ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN LORRIE No 9923. tv/eede blad VR1JDAG 9 JUNI 1939 79e Jaargang Binnenland Feuilleton Oe zomerwarmte TER NEUZENSCHE COU RANT HERIJK 1939. Bux.gemeester en Wethouders van TER- NEUZE'N brengien ter openbare kennis: a. dat de voorgeschreven Kitting voor deze gemeente zal plaats hebben te SLUISKIL in een de,r loikalien van die openbare school D op Woensdag 38 Juni 1939, dies voormidldags 9'/2 12 uur en dies inamiddags 14 uur; te TERNEUZBN in het gebouw .Emmanuel" aan de Nieuwediepstraat voor hen wier familienaam, naam. van de firma of vennoot- schiap begint met een der letters: A, B, C. E en F op Maandiag 19 Juni 1939, van 1 y2<4% uur n.m.; D, G, H, I en J op Dinsdlag 20 Junii 1939, van 912 v.m. en iy24% uur n.m.; K, L en M op Woensdag- 21 Juni 1939, van 912 v.m. en 1 y24Y2 n.m.; TJ en V op Donderdag 22 Juni 1939, van 912 uur v.m. en voor groote partijen van X%44/2 uur n.m.; N, O, P, Q, R, 1S1, T op Vrijdag 23 Juni 1939, van 9—12 uur v.m. en iy24y2 uur n.m.; W, X, U en Z op Zaterdag 24 Juni 1939, van 912 uur; h. dat de maten en gewiehten schoon, droog en roestvrij moeten worden aangehoden am onderzochlt te kunnen worden; dat ijzere rmaten' van binnen en van buiten geverfd d'ie- nen te zijn, koperen gewiehten afgewasschen en 00k de gaten gereinigd; dat ijzeren gewieh ten niet gepotlood mogen zijn, doch roestvrij moeten zijn gemaakt en daama ingewreven met gekookte lijnolie e. ctat de maten en gewiehten voor 1 October 1939 gestempeld moeten zijn met de letter M en dat er, bij verzulim of verhindering om van de ziltting gebruik te maken, nog gelegenheid bestaat maten en gewiehten te laiten herijken aan het ijkkantoor te Mididelburg. Op elken twieeden Donderdag en daaropvol genden Vrij dag in iedere maandl, uitgeizonderd Augustus en verder na iSeptemher volgens aankonidiging voor het raam, van 912 uur v.m. en van 1 y4 y2 uur n.m.; d. dat de maten en geiwichten, welke zijn gestempeld met het Afkeuringsmerk niet in winkels enz. mogen worden terug- gebracht; e. dat ten bate van 'a Rijks1 sctaatkdst betaal'd moet worden voor het onderzoek der maten en gewiehten (ijikloon) en voor het justeeren der gewiehten (jusiteerloon) en f. dat de miligramigewiehten niet op de henijikzitting, maar all een aan het ijkkantoor herijkt kunnen worden (opzending per post franco met insluiting van het postbewijs tot een bedrag, overeenkomende met de som van 10 cent voor elk gewicbt. Oak is mede te zsendlen de gezegelde enveloppe, afgegeven bij de vorige verificatie, daar de gewiebtjes anders aan de aischen, gesteld voor -de nieuwe, moeten voldoen). Ook is mcigellijik overschrij- vinig op postrekening nr. 9877 v/h Ijkkantoor Mididelburg. Temeuzen, 8 Juni 1939. Burgemeester en Wethouders voomoemd, P. TELLEGEN, Voorzitter. B. I. ZONNEVTJT J <E, Secretaris. OOMMISSIE VAN ONDERZOEK INZAKE HET BAR ERI.I BEDRIJF. Het Tweede Kamerlid dte heer I. H. J. Vos heeft aan de ministers van Eeonomische en Sociaie Zaken de volgendte schriftelljke vragen gesteld: Is het juist, dat door de ministers dezer dagen een commissie is ingest eld in verhand met de onbevredigende positde van het bak- kerijfoedrijf Zoo ja, welke opdracht is aan deze commis sie gegeven en welke overwegingen hebben bij haar samenstelling gegolden Is daarbij met name wel voldoende rekening gehouden met een voldoende vertagenwoor- diging van het georganiseerde bedrijf slevem en van de verbruikersbelangen Door CHARLES GAR VICE. 67) Vervolg. „Ik moet gaan," zei de graaf. ,,Is ze heter?" voegde hij er op verdrietigen toon en met sprjt in zijn stem aan toe. ,,Ja. Dat arme, jonge ding," zei lady Famiham. ,,Ga van avond niet weg, Lat- cham. Blijf hier. Je kamer is voor je klaar, naast die van Guy. Guy, kom je vader eens overreden om hier tot morgen te hhjven. Er waait een leelijke, snijdende wind en hij zal kou vatten, als hij uit deze warme kamer naar buiten gaat." Guy kwam naar hem toe en zei niets, maar de graaf kniikte alsotf hij wel had gesproken. „Ik zal hhjven," zei hij. „Guy, kom even op mijn kamer voor je gaat slapen." Guy boog gehoonzaam zijn hoofd en de graaf ging naar de beide dames om ze be- leefd goedennaciht te zeggen. Guy ging weer naar den muur terug en verviel in zijn oudie bonding met bleek gelaat en vast opeenge- klemde lippen. Het plotseling terugikeeren van Seymour Melford had den duivel in hem opgewekt. Het maakte hem gek om te be- denken, dat die man het recht had om Lorrie uit zijn armen te nemen; dat hij spoedig het recht zou hebben om haar als zijn vrouw in zijn armen te houden. Lady FarnJham kwam naar hem toe en raakte hem even aan. „Guy, je gaat naar toed als een zoete jon- gen, hte?" vroeg ze zacht, met toezorgde stem. ,,Wat bedoelt u?" vroeg hij kortaf. „Wel, je bent tegenover mij niet bepaald een lieve jongen geweest, is het wel?" zei ze met zaeht verwijt. ,,Waarom heb je me niet Zijin de Nijverheidsraad en Middenstandsraad ten aanzien van de inisteTling en samenstelling lezer commissie geraadpleegd' Zoo neen, waarom is deze procedure niet gevolgd? Zijn de ministers bereid het rapport van de genoemde commissie te zijner tijd aan de orga- nisatie van het bakkerijtoedrijf en van de ge- organiseerde verbruikers voor te leggen, opdat deze alsnog van haar gevoelen in deze voor j de vcorziening van eerste levensbehoeften zoo j belangrijke aangelegenheid kunnen doen j blijken? DE VESTIGINGSEISCHEN VOOR HET KRUIDENIERSBEDRIJF. In verband met de in werkang ge- j treden vestigingseischen voor het kruideniers- bedrijf heeft het hoofdbestuur van dm Lande- lijken Bond van kruideniers een telegram geizonden aan den minister van eeonomische zaken, waarin wordt gezegd1, dat door het departement in de twaalf maanden, dat de spertijd in de kruideniershranche heeft ge- i duurd geen enkelie oplossing is gevondein,, om paal en perk te steillen aan de ongebreiclelde uitbreiding van filiaal- en grootwinkelhedrij- S ven, hetgeen urgent noodig is. Het hoofdL bestuur verwacht thans van den minister, on- verwijlde maatregelm, om, in afwachting van een wettelijlke regeling, te verhindteren, dat na heden een stroom van nieuwe ve'stigingen van filiaal- en grootwinkelhedrijvm losbreekt, waardoor wederom voor tal van nijvere mid- denstanders' die weg naar de stempellokalem zal worden geopend. INITIATIEF-VOORSTEL VAN DEN HEER VAN HOUTEN TOT VERLAGING VAN DE LEERLINGENSGHALEN. Bij; de Tweede Kamer is ingediend een voor- stel van wet van den heer Van Houten (cbr. dem. unie) tot wijzigting van1 de artikelen 28 en 191 der lager-onderwijiswet 1920. Aan de memorie van toelichting is het volgende ont- leend: De wenschelijkheid om door verlag'ing van de in artikel 28 van dte l'ager-onderwijswet 1920 vastgestelde geitallen te komen tot vex- betering van de ieerlingenschalen, behoeft nauwelijks meer aangetoond te worden. De voorsteller meent, dlat een einde ge maakt moeit worden aan het euvel dler te groote klassen en tegelijkertijd aan den hoogst ongewenschten en met alle eischen van sociaie rechtvaardigheid1 strrjdenden toestand, dat meer dan 4400 noodzakelijke l'eerkrachten dlie, ondier den< naam „kweekeling met acte", de bevoegdheid van een onderwijzer hebbende, het werk van een onderwij'zer verricbten en d'e verantwoordelijkheid1 van em onderwijzer. dra>gen, zonder nochtans de rechtspositie van een onderwijzer te bezittcn en een salaris te ontvangen overeenkomstig dat van een onder wijzer. Deze fdiguiur past niet in ons onder- wij.s-sysLeem en dirnt daaruit te vendiwijiicn. (Dit laatste zal slechts mogelijk zijn door een geliijktijdiige belangrijke verbetering van de in artikel 28 vastgestelde getallen. Het voor- stel bedoelt dus zoowel het paedagogische be- lang van dte scholen te diienen, als de sociaie gerechtigheid te be-vorderm. Deze beidte mo- tieven zijn voldoende om em grootere uitgave van ongeveer 6 millioen gulden te recbtvaar- ddgen. Tenslotte beeft bdj den voorsteller ook zwaar gewogen de overweging, dat bet be- lang van ons onderwijs vordert, dat jaarlijks een behoorlijk quantum jong, friscb bloed aan het corps der leerkrachten wordt toegevoegd, hetgeem gedurende de laatste 5 a 6 jaar nage- noeg niet het geval is geweest. Ail deze overwegmgm hebben hem doen be- sluitm, zijn voorsbel van wet in te dienen nu tot zijn groote teleursteUirug van den Minister van Ondierwiijs, Kunsten en Wetenschappen een voorstel tot verbetering van de leerlingen- schalm blijkbaar nog niet te wachten is. Artikel' 1 van het voorgesteld'e wetsontwerp luidt als volgt: De eerste vier ledm van1 art. 28 der lager- onderwijswet 1920 worden gelezen als volgt: 1. Aan elke school voor gewoon lager on- j derwijis wordt het hoofd1 bijgestaan door ten j minste teen onderwijzer, zoodlra het aantal leer- I lingen zes-en-dertig, -door ten minste twee on- derwijzers, zood'ra het een-en-zeventig. door tenimimste drie onde'rwijlzers, zoodra het hon- l dierd zes, door ten minste vier onderwijzers, j zoodra het honderd een-en-veertig bedraagt. verteld, dat Lorrie Latimer het het meisje was waar je van hield?" „Waarom zou ik vroeg hij even zacht terug. ,,Als ilk dat had gedaan, zou u haar niet gevraagd hebben niet waar?" ,,(Natuurlijk niet, dat weet je wel." Juist, en ik wilde, dat u haar wel vroeg. U ziet, hoe ze is? Ze ging dood van verlan- gten naar' het buitenleven, dat ze zoo goed kent." „Tocih had je het me moeten vertellen," zei ze vriendelijk. ,,Maar het is alles in orde, nu haar verloofde is gokomen, nietwaar?" „Ja, daar ziet 't wel naar uit*', antwoordde hij bitter. ,,Als ze flauw valt, wanneer ze hem ziet." jStil", zei ze waarsohuwen'd, want hij had hijna luid gesprokm. ,,Ga nu naar bed als een lieve jongen „Wlat? En het moeilijke werk om Seymour Melford den tijd te korten, aan u alleen over- laten?" zei hij veelbeteekenend. ,,Ik hem hem temauwernood gesproken." Lady Farnham greep zijn arm vast. „Guy, je gaat geen ruzie maken, niet waar?" zei ze. ,,Neen," antwoordde hij bedaard, met een diepen zucht, „ik ga geen ruzie maken. Ik ben aan han'den en voeten gebonden en niach- teloos. Wat geeft ruziemaken?" Intussdhen was Seymour Melford bij Diana gaan zitten. Zij keek hem nieuwsgierig aan over haar waaier. „Wlat scheelt je?" zei ze zacht. „Wat is er gebeurd? Kan je het me niet vertellen?" ,,Neen," zei hij, terwijl hij naar de lange gestalte keek, die tegen den muur leunde. ,,iHoe lang duurt die geschiedenis al Hoe lanjg achtervolgt die kerel Lorrie met zijn attenties? Hoe lang flirt hij al met haar?" „0, hij heeft in Londen al achter haar heen gezeten en zorgde toen, dat ze hier geinvi- teerd werd," zei ze. ,,En jij bent laf genoeg om er bij te zitten en het goed te vinden!" zei hij, diep adem- halend. ,,Als je niet aan mij dacht, dan had 2. Voor elk vijf-en-veerbigtal leerlingen boven dte hondepd-een-en-veientig wordt een onderwijzer meer vereischt. 3. Aan elke school voor ultgebreid lager onderwijs wordt het hoofd bijgestaan door ten minste een onderwijzer, zoodra het aantal leer lingen negen-en-twintig bedraagt. 4. Voor elk acht-enktwiintigtal leerlingen boven die meg en-en-twintig word't een onder wijzer meer vereischt. Van^ art. 2 is dte bedioeling, de mogelijkheid om zoogenaamdte kweekeiingen met akte als zelfstanddge leerkracht in de scholen te ge- bruiken, te doen vervallen. In artikel 3 wordt de inwerkimgtreding van de wet gesteld op 1 Januari 1940. ONS VOLKSBESTAAN IN HET GEDING. In zdjm jaarverslag wijst de president van de Nederlandische Bank erop, dat het thans gaat om het behoud1 van onze hoogste goe- deren, te weten onze vrijheid1 en onafhanke- lijkheid. Op zeer duidelijke wijze toont Mr. Trip aan, hoe tenslotte militaire en oecono- mische weerbaarheid ten nauwate met elkaar in verband staan en dat wij er niet komen, met eenvoudig een aantal millioenen voor de ver- sterking van leger en vloot uit te geven. Onze landsverdediging is niet alleen een militaire, maar ook een oeconomische en financieele aiangelegenbeid. In de algemeene verwarring wordt dit helaas1 nog niet door een iedar be- grepen, en daarom acbt dte president het ook nu weer noodig, ons volk te waarschuwen voor de ons van bimnien uit hedireigende ge- varen, voor het te laat is, en de feiten ons zullen leeren, dat wij te lang den thanis inge- slagen weg hebben bewandeld. Het gaat om niets mindter dan het voort- be staan van land en volk en daartoe behoort in .d'e eerste plaats het behoud van eemi ge- zonde werkgelegenheid. Men denke evenwel ndtet, zoo waarschuwt Mr. Trip, dat zooiets te bereiken zou zijn met gelddistributie van dte overheid. Wel kam men op deze wijze en voor een zekeren tijd d'en schijn wekken, als zou- den de verbruikers over een grootere koop- kracht beschikken, doch de toekomst zal op pijnlijke wijze aantoonen, dat het hier slechts een verplaatsing van koopkracht betreft. Slechts door goedkooper en ruimer te produ- ceeren, kunnen goederen op ruimere schaal en tegen lageren prijs ibinnen het bereik van de consumenten gebracht worden. Men kan het hiermede volkomen1 eens zijn. Het is geen kunst om d'e koopkracht van be- paalde categorieen te vergrooten, niet alleen in schijn, maar ook in werkelijikheid het is immers geen schijn, wanneer iemand over een zekere koopkracht beschikt doch moeilijker is het om de bronnen te handhaven, waaruit die koopkracht tenslotte moet komen. Hier begint inderdaad de schijn, waarop Mr. Trip de aandacht vestigt. Het ook in Nedarland in gang zijnd'e proces van kartelleering, omder leiding en aandrang van dte Overheid, zal, naar hij opmerkt, on- gunstig moeten werken. Wil dte overheid in sterke mate ingrijpen, het zij zoo, doch dan zal zij zich tevens moeten belasten met de zorg en de verantwoordelijkheid voor het peil der pro- ductiekosten, de kosten van levensonderhoud en voor de handhaving van het evenwicht tus- schen het nationale peil en dat van de voor- naamste landen, waarmede Ned'erland1 de in- temationale mededinging heeft te voereti/. Aan deze zorg omtbreekt evenwel veel, zoo miiet alle®, want wij ziien een steedis verd'ere verhooging van de kostern, gepaard gaandte met een verderen drang naar bescherming en ordeniing. Men kome nu niet aan met de bewering, dat een vergelijking van den oeconomischen toestand' met 1936 nog niet tot bepaald on- gunstige resultaten leidt of dat de tweede helft van 1938 toch eeniige verbetering heeft te zien gegeven. Want .dit zegt, zoo merkt de beer Trip terecht op, nog niets voor de toe komst, aangezitem een btetrekkelijk rijk land als Nederland1 ziilch geruimem tijd de weelde kan veroorlooven om van zijn reserves te leven. Dat vertegenwoordigt evenwel geen werkelijken rijkdom meer. Kapitaal heeft alleen maar waarde, zoolang er in het pro- ductieproces nieuw kapitaal mee verd'iend kan worden. De oude physiooraten hadden het oog niet zoo bij het verkeerde eind, toen zij de oeconomische circulatie met die van het bloed je toch aan jezelf kunnen denken. Je bent met hem verloofd". Ze lachte op haar zachte, minachtende wijze, die hem altijd dol maakte en ant woordde ..Beste Seymour, je bent grappig! Wat kan het mij sdhelen met wie Guy flirt? Zoo lang hij maar met mij trouwt, mag hij zich met zooveel meisjes amuseeren als hij wil! Jij neemt de dingen te emstig op. Je bent zeker nog steeds verliefd op dat bleekneuzige nest? Het is werkelijk al te diwaas!" ,,En jij", zei hij, nog bleeker wordend, jij bent tot geen liefde in staat!" ..Dank je, best mogelijk. Als dat zoo is, dan mag ik dankbaar zijn, anders zou ik mis- schien net zoo'n idioot van mezelf maken als jij bent. Doe me eens een genoegen en kijk bem nfet aan of je hem op wilt eten. Hij is in staat om hier te komen en je achter- over het vuur in te stompen," en ze achte. 'Hij (haalde zwaar adem en foalde zijn vuisten. ,,Vervloekt!" siste hij tussohen zijn tanden. ,,Yervloek hem zooveel als je wilt, maar laten ze het niet hooren," antiwoordde ze ■vriendelijk. ,,Acih, wees toch geduldig, beste Seymour, over een paar weken ben ik lady Kendale. Als het je tevreden kan stellen, kan ik je de verzekering geven, dat hij dan wei- nig kans meer zal krijgen om met jouw Lorrie Latimer te flirten." Daarom wilde ze dus bij die oude heks gaan wonen, om alleen te zijn. Ja! om alleen gelaten te worden met dien schooler!" Alsof hij zich niet langer kon bedwingen, stond (hij op en liep op Guy toe. Guy hief zijn hoofd op, toen Seymour Mel ford dichterbij kwam en de twee mannen keken elkaar strak aan. ..Ik moet u bedanken, lord Kendale, voor de oplettendheid, die u juffrouiw Latimer hebt bewezen gedurende mijn afwezigheid," zei Seymour Melford met fliikkerende oogen, ter wijl een sinister glimladhje om zijn smalle, saamgeknepen lippen speelde. in het menschelijk 1 iehaam vergeleken. Wil een volkshiuiiishouddng op krachten blij- ven, diaini moeten de oeconomische organen op een gezondte wijze funictionmeeren. Doen zij dat niet meer, dan ontstaat er vervetting, en dat zien wij nu heel duidelijk in de bekende 1 buikvorming bij bepaalde bedrijven in de z.g. kapitaalrijke landen. Men noemt dat verstgr- ring. Tal van ondememingen krijgen te veel voedsel, worden rond en diiik, maar op andere gebieden krijgt men te weinig en in alle <ge- vallen kunnen de overtollige middelen niet meer aan een natuurlijken groei van het ge- heele organisme van ons volksbestaani ten goede komen. De schoorsteen trekt niet meer en de ondememingslust dOoft uit, want hoe- ver ,,de macht der overheid ook reikt, zij kan tot een grooter verbruik niet dwingen, bij ont- stentenis van de middelen en het venbrouwen der vertbrudkers". Zoo is bet inderdaad. Een magere man, die honiger heeft, zal er weinig mede gebaat zijn, dat zijn buurman van deze kwalen geen last heeft, integendeel steed® dikker en ronder word't. Op den diuur kan dit slechts tot een verhooging van de sociaie spanningan leiden, en het is d'aartegen, diat Mr. Trip heeft willen waarschuweni. Wat nu het bedrijf van de Nederlandische Bank zelf betreft, hier weerspiegelen de re sultaten wel iini hooge mate het overheid's- ingrijpen. De voomiaamste winstbron, die van den handel in goud, is verdwenen, nu deze handel zich geheel in handien van het egali- satiefonds bevindt. Dank zij een toevallige bate van ruim een half millioen, voortvloeien1- de uit het niet dnwisselen van bankbiljetten van 25, heeft de hank nog een dividend van 3 pet. kunnen uitkeeren. Haar eigenlijke credietbedrijf is zeer inge- krompen, hetgeen ook te begrijpen is. Het hedrijfsleven heeft geen nieuw geld noodiig, want waar het bloeit, beschikt men over vol doende middelen, en waar het niet bloeit, kan men geen beroep op de ge'ld- en kapitaalmarkt doen, en moet de overheid bijspringen. Het lijkt nu wel heel bemoedigend, dat er in zoo toenemende mate van het z.g. rekening- courant-orediet van dte Nederlandsche Bank wordt gabruik gemaakt en dat het gemididelde d'aarvan nu tot ongeveer 20 millioen is geste- gen, tegen nog geen 40 millioen eeniige jaren geleden, maar ook hier hebben wij te dben met schijn, waarop Mr. Trip helaas niet de aandacht heeft gevestaigd. De met deze voor- sehotten gemaakte rente bedraagt nog geen millioen, niettegenstaandte het tarief 2 y2 pet. is, zoodat de winst alleen uit dezen hoofde tusschen dte 5 en 6 millioen had moeten be- dragen, indien van dte voorschotten het voile tarief zou zijn betaald. Dit wijst erop, dat deze voorschotten in rekening-courant in hoofdzaak gedaan worden aan het Egalisatie- fonids, en wel op zoodanig gemakkelijke voor- waarden, dat de Bank er vrijwel geen zijdte bij spint. Het laat zich daarom begrijpen, dat Mr. Trip zich gedrongen gevoelt om het Neder landsche publiek voor dte schijnwelvaart te waarschuwen. Want inderdaad zit de presi dent op een post, van .waaruit hij een goed uitzicht heeft over het hem omrimgende land. Niet zonder tragiek is. het evenwel, dat deze functiionaris, die met nadruk betoogt, dat onze gulden imnerlijk zeer krachtig is en in geen enkel opzicht iets van zijn goudwaard'e be hoeft prijs te geven, er in. het afgeloopen jaar niettesmin toe heeft moeten medtewerken om die goudwaarde met ruim 4 pet. te laten deprecieeren. De Nederlandsche Bank is thans niet veel meer dan uitvoerend orgaan1 van het Egalisatiefonds, en er ligt een gevaar in, dat dat op zijn beurt een instrument zou kunnen worden in de handen van politieke machten, die hun heil zoeken, gelijk dte president op merkt, in depreciatie van de nationale geld- eenheden, politiek van goedkoop geld, sterke toeneming van de overheidsuitgaven en stij- gendte begrootlngstekorten. Dat zijn de voornaamste kenmerken van de huidige crisisbestrrjding, en het is daarom verklaarbaar, dat Mr. Trip op den afloop van dit proces allerminst gerust is. FIESTRIJDING VAN DE WERKLOOSHEID. De regeeringspersdienst meldt: De Minister van Sociaie Zaken heeft de Bedoelt u, omdat ik zoo gelukkig was juist vlak bij haar te staan en haar te kunnen op- vangen, toen uw plotseling, onverwacht bin- nenkomen haar flauw deed vallen?" vroeg Guy. „Ja en ook uw pogingen om haar te amu- seeren ten huize van lady Collop", zei Sey mour, die nauwelijks wist, wat hij zei. Juffrouw Latimer en ik zijn oude vrien- den", constateerde Guy op onverschilligen toon. ,,Ja", zei Seymour, ,,en u zult bijna broer en zuster zijn, nietwaar, als zij en ik en u en Diana getrouwd zijn!" Guy kromp ineen en zijn wenktorauwen trokken zich samen. Juist," zei hij, .zoodra deze interessante geibeurtenissen plaats vinden." Bedoelt u hiermee te veronderstellen, dat zij misschien niet zullen plaats vinden?" vroeg Seymour, nog steeds glimlachend. ,,Wie weet, wat er kan gebeuren?" ant woordde Guy. „Is er nog eenige tiwijfel mogehjk?" zei Seymour uiterst vriendelijk. „Van wiens kant? Toc'h zeker niet van den uwe. Als het noodlot een obstiakel zou plaatsen, dat een huwelijk van u met Diana zou verhinderen, dan zou dat een groot ongeluk voor u zijn, nietwaar?" en zijn glimlach werd een honend grijnzen. Guy stopte zijn handen diep in zijn zakken, opdat hij ze meer in bedwang zou kunnen houden en zijn gezicht werd hleek. Hij be- greep den steek, die er in die schijnbaar on- schuldige woorden opgesloten lag. Hij wist, dat het ver.breken van de verloving met Diana een ineenstorten van Latcham zou hetee- kenen. ,,Elen groot ongeluk," zei 'hij en toen op zachter toon, maar met een gevaarlijk licht in zijn oogen: ..Mijnheer Melford, bent u van plan beleedigend te zijn?" ..Beleedigend?" herhaalde Melford met een lach. „Wat bedoelt u? U hebt mijn grapje verooirzaa.kt vaak hevdge hoofdpijn; een Hartje van Mijnihardt doet deze sipoedig bedaren. 2 st. 10 ct. 12 st. 50 ct. Bij Apoth. en Drogisten. (Ingez. Med.) Commissie van Advies bij den Rijksdienst tot Bestrijding d'er Werkloosheid als volgt samen- gesteld Lid,4 tevens voorzitter, is de heer Meyer de Vries, administrateur hij het Departement van Sociaie Zaken en regeeringscommissaris bij voormelden dienst. Tot leden zijn benoemd de heeren: Mr. Dr. L. J. C. Beaufort, lid van de Tweede Kamer; Drs. W. Reyseger, seer. Dep. van Alg. Zaken; Mr. H. W. J. Mulder, raadadviseur hij het Departement van Binnenlandsche Zaken; Mr. Dr. A. A. van Rhijn, secretaris-generaal bij het Departement van Eeonomische Zaken; Ir. F. P. Mesu, directeur van den Cultuurt'ech- nischen Dienst; J. Bakker, administrateur bij het Departement van Financien; A. Vogel, administrateur hij het Departement van Financien; Ir. 'H. W. Mouton, hoofdingenieur bij den Rijksrwaterstaat; N. Arkema, direc teur der Ver. van Ned. Gemeenten; L. Bu.ur- man, wethouder te 's-Gravenhage; Mr. F. H. A. de Graaf, secretaris van de Alg. Wenk- ge-versvereeniging; P. L. de Gaay Fortman, oud-burgemeester van Dordrecht. Tevens zullen de drie directeuren van den Rijksdienst tot bestrijding der werkloosheid, de heeren Ir. J. Hidde Nijland. Ir. J. O. de Kat en Ir. J. Th. Westhof, als leden deel uit- maken van voormelde commissie. Tot plaatsvervangende leden zijn benoemd de heeren Mr. W. H. Focikema Andreas, N. A. Nap, Ir. A. P. F. van Slijpe, F. van Meurs, Mr. J. J. P. C. van Kuyk. terwijl als secre taris zal optreden de heer Mr. D. J. Gorter, hoofdeommies bij den Rijksdienst tot bestrij ding der werkloosheid en als plaatsvervan- gend secretaris de heer Mr. J. D. J. E. van den Berg, adjunct-inspecteur van de werk- versohaffing in algemeenen dienst. De commissie zal binnenkort haar werk- zaamheden aanvangen. De hestaande contact-commissie uit de vakcentralen en de contact-commissie bouw- bedrijf/werkverschaffing zullen ook in de toe komst haar taak blijven vervullen. STEUN AAN GEM ORILJ SEERD E WERKNEMERS. 'Het Verlbond van Nederlandsche Werk- gevers, de Algemeene Katholieke Werkgevers- vereeniging en het Ghristelijk Werkgevers- verbond hebben zich reeds bij herhaling op oogenblikkten van Internationale spanning gewend tot hun leden en een beroep gedaan op den nationalen zin van de werkgevers, om voor zoover in hun veImogen ligt in him be drijf de maatregelen te treffen, ten einde het onder de wapenen geroepen personeel zoo weinig mogelijk persoonlijik nadeel te doen on- dervinden van de verplichtingen, welke zij in het belang van de landsverdediging hebben te verrichten. Het stemt tot voldoening van vele kanten te mogen vememen, dat aan een zoodanig beroep in ruime mate gehoor is gegeven. Tal- rijlk zijn de gevallen, waarin werkgevers voor- zieningen hebben getroffen ten doel hebbende de gemobihseerde arbeidskrachten wederom te werk te stellen, wanneer de regeering den tijd gekomen acht, de opgeroepenen naar hun haardstedten te doen terugkeeren. Ook wer- den maatregelen genomen, waardoor de werk- nemers toeslagen ontvangen op de van rijks- wege uitgekeerde kostiwinnersvergoeding, voor zoover de betrofckenen in verband met ge- zinsbehoeften in een financieel aanmerkelijk ongimstiger positie zouden komen te ver- keeren. De reden, dat hoogergenoemde werkgevers- centralen voor deze aangelegenheid nogmaals de aandacht vragen is gelegen in het feit, dat van werkgeverszijde meermalen de vraag wordt gesteld, hoever men zijn medewerking zal moeten uitstrekken. Hoewel een algemeen antwoord op deze vraag moeilijk kan worden gegeven, omdat de omstandigheden, waar- onder de werknemers waren tewerkgesteld, toch zeker niet voor emst opgenomen? O, ik hen er van overtuigd, dat u mijn zuster zeer bent toegewijd, anders zou ik er geen grapje over maken!" ,,Neen, dat geloof ik ook niet," zei Guy grimmig. Hoeiwel ik niet beleedigend wil zijn, moet ik u toch -vertellen, dat ik van- avond niet in de stemming ben om grapjes te aanhooren," en hij draaide zich om. Seymour Melford ging naar de sofa terug, terwijl hij zich zelf met moeite in bedwang hield. „Wel," vroeg Diana spottend, „is alles ge- regeld? Vechten jullie het niet uit met pistolen of met het zwaard?" ,,Was het maar mogelijk!" kermde hij. ,,Maar het is niet mogelijk en daarom kan je heter overeen komen elkaar op de gewone beleefde en onschuldige m'anier te ha ten," antwoordde ze. ,,I/k ga nu naar mijn kamer. Je kunt .boven komen en me daar vertellen wat je te zeggen hebt." ,,Goed," antwoordde hij. ,,Ik zal een sigaar gaan opsteken en wat kalmer trac'hten te worden" en hij streek met zijn gloedende hand over zijn voorhoofd. waarop dikkezweet- druppels stonden. Ze stond bestudeerd langizaam op en liep de kamer door. „Goedennacht GUy, zei ze, haar gezicht naar hem opheffend. ,,Wiat zie je er ver- veeld en humeurig uit! Lorrie is niet echt ziek, weet je. Ze zal morgen wel weer beter zijn. Maak je er niet zoo zenuwaehtig over." Hij kreeg een kleur. Dan bakte hij zich en raakte haar koel voorhoofd met zijn lippen aan. Met geweld dwong hij ziehzelf te zwij- gen; hij was immers hulpeloos aan handen en voeten gebonden Terwijl hij naar da kamer van zijn vader ging, kwam hij voorbij Lome's deur. Hij bleef een oogenblik staan, zijn handen strek- ten zich verlangend uit naar die levenlooze deur en haar naam trilde op zijn lippen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 5