Ter Neuzensche Courant
Gemengde Berichten
Binnenland
Buitenland
Woensdag 14 Juni 1939
No. 9925
TWEEDE BLAD
1500 VLUCHTELINGEN VOORLOOPIG
IN ENGELAND TOEGELATEN.
VECHTPARTIJ MET DOODELIJKEN
AFLOOP.
NEDERLANDER IN BELGIE TER DOOD
VEROORDEELD.
JOODSOHE VROUW TOT LEVENSLANGE
GEMEENTEftAAD VAN
TERNEIIZEN.
o
0
VAN
EEN VOORLOOPIGE HERZIENING VAN
DE VESTIGINGSWET-KLEINBEDRIJF.
Het eenigen tijd geleden aangekondigde
wetson twerp tot wijiziging van de Vestigings-
we t-kl einbedrijf 1937 is thans bij de Tweede
Kamer ingediend.
Aan de toelichting' is ontleend:
Bij het in werking treden van de Vestigings-
wet was nauwelijfcs te voorzien, dat zij reeds
zoo spoedig op zoo ruime schaal toepassing
zou vinden. Voor acht bedrijfstakken zijn
thans reeds vestigings ei schen afgekondigd,
terwijl voor vijf andere takken een tijdelijk
vestiginigsverbod van kracbt is. Uit deze
spoeddge toepassing blijkt wel, hoezeer ge-
noemde wet in een dringende behoefte voor-
ziet. Mede heeft die toepassing tot gevolg
gehad, dat de minister van oeconomische
zaken reeds na korten tijd over ruime ervaring
met betrekking tot de toepassing kon be-
sehikken.
Thans nog slechts voorloopige
wijzigingen.
Deze ervaring mu heeft verschillende punten
in die wet aan het licht gebracht, waarvan
verbetering gewenscht zou zijn, zoodat een
herziening eerlang aan de orde zal moeten
komen. Een dergelijike herziening, welke
reeds een onderwerp van vooronderzoek aan
het departement van oeoonomisohe zaken
uitmaakt, zal waarschijnlijik van verder
strekikenden aard zijn. Het onderhavige wets
ontwenp evenwel heeft in de allereerste plaats
ten doel, een aanvullende regeling te treffen
met ibetrekking tot de financieele gevolgen
van de toepassing der wet. Het komt den
minister gewenscht voor, de totstandkoming
daarvan niet te vertragen door het voorstellen
van wijzigingen op punten van principieel
belang, maar hiji geeft er de voorkeur aan,
een diaartoe strekikend afzonderlijk wetsont-
werp op een later itijdstip in te dienen. Wel
lijkt het den minister gewenscht, van deze
gelegenheid gebruik te maken am emkelc tech-
nische wijzigingen in de wet aan te brengen,
die het pr.incipieele daarvan geenszins aantas-
ten, doch de toepassing belangrijik zullen ver-
gemakikelijken
Betaling voor vergunning in den spertijd
en bij hooger beroep.
Artikel 12 van de Vestigingswet kiein-
bedrijf 1937 bevat de bepaling, dat de Kamers
an Koophandel en Fabrieken, ter bestrijiding
van de kosten, welke aan de' uitvoering van
de wet zijn verbonden, iter zake van elike in-
gediende aanvrage een vergoeding kunnen
heffen van ten hoogste /10. Behalve bij de
kamers worden echter ook vele aanvragen om
vergunning ingediend bij het departement van
oeoonomisohe zaken.
Het is naar de meening van den Minister
gewenscht, dat de betrokikenen, evenals met
betrekking tot de door de Kamers van Koop
handel en Fahr. te verleenen vergunningen
het geval is, een ibillijike vergoeding van kos
ten ibetalen. Wanneer hij voorstelt, het bedrag
verschuldigd voor de behandeling van een
aanvrage, te .bepalen op f 5, dan gelooft hij,
dat, igelet op den arbeid, die met de behande
ling van een verzoek gemoeid is en dat hier-
door zeker geen drukkende last wordt gelegd
op het bedrijfsleven.
Hetzelfde geldt met betrekking tot het in-
stelien van beroep tegen beslisisingen van de
Kamers van Koophandel en Fabrieken. Ook
hier zou, naar de Minister meent, een bedra-^
van 5 ter bestrijding van de kosten kunnen
worden geheven. Echter komt het hem voor,
dat het billijk is, dat restitutie van vergoede
kosten plaats heeft, wanneer de aanvrager in
het gelijk gesteld en de beslissing van de
Kamer van Koophandel vernietigd wordt.
Wettiging van de ministerieele verklaring
van bekwaamheid.
Bij de toepassing van de wet heeft zich de
behoefte doen gevoelen aan zekere overgangs-
maatregelen, in het bijzonder voor hen, wier
leeftijd het alsnog voijgen van onderwijs en
het afleggen van examens bezwaarlijik maakt,
doch wier jaremlange ervaring een waarborg
kan bieden voor deskundigheid.
Tot dit doel zijn in het leven geroepen en
wordt in de praktijlk een nuttig gebruik ge-
maakt van de z.g. ministerieele verklaringen.
Dit zijn bescheiden, waarbij: de minister van
oeconomische zaken verklaart, dat een aan
vrager, hoewel deze niet over de voorgeschre-
ven diploma's beschikt, toch op grond van zijn
leeftijd en ervaring geacht kan worden te vol-
doen aan de gestelde eischen van handels-
kennis of vakbekiwaamheid. Deze verklaringen
die eveneens alleen na groind,ig onderzoek wor
den verstrekt, heblben snel burgerrecht ver-
kregen en hun onontbeerlijkheid inmiddels be-
wezen; de minister stelt er prijs op, van de2e
gelegenheid gebruik te maken om deze prac-
trjk op de wet te doen steunen.
Dat ook voor de afigifte van deze voor be-
lanighebbende gewichtige bescheiden, aan
welke afgifte zooals gezegd vrij veel onder
zoek en arbeid voorafgaat, betaling van een
matig gedrag word't verlangd, zal zeker niet
onred'elijk kunnen worden geacht. De minis
ter meent dit bedrag eveneens op 5 te moeten
stellen.
Een langere spertijd.
Aangezien de practijik heeft geleerd, dat
een voorloopig vesitigdngsverbod van ten hoog
ste twee maal zes maanden vrij kort is voor
de voortoereiding van de vestigingseischen.
wordt thans voorgesteld de mogelijkheid te
scheppen den spertijd welke oorspronkelijk
Ees maanden duurt, twee maal met een half
jaar te verlengen.
Overtreding der naamlooze vennoot-
schappen enz.
t-nT€n ,e.™,de te woorzden in de reeds in de prac
tijik gebieken leemte, dat overtreding door een
n v„ een, vereeniging of een stichting ge-
pleegd. met zou kunnen worden vervolgd bij
igebreke van aanwijzing van een strafrechte-
hjke aansprakelijken persoon, wordt een rege
ling voorgesteld, welke hieraan tegemoet
komt. Deze regeling is vrucht van overleg
met het departement van justitie. Daar het
onderhavige vraagstuk op het oogenblik bij dit
departement een onderwerp van studie uit
maakt, moet de thans voorgestelde oplossin°-
als voorloopig worden aangemerkt.
van sociale zaken en den directeur van ar-
beidsbeurs le Gouda omtrent de voo.ziening
in de groote behoefte aan jeugdig personeel
bij eenige fabrieken in die gemeente, waarbij
zou zijn gebieken, dat van de 124 bij; de jeugd-
registratie ingesohreven mannelijke arbeids-
krachten er 56 werk hadden, van 68 anderen
er 58 niet bereid bleken den aamgeboden arbeid
te aanvaarden en van de daama resteerende
10 er 6 niet konden iworden aanbevolen op
grond van algemeene ongeschiktheid, zoodat
uiteinidelijik 4 jeugdige mannelijke arbeiders
geplaatst werden?
2. Indian die voorgaandie vraag in bevesti-
genden zin moet worden beantwoord, is de
Minister dan niet van oordeel, dat hierin een
aanwijzing is igelegen, dat de gegevens, ver-
kregen door de jeugdregistratie, zooals die
thans in 23 gemeenten wordt bijgehauden, een
volkamen fictief beeld van den werkelijfcen
omvang der jeugdiwerkloosheid geven?
3. Is de Minister bereid een onderzoek in
te stellen in de 22 overige gemeenten, teneimde
te d'oen nagaan, in hoeverre de cijfers der
jeugdregistratie afwijken van den werkelijken
toestand
„ONDERNEMERS-
OVEREENKOM.STENWET".
Biji de Tweede Kamer is ingediend een wets-
ontwerp tot wijziging van de wet op het alge-
meen verbindend en onverbindend verklaren
van ondernemersovereenkomsten 1935. Dit
wetsontwerp strekt in de eerste plaats tot
het aanbrengen van een aanvulling in de wet,
welke de gelegenheid biedt om bepalingen,
waarbij de betrokken financieele verplichtin-
gen op zich nemen, algemeen verbindend te
verklaren.
Verder is van deze gelegenheid gebruik ge-
maakt eenige bij die praktische toepassing der
wet wensohelijik gebieken aanvuldingen en wij^-
zigingen van ondergeschikte beteekenis aan
te brepgen. Zoo lis het wensehelijk gebieken,
dat ook tijidens den duur der algemeen ver-
bindendverklaring vrijstellingen kunnen wor
den verleend, vooral in verband met nieuw
opgerichte ondernemingen.
Verder kan bij de huidige redactie van art.
3 bwijfel rijzen, of, hoewel dit ongetwijfeld de
bedOeling- van de wet is, gedeeltelijke vrijstel-
ling van een verbindend verklaarde overeen-
komst mogelijik is, terwijl ook de mogelijkheid
om aan de vrijsteliing voorwaarden te verbin-
den tot dusverre niet uitdrukkelijk in de wet
was vermeld.
Tenslotte dient nog' bij de mogelijkheid om
voor de vrijgestelden voor den duur der ver-
bindendverklaring afwijkende voorschriften
vast te stellen, tot uitdrukkipg gebracht te
jvorden, dat deze voorschriften ook een kortere
werking kunnen hebben dan de verbindend-
verklaring, terwijl het, mu dit ook voor de
verbindend te verklaren bepalingen udtdrukke-
lijik in de wet wordt gemeld, nog aanbeveling
verdient te doen uitkomen, dat deze voor
schriften ook financieele venplichtangen kun
nen betreffen, zoodat bijvoorbeeld aan hen, die
gedeeltelijik van, de naleving der overeenkomst
worden vrijgesteld, de plicht kan worden opge-
legdi de uitvoerings- en eontrolekosten gedeel
telijik mede te dragen.
Nog rwordt voorgesteld de wet een naam
te geven, welke in de practrjk gemakkelijk
hanteerbaar lis. Deze luidt: „ondememers-
overeenkomstenwet'
IN 1943 EEN GROOTE TENTOONSTELLING
IN AMSTERDAM.
Op een tooht op het Noordizeekanaal, waar
van de verbreeding bijna is voltiooid, wees de
waarnemend burgemeester van Amsterdam,
mr. G. C. J. D. Kropman, in een toespraak op
verschillende waterbouwkundige werken, die
thans in uitvoering zijn en die Amsterdam een
nieuwe scheepvaartverbinding met het achter-
land zullen geven. Deze werken zullen in
1943 gereed komen.
Er zal dan een zeer belangrijke mijlpaal in
de historic van Amsterdam zijn bereikt. Er
zijn redenen deze zoo belangrijke gebeurtenis
feestelijik te vieren. Het gemeentebestuur
overweegt een groote tentoonstelling te orga-
niseeren, die de aandacht zal vestigen op de
beteekenis van Amsterdam alis havenstad in
de Rrjmdelta en waar ook het achterland ver-
tegenwoordigd zal zijn.
tick van het Joodsch agentschap en de extre-
m:stiische revisionisten. In een club van de
revlsionistische jeugd is het tot een vecht-
partij gekomen, waarbij zes leden van de or-
ganisatie gewond werden. Het meubilair werd
vemield en een portret van Jabotinski, den
leider, besehadiigd.
JAPAN BEREIDT ZICH VOOR OP EEN
LAN GDURIGE INSPANNING.
Het D.N.B. meldt uit Tokio: Ter gelegen
heid van het feiL dat op 7 Juli het derde jaar
van den JapanschOhineeschen oorlog be-
gint, publiceert het leger een uitvoerig me
morandum over de verdere ontwikkeling van
den oorlog. Daarin wordt gezegd, dat nog
twee of drie jaar noodig zullen zijn om het
Ohineesche leger onschadelijk te maken.
Daarna zal de vestiging van een nieuwe orde
in Oost-Azie nieuiwe tijdruimte vergen. Men
moet verwachten, dat eerst na 20 of 30 jaar
de grondslagen voor de nieuwe orde gelegd
zijn. Met het oog hierop wordt het noodzake-
lijk geacht, dat Japan en Mantsjoekwo zich
op militair, poliitiek en economische geibied
volkamen voorhereiden ap een langen tijd van
oorlog.
De Engelsche minister van landibouw Dor-
man Smith heeft in het Lagerhuis medege-
deeld, dat de Britsche regeering op aanbeve
ling van de ondercommissie voor landbouw
vande coordinatiecommissie voor de vluch-
telingen besloten heeft 1500 vluchtelingen toe
te laten, die in afwaditing van hun emigra-
tie naar andere anden te iwerk gesteld of op-
geleid zullen worden in landbouwondememin-
gen in Engeland. Bovendien wordt op het
oogenblik de kwestie van toelatdng van een
nieuiw contingent vluchtelingen onder de
oogen gezien, teneinde tegemoet te komen
aan het tekort aan werkkrachten in den land
bouw.
HALIFAX OVER DE KWESTIE
DANTZIG.
De Engelsche minister van buitenlandsche
zaken, lord Halifax, heeft in het Hoogerhuis
diverse vragen over de buitenlandsche poli-
tiek beantwoord. Ten aanzien van Dantzig
zeide bij o.m., dat hij heel blij zou zijn, wan
neer het geschil tusschen Polen en Duitsch-
land langs vriemdsohappelijken weg zou wor
den geregeld door middel van besprekingen.
Hij is van meening, dat dit mogelijk is, doch
indien gepoogd zou worden door geweld den
toestand te wijizigen en wel zoodanig, dat de
onafhankelijkheid van Polen wordt bedreigd,
dan zou onvermijdelijk een oorlog uithreken,
waariin Engeland gewikkeld zou worden.
Naar aanleiding van een opmerking van
Lord Ponsonby, zeide Lord Halifax dat men,
of men wii of niet, moet erkennen, dat men
leeft in een tijdperk van machtspolitiek en
zoo lang geweld in de plaats 'van een scheids-
gerecht staat, moet men zijn besluit nemen,
voor welk doel men geweld zal getoruiken. In-
diien men ziet, dat door geweld rechtvaardig-
heid en orde worden vernield en indien men
niet iwenscht, dat deze dingen verdwijncn uit
de wereld, wanneer men het kan voorkomen,
dan moet men zeker bereid zijn geweld tegen-
over geweld. te stellen. De minister gaf ver-
volgens lord Ponsonby de verzekering, dat
iedere verplichting, welke de Briitsche regee
ring op zich neemt, openbaar zal worden ge-
maakt.
Havas meldt uit Berlijn:
Een ontmoedigende rede, die de spanning
niet vermindert, aldus politieke kringen in
Duitschland over de rede van Halifax in het
Hoogerhuis. Een stap achteruit, veeleer dan
een stap vooruit, voegen zij hieraan toe, er op
wijzende, dat de rede ,,een brutale aanmoedi-
ging aan de Polen gaf bij hun machdnaties.
Kortom Berijn is van meening, dat Engeland
Polen een „iblanco cheque heeft gegeven, die
iedere kans op onderhandelingen zal com-
promitteeren".
SPANNING ONDER DE JOtJDSCHE
BEVOLKING IN PALESTTNA.
DE KWESTIE DER
JEUGDWERKLOOSHEID.
Het Tweede Kamerlid dr. I. H. J. Vos heeft
aan den Minister van Sociale Zaken de vol-
gende vragen gesteld:
1. Is het waar, dat een onderzoek is ino-e-
eteld dbor een ambtenaar van het departement
Sedert Dinsdagmorgen zijn er reeds weer
acht bommen en een mijn ontploft. Zeven
bommen vernielden telefooncellen in verschil
lende wijken van Tel Aviv. Een ander deed
een lichten brand in de buurt van het sta
tion ontstaan.
Te Jaffa is een Engelsch politiebeambte
door een bom zwaar gewond. Door een andere
is een Arabisch koetsier gewond.
Door een en ander is een emstige spanning
ontstaan onder de Joodsohe bevolking, tus
schen de gematigde aanhangers van de poli-
ZEDENMISDRIJF TE VLISSINGEN.
Zaterdag is te Vlissingen aangehouden een
44-jarige man, vader van 9 kinderen, w.o. 5
meisjes,, verdacht van emstige zedennhsdirij-
ven. De man heeft bekend en zal ter beschik-
king van de justitie worden gesteld.
MEISJE IN HET OOG GESCHOTEN.
In de Tollemstraat te Leiden heeft een
9-jarige jopgen, bij het spelen met pijl en
boog, een 5-jarig mensje in het oog getroffen.
Het kind werd onmiddellijik naar het Acade-
misch Ziekenhiuds. overgebracht, waar opera-
tief moest worden ingegrepen. Het meisje zal
het oog wel moeten mdssen.
KRAANMACHINIST VERDRONKEN.
M aanda.gmorgen is op de werf Wilton-
Feijenoord de krannmachinist J. K. uit Kethel
bij het smeren van de widen van een kraan,
die aan den walkant stond, uitgegleden. Hij
viel in de Wiltonhaven. Personeel van de werf
is na tien minuten er in geslaagd door middel
van dreggen den man op te halen. Hij bleek
te zijn overleden. Het lijik is naar de alge
meene begraafplaats te Schiedam gebracht.
ONGELUKKIGE DUIKSPRONG.
In den Dommel onder Gestel waren Zater-
dagavond enikele jongens gaan zwemmen,
waarbij de ongehuwde Peeters uit de Roosten-
laan eensklaps zoo ongelukkig van den kant
dbok, dat hiji met het hoofd in het zand van
den rivierbodem bleef steiken. Zijn kamera-
den bemerkten bet gelukkig en haalden hem
op het droge. Evenwel bleek, dat bij er zeer
ernstig' aan toe was, zoodat ijaings een dokter
werd gehaald. Dr. Smits constateerde, dat de
jongeman zijn hals gebroken bad en liet heiji
per ziekenauto naar het ziekenlbuis 'aan den
Alsterweg brengen. Daar is de jongen Maan-
dagochtend overleden'.
GRENSINCIDENT TE KERKRADE.
Men meldt uit Kerkrade aan de N. R. Crt.:
Zondagmorgen, toen de processie van Kerk
rade over de Nieuwstraat, die nagenoeg geheel
Duitsch gebied is, trok, en het begin der pro
cessie bet grensikantoor Holz naderde, zagen
twee agenten, die de processie voorafgingen,
vlak bij' hen twee vechtend'e personen, op
Duitsch gebied. Een der agenten rukte de
beide vechtenden uit elkaar. Een van hen
vluchtte op Nederlandsch gebied, de andere
kwam op den grond terecht en kreeg een niet
emstige schaafwonde aan het gelaat.
Later bleek deze man een Duitsch douane-
beambte te zijn, en dat de gevluchte persoon
een Nederlander ds die te Kerkrade woont. Hij
stond op Duitsch gebied naar de naderende
processie te kijfcen, waarbij, bovenbedoelde
Duitsche grensbeambte, die in burger was en
geen enkel onderscheidingsteeken droe^
trachtte den Nederlander, die geen papieren
bij zich had, te arresteeren. De agent, die aan
de vechtpartij een eind maakte, ikende geen
van heide personen.
'Zijn optreden, dat op Duitsch gebied plaats
had, had blijkbaar uitsludtend ten doel te voor
komen, dat de orde in de processie zou worden
verstoord.
Een door den agent verloren polshorloge is
door de Duitsche douane in beslag genomen.
Dinsdagnacht is bij' een vechtpartij te Deur-
ne een 25-jarige jongen met een mes zoo ern
stig gewond, dat hij onmiddellijk dood was.
Ornstreeks het midderniachtelijik uur is nabij
cafe Den Dolder, in de Sint Jozefparochie te
Deurne, twist tusschen eenige jongelui ont
staan, waarbij, de ongeveer 25-jarige v. G.
zoodanig dbor den 21-jarigen L. met een mes
werd gestoken, dat hij vrijwel onmiddellijik
dood was. Zekere F. liep bovendien een snij-
wonde in den sehouder op. Hij werd door dOk-
ter Wiegersma behandeld en kon naar zijn
waning worden gebracht.
De gemeentepolitie heeft den dader in zijn
woning gearresteerd. Hij heeft een volledige
bekentenis afgelegd.
Omtrent de oorzaak van den noodlottigen
twist verkeert men nog in het onzekere, ver-
moedelijik heeft men met een oude voetbal-
kwestie te doen.
L. werd naar Roermond gebracht. Het lijk
is in beslag genomen.
DE MIJNGASONTPLOFFING BIJ LUIK.
Nalar de N. R. Crt. meldt, werden ook
Maandag nog de pogingen voortgezet met het
doel de vijf slachtoffers van de mijngasont-
ploffing in de schacht van Val-Benoit, te Seles-
sin, bij Luik, te bereiken. Bij dit werk moeist
de grootste voorzichtigheid in acht worden
genomen daar het gevaar voor nieuwe in-
stortingen geenszins denkbeeldig is. Ook
bevindt zich nog altijd een aanzienlijke hoe-
veelheid mijngas in deze schadht. Waar-
S'chijnlijk zouden de lijken niet voor Dinsdag
kunnen worden bevrijid en geborgen.
MJSDRIJF
Zaterdagavond hoorde, meldt de N. R. Crt.,
een wandelaar op den provincialen weg bij
Zaandam, ter hoogte van de lakstokerij, hulp-
geroep. Toen hij zich in de ricbting van het
hulpgeroep spoedde, vond hij, aan den ,kant
van ide Vaart een man, die met moeite een
vrouw het hoofd boven water hield. Zij bleek
echter reeds bawusteloos te zijn. De man, de
38-jange monteur P. D. uit Zaandam, die erg
overstuur scheen te zijn, had met zijn 39-jarige
echtgenoote een kanotochtje gemaaikt, waarbij
opeenis het vaartuigje zou zijn omgeslagen en
heiden te water raakten. De vrouw, die niet
zwemmen kon, is verdronken. Toen de vrouw
met behiulp van den voorbijganger op het
droge was gebracht heeft de laatste onmiddel
lijk de hulp van den geneeskundigen dienst
ingeroepen, die spoedig verscheen. De pogin
gen om de levensgeesten op te wekken faal-
den echter.
De minder gunstige antecedenten van den
man en het feit, dat de huwelijksverhiouding
niet goed was, zoodat reeds over echtschei-
ding werd gesproken, gaven de politie aanlei
ding tot het instellen van een onderzoek of er
van de zijdte van den man opzet in het s-pel
kon zijn. Zaterdagnacht is D. gearresteerd
en aan een scherp verhoor onderworpen, dat
Zondag den geheelen dag is voortgezet. D.
ontkent echter alie schuld. Hij heeft, naar hij
veriklaart, alles gedaan om zijn vrouw te red
den. Hoe het ongeluk gebeurd was, kon hij
niet zeggen. Hij verstond het peddelen slechts
in geringe mate en had al zijn aandacht voor
het navigeeren noodig. Hij veronderstelt, dat
zijn vrouw, die voorin zat, onverwaohts is gaan
verzitten en dat daardoor de cano is omge
slagen.
Uit het verhoor is nog gebieken, dat beide
echtelieden, eenigen tijd van elkaar zijn ge-
weest, doch sedert Paschen weer samenwoon-
den. De man schijnt een verhouding te heb
ben met een andere vrouw.
Het slachtoffer had meermalen te kennen
gegeven, dat zij alles, verdroeg ter wille van
haar 13-jarigen, zoon. Het ongeluk is gebeurd
op een stille plek, waar het vaarwater niet
meer dan 1.25 m. ddep is.
Zondagnaiddag heef.t de officier van justitie
uit Haarlem, mr. iSikkel, zich ter plaatse op
de hoogte gesteld van het voorval. Dr. Hulst
uit Leiden heeft sectie op het l^k verricht.
Zoo wel de fanailie van den man als van de
vrouw staian te Zaandam zeer gunstig bekend,
regeling moeten worden uitibetaald. De ont-
f /angsten liggen wat betreft schoolgelden
en pensioenverhaal eveneens vast door de
Rijksregeling.
Vanaf 1 Januari 1939 wordt aan onze
school het vak lichamelijke oefening onder-
wezen, wat van groot nut geacht mag wor
den, niet alleen voor onze leerlingen, maar
voor de geheele streek. Een en ander gaat
met groote financieele offers gepaard.
M®t ingang van het nieuwe cursusjaar in
September a.s. zal het oniderwijsprogramma
dusdanig worden ingericht, dat de eerste drie
cursusjaren vrijwel gelijk zijn aan die der
hoogere Burgerscholen, zoodat de ouders eerst
na drie jaar hun kinderen elders behoeven te
zenden om voorbereidend hooger onderwrjs te
ontvangen. Bovendien blijft de vereeniging
streven naar het verbinden van een afdeeling
H.B.S.-B aan onze school.
Sen en ander moge voor U aanleiding zijn
ons verzoek zoo mogelijik in te willigen ten
bate van onderwijsibelangen van de geheele
streek.
Rekening en verantwoording van, de Katho-
lieke Mididelbare Handelsschool 4-j. cursus te
Hulst over het jaar 1937. (Vastgesteld bij
schrijven van Z. Exc. den Minister van On-
derwijs, Kunsten en Wetenschappen, dd. 25
October 1938, no. 8119, afd. V.H.M.O.):
Ontvangsten: Schoolgelden f 1509,70; pen
sioenverhaal /1958,47subsidie: rijk fl9635,11,
provincie /5157, gemeenten 6507,33, Kamer
van Koophandel 100: totaal ontvangsten
34957,61.
Uitgaven: jaarwedden 26459,08; gebouw,
meubilair, verwarming, verlichting, leermid-
delen 1139,26; beheer f 894,86; aflossing en
rente f 4505,06; pensioenkosten f 3041,89; bui-
tengewoon 243,21; totaal uitgaven f 36283.36.
Tekort: 1325,75.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
op dit verzoek afwijzend te beschikken.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
Het hof van assizen te Luik heeft den
Nederlander U., die in Juni van het vorige
jaar te Soumagne mej. Lecokay heeft ge-
worgd, ter dood veroordeeld.
GEVANGENISSTRAF VEROORDEELD.
Miaandag is. te Jeruzalem een jonge Joodsche
vrouw veroordeeld tot levenslaruge gevange-
nisstraf. Zij, werd gearresteerd toen zij' zich
met een mand, waarin een tijdbom lag, op-
hield bij de centrale gevangenis van Jeruza
lem op het oogenblik, dat talrijke Arabieren
voor de gevangenis stonden te wachten om de
gevangenen te bezoeken.
EEN GEVECHT IN ETHIOPIfi.
Het blad „Vie dell Aria bericht, dat 28
M!ei in het gebied van Godjam in Ethiopie een
bende roovers vier Italdaansche officieren ge-
vangen had genomen. De schuilplaats van de
roovers werd evenwel door vliegtuigen onder
vuur genomen, waardbor hun verhinderd werd
te vluchten, zoodat een igemotoriseerde colon-
ne de officieren kon bevrijiden.
Vergadering van Donderdag 25 Mei 1939,
des namiddags 2 uur.
Voorzitter de heer Mr. P. H. W. F. Tel'legen,
Burgemeester.
Tegenwoordiig dee leden L. J. Geelhoedt, P.
van Cadsand, C. A. Verlinde, N. J. C. Lam-
brechtsen van Ritithem, J. Rdemens, D. E. de
Kraker, O. A. Stockman, E. L. van Hecke, H.
J. Coisen, L. J. van Driel, J. N 't Glide, M. de
Vos, J. den Hamer, G. Dees en A. de Brudjn.
(2. Vervolg.)
j. Een schrijven van de Katholieke Mid-
delbare School vereeniging te 'Hulst, van den
volgenden inhoud:
Waar de Kath. Middelbare Schoolvereeni-
ging telken jare te kampen heeft met tekor-
ten, die op den duur noodlottig moeten wor
den voor den financieelen toestand harer
Middelbare handeisdagschool met 4-j. cursus,
neemt het ibestuur de vrijheid Uwen Raad te
verzoeken, door 'n extra-subsidie deze jaar-
lijks terugkeerende tekorten te dekken. Wij
voegen hierbij een staat van ontvangsten en
uitgaven over het jaar 1937, avaaruit U zien
kunt, dat 't uiteindelijk tekort bedraagt
1325,75.
Het zou o.i. billijk zijn, dat de gemeenten,
die niet de door ons gevraagde subsidie per
jaar per leerling 'verleenen, naar evenredig-
heid van 't aantal leerlingen die uit deze ge
meenten de school bezoeken tot dekking van
dit tekort bijdroegen.
Uit Uwe gemeente bezochten, twee leerlin
gen de school van 1 Januari 1937 tot 1 Sep
tember 1937 en twee leerlingen van 1 Septem
ber 1937 tot 31 December 1937; omgerekend
in jaren wordt dit dus 'n totaal van twee leer
lingen. Uit de bedoelde gemeenten bezochten
de school 39 leerlingen van 1 Januari 1937 tot
1 September 1937 en 43 leerlingen van 1 Sep
tember 1937 tot 31 December 1937; omgere
kend in jaren wordt dit dus 'n aantal -van
40% leerlingen.
Wij zijn zoo vrij er op te wijzen, dat onze
school met ingang van 1 September 1935 door
Zijne Excellence den Minister van Ondefwijs,
Kunsten en Wetenschappen ,,erkend" werd
en dus sindsdien volledig gelijk staat met
andere scholen van dit type.
Aan 't bezit van 't thans officieele diploma,
zijn verschillende belangrijke voorrechten ver
bonden.
Op grond van een en ander vertrouiwt 't Be-
stuur der K. M. S. V., dat Uwe Raad over
1939 'n extra subsidie van 2/40 X 1325,75
is 65,74 zal willen verleenen teneinde
tekort over 1937 te dekken.
In verband met het verzoek om extra-sub-
sidie aan de Katholieke Middelbare School-
vereeniging ten behoeve van de onder haar
staande Middelbare Handelsschool 4-j. cursus,
moge nog het volgende dienen:
De school mag zich in een toenemenden
groei verheugen, getuige het aantal leerlin
gen, dat in den locpend'en cursus gestegen is
tot 87, alsmede het aantal leeraren, dat mo-
menteel 13 bedraagt. Een en ander maakt,
dat de uitgaven steeds stijgen. Hierop kan
door het schoolbestuur weimig worden bezui-
nigd, aangezien de grootste post gevormd
wordt door de jaarwedden, die volgens Rijks-
k. Een schrijven van M. de Vos, J. N.
't Glide ,en L. J. van Driel, leden van den raad,
luidende
Ondergeteekend'en, ledfen van Uwen raad
stellen voor de instructie voor de gemeente-
geneesheeren en gemeenitevroedvrouwen, be-
last met de armenpractijk, in de gemeente
Terneuaen, te wajzigen als volgt
In art 2 achter alinea a in te voegen al
luidende: het verleenen van kostelooze genees-
kunidige hulp en van kostelooze verloskundige
hulp, voor zoover de vroedvrouwen daartoe
niet bevoegd zijn, aan werkloozen binnen de
gemeente, die voorzien zdjn van een bewijs
voor kostelooze geneeskunddge hulp, afgegeven
door het hoofd van den dienst voor steimver-
leening.
In art. 3 onder 2 achter a in te voegen al
luidende: voorzien zijn van een bewijs voor
kostelooze hulp, afgegeven door het hoofd van
den dienst voor sfeunverleening.
In art. 4 onder 1 in te voegen la luidende:
ten aanzien van bewijzen afgegeven door het
hoofd van den dienst voor steunverleening,
kunnen zij bezwaren inbrengen bij Burgemees
ter en Wethouders.
In art. 14 onder 3 achter de woorden ,,Niet-
eervol ontslag wordt alleen verleend bij wijze
van straf" in te voegen:
„Het feit, dat een gemeentegeneesheer of
een gemeentevroedvrouw van personen, die in
het bezit zijn van een bewijs voor kostelooze
igeneeskundige hulp als bedoeld in art. 2 en 3
onder a en al, eenige vergoeding in welken
vorrn ook zijn (haar) diensten aanvaardt, kan
een reden zijn voor onmiddellijk ndet-eervol
ontslag".
Toelichting:
De bedoeling van het voorstel is, het moge
lijk te maken, dat werkloozen, die ons inziens
stellig voor kostelooze hulp door de gemeen-
tearts in aanmerking behooren te komen, zich
deze hulp kunnen versohaffen, zonder dat zij
zich d'aarvoor behoeven te wenden tot het
Burgerlijk Armbestuur.
Het komt n.l. nog veel voor, dat werkloozen,
wanneer zij; igeneeskundige hul[p behoeven,
deze zelf moeten betalen. Dit heeft tot ge
volg, dat de menschen, zoodra zij weer eenige
tijd werk hebben, waardoor hun inkomsten
tijdelijk iets hooger zijn, onmiddellijk voor
hooge uitgaven aan doktersrekeningen komen
te staan, in plaats van hun hoogere inkom
sten te kunnen besteden voor de aanschaffing
van de zoozeer noodiige kleeding en dekking
alsmede beter voedsel.
Zeer zeker kunnen de menschen zioh ook
thans tot het Burgerlijk Armbestuur wenden
en zullen zij in de mneeste gevallen ook wel
worden geboilpem. Blijkbaar wordt dit echter
dbor velen nagelaten omdat zij er niet toe
kunnen komen de zware gang naar het Bur
gerlijk Armbestuur te maken;. Deze gevoelens
idienen o.i. te worden gerespecteerd, waarbij
tevens in aanmerking dient te worden geno
men, dat de werkloozen ook in elk ander op-
zicht, zooveel mogelijk bulten het Burgerlijk
Armbestuur om worden geholpen, en dit dus
ook het geval behoort te zijn ten aanzien van
de genoeskundige venzorging. Het komt ons
bovendien voor, dat het hcofd van de dienst
voor steunverleening, die van de gezinsomstan-
diighedien der werkloozen het beste op de
hoogte is, de meest aangewezeri persoon is;
om hen, die daarvoor in aanmerking komen,
een bewijs voor kostelooze gen-eeskundiige hulp
te verstrekken. Wij meenen dhn ook, dat er
alle aanleiding is om bovenstaande wijzigingen
in de instructie aan te brengen.
Burgemeester en Wethouders merken op,
dat de geneeskundige armenverzorging is
geregeld fngevolge de Armenwet en deze vorm
van ondersteuning mitsdien behoort tot de
taak van het door de wet d'aarvoor aangewezen
orgaan, hier het Burgerlijk Armbestuur.
Bovendien lijkt het het college niet wensehe
lijk, zooal's de voorstellers dat zouden willen,
bij deze ondersteuning onderseheid te maken
tusschen werkloozen en niet-werkloozen. Allen
die daartoe in de termen vallen worden door
het Burgerlijk Armbestuur geholpen.
De noodzakelijikheid' voor het opnemen van
een bepaling in art. 14 onder 3 van de in
structie der gemeentegeneesheeren en -vroed
vrouwen is het college nimmer gebieken, waar-
om het ook geen termen aanwezig acht tot
het opnemen van een dergelijike bepaling.
De heer DE VOS geeft te kennen, dat men
in- dit voorstel niet moet zien een bepaalde
vorm van critiek op de wijze waarop de bon-
nen verstrekt worden door het Burgerlijk
Armbestuur. Het is 'ook niet dte bedoeling van
dit voorstel om daarmedte een ongelimiteerde
ui'tbreiding van de afgifte der bonnen voor
geneeskundige hulp mogelijk te maken. Doch
wel is het de hedbeling van dit voorstel om
d'aardloor de mogelijkheid: te scheppen, dat de
menschen die niet naar het Burgerlijk Arm
bestuur komen. De voorstellers hadden aan-
vankelijk gemeend, met de igegeven schrifte-
lijike toelichting te kunnen volstaan. Nu het
college echter tracht. zich er op deze wijze van
af te maken, wil spreker hier over nog het een
en andier zeggen.
De VOORZITTER: Wij, prcbeeren niet, ons
er af te maken.
De heer DE VOS merkt op, dat Burge-
mester en Wethouders toch in hun prae-advies
bij dit voorstel schrijven:
Wij1 merken op, dat de geneeskundige armen-