137. Instandhouding schoolgebouwen en terreinen lichamelijke oefening. f 350. 138. Onderhoud schoolmeubelen. f 25. 130. Aanschaffen en onderhouden school- boeken, leermiddelen en scboolbehoeften. 400. 142. Verlichting, verwarming en schoon- houden van scboolgebouwen. f 420. 143. Kosten oudercommissies. 15. 144. Te veel genoten rijksvergoeding art. 56 1. o.-wet. Memorie. 145. Te weinig betaalde jaarwedden. Me morie. 146. Te weinig in rekening gebrachte pen sioensbijdragen. Memorie. 147. Kosten verzekering, pensionneering eniz. f 865,10. 148. Verzekering brand- en stormschade. 12,35. 149. Rente geldleeningen. 56,61. 150. Aflossing geldleeningen. f 357,50. 151. Advertentiekosten. 5. 152. Teruggaaf portokosten enz. aan seboolhoofden. 5. 3. Openbaar vervolgonderwijs. 153. Kosten verzekering, pensionneering enz. f 2,23. 4. Openbaar uitgebreid lager onderwijs. 154. Bijdragen andere gemeenten. f 250. 7. Bijzonder gewoon lager onderwijs. 161. Uitkeering aan gemeenten art. 86. 163,32. 162. Vergoeding kosten instandhouding art. 101. 1400. 163. Uitkeering aan gemeenten art. 104, eerste lid. f 160. 164. Uitkeering aan gemeenten art. 205. f 171,84. 165. Rente waarborgsommen. 2,70. 166. Rente geldleeningen. f 472,50. 167. Aflossing geldleeningen. 750. 9. Bijzonder uitgebreid lager onderwijs. 168. Vergoeding terreinen en gebouwen art. 205. 101,87. 12. Lager onderwijs (niet vallende onder de 1 t/m 11). 169. Kosten commissie wering schoolver- zuim. f 20. 13. Middelbaar onderwijs. 170. Bijdrage kosten Rijks H. B. S. /350. 15. Nijverheidsonderwjjs. 171. Bijdragen aan gemeenten lager nijver- heidsonderwijs. f 550. 16. Onderwijs, kunsten en wetenscbappen (niet vallende onder de 1 t/m 15). 172. iSubsidien aan schouwburgen of mu- ziekkorpsen. 150. 173. Kosten huur stuk grond waar de muziektent is geplaatst. 50. De heer JANiSEN meent, dat deze post vervalt. De heer HAAK antwoordt, dat er nog geen goedkeuring op het gen omen besluit is. Hoofdstuk IX. Ondersteuning aan behoeftigen en werkloozen. 1. Ondersteuning aan behoeftigen. 178. Belooning doctoren, vroedvrouwen enz 800. 179. Overbrenging, plaatsing en verple- ging krankzinnigen. 596,95. 180. Subsidien aan armbesturen. 5700. 181. Kosten verzekering, pensionneering enz. 210,25. 181a. Verzekering gemeentegelden. 4. 182. Verzekering tegen brand- en storm schade. 5,05. 183. Rente geldleeningen. f 90. 184. Aflossing geldleeningen. 375. 185. Ambtswoning geneesheer armenprak- tftk. 200. De heer JANSEN meent, dat dit nog al een grooten post is voor het verven van de dok- terswoning. Deze kan toch voor dit bedrag wel geverfd worden. De heer HAAK antwoordt, dat dit toch niet geeft. De woning wordt geverfd en wat niet uitgegeven wordt, blijft in kas. De SECRETARIS merkt op, dat het verf- werk hiervan heel wat kost. De heer HAAK deelt mede, dat wat niet noodig is, ook niet gebruikt wordt. De VOORZITTER geeft te kennen, dat, indien hij zijn gebouw nagaat, het voor dien prijs kan. De heer A. MEERTENS stemt toe, dat het wiat aan den hoogen kant is. 186. Contributie centraal archief- en in- lichtingenbureau maatschappelijk hulpbetoon. f 10. 187. Uitgaven goedkoope levensmiddelen. f 600. 2. Ondersteuning aan werkloozen. 191a. Werkverschaffing door het rij'k. Me morie. 192. Idem door derden. f 9800. 193. Steun aan werklooozen. f 7500. 194. Controle op werkloozen enz. f 300. 195. Bijdrage voor bijzondere hulp aan werkloozen. 536,10. 196. Steunverleening aan kleine boeren. 300. De heer JANSEN merkt omtrent den steun aan de kleine boeren op, dat hij iemand bij zich gehad heeft, die hem vertelde, dat hij geen steun kon krijgen. De heer HAiAK antwoordt, dat dit best mogelijk is, als de betrokkene niet aan de normen beantwoordt. De heer JANSEN geeft te kennen, dat de betrokkene niet aan het vereischte inkomen kwam. De VOORZITTER meent, dat dit toch geen kwestie is om in een raadsvergadering te bespreken. De heer HAAK geeft te kennen, dat dit altij.d besprdken kan worden. Er zijn er in deze gemeente maar 2, die in aanmerking kunnen komen voor steun. De heer JANSEN deelt mede, dg,t de be trokkene 2 keer steun gehad heeft. De heer HAAK antwoordt, dat dit ten slotte een kwestie is tusschen de commissie en de menschen zelf. 201. Kosten verzekering, pensionneering enz. f 7,80. 202. Uitkeering van ziekengelden. Me morie. 203. Uitkeering spaargelden en bijslag extra B-steun. f 180. Hoofdstuk X. Landbouw. 204. Subsidien ten behoeve van land- en tuinbouw. f 25. 205. Subsidie aan de geitenfokvereeniging „De Eendracht" te Hoek. 40. Hoofdstuk XI. Handel en nijverheid. 210. IJk en herijk maten en gewichten. /10. 211. Subsidien openbare middelen van vervoer. 120. 212. Subsidie werkloozenkassen. 4060. 213. Arbeidsbeurs en arbeidsbemiddeling. 250. 214. Kosten verzekering, pensionneering enz. 36,40. 215. Uitkeering van ziekengelden. Me morie. 216. Bijdragen borgstellingsfondsen mid- denstand. 80,22. Hoofdstuk XII. Belastingen. 224. Toezicht en invordering belastingen. 20. 225. Teruggave belasting. 50. 226. Belooning schatters dranklokaliteiten. 10. 234. Te veel genoten hoofdsom en opcenten directe belastingen. Memorie. Hoofdstuk XIV. Kasvoorzieningen. 239. Voorschotten ten behoeve van het rijk. 15. 240. Rente N.V. Bank voor Nederlandsche gemeenten. 10. Hoofdstuk XV. Gverige inkomsten en uitgaven. 243. Rente geldleeningen. f 397,53. 244. Aflossing geldleeningen. f 1262. 245. Overboeking verschil opcenten fonds- belasting. Memorie. Hoofdstuk XVI. 246. Omvoorziene uitgaven. 768,66. De heer JANSEN vindt dezen post wat laag. De heer HAAK antwoordt, dat andere pos- ten misschien wat ruim zijn. De VOORZITTER is het er mee eens, dat deze wel eens hooger geweest is. De heer J. A. MEERTENS wijst er op, dat er op dezen post nooit zooveel gestaan heeft. Spreker vindt niet, dat daarover veel beweging gemaakt moet worden. Kapitaaldienst. Hoofdstuk XV. Overige inkomsten en uitgaven. 251. Overbooking volgenden dienst alge- meene reserve. 6900. INKOMSTEN. Gewone dienst. Hoofdstuk I. Vroegere diensten. 1. Batiig slot volgens laatste rekening. f 1676,37. 2. AchterstallLge inkomsten. Memorie. Hoofdstuk II. Algemeen beheer. 5. Uitkeering gemeentefonds, art. 3, b. f 3000. 6. Uitkeering gemeentefonds, art. 3, c. 12962,94. 7. Verrekening uitkeering over vroegere uitkeeringstijdrvakken. Memorie. 8. Secretarieleges en rechten burgerlijiken stand, f 600. 9. Rechten vuurwapenreglement. f 98. 28. Restdtutie kosten ongevallen- en inva- liditeitsverzekerdnig. Memorie. 34. Verhaal premien ziektewet. f 3,12. 36. Uitkeering ziekengelden en vergoeding rentezegeis. Memorie. 46. Verhaal pensioensbijdragen. f 846,01. 51. Ingehouden couponfbelasting. f 1,92. Hoofdstuk III. Openbare veiligheid. 37. Verhaal pensioensbijdragen. 150,40. Hoofdstuk IV. Volksgezondheid. 83. Heffing gediden art. 21 besmettelijke zdektenwet. Memorie. 84. Keur- en slachtloonen. f 310. 85. Rechten waremwet. f 130. 86. Inkomsten invordering rechten waren- wet. 6. 87. Verhaal pensioensbijdragen. f 49,22. 88. Restitubie bijdrage keuringsdienst van waren. Memorie. Hoofdstuk VI. Openbare werken. 97. Begrafenisrechten. f 28. 98. iOpbrengst venkoop oude materialen. Memorie. 108. Verhaal premien ziektewet. f 6,40. 109. Uitkeering ziekengelden en vergoe ding rentezegeis. Memorie. 110. Verhaal pensioensbijdragen. f 115. 111. Bijdragen van derden onderhoud we- gen en voetpaden. 200. 112. Precariorechten. 200. De heer JANSEN meent, dat deze post slecht binnenkomt. De SECRETARIS antwoordt, dat de post van 1937 niet betreft een inkomst over het geheele jaar. De betreffende verordening is pas in de tweede helft van 1937 goedgekeurd. De gemeente is pas gaan heffen met ingang van September 1937. Hoofdstuk VII. Eigendommen, niet voor den openbaren diienst bestemd. 121. Huur van huizen en andere gebouwep. 270. ■122. Recognitden ter zake van vergunnin- gen. Memorie. 123. Renten van kapitalen. Memorie. Hoofdstuk VIII. Onderwijs kunsten en wetenscbappen. 2. Openbaar gewoon lager onderwijs. 132. iSchOolgelden. f 622,60. 133. Vergoeding van het rijk. 8651. 134. Te weinig genoten vergoeding art. 56 1. o. wet. Memorie. 135. Te veel in rekening gebrachte pens.- bijidiragen. Memorie. 140. Verhaal pensioensbijidragen. 865,10. 141. (Huur of vergoeding gebruik school- lokalen. Memorie. 7. Bijzonder gewoon lager onderwijs. 155. iSchOolgelden. 272,10. 156. Uitkeering van gemeenten art. 86. Memorie. 157. Uitkeering van gemeenten art. 104, eerste lid. 192,46. 158. Uitkeering van gemeenten art. 205ter. f 112,61. 159. Rente van waarborgsommen. f 0,72. 160. Terugontvangst te veel uitbetaalde vergoeding. Memorie. Hoofdstuk IX. Ondersteuning aan behoeftigen en werkloozen. 1. Ondersteuning aan behoeftigen. 174. 'Bijdragen particudieren verpleging krankzinnigen. 200. 175. Verhaal pensioenshijdragen. f 135. 176. Terugontvangst pensioensbijdragen. 14,50. 177. InkomS'ten goedkoope levensmiddelen. 600. 181a. Terugontvangst van betaalde kosten voor verzekering van gemeentegelden. f 4. 2. Ondersteuning aan werkloozen. 188. 'Gewone bijdrage steunverleening en werkverschaffing. 12709,50. De heer JANSEN meent, dat deze post belangrijk hooger is. De SECRETARIS antwoordt, dat dit komt, omdat de werkloozenpost gewijzigd is. De Minister heeft medegedeeld, dat de post voor steun minder, en die voor werkverschaffing hooger moest worden. De gemeente ontvangt van het rijk een werkloosheidssubsidie van 72,6 De heer HAAK wijst er op, dat dit percen tage vermindert, naarmate er minder steun uitgekeerd wordt. De heer DEN HAMER is van meening, dat hoe meer de gemeente bezuinigt hoe minder subsidie men krijgt. De heer HAAK ontkent dit. Dat is niet juist. Het percentage houdt verband met het geen aan werkloozensteun wordt uitge keerd. Indien de gemeente noodlijdend zou worden, zou deze aile werkloozensteun als bijdrage krijgen. Doch dan was men ook niet gelukkig. De heer DEN HAMER wijst er op, er ook niet voor te zijn, dat de gemeente noodlijdend worden zou. Doch hij heeft steeds gezegd, dat indien de werkloozen ter wille van de zelfstandigheid te kort gedaan zouden moeten worden, hij liever had, dat deze dan noodlij dend werd. 190. Bijdrage bijzondere hulp. f 357,50. 191. Terugontvangst steun aan kleine boeren. 125. 197. Verhaal premien ziektewet. f 2,40. 198. Uitkeering ziekengelden en vergoe ding rentezegeis. Memorie. 199. 'Spaargelden voor extra B-steun. 90. 200. Terugontvangen gelden wegens on- rechtmatige steunuitikeerimg. Hoofdstuk XI. Handel en mijverhedd. 206. Rijksibijdrage jaarwedide leider ar- beidsbem'iddeling. 40. 207. Verhaal premien ziektewet. 1,60. 208. Uitkeering ziekengelden en vergoeding rentezegeis. Memorie. 209. Terugontvangst sulbsidie werkloozen kassen. Memorie. Hoofdstuk XII. Belastingen. 217. Uitkeering hioofdsom grondbelasting gebouwd. 820. 218. Uitkeering hoofdsom grondbelasting ongebouiwd. f 3000. 219. 80 opcenten grondbelasting gebouwd. 1873,28. 220. 20 opcenten grondbelasting onge bouiwd. 1200. 221. 20 personeele belasting le, 2e en 3e grondslag. f 940. 222. 100 personeele belasting 4e, 5e, 6e en 7e grondslag. /340. 223. 200 opcenten personeele belasting. f 10200. 227. Uitkeering dividend- en tantiemebe- lasting. Memorie. 228. 38 opcenten vermogenshelasting. 1400. 229. 75 opcenten gemeentefondsbelasting. 7400. 230. Uitkeering gemeentefonds per aan- geslagene. 3800. 231. Uitkeering werkloosheidssubsidiefonds per aangealugene. f 760. 232. 'Gewetensgelden. Memorie. 233. Belasting op de bond en. /394. 235. 'Oninbaar geleden 'belasting. Memorie. 236. Vergunningsrecht. 180. 237. Ophrengst aanmaningen en dwang- bevelen. f 20. Hoofdstuk XIV. Kasvoorzieningen. 238. Teruggave ^»n het rijk. 15. 'Hoofdstuk XV. Overige inkomsten en uitgaven. 241. Verantiwoording verschil opcenten fondabelasting. Memorie. 242. Inkomsten' van verschillende aard. Memorie. Kapitaaldienst. Hoofdstuk VI. Openlbare werken. 248. Batig slot overgebracht van hoofd stuk I. 67,50. Hoofdstuk XV. Overige inkomsten en uitgaven. 24g. Overlboeking vlorigen dienst algemeene reserve. /6100. 250. Bijdrage gewone dienst vorming re serve. f 800. De begrooting voor den dienst 1939 wordt met algemeene stemmen vastgesteld. De betreffende posten worden geacht, met algemeene stemmen te zijn vastgesteld. 15. Vaststellen begrooting Algemeen Bur- gerlijk Afimbestuur, dienst 1939. iBungemeester en Wethouders stellen voor, de begrooting van het Algemeen Burgerlijk Armbestuur voor den dienst 1939 vast te stel len op een bedrag van 5504,85, met een ge- meentelijike subsidie van f 5700. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 16. Omvraag. a. De heer DEN HAMER vraagt, hoe *Bur- gemeester en Wethouders denken te doenmet den steun voor de menschen die thans zonder werk loopen, voor zij in de igedegenheid zijn, uit hun kas te trekiken. Zijn Burgemeeeter en Wethouders van zin de menschen gedurentde dien tijd zonider steun te laten. De verdiensten van de menschen zijn. niet van dien aard, dat zij' enkele weken zonder uitkeering kunnen blijiven. Hoe hebben Burgemeester en Wet houders gedacht, in dezen te handelen? De VOORZITTER deelt mede, dat Burge meester en Wiethouders vaornemens zijn, in ieder geval afzonderlijik een beslissing te nemen. De heer DEN HAMER vraagt of er dan toch steun1 veretrekt wordt. De VOORZITTER: Nu? De heer DEN HAMER vraagt, hoe lang de menschen dan nog zonder steun ronid moeten loopen. De SECRETARIS deelt mede, dat de moge- hjikhedd bestaat dat de menschen binnenkort in de werkverschaffing te werk gesteld kun nen worden. De heer DEN HAMER vraagt, of zij dan ook een waohtweek moeten doormaiken. De SECRETARIS antwoordt, dat de be- triokkenen dezen al gemaakt hebben. De heer DE KRAKER wijst er op, dat de mienschen bij de werkverschaffing dan ook nog van 's Maandags tot de daaropvolgende week Woensdag op hun centen moeten wach- ten. Da/t woirdt dan nog bijna 14 dagen voor ze hun geld krijgen. De heer DEN HAMER vindt het treurig. De heer HAAK wijst er op, dat het nu een- maal niet anders is. De heer DEN HAMER geeft te kennen, dat Burgemeester en Wethouders weinig voor de werkloozen voelen. De eene wethouder ver- schuilt zicih achter den anderen en die steekt het weer op den burgemeester, die het weer steekt op Mjld'de'l'burg, op den heer Vinck. In- tusschen hebben evenwel de werkloozen niets en is het begrijpe'lijk, dat zij heel slecht eten hebben. De VOORZITTER deelt mede, dat Burge meester en Wethouders alle mogelijke moeite gedaan hebben om werkverschaffing of steun voor de betrokken menschen te verkrijgen. De heer DEN HAMER is er zeker van, dat indiien alle mogelijike moeite gedaan was, de menschen geen 3 tot 4 weken zonder werk en zonder steun zouden moeten rondloopen. De heer A. MEERTENS wijst er op, dat Burgemeester en Wethouders zeer hun best- gedaan hebben, de heer Vink is er herhaalde- lij'k over gebeld en ten slotte kreeg men ten antwoord, dat zoolang het aantal werkloozen in een gemeente minder is dan 10, er geen naar de werkverschaffing gestuurd mogen worden. Spreker heeft hierover een brief aan den heer Bierema geschreven, die voor ieder bij. hem bhuiis ter inzage heeft gelegen, doch die is men niet komen inzien. Het is overal zoo, in alle plattelandsgemeenten, dait zoolang het aantal werkloozen beneden de 10 blijft, deze niet naar de werkverschaffing gestuurd mogen wtorden. En intussehen blijft de ge meente met den post er voor op de begrooting zitten. 'Het heeft dit gevoig, dat de menschen naar het burgerlijk armbestuur kunnen gaan om een rijksdaalder of drie gulden, maar wat hebben ze daar aan, wat kunnen ze er mee doen, als ze f 2 huur moeten betalen. De VOORZITTER geeft de verzekering dat en de heer Haak, fen de Secretaris en spreker er alle mogelijike moeite voor gedaan hebben. De heer DEN HAMER is in de vaste over- tuiging, dat die heer Vink den Minister in deze zaken van advies moot dienen, en dat Burgemeester en Wethouders daar teveel mee meegaan. De heer A. MEERTENS zegt dat dit abso- luut een leugen is. De heer DEN HAMER verduidelijkt zijn Wioorden door te zegigen, dat Burgemiaester en Wiethouders te veel naar den heer Vink luis- teren. De heer HAAK antwoord, dat juist het tegenovergestelllde het geval is, en dat de heer Vink niet genoeg naar Burgemeester en Wet houders luistert. Burgemeester en Wethou ders hebben den heer Vink gewezen op het on- rechtvaardige en onbillij.ke, dat hierin zat, doch het is nu eenmaal in alle gemeenten zoo. Het is een groote onbillijkheid. Burge meester en Wethouders hebben alle moeite gedaan om hun inziehten aangenomen te krij gen, doch kregen ten slotte die mededeeling, dat, indien het aantal werkloozen boven de 10 zou komen, de mienschen misschien, mis schien, in de werkverschaffing geplaatst zou den kunnen w-orden. Deze regeling is het- zelfde voor alle plattelandsgemeenten. Ter- neuizen en Axel wordien niet als zoodanig be- sohouiwd, hoeiweil zij het ook wel diegelijik zijn. Het is onaangenaam voor Burgemeester en Wiethouders, doclh het allerergste voor de menschen zelf. De heer DEN HAMER: Dat dacht ik ook. b. De heer DEN HAMER had gedacht, dat de hewuste Sloot, waarover in de vorige vergaderdng een besluit genomen is, aanbe- steed zou worden. Hoe is het gekomen, dat dat veranderd is? De heer HAAK antwoordt, dat diiit zeer ge- vaarlijk voorkwam, diaar in de sloot een zeer rotte bodem zit. Indien het zoo gebeurt als thans; dat de werkman er toezicht op houdt, zijn OBurgemeester en Wethouders er van over- tudgd, dat het goed gebeurt. iDe heer J. A. MEERTENS merkt op, dat het toch niet moeilijik is, een bepaald peil aan te houidien. Indden b.v. op de eene plaats 50 c.M. meer water staan moet dan op die andere, en het wordt aanbesteed, dan weet de aaimnemer toch hoe diep hij moet zijn, en dat al wat loss® modeler is, er uit moet, tot hij op den zandbddem is. Zooiets uit te reke- nen is toch zoo moeiiijk niet. De heetr DEN HAMER wijst er op, dat, in dien iemiand iets aanneemit, hij dit te voreai toch ook wel bekaken zal hebben. En als dan het pell moet worden vastgesteld, kan dit toch ooik door den aannemer zelf gebeuretn. De heer HAAK antwoordt, dat Burgemees ter en Wethouders willein weten hoe het gaat. Het was Burgemeester en Wethouders niet mogelijik dit aan te besteden. De heer DE KRAKER acht dit oniogisch. Hij kan er niet bij, dat het Burgemeester en Wethouders onmogelijk is, dit werk aan te besteden. De heer J. A. MEERTENS meent, dat dit altrjd gaat als er een aannemer is. De heer DE KRAKER vraagt verder hoe het komt, dat de gemeentewerkman daarop toezicht moet houden. Daar heeft men toch een opziohter voor. De heer HAAK wijst er op, dat men dan weet hoe het gaat. De heer DE KRAKER voert hiertegen aan, dat de gemeente een opzichter heeft om er toe te ziien, dat het werk voor de gemeente goed gebeurt. Daarvoor heeft men toch den geimieentewerlkman niet noodig. De heer J. A. MEERTENS geeft te kennen, dat de gemeente een opzichter heeft, omdat ze verpldcht is er een te hebben. Hij geniet ook maar een klein salarisje en men miag van hem niet vergen, dat hij elken dag elk werkje, dat er is, nagaat. De heer HAAK vestigt er de aandacht op, dat de sloot bovendien voor het grootste deei in gronden van den betreffenden polder ligt. De heer A. MEERTENS deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders er voor waren, om het aan te besteden, doch de dijkgraaf was er voor, dat de menschen die het thans doen, er mee belast werden. De heer DE KRAKER merkt op, dat hij er niets tegen heeft, dat die menschen dat doen. De heer HAAK: Het is een rotte dulf. De VOORZITTER wijst er op, dat men weet hoe het gaat, als zulk werk aange- nomen is. De heer HAAK is van meening, dat men daar het toezicht voor heeft. De kwestie is eigenlijk, dat de polder in dezen de meeste zeggenschap heeft. De gemeente heeft niets anders gedaan dan de buizen leveren. De heer DE KRAKER heeft vernomen, dat deze buizen uit Belgie gekomen zijn; scheelt dat zooveel in prijs? De heer A. MEERTENiS deelt mede, dat in het najaar een opgaaf is ontvangen voor deze buizen van /1,30. Nu is er een aanbod ge daan van J 0,83. De heer HAAK wijst er op, dat deze bui zen een groote honderd gulden goedkooper komen dan wanneer ze bij ,,De Hoop" of Kooman besteld waren. De heer A. MEERTENS deelt mede, dat ,,De Hoop" een opgave van /245 deed en Kooman 247. De heer DE KRAKER is er voor, als het een beetje sdheelt, om niet in Belgie te koo- pen, als het zoo'n verschil oplevert is het wat anders. De heer A. MEERTENS deelt mede, dat het met de waterbakken, regenibakken en zoo samen ongeveer f 140 verschil uitmaakt. De heer HAAK: De urinebak op den Hoek heeft veel meer gekost dan f 140. c. De heer DEN HAiMER vraagt, welke werkverschaffing er eigenlijk is. De heer HAAK antwoordt, dat er bij Van der Hooft een object is. De heer Vink heeft medegedeeld, dat dit goedgekeurd is. Spreker zelf heeft ook het een en ander, doch daar- aan is hij zelf maar begonnen, dat gaat niet met medewerking van het Werkfonds. De heer DEN HAMER wijst er op, dat men er niet veel mee opschiet, dat de werkver schaffing opengesteld wordt, als er geen is. De heer A. MEERTENS deelt mede, dat de zaak van Van der Hooft is onderzocht. Deze heeft die 2 gemeten duur gekocht, er komt nog eens de prijs die hij betaald heeft, bij. Die 2 gemeten zullen 1160 kosten. De heer HAAK deelt mede, dat de betrok- kenen 40 van de er aan ten koste gelegde gelden terug krijgen. Doch dan voert spreker het onder de huidige omstandigheden liever zelf uit. Er is nog o zooveel te doen, doch als het door bemiddeling van de Heidemaat- schappij gebeuren moet, doet spreker het lie ver zelf. Men is dan geen baas op eigen grond. Br is bij verscheidene betrokkenen nog land waar veel gebeuren moet, doch de menschen zijn er huiverig van om er aan te beginnen, als het onder toezicht van een ander staat. In den kleinen Zevenaarpolder is een sloot gedolven, die 2100 gekost heeft. Spreker weet een bekwaam aannemer, die het graag voor /1300 gedaan zou hebben. En dan zouden de menschen er een hooger loon verdiend hebben, terwijil de aannemer er zelf ook aan zou verdiend hebben. De heer DEN HAMER hoopt, dat Burge meester en Wethouders er werk van zullen maken, dat de steunregeling in werking komt, als er geen werkverschaffing is. De heer HAAK antwoordt, dat Burge meester en Wethouders er zooveel als maar mogelijk is, aan werken. Doch wat hier ge beurt, gebeurt in alle andere plattelands gemeenten ook. d. De heer DE KRAKER vraagt, hoever de gemeente staat met het vinden van werk- objecten. Er is juist over gesproken, dat het aantal werkobjecten klein is. Spreker vraagt in verband hienmede, hoever men staat met het wegenplan. Is er al iets besproken in ver band met het plan dat er bestaat om de derde-rangswegen te verbeteren. Men heeft onder de gemeente Hoek den weg van de Wulpenbek naar Hoek, en verder naar Phi lippine. Is er nog niets bekend, wanneer daaraan begonnen zal worden. De heer J. A. MEERTENS deelt mede, dat de wegen die de heer De Kraker genoemd heeft, op het Provinciaal Wegenplan staan. Dit is ten slotte een kwestie, wanneer het kapitaal van het Provinciaal Wegenfonds beschikbaar komt. Zonder belastinginkomsten gaat dit nu eenmaal niet. Ook in Zaamslag is er over gesproken. In de stukken van de Staten heeft spreker het allemaal voorge- rekend, wat de kosten zullen zijn, en dan kan het niet anders of de gelden van de belastin gen, die geleidelijk inkomen, zullen ook in gedeeltem verwerkt kunnen worden. Het kan best nog eenige jaren duren, voor de ver.bete- ring van dien weg tot stand kan komen. De heer DE KRAKER merkt op, dat het ook niet zijn bedoeling is, dit te forceeren. De heer J. A. MEERTENS wijst er op, dat de weg er wel op geplaatst is, doch men moet er rekening mee houden, dat de provincie absoluut niet meer dan 65 bijdrp.agt. In de afdeelingsvergadering der Staten heeft spreker er ook op gewezen, dat er kleine poldertjes zullen zijn, die het niet zullen kun nen om in zoo'n duren weg 35 hij te dra- gen. Toen werd van de zijde van Gedeputeer- de Staten te kennen gegeven, dat absoluut niet verder gegaan zal worden. Spreker heeft nagegaan, dat, als die weg in orde zou moe ten komen, dit een f 90.000 zou kosten. Daar staat tegenover, dat de gemeente hiervoor leenen kan, zoodat dit over een reeks van jaren verdeeld wordt. Spreker heeft uitgerekend, dat de ver- beterde wegen gemiddeld per K.M. f 24.000 kosten. De weg in de gemeente Hoek, met uitzondering van de bebouwde kom is onge veer 3% K.M. Dan zal er wel eens een om- legging moeten plaats hebben, zoodat het best mogelijk is, dat zulks een bedrag van een f 90.000 zal vergen. De heer DE KRAKER merkt op, dat het ook wel f 70.000 zou l^unnen zijn. De heer J. A. MEERTENS vervolgt, dat de gemeente dan daarin 28.000 zou moeten bijdragen. En als men hiervoor het geld leent. dan is men van het onderhoud af en heeft een praoht-weg. De SECRETARIS merkt op, dat men dan niet van het onderhoud af is. De heer J. A. MBEJRTENS bedoelt, dat men dan echter geen macadam en zoo meer te koopen heeft. De SECRETARIS deelt mede, dat men voor het onderhoud van een dergelijken weg 150 per K.M. per jaar subsidie ontvangt. De heer J. A. MEERTENS geeft te ken nen, dat hij, van het Provinciaal Wegenplan het aantal K,M. heeft uitgerekend en dan kwam aan een prijs van 24.000 per KM. Spreker gelooft niet, dat men bij dezen weg met een ongunstig geval te doen heeft. In dien van den Molendijk de tragel van den dijk wordt afgestoken, kan deze voldoende verbreed worden en op het Mauritsfort zou die hoek wat moeten worden afgestoken. De VOORZITTER deelt mede, dat dit ge- schat is op f 14.000. En ook zou men den weg van de Wulpenbek recht kunnen doortrekken langs de trambaan naar de Knol, zoodat men dien bocht niet had. De SECRETARIS is van oordeel, dat het niet zooveel zou kosten als de bocht er in bleef. Want als de bocht er uit zou moeten, zou men moeten gaan onteigenen enz. De heer HAAK merkt op, dat dit allemaal toekomstmuziek is. Er is geen kwestie van, dat de eerste jaren hieraan begonnen zal worden. Geleidelijk aan zal de provincie het vrijkomende bedrag verwerken. Dit zal nog wel een 10 tot 15 jaren aanloopen. Over 10 jaar heeft de gemeente haar schuld afgelost. Dan kan ze weer opnieuw beginnen. e. De heer DE KRAKER vraagt hoe het staat met het indijken van het poldertje ach ter Mauritsfort. De VOORZITTER antwoordt, dat dit voor de eerste 25 jaar van de baan is. Op alle mogelijke manieren is getracht, dit plan te verwezenlijken, doch het is afgewezen. De heer HAAK deelt mede, dat Burge meester en Wethouder^ de medewerking had- den van den Commissaris der Koningin. De heer DE KRAKER vraagt, op welke gronden dit afgewezen is. De VOORZITTER antwoordt, dat de uit- spraak is, dat de polder nog niet rijp is voor bedijking. De heer DE KRAKER merkt op, dat deze toch niet slechter zal zijn dan de Van Wuijck- huisepolder. De VOORZITTER herhaalt, dat op alle mogelijke manieren getracht is, tot verwezen- lijking der plannen te komen. De heer DE KRAKER geeft Burgemeester en Wethouders, zooveel mogelijk objecten voor werkverschaffing te zoeken. De men schen loopen op den duur werkloos van bie- tencampagne tot bietencampagne. De VOORZITTER verzekert, dat Burge meester en Wethouders in dezen diligent zijn, en op alle mogelijke manieren trachten tot een oplossing te komen. De heer DE KRAKER hoopt, dat Burge meester en Wethouders hierin zullen slagen. De VOORZITTER sluit de vergadering.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1938 | | pagina 8