il#i
I
Burgsrliike Stand
Dam- en Schaakrubriek
iwm.t=kw§, %m.
LOOP DER BEVOLKING.
GEMEENTERAAD VAN
TERNEUZEN.
SCHAKEN.
DAMMEN.
volledig tot haar recht komen als een ruimer
toevloeien der golden aauwezig is en ook komt
de vraag naar voren of de Provincie ook onder
bepaalde voorwaarden moet bijdragen aan her-
steUlriigswerken ten bate van bet behoud van
monumenten, die niet in handen van de wereld-
lijke of kerkelijke overh-eid zijn, waarop Ged.
Staten bevestiigend antwoorden. Ged. Staten
hebben overwogen of er aanlei'ding in de toe
te kennem percentages der kosten wijziging te
brengen, doah zij ontkennen dit en .stellen ten
slotte voor teiken jare 10.000 in het fonds te
storten en teiken jare in de begrooting te be-
palen vcor welke monumenten en tot welke
bedragen voor ieder monument in het bijzom-
der, bijdragen udt dat fonds zullen worden
verleend.
Ged. Staten zullen aan het verleenen van
bijdragen zoodanige voorwaarden kunnen ver-
binden als door hen wenschelijk worden ge-
oordeeld.
SAS VAN GENT.
Overlijden. 9 Juni. Theophilus van Craenen-
tarock, oud 55 j., echtg. van Rosalia van
Haute.
SAS VAN GENT.
In de week van 4 tot en met 10 Juni hebben
zich in deze gemeente gevestigd:
P. J. Piessens, horlogemaker, van Vogel-
waarde.
dir. Piessens, zonder beroep, van Vogel-
waarde.
C. van der Hart, brugknecht, van Krui-
ningen.
F. Thijs, vlasbewerker, van Stekene, B.
Vertrokken:
M. Duimez, dienstbode, naar Graauw.
Vergadering- van Donderdag 25 Mei 1939,
des namiddags 2 uur.
Voorzitter de heer Mr. P. H. W. F. Tellegen
Eurgteme ester
Tegenwoordig de leden L. J. Geelhoedt P
van Cadsand, C. A. Verlinde, N. J. C. Lam-
brecbtsen van Ritthem, J. Riemens, D. E. de
Kraker, O. A. Stockman, E. L. van Hecke, H.
J. Oolsen, L. J. van Driel, J. N 't Glide, M. de
Vos, J. den Earner, G. Dees en A. de Bruijn.
(3. Vervolg.)
3. Stemmen over art. 6 der Schoolgeld-
verordening, en daarna vaststelling dier
verordening-.
I>e VOORZITTER breng"t in. herinnering',
dat in de vorige vergadering de heer Colsen
voorstelde, vanaf het 4e (kind dat de school
bezoekt, vrijstelling te verleenen. Het college
was hder tegen omdat het practisch van heel
wemig beteekenis kan zijn. Burgemeester en
Wethouders hebben nagegaan, dat er sleohts
16 gezinnen gezouden kunnen profiteeren van
de nieuwe schoolgeldverordening. En dan is
het nog de vraag of een dergelijke verordening
goedgekeurd zou iworden.
De heer VAjN DRIEL wil hier een kleinig-
heid over zeggen. Nu dte bepaling zoo is, dat
er een klein aantal, en dan nog de grootste
gezinnen van kunnen profiteeren, meent spre
ker, dat men heel schappelijk moet zijn. Het
is spreker ook al eens voorgekomen, d'at hem
een deurwaardersexploit voor schooigeld werd
beteekend, dat hebben ze kunnen beteekenen,
want spreker kon het onmogelijk betalen.'
Spreker is een voorstander van het voorstel
van den heer Colsen am de groote gezinnen
ter wille te zijn. Hij heeft er zelf ervaring van.
De heer DUN HAMER merkt op, dat hij in
deze zaak niet vindt, hoe die korting geregeld1
is. In dte vorige vergadering is spreker niet
aanwezig -geweest.
De heer COLSEN ze>gt, dat hij voorgesteld
heeft, vanaf het vierde kind vriji.
De heer DEN HAMEREn de rest
De heer COLSEN zegt, d'at dit hetzelfde
blijft als in het voorstel van Burgemeester en
Wethouders. Er is gezagd, (fat er weinig
ouders van kunnen profiteeren, dooh spreker
heeft nagegaan hoeveei kinderen uit een gezin
er te Sluiskil en dat zijn niet alleen kinders
die afikomstig zijn uit Terneuzen op de drie
s-cholen gaan. En dan ikwam hij tot de con-
clusie dat hierbij hetrokken zijn 17 huisgezin-
nen met meer dan 4, d.w.z. 5 kinderen.
De VOORZITTER merkt op, dat Burge
meester en Wethouders hebben onderzocht,
hoeveei ouders er in de geheele gemeente van
zouden kunnen profiteeren.
De heer COLSEN wijs-t er op, dat er te
Sluiskil 3 sdholen zijn waarop kinderen school
gaan. Spreker weet wel, dat die niet alle-
maal uit de gemeente Temeuzen afkomstig
zijn, omdat een gedaelte der kinders uit andere
gemeenten afkomstig is. Die heeft hij er op
zijn briefje bij gerekend1. Spreker onder-
sohrijf t hetgeen de heer Van Driel gezegd
heeft, hij kan niet g-oed bedenken hoe de ouders
het noodige schooigeld bij elkaar moeten
krijgen.
De VOORZITTER geeft lezing van artikel 6
der verordening.
De heer DEN HAMER wijist er op, dat hij
meer gevoelt voor de evenredigheid in het
voorstel van Burgemeester en Wethouders, n.l.
25, 50 en 75 °/c korting. iSpreiker is medte-
gedeeld, dat het niet kan, zooal's de heer Col
sen dit voorstelt. Mogelijk, dat hij zijn voor
stel dus nog wijzdgt.
De heer COLSEN stelt voor, dan een korting
van 20 en 40
De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM
vraagt of de heer Colsen nader wil motivee-
ren, waarom hij thans zijn voorstel wijzigt.
De heer COLSENOm de groote huisge-
zinnen te helpen.
De heer LAMJBRECHTSEN VAN RITTHEM
merkt op, fat het mooiste zou zijn, indien de
kinderen van a 11 e gezinnen vrijgesteld
werden van de betaling van schooigeld. Spre
ker sternt toe, dat iemand uit de kleine bur-
gerij, die vier ischoolgaande kinderen heeft,
inderdaad al zwaar zit.
De heer VAN DRIEL: Kleeren en schoeisel
heb je er niet voor!
De heer COLSEN kijkt op zijn briefje, en
ziet dat daarop voorkomen ouders van 4
schoolgaande kinderen, uit verschiUende huis-
gezinnen, waarvan de man wel niet werkloos
is, doch behoort tot den kleinen middenstand,
of tot de boerenarbeiders, Spreker vindt wer-
kelijk, dat deze werkelijk heelemaal vrijgesteld
zouden moeten worden. Daarom vindt hij, dat
vanaf het vierde kind vrijstelling zou moeten
worden verleend.
De VOORZITTER merkt op, dat indien
deze menschen geen belasting betalen, zij ook
geen schooigeld versehuldigd zijn.
De heer VERLINDE vindt het allemaal heel
mooi, wat de heer Colsen zegt, doch kan deze
dan ook nagaan, wat er af gaat indien het
vierde kind! de school bezoekt.
De VOORZITTER merkt op, dat er 60
van het schooigeld af gaat.
De heer VERLINDE vraagt, of de heer
Oolsen weet, hoeveei schooigeld er betaald
moet worden voor het vierde kind van iemand,
die 12 per week verdient.
De heer COLSEN weet wel, dat iemand die
geen belasting betaalt, ook geen schooigeld
betalen moet.
De heer VERLINDE herinnert zich den tijd,
dat er ouders waren die vrijwillig 60
per maand schooigeld hetaalden om hun kin
deren het onderwijs te laten genieten, dat zij
meenden, dat deze noodig hadden. Men moet
goed onderscheiden tusschen de bedragen die
nu. betaald worden, en wat er vroeger vrijwil
lig betaald werd. En indien men nu nagaat,
dat er bij het vierde .kind 60 af gaat, en
bij het vijfde 80 i%, wat schiet er dan over
voor schooigeld voor iemand die 18 per week
verdient Dit kan hoogstens nog wat zijn
voor iemand, die 5000 per jaar verdient.
De V OORZITTER geeft als voorbeeld
iemand die is aangeslagen in den eersten
grondslag, dat is voor een belastbaar inkomen
van 700 a 800. Die moet voor het eerste
kind betalen 3, en voor het vierde 1,20
per jaar.
De heer VERLINDE herhaalt, dat zoo
iemand voor /1,20 per jaar, voor een beel
jaar, zijh kind onderwijs kan laten genieten.
Spreker weet ook iwel, dat het voor sommige
moeilijk is, doch hij meent toch dat ieder ouder
dat er voor over heeft om zijn kinderen onder
wijs te doen geven. Vroeger waren er ook ge
zinnen, waarvan de man 12 per week ver-
diende en waardoor offers gebracht werden
van 60 tot 80 cent per maand vrijwillig, zon
der dat er nog principieele dingen hij ge
bracht werden. Velen onder ons weten nog,
dat er indertijd een school was, die den naam
had, dat er beter onderwijs werd gegeven. De
menschen gingen er toen groot op, dat zij ham
kinderen naar die school toestuurden. En nu
worden er over schoolgelden van /1,20 per
jaar lange debatten gevoerd. Het sop is de
kool niet waard.
De heer VAN HECKE merkt op, dat het
niet direct om die 1,20 per jaar gaat. Het
gaat er meer om, de groote gezinnen een
dienst te bewijzen. Ieder weet, dat iemand
die een gezin van meer dan vier kinderen
heeft reeds zwaar genoag geslagen is, en dat
er uitgerekend worden moet van het eerste
tot het laatste, wat men voor het geld krijgen
kan. Spreker meent, dat men door dit voor
stel van den heer Colsen de groote gezinnen
een grooten dienst bewijzen kan. Vraagt den
middenstand, roept spreker uit, wie onder hen
meer dan 18 per week verdient. Hij houdt
staande, dat men de gezinnen met deze vrijr
stalling een groote dienst bewijst. Niet om
die f 1,20 alleen, want een -kind dat school
gaat, kost meer.
Welke bezwaren kunnen er toob zijn, om de
groote gezinnen bij te staan, waar dit moge
lijk is. Voor spreker is het geen bezwaar op
het voorstel van den heer Colsen in te gaan.
Iemand die f 1,20 opbrengen moet, heeft het
veel harder dan iemand die f 25 per jaar moet
betalen. Spreker weet zich ook nog te her-
inneren, dat in zijn schooltijd een paar klom-
pen van groote beteekenis was. Het is heih
ook nog gebeurd, dat hij tot 's Zaterdags
moest wachten voor hij nieuwe klompen kon
gaan koopen, en dat hij den rest van den tijd
rnaar met 2 verschiUende klompen aan loopen
moest.
Het voorstel van den heer Colsen wordt aan-
genomen met 8 tegen 7 stemmen.
Voor stemmen de heeren Den flamer, Rie
mens, Stockman, Van Hecke, Colsen, Van
Driel, t Gilde en De Vos; tegen stemmen de
heeren Dees, De Bruijn, Geelhoedt, Van Cad
sand, Verlinde, Lamibrechtsen van Ritthem en
De Kraker.
4. Wijziging Ambtenarenreglement.
Burgemeester en Wethouders schrijven den
raad:
Bij Raadsbesluit van 19 April 1934 is op
voorschrift van den Minister van Binnenland-
sehe Zaken in het ambtenarenreglement aan
artikel 17 een derde lid toegevoegd van den
volgenden inhoud:
n.De ambtenaar onthoudt zich van het uit-
steken of hijschen van andere dan nationale
of Oranjevlaggen.
Uit het uiterlijik aanzien van de woning of
van het daarbij behoorende erf mag niet blij-
ken van de politieke gezindheid van den amb
tenaar of zijne hiulsgenooten".
Bij schrijven van 22 Februari 1935 deelden
Gedeputeerde iStaten ons het volgende mede:
,,iDe naar aanleiding van onze nevenver-
melde oirculaires in het ambtenarenreglement
aangebrachte wijziging heeft ons in overleg
met Zijne Exeellentie den Minister van Bin°
nenlandsehe Zaken aanleiding gegeven tot de
volgende opmerking:
De uithreiding, welke hier aan het zooge-
naamde vlagverbod is> gegeven, is niet juist
te achten.
Dit verbod dienit n.l. slechts te gelden voor
amhts- en dienstwoningen, wijl het de strek-
king heeft het aanbrengen van uiterlijike ken-
teekenen, welke strijdig zouden zijn met het
karakter dat deze woningen als gemeente-
gebouiwen dienen te dragen, te voorkomen.
Een uitbreiding van dit verbod tot alle door
amibtenaren bewoonde woningen, zou dus met
ka.rakter en strekking dezer bepaling in strijd
zij.n en zou de persoonlijke vrijheid der amib
tenaren te sterk aantasten.
Wiji verzoeken U te bevorderen, dat bij, eerst-
volgende wijziging van het ambtenarenregle
ment met het bovenstaande wordt rekening
gehouden."
Nu verzoekt genoemd Oollege ons bij schrij-
van did. 3 Maart 1.1., daar het reglement nu
toch gewij,zigd moet worden, met bovenge-
noemd schrijven te willen rekening houden.
In verband hiermede stellen wij U voor
artikel 17, 3e lid van het ambtenarenregle
ment te lezen als volgt:
..De ambtenaar die een ambts- of dienst-
woning bewoont onthoudt zich van het uit-
steken of hijschen van andere dan nationale of
Oranjevlaggen.
Uit het uiterlijik aanzien van de ambts- of
dienstwoning of van het daarbij behoorendfe
erf mag niet blijken van dte politieke gezind
heid van den ambtenaar of zijne huisgenoo-
ten".
Holiandsche Partij.
Wit: R. Spielmann. Zwart: J. Mieses,
Berlijn 1920.
1. d2d4 f7f5
2. Bblc3
Het Stauntongambiet 2. e4 wordt nog steeds
als een zoo emstige aanvalsopening be-
schouwd, dat vele spelers eerst 1. e6 spelen
en pas daarna f5, wat Wit ecbter kan verhin-
deren door met 2. e4 in Fransch over te gaan.
2Bg8f6
3. g2g4
E3en voortzetting van twijfelachtigen aard.
Het is twijfelachtig, of Wit na f5Xg4 of
Pf6Xg4 met e2e4 voldoenden aanval krijgt.
Beter nog echter is de zet die volgt, waarmee
Zwart e4 verhindert en nu zonder meer op g4
dreigt te nemen.
3d7d5
4. g4—g5 Pf6e4
5. Pc3Xe4 f5Xe4
6. f2f3 Rc8f6
Ben zeer ongewone steUing is na ongewone
verwikkelingen ontstaan.
7. Rfl—g2 e7e6
S. f3Xe4 d5Xe4
Er zal nu blijken, dat deze pion niet best
aan te vallen is en eerder het witte spel be-
lemmert.
9. Rcle3 Rf8e7
10. Ddld2
Pion g5 doet niets en eischt zeifs nog ver-
dedigingsmaatregeien.
10Pb8a6
11. Pgl—h3 Pa6>b4
12. c2c4
Verhindert Pd5, waarmee Re3 en pion g5
bezwaren zouden gaan ondervinden.
I2- c7c5!
Slechts schijnbaar een offer.
13. d4Xc5 Dd8a5
14. 0—0 Re7 X c5
15. Taldl oo
16. a2a3 Ta8d8
17. Ddi2te3
De dameruil is voor Wit niet zeer voordee-
lig, maar toch niet zoo vreeselijk als hij op
het eerste gezicht lijkt: 17. ab4: Td2: 18. ba5:
Re3.19. Khl Te2: (Rh3: Rh3: is niet beter)
en nu mag Wit geen Td7 spelen wegens T^2
en Rh3:f, maar Tfel geeft voorloopig een
houdbaar spel.
17. Dd2—c3 Da5b6
18. ReSXteS Dlb6 X c5t
19. Kglhi Fb4c6
Zwart krijgt nu een overwicht op de zwarte
centrumvelden.
20. Ih2|b4 Dc5—e5
21. Dc3—e3
De zwarte dame staat beter dan de witte
en Wit had dus eigenlijk moeten nuilen. Maar
Wit vreest, terecht, het paard op e5 nog meer:
21. De5Pe5: en niet alleen is c4 siecht te
dekken, maar ook dreigt Pe5c4e3. Op
e2e3 volgt Pd3 met de dreiging Rh3: bene-
vens Pf2j, wat ook door Tf8t niet goed ver-
holpen wordt. En de ruil TdlXd8 verschaft
aan Zwart de heerschappij op de d-lijn, met
behoud van dezelfde dreigingen.
21Pc6—d4
Behalve de heerschappij over e5 verkrijgt
Zwart nu ook die over d4.
22. Ph3f2 Pd4c2
23. De3ib3 e4c3
24. Pf2d3 Rf5Xd3
25. Td'lXdB
Niet ed3: wegens e3e2! Echter kon Wit
eerst Tf8:f protoeeren, waarop Zwart Kf8:
antwoordt en ook gemakkelijik in het voordeel
blijft.
25Tf8Xflt
26. Rg2Xfl Td8 -f8
27. Td3dl Tf8f2
28. Rfl—g2 De5Xgr5
Ondanks het beperkte materiaal heeft
Zwart een heftigen aanval.
29. Tdl—gl Pc2—d4
Zoo wordt het vergaloppeerde paard gered.
30. Dib3a4 Dg5e5
31. Tgl—dl h7h6
Nu hoeft op De8f niet meer Tf8 te geheu-
ren, maar tevens is de zet een voorbereiding
tot een mataanval.
32. Da4Xa7 Tf2Xg2
Een mooi offer.
33. KhlXg2
Nu kondigde Zwart mat aan in 7 zetten.
Het was niet mogelijk, reeds een zet eerder
mat in acht zetten aan te kondigen, daar Wit
met Da8f wel niet het mat, maar wel het
zettenaantai in de war Ibrengt.
33- De5e4f
34. Kg2h3t
Op Kg3 Pf5j en Kgl Pe2j volgt het mat nog
vroeger.
34- De4f5f
35. Kh3—h4
Ook Kg2 leidt na Dg4f en De2: snel tot
mat.
35- Df5g5j-
36. Kh4h3 Dg5hot
37. Kh3—g2 Dh5Xe2f
38. Kg2h3
of Khl Df3j en per mat.
38- De2f3j
39. Kh3h4 g7g5 mat.
Verder deelen Gedeputeerde Staten ons nog
mede, dat bij: Kon. ibesluit van 27 October 1938
Stbl. no. 352 eenige artt. zijn gewijzigd die
gelijikluidend in ons ambtenarenreglement zijn
overgenomen en verzoeken zij ons te willen
bevorderen dat een zelfde wijziging wordt aan-
gebraoht in de betreffende artt. van dat
reglement.
In verband met het bovenstaande stellen wij
U voor het volgende besluit te nemen:
De Raad der gemeente Terneuzen;
overwegende, dat Gedeputeerde Staten
namens den Minister van Binnenlandsche
Zaken doen toekomen een aantal voorschrif-
ten waardoor het ambtenarenreglement moet
worden gewijzigd;
ibesluit
het Reglement voor de Ambtenaren in dienst
der Gemeente Terneuzen te wijzigen als volgt:
I- Artikel 17.
Het derde lid van artikel 17 te lezen als
volgt
„De ambtenaar die een ambts- of dienst
woning bewoont onthoudt zich van het uit-
steken of hijschen van andere dan nationale
of Oranjevlaggen.
j,Uit het uiterlijk aamzden van de ambts- of
dienstwoning of van het daarbij behoorende
erf mag niet blijken van de politieke gezind
heid van den ambtenaar of zijne huisge-
nooten."
II- Artikel 40.
In het 2e lid van artikel 40 onder b, c, d
en e wordt) telkens inplaats van 36"gele-
zen ,,34".
HI. Artikel 41.
In het 2e lid van artikel 41 wordt inplaats
van 5% maand" gelezen ,,11 maand'en".
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
5. Wijziging verordening gemeente-politib.1
Burgemeester en Wethouders berichten:
Bij, schrijven d.d. 23 Augustus 1938 A no.
3027 verzocht de Commissaris der Koningin
in deze proyin-cie Ons College, te widen bevor
deren, dat in de verordening der gemeente-
politie een bepaling wordt opgenomen, dat de
dienstjaren als capitulant doorgehracht niet
voor periodieke verhoogingen iworden in aan-
merking genomen.
Daar wiji inmiddels van den Minister van
Binnenlandsche Zaken de d.d. 1 September
1938 vastgestelde verordening, goedgekeurd
hebben terugontvangen, stellen wij U thans
voor deze bepaling in de verordening op te
nemene
Bij schrijven d,d. 5 April j.l. A no. 1186
verzocht de Commissaris der Koningin hij een
eerstvolgende wijziging van de betreffende
verordening dte bepaling betreffende het niet
medetellen van dienstjaren voor capitulanten
meer te preciseeren en- een bepaling op te
nemen zooals die hierna in het 3e lid van
artikel vijf is opgenomen.
In verband met het bovenstaande stellen wij
U voor het mavolgende besluit te nemen:
De Gemeenteraad van Temeuzen;
overwegend, dat de Commissaris der Konin
gin namens dten Minister van Binnenlandsche
Zaken doet toekomen eenige voorschriften
waardoor de verordening der gemeente-politie
moet rworden gewijzigd;
gehoord het voorstel van Burgemeester en
Wethouders van 15 Mei 1939;
besluit:
De verordening regelende de rangen, het
aantal, de samenstelling de eiisehen van be-
noembaarheid en de bezoldiiging van de amb
tenaren der gemeente-politie te Terneuzen van
1 September 1938, goedgekeurd bij: Kon. besluit
van 24 November 1938 no. 38, te wijzigen als
volgt
Eenig artikel.
I. Aan het eerste lid van artikel 5 wordt
toegevoegd een derde, vierde en vijfde volzin
luidende
Dienstjaren als capitulant doorgehracht,
,,komen voor periodieke verhooging niet in
„aanmenking.
„Bij! benoeming van een capitulant of een
„gewezen capitoilant worden voor periodieke
..verhoogingen niet medegeteld z,es van de
dienstjaren doorgehracht bij de Koninklijke
Mar e ch aussee
..Dienstjaren doorgebracht bij. de militaire
.ipolitietroepen teilen niet mede voor perio
,dieke verhoogingen".
II. Bovenstaande aanvulling in werking te
doen treden met ingang van den dag waarop
de Koninklijke goedkeuring op dit besluit zal
zijn verkregen.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
6. Vasts teilen gemeenschappeJijke regeling
inzake toelating leerlingen op de o. 1.
school nit Axel en Westdorpe.
Burgemeester en Wethouders schrijven den
raad:
In verband met den bouw van een nieuwe
openbare school voor gewoon lager onderwijs
te Sluiskil dient de gemeensebappelijke rege
ling inzake toelating van leerlingen uit de
gemeente Westdorpe d.d. 24 September 1877
door een nieuwe regeling te worden vervangen.
Wij hebben nagegaan hoeveei leerlingen nog
uit andere gemeenten deze school bezoeken en
daarbij' bleak ons dat over 1938, 7 leerlingen
uit de gemeente Axel deze school hebben
bezocht.
Wij hebben thans de gemeente Westdorpe
en Axel voorgesteld voor de toelating van
leerlingen op de openbare school te Sluiskil
een regeling te treffen, overeenkomstig de be-
palingen van de Lager Onderwijswet 1920 voor
de bijzondere scholen.
De gemeenteraad van Axel heeft inmiddels
in zijn vergadering van 28 Februari 1939 deze
regeling vastgesteld, terwijl door den Raad
van Westdorpe d'ezer dagen een overeenkom
stig ibesluit zal worden genomen.
In verband hiermede stellen wij U voor, vast
te stellen de volgende gemeenschappel'ijke
regeling:
REGELING omtrent de toelating' van
kinderen uit de gemeente Axel
Westdorpe op de openbare school
voor gewoon lager onderwijs te
Sluiskil.
Artikel 1.
De Gemeente Terneuzen verbindt zich kin
deren udt de gemeente Axel—Westdorpe toe te
laten op de openbare school yoor gewoon lager
onderwijs te Sluiskil.
Artikel 2.
De gemeente AxelWestdorpe verplicht
zi'Ch voor die kinderen aan de gemeente Ter
neuzen een vergoeding per leerling te betalen,
die op gelijfce voet berekend wordt als is voor-
geschreven in de artikelen 86 en 104 der Lager
Onderwijswet 1920, voor leerlingen uit andere
gemeenten, die een bijzondere school bezoeken.
Onder de Lager Onderwijswet 1920 wordt
'begrepen de wet, zooals deze thans liuidt, met
de nummering der artikelen, zooals zulks vol-
gens artikel1 II der wet van 22 Mei 1937 S 323
tot wijziging der Lager Onderwijswet 1920 zal
worden oc.paald, of zooals de wet nadien wordt
gewijzigd.
Artikel 3.
Burgemeester en Wethouders van Terneuzen
stellen de vergoeding door de gemeente Axel
Westdorpe versehuldigd vast, zoodra zij over
de noodige gegevens over het afgeloopen jaar
besohikken.
Bij, toezending der declaratie leggen zij
■hienbiji over een lijst, vermeldende de naam,
de voornaam, het jaar en de geboorte-datum
der leerlingen, het tijdvak gedurende hetwelk
de school door deze is bezocht, zoomedie de
naam en het adres der ouders, voogden of ver-
zorgers.
De vergoeding zal door de gemeente Axel1-
Westdorpe moeten worden betaald ten kantore
van den ontvanger der gemeente Temeujaen
of door overschrijving of storting op diiens
post-girorekening, binnen een maand na ont-
vangst der mededeeling, inhoudendte het bedrag
der verschuldigde vergoeding.
Artikel 4.
Deze regeling treedt in werking op 1 Sep
tember 1939.
Zij wordt aangegaan voor den tijd van vijf
jaar en wordt geacht telkens voor een gelijk
tijdvak te zijn verlengd1, tenziji deze tenminste
zes maanden voor het einde van het loopend
tijdvak schriftelijik is opgezegd.
Voor de op het tijidstip der opzegging, krach-
tens deze regeling toegelaten kinderen blijft
deze van kracht, zoolang die kinderen de
school bezoeken.
Aldus gedaan in de openbare vergadering
van den Raad der gemeente Temeoizen.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
(Wordt vervolgd.
De ,,Vlaamse slag" heeft practische waarde
en verdient dus onthouden te worden.
Schijf 42 kan ook op 43 staan.
Wit speelt als lokzet 2520, waarop zwart
grif 1015 laat volgen. De kern van de zaak
zit immers vrij diep, zodat het alleszins aan-
nemelijk is, dat iemand, die het systeem niet
kent, er in vliegt.
ZWART 1
1.
2520
10—15?
2.
42—38
15X24
3.
4741
36X47 dam
4.
39—14
47X31 gedw.
5.
34—30
24X44
6.
50X® wint.
,rr
576.
De Vlaamse slag.
'Het ,,Shell-Vodd" van 25 Mei 1937 ver-
onderstelt, dat deze slag afkomstig is van den
bekenden Haagsen problemist P. Kleute Jr.
en verwijst naar de Revue frangaise du jeu de
dames 1937, biz. 849.
We zullen de afd. Belgie van ons archief
nog eens doorzoeken. Niet onmogelijk geven
de oude rubrieken -van ,,Damleven", „Le ving-
titeme siecle" of ,,Le Grognard" nadere aan-
wijzingen.
ZWART 1
Zoals te verwachten was, komt dit leer-
zame standje ook voor in Gortmans' ,,1001
miniaturen" (no. 235 op biz. 54). Het jaar-
tal 1926 duidt er hier haast met zekerheid
op, dat Kleute het Vlaamse slag-systeem het
eerst vond en bewerkte.
Voor beginners geven we ook het eindspel na
wit 6. 50X'8- Zfwart 19—23, want al het an
dere verliest onmiddellijk. Wit 83 dam
(zw. 9—13); 3—20 (23—28); 20—15! en wint
op zw. 2832 door 154 en 410, terwijl op
zw. 1319 ineens 410 volgt.
IHet motief is vrij lastig te verwerken, zodat
het ons niet behoeft te verwonderen, dat wei
nig problemisten zich aan een verdieping van
de idee-Kleute waagden.
Een uitstekend geslaagde poging vormt
onderstaand probleem van H. Blomsma te
Emmer-Compasaum. Wij ontlenen het aan de
rubrieken der A. P.
Zwart: 2, 8, 11, 18, 21, 22, 23, 24, 29, 35.
Wit: 32, 33, 38, 39, 40, 42, 43, 48, 49, 50.
WIT
47
48
49
50
De vraag luidde: kan wit verhinderen, dat
zwart een schijf wint?
Slechts wit 3328 en 2822 kon in aan-
merking komen, om te trachten schijfverlies
te voorkomen. Zo kwamen wij' tot de vol
gende oplossing, die niet bepaald moeilijk is,
maar in haar afwikkeling absoluut origineel
mag heten.
1. 33—28
2. 28—22
3. 22X2
4. 2X30
13X24
27—31!
31X44
4450 dam
n
16
26
b c d e f g h
Stand na 33. Kh2:
1.
32—28!
23X32 gedw.
2.
38X7
29X47 meersl.
3.
39—34!
35X44 (zie A)
4.
49X40
2X11
5.
43—38
49 X 33 gedw.
6.
34—30
24X44
7.
50X6 wint.
5. 30—19 of 13 enz. 2024!
6. 19X30 5045
7. 302 >gedw. 45X7
8. 2X11 16X7 wint.
'Hieruit blijkt, dat wit aan het verlies van
een schijf niet kon ontkomen.
Variant A: Na wit
eerst 2X11 slaan. We
slot door wit 4. 4338
5. 49X40 (49X33);
50X6.
3. 3934 kan zwart
krijgen dan hetzelfde
(zw. gedw. 35X44);
6. 34—30 (24X44) en
47 48 49
50
Een motief van Boissinot.
Het is weer al heel wat jaren geleden, dat
we in een of ander Sunlight-krantje een
juweeltje van probleemkunst aantroffen van
den Fi-ansen problemist Etienne Boissinot.
Een schijnbaar eenvoudig miniatuurtje, dat
intussen van het blad niet zonder meer op te
lossen viel. Zie diagram.
Met verwisselde kleuren is deze pracht-
compositie te vinden in ,,1001 miniaturen"
(no. 920 op biz. 111). Natuurlijk! zouden we
haast zeggen, want zou er wel een probleem
zijn, dat aan de aandacht en de speurzin van
Gortmans ontsnapt is?
Zwart: 12, 13, 14, 16, 17, 18, 32.
Wit: 24, 26, 31, 33, 35, 38, 43.
Mag zwart 182329 spelen? Neen,
want wit wint dan aldus (na zw. 1823)
38X27 (zw. 23—29); 24—20 (29X4-9);
20X7 (49X211); 7—0L dam (21—32); 31—27
(32X21); 1—6 (21—49 gedw.); 6X44 (49X
40) en 35X44. (E. Boissinot 1928.)