Ter Neuzensche Courant
Binnenland
Buitenfand
Feuilleton-vertelfmgen
Maandag 1 Mei 1939
No. 9907
TWEEDE BLAD
GERUCHTEN OVER HET
OPPERBEVELHEBBERSOHAP.
COoRDINATIE VAN HET VERVOER.
DE VALERA NIET NAAR DE
VER. STATEN.
BRABANTSCHE BRIEVEN.
VAN
DE KONINGIN EN PRINS BERNHARD
BIJ I>E VEOOTOEFENINGEN.
Hare Majesteit de Koningin is Vrijdag, ver-
gezeld van Z. K. H. Prins Bernhard, te IJmui
den aan boord gegaan van de „Tromp" ter
bijwoning van vlootoefeningen, welke tijdens
de reis van een aantal oorlogsschepen naar
Rotterdam, zouden worden gehouden.
Op de sluis waren ter begroeting van H. M.
aanwezig burgemeester Kwint van Velzen,
kapt.-luitenant ter zee C. Hellingman, de com
mandant van de „Tromp" kapt. ter zee L. A.
C. H. Doorman, de hoofdingenieur-directeur
van den Rijkswaterstaat Ir. C. Wolterbeek en
de havenmeester van IJmuiden, den beer J.
Seyffert.
Op den wal onderbield H. M., die gekleed
was in een blauw mantelcostuum, zich eenigen
tijd met den burgemeester van Velzen, waar-
na de Koningin zicb aan boord van de Tromp"
begaf, waar alle officieren aan Haar werden
voorgesteld. Onmiddellijk hierna werden die
trossen losgegooid en stoomde de „Tromp"
naar buiten.
Voorgaats wacbtte H. M.'s .Sumatra", die,
toen de „Tromp" in zicht kwam, saluutschoten
loste. Hierna zetten de oorlogabodems koers
naar zee op weg naar Rotterdam.
Nadat eerst schietoefeningen waren gehou-
den, gevolgd door een nevel-oefening, volgde
een duikbootaanval.
Een verslaggever, die de oefeningen op de
Sumatra" mee maakte, vertelt er van:
Twee torpedobooten gingen aan weerskan-
ten van de „Tromp" varen, zes streken zij-
waarts om zoo ite verbinderen, dat op ons
eskader loerende duikbooten de meest gunstige
aanvalspositie zouden kunnen innemen. Tege-
lijk verscbeen een escadrille verkenners om,
voor ons uitvliegend de zee te verkennen en
duikbooten op te sporen. De kanonnen van
de Sumatra" werden gericbt, om zoodra de
toren van een duikboot zou opduiken, bet vuur
er op te openen.
Vol vertrouwen ging bet full speed voor-
waarts. Maar wij rekenden er niet mee, dat,
wat men ook van onze Marine mag zeggen,
op bet gebied van bet duikbootwapen Holland
een woordje, en nog wel een groot woordje,
mee spreekt.
Het was een spannende tocht, waarmede
ieder meeleefde door de zee af te speuren naar
de verraderlijke periscoopjes. Terwijl niemand
bierop bedacbt was, klonk eensklaps uit het
kraaiennest de kreet „onderzeeer aan bak-
boord".
Vlak voor ons tusschen de Z-boot en de
Tromp" verscheen aan de zeespiegel means
een schuimende plek en in minder dan tijd
verrees reeds de toren van O 11 boven bet
water. Wiji stonden inderdaad even verbluft
en waren op hetzelfde moment toob tegelijk
maar heel blij dat bet slechts een schijnaanval
had gegolden.
De afstand tusschen duikboot en kruiser
was echter zoo gering, dat wellicht de torpedo
juist daardoor haar uitwerking zou hebben
gemist.
In elk geval triomfantelijk kwam de com
mandant met zijn onderzeeer boven water om
even een saluut te ibrengen aan H. M. de
Koningin.
Terwijl bet eskader verder stoomde ver-
dween de stalen dolfijn uit het zicbt.
Deze eerste verrassing deed de spanning
van dezen oefentocht nog toenemen. Docb al
woei van de kruisers de roode waarsohuwings-
vlag en bleef het blauw-witte sein gebeschen,
dat een ondergedoken onderzeeboot in de
nabijheid kon zijn, voorloopig liet nummer
twee zicb niet zien.
Reeds was vuurschip ,,Maas" in zicht en
voeren wij ter hoogte van het Westland, waar-
boven de iStompe toren van Monster opdoem-
de, toen de tweede even verrassende duikboot
aanval werd gadaan. Deze werd, zoo mogelijk,
nog doeltreffender danide eerste uitgevoerd.
Juist ter hoogte van het middenschip van de
,,Tromp" stak plotseling de O 12 zijn stalen
kop uit de golven omhoog. Zoo de eerste maal
nog eenig dutoieus was geweest, bij. deze aan-
va'l was de Tromp" wis en zeker voor de
haaien geweest. Een eeresaluut voor ons
duikbootwapen
Na afloop van de oefeningen stoomde bet
eskader op naar Rotterdam, onder ongekend
groote belangstelling van bet publiek langs
den Waterweg.
De officieren van bet smaideel zijn Zater-
dagavond tezamen met burgerlijke en militaire
autoriteiten uit Rotterdam door den burge
meester en het gemeentebestuur ten stadhuize
ontvangen. In een toespraak bij deze ont-
vangst zeide burgemeester Oud, volgens bet
Handelsblad, dat bij zich verheugt, dat Rotter
dam zoo van nabij kennis kan maken met
onze marine. Hij verheugt zich in de sym-
pathie van de bevolking van Rotterdam. Het
is een symbool van de eenheid van volk en
weermacht.
Wij leven in een moeilijken tijd. Volk en
weermacht hebben elkanders steun noodig.
Onze weermacht en onze marine zijn geen oor-
logsinstrumenten, doch een vredesmaobt, die
kracht bijzet aan de vred'espohtiek van onze
Regeering.
Wij willen, zooals Minister Colijn onlangs
heeft gezegd, in vrede leven, doch onze zelf-
standigheid bewaren en daarvoor moet er een
weermacht acbter ons staan. De weermacht
is noodig voor het volk, doch omgekeerd heeft
ook de weermacht het volk noodig. Het is ons
een vreugde van zoo nabij kennis te kunnen
maken met de Marine.
Schout-bij-nacht Jolles heeft de toespraak
van den burgemeester beamtwoord. Over onze
marine wordt zelden gesproken, een silent
service, zeide hij.
Onze verrichtingen, ging spreker voort, lig-
gen op zee, ver van de menschen, die belang
moeten hebben bij een vloot. Zij zien haar
nooit en kennen haar daardoor niet. Toen het
verzoek kwam, om naar Rotterdam te komen,
hebben wij dat gaame gedaan.
Voor de aanwezigheid van dit deel van de
vloot en van het zeevolk zal men de overtui-
ging krijgen, dat er nog een Nederlandsche
vloot is en zal men er van doordrongen wor
den, dat die vloot goed moet zijn. Als dat
het resultaat mag zijn van dit bezoek, zijn wij
tevreden.
iSpreker dankte den burgemeester namens
officieren voor de ontvangst.
Het orgel speelde daama het Wilhelmus,
dat luide werd meegezongen door de aanwezi-
gen. Daarna werd een driewerf ,,hoera" uit-
gebracht op de Koningin. Vervolgens ving
voor het stadhuis de taptoe aan die op het
bordes van het stadhuis door den burgemees
ter, door de hoofdofficieren van de oorlogs
schepen en door de leden van de gemeenteraad
werd aangehoord. Na de taptoe werden er
aan de buffetten ten stadhuize ververschingen
geboden.
DE HULDIGING VAN HET PRINSELIJKE
GEZIN TER EERE VAN DEN VERJAAR-
DAG VAN PRINSES JULIANA.
Zaterdagochtend heeft de burgerij van
Baam en iSoest Prinses Juliana gehuldigd, die
Zondag Haar verjaardag vierde. Onder lei-
ding van het ibestuur van de Algemeene Baarn-
sche Oranjevereeniging en de Christelijke
Oranjevereeniging, had om tien uur op de
Torenlaan de opstelling plaats van de ingeze-
tenen uit de Prinselijke residentie, die deel
wilden nemen aan de bloemenhulde ten paleize
Soestdijk.
Voor deze bloemenhulde, waaraan dfeelge-
nomen werd door jong en. oud, bestond zeer
groote belangstelling. Hoewel het defile niet
bedoeld was als een optocht van vereenigin-
gen, waren in den stoet toch bepaalde groepen
aanwezig, waarvan wij o.a. noemen de pad-
vinders en de leerlingen van het lyceum, met
rector en leeraren. Onder de vroolijke tonen
van de muziek van de harmonie Crescendo en
de fanfare Voorwaarts, zette de stoet zich te
half elf in beweging naar het paleis, waar men
tegen elf uur aankwam. Nadat deputaties van
de verscheidene landelijke rijvereenigingen uit
de provincie Utrecht zich aan het hoofd van
den stoet hadden opgesteld, nam het defile een
aanvang.
HET PRINSELIJK GEZIN TE DOORN.
In verband met de aanwezigheid van Prin
ses Louis Ferdinand van Pruisen en haar baby
op huiize Doom, heeft het Prinselijk paarmet
Prinses Beatrix Donderdagmiddag van vier
tot zes uur een bezoek gebracht aan het ver-
blijf van den ex-keizer.
Prinses Louis Ferdinand van Pruisen was
voor haar huiwelijk met den kleinzoon van
den ex-keizer grootvorstin Kyra van Rusland.
Zij was een van de bruidsmeisjes bij het hu-
welijk van Prinses Juliana.
Bij het vertrek van huize Doorn reden
Prinses Juliana, Prins Bernhard en Prinses
Beatrix door het dorp terug, hartelijk toege-
juicht door de inwoners en de vele omwonen-
den van Doorn, die zich bij het vememen
van de aanwezigheid van het Prinselijk gezin,
langs den weg hadden geschaard.
KONINKLIJK BEZOEK AAN BRUSSEL
DOOR DE .MICROFOON BELUISTERD.
De correspondent van het 'Handelsblad te
Brussel meldt:
De voorbereidingen voor het officieele be
zoek, dat Koningin Wilhelmina in Mei aan
Belgie zal brengen, zijn reeds lang aan den
gang. Allerwegen is men druk in de weer om
de ontvangst van de Nederlandsche vorstin in
het bevriende buurland tot een spontaan ant-
woord te maken op de hartelij'ke ontvangst,
welke Nederland den Belgischen koning heeft
bereid en ook het Nationale Instituut voor
Radio-omroep zal daartoe het zijne bijdragen.
Ten einde de luisteraars in Belgie en in Ne
derland in de gelegenheid te stellen ooggetuige
te zijn van de wijze waarop Belgie onze
Koningin inhaalt, heeft het N.I.R. een om-
vangrijk programma opgesteld, dat de uit-
zending van de voornaamste momenten van
het Koninklijk bezoek omvat, Dit program
ma wordt op Zondag 21 Mei ingeleid met
een lezing des middags om 16 uur op de
Vlaamsche golflengte.
De heer Paul Huf zal daarbij als voor-
drachtskunstenaar zijn medewerking verlee-
nen. Des namiddags om 17.30 uur zal onze
gezant baron Van Harinxma thoe Sloten naar
aanleiding van het bezoek van H.M. de Ko
ningin een toespraak tot het Belgische volk
houden en des avonds om 20.45 uur zal er
een klankbeeld Nederland^Belgie worden
uitgezonden.
Op 23 Mei zal het N.I.R. een radio-repor
tage geven van de aankomst van Koningin
Wilihelmina aan het Noord-Station te Brus
sel en voor de volgende dagen vermeldt het
programma, reportages van de ontvangst der
Koningin op het Brusselsche stadhuis, van de
gala-voorstelling in den Sohouwiburg te Brus
sel, welke de Koningin en Koning Leopold
zullen bijwonen, van het bezoek der Vorstin
aan de Internationale Tentoonstelling van het
Water te Luik en van de opening van het
Nederlandsche paviljoen op deze tentoonstel
ling, welke opening door de Koningin zal
worden verricht.
Tenslotte zullen de redevoeringen, die Ko
ning Leopold en Koningin Wilhelmina aan het
gala-diner ten paleize zullen uitspreken, door
het N.I.R. uitgezonden worden. De luisteraars
in Nederland zullen derhalve aan hun radio-
apparaat de hoogtepunten van het Konink
lijk bezoek aan Belgie kunnen medeleven en,
dank zij de goede zorgen van het N.I.R. onze
Koningin van dag tot dag op Haar feestelijke
reis door het land onzer Zuidenburen kunnen
volgen.
Naar van bevoegde zijde gemeld wordt, zijn
de berichten, volgens welke de chef van den
generalen staf, luitenant-generaal Reynders.
binnenkort zal worden benoemd tot opperbe-
velhebber, onjuist, alleen reeds op grond van
net feit, dat een opperbevelhebber eerst zal
worden benoemd, wanneer het leger op voet
van oorlog is gebracht. In verband daarmede
zijn uiteraard ook de andere in de iberichten
genoemde mutaties zonder grond.
ONZE MILITAIREN AAN DE GRENS.
Te 's Gravenhage is een nationaal comite
in oprichting voor ontwikkeling, ontspanning
en lectuur ten behoeve van de aan de grenzen
geiegerde militairen. Dit comite zal zoo spoe-
dig mogelijk contact zoeken met vertegenwoor-
digers uit alle provincies. De nat. bond „Het
Mobilisatiekruis" heeft haar voile medewer
king voor de ontwikkeling en ontspanning toe-
gezegd. De naam van den voorzitter van het
Mobilisatiekruis, de gepensionneerden luite
nant-generaal bij het Koninklijk Nederlandsch
Indische leger H. A. Cramer, wordt genoemd
als toekomstig voorzitter van het nationale
comite. De leger- en vlootpredikant in alge-
meenen dienst, Ds. H. Janssen en de hoofd-
aalmoezenier van leger en vloot, de heer J. J.
J. Noordman zegden reeds hun medewerking
toe.
DE VLOOTDAG TE ROTTERDAM.
Het smaideel Rotterdam, dat Vrijdagmor-
gen uit IJmuiden vertrok om naar Rotterdam
te varen, kwam om half drie den Waterweg
binnen. Te IJmuiden ging de Koningin aan
boord van de Tromp, vergezeld van Prins
Bernhard.
Na op zee oefeningen te hebben gehouden,
liepen de schepen den Waterweg binnen. Om
tien minuten voor drie verlieten de Koningin
en Prins Bernhard de Tromp om aan de Berg-
haven te Hoek van Holland aan wal te gaan.
Bij het deibarkeeren loste de Tromp 51 saluut
schoten.
De Koningin en Prins Bernhard vertrokken
kort na aankomst te Hoek van Holland per
auto.
De oorlogsschepen stoomden daarop naar
Rotterdam.
EEN WAAKZAAM DEPARTEMENT.
Tot nader order zal de afdeeling rijkspoli-
tie van het departement van Justitie in de
avonduren en op Zondagen door ten minste
een der ambtenaren bezet zijn, zoodat deze
afdeeling dan ook telefonisch toereikbaar is.
HET ONTSLAG VAN DEN
BURGEMEESTER VAN VRIEZENVEEN.
Een medewerker der N. R. Crt. schrijft uit
Twente
Aan het einde van de Donderdag gehouden
vergadering van den gemeenteraad van Vrie-
zenveen heeft burgemeester A. P. F. A.. J. Al-
barda een korte verklaring afgelegd in ver
band met het aan hem met ingang van 30
April verleende eervolle ontslag. In deze ver
klaring zeide de heer Albarda, dat zijn ont
slag voor velen in de gemeente een teleur-
stelling zou beteekenen, voor enkele anderen
eveniwel een groote voldoening.
Onwillekeurig, zoo zeide hij, brengt een en
ander het heengaan van een mijner voorgan-
gers, burgemeester Nijland, in herinnering,
die in 1872 met hooivorken enz. werd weg-
gejaagd. Thans heeft men andere middelen
gebruikt. Spr. zeide de beweegredenen, die
hem tot het aanvragen van onslag hebben ge
bracht, te hebben vervat in een rapport, dat
hrj aan de raadsleden liet overhandigen, ver
gezeld van twee vertrouwelijke bijlagen. De
heer Albarda deelde m'ede, dat Zaterdagmid-
dag door hem een receptie zou worden gehou
den, waarin degenen die daarop prijs stellen
afsdheid van hem kunnen nemen. Hij ver-
klaarde verder geen debat te zullen toelaten
over zijn ontslag en sloot daarna de vergade
ring.
Aan het rapport ontleenen wij het vol
gende:
Nadat de burgemeester op 7 Juli 1938 den
eersten ambtenaar ter secretarie had aange-
houden onder verdenMng van knevelarij en
dientengevolge ernstige moeilijkheden waren
ontstaan tusschen den heer Albarda, de beide
wethouders en den gemeentesecretaris, dien-
den op 6 October 1938 de wethouders een
klacht in bij den minister van binnenlandsche
zaken. Op 26 October vond een onderhoud
met den minister plaats, waarbij de commis-
saris der Koningin in Overijssel, de beide
wethouders en den secretaris werden ge-
hoord.
De burgemeester verklaarde als laatste te
zijn gehoord. Men verweet hem, dat hij zich
hoogst ongepast over het Koninklijk Huis en
verscheidene autoriteiten zou hebben uitge-
laten. Deze uitlatingen dateerden van Dec.
1936 en bewust van zijn onschuld, maar niet
van zijn onfeilbaarheid, erkende de heer Al
barda misschien wel eens in besloten kring
een geestigheid in die dagen verteld te heb
ben. Dit werd als een gedeeltelijke bekentenis
opgevat en de minister liet den heer Albarda
daarna den tijd tot 31 October om eervol ont
slag aan te vragen. Anders zou een justitieel
onderzoek volgen, wellicht een strafzaak en
gevangenisstraf.
De heer Albarda verMaart dan verder, dat
hij het hem ten laste gelegde ontkende, geen
eervol ontslag wenschte aan te vragen en den
minister verzocht om volledige inzage van de
klacht. Dit zou hem geweigerd zijn. Tege-
lijkertijd deed de heer Albarda een onderzoek
instellen naar beweerde onregelmatigheden
in de gemeente, waarbij de beide wethouders
en de eerste ambtenaar ter secretarie betrok-
ken waren.
Op 15, 16 en 21 December werd daarna
door de rijksrecherche een onderzoek inge-
steld "naar d'e gedragingen van den burge
meester. Daarbij bleek,. dat tegen hem in
werd gebracht majesteitsschennis, het lang-
durig buiten Vriezenveen wonen, het ten
eigen nutte gebruiken van den gemeente-
opzichter bij den bouw van zijn woning en tal
van andere bezwaren. Op 4 Februari, alaus
het rapport, bleek mij, dat officieus en indi
rect vanwege het departement van justitie de
vraag is gesteld of ik soms ook N.-S.B.'er ben.
De weerlegging viel mij echter- al heel ge-
makkelijk. Op 6 Maart j.l. verzocht de heer
Albarda om een beslissing op de door de
wethouders ingediende klacht. Op 6 April
deelde daarop de minister mede, dat hij den
heer Albarda op 1 November a.s. niet voor
fherbenoeming voor zou dragen.
De minister voerde daarbij als motieven
aan, le. de beleedigende uitlatingen nopens
het Koninklijk Huis; 2e. het gebruik maken
van de diensten van den gemeente-opzichter;
3e. eenige andere gedragingen van den burge
meester en 4e. het feit, dat het vonnis in de
echtscheidingsprocedure van den burgemees
ter gerechtvaardigden twijfel over diens zede-
lijk gedrag gaf.
De heer Albarda besluit zijn rapport met
de mededeeling, dat hij daarna op 14 April
eervol ontslag heeft verzocht, hetgeen hem
op 25 April werd verleend.
Aan de Memorie van Antwoord aan de
Tweede Kamer op het wetsontwerp tot ver-
laging van de openbare uitgaven, zoornede
regeling van de intrekking der wet van 5 Mei
1933 (Coordinatie-vervoer) is het volgende
ontleend
Het eigen vervoer.
De minister onderschat de groote economi-
sche beteekenis van het eigen vervoer niet,
ook niet zijn waarde als correctief. Wat dit
laatste betreft, gebiedt de waarheid echter te
erkennen, dat de zuiverheid van dit correc
tief te wenschen overlaat. Meermalen wordt
voor het eigen vervoer geen behoorlijken kost-
prijs berekend. Onder meer kan het voor-
komen, dat in een of anderen tak van han-
del en nijverheid een scherpe concurrentie-
strijd heerscht, waarlbij men, om afzet te ver-
werven of te behouden, beneden kostprijs
werkt. Een of meer ondernemers in dezen
bedrijfstak. die in het bezit zijn van eigen ver-
voermiddelen, zullen dan ook het eigen ver
voer beneden kostprijs verrichten, hetgeen
weer een druk op de vrachtprijzen van het
beroepsgoederenvervoer ten gevolge heeft,
daar andere ondernemers, die van de diensten
van het beroepsgoederenvervoer gebruik
maken, genoodzaakt zullen zijn op vrachtver-
laging aan te dringen.
Tegenover het bezwaar, dat werd geopperd
tegen de bijdrage van het eigen vervoer in
de kosten van de coordinatieregeling, moge de
nadruk worden gelegd op het feit, dat de ren-
dabiliteit van eigen vervoer in veel gevallen
slechts mogelijk is door de aanwezigheid
daarnaast van een behoorlijk georganiseerd
beroepsvervoer, dat dient als aanvulling, als
reserve bij grootere dan normale vervoersbe-
hoefte, en in andere bijzondere omstandig-
heden.
De eveiiredige vrachtverdeeling.
Het handhaven van de evenredige vracht
verdeeling voor de jbinnenscheepvaart wil niet
zeggen, dat de bezwaren tegen dit stelsel niet
worden onderkend, doch is het resultaat van
afweging van deze bezwaren tegenover het
nut van die regeling, welke afweging heeft
geleid tot de slotsom, dat aan handhaving
t der vrachtverdeeling voorshands de voorkeur
moet worden gegeven.
Ten aanzien van de hoofdzaak wijst de
minister erop, dat een evenredige vrachtver
deeling gedurende de eerste jaren van een
regeling tot coordinatie van het goederen-
vervoer niet kan worden gemist. Hierin ligt
het antiwoord besloten op bweeerlei vraag en
wel die, omtrent de al dan niet handhaving
van het stelsel, en die omtrent den vorm,
waarin het, naar het voorstel, dient te wor
den gecontinueerd. Handhaving is noodig,
echter niet meer als op zichzelf staande voor-
ziening, maar als in de eerste jaren nood-
zakelijk complement op de algemeene ver-
voersregeling. Dit brengt voorts mede, dat
de regeling der evenredige vrachtverdeeling
zich moet voegen naar de coordinatierege
ling. Zou de evenredige vrachtverdeeling bij
afzonderlijke wet blijven ingesteld, dan zou
deze steeds weer moeten verwijzen naar de
maatregelen van bestuur, waarin de codrdina-
tiebepalingen zullen worden vastgelegd.
In wezen is het resultaat dus hetzelfde,
maar de vorm zou onelegant en onpractisch
zijn. Het is dan ook niet juist om te denken
aan een voortzetting van het stelsel als zelf-
standige voorziening met eigen doel; het stel
sel wordt ondergeschikt gemaakt aan en aan-
gepast bij het verder strekkende doel: de al
gemeene goederenvervoerscodrdinatie.
Tegenover den twijfel van verscheidene
leden, of de voorwaarden voor saneering in
eigen kring gunstiger worden naarmate een
zekere verbetering in den toestand der bin-
nenvaart intreedt, houdt de minister val, dat
zulks met reden verwacht mag worden. De
nadruk dient toch te vail en op de woorden ,,in
eigen kring". Voorzoover een overcompleet
aan binnenschepen bestaat, zal dit namelijk
blijken. Van dit overcompleet gaat een on-
gunstige werking uit op een groot deel der
binnenvloot. In dezen kring zal dus de wensch
naar saneering blijven bestaan, en zelfs zal de
coordinatie, naar verwacht mag worden, den
wensch tot saneering versterken, omdat zij
door het scheppen van betere toestanden dan
tot dusverre bestonden, op zichzelf bij een
meer aangepaste vloot een loonende bedrijfs-
uitoefening mogelijk maakt.
Het Rijnvaartlek.
Eenige leden hebben een beschouwing ge
geven over de beteekenis van het Rijnvaart
lek.
De conclusie van den minister daarover is
deze, dat ongetwijfeld van het lek incidenteel
een zekere ondermijnende invloed uitgaat, dat
echter deze invloed, gelet op de ervaring
van de laatste jaren, niet er toe zal leiden.
dat een coordinatieregeling daardoor onmo-
gelijk wordt gemaakt, en dat het algemeen
belang aanzienlijk meer wordt gesohaad door
het voortbestaan van den tegenwoordigen
toestand in het vervoerwezen dan door een
regeling, die voorshands met dit lek rekening
moet houden.
Eenige leden achtten een bepaling ge-
wenscht, dat de evenredige vrachtverdeeling
niet van toepassing zal zijn op den Rijn en
zijn mondingen. Indien hier gedoeld wordt
op het internationale vervoer op den Rijn en
zijn mondingen, dan moge de minister opmer-
ken, dat het niet in het voornemen ligt de
evenredige vrachtverdeeling of het vergun-
ningsstelsel daarop van toepassing te doen
zijn.
Er is geen aanleiding het binnenlandsche
vervoer op de Maas en de Sehelde van de toe
passing der evenredige vrachtverdeeling te
ontheffen.
Op de belangen van de schippers-eigenaar
zal worden gelet. Men verlieze evenwel niet
uit het oog, dat zij zich in vele gevallen niet
of niet uitsluitend op den kleinhandel toe
leggen, maar ook grootere transporten be-
werkstelligen.
Wat betreft de samenstelling van de be
vrachtingscommissies, zij opgemerkt, dat het
ongewenscht is deze te doen geschieden ge
heel buiten de kamers van. koophandel om, in
aanmerking nemend, dat de kamers de be-
drijfsbelangen in hun districten vertegen-
woordigen.
Ook de minister acht een beroepsregeling
wenschelijk en bij nader inzien kan hij de
wenschelijkheid erkennen om deze in de wet
grondslag te geven. Om practische redenen
acht hij de behandeling van het beroep door
een speciale beroepscommissie, welke de be-
langhebibenden hoort en een gemo'tiveerde
ontwerp-beschikking aan den minister zendt,
de beste oplossing.
WAARSOHUWING TEGEN SPIONNEN
'Havas meldt uit Berlijn:
Men heeft een waarschuwing aangepiakt,
waarin de burgers aanbevolen wordt spion-
nen te wantrouwen. Men wordt er voor ge-
waarschuwd, dat men niet babbelen moet met
onbekenden en dat men er voor moet waken
dat er geen onaohtzaamheid geschiedt ten
aanzien van staatsmateriaal.
Ten slotte wordt er aan herinnerd, dat
iedere daad van spionnage of iedere poging
daartoe met den dood wordt gestraft.
BODEMSOHATTEN VAN ALBANIe.
Naar aanleiding van een overzicht der bo-
demschatten in Albanie in de Organizzazione
industriale, ofschoon deze nog niet aan een
volledig onderzoek onderworpen werden,
toont Journee industrielle aan, dat petroleum!
asfalt, turf, bruinkool, zwavel, bauxiet, ijzer-
pyriet, koper, wit asbest, cement-, leem- en
leimergel, de voor de nijverheid aanwendbare
lagen, niet heel talrijk zijn.
De maximum-invoer in Italie van Albaan-
sche petroleum zou per jaar 300.000 ton be-
dragen, tenzij langdurige en kostbare werken
ondemomen worden. Dat is maar 11.5 pet.
van den totalen invoer. De loonende exploita-
tie van kolen en turf wordt door de moeilijk
heden met het vervoer belemmerd. De koper-
lagen van Skoetari worden al een jaar of tien
geexploiteerd; men vindt er ook in Zuid-
Albanie. Verder zouden er sporen van kwik
gevonden zijn. Daar de voornaamste mijnen
van het land al lang v6or de inlijving door
Italiaansche vennootschappen gecontroleerd
werden, bezorgen ze Italie geen extra hulp-
bronnen noch nieuwe voordeelen.
CREDIETEN VOOR DE WERK-
VERSOHAFFING.
President Roosevelt heeft het Congres te
Washington credieten gevraagd ten bedrage
van 1477 millioen dollar voor werkversohaf-
fingsdoeleinden gedurende het begrootings-
jaar, dat op 1 Juli a.s. begint. Roosevelt
raamde dat dit bedrag voldoende zal zijn om
werk te verschaffen aan gemiddeld twee mil-
hoen werkloozen. De uitgaven voor werkver-
schaffing tijdens het loopende begrootings-
jaar zu,llen twee en een kwart milliard dollar
bedragen. Roosevelt zeide te verwachten, dat
in het komende begrootingsjaar een vermin-
dering der werkloosheid in de particuliere
industrie zou komen.
POLEN.
Jacob Schmer, de president van een belang-
rijke Poolsche petroleummaatschappij, die op
het oogenblik aanwezig is in Texas voor het
bijwonen van een petroleum-wereldtentoon-
stelling, heeft verklaard, dat Polen over vol-
doenden voorraad petroleum en benzine be-
sohikt voor het geval onverwachts een con
flict zou uitbreken. 25 procent van de Pool
sche ohe-productie is opgeslagen voor mili
taire doeleinden. In 1938 heeft Polen 3% mil
lioen barrel geproduceerd en de Poolsche
regeering rekent dit jaar op 4.2 millioen
barrel.
Het nationaal statistiekbureau publiceert
het resultaat van de jongste volkstehing in
Polen. Op 1 Januari 1939 bedroeg de oevol-
king in Polen 35.080.000 zielen. De toename
van de bevolking in 1938 bedroeg 370.271
zielen.
DE OVERWINNINGSPARADE TE
MADRID!
De correspondent te Bordeaux van de Daily
Telegraph meldt, dat er ongenoegen zou zijn
gerezen tusschen de Italianen en de Span-
jaarden, wie er m de a.s. overwinningsparade
te Madrid voorop zouden gaan. De Italianen
zouden op specialen wensch van Mussolini
zeer gaame vooraf marcheeren, maar in
Spaansohe militaire kringen voelt men daar
j natuurlijk heel weinig voor. De Duitschers
j houden zich bij dit gekibbel op den achter-
grond.
j Naar de correspondent nog seinde zal aan
de marsch door Madrid worden deelgenomen
door 125.000 Spanjaarden, 20.000 Italianen en
4000 Duitschers.
De Valera heeft in den Ierschen Dail mede-
gedeeld, dat hij niet naar de Vereenigde Sta-
ten zal gaan, „wegens de ernstige gebeurte-
nis van Donderdag". Hij zou Vrijdag naar
Amerika vertrokken zijn, op 7 Mei de gast
zijn van president Roosevelt op het Witte
Huis en het paviljoen van Ierland op de we-
reldtentoonstelling te New York openen.
De Valera heeft in zijn verMaring in den
Dail verder nog gezegd, dat hij het noodig
achtte, zijn plannen te wijzigen en zijn bezoek
uit te stellen. Op de vraag welke de ernstige
gebeurtenissen waren, waarop hij doelde, ant-
woordde De Valera van meening te zijn, dat
het niet in het openbaar belang was deze te
onthullen.
Reuter verneemt, dat de wijziging in de
plannen van De Valera voortspruit uit de
aanneming van de dienstplichtwet in Enge-
land en het verband met de aldaar wonende
leren en in het bijzonder de nationalistische
minderheid in Noord-Ierland, welke naar de
opvatting der regeering van Ierland onder de
jurisdictie worden gehouden van een regee
ring, welke zij niet wenschen.
Men gelooft, dat het onderhoud van Dulan-
ty, den hoogen commissaris voor Ierland, met
Chamberlain zeer belangrijk is geweest en in
verband heeft gestaan met den dienstplicht,
in het bijzonder ten aanzien van Ulster, waar
nationalisten onder de wet zouden vallen, het
geen tot een onprettige situatie zou kunnen
leiden, welke de regeering van Ierland ge
noodzaakt zou kunnen zijn als zeer emstig op
te vatten.
Ook gelooft men te Dublin, dat Chamber
lain een verMaring tegenover Dulanty kan
hebben afgelegd over verdergaande zaken
dan den dienstplicht, hetgeen er toe zou kun
nen hebben bijgedragen, dat De Valera zijn
plannen heeft gewijzigd.
VERGIS U NIET IN HITLER
WAARSCHUWT GOERING.
In de National IZeitung te Essen, het blad
von Goering, schrijft deze Zaterdagochtend:
Gisteren hebben opnieuw de Engelschen,
de Polen, president Roosevelt en vele andere
voiken en politici een scherp lesje moeten
leeren, een lesjes dat hen nu eindelijk wel zal
dwingen te gelooven in de ijzeren consequen-
ties van Hitler; de toekomst zal het bewijzen.
Al die politici en volkeren kunnen er zeker
van zijn, dat, als zij zich wederom in Hitler
vergissen en hem niet met begrip tegemoet
treden, ook de laatste consequenties van de
Duitsche politiek zich aan hen zullen vol-
trekken.
De ijzeren richting van des Fiihrers bedoe-
lingen is door niemand te breken; met een
wiskundige logica worden zij werkelijkheid.
Ulvenhout, 27 April 1939.
Amico,
Op school kost ie
gemaKkelijk mee, den
Knots, al was ie dan
ginnen uitblinkert.
Want wat ie van-
eigens kost, daarover
maakte-n-ie z'n eigen
nie dik en de vakken
die 'm nie aange-
waaid waren, daar-
aan gaf ie net moeite
genogt om, er nie
mee veur schandaal
te staan. 't Kon 'm.
lijk wij dat zeggen,
weinig botteren.
Toch zoude verkeerd doen mee te meenen,
dat den Knots zoo onverschillig was! Dat
leek alleen maar zoo, omdat zijn eergevoel veul
anders afgesteld was, dan gewoon.
En ik zeg er dit op veurhand bij, om oe van
begin af 'nen sjuusten indruk van den Knots
te geven. En dat gij nie 't zelfde abuis zou
maken als wij en dan deuzen tiep fout begrij-
pen en fout oordeelen. Wij hebben dat ge
daan, lang, twintig jaren wel; maar daar is
een excuus: den Knots maakt't oe nie gemak-
kelijk om 'm te leeren kennen! Z'n eigen
vader en moeder, z'n eigen broers wisten lange
jaren nie, wat ze aan 'm hadden. Ja, mis
schien z'n moeder wel, maar deus zwijgsterke
mee den dunnen, gerekten mond, liet anderen
zoo weinig merken van wat er in heur rond-
gong. En misschien had den Knots naar zijn
moeder dan wel veul den aard, hoe moeilijk
dat ook weer te bespeuren viel, daar zelfde
eigenschappen bij 'n vrouw zoo heel anders
veur den draad komen, dan bij 'nen kearel.
Wat dikkels alleen maar 'n kwestie van spie-
renstelsel is. 't ,,Verweer" is dan zoo heel
verscnillend. En 't heele leven is eon ver-
weren!
Hij is van onze Dre zijnen ouwer, 'nen
goeien veertiger nou omtrent. Den Knots was
dan ook gelijk mee onzen Dre op school, van-
daar da'k een en ander uit den Knots zijn
schooljaren weet.
Vrinden had ie weinig. Nie omdat ie ze nie
krijgen kost! Belange nie! Al wisten ze
eigens niet waarom: de brakken van school
hadden veul mee den Knots op! Ze kosten
't ook nie weten, die jonge gastjes. Want veul
dingen zijn nie onder woorden te brengen op
dieen prillen ouwer, al voelt 't jonge goed ze
dan ook .sjuust aan. Afijn, mee ouweren is
dat krek eender, al is er dan 'n bietje meer
besef