Ivorol-tandpasta (oranje-verpakking met blauwe band)
Buitenland
TERNEUZEN, 22 JULI 1938.
RECHTSZAKEN.
PRO VINCI ALE STATEN VAN
ZEELAND.
dat het Nederlandsche volk in de eerstvol-
gende maanden gedwongen zal zijn het ge-
bruik van vruchten zeer te beperken, omdat
de vooruitzichten voor het zachte Nederland
sche fruit dit jaar buitengewoon onbevredi-
gend moeten worden geacht. De heffingen
leggen tezamen met de invoerrechten op den
invoer van fruit een last van tientallen pro-
centen van de waarde van het product. Hier-
door is de invoer in de laatste jaren binnen
zekere grenzen beperkt gehoudien. Door be-
gunstiging van den invoer zal ten deele een
vergoeding worden geboden voor de nadeelen
welke verbruikers, kooplieden, vervoerders,
arbeiders en de Nederlandsche telers onmid-
dellijk en later zullen ondervinden van de
mislukking van den fruitoogst 1938.
Bereid volgens nieuw recept. El-ke poetsing is een ware mondwassching. Geeft een frissche mond en witte tanden. Tube 60, 40 en 25 ct.
BELGlE'S FINANCIEELE ZORGEN.
De Belgische minister van financien Max-
Leo Gerad, heeft Zaterdag j.l. de pers ont-
vangen om heel wat cijfers en statistieken
mede te deelen, waarvan de slotsom is, dat de
toestand! der Belgische financien veel te wen-
schen overlaat. In weerwil van de onlangs
gestemde belastingverbooging, welke aanlei-
ding gaf tot het ontslag van het kabinet
Janson, bedraagt het tekort voor het loopende
begrootingsjaar nog niet minder dan 901 mil-
lioen francs, zijnde bijna 10 van de gan-
sche staatsbegrooting.
iDe minister stelde de vraag, hoe dit tekort
kan worden gedekt. Er zijn twee mogelijk-
heden: verhooging der belastingen, of inkrim-
ping der uitgaven.
Aan nieuwe belastingen kan niet worden
gedacht, aldus de minister. Dus moet er be-
zuinigd worden.
Hij zeide verder, dat de Belgische admini-
stratie sedert den oorlog op een te grooten
voet heeft geleefd. Het parlement heeft altijd
maar voor meer uitgaven gestemd, zonder
zich af te vragen of er geld was en waar het
vandaan moest komen.
Het uur is gestagen dat ieder zijn aan-
deel zal hebben te aanvaarden in de offers,
ook de staatsambtenaren. Ik zie mij verplicht
aan de gemeenschap te vragen, .gedurende een
bepaalden tijd offers te aanvaarden die pijn-
lijk zullen zijn. Deze dienen niet alleen ge-
schouwd in het raam van de begrooting, maar
tevens in het raam van de gansche nationale
economie.
Wij moeten in de toekomst blijk geven van
meer voorzichtigheid. In deze atmosfeer is
het, dat elkeen zich moet overtuigen van de
noodzakelijkheid van offers die wil vragen in
het algemeen belang. Verschillende reeds
toegepaste wetten zullen moeten worden in-
getrokken of althans gewijzigd.
Naar het schijnt is Max-Leo Gerard, die een
zakenman is en nooit een politiek mandaat
heeft aanvaard, vooral ontstemd wegens de
steeds stijgende begrooting der oud-strijders,
invaliden, ezn., die niet minder dan 1 milliard
200 millioen francs bedraagt.
Thans is weer een wetsontwerp ingediend,
teneinde de militaire pensioenen met 10
te verhoogen. Verleden week vroeg een oud-
strijder, de rechtsche senator Cools, dit ont-
werp nog v66r het verlof te behandelen, waar-
op onmiddellijk een rexistische en socialis-
tische en een liberale oud-strrjder het woord
vroegen om dit voorstel te steunen.
Hoewel daarmee weer een aanzienlijk aantal
millioenen is gemoeid, verzette zich niemand
tegen de motie. Alleen deed de minister van
financien opmerken, dat het tekort daardoor
opnieuw zou worden verhoogd.
Terwijl d'eze kwestie werd behandeld had-
den de Vuurkruisers weer enkele honderden
leden gemobiliseerd. De openbare tribunes
waren ermee gevuld en in de Wet- en Leuven-
sche straten wandelden talrijke groepen op
en neer. De toegangen van het parlement
waren bewaakt door politie.
Het voorstel-Cools werd met eenparige
stemmen aangenomen, ook waarschijnlijk in
verband met de gemeenteverkiezingen, die
binnen drie maanden worden gehouden. Er
zijn, schrijft het R. Nwbl., in Belgie 300.000
oud-strijders, dus 300.000 stemmen waarmee
rekening dient te worden gehouden!
MUSSOLINI'S POPULARITEIT AAN HET
TANEN?
Den zoo juist uit Italie teruggekeerde Belg
schrijft in een rechts Brusselsch blad, La Li
bre Belgique, dat de toestand in dit land alles-
behalve rooskleurig is.
Na een klaaglied over het slechte brood
(het Nieuwsblad heeft reeds eerder de won-
derlijke samenstelling van dit voedsel gege-
ven), vertelt hij verder, dat de Anschluss in
Italie een groote teleurstelling heeft veroor-
zaakt. Dat de machtige buur thans den Bren
ner beheerscht en niet meer zoo veraf is van
Triest, is voor de Italianen een onbehaaglijk
gevoel. De populariteit van Mussolini zou
door den Anschluss ernstig getaand zijn.
Velen hadden tot dusver een blind geloof in
den Duce, thans evenwel geeft men er zich
rekenschap van, dat hij ook groote fouten
kan begaan.
De oud-strijders beweren hardop dat de
vruchten der overwinning van 1918 thans ver-
loren zijn gegaan. Het groote doel was im-
mers het Oostenrijksch-Duitsche blok, dat
een bedreiging voor Italie was, uiteen te slaan.
Dit werd in 1919 inderdaad bereikt doch
thans is dit blok sterker en gevaarlijker dan
ooit.
Vele Italianen hebben trouwens nooit veel
sympathie gehad voor de as RomeBerlijn,
die zij als iets kunstmatigs bestempelen.
Een andere bron van ontevredenheid is de
strijd in Abessinie, die nog steeds voortduurt
in den vorm van een guerilla. De terugkee-
rende soldaten vertellen van het verschrikke-
lijk leven tijidens hun verblijf in dit land. Abes
sinie is nog volstrekt niet onderworpen. De
pogingen zijn slechts op enkele plaatsen ge-
slaagd.
De naar Abessinie uitgeweken landbouwers
moeten nog met het geweer in de hand wer-
ken, daar zij elk oogenblik door vijandige
benden kunnen worden aangevallen.
lOok de gebeurtenissen in Spanje hebben
niet het gewenschte verloop. Men consta-
teert, dat in tegenspraak met wat de pers de
menschen voorspiegelde, de strijd blijft voort-
tduren en dat tienduizenden Italianen reeds
zijn gesneuveld.
Volgens personen uit de onmiddellijke om-
geving van den Duce, heeft deze sinds enkele
weken last van overspannen zenuwen, reden
waarom hij zich onlangs in zijn villa in Ro-
magna heeft teruggetrokken. Over de klein-
ste kleinigheden schijnt hij zich den laatsten
tijd zeer op te winden. Niet het minst is hij
geergerd over de handelwijze van sommige
leidenide persoonlijkheden. Zoo heeft maar-
schalk Balbo, die uitgenoodigd was naar
Rome te komen, tijdens het bezoek van Hit
ler, eenvoudig geweigerd. In plaats van de
uitnoodiging aan te nemen, bracht hij een
bezoek aan den gouverneur der Britsche
kolonie Kenya. In fascistische kringen zou
verder ontevredenheid heenschen over den
toenemenden invloed van graaf Ciano, Musso
lini's schoonzoon.
VELE DEUTSCHE JODEN WIT I .FN NAAR
AUSTRALIE.
Bijna 4000 immigratie-vergunningen zijn
door Duitsche en Oosteririjksche Joden bij de
Australische regeering aangevraagd, hetgeen,
de gezinnen meegerekend, neerkomt op om-
streeks 6000 personen. De ambtenaren moeten
overwerk verrichten om alle aanvragen nauw-
keurig te kunnen beoordeelen.
De Australische regeering vraagt zich o.a.
af, welken invloed de toelating van zoo'n aan
tal vreemdelingen, grootendeels behoorende tot
de vrije beroepen, op de arbeidsmarkt kan
hebben. Bovendien is het waarschijnlijk, dat
de immigranten bij elkaar in de buurt zullen
gaan wonen en op die wij'ze gemeenschappen
zullen vormen, die zich niet gemakkelijk aan
de Australische gewoonten zullen aanpassen.
DE NADERENDE ONTKNOOPING.
De vraag hoe het Sudetenduitsche vraag-
stuk in Tsjecho-iSlowakije moet worden op-
gelost, nadert, schrijft de N. R. Crt., haar
eerste ontknooping. Weldra zal het z.g. natio-
naliteiten-statuut, dat door de regeering is
uitgewerkt, aan het parlement worden voor-
gelegd, dat over zijn aanvaarding zal hebben
te beslissen.
Nochtans is het voor iedereen duidelijk, dat
deze ontknooping geen oplossing zal zijn.
Integendeel, het zal het moment zijn, waarop
in vollen omvang en helderheid duidelijk zal
worden, hoever beide partijen van elkaar af-
staan. Dit geeft echter aan dat oogenblik
nog maar relief. Want nu verkeert men theo-
retisch nog in het stadium, dat het mogelijk
is, dat aan de Sudetenduitsche wenschen
wordt tegemoetgekomen. Het bewijs voor het
tegendeel ontbreekt althans voorloopig. Maar
dan zal het aanwezig zijn en dan zal van dat
oogenblik af de vraag luiden: wat zullen de
Sludetenduitschers, gesteund door het Duit
sche rijk, doen als zij weten, d'at hun eischen
niet worden ingewilligd. De vraag is voor
Europa belangrijker dan alle bepalingen van
het nationaliteiten-statuut tezamen. Want
van het antwoord op de vraag kan de vrede
in Europa afhangen.
Vandaag is duidelijker dan ooit te voren,
dat tusschen Tsjechen en Duitschers binnen
den Tsjecho-Slowaakschen staat vooralsnog
geen overeenstemming over de afbakening
van hun positie mogelijk is. De partij van
Henlein heeft het memorandum gepubliceerd.
dat voor eenigen tijd aan de regeering te
Praag is overhandigd. Het volledige memo
randum stelt ons meer nog dan de brokstuk-
ken, welke tot dusverre bekend waren, in de
gelegenheid de tegenstellingen te formuleeren.
Wil men die tegenstellingen tot een enkele
formule herleiden, dan kan men den grond-
slag van alle getwist aldus samenvatten: De
Tsjecho-Slowaaksche regeering wenscht het
individu te beschouwen als de basis voor den
staatsopbouw, de partij van Henlein ziet de
kern in de volksgroep. Uitgaande van deze
principieele tegenstelling is de Tsjecho-
Slowaaksche regeering niet van plan het
volksche element als grondslag van de decen-
tralisatie van het bestuursapparaat te kiezen.
De aanhangers van Henlein daarentegen wen
schen van de volksgroepen uit te gaan.
Ware het, dat deze tegenstelling van louter
theoretischen aard was, dan zou daarvoor wel-
licht een compromis kunnen worden gevonden,
dat zoowel aan de eene als aan de andere
groep bevrediging kon schenken. Maar aan
de staatsrechtelijke indeeling zijn diepgaande
consequenties verbonden, welke onmiddellijk
de positie van het individu in den staat raken.
En op dit punt juist wordt de kloof onover-
brugbaar.
Om slechts een voorbeeld te noemen: bij
erkenning van de reehtspersoonlijkheid van
de volksgroep zou deze een groote wetgevende
macht krijgen. Uit het principe van het zelf-
beschikkingsrecht zou dan voortvloeien, dat de
wil van de meerderheid van het volk de
leidraad van zijn zelfbestuur zou zijn. Dit
zou bijv. ten aanzien van de Sudetenduitschers
kunnen beteekenen, dat dezen een nationaal
♦ocialistische ideologie zouden invoeren met
alle gevolgen daaraan voor andersdenkenden
verbonden.
Dat de Tsjecho-Slowaaksche regeering aller-
minst gebrand is op de vorming van enkele
staten in den staat, elk met een wel zeer uit-
eenloopende ideologische basis, is heel begrij
pelijk. Daarom ook moet ieder, die deze zaak
bestudeert, tot de conclusie komen, dat zij
voorloopig onoplosbaar is. De regeering en
Henlein zullen geen basis vinden, waarop zij
het eens worden.
Heeft men daaromtrent zekerheid en zulks
is voor het moment reeds het geval, dan rijst
de vraag, wat er nadien gebeuren moet. Zal
Hitler zich laten welgevallen, dat de Sudeten
duitschers niet krijgen, wat Henlein voor hen
gevraagd heeft?
In de Europeesche hoofdsteden is men over
het antwoond op die vraag niet gerust. Dat
men het te Praag niet is, op zichzelf geens-
zins onbegrijpelijk is dezer dagen weer
gebleken, toen de Tsjechen plotseling troepen
hebben verplaatst. Maar tijdens het week
einde verplaatst men geen troepen, indien
daarvoor geen dringende noodzakelijkheid
aanwezig is. En waar het niet aannemelijk
is, dat Tsjecho-Slowakije een aanval of bedrei
ging tegenover Duitschland in den zin zou
hebben, moet men wel tot de conclusie ko
men, hier met een reactie te doen te hebben.
Maar ook in Parijs en Londen is men geens-
zins gerustgesteld1. Het herhaalde aandringen
van die zijde te Praag is een veelzeggend
bewijs van het ongeduld, maar tevens van
de groote ongerustheid, welke in die kringen
heerscht. Niet alleen te Praag geeft men van
die zijde van zijn gevoelen blijk. Ook te
Berlijn zijn de laatste dagen weer stappen
ondernomen in den vorm van bezoeken,
welke de Engelsche gezant aldaar op het
ministerie van buitenlandsche zaken heeft
gebracht. Men begrijpt overal maar al te
goed, dat de kans, dat strubbelingen in
Tsjecho-iSlowakije in geval van buitenlandsche
inmenging tot een Europeeschen* oorlog
leiden, groot moet worden geacht.
In deze atmosfeer valt ook het bezoek op,
dat Wiedemann, een adjudant van Hitler, aan
Lord Halifax heeft gebracht. De vraag, of
ddt een particuliere visite was dan wel een
bezoek in naam van Hitler de Duitsche
pers beweert het eerste, de Engelsche het
laatste kunnen wij rustig onbeantwoord
laten. Het feit, dat Wiedemann Halifax zoo
kort voor zijn vertrek naar Parijs wenschte
te spreken, terwijl deze zonder twijfel in ver
band met dit bezoek aan velerlei werkzaam-
heden was gebonden, bewijst wel, welk een
groot belang van beide zijden aan deze ont-
moeting werd gehecht. Indien men in aan-
merking neemt, ddt een zoo belangrijke
kwestie als het Tsjecho-Slowaaksche vraag-
stuk in de komende weken tot een oplossing
moet worden gebracht en dat de politieke
besprekingen, welke Halifax te Parijs zal
hebben, van de grootste beteekenis zijn voor
de houding, welke Engeland en Frankrijk
zullen aannemen, indien het ontbreken van
overeenstemming tusschen Praag en Hen
lein openlijk wordt, dan wordt dit heel be-
grijpelijik. Hitler's har.tewensah, de vriend-
schap met Engeland, is nog steeds niet in ver-
vulling gegaan en het moment nadert, waarop
deze vriendschap waardevoller zal kunnen
blijken dan ooit te voren. Duitschland heeft
er op gestaan dit nog eens tot uiting te bren-
gen voordat Halifax zijn Fransche vrienden
zal ontmoeten, in de hoop, dat de Engelsche
minister van buitenlandsche zaken deze over-
tuiging zal deelen en zijn invloed kan aan-
wendten, opdat de komende ontknooping,
welke ongetwijfeld voor Europa uren van ge-
vaar zal beteekenen, ons werelddeel niet ge
makkelijk in den afgrond zal storten.
DE MAN DIE TERUGKOMT.
Een mededeeling van een hoog-aangeslagen
diplomatieken correspondent in Londen in
een evenhoog aangeslagen Amerikaansch
tij'dschrift, n.l. Foreign Affairs, heeft in
Londensche politieke kringen opzien gebaard.
Er wordt in beweerd, dat Lord Baldwin zijn
invloed in de conservatieve partij zal aan-
wenden om Eden aan te wijzen als opvolger
van Chamberlain.
De bewonderaars van de huidige Britsche
buitenlandsche politiek zijn er hevig van ge-
schrokken. Als de naam Eden wordt ge-
noemd in verband met het landsbestuur in de
naaste toekomst, dan voelen zij zich niet
gerust. Men kan wel met zekerheid zeggen,
dat Eden niet bereid zal blijken te zijn, weer
deel te gaan nemen aan een regeering, waar
van Chamberlain het hoofd is. Het meenings-
verschil tusschen deze twee over de buiten
landsche poitiek is nog scherper geworden
dan het reeds was, toen Eden zjjn ontslag
nam. De vroegere Foreign Secretary heeft
het in een reeks redevoeringen, die hij in het
land heeft gehouden, met toenemende duide-
lijkheid doen voelen, hoe gematigd zijn uit-
spraken overigens ook waren. De critiek op
Chamberlains beleid was goed te hooren en
deze heeft zich thans zelfs uitgebreid tot het
terrein der binnenlandsche politiek, zooals
blijkt uit Edens rede Zondagmiddag in Bis
hop's Auckland, waar hij tusschen de regels
door te kennen gaf, dat de overheid, in haar
plicht, een oplossing te vinden voor het vraag-
stuk der werkloosheid, te kort schiet.
In het Lagerhuis zelf heeft Eden totnogtoe
het stilzwijgen bewaard. Maar thans heeft
hij, naar het schijnt, den grooten zedelijken
steun ontvangen van Lord Baldwin en achter
de politieke schermen vraagt men elkaar of
de vroegere Foreign Secretary onder deze
omstandigheden zijn totnutoe aangenomen
houding zal blijven handhaven.
Eden wordt door velen gezien als een formi-
d'abele figuur en als een bekwaam leider van
het verzet tegen het regeeringsbeleid. Hij
behoeft zich, hoort men verklaren, slechts aan
het hoofd te plaatsen van de vele Labourman-
nen en liberalen, en Churchill en de zijnen, die
alien openlijk in verzet zijn, om de regeering
naar zijn hand te kunnen zetten, ja, zelfs om
aan de regeering het bestaan mogelijk te ma-
ken. Hij heeft Baldwin aan zijn zijde. Zijn
kans kan elk oogenblik komen, met een hache-
lijken keer in de zaak-Sandys, met nieuwen
tegenslag in de buitenlandsche politiek, als
bijvoorbeeld zou blijken, dat de liberale leider
sir Archibald Sinclair het bij het rechte eind
heeft toen hij1 verklaarde, dat de ware motie-
ven van Duitschland eh Italie in Spanje van
politieken aard zijn en dat, indien Chamber
lain struisvogelpolitiek blijft voeren, de Fran-
schen op een goeden dag omslngeld en mach
teloos zullen zijn en dte zeeverbinding van
Groot-Brittannie afgesneden.
Het schijnt bij deze voorstelling van zaken,
dat in de politieke arena in Engeland wordt
gemanoeuvreerd om de macht tusschen Cham
berlain en Eden. Het zal meteen een strijd
zijn om het leiderschap van de conservatieve
partij, waarin de jongeren en Baldwin dan aan
Edens kant zouden staan en de ouderen aan
Chamberlains kant.
INCIDENT AAN DE GRENS VAN
MANDSJOEKWO.
Te Tokio wordt openlijk uiting gegeven aan
de vrees, dat de bezetting van den Tsjang-
koefeng-heuvel door de sowjets zich zal ont-
wikkelen tot een nieuw Loekautsjau-incident,
dat tot den tegenwoordigen strijd in China
heeft geleid. Men beschrijft de atmosfeer aan
de grens tusschen de Sowjet-Unie en Mand-
sjoekwo als hoogst onheilspellend. De Mandu
sjoekwosche en Koreaansche grensbewakings-
autoriteiten hebben de onmiddellijke terug-
trekking geeischt van de sowjet-troepen, die,
naar zij verklaren, de Mandsjoekwosche grens
geschonden hebben, en zij dreigen met krach-
tig optreden, indien de sowjet-troepen niet
aan den eisch voldoen.
De Japansche Asahi Sjimboer meldt, dat
de Koreaansche en Mandsjoekwosche bewo-
ners der dorpen aan den voet van den heuvel
Tsjangkoefeng hun woonplaatsen beginnen te
ontruimen, daar de spanning toeneemt. De
Japansch-Mandsjoekwosche troepen blijven
waakzaam, terwijl de Russen niet alleen den
heuvel niet ontruimd hebben, maar des nachts
nieuwe versterkingen hebben opgeworpen. Op
den heuvel bevinden zich slechts 60 tot 70
Russische soldaten, doch andere afdeelingen
zijn niet ver verwijderd en te Hoengsjantoeng,
20 km. ten oosten van Tsjangkoefeng, staat
een sterke sowjetmacht.
Het Mandsjoekwosche ministerie van bui
tenlandsche zaken heeft zijn commissaris te
Harbin instructie gegeven, bij de sowjet-auto-
riteiten aan te dringen op onmiddellijke be-
antwoording van Mandsjoekwo's protest m
verband met het incident van Tsjangkoefeng.
Ben ander Domeibericht uit Harbin meldt,
dat de tusschen Mandsjoekwo en de sowjet-
unie gevoerde onderhandelingen om te Hai-
bin tot een vreedzame oplossing te komen,
practisch op niets uitgeloopen zijn.
Volgens officieele Japansche benchten
landde Maandag een Japansch vliegtuigeska-
der op het vliegveld van Nantsjang, het be-
langrijkste punt van het Chineesche lucht-
wapen. Een half uur lang waren de Japan
sche piloten op het Chineesche vliegveld.
Direct na de landing sprongen zij uit him toe-
stellen en liepen onder leiding van officier
Otto naar op het veld staande Chineesche
toestellen, die zij den voor edn in brand heb
ben gestoken. Terwijl woedend geknetter van
Chineesche mitrailleurs weerklonk, liepen zij
naar hun eigen toestellen terug, startten en
vogen veilig naar hun vliegveld terug.
ER WORDT WEER BEZORGDHEID
GEKWEEKT.
De tegenspraak der Tsjecho-Slowaaksche
regeering ten spijt blijft de Duitsche pers on
rustbarend gewag maken van Tsjechische
militaire maatregelen aan de Duitsche grens.
De Manchester Guardian schrijft, dat de
spanning tusschen de twee landen groot is en
dat er op het oogenblik geen vooruitzicht op
verbetering is. De slechte verstandhouding
tusschen Tsjechen en Sudeten-Uuitsehers in
het Boheemsch grensgebied houdt de spanning
gaande. Die verstandhouding is zoodanig, dat
de Tsjechische autoriteiten zich tot het uiter-
ste in moeten spannen om uitbarstingen te
voorkomten. In beide landen houden troepen-
bewegingen aan.
De beteekenis der Duitsche troepenbewegin-
gen is veelal niet te vatten, maar de Tsjechen,
die voelen dat zij elk oogenblik voor de taak
gesteld kunnen worden hun nationaal bestaan
te verdedigen, nemen het zekere voor het on-
zekere en hebben, daartoe gedwongen, sterke
strijdkrachten op hun grenzen samengetrok-
ken, die op gezette tijden afgelost moeten
worden. De Tsjechen houden rekening met de
mogelijkheid van een verrassenden en met
groote snelheid uitgevoerden Duitschen aan
val.
Onder deze omstandigheden is ,,mobilisatie"
een relatief begrip geworden. In het uiterste
geval zouden de Tsjechen een volledige mobi-
1-isatie moeten uitvoeren, terwijl de Duitschers
kunnen volstaan met een omvangrijke troe-
penconcentratie rond de Tsjechische grenzen.
Reeds thans zijn er genoeg Duitsche troepen
op een dagmarsch afstand van de Boheemsche
grens om er met goede kansen een aanval mee
te ondememen.
Ook Italie, dat den Volkenbond verliet en
gekant is tegen elk begrip van collectieve
vefiligheid, is bezorgd. In hoofdzaak bezorgd
om de kolossale herbewapening van Enge
land en de hardnekkigheid der Engelsch-Fran-
sche vriendschap. Leest men Italiaansche bla-
den erop na, dan blijkt dat Italie met zijn vele
soldaten en zijn sinds jaren kunstmatig opge-
zweepten mdlitairen geest de herbewapening
bij een ander niet in den haak acht. Vreemd
doet het aan, dat de Italiaansche bladen zich
niet bezorgd maken over 'n Duitseh-Tsjechisch
conflict, maar wel... over de economische en
financieele gevolgen in die landen, die tenge-
volge van de Romeinsch-Berlijnsche as-poli-
tiek aan herbewapening zijn gaan doen!
,,Wlat gebeurt er1", vraagt de pers van Mus
solini, „economisch en financieel, wanneer de
kolossale herbewapeningsprogramma's zijn
afgewerkt Het Engelsche bewapeningsbudget
bedraagt zevenmaal de Italiaansche geldcir-
culatie. Waar moet dat met Engeland heen?
Ook maakt Italie zich bezorgd over Ameri-
ka, zonder de hand in eigen boezem te steken:
,,A1 het lieve geld, gestoken in bewapening,
is verloren; kanonnen worden oud, metaal
verroest en de techniek schrij'dt sneller voort
dan menschen kunnen bijhouden". (In Italie
dan niet?)
De waarheid is, dat in een bewapeningswed-
loop zooals die thans ,,uitgebarsten is over de
democratische landen", die zich bedreigd ge
voelen, Italie achterblijft door gebrek aan
middelen.
Duitschland, Japan en Italie hebben een be-
wiapeningsspringvloed achter den rug, die, „bij
gebrek aan een oorlog", de democratische en
tentes in de kaart speelt. En hoe langer het
duurt, dat een oorlog uitblijft en de democra-
tieen hun bewapeningen kunnen vervolledigen,
des te hachelijker de financieele verhouding
tusschen de totalitaire en de andere staten
wordt. Virginio Gayda, Mussolini's spreek-
trompet, roept in zijn blad uit: „Wij zijn niet
enkele maanden in een superieure positie ge-
komen om thans verlammend-lange jaren van
inferioritedt tegemoet te gaan. Voorkomen is
beter dan genezen. De eerste klap is een daal-
der waard. Wij begrijpen Berlijn niet, dat het
ten opzichte van midden-Europa nog langer
aanzelt.'1'
En daarna heeft Mussolini de lichtingen
1914 en 1915 per briefkaart laten oproepen.
Met bezorgdheid vertellen diplomaten te
Rome elkander de laatste verzuchting, ge-
slaakt in het palazzo Venezia: ,,Niet alleen de
Tsjecho-Slowaaksche peer is rijp om van den
boom geschud te worden, Europa hangt vol
rijpe peren. Deze herfst zal nog heel wat
schudden beleven."
ONDRAGELIJKE PIJNEN BIJ NAT WEER.
RheUniatische pijnen door zijn heele
lichaam.
De heer N. M. werd jarenlang gekweld door
rheumatiek; vooral bij nat weer leed hij het
meest. Maar dat is nu allemaal voorbij
dank zij Kruschen. Hij schrijft ons:
,,Ik leed jarenlang aan rheumatiek Bij nat
of vochtig weer hield de pijn geen oogenblik
op en was niet te beschrijven. Het is in enkele
ledematen begonnen, maar het duurde niet
lang of de pijn zat door mijn heele lichaam.
Toen ik Kruschen Salts begon te nemen, be-
merkte ik, dat het mij meer goed deed dan
eenig ander middel, wat ik daarvoor had ge-
probeerd en thans ben ik geheel bevrijd van
mijn pijnen, zelfs bij nat weer. Ik kan Kru
schen Salts van harte aanbevelen aan ieder,
die aan rheumatiek lijdt.*"
(Rheumatische pijnen zijn meestal een ge-
volg van een overmaat van urinezuur in het
lichaam. Twee van de zes zouten in Kruschen
Salts lossen het urinezuur op, terwijl andere
bestanddeelen de natuur op krachtige wijtze
helpen, dit langs de natuurlijke kanaien te
verwijderen. Kruschen Salts is uitsluitend ver-
krijgbaar bij apothekers en erkende drogisten.
Adv.
„MOOI TERNEUZEN".
De oproep om adhaesie te betuigen met de
plannen om onze stad te verfraaien en voor
inwoner en betzoeker aan aantrekkelijkheid te
doen winnen, is door velen met groote instem-
ming begroet.
Meer dan voldoende is daarmede bewezen,
dat bij de bewoners van Temeuzen (en bij ver
schillende oud-ingezetenen) belangstelling be-
staat voor plannen om in Temeuzen dat
door haar ligging aan de breede Westerschelde
van nature reeds zoo bevoorrecht is iets te
doen tot verhooging van haar schoonheid.
Aan mogelijkheid in deze richting ontbreekt
het allerminst. Met tal van middelen kan, door
algemeene samenwerking in het belang onzer
stad, iets bereikt worden dat in de eerste
plaats voor de inwoners zelf beteekenis heeft.
Er ligt dus wel een zeer belangrijk arbeids-
veld braak voor een vereeniging als ,,Mooi
Temeuzen"', die het hare wil bijdragen om
dezen naam den waard evollen inhoud te ver-
schaffen welke hij verdient. Reeds zijn sedert
enkele weken voorloopige besprekingen gehou
den, terwijl de Vereeniging in een binnenkort
te houden propagandabijeenkomst meer rucht-
baarheid aan haar plannen hoopt te geven.
Het dagelijksch bestuur der vereeniging ,,Mooi
Temeuzen"' wordt gevormd door de heeren
J. C. Olijslager, voorzitter; A. W. Verschel-
ling, le secretaris; A. Littooij Jr., 2e secreta-
ris; J. A. van de Ree, penningmeester, J. I.
de Waal, 2e penningmeester.
Het zal intusschen geheel van den steun der
Temeuzensche bevolking afhangen, of het doel
dat de vereeniging beoogt, zal kunnen worden
bereikt. Een dringend beroep op die mede-
werking is zeker op zijn plaats-; en dit temeer
wijl het hier plannen betreft waarbij de ge-
heele bevolking zonder onderscheid belang
heeft.
Pakje stof, I. Scheele, Nieuwediepstraat 35.
Rijwielbelastingmerk, Marechausseekazerne.
Kanarie, C. L. Deij, Nieuwediepstraat 14.
Zilveren collier, G. Meertens, Vlooswijk-
straat 18.
Rijwielbelastingmerk, A. Standgert, Burg.
Geillstraat 20.
Damesmuts, A. Roelans, Westkolkstraat 14.
Kinderportemonnaie met inhoud, W. de Rid-
der, Koedijk 44.
Armbandje, J. v. d. Hoofd, Leliestraat 7.
[Portemonnaie, G. J. Verbrugge, Nieuwe-
sluis (P 2.
Diets- en contactsleutel, C. Sol, bodekamer
stadhuis.
Twee lipssleutels, alpinomuts, sierklompjes,
twee kindertaschjes en rood jurkbandje,
bureau van politie.
Meisjesmantel, A. Hoek, Steenkamplaan 18.
DISTRICTS- ARREIDSBEURS VOOR
ZEEUWSOH-VLAANDEREN.
Gedurende de maand Juni was het aantal
ingeschreven werkzoekenden bij de organen
der arbeidsbemiddeling in Zeeuwsch-Vlaande-
ren als volgt:
Aardentourg Axel 90, Biervliet 24, Bres-
kens 25, Cadzand Clinge 17, Eede
Graauw 5, Groede Hoek 4, Hontenisse
Hoofd-plaat 26, Hulst 12, Koewacht Oost-
burg 26, Nieuwvliet Overslag 4, Philippine
1, Retranchement Sas van Gent 77, Schoon-
dijke 20, 'St. Jansteen 3, St. Kruis 1, Sluis 3,
Vogelwaarde 2, Waterlandkerkje West-
dorpe 40, IJzendijke 10, Zaamslag 4, Zuiddor-
pe 10, Zuidzande Temeuzen; 537,
totaal 940, w.o. 198 landarbeiders.
DIR. BELASTINGEN, INVOERRECHTEN
EN ACCIJNZEN.
Voor het examen van adjunct-commies der
directe belastingen, invoerrechten en accijmzen
is geslaagd onze vroegere stadgenoot de heer
J. F. Meijer, rij-ks-klerk, voorheen te Temeuzen.
thans te Middelburg.
PRACTIJKEXAMEN BOEKHOUDEN.
Geslaagd voor het practijkexamen Boek-
houden van de Vereeniging van Leeraren, de
heer A. P. de Feijter te Hoek.
EXAMEN MONTEUR P.T.T.
Bij het te 's-Gravenhage gehouden examen
voor monteur der telegrafie en telefonie slaag-
de o.m. de vakwerkman P. Vaes te Oostburg.
MINISTER VAN BOEIJEN TE
BRESKENS.
J.l. Maandag heeft de Minister van Binnen
landsche Zaken, Ir. H. van Boeijen, vergezeld
van den secretaris-generaal van zijn departe-
ment, Mr. Dr. K. J. Frederiks, den inspecteur
van de Volksgezondheid Jhr. De Graeff, Ir. De
Ranitz en Gedeputeerde Staten van Zeeland,
een autotocht gemaakt door West Zeeuwsch-
Vlaanderen in verband met het daar ontwor-
pen streekplan. De tocht werd ook meege-
maakt door de commissie voor het streekplan,
die onder leiding stond van den heer D. H.
van Zuijen, oud-burgemeester van Breskens.
De tocht strekte zich, nadat gestopt was aan
het Zwin, uit tot Knocke, waarna men terug-
keerde naar Breskens, waar in den namiddag
op het gemeentehuis werd vergaderd, na af-
loop waarvan de Minister met de hem verge-
zellende heeren terugkeerde naar Den Haag.
DE BOMAANSLAG OP DEN COOLSINGEL.
Woensdagochtend zou in hooger beroep
voor het Haagsohe Gerechtshof behandeld
worden de zaak tegen Jarislaw Baranowsky,
die wegens het gebruik maken van een val-
schen reispas door den Rotterdamschen
politierechter tot twee maanden gevangenis-
straf is veroordeeld.
Naar men zich zal herinneren, was Bara
nowsky een vriend en partijgenoot van den
bij den bomaanslag op den Coolsingel te Rot
terdam om het leven gekomen Oekrainer
Eugen Konovaec en heeft de politie hem lan-
gen tijd in verband met deze zaak vastge-
houden. Hij gaf toen op Badislaw Bora te
heeten, welken naam ook zijn pas vermeldde.
Verdachte was niet verschenen, daar hij
zich, zooals zijn verdediger aan het hof had
medegedeeld, voor herstel van gezondheid
in het buitenland bevindt.
Het gerechtshof stelde daarom de behan-
deling van deze zaak uit tot Woensdagoch
tend 5 October en gelastte de persoonlijke
verschijning van verdachte.
GEVONDEN VOORWERPEN.
De Inspecteur van politic te Terneuzen
maakt bekend, dat omtrent onderstaande ge
vonden voorwerpen, inlichtingen te bekomen
zijn aan de daarachter vermelde adressen.
Boodschaptasch, M. Schoo-nakker, Catspol-
der O 43.
Boodschaptasch, J. Ruben, Axelschestr. 74.
Kinderjasje, J. van Kerkvoort, Westkolk-
straat 7
Portemonnaie met inhoud, Marechaussee-
kazerne
Rijwielbelastingmerk, D. de Kramer, Tho-
lensstraat 58.
Pakje verbandwatten, H. A. Harte, Dwars-
straat 14.
Hengel met snoer, J. Koch, Dijkstraat 42.
Kindertaschje, M. Hamelink, Baandijk 63.
iPolshorloge, M. Loof, Verl. Van Steenber-
genlaan 3.
Kos-teloos rijwielbelastingmerk, J. de Fouw,
Dijkstraat 77.
Boodschaptasch met inhoud, A. v. d. Velde,
Axelschestraat 101.
Vergadering van Woensdag 20 Juli 1938.
Het brugtarief.
Voortgezet werd de behandeling van het
voorstel inzake het tarief over de Thoolsche
Brug.
De heer STIEGER, Ged. Staten, zette uit
een hoe het college is gekomen tot hun voor
stel en de nadere wijziging van drie k een
tar. Spr. en de heer Van Vloten hadden
eerst een voorstel ingediend, dat Tholen
17.000 zou kosten, nu betreft het maar
/«9000, wat bereikt is in een onderhoud me
het gemeentebestuur van Tholen. Men kwam
inzake de tarieven tot 'n compromis.
De verandering van drie in een jaar is een
gevolg van de bespreking in de afdeelingen,
waarin men wil trachten te komen zoo spoedig
mogelijk tot een goede regelmg.
Over edn jaar is geen overleg meer gepleegd
met het gemeentebestuur, om zoo spoedig
mogelijk alle bezwaren uit den weg te rui-
men. Er is geen sprake van de bedoeling om