. De Deutsche AUgemeine Zeitung" tarengt volgens den correspondent van het Handels- blad te Berlijn, bij een goed portret van Minister-president Dr. Colijn, een uitvoerig en zeer waardeerend artikel van de hand van bun correspondent in Nederland, naar aan- leiding van den zeventigsten verjaardag van den Minister. De schrijver geeft daarin de volgende aardlge herinnering uit de jeugd van Dr. Colijn ten foeste: ,,Toen beiden, vader en zoon, eens aan bet hooien Wc*ren, wierp de jonge Colijn, een ventje van veertien jaar, de booivork weg en riep: Vader, mij hangt het werken op het land de keel uit". Vader Colijn klom van den hooi- wagen, trad op zijn zoon toe en dreigde: „Ik zal je eens in de sloot laten onderduikelen, met je hoofd onder water, dat zal je een foee'tje afkoelen, domme jongen". ,,Probeer bet eens'', riep de zoon uitdagend en vader Colijn pakte den jongen in den kraag en dook hem tot aan den hals in bet water onder. ,,Heb je nu genoeg rakker? Wil je nu weer aan bet werk gaan?" De zoon riep koppig van uit de sloot: ,,Je wilde mijn hoofd immers ook nog onder- duiken?" Vader en zoon keken elkaar met fonkelende oogen aan. ,,Als je me geen toestemming geeft soldaat te worden, verdrink ik me!" scbreeuwde de zoon. Vader Colijn greep een staak en stiet naar den zoon, zoodat deze werkelijk onder- ging. ,,Als je denkt, dat je me op die manier kunt diwingen, heb je je vergist, begrepen?" riep de oude. En tocb beeft de zoon zijn wil doorgezet, tegen den even harden wil des vaders, en is soldaat geworden. Het artikel bescbrijft dan uitvoerig Dr. Colijns carriere als officier, zakenman, jour nalist, minister en voorzitter van den Zuider- zeeraad, daarbij herinnerend aan Colijns ma- gistrale, maar helaas geen succes uitgelokt hebbende rede in 1927 op de Economische Wereld'conferentie te Geneve, waar zeven en twintig ministers van Buitenlandscbe Zaken onder zijn toehoorders waren. In verband met de gebeurtenissen te Swa- tau meldt Aneta, dat de Nederlandscbe be- langen aldaar tegenwoordig niet meer zoo groot zijn als vroeger. De Java-China-Japan- lijn heeft daar nog steeds een agentschap, doch de Kon. Paketvaart Mij. heeft er geen rechtsreeksche belangen meer. De Neder landscbe kolonie is er zeer klein. V'ERRINDEND VERKLAARDE C.A.O. IN DE SCHOENINDUSTRIE. De Regeeringspersdienst meldt: In de Staatscourant van Donderdag is op- genomen de beschikking van den minister van Sociale Zaken van 22 Juni 1939, no. 2103, af- deeling Arbeid, waarbij een aantal bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de schoenindustrie algemeen verbindend zijn verklaard voor de werkgevers en arbeiders in dat bedrijf. De verbindendverklaring is ge- sohied voor het tijdvak van 1 Juli tot en met 31 December 1939. Bij het Departement van Sociale Zaken zijn afdrukiken van bedoelde beschikking ver- krijgbaar. Aan belanghebbenden, die daar- toe den wensch te kennen geven, zal, zoolang de voorraad strekt, gratis een exemplaar wor den toegezonden. De militaire luchtvaartafdeeling van het K.N.I.L. te Bandoeng ziet zicb voor de twee- j de maal genoopt, jongelui uit Nederland te laten overkomen voor de vervulling van de be- trekking van monteur bij de militaire lucht- vaart, waarvoor ongeveer 75 plaatsen open zijn. De Nederlandsoh-Indische militaire autori- teiten beb'ben aanvankelijk getracbt, de be- noodigde jongelui uit Indie te krijgen, doch zij is daarin niet geslaagd. Midden Maart j.l. deden zij in Indie een oproep, maar slecbts tien jongelui hebben zich aangemeld. Aangezien het genoemde aantal nu een- maal aan het technische personeel van de mili taire luchtvaartafdeebng zal moeten worden toegevoegd, zijn de autoriteiten wederom ge- noodzaakt te trachten uit het moederland menschen te krijgen. Hetgeen een herbaling is van de vroegere procedure, toen de Indi- sche militaire autoriteiten 81 adspirant-mon- teurs uit Nederland moesten laten overkomen, die in betrekkelijk korten tijd gevonden wer- den. Intusschen liggen hier kansen voor 75 Ne derlandscbe jongelui om zicb als monteur bij de mibtaire luchtvaartafdeeling van het Indi- sche leger een goede positie te verwerven. In aanmerking komen jongelui van 19 tot 24 jaar, die een of andere technische opleiding hebben genoten. Zijn woorden hadden een eigenaardigen in- vloed op Leverick. 'Het uitgeteerde, afge- tobde gelaat scbeen plotebng anders ge worden, de holle oogen werden verlevendigd door een innerlijk vuur en bij hield zijn vuist dreigend opgeheven, terwijl bij heesch scbreeuwde: „Ja, mij wegsturen', be! Mij wegsturen, voor ik de waarheid kan vertellen, be, mijn- heer Melford?' ,,lk ik ken dien man niet!" stamelde Seymour Melford. ,,Ga mee, Lorrie!" Guy ging tusschen hem en de deur staan. Hij had er een voorgevoel van, dat er ont- hulUngen gedaan zouden worden. ,,Ga op zij!" gilde Seymour Melford bijna. 1 ,,Neen, boud hem vast!" riep Leverick. I „Mylord" en hiji strekte smeekend zijn hand uit naar Guy ,,laat hem niet gaan, voor ik u alles verteld heb! Die man is de gemeenste scburk, dien ik ken! Houd hem tegen, tot ik alles gezegd helb en laat hij zich dan verdediigen, als hij kan! Mylord, die man kocht mij om, teneinde uiw race in Cars- hal te bedervten. O, ik bracht hem op het idee, dat geef ik toe! Ik ben sehtuldig straf mij; dood mij, als u wilt! Ik beb bet gedaan. Ik maakte uw paard aan het sc'hrik- ken bij die laatste hindernis, mylord, met mijn zbkdoek, maar hij hij betaalde me om het te doen." ,,!Het is een gemeene leugen!" zei Sey mour. 'Ben stilte volgde op deze woorden en alien wachtten. ,,Ik weet niets van dezen man af! Dat is een complot van jou, jij denkt Giuy keek hem ge'biedend aan. ,,Zwijg," zei hij zaeht. Anders zal zelfs haar tegenwoordigheid je niet bescbermen!" en hij keek naar Lorrie. Toen gaf hij Leve rick een teeken om verder te gaan. „U won de race, mylord en dat was niet naar den zin van mijnheer Melford. Neen! Ik bleek smerig werk te willen doen ik DE BELGISCHE REGEERING WENSCHT OVERLEG MET NEDERLAND EN DE NOORDELIJKE STATEN. De correspondent der N. R. Crt. te Brussel meldt: In de Woensdag gehouden bijeenkomst van de commissie van buitenlandsche zaken van den senaat zijn verscheidene vragen, in den loop van bet debat gesteld, door mr. Pierlot, minister-president en minister van buiten landscbe zaken, beantwoord. Omtrent deze mededeelingen was echter van de leden der commissie zoo goed als niets te vernemen. Tocb kwam men te weten, dat een der aan- wezigen om inlichtingen bad verzocht betref- fende den stand van de kwestie der berziening van de tractaten van 1839. Andere leden drongen aan op herstel van contact tusschen den Belgiscben militairen legerstaf en de legerstaven van Frankrijk en Engeland. Mr. Pierlot blijkt in dit verband op de noodzake- lijkbeid te hebben gewezen, geen afbreuk te doen aan de Belgische zelfstandigbeidspolitiek. Belgie moet zijn handen vrij bouden. Een andere vraag betrof de kwestie van een eventueel vliegen over het Belgische grond- gebied door oorlogvAerende luchtmachten. Moet zulks als een schending van de neutra- liteit worden beschouw-d? Mr. Pierlot verklaarde dat dit internationaal- juridische vraagstuk niet opgelost is. De Bel gische regeering heeft den wensch te kennen gegeven, omtrent dit punt overleg te plegen met Nederland en de Noordelijke staten. VOOR HET EERST DUITSCH GESPROKEN IN DE BELGISCHE KAMER. Voor de eerste maal in de gesehiedenis van Belgie is, meldt de correspondent van bet Handelsblad te Brussel, in de Kamer der Volksvertegeniwoordigers een Duitsche rede- voering gehouden. In de nachtzitting, die noodzakelijk was geworden om de bespreking over de begrooting van landbouw ten einde te kunnen brengen, besteeg de beer Freres, Katholiek volksvertegenwoordiger van bet vroegere Duitsche kanton Sankt-Vith het spreekgestoelte om eenige, op zichzelf niet bijster belangrijke opmerkingen over den toe- stand van de landbouw in Eupen Malmedy en Sankl Vith te maken. De heer Freres is, on- danks zijn Franschen naam, een authentieke vroegere Duitscher, die dan ook alleen Duitsch spreekt en weinig of geen Fransch verstaat. Worden er Fransche redevoeringen in den Kamer gehouden, dan ziet men hem strijk en zet den koptelefoon opzetten om naar de Vlaamsche vertaling te luisteren, want bet zoo nauw aan het plat-Duitsch verwante Nederlandsch verstaat hij zonder moeite. Pas bij de jongste verkiezingen werd de beer Freres tot Kamerlid gekozen, doch tot dusver bad bij in het parlement gezwegen. Woensdag echter nam bij voor de eerste maal het woord leed werkelijk honiger. mylord en hij wist nog iets gemeeners voor me. Mylord, ik heb Gypsy "vergiftigd vodr de Groote Wedren- nen." Guy werd bleek en het zweet stond op zijn voorhoofd. ,,Ik heb bet gedaan, mylord, maar ik had er zelfs niet aan gedacbt voor die man het mij kwam voorstaan en me omkocht om bet te doen." ..Leugenaar!" bijgde Seymour. ,,Ik ben een leugenaar he? Is dat jouw schrift?" vroeg de man en bij liet een stu'k papier zien. „Kijk eens, mylord, kijk eens dames en heeren, dat is zijn schrift, al heeft hij ge tracbt zijn hand te veranderen. Hierin staan de inlichtingen, die bij mij gaf, hoe ik in de stallen moest komen en het paard het verigif geven. Hier staat het; laat het hem zien!" Guy nam het papier aan. Een blik was genoeg. Hij sprak niet maar keek van den man naar Seymour Melford. ,,Ik had nog nooit iets gedaan en en ik heb er spijt van gehad," zei Leverick, ter wijl het zweet op zijn mager gezicht uittorak. ,,Ik wist dat ik hierna nooit meer geluk zou hebben en dat was ook zoo. Iedere droppel drank dien i:k nam scheen me te vergiftigen. Misschien was dat wel zoo en ik voelde, dat ik uit Engeland weg zou moeten of dat ik anders gek zou worden! Toen ging ik naar hem hij' had me tocb zoo ver gabracht, dames en beeren en ik smee'kte hem mij bet land uit te laten gaan. Ik dacht, dat hij dat natuurlijk zou doen. Maar neen! Hij lachte me uit en beweerde dat hij me niet kende, hij zei, dat hij me nog nooit ontmoet had en hij gooide me een shilling toe." Hij zweeg even om zijn lippen af te vegen en kracbt te verzamelen en alien keken, elkander aan in gemeenzame afschuw. Maar Seymour bleef Lorrie's arm vasthouden. SS en daarmede weerklonk ook voor de eerste maal de derde nationale taal van Belgie, het Duitsch, in de zittingszaal der volksvertegen- woordiging. Onder de vertalers, die aan hun zorgvuldig afgeschermde microfoo/itjes de Fransche redevoeringen in bet Nederlandsch en de Nederlandscbe in bet Fransch vertalen, ten gerieve van Kamerleden, die of de eene of de andere taal niet verstaan, heerscbte een oogenblik verwarring. In welke taal moesten zij de Duitsche redevoering van den beer Freres vertalen? De technische installatie van den vertaaldienst is er niet op berekend twee vertalers tegelijkertijd aan het woord te laten, zoodat bet niet mogelijk was voor de Waalscbe Kamerleden een Franscbe en voor de Vlamingen een NederIandsche vertaling van 's beeren Freres betoog te geven. Gezien echter bet feit, dat de minister van Landbouw, graaf d'Aspremont-Lynden, geen Neder landsch verstaat en dat de opmerkingen wan den spreker toch hoofdzakelijk voor hem be- stemd waren, terwijl de meeste Vlaamsche Kamerleden voldoende Duitsch kennen om een in deze taal gehouden rede te kunnen volgen, besloten de beeren aan de microfoon de rede van den afgevaardigde van Sankt Vith in het Fransch te vertalen. Daarmede beeft thans ook het Duitsch zijn intrede in bet Belgische parlement gedaan, hetgeen zelfs op de banken der vurigste pa- triotten, geenerlei reacties uitlokte. De spr. werd integendeel, ofscboon zijn rede niets om het lijf had, op de Katholieke en de Vlaamsch Nationale banken levendig toegejuicht. Indien men zich de incidenten berinnert die ongeveer 30 jaar geleden aan de orde van den dag waren, toen de Vlaamsche volksvertegenwoor- digers in dit zelfde parlement bet recht van spreken in hun eigen taal kwamen opeischen, dient erkend, dat er in Belgie reeds heel wat is veranderd. VERDEDIGINGSMAATREGELEN TEGEN LUOHTGEVAAR IN BELGIE. De Belgische minister van landsverdediging heeft een rapport ingediend over de wijze, waarop het crediet van 600 millioen francs werd aangewend, dat hem in December j.l. door bet parlement werd verstrekt. Het grootste deel van dit bedrag werd be- steed aan de actieve luchtverdediging en wel 341 millioen francs voor het aanschaffen van luchtafweerkanonnen, ballons en zoeklichten en 176 millioen francs voor het aankoopen van jachtvliegtuigen. Voor de passieve verdediging is een bedrag van 88 millioen francs voorzien. Wat de kanonnen betreft, scbrijft de minis ter, dat rekening dient te worden gehouden met het feit, dat de Belgische industrie, die de luchtafweerkanonnen zou moeten vervaar- digen, de daartoe noodige werktuigen niet be- zat. Men moest aan de betrokken groepen van fabrieken een bestelling doen, die toerei- kend was om bet voor dit nieuw materieel noodige kapitaal gedeeltelijk te delgen. De organisatie der passieve verdediging omvat een alarmstelsel, dat reeds voorloopig in werking is gesteld op het gansche Belgische grondgebied. Driehonderd mobiele sirenen zijn reeds geplaatst, terwijl einde Juni honderd vaste sirenen geinstalleerd zullen worden. Voor verduistering, in geval van een aan- val, zijn 40.000 lantarens aan de gemeenten uitgedeeld. 4.000.000 zandzakken zijn besteld en zullen in de voornaamste gemeenten opge- slagen worden. 315.000 gasmaskers zijn in de maak. Ze zullen gevolgd worden door ncg 200.000 maskers. De fabrieken werken thans met een snelheid van 10.000 toestellen daags. De minister heeft den gouvemeurs der pro- vincies verzocht, onroerende goederen op te zoeken waar zich onderaardsche plaatsen be- vinden, die als sehuilplaats kunnten dienen. „PRATER" VOOR JODEN VERBODEN. Gouwleider Biirckel heeft, mede namens het Gemeentebestuur van de stad Weenen, een „Ik ik heb hem altijd gebaat, mylord," vervolgde Leverick, ,,maar ik haatte hem nog meer van af dat oogenlblik, zoodat ik het plan opvatte hem er onder te brenigen, ook al moest ik er voor hangen. Ik dacht bij me- zelf om naar u toe te gaan en alles eerlijk te vertellen maar ik had er den moed niet toe. Daardoor ging ik nog erger drinken dan vroeger en terwijl ik daartegen trachtte te vechten, werd ik door die auto omgereden en en hij kon bijna niet verder spreken ,,u waagde uw lewien om het mijne te red den en ik, ik had nog wel uw paard ver- moord!' De ellende van den stakker was zoo wan- hopig, dat Guy's hart, dat tot nu toe als een molensteen was geweest, bagon te ontdooien en hij ging naar hem toe, dwong hem om te gaan zitten en zei, met zijn hand op den schou- der van Leverick, met heescbe stem: ,,Heb je nog meer te vertellen? Doe het dan in 's hemelsnaam vlug, beste kerel" „Ja, er is nog meer," zei Leverick. .My lord, toen u in het ziekenhuis kwam, dacht ik, dat u alles had ontdekt en dat u was gekomen om mij te laten arresteeren, maar ik zag spoedig, dat dit niet z.oo was en ik zag nog meer, mylord!" Hij' aarzelde en keek naar Lorrie. „Ik zag, mylord, dat dat lieve jonge meisje de bemel moge haar zegenen en u, van elkaar hielden." Guy sehrok. ,,Stil," zei bij' met gebroken stem; maar Leverick schudde zijn hoofd. ,,Neen, mylord, laat me verder spreken. Maar toen ik het haar vroeg, vertelde ze mij, dat ze met dien dien hond ging trou- wen!" en hij wees met een bevenden vinger naar Seymour Melford. ,,Ik vond het vreemd dat iemand als zij hem kon liefhehhen en ik lette op haar gezicht toen ik uw naam noemde. Toen wist ik, dat zij u liefhad my lord en ik vermoedde bijna met zekerheid, dat hij de een of andere gemeene streek had uit- gehaald om macht over haar te krijgen. verordfening uitgevaardigd, waarin Joden van Duitsche nationaliteit en ,,statenloozen" Joden het verblijf op de straten, ontspannings- en sportterreinen etc. van het Weensche Prater" verboden wordt. OP EEN ZAOHT VUURTJE. Direct nadat Reuter in de gelegenbeid ge steld werd om tegen te spreken, dat het Verre Oosten begrepen zou zijn in de besprekingen van Strang en Molotow, heeft ook, schrijft de N. R. Crt., het Sowjettelegraaf agentschap het uit Duitschen koker afkomstige bericht geloochend, dat de Sowjetunie een Engelsch- Franschen waarborg voor haar grenzen in het Verre Oosten gezocht had. Het Duitsche Nieuwsbureau tracht nog onder deze tegenspraak uit te komen met het argument, dat het in zijn bekende, bericht van 17 dezer, bet niet over de garan- tie van grenzen heeft, maar over een schriftelijke vastlegging van Engelsche hulp- verleening aan de iSowjetunie voor het geval van een conflict met Japan. Het Sowjettele graaf agentschap heeft echter het bericht van het D.N.B. in zijn geheel ,,van alien grond ontbloot en niet meer dan een verzinsel" ge- noemd, zoodat men wel moet aannemen, dat wat er ook intusschen verhandeld moge zijn, de Sowjetunie op het oogenblik de onderhan- delingen over het drievoudige verbond met Elngeland en Frankrijk niet nog moeilijker wil maken door de vraagstukken van het Verre Oosten er doorheen te mengen. Een onzer berichtgevers te Warschau heeft intusschen nog andere verdenkingen ver- nomen. De Russische tegenspraak, aldus deze correspondent, heeft de aandacht getrokken in de hoofdsteden van de randstaten en men brengt de meening tot uiting, dat de verkla- ring niet zoozeer bedoeld is om Londen en Parijs gerust te stellen dan wel om met het oog op het Britsch-Japansche conflict te Tientsin er op te wijzen, dat de Sowjetunie vast besloten is om vast te houden aan de jongste verklaring van Stalin, dat hij niet be- reid is om voor Engeland de kastanjes uit het vuur te halen door het Verre Oosten op te nemen in een accoord op een oogenblik, dat Rusland daardoor gemakkelijk in een oor- log met Japan zou kunnen worden betrokken. Deze redeneering moge nog niet zoover ge zocht zijn als die van het Duitsche Nieuws bureau, zij is toch evenmin erg overtuigend, gezien het feit, dat de tegenspraak niet alleen uit Moskou, maar gelijktijdig uit Londen ge komen is. Het heeft er veel van, dat men in de Oostzeelanden deze laatste tegenspraak nog niet kende, toen men achter de eerste een manoeuvre van de Sowjet-regeering zocht, om zich onder alle omstandigheden, dat er werke lijk van hulpverleening sprake zou kunnen zijn, neutraal te houden. Dat wil natuurlijk niet zeggen, dat de ge beurtenissen in het Verre Oosten in het ge heel geen rol spelen in de te Moskou gevoer- de besprekingen. Men heeft met name in de communistische pers kunnen lezen, dat het incident te Tientsin een heel ander verloop zou hebben, indien de Engelsch-Fransch-Rus- sische overeenkomst reeds tot stand gekomen ware. En anderzijds maakt het feit, dat En geland elders moeilijkheden ondervindt, het voor de Sowjetunie gemakkelijker om haar eischen onverminderd te handhaven. iWel mag men vermoeden, dat de Sowjet unie bereid geweest zoude zijn om een ver- drag te sluiten, dat ook in het Verre Oosten gold. De zienswijze van de Sowjets inzake de ondeelbaarheid van vrede en veiligheid is be kend. Maar bekend is ook, dat de Sowjetunie reeds vroeger bereid was, om met het sluiten van regionale verdragen genoegen te nemen. Men hoort zoo nu, en dan wel verluiden, dat de Sowjetregeering van de gelegenheid partij trekt, om haar eischen voortdurend uit te Maar ik zei niets. Ik dacht, dat ik doodging mylord en dat dachten ze allemaal in het ziekenhuis. Maar ik wilde niet dood gaan vodr ik geprobeerd had u en haar te helpen, daar u (beiden de eenige levende wezens waren, die me goed deden en die een vrien- delijk woord voor me hadden. Ik werd beter mylord en toen hoorde ik, dat die lieve juf frouw geld voor me had achtergelaten. Ik ver- liet 't ziekenhuis Milord en ging naar de city. Ik heb in mijn tijd veel zaakjes omhanden ge had en ik heb eenige wonderlijke kennissen. Een van hen daar in de City kende dien fijnen meneer wist alles van hem, omdat hij op hetzelfde kantoor had gezeten met een man, die zaken voor hem deed een zekeren Wheeler" Seymour Melford sehrok ,,en ik gaf hem te drinken en maakte hem aan het praten en in een paar miputen had ik het spoor al van Genoeg!" viel Seymour Melford hem sma- lend in de rede. ,,Deze reman van uit de goot opgeraapte personen mag u misschien interesseeren, maar ik stel er geen belang in. Kom!" en hij trachtte Lorrie mee te trekken, maar zij bleef staan, alsof ze op de plek vastgenageld stond, haar oogen op Leverick's gelaat gevestigd, terwijl ze diep ademhaalde. ,,Het zal hem zoo dadelijk wel interes seeren, mylord!" zei Leverick grimmig. „Ik liet mijn vriend het spoor volgen en toen ont- dekte ik hoe hij macht had gekregen over die lieve jongedame. Mylord, hij had haar vader overgehaald een oude domine, die van die dingen niet meer af'wist dan een kind om aandeelen te koopen in een mijn, waarvan hij wist, dat hij failliet zou gaan en toen, toen de oude heer failliet dreigde te gaan, kwam hij om hen geld te leenen. Eh zoo geloofde onze lieVe juffrouw dat hij een vriend van haar vader was geweest en nem van een failissement had gered (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 5