Ter Meuzensche Courant LICHTZINNIGE JEUGD Binnenland Feuilleton Buitenland Woensdag 10 Aug. 1S38 No. 9796 TWEEDE BLAD ONDEUGDELIJKE AOHTERLICHTEN. VAN MINISTER OOLIJN ONGESTELD. Minister Colijn is sedert een paar dagen thuis wegens een lichte ongesteldheid. Hij zal vermoedelijk Donderdag of Vrijdag zijn werk- zaamheden op het departement kunnen her- vatten. Naar gem eld wordt is de toestand van Minister Oolijn in geen enkel opzicht veront- rustend. De Minister zal echter eenige dagen niet op zijn departement komen. MINISTER PATIJN EN DE OXFORD-BEWEGING. Een verklaring van de Internationale Oxfordgroepen. Minister Patijn heeft ter gelegenheid van zijn deelneming aan de conferentie van de Gs'o-staten een verklaring afgelegd voor de internationale Oxford-groepen. Wat de wereld noodig heeft, aldUs zeide minister Patijn is, dat de verschillende naties elkaar beter begrijpen. De kleine naties heb- ben het groote voordeel, dat zij er niet van verdacht kunnen worden, gebieden van andere naties te begeeren of te streven naar machts- uitbreiding of expansie. Zij zijn in een betere positie dan de groote naties om de moreele beginselen toe te pas- sen, waarop het internationale vertrouwen berust. De Oslo-staten in het bijzonder heb- ben slechts ddn wensch vrede. Doch het is niet voldoende vredelievend te zijn. Wij moeten vredestichters zijn. Wij moeten 66n zijn, niet in een gemeenschappelijke vrees, doch in een gemeenschappelijke roeping als verzoeners der naties. Wij hebben door God geleide staatslieden noodig menschen van karakter en moreelen moed die vrij zijn van zelfzuchtige neigingen en vrees voor het volk. Moreele moed is wat de wereld heden ten dage noodig heeft in haar staatslieden en haar burgers. Wanneer ge er- van orvertuigd zijt dat God u gezegd heeft, iets te doen, dan kunt ge het doorzetten en den moed hebben, dienovereenkomstig te han- delen. Wanneer ik een belangrijke beslissing heb te nemen, zoo ging Minister Patijn verder, heb ik van de Oxford-groep geleerd, in een rustig oogenblik van luisteren naar God erover na te denken. Iederen morgen na ons rustig oogenblik bespreken mijn vrouw en ik de lei- ding die God ons heeft gegeven, en vaak kan zij mij helpen bij het nemen van de juiste besluiten. Dit geeft mij een gevoel van groo- tere objectiviteit en na een rustig oogenblik heb ik dikwijls een geheel anderen kijk op een zaak dan daarvoor. Ik heb zoo den grootsten steun ondervonden bij de oplossing van per- soonlijke en familiemoeilijkheden en bij mijn arbeid als Minister van Buitenlandsche Zaken. Het voomaamste werk van de Oxford- groep is het uitwisselen van personen. Doch door het uitwisselen van een voldoende aan- tal personen is zij van grooten invloed op de natle als geheel. Dit is de beteekenis van de Noordseh-Baltische bijeenkomst te Visby. De staatslieden, die het programma van de Oxford-groep aanvaarden, kunnen niet beter doen dan deze beginselen van absolute eerlijk- heid, zuiverheid, onzelfzuchtigheid en liefde op zichzelf toe te passen. Deze maatstaven zijn evenzeer geudig voor den staatsman als voor den particulier, bij openbaren arbeid en in het particuliere leven. Boven het tumult van de zelfzuchtigheid van groepen of landen uit moeten wij de waarheid laten hooren, wij moeten onze stem hoog verheffen. Temidden van het op eigen belang geriehte reclame-maken van onzen tijd, wijst de Oxford-groep onzelfzuchtig den weg naar een betere wereld voor geheele naties. Daarom wensch ik, zoo eindigde Z.Ex., dat deze boodschap van de Oxford-groep zoo wijd mogelijk verbreid wordt en de gTootst mogelijke uitwerking heeft. LANDVOOGD WE1GERT AI DIfiNTIE AAN N.S.B.-ERS. Naar uit Batavia aan de Telegraaf werd gemeld, heeft de gouverneur-generaal gewei- door ARTHUR APPLJN. 42) Vervolg. Soms had ze spijt over haar daad. Ze vond zichzelf laf. Want berouw hebben, beteeken- de zooveel als haar eigen geluk en toekomst stellen boven het levensgeluk van haar broer. Dodh goed en wel beschouwd, was het toch haar plioht Rupert te helpen, vooral nu zij in geweten overtuigd was van zijn onschuld. Zij vond het verschrikkelijk, dat een onschuldige moest boeten voor het misdrijf van een ander, niettegenstaande hij toch in staat was, zich zelf vrij te pleiten. In haar oogen werd Ru pert's stilzwijgen dan ook tot een nobele daad. Haar geheele gemoed kwam in opstand bij de gedachte aan den tijd, dien Rupert nog in de granieten gevangenis van Princetown had moeten doorbrengen. Voor de eerste maal in haar leven voelde ze, wat het zijn moest: on- schuldig opgesloten te zitten, gevangen... ver- oordeeld. Ze kreeg het gevoel, dat die mannen, in hun gevangenispakken, die ze zoo dikwijls had zien werken in de heidelanden, vaak slechter worden behandeld dan lastdieren; dag en nacht in de weer; geen oogenblik eenige vrij- heid; steeds gedwongen het diepste stilzwij gen te bewaren, gedwongen tot de meest slaafsche gehoorzaamheid; en juist voldoende eten en slaap, om in leven te blijven. Geen gevaar kon dan ook groot genoeg zijn, om haar broer uit die hel, waarin men levend was opgesloten, te redden. Een tweede kans zou zich wellicht nimmer meer voordoen. Nam men hem weer gevangen en zou hij zijn tijd ,,uitzitten'\ dan kwam hij terug, niet als 'n mensch, doch als een misdadiger iemand zonder eenig geestelijk evenwicht, zonder ge voel, zonder hooge idealen, een menschelijke gedaante zonder de rninste menschelijke ge- voelens. Na verloop van drie weken kreeg ze bericht van Jim, dat hij haar, v66r z'n groote vlucht, nog even wenschte te spreken; daarna zou hij zich bij zijn korps te Netheravon vervoegen. Rupert's ontvluchting was op Blackthorn- Farm nimmer het voorwerp van eenig gesprek geweest. Dale had verboden den naam van gerd, de op het oogenblik in Indie vertoeven- de N.S.B.-ers, den heer Van Geelkerken en graaf de Marchant et d'Ansembourgh in audientie te ontvangen. De grond van deze weigering zou zijn gelegen in de manier waar op de N.S.B. in Nederland de regeering pleegt te bestrijden. De vorige gourverneur-generaal jhr. mr. B. C. de Jonge heeft in 1935 ir. Mussert wel ont vangen. Minister Oolijn heeft toen desgevraagd in de Tweede Kamer een verklaring afgelegd, welke inhield, dat jhr. De Jonge het nuttig kon hebben geoordeeld den leider van de N.S.B. te ontvangen om hem een en ander mee te deelen. Dit is ook geschied. De gouverneur- generaal heeft ir. Mussert n.l. gezegd, dat de N.iS.B. ongemoeid zou worden gelaten, zoo- lang zij niet zou ingaan tegen de openbare orde in Indie. UITVAART PASTOOR L. H. PERQUIN. Groote belangstelling uit alle deelen des lands. Uit Ahisterdam meldt men: Groot was de belangstelling uit alle deelen des lands Maandagmorgen in de St. Domini- cuskerk aan de Spuistraat alhier bij de plech- tige uitvaart-mis voor wijlen pastoor L. H. Perquin, in leven voorzitter van den Katho- lieken Radio Omroep te Amsterdam. De mis werd opgedragen door pater B. Schaap O.P., proVinciaal van de Dominicanen, met assis- tentie van pater lector J. Dito O.P. en pas toor H. Smits. Van de geestelijke autoriteiten, die aanwe- zig waren noemen wij mgr. P. Giobbe, pause- lijk internuntius, mgr. J. P. Huibers, bisschop van Haarlem, mgr. W. Bouter, bisschop van Nullore (Br. Indie), mgr. dr. Olav Smit, kan- nunik van de St. Pieter te Rome, dr. G. C. v. Noort, deken van Amsterdam, pater J. Buse O.S.C., secretaris van de Vereenigde Missiona- r is sen, kol. mgr. J. J. J. Noordman, hoofdaal- moezenier van leger en vloot, en pastoor C. J. Willenborg. Van de wereldlijke autoriteiten vermelden wij met aanteekening daarbij allereerst, dat de minister van sociale zaken, mr. P. P. M. Romme verhinderd was mr. B. de Gaay Fortman, vertegenwoordiger van den Radio- raad, mr. J. F. van Royen, vertegenwoordiger van den directeur-generaal der P.T.T., ir. A. Dubois, directeur van de Nozema, ir. H. J. Boetje, hoofddirecteur der telefonie en tele- grafie en vertegenwoordigers van alle om- roepvereenigingen, als mr. A. v. d. Deurne, voorzitter van de N.C.R.V., G. de Clercq, voorzitter van de A.V.R.O., het bestuur van de V.AjR.A. en dat van den V.P.R.O., aismede twee vertegenwoordigers der Belgische om- roepvereenigingen, dr. M. Hankard, secretaris van de Radio Catholique Beige en G. Lamens, secretaris van den Katholieken Vlaamschen Radio Omroep. Prof. B. H. Molkenboer O.P. hield de lijk- rede. Maandagnamiddag is het stoffelijk over- schot naar Nijmegen overgebracht. Toch voorzien van rijkskeur. De practijk toont aan, dat de veiligheid van het verkeer door het fietsachterlicht lang niet in die mate verhoogd is als men had mogen verwachten. Iederen avond ziet men een groot ajantal fdetsen, waanvan het achterlicht niet brandt, deels wel tengevolge van onachtzaam- heid, doch voor een groot deel ook als gevolg van ondoelmatige constructie van de toch van een rijkskeur voorziene lichten. Daar sedert de wettelijke invoering van het achterlicht de automobilisten minder verdacht zijn op fietsen, die, dit licht niet voeren, ter- wjjl de laatste temidden van andere fietsers, welke wel een brandend achterlicht voeren, bijzonder slecht waameembaar zijn, zijn door dezen toestand nieuwe en emstige bezwaren ontstaan. Deze gevaren zullen in de komende maanden, waarin de duistemis steeds vroeger gaat vallen, in belangrijke mate toenemen. De A.N.W.B. is van oordeel, dat aan dezen toestand alleen binnen afzienbaren tijd een einde kan komen, wanneer het ondeugdelijke achterlicht zoo spoedig mogelijk uit den han- del verdwijnt. 'Reeds kort na de wettelijke invoering van het achterlicht verzocht de A.N.W.B. aan den Minister, de keuringsbepalingen zoo te willen aanvullen, dat lostrillen van de lampjes bij de van een rijkskeur voorziene achterlichten niet meer kan voorkomen. Thans heeft de A.N.W.B., wijzende op het toenemende verkeersgevaar, nogmaals de aandacht van den Minister op deze materie gevestigd en verzocht maatregelen te willen den veroordeel&e nog ooit te noemen, zoodat Marjorie zich wel eens had afgevraagd of haar vader nu alle gevoel voor z'n jongen ver- loren had. Ze kon dan ook de gedachte niet van zich afzetten, dat, zou de oude Dale de schuilplaats van Rupert kennen, hij niet zou nalaten, de overheid hiermee dadelijk in ken- nis te stellen. Ik veronderstel dat, wanneer we elkaar weer ontmoeten, u millionnair zult zijn, zei Jim Chrichton schertsend. Ik heb gezien, dat de volgende week een prospectus wordt uitgegeven in verband met de Blackthorn Development Company. Ik schrijf ook in voor een paar aandeelen. Ik ben er bang voor, dat ze u niet zul len worden toegewezen, antwoordde Despard. De inschrijV'ing wordt zeker drie- of vier- maal volteekend. Gaat u morgen naar Nethe ravon terug? Jim knikte. Alleen? Er heerschte een oogenblik volkomen stilte. Marjorie hield haar hart vast. Het leek wel, of er een uitdaging in Despard's oogen lag. Ja, alleen, antwoordde Jim lachend. Helaas kan noch mag ik Marjorie meenemen tenminste, nu nog niet. Misschien, dat we over enkele maanden, maar dan als man en vrouw, samen een vliegtocht maken. Despard haalde zijn schouders op en ver- liet de kamer. Misschien, mompelde hij binnensmonds Jim schudde John Dale hartelijke de hand. Deze hield Jim's hand 'n beetje langer vast dan gewoonlijk. Ik vind het werkelijk nobel van u, dat u uw belofte, aan Marjorie gedaan, houdt. Als u er bij blijft, om haar tot uw vrouw te ne men, dan zult u uw vader veel verdriet doen, mr. Crichton. Ik hoop van niet. Ik vertrouw, dat hij tot andere gevoelens zal komen. Bovendien, als ik voor de keuze wordt gesteld: m'n vader of Marjorie, dan kies ik haar. Dale zuchtte slechts en schudde het hoofd. O, die jeugd, die jeugd! Misschien is het ook wel goed, dat de ouderen moeten lijden. M'n jongen heeft m'n hart gebroken, juist hierdoor kan ik me zoo indenken in de ge voelens van anderen. Is u er dan zoo zeker van, dat Rupert werkelijk schuldig is? vroeg Jim. Natuurlijk ben ik dat. Bovendien, heeft hij dan niet zelf bekend, dat hij het had ge daan? Jim keek naar den anderen kant. bevorderen, welke het verder fabriceeren en in den handel brengen van ondeugdelijke ach terlichten zullen verhinderen. Vercter raadt de A.N.W.B. den fietsers aan een achterlicht, dat bij normaal onderhoud telkenmale defect is, in het belang van eigen en anderer veiligheid zoo spoedig mogelijk tegen een deugdelijk te verwisselen. KRUIDENIERSEXAMEN. Onder de auspicien van den Nederlandscben Kruideniersbond, de Vereeniging van Groot- wimkelbedrijven in Levensmiddelen, den Fede- ratieven Bond van Winkeliers in Koloniale Waren en den R.K. Bond van Kruideniers- Vereenigingen wordt in de maanden Septem ber en October in een vijftiental plaatsen een kruideniersexamen georganiseerd, waar de betrokkenen in de gelegenheid worden gesteld de diploma's vakbekwaamheid en handels- kennis te verwenven, die zij noodig zullen hebben in verband met de eischen van de Vestigingswet Kleinbedrijf. iDe organisatie dezer examens berust bij het Bureau Kruideniersexamen 1939, hetwelk tot stand gekomen is door de samenwerking van de hierboven genoemde vereenigingen. De examens zijn verdeeld in een schriftelijk en in een mondeling gedeelte. Het schriftelijk examen vakbekwaamheid en handelskennis zal plaats vinden op 21 Sep tember 1938. Het mondeling examen voor de beide vakken zal op nader te bepalen datum worden gehouiden, vermoedelijk in de tweede helft van October 1938. DE STEMMING TE MOSKOU ERNSTIGER GEWORDEN. Een geregelde stellingenoorlog. De speciale correspondent van Reuter aan de grens tusschen de Sowjet Unie en Mant- sjoekwo meldt, dat de strijd tusschen de Japansche en de Russische troepen op de heuvels langs deze grens Maandag verre den omvang van een grensincident te buiten is ge- gaan. Er wordt een geregelde stellingoorlog gevoerd langs een front, dat vier mijlen lang is. De inzet van den strijd wordt gevormd door de beide strategische heuvels Tsjangkoe- feng en Sjatsauping. Men gelooft echter, aldus meldt de corres pondent verder, dat de Russen thans een ge heele divisie, bestaande uit ongeveer 12.000 man, met 200 tanks en op zijn minst 200 vliegtuigen, hebben geconcentreerd in de on- middellijke nabijheid. Slechts enkele honder- den meters terrein liggen tusschen de tegen- over elkander staande strijdkrachten en deze strook li'gt nu bezaaid met lijken, geweren, mitrailleurs en een paar verlaten tanks. Van tijd tot tijd ziet men, hoe een gewond soldaat zich naar de linies van zijn troepen sleept. Nadat Maandag den geheelen dag gevechten van man tegen man zijn geleverd, zeggen de Japanners nog steeds in het bezit te zijn van den Tsjankoefengheuvel. Het vechten van Maandag had een emstiger karakter dan op eenigen voorafgaanden dag sinds het uitbre- ken van de vijandelijkheden het geval was. Maandagavond versterkten de Japanners de beczetting van de loopgraven in de verwach- ting van de Russische bestorming. Maandag- middag hebben de Sowjet-Russische vliegtui gen den Japanschen linkervleugel zwaar ge- bombardeerd. Voorts hebben Russische vlieg tuigen verkenningsvluchten boven de Japan sche linies uitgevoerd en de wegen naar het binnenland gebombardeerd en met mitralleurs beschoten en wel binnen de Koreaansche grens. Ook op den spoorweg hebben zij ge- attaqueerd. Een emstige stemming te (Moskou. In een hoofdartikel, dat door Tass verspreid wordt, wijst de Prawda er op, dat de Sowjet Unie sechts een doel nastreeft: handhaving van den vrede en herstel ,van de rust aan de grens. „De U.R.S.iS., zoo wordt verder ge zegd, stemt echter niet toe en zal niet toe- stemmen in een herziening van de grens. Het kan niet bestreden worden, dat de volks- massa's in Japan, evenals de leidende elemen- ten, die een gezonde waardeering hebben van den internationalen toestand en van den binnenlandschen toestand van hun land, niet geinteresseerd zijn bij een oorlog met de U.R.S.S. Men moet denken, dat de Japansche militaristen dit zeer goed weten, maar, naar het sehijnt, gaan avonturiers, die Japan tot iederen prijs wilen meesleepen in een oorlog tegen Rusland, steeds verder met him provo- ceerende acties". Misschien wordt op 'n goeden dag z'n on schuld nog wel eens bewezen, mr. Dale. Ik wil geen ijdele hoop bij u wakker schudden, doch ik begin in deze kwestie meer en meer Marjorie's meening te deelen: dat hij onschul- dig veroordeeld is geworden. Denk er aan, zoolang er leven is, is er hoop! Hij nam Marjorie bij de hand. Wandel je met me mee tot Post-Bridge? We zullen dan van elkander afscheid nemen op dezelfde plaats, waar we elkaar onze liefde hebben bekend. Toen ze echter alleen waren, liep het ge sprek over heel andere dingen dan over liefde. Ze liepen naast elkaar. Nu en dan lachte Mar jorie. Jim had de plannen in verband met Ru pert's ontsnapping tot in bijzonderheden uit- gewerkt. Hij legde een en ander aan Marjorie uit. Haar hulp zou zeer noodig zijn; volgens zijn zeggen, zou haar taak misschien nog wel behooren tot het moeilijkste gedeelte van het programma. Maandagavond zou ze een telegram ontvan gen, haar meldende, dat Jim zou vliegen van Netheravon naar Plymouth. Na ontvangst van dit bericht moest ze zich onmiddellijk naar Post-Bridge-Hall begeven, voor oningewijden in verband met een verzoek, dat het telegram zou bevatten, ten einde dit aan Jim's vader te laten lezen. Sir Reginald zou ze echter niet thuis treffen, want het was Jim bekend, dat z'n vader voor zaken op reis was naar More- tonbampstead. Ze zou echter op hem wachten Jim overhandigde haar de sleutels van zijn werkkamer en daaronder liggenden kelder. Rupert had duplikaten van de sleutels. Het telegram zou eenige code-woorden bevatten, waarvan Jim haar de verklaring gaf. Op de een of andere wijze moest ze de daarin ver- vatte boodschap aan Rupert overbrengen, en wel het juiste uur, dat hij zijn schuilplaats moest verlaten om in Dartmoor op een van te voren bepaalde plek aanwezig te zijn. Als de ondememing niet slaagt, dan is zulks aan een ongelukkig toeval te wijten, ver- volgde Jim. Menschelijkerwijze gesproken moeten we slagen... Niemand zal in den knappen jongen kerel met militair voorko men, den onlangs ontsnapten gevangene num- mer 381 herkennen. Als hij veilig de haven uitgaat, zend ik je een telegram, luidende: Vliegtocht .geslaagd, meer niet. Een man ech ter vrees ik en wee dengene, die mijn plaats bij jou zou willen innemen. Onlangs zag ik hem een paar malen op denzelfden avond in de buurt van het kasteel zwerven. Hij kan natuurlijk geen vermoeden hebben van onze Tot dusverre hadden de Russische bladen ongeveer vermeden commentaar te leveren. Zij stelden er zich mede tevreden de offi- cieele berichten over het incident te Tsjang- koefeng te publiceeren, zonder ze van com mentaar te voorzien. Deze reserve is door de Prawda, welk blad openlijk spreekt over de mogelijkheid van een oorlog, gebroken. Wat Maandag echter te Moskou den groot sten indruk heeft gemaakt op het publiek was, dat de berichten van het telegraaf- agentschap Tass vervangen werden door een communique van den generalen staf van het eerste leger in het Verre Oosten. De bevol- king blijft rustig, aldus Havas, maar ziet zonder vrees de gedachte van een oorlog om Rusland te verlossen van de Japansche provo cates onder oogen. In deze zaak bestaat algeheele overeenStemming tusschen het volk en de regeering. Adressen en resoluties van trouw aan regime en socialistisch vaderland blijven de dagbladen vullen. Jonge lieden verzoeken naar het front te worden gezonden. De toestand blijft dtis emstig, temeer, daar het incident van Grodekowo het terrein van het conflict uitbreidt. Japansche berichten over den strijd. De activiteit van de Sowjet-luchtmacht be- perkte zich Maandagochtend, volgens de Japansche berichten tot demonstratievluch- ten, doch even na drie uur in den middag zijn weder twintig Sowjet-vliegtuigen over de Koreaansche grens gevlogen om vervolgens Keiko, op den Zuidelijken oever van de Toemen-rivier, te bombardeeren. Er werd evenwel geen schade van beteekenis aange- richt. De Sowjet-troepen hebben Zich, eveneens volgens Japansche berichten, teruggetrokken tot op 400 meter van de tegenover den heuvel van Tsjangkoefeng gelegen stellingen, en be- vinden zich thans tegenover de Japansche troepen op den toip van den heuvel. Maandagochtend hebben de Sowjet-troepen ter sterkte van ongeveer een bataljon, onder dekking van de artillerie verscheidene malen de Japansche stellingen op den heuvel van Tsjangkoefeng bestormd, doch telkens wer den zij door de Japanners teruggedreven. Slechts tweehonderd meters scheidde gister- ochtend de Japansche en Sowjet-troepen op den Tsjangkoefeng-heuvel, doch omstreeks een uur in den middag trokken de Sowjet-troepen zich 400 meter terug. Het Japansche ministerie van oorlog heeft een communique betreffende de Japansche verliezen sedert het uitbreken van het con flict van Tsjangkoefeng gepubliceerd. Tot zes Augustus bedroegen volgens deze mede- deeling de Japansche verliezen 70 dooden en 180 gewonden. Van zes tot acht Augustus bedroeg het aantal dooden en gewonden in het geheel 200, zoodat in totaal 450 man voor den strijd verloren werden. Volgens hetzelfde communique bedroegen de Russische verliezen 1500 man. Voorts vemielden de Japansche troepen 100 tanks en kleinere vechtwagens, terwijl zes Russi sche vliegtuigen omlaaggehaald werden. Twee dezer toestellen werden in Korea omlaag- geschoten. BEZOEK VAN MINISTER MACDONALD AAN PALESTINA. De Britsche minister van kolonien Malcolm MacDonald is Zaterdag incognito per vlieg- tuig te Jeruzalem aangekomen. Hij had daar na een conferentie met den Britschen Hoogen Commissaris, Mac Michael, evenals met den bevelhebber der troepen en den inspecteur der politie. In politieke kringen te Londen gelooft men niet, dat het bezoek van MacDonald een bij- zonderen politieken achtergrond heeft of dat deze besprekingen het gevolg van een plotse- linge crisis zijn. Mien wijst er op, dat de mi nister van de parlementaire vacantie wilde profiteeren om persoonlijk in contact te tre- den met den Hoogen Commissaris, die onder de tegenwoordige omstandigheden, evenmin als zijn onmiddellijke medewerkers, naar En- geland kon terugkeeren. Aan het bezoek was zoo min mogelijk ruchtbaarheid gegeven ten- einde de taak van de politie tot beveiliging van den minister op Palestijnsch gebied te vergemakkelijken. Tijdens zijn verblijf heeft de minister geen lid der verdeelingscommis- sie-Woodhead ontmoet. Zondagmiddag vertrok MacDonald per vliegtuig naar Malta. Kort daarvoor liet hij de volgende verklaring publiceeren. „Wij en vele anderen streven er naar ons deel te heb ben aan het herstel van den vrede in Palestina op den grondslag van rechtvaardigheid jegens plannen; ik geloof zelfs niet, dat hij vermoedt waar Rupert zich schuil houdt; als hij het wist, dan zou hij niet nalaten te spreken en de autoriteiten te waarschuwen. Z'n stilzwij gen kan echter alleen verkregen worden onder voorwaarde, dat jij Marjorie liet hem echter niet uitspreken. Je behoeft nergens bang voor te zijn, Jim. Ik west wel, dat hij het een of ander vermoedt. Doch Maandagavond, nadat ik van het kasteel terugkom, zal ik Despard wel zoo lang op Blackthorn-Farm weten te houden, tot ik weet, dat Rupert veilig op weg is. Ik houd hem wel aan de praat; laat dat maar aan mij over. Ze hadden nu de brug bereikt en bleven eenige oogenblikken staan, terwijl hun blik- ken rustten op het schuimende water der on der hen stroomiende rivier. Jim nam haar hand in de zijne. Tot ziens, zei hij rustig. Hij sprak nu op eenigszins gedempten toon. Wanneer we elkander een volgende maal ontmoeten, hoop ik de schriftelijke toestemming voor ons hu- welijk in mijn bezit te hebben. Tot ziens, m'n lieveling, zei Marjorie zacht. Denk er aan, wat er ook moge gebeuren, ik ben altijd van jou en voor jou; waar je ook heengaat, ik ga met je mee. Hij kuste haar hand, lachte haar hartelijk toe en verdween. Zij keek hem na tot hij uit het gezieht was verdwenen. Hij waagde zijn leven, zijn naam, zijn eer... om harentwille. iEen ongekende angst vervulde haar plotse- ling... Als hij nu eens niet slaagde?... HOOFDSTUK XXII. Jttn's vertrek. Het groote vliegveld lag statig in het heer- lijke zonlicht. De enorme vlakte werd slechts doorsneden door het Avon-riviertje, dat als een zilveren streep het groene laken door- kruiste; ten Noorden werd het veld begrensd door de Downs-heuvelen, die er in de verte uitzagen als groote molshoopen. Niettegenstaande het vroege uur, heerschte er toch een buitengewone drukte op Nethera von. De groote hangars, wier daken als groote zilveren spiegels in het licht der morgenzon schitterden, waren reeds geopend, groepen van mannen, monteurs en andere, waren al druk in de weer met het nazien der machines. Ben groepje officieren, behoorende tot het Koninklijk Vliegerskorps, stond bij een een- beide volken, die daar hun tehuis hebben en in de toekomst zal dit ons voortdurend stre- ven zijn." SLUIKHANDEL IN HET SLOOPEND GIF. De jongste ontdekkingen van de politie wij herinneren aan de wijdvertakte smokke- laarsorganisatie, welker hoofd Lyon onlangs door de Parijsche Silrete geknipt werd, geven ons wel een droevig en duidelijk beeld van den drukken sluikhandel, die nog altijd in narcotica bedreven wordt. Thans wordt weder uit Johannesburg ge meld, dat een Europeesche organisatie aldaar een distributiemaatschappij voor heel Zuid- Afrika onder den dekmantel van een gewoon handelskantoor geopend heeft. De centrale figuur, de spin in het net als het ware, is een welgesteld heer uit Johannesburg. De maatschappij doet in dagga, dat ook in Amerika als ,,joyweed" gretig aftrek vindt en dat den verslaafde een gevoel van boven- menischelijke macht en kracht verleent. Deze distributie-organisatie heeft een stijging van het gebruik in de Unie ten gevolge gehad en men heeft geconstateerd, dat de slechte ge- woonte om zich aan dit gif over te geven niet alleen bij kaffers maar ook bij Euro- peanen ingang heeft gevonden. Zelfs school- kinderen maken er gebruik van, door het gemengd met tabak in sigaretten te rooken. Tot op heden wist de politie slechts inboor- lingen te vatten, die als tusschenpersonen bij den verkoop dienst deden. De hoofddaders de organisatoren van het bedrijf, wisten echter langen tijd buiten schot te blijven. Zij koopen het goed in Noord-Transvaal, om het dan weer van de hand te doen met een prijsver- schil, dat hun winsten van tweehonderd pond per week opbracht. Het is aan deze organisatie, die depots en agenten over heel de Unie heeft, in het bij zonder te Pretoria en Durban, te wijten, dat het gebruik van dagga in de laatste vier jaar z66 is toegenomen, dat het thans een bedrei- ging van beteekenis vormt bij de tallooze narcotica, die al sinds jaren her onze bescha- ving bedreigen. SUDETENDUITSCHE AFGEVAARDIGDE AAN GERAND. De Sudetenduitsche afgevaardigde Dr. Eichholz uit Teplitz-Schoenau, is, naar het Duitlsche Nieuwslbureau meldt, Vrijdagodh- tend vroeg met een begeleider door een Tsjech aangerand, zonder iets hiertoe eenige aanlei- ding te hebben gegeven. Na beeedigde uitlatingen van den Tsjech werd Eihholz plotseling door den Tsjech met vuistslagen in het gelaat bewerkt. Nadat Eichholz bij het commissariaat van politie in het station de feiten had laten vaststellen, kwam het, aldus het D. N. B., in de hal van het stationsgebouw opnieuw tot vechtpartijen waaraan een groot aantal Tsjechen deelnam. De afgevaardigde Eichholz bevindt zich op het oogenblik onder doktersbehandeling. WET OP DE TESTAMENTEN IN DUITSCHLAND. De rijksregeering heeft een wet uitgevaar- digd waartbij het opstellen van testamenten en erfcontracten wordt vergemakkelijkt. Tevens wordt er zorg voor gedragen, dat deze vergemakkelijking niet door een kwaadwilli- gen erflater wordt misbruikt. Volgens de wet is een testamentaire bepaling nietig, wan neer zij in grove tegenspraak is met een gezond volksgevoel en inbreuk maakt op de overwegingen, die een van zijn verantwoorde- lij'kheid bewuste erflater in acht moet nemen jegens familie en volksgemeenschap. Hier- onder zijn bijv. de volgende gevallen. Toewij- zing van een erfenis, op een wijze, waardoor de familie benadeeld wordt, aan een persoon waarmede de erflater in onzedelijke betrekkin- gen heeft gestaan, zakelijk niet gerechtvaar- digde toewijzing van familieherinneringen, familiesieraden e.d. aan vreemden, toewijzing van stukken van waarde aan een staats- vijandige organisatie, aanstelling van een Jood tot erfgenaam van een erflater van Duitschen bloede met passeeren van naaste Arisahe ver- wanten. Nietig is voorts een testament, voor zoover een ander den erflater door gebruik- liaking van zijn doodsnood daarop invloed heeft uitgeoefend. In de motiveering van de wet wordt in verband met dit laatste gezegd: het is voor- gekomen, dat god'sdienstbedienaars met mis- kenning van hun ware plichten invloed hebben uitgeoefend op een erflater aan het sterfbed, met gebruikmaking van den angst van den stervende, om een legaat ten gunste van hun dekker, die zoojoiist naar buiten was gerold, terwijl eenige monteurs de machine grondig nakeken. Een paar dezer toeschouwers waren onge- twijfeld leden van de pers, te oordeelen naar hun burgerkleeding en de notitieboekjes, waarin ze ijverig schreven. Plotseling ge- beurde er iets bijzonders. Een zestal ruiters was zoo juist het vliegveld komen oprijden en naderde, na te zijn afgestegen, het kleine troepje, dat bij den eendekker stond. Er kwam beweging in de kleine vergade- ring; de officieren en manschappen salueerden .model" voor den generaal een klein pit- tig kereltje met grijs haar. IHij was blijkbaar iemand, die al heel wat voor z'n land had gedaan, getuige de lintjes, die zijn uniform versierden. Goeden morgen, heeren. Waar is luite- nant Crichton? Jim trad naar voren en groette. Hij had zijn valhelm reeds op. 't Is goed weer, Crichton. Jawel, generaal, 'n pracht weertje. Ik zou het nauwelijks beter kunnen wenschen. De generaal stelde enkele vragen van tech- nischen aard, meer speciaal in verband met den door Jim gebouwden eendekker. U neemt geloof ik 'n passagier mee? Niet? Jawel, generaal. De generaal keerde zich om en Jim groette. Intussehen waren nog enkele nieuwsgierigen komen opdagen; het geval scheen dus ook tot de buitenwereld te zijn doorgedrongen. De machine was klaar. Jim klom in z'n Jtuurstoel en liet den motor eerst proef- raaien. Even daarna klonk het commando ,,los"'; de groote vogel rolde een eind over het terrein, steeg licht als een veer en statig om- hoog en was na eenige oogenblikken een heel eind verder. Plotseling daalde de machine. Verdraaid! Hij daalt!... Zeker iets niet in orde... Kijk! hij is aan den grond... Wat 'n stofwolk!... Vooruit, m'n auto, Johnson, ga 's kijken wat er daar aan de hand is! aldus klonk 't commando van den korpscommandant en een oogenblik later was de auto reeds verdwenen in de richting van den gedaalden eendekker, ten einde, zoo noodig, hulp te kunnen verlee- nen. Kijk! Weer zoo'n stofwolk!... Wel drom- mels, daar gaat-ie weer de lucht in! Schitte- rend!... Dat is de eerste maal, dat ik een machine zoo zie manoeuvreeren! Die eendek ker lijkt gemakkelijk te hanteeren... Kijk! hij komt terug!... (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1938 | | pagina 5