ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Begrooting van het Verkeersfonds.
EXTRA
AKKERTJES
Mo. 9838
WOENSDAG 16 NOVEMBER 1938
78e Jaargang
Binnenland
Buitenland
EERSTE BLAD
vool
DE VERZOENING MET DE HERTOG
VAN WINDSOR.
rar^HetcsusrasaM
NEUZENSCHE CO U RANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
per post f 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,overige landen J 2,35 per 3 maanden fr. per post
^nnetnenten voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling.
I llnna P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel meer /0,20.
KLEINE ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgtaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de nltgave.
DIT BLAD VERSaAHJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGA V OND.
BEKENDMAKING.
Het gewijzigde artikel 27 van het Vreemde-
lingenreglement inwerking getreden op 7
November 1938 luidt:
leder die aan een vreemdeling nachtverblijf
verschaft, is verplicht daarvan, hetzij monde-
ling, hetzij schriftelijk, kennis te geven aan
het hoofd van politie der gemeente, waar het
nachtverblijf verschaft wordt, of aan een door
dat hoofd van politie aangewezen ambtenaar,
onder opgave van den naam en voornaam,
nationaliteit, woonplaats, datum en plaats van
geboorte, zoomede, voor zoover een Neder-
landsch visum is verleend, van een korte om-
schrijving van het daarbij bepaalde, alle welke
gegevens moeten worden ontleend aan het
desbetreffend paspoort. Wanneer de vreem-
delinjg niet in het bezit is van een te zijnen
name gesteld paspoort, is degene, die nacht
verblijf verschaft, verplicht daarvan, hetzij
mondeling, hetzij schriftelijk, kennis te geven
aan genoemd hoofd van politie of aan den
door dozen aangewezen ambtenaar, onder op-
gave van de gegevens, in den vorigen zin ver-
meld, zoo mogelijk ontleend aan andere iden-
titeitspapieren van den vreemdeling. Hij, die
er zijn beroep van maakt aan personen nacht
verblijf te verschaffen, is bovendien gehouden
in het register bedoeld bij art. 438 van het
Wetboek van Strafrecht, ten aanzien van den
vreemdeling, wien hij een nacht onderdak
heeft verschaft, de in het eerste lid bedoelde
gegevens aan te teekenen of te doen aanteeke-
nen. De kennisgeving, bedoeld in het eerste
lid, behoort te geschieden: door hen, die er
hun beroep van maken aan personen nacht
verblijf te verschaffen: binnen den termijn of
voor de tijdstippen en op de wijze, door het
hoofd van politie te bepalen, of, ontbreekt zoo-
dan-ige bepaling, binnen 24 uur; door anderen:
binnen 24 uur.
Overtrading van het bepaalde in dit artikel
wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste
een maand of geldboete van ten hoogste vijf-
honderd gulden.
Door mij, hoofd van politie der gemeente
Temeuzen, is bepaald, dat de personen die er
hun beroep van maken aan personen nacht
verblijf te verschaffen, van het verschaffen
van nachtverblijf aan een vreemdeling, hier-
van schriftelijk kennis moeten geven aan den
Inspecteur van Politie (bureau van politie) en
te Sluiskil aan den agent van politie, voor 9
uur des voormdddags. Formulieren tot het
doen van die kennisgeving zijn te verkrijgen
aan het bureau van politie en ten huize van
den agent van politie te Sluiskil.
Het hoofd van politie voomoemd,
P. TELLEGEN.
SOHOOLBEHOEFTEN.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN zullen uiterlijk Vrijdag 25 Novem
ber 1938, des namiddags 2 uur, op het ge-
meentehuis aldaar, prijsopgaaf inwachten voor
de levering van schoolbehoeften voor de open-
bare lagere scholen A, C en D en de open-
bare school voor uitgebreid lager onderwijs
voor het dienstjaar 1939.
De voorwaarden enz. liggen op de
gemeente-secretarie ter inzage, alwaar tevens
nadere inlichtingert zijn te bekomen.
Terneuzen, 15 November 1,938.
Burgemeester en Wethouders
van Terneuzen,
P. TELLEGEN. Voorzitter.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
DR. COLIJN IN DE TWEEDE KAMER
OVER HET JOODSCHE VLUOHTE-
LIN GEN VRAAGSTUK.
In de Tweede Kamer heeft de Minister-
President Dr. H. Colijn Dinsdagmiddag het
volgende omtrent het Joodsche vluchtelingen-
vraag3tuk medegedeeld
De Minister hegon met te gewagen van een
droevig drama, dat zich in den jongsten tijd
in onze omgeving heeft afgespeeld.
Eerst antwoordt spr. den heer Alharda,
dat do Minister van Justitie voortdurend in
contact is met het parket om de wet tegen
de beleediging van volksgroepen waar moge
lijk toe te passen.
Verschillende leden hehben gevraagd om
ruimere toelatingsmogelijkheden in ons land.
Van het eerste oogenblik af aan is de regee-
ring op dit punt actief geweest. Van het
eerste oogenblik zijn de onder onmiddelijken
druk staande Joden over de grens gelaten.
Het onderzoek naar aanvragen is verstrekt en
versneld. Kindergroepen, die zich aan de
grens bevonden, zijn toegelaten.
Wat moet nu verder gebeuren? Onze be
richten zijn, dat het buitenland zijn grenzen
potdicht houdt. In Belgie worden volgens
officdeele berichten de regeering heeft ex-
pres iemand naar Brussel gezonden geen
maatregelen genomen om Joden toe te laten.
Als Nederland zijn grenzen open stelde, zou-
den alle vluchtelingen door dat edne gat
Nederland binnenkomen. Hoeveel zullen het
zijn? Er kunnien wel 100.000 Joden in dat
geval worden verwach't. Een dergelrjk aantal
kan de regeering niet toelaten. Hoeveel dan
wel?
Er moet een grens worden gesteld. Wat
moet er gebeuren als er bijv. 10.000 zijn toe
gelaten
De Nederlandsche regeerinig heeft contact
opgenomen met Kopenhagen, Eon den, Brus
sel, Parijs en Bern; er is nog geen antwoord.
Per telegram is nog om spoed gemaand.
De regeering heeft dus het hare gedaan en
zal het hare doen.
Er zullen twee barakkenkampen komen,
waar eemige duizenden kunnen worden onder-
gebracht. Deze kampen zijn thans reeds in
voorbereiding hij de betrokken departemen-
ten. De regeering kan echter niet ongelimi-
teerd toelaten. In dezen tijd is geen enkel
volk vrij1 van anti-semitisme. Indien men on-
gelimiteerd een stroom van Duitsc-he Joden
zou toelaten, zou de stemming van ons volk
tegen de Joden ten ongunste kenteren.
De vragen van den heer De Visser zijn
hiermede dus beantwoord.
Minister zal Joodsche vluchte
lingen selecteeren.
Het ,,Handelsblad" schrijft:
Bij velen is de vraag gerezen, wie straks
selectie zal moeten toepassen op de Joodsche
vluchtelingen, die uit Duitschland naar ons
land willen trek'ken. Want Minister Colijn
heeft Dinsdagmiddag immers nog in de
Tweede Kamer medegedeeld, dat hier een
grens mo^t worden gesteld en dat ons land
b.v. een aantal van 100.000 vluchtelingen kan
opnemen.
In antwoord op de dienaangaande gestelde
vragen kurmen wij mededeelen, dat de betrok
ken Minister hier zal uitmaken, wie niet en
wie wel wordt toegelaten. Alle stukken in-
zake toelating tot ons land passeeren zijn
departement, dat dan een onderzoek instelt
naar de persoon van de(n) aanvrager.
Het behoeft echter wel geen betoog, dat
het aantal bonafide vluchtelingen veel grooter
dan het toegestane aantal immigranten is.
Het is ons inziens dus te verwachten, dat de
grens weer zal worden gesloten, zoodra dit
toegestane aantal hier is aangekomen.
Het initiatief van Dr. Colijn.
De correspondent van het ,,Handelsblad" te
Londen meld$:
Het bericht uit 's-Gravenhage, dat onze
Minister-President, Dr. Colijn, zich in verbin-
ding heeft gesteld met de regeering van
Groot-Brittannie, Frankrijk, Denemarken, Bel
gie en Zwitserland om onderhandelingen te
voeren ten einde de immigratie te bevorderen
van de Joodsche slachtoffers van de terreur
in Duitschland is hier in politieke kringen
met groote voldoening ontvangen.
'Gevoeld wordt, dat Groot-Brittannie zeer
zeker veel zal kunnen doen in dit opzicht daar
in de kolonien en met name in Kenya enorme
onontgonnen gebieden zijn, die bij voldoen-
de kapitaalsvoorziening immigratie-mogelijk-
heden geven aan tienduizenden gezinnen.
DOODE-HANDBELASTING IN DE
TWEEDE KAMER.
In de Tweede Kamer is Dinsdagmiddag in
behandeling gekomen het wetsontwerp tot
tijdelijke voorziening tot versterking van de
middelen tot dekking van de uitgaven des
Rijks, houdende het voorstel tot verlenging
van tijdelijke heffingen, o.m. van de Doode-
handbelasting.
Hieromtrent heeft het ..Handelsblad" het
volgende verslag:
De heer Rutgers van Rozenburg (c.h.) ver-
dedigt een amendement, dat beoogt de voor
den openbaren eeredienst bestemde zaken bui
ten de verlenging der belasting te brengen.
De heer Van den Tempel (s.d.) betreurt de
indiening van dit amendement, dat hetzelfde
is als een amendement van 1934. De com-
missie van voorbereiding heeft in 1034 deze
wet algemeen goidgekeurd. Het gaat hier
weer om een tijdelijke verlenging, dus dat
element is hetzelfde. Indien men vrijstellin-
gen wil gaan verieenen, moeten ook ciultu-
reele en wetenschappelij'ke instellingen wor
den vrijgesteld.
De heer Teulings (r.k.) meent, dat de
doode-handsbelasting in de practijk een reeks
van moeilijkheden heeft opgeroepen. In 1934
heeft sprekers fractie aan deze belasting
slechts goedkeuring gehecht, omdat zij tijde-
lij'k van aard was. Niet altijd kan men de
tijdelijkheid van een heffing handhaven, doch
in dit geval was de tijdelijkheid fundamen-
teel.
Spr. aanvaardt thans niet meer het karak-
ter van het noodoffer en zijn fractie zal zich
dan ook tegen verlenging der doode-hands
belasting venzetten.
Gezien het principled karakter van de be-
zwaren van sprekers fractie zal men het
stemmen tegen de verlenging niet kunnen
uitleggen als een algeoneene afkeuring van
het regeeringsbeleid.
Omdat het amendement van den heer Rut
gers van Rozenburg, ten deele aan sprekers
bezwaren tegemoet komt, zal spreker er voor
stemmen, doch ook na aanneming van dit
amendement blijft er principieel bezwaar be-
staan tegen de geheele doode-handsbelasting.
De heer Posthuma (chr.-dem.) zal noode
meegaan met de verlenging van de belastin-
gen. Spr. zal gaame het amendement van
den heer Rutgers van Rozenlbung steunen.
De Minister van Finaneien, de heer De
Wilde, meiikt op, dat de nood op dit oogen
blik niet geringer is dan die van 1934 en dat
de opbrengst der heffingen niet kan worden
gemdst. Het is todh wel een eigenaardige in-
luiding van de belastingherziening der regee
ring om afstand te doen van de twee millioen,
die de doode-handbelasting ophrengt.
Spr. heeft er geen bezwaar tegen de hef
fingen in plaats van drie jaar, slechts een
jaar te verlengen. Dit kan een brug zijn,
welke de andere opvattingen tegemoet voert.
In dien tusschentijd zal dan de belasting
herziening haar beslag hebben gekregen. Het
volgend jaar zal geen voorstel tot verlenging
door spreker worden gedaan.
De heer Rutgers van Rozenburg zegt, dat
zijn amendement slechts drie ton betreft. Ge
zien de toezeggingen van den Minister, trekt
spr. zijn amendement in.
De heer Teulings meent, dat de finaneieele
noodzaak in 1934 veel sterker was dan thans.
Ook na de verklaring van den Minister voelt
sprekers fractie zich volkomen vrij als tegen-
over een nieuwe belasting. Tegen een jaar
verlenging heeft spr. wel bezwaren. Hij zou
niet gaame de moeilijkheden van een servituut
op deze wet willen oproepen.
In de doode-handsbe'asting ligt een inbreuk
op de vrrjheid van de tterk. Spr. zou de zaak
willen omkeeren en aan de regeering willen
vragen: Aanvaard van ons de verzekering,
dat wij loyaal aan uw belastingplannen zullen
medewerken en laat deze belasting los.
De heer Schouten (a.-r.) zegt, dat, als de
Minister zijn toezeggingen niet had gedaan,
velen van zijn fractiegenooten tegen de ver
lenging zouden hebben gestemd. Nu echter
is daar niet voldoende reden voor. Een ser
vituut acht spr. niet aanwezig.
De heer Kersten (St. Geref.) is het met
de Roomsch-Katholieken eens. (Groote vroo-
lijkheid.) Spr. zal tegen verlenging stemmen.
De heer Duymaer van Twist (a.-r.,,Denk
aan de kloosters! (Gelach.)
De Minister van Finaneien herhaalt nog
eens zijn toezegging. Een servituut kan hij
niet ontdekken. Het standpunt van den heer
Teulings vervult spr. met somberheid en met
vrees. Kan voor een jaar het offer dan niet
worden gebracht? Wij alien moeten tot of-
fervaardigheid >bereid zijn.
Over de verlenging der doode-handbelasting
wordt gestemd. Deze wordt aangenomen met
38 tegen 33 stemmen.
Tegen stemden de r.-k. behalve de heeren
Truyen en Van der Putt, de Christ.-Hist. en
de Staatk. Gereformeerden.
De andere veriengingen wordten z. h. st.
aangenomen.
Een wetsontwerp tot wijziging van de wet
van 20 December 1936 tot heffing van op-
centen op enkele belastingen ter versterking
van de middelen tot dekking van de uitgaven
des Rijks wordt aangenomen, met aanteeke-
ning van tegenstemmen van de N. S. B.
Voorloopig verslag.
Belasting van het motorverkeer.
Sommige leden vestigden wederom de aan-
dacht op de ziware lasten, welke op het mo
torverkeer drukken, waardoor de ontwikke-
ling van dit verkeer wordt belemmerd. In het
bijzonder hadden zij bezwaar tegen de hooge
benzinehelasting; het gebruik van andere
brandstof wordt daardoqr hevorderd, hetgeen
deze leden in alle opzichten ongewenscht acht-
ten. Zij hadden de stellige overtuiging, dat
verlaging van deze zware lasten geen ver-
laging van inkomsten voor den fiseus tenge-
volge zou hebben.
Andere leden gaven daarentegen in over-
weging, de benzine zwaarder te belasten met
gelijktijdige afschaffing van de motorrijtui-
genbelasting. De hooge perceptiekosten zou
den dan vervallen en de lasten zouden billij-
ker worden verdeeld.
Weer andere leden verzetten zich tegen
deze denkbeelden en wenschten den bestaan-
den toestand gehandhaafd te zien.
Zeeuwsch-Vl;i imsche Tramweg Mij.
Gevraagd werd naar den stand van zaken
met betrekking tot de fusie van de bovenge-
noemde maatschappij en de tramwegmaat-
schappijen HulstWalsoorden en Breskens
Maldeghem.
Men vroeg of de minister bereid is, uitvoe-
ring te geven aan de toezeggdng van zijn
amhtsvoorganger, dat het noodige zou worden
gedaan, ook indien het provinciaal bestuur
van Zeeland niet zou bijdragen in de uitkee-
ring aan het ontslagen personeel van de
Zeeuwsch-Vlaamsche Tramweg Mij. Zoo ja,
kan de minister dan mededeelen, wat ten be-
hoeve van dit personeel zal geschieden?
Tramweg Mij. BreskensMaldeghdm.
Opgemerkt werd, dat deze maatschappij den
bij Reglement Dienstvoorwaarden voorge-
schreven Raad van Beroep niet heeft inge-
steld. Sinds anderhalf jaar wordt getracht
door bemiddeling van de Rijksverkeersinspec-
tie het er toe te leiden, dat zulk een raad
wordt ingesteld, tot dusver zonder resultaat.
Gevraagd werd, of de minister geen middelen
bezit om deze maatschappij hiertoe te dwin-
gen.
Veren over de Westerschelde.
Verscheidene leden betreurden, dat de Re
geering zich te zeer afzijdig houdt van de
veerdiensten over de Westerschelde. De Rijks-
wegen eindigen op Walcheren en Zuid-Beve-
iand, om in Zeeuwsch-Vlaanderen weer te be-
ginnen. De verbinding over de Schelde wordt
echter aan de provincie overgelaten. De tarie-
ven zijn echter veel te hoog, niettegenstaande
de provincie voor de veren aanzienlijke bedra-
gen over heeft en het Rijk haar een bijdrage
verleent van f 168.000. Deze leden waren van
oordeel, dat het gebruik van de veerdiensten
kostelcos moet zijn en dat de exploitatie daar
van in hand en van het Rijk moet komen. Het
geldt hier immers niet meer alleen een pro
vinciaal, maar een nationaal belang: de ver-
steviging van den hand van Zeeuwsch-Vlaan
deren met overig Nederland.
Haven van Terneuzen.
Eenige leden hadden vemomen, dat de
outillage van de haven van Terneuzen emstig
te wenschen oVerlaat. De kranen zouden groo-
tendeels verouderd, de los- en laadinrichtingen
onvoldoende zijn; in vergelijking tot de ter-
reinhuur van de Belgische havens schijnt die
te Temeuzen hoog te zijn. Gaarne zouden de
hier aan het woord zijnde leden eenige nadere
inlichtingen hierover ontvangen, daar de eco-
nomische toestand te Terneuzen bijzonder
zorgelrjk is en het dringend noodzakelijk is,
dat maatregelen worden getroffen om de op-
leving te bevorderen.
Evenredige vrachtverdeeling.
Verscheidene leden vestigden er wederom
de aandacht op, dat de toestand, waarin de
binnenscheepvaart verkeert, nog immer zorg-
wekkend is. Wel is waar heeft de opleving in
de Rijnvaart op de wachttijden van de groo
tere schepen een gunstigen invloed uitge-
oefend, doch daartegenover staat, dat de
wachttijd voor schepen beneden de 100 ton
steeds langer wordt. Deze leden betwijfelden,
of het wel ooit mogelijk zal zijn, de scbippers
van schepen van minder dan 100 ton door
middel van eoordinatie van het vervoer uit
de moeilijkheden te helpen. Zrj achtten vermin-
dering van scheepsruimte onvermijdelijk en
drongen er op aan, dat de minister zal bevor
deren, dat oude en kleine schepen worden ge-
sloopt of blijvend uit de vaart genomen. Het
opleggen van schepen zou in de hand kunnen
worden gewerkt, indien aan schippers ouder
dan 65 jaar steun werd toegezegd, onder
voorwaarde, dat zij zich verplichten, hun
schip als woonschuit te gebruiken. De jongere
schippers zouden dan een behoorlijke he-
staanskans verkrijgen.
Scheepvaartrechten.
Eenige leden merkten op, dat de Nederland
sche schippers die in Belgie varen, aldaar pa-
tent-belasting moeten hetalen. Gevraagd werd
of de regeerinig aandrang wil uitoefenen, dat
de Nederlandsche schippers van deze belas
ting worden vrrjgesteld.
Diensttijden binnenvaart.
Verscheidene leden achtten het noodzake
lijk, dat voor de diensttijden in de binnen
vaart, welke meermalen 80, 100 en meer uren
per week bedragen, ten spoedigste een rege-
ling wordt getroffen. Zij wenschten, dat deze
regeling gelijktijdig met de Rijtijdenwet 1936
en het uit te vaardigen Rijtijdenbesluit in wer-
king zal treden. Verkorting van deze dienst
tijden achtten deze leden dringend gewenscht,
zoowel om sociale overwegingen als uit het
oogpunt van de veiligheid van het verkeer te
water.
Wegen in Zeeland.
Op het Rijkswegenplan staat, aldus werd
opgemerkt, al reeds enkele jaren het aanleg-
gen van een rechtstreekschen weg van N. en
St. Joosland naar Vlissingen. Wanneer deze
weg zou worden aangelegd, zou daarmede het
traject tusschen het overige deel van Neder
land met Vlissingen, Zeeurwsch-Vlaanderen en
de Belgische kust aanmerkelijk worden be-
kort. Tevens zouden hierdoor twee zeer hin-
derlijke spoorwegovergangen gemeden kun
nen worden. Vrijwel alle organisaties op het
gebied van het vervoerwezen dringen op deze
doortrekking aan. Gaarne zou men vememen,
wanneer met de uitvoering van bedoeld werk
zal worden aangevangen.
Aangedrongen werd op bespoediging van
den aanleg en de verbetering van wegen op
Noord- en Zuid-Beveland.
Bruggen en tunnels.
{Men wees er op, dat verschillende Zeeuw-
sche eilanden nog ge'isoleerd liggen en dat het
bezwaar daarvan vooral op Noord-Beveland
sterk gevoeld wordt. Het verkeersmiddel dat
de verbinding tusschen dit eiland en Zuid-
Beveland vormt, het veer KortgeneWol-
faartsdijk, heeft in den loop der jaren geen
verbeteringen van beteekenis ondergaan. De
veerverhinding functioneert langzaam en is
duur. Nu bestaan er sedert 1933 plannen om
over de smalle Zandkreek een brug te bouwen.
De onderhandelingen daarover hadden een
vlot verloop en de provincie zegde medewer-
king toe. In 1936 scheen de zaak haar beslag
te zullen krijgen, toch evemwel bleek, dat de
minister zich met een voorgenomen tolheffing
op de brug niet kon vereenigen. Ofscheen tol
heffing door de hier aan het woord zijnde leden
in het algemeen uit den booze geacht werd,
zoo meenden zij, dat in dit bijzondere geval
voor de redeneering der edlandbewoners veel
te zeggen is, die het thans op te brengen veer-
geld in het vervolg gaarne als tolgeld voor
een brug zullen offeren. Het bouwen van een
brug zonder tolheffing is zonder hulp van het
Rijk niet mogelijk. Gaarne zou men over den
stand der onderhandelingen worden inge-
licht, welke in het begin van dit jaar nog tot
een hespreking tusschen den minister en de
Ged. Staten aanleiding hadden gegeven.
Axelsche brug.
Opgemerkt werd dat Axelsche brug
over het kanaal van Temeuzen, aan
het begin van den provinciaien weg
Temeuzen-Axel, reeds lang niet meer
voldoet aan redelijke eischen. Reeds
meermalen is door het gemeente-
hestuur van Temeuzen en de Ged.
Staten van Zeeland bij den minister
aangedrongen op den bouw van een
nieuw brug. In 1937 kwam het bericht
dat deze brug van Rijkswege zou
worden vernieuw, zoo de provincie en
de gemeente in het op 40.000 ge-
raamde kostenverschil tusschen ver-
nieuiwing met behoud van de tegen-
woordige afmetingen (breedte 3% m)
en vernieuwing met een rijdek van 6
m breedte, bereid waren elk 10.000
bij te dragon. Tegen het afwentelen
van een deel der kosten is in de Pro-
vinciale Staten en den raad verzet
gerezen. Men achtte dit verzet ge-
grond. De brug ligt immers over een
Rijkskanaal en is veel te smal voor
het moderne verkeer.
Wordt deze methode van het afwentelen van
kosten, zoo werd gevraagd, door dit Departe-
1 ment meer gevolgd? Men zou dit ten eenen-
male onjuist vinden, vooral omdat de gelde-
lijke moeilijkheden der gemeenten dikwijls toch
I al zeer emstig zijn.
Gevraagd werd, of de Minister niet kan be
vorderen, dat de brugtol op de brug te Tholen
een zware belasting van de bewoners van
Tholen kan worden opgeheven.
lEen koker "AKKERTJES"
jvan 12 siuivers bevat
lhans 13 "AKKERTJES".
Als U een origineele glazen buis
koopt, heeft U twee voordeelen s
U heeft er een extra. En
U heeft ze dan altijd in huis
bij nacht en ontij, bij plolseling
opkomende Hoofdpijnen, Kies-
pijn, Migraine, Rheumatische
pijnen, Kou, Griep en Kooris.
Bij Apothekers en Drogisten.
Doos van 2 stuks - 2 stuivers.
13 Koker met glazen buis van 13
(Ingez. Med.)
Opgemerkt werd, dat verscheidene
bruggen het landschap ontsieren.
Naar men meende te weten wordt
omtrent de bruggen over de groote
rivieren overleg gepleegd met den
Bouwraad, doch niet omtrent de klei-
nere Ibruggen. Men zou het daarom
gewenscht achten, indien vereenigdn-
gen, die het behoud van het landelijk
en stedelijk schoon behartigen, in dit
overleg betrokken werden, zoowel wat
de groote als de kieinere bruggen
betreft.
DE FRANSCHE POIITICIS FLANDIN
GEMOLESTEERD.
De Fransche oud-ministerpresident Flandin
is Maandag, terwijl hij een krans wilde legigen
op de Place de l'Etoile te Parijs bij het graf
van den Onbekenden Soldaat, door een stu
dent aangevallen, die hem een klap gaf.
De correspondent der N. R. Crt. te Parijs
telefoneerde hierover:
Het is duildelijk, dat Flandin en zijn vrien-
den het incident op de Place de l'Etoile ge-
heim hadden willen houden. Volgens de eer
ste berichten werd de groep van zijn partij,
die bloemen op het graf van den Onbekenden
Soldaat ging leggen. door zes onbekenden
aangevallen, zonder dat de ex-premier getrof
fen werd, want zijn medestanders dekten hem
met hun lichaam. Het geval bleek zich ech
ter een beetje anders toegedragen te hebben.
De advocaat Renouvin, die al in 1934 hij
het gevecht op de Place de la Concorde een
rol gespeeld' heeft in anti-linkschen zin, had
zich op het oogenblik, voor die hulde bestemd,
in de nabijhedd van den Arc de Triomphe op-
gesteld. Flandin ging aan het hoofd van den
kleinen stoet achter het vaandel. Zij deden
dus niet® om zich te verbergen, wat den udt-
zonderlijk langen Flandin trouwens moeilijk
zou vallen. Op het plein snelde iemand op
hen toe, alsof zij zich bij hen wilde aansluiten,
maar bij Flandin gekomen probeerde hij dezen
te slaan. De anderen verdedigden hun voor
zitter, maar deze moet klappen opgeloopen
hebben. Er ontstond veel opschudding, toen
drie voorbijgangers den aanvaller steunden.
Hij en zijn helpers werden gearresteerd, maar
zijn weer op vrije voeten gesteld en Renou
vin heeft Flandin uitigedaagd hem gerechte-
lijk te vervolgen.
Flandin zelf zegt alleen aan een schouder
geraakt te zijn. De aanvaller beweert hem
op dat oogenblik verboden te hebben, wegens
het bekende telegram aan Hitler, het graf
van den Onbekenden Soldaat te schenden. Hij
handelde, zegt hij, alleen als patriot, behoort
op het oogenblik tot geen partij en meent
hiermee een exempel gesteld te hebben.
Terugkeer naar Engeland?
De hertog en hertogin van Windsor hebben
zich, schrijft men uit Londen aan de H Crt.,
met hun familie verzoend. In Parijs hebben
zij den hertcg en hertogin van Gloucester
ontvangen, en het verluidt, dat de hertog van
Windsor met zijn broer de mogelijkheid heeft
besproken binnenkort een bezoek aan Enge
land te brengen. Men meent zelfs, dat hij
zich hier te lande blijvend zou willen vestigen.
Reeds een paar weken heeft men gissingen
hierover gehoord; men zeide, dat hij een kas-
teel in Ierland zou betrekken; dit bericht ziet
er echter niet geloofwaardig uit. Komt hij
terug, dan zal hij wel weer in Fort Belvedere
intrek nemen. Dit was zijn woning, toen hij
nog Prins van Wales en koning was.
Qfficieel staat er niets vast. Ex-koning
Edward is nog steeds zeer populair en wij
twijfelen er aan, of men in regeeringskringen
niet liever zag, dat hij nog een tijd wegbleef.
Het kan echter geen bezwaar zijn, dat hij zijn
familie bezoekt, wat meer voor de hand ligt.
De bladen melden, dat deze verzoening tot
stand is gekomen op initiatief van de konin-
gin-moeder, Queen Mary. Vermoedelijk heeft