ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
LICHTZINNIGE JEUGD
RHEUMATISCHE
PIJNEN KWELDEN
KLOOSTERBALSEM
No 9770
VRIJDAG 10 JUNI 1938
78e Jaargang
Binnenland
Buitenland
Feuilleton
OUDEN HEER VAN 60 JAAR
TWEEDE BLAD
de heffing
Dank zij den KLOOSTERBALSEM
is hij nu weer kras en monter
AKKER'S ORIGINEEL TER INZAGE
„Geen goud zoo goed"
murw7?Jonm*a£m
■J«.miiii—Mil 1111II Mil m i I II jW*»fc3«H*w«"<*
NEUZENSCHE COURANT
GBMEENTE TERNEUZEN.
Ter gemeente-secretarie zijn verkrijgbaar
aanvr-age-n tot (hot bekamon, van een visch-
of hengeiakte voor het dienstjaar 1938/1939.
Temeuzen, 8 Juni 1938.
TWEEDE RAMER.
iDe Tweede Kamer heeft besloten het wets-
ontjwerp Cot herziening van de Omzetbel-as-
tin-gwet 1933 'em wijzilging van de algemeene
wet van 26 Augustus 1922, aan de lijst der
reeds aan de orde z\jnde onderiwerpen toe te
voeigen.
DE HOOGE AARD APFELPBIJZEN
B. en W. van Groningen h ebb on de aan-
dacht van de regeering gevestigd op de hooge
prijze-n der consumptie-aardappelen en haar
verzocht ten spoedigste maatregelen daar-
tegetn te willen nemen.
De prijzen, die geidurenlde den winter van
46 cent per kilogram, zijn th-ans te Gronin
gen gestagen tot 10 cent per (kik>.
VERZET VAN DE HOOFDSTAD TEGEN
DE BEGROOTINGSEISCHEN VAN HET
ItUIv.
Evenals veertien dagen geleden bij de be-
haindeling van de bedreiging van Sdhiphol
door de regeerinigsplannen i-nzake een centraal
vliegveld biji Leiderdorp, heeft de Amsterdam-
sdhe gemeenteraad ook Woensdagmidtcfag met
algemeene stemimen en met zeldzame eens-
geZindheid een besluit genomen, dat wederom
uiting gaf aan de in den raad heenschende
verontwaardiging over de wijze, waarop de
hoofdstad zieh door de regeering ,behamdelid
acht.
,„Wellich't de belangrijkste bfcslissing, die
de raad in de laatste jareh heeft moeten
nemen", noem.de de 'heer Boissevain (lib.)
Woensdagmiddag dit besluit, dat B. en W.
den gemeenteraad verzocht hadiden te nemen,
n.l. niet te voldoen aan den wensah van Ged.
Staten, om in de nog steeds niet goedgekeurde
begrooting voor het jaar 1937 alsnog zoo-
danige administratieve wijzigin-glen. aan te
brengen, dat zij slui-tend wordt.
Het te overbruggen tekort is een gevolg
van het meeningsverscful tussohen de hoofd
stad en het rijk, dat weigert de maximale bij-
zondere bijdragen uit het werkloosheidssub-
sidiefonds toe te kennen, Waarop Amsterdam
meent recht te hebben en waarop bij, het op-
stellen van de begrooting zoowel voor 1937
als voor 1938 was gerekenid.
OP VROEGE AARDAPPELEN.
Het Tweede Kamerlid Groen heeft den
miinliater van oeconomlsdhe zaken de volgende
vragen gesteld:
te het den minister bekend, dat het vroege
aardappelgewas door vorst- en windsdhade
zoodanig geleden heeft, dat met vrij groote
zekerheid mag worden aangenomen, dat de
oogst zieer gering zal zijn
Is de minister niet van oordeel, dat, nu de
eerste zeer geringe ajanvoer reeds tegen een
prijs van de hand gaat, die op zich zelf met
laag, doch gelet op de geringe opbrengst, met
loonend is, door de noodlijdende tuinders aan-
stonds de heffing van 50 per h'a onmagehjk
kan worden betaal'd?
Acht de minister deze heffing, waartegen-
over geen garantie van een loonende prijs
staat, rniet des te meer onbillijk, nu er alle
kans is, dat het bfidrag voor het doel waar-
voor het bestemd is, niet of slecbts voor een
dcel noodig zal zijn, en dan zonder meer
tern bate van het landbfouwcrisisfonds zal
komen?
Is de minister onder deze omstanidfigheden
bereid om de telers van vroege aard'appelen
van dezie heffing vrij te stellen, c.q. een rege-
ling te t'reffen, waarbij een heffing naar de
geveilde hoeveelheid wordt toegepast?
OVEREENKOMST INZAKE HET
IlEIZIGERSVERKEER VAN
DUITSOH LAND NAAR NEDERLAND.
De regeeringspersdienst meldt:
Op 3 Juni j.l. werd te 's-Gravenhage een
overeenkomst onderteekend tusschen de
Nederlandsche en de Duitsclie regeering over
het reizigersverkeer van Duitschland naar
Nederland.
Deze overeenkomst is in hoofdzaak gelijk
aan de bestaande overeenkomst met dien
verstande echter, dat een grooter bedrag voor
reizen van Duitschland naar Nederland be-
schikbaar werd gesteld, welk bedrag in het
bijzonder ten goede zal komen aan reizen van
in Duitschland woonachtige Nederlanders
naar Nederland.
HET COMMANDO VAN DE IVde OIVISIE.
Bjj Kon. besluit van 4 Juni is met ingang
van 1 Juli generaal-majoor P. W. Best eervol
ontheven uit zijn functie van commandant der
IVde divisie, tevens bevelhebber in de 4de
militaire afdeelin-g. Bij datzelfde besluit is
benoemd en aangesteld tot generaal-majoor,
commandant der IVde divisie, de adjudant in
(buitengewonen dienst van de Koningin, kolonel
A. R. van den Bent, commandant van de bri
gade grenadiers en jagers.
(De tot generaal-majoor, commandant van
de vierde divisie benoemde kolonel A. R. van
den Bent werd in 1883 geboren.
In 1904 werd bij benoemd tot tweede luite-
nant der infanterie en, na de subalterne ran-
gen te hebben doorloopen, in 1927 tot majoor,
waarna in 1933 zijn bevordering tot luitenant-
kolonel en 15 Februari 1936 die tot kolonel
volgde. In laatstgenoemden rang was kolonel
Van den Bent commandant van de eerste
infanterte-brigaie (grenadiers en jagers) en
garnizoenscommandant te 's-Gravenhage.
BELANGSTELLING
VOOR DE LUCHTBESCHERMING.
Het Volk (iS.-D. Arb. pers) schrijft onder
het opschift: „Wat is er eerder: bescherming
of gas?0':
Zoo weinig zin het beeft om zich nu reeds
het leven te vergallen met ongeruste voorstel-
lingen omtrent de gevaren van een luchtoor-
log, zoo vbbl ongerustheid is gerechtvaardigd,
wanneer men zich de vraag stelt, of de regee
ring met voldoende activiteit haar maat
regelen treft ter maximale bescherming van
de bevblking tegen aanvallen op open steden.
Toen wij deizer dagen het vraagstuk der
-distributie van volksgasmaskers voorlegden
aan den leider van den, Amsterdamschen
luchtbeschermingsdienst, achtte de heer J. J.
D. H. Verschoor dit probleem voorbarig, daar
er zelfs voor zijn vrijwilligers lang niet vol
doende gasmaskers beschikbaar waren. Eerst
als degenen, die bij een aanval zich aan bet
gevaar van een gasconcentratie blootstellen,
van zoo'n apparaat voorzien zijn, kan over de
wenschelijkheid van een grootere verspreiding
der maskers worden gepraat
De heer Verschoor is een actief ambtenaar.
Ook zijn collega's in Rotterdam en Eindhoven
zitten niet stil.
Wat doet echter de regeering? Welke stu-
wende kracht gaat er uit van het departement
van binnenlandsche zaken, in casu van den
inspecteur van den landelijken luchtbescher
mingsdienst
.Sedert April 1936 verheugen wij ons in het
bezit van een wet, betreffende bescherming
tegen luchtaanvallen. Op papier is de zaak
keurig geregeld.
Wat doet met name binnenlandsche
zaken aan de controle op de beschermings-
maatregelen, die de burgemeesters verplicht
zijn te nemen? Hoeveel geld is er op dit
oogenblik reeds uitgegeven voor de bijzondere
maatregelen in gemeenten, welke, in de eerste
gevaren-klasse vallen? Welke algemeene
richtlijnen en aanwijzingen heeft het departe
ment reeds gegeven, b.v. inzake het bescher-
men van kinderen in de scholen, het dooven
der verlichting, de watervoorziening van ge
meenten, die van eenzelfde bron gebruik
maken, de maatregelen, die bij het spoorweg
vervoer te nemen zijn...?
Waar blijft het eerste populaire instrueeren-
de geschrift, opdat de bevol'king op de hoogte
gesteld wordt van de maatregelen, welke ieder
kan nemen?
Als morgen aan den dag twee jaar nadat
de wet in werking is getreden! het lucht-
gevaar eens gruwelijk acuut mocht worden,
zou het departement van binnenlandsche
zaken ter verantwoording geroepen, zich dan
vrij kunnen pleiten met de mededeeling, dat
al die aangelegenheden toch heusch onderzocht
worden
De wet geeft het departement tal van be-
voegdheden, waarvan men een voortvarend en
verstandig gebruik moet maken.
Burgemeesters dienen mondeling te worden
ingelicht en als hot moet aangespoo d
te worden tot grooter spoed.
Door actieve, practisch deskundigen.
Niet door bureaucraten!
door ARTHUR APPLJN.
(Veirvolg.)
Het meisje kwam binnen met het theeblad;
hi) nam de briefkaart mee naar de badkamer,
sloot de deur en ibegon te lezen:
,,lEen week geleden iben ik hier aange-
komeiiIk dacht er aan, dat je moet we-
ten, waar ik ben, wanneer je in Louden
terugkomt; doch ik ga morgen hier weer
vandaan; schrijf dus nog even een paar
iwoordjes terug bij ontvangst van dit be-
riaht.
Vergeet voorail niet te schrijven, hoe je
het maakt en of alles naar wensch gaat.
Iik verlang naar een berichtje; na ont
vangst daarvan zend ik je dadelijik mijn
nieuiw adres."
Geen onderteekening, geen imitiailen, niets.
Langzaam verliet hern het gevoel van verlich
ting, dat eerst in hem was opgekomen. Hij
herlas de -kaart, zittend voor zijn ontlbijt. Haar
verlan-gen- om te weten, of hij het goed maakte
en of alles vender naar wensch ging, maakte
de vrees bij hem weer wakker.
(Hij schold ziohz-elf uit voor diwaas; z'n- ver
m-oedens waren ongegron-d. Het sprak toch
vanzelf, dat zij geen ibericht zou hebben ge-
zomden, zelfs niet eens- een briefkaart, indien
zij in eenig verb and stand met de vervalschte
cheque. Dan z-ou ze zeer zeker zijn gevlucht en
zich schuil'houdert, opdat men haar niet zou
kunn-cn viinden.
En tochwanneer de een of and-er een
DE AANVALLEN OP BRITSCHE SCHEPEN
IN SPANJE.
De Dondensche correspondent der N. R. Crt.
melidt:
Reeds sedert eenige' weken komen vrijwel
elke dag berichten binnen van Britsche s-che-
pen in Spaans-che regeeringshavens, die het
slachtoffer zijn geworden van bombardemen-
ten door nationalistische vliegtuigen. Van
midden Maart tat op heden, is daarbij aan 14
Engelsche schepen, waarvan sommige ver-
schillende malen, belangrrjke schade toege-
bracht. Smmige zijn gezonk-en of verbrand,
andere zijn er met oppervlakkige schade afge-
komen. In verschillende gevallen zijn men-
schenlevens te betreuren geweest. Alles bij
elkaar zijn volgens mededeeling van Barcelona
van begin van den burgeroorlog 27 menschen
gedood en 37 gewond in den dienst van de
wettige Britsche scheepvaart in de Spaansche
havens.
Tot voor kort geleden werd daar door
regeering en pers in Engeland betrekkelijk
weinig aandacht aan geschonken. Men be-
schouwde het als het natuurlijke risico van
den handel met een oorlogvoerende partij. Zoo
kon het geibeuren, dat berichten over het ver-
nietigen van Britsche schepen en het dooden
van Britsdhe zaelieden, die zes m-aanden ge-
le«Jen als sensaities werden behandeid, nu
als onbelangrijk dagelijksch nieuws op een
achterpagina werden weggestopt, zonder dat
iemand daarin iets ongewoon-s zag. Men went
nu eenmaal aan alles.
In deze situatie is nu sedert korten tijd een
groote verandering gekomen. Gedeeltelijk is
dat te wijten aan de snelle opeenvolging van
incidenten met Britsche schepen in de laatste
dagen. Vijf gevallen in vier dagen, waarvan
drie op e<5n -dag is een beetje te machtig ge
worden. Belangrijiker echter is, dat de over-
tuiging heeft postgevat, dat men hier niet met
een ongelukkig toeval heeft te doen, zooals
dat in den oorlog nu eenmaal op den koop toe
moet word-en genomen, maar met opzettelijke
aanvallen op de Britsche scheepvaart. Zoo
verklaarde de correspondent van de Times te
Miadrid Donderdagochtend, dat de aanvallen
van Woensdag op de havens van Valencia en
Alicante kennelijk tegen de Britsche schepen
waren gericht. Ook de onder-minister van
buitenlandsche zaken deelde deze meening en
heeft daar reeds in een protest aan Franco
uiting aan gegeven. Wat het motief van deze
campagne tegen de Britsche scheepvaart is,
wordt hier nauwelijks tiwijfelachtig geacht. De
diplomatieke correspondent van de Manchester
Guardian, somt het Donderdagochtend goed op
in de volgende passages:
De aanvallen uit de lucht op de neutrale
scheepvaart vormen een pendant van de zee-
rooverij, wuar Nyon een einde aan heeft ge-
maakt...... De motieven zijn dezelfde als toen:
het uitblijven van een beslissende overwinning
van Franco bracht toentertijd Italie er toe te
trachten het conflict te beein-digen door een
blokkade, uigevoerd met duikbooten.
Na het succes aan het front van Aragon,
dat beloof-de den oorlog spoedg te zuUen be-
eindigen, hebben de opstandelingen opmeuw
gefaald deze hoop te verwezenlijken. Hun
Duitsche en Italiaansche meesters nemen
daarom opnieuw hun toevlucht tot het wapen
der blokkade, dezen kaer echter niet in den
vorm van een duikbootenoorlog, maar van
een luchtoorlog tegen de neutrale scheep
vaart.
De op deze wijze ontstane situatie pl-aatst
de Enigelsohe regeering in ,een bijzonder moei-
liik parket. Blijven de aanvallen voortduren
en vallen nog meer Britsche schepen en zee-
lieden ten offer aan de luchtmacht van Franco
en zijn buitenlandsche vrienden dan zou het
haar door de pulblieke opinie onmogelijk wor
den gemaakt dezelfde onverschillige houding
te bewaren als voorheen. Zij zou iets moeten
doen. maar dat is gemakkelijker gezegd dan
gedaan. Protesten- hebben tot nu toe niets
uitgewerkt. Voigens sommigen is dat ten
deele te wijten aan het feit, dat deze protesten
aan het verkeerde adres zijn gericht. Niet
Burgos, zeglgen zij, maar Rome en Bailijn,
zijn de aanstichters van den luchtoorlog tegen
de neutrale scheepvaart. Franco is slechts
een machteloos werk'tuig in hun handen. Hoe
dit ook zij, men geeft er zich rekenschap van,
dat men niet ten eeuwigen dage kan blijven
doorgaan met protesten, waar niemand zich
aan stoort. Dat wordt op den lan,gen duur te
schadelijk voor het Engelsche prestige. Er
zal dus iets meer moeten gebeuren.
Ongelukkigerwijze heeft de Engelsche
regeering zich door haar houding tijdens de
blokkade van Bilbao min of meer de handen
gebonden. Zij heeft toen immers met veel
nadruk betoogd, dat zij gerechtigd was den
Britsche schepen tot aan de territoriale
wiateren bescherming te verTeenen. Wie
zfich 'in Spaansche territoriale wateren begaf,
deed dit op eigen risico en kon alleen rekenen
op de bescherming van de plaatselijke autori-
teiten, m.a.w. de Spaansche regeering. De
Engelsche vloot kon haar daarbij geen bijstand
verle-enen zonder het principe van de niet-
inmerging te schenden. Wat geldt voor Bil
bao, moet in rechte evenzeer gelden voor
Barcelona, Valencia en Alicante. Het is der-
halve moeilijk te zien, hoe de Engelsche
regeering nu de Britsche scheepvaart in deze
havens de aotieve bescherming kan verl-eenen,
die zij haar in Bilbao zoo uitdrukkelijk heeft
geweigerd. Eveneens is het niet zonder meer
duiidelijk of zij in rechte de bevosgdheid zou
hebben represailles te nemen door als vergel-
ding voor de aanvallen op de Britsche sche
pen in de open zee schepen van Franco aan
te houden en te confisceeren. De regeering,
zoo zegt men, heeft deze maatregelen over-
wogen. Dat zij -er nog niet toe heeft besloten,
-bewijst wel, dat de situatie zeer moeilijk is.
Neemt men tenslotte ook aan (zooals velen
hier doen en niet alleen in linksche kringen),
dat de aanvallen op de Britsche schepen
voornamelij.k door Italiaansche vliegtuigen en
op aanstichting van Franco's Italiaansche
raadslieden zijn uitgevoeild, als deel van een
weloverwogen plan, om door een onofficieele
blokkade -den oorloig zoo spoedig mogelij-k tot
een einide to brengien, d-an komt de nieuwe
Engelsch-Italiaansdhe vriendschap daarmee
in een wel zeer merkwaardig licht te staan.
Het zou dan kunnen schij.nen, alsof bet ver-
lies van Engelsche menschenlevens en Engel
sche schepen ten deele te wijten is aan den
wensch van Mussolini, zoo spoedig mogelijk
vruchten van het Eng-el-sch-Itahaansche ac-
coord, waarin die vriendschap bezegeld is, te
plukken.
Bombardement van eCn Bntsch scnip
Reuter meldt uit Madrid, dat in de haven
van Ganidia, 40 mijl Zuidelijk van Valencia
pen Britsdhe bagigermolen is gebombardeerd
tijdens een bombardement dat Woensdagnacht
op de haven is uitgevoerd. Het vaartug is
jiiet gezonken idoch wel onklaar ge-raak't.
,Voorts zijn twee pakhuizen vernield. De
haven van Ganidia is vrijwel geheel in Britsch
beizit en wordt gebruikt voor den uitvoer van
groenten en fruit. Sedert de haven van Valen
cia steeds gebombardeerd wordt, wordt de
haven ook wel gebruikt door Britsche -kruisers
,en torpediobootjagers.
misdaatd heeft -gepleegd dian gaat de schuldige
doorgaans- op dezelfde wijze te werk, vertrou-
wende, dat izijn daad niet zai worden ontdekt.
In dit geval echter was zij toch de allerlaatste
persoon, die men zou verde-n-ken. Niemand, die
met de zaalk iets te maken had, wist iets af
van hun vriendschap of hun verhouding; noch
de Crichtons, noch zijn ivader, hadden ooit van
Ruby gehoord.
Er werd geklopt op de deur van de zit-
kaaner.
Rupert stand op en verborg d-e kaart vlug
in een -zijner zakken. Het was de pension-
houdster, die kiwam vragen of er nog iets
n'oodig was en of hij nog hijizondt re wenschen
had voor de lunch of -het diner.
Ik zal den geheelen dag wel op stap moe
ten, antwoordde hij, zijn best doende om ge-
woon te spreken.
Blijft u nog een paar nachten hier of
gaat u weer vlug terug naar Devonshire, sir?
vroeg juffrouw Jones.
Ik ivermo-ed, dat ik morgen wel weer
terug naar huis g-a. Zelfs terwijl hij dit zeide,
had hij een gevoel alsof hij den volgenden dag
inlet zou teruggaan-.
Een stem i-n zijn binnenste zei hem, dat hij
in langen tijd niet naar huis- zou terugkeeren.
Toen de kositjuffrouw weg was herlas hij
nog eens de briefkaart; daama scheurde hij
haar zenmvac-htig -in snippers, die hij in het
vuur -gooide. Onder de gewone omstandig-
hed-en zou hij, getrouw aan de gewoonten van
verloofden, de briefkaart zeer zeker hebben
bawaard. Nu scheen hij iedere h-andeling, met
de daaraan v-erm-oedelijk verlbonden gevolgen
te overwegen.
(Hij, oefende criti-ik uit op iedere gedachte
en daad.
iHij slurpte Z'n kopje thee leeg; ze was bijna
kou-d. Reeds tien minuten zat hij voor z n
ontJbijt, zonder te letten op den tijd. Het
vleesch liet -hij onaamgenoerd- op het sohaaltje.
Hij nam een stukje brood en ging weer in z'n
s-toel achterover liggen; z'n oogen dwaalden
doelloos door de kamer.
De klok op den schoorsteen sloeg, t was
half tkn. Het was tijd om sir Regmald
Ch rich ton te gaan opzoeken. Hij bleef echter
roerl-oos zitten. In z'n nach-telijke overwegin-
gen was hij tot de conclusie gekomen. dat de
-ivrouiw, die hij liefhad, schu-ldig was aan de
cheque-tvi: rvalsehing. Hij had reeds een be
sluit genomen in verband met zajn -verdere
gedragslijn.
-Doch toen de nac-ht voorbij was en het da„
begon te worden, ging hij weer reden-ceren en
argumenteeren met zichzelf. In zijn verbeel-
din-g stond hij tusschen een dufabel1; verschij-
ning de eene figuur stond rechts en de an
dere links: plicht en liefde.
Z'n plicht was het, de voile waarheid _te-
zeggen- hij moes-t zeM den allerminsten schqn
van schuld van zich afwerpen. Dit was zijn
plicht: imaners, noch zijn leven, noch zijn
naam behoorden hem alleen. Ze behoorden
'tot op zek'ere hoogte ook aan zijn valer en
zuster
Boven-dien was zijn zuster de verloofde van
den man, wiens vader door hem, Rupert, zou
zijn bestolen.
Aam den anderen- kant stond de liefde, die
hem zei, dat hij er alles op moest zetten de
vrouw die hem zoo innig liefhad, te redden.
Als zij de versc'hrikkelijke daad had gedaan-.
dan was het onder den iiwloed van het oogen
blik geschied; liefde en vrees hadden haar er
toe gehracht. Zij had hem aangetroffe-n -
zittend in deze kiaimer besloten een einde te
maken aan zrjn lev-en.
Op het critie-ke moment was ze bmne-nge-
komen en had hem zijn- diwaashei-d en het zon-
dige van zijn daad d-oen inzien.
Ze had het dus gedaan om hem en degenen
die hij liefhad, te redden, zijn vader en Mar-
jorie.
VREDE IN EUROPA
Zal, schrijft de N. R. Crt., de vrede in
Europa gehandhaafd hlijven? Zi-et de toe-
komlst er weer beter uit, nu wij eenige kri-
tieke dagen achter den rug hebben? Zal de
positie van Ts-jechoslowakije geen aanleiding
zijn voor een nieuwen wereldoorlog Dit zijn
de vragen, welke op het oogenblik van mond
tot mond gaan. Vragen, waarop men een ant-
wooird verwacht van diegenen, die in hun da-
gelijkschen arbei-d studie moeten maken van
de vraagstuikken van de internationale poli-
tdek. Maar aan u, lezer, die met deze vragen
op uw lippen rondl'oopt, zul-len zij het ant-
woord daaro-p schuldig moeten blijven. Mee-
nen zij dat antiwoord toch te kunnen geven,
dan heeft het niet meer waarde dan het oor
deel van den waarzegger, die reeds jar.en te-
voren vrede en oorl-og weet te voorspellen.
M/aar niemand, die zich ernistig bezigh-oudt
met de vraagstukken en spanningen van het
oogenblik, dlie wil trachten een verantwoord
oordeel te geven .en aan wien het vergund is
-van tijd tot tijd een s-t-eelschen blik te werpen
,Toi mijn 50ste jiutr mankeerde ik nooit
iets, maar toen begonnen hevige rheu-
matiek-aanvallen mijn leven te ver
gallen. Reeds begon ik te wanhopen,
toen een vriend van mijn leeftijd mij
vertelde welke wonderbaarlijke onder-
vindingen hij had opgedaan met Kloos-
terbalsem. Nu ik zelf dit wonderlijke
middel heb toegepast, kan ik verklaren,
dat ik mij weer jeugdig en monter
gevoel als een knaap van 30 jaar, al
hoop ik eerstdaags 60 jaar te worden."
J. Vr. te H.
Onovertroffen by brand- en sny wonden
Ook ongeevenaard als wrijfiniddel by
Rheumatiek, spit en pyniyke spieren
Schroefdoo* 35 ct Potten: 62'/i ct. en f 1.04
(Ingez. Med.)
in de diplomatieke centra van ons werelddeel,
zal een oordeel durven getven, dat langer dan
een week vooruifcziet. Want de vraag, hoe zich
de situatie in de toekomst zal ontwikkelen, is
afhanke-lij'k van zooveel onzekere factoren,
van zooveel s-ubtiele verhoudingen, welke zich
dagelijiks wijzigen en waarvan niemand kan
zeggen, hoe zij er volgende week uit zullen
zien, dat ieder oordeel van vandaag morgen
adhiteihaalld en verdiwenen kan zijn in de
stroomen van nieuiwe feiten.
Maar Engeland dan, zal men protesteerend
zeggen; Engeland heeft toch voor twee weken
door een krachtige houding den vrede gered,
zoo kan men d-agelijfcs hooren. Maar wat is
Engeland. Engeland is geen begriip, geen sta-
tis-ch wezen, waarmede men kan rekenen van
vandaag of m-orgen. Ook Engeland is maar
een samenstfl van meeningen, geen eenheid,
maar een dynamisch heen en weer spelen van
allerlei kradhten. Er is geen Engelsche mee
ning; er is slechts een resultante van een
reeks meeningen, welke verandert van week
tot week, van d-ag tot dag. Meer dan voor
iets anders gett-dt dat ten aamzien van het
Tsjie cho s lowaaJks-ch e vraagstuk
Er heers-clht geen communis opinio tusschen
h-et kabinet en het ministerlie van buitenland
sche zaken. Weliisiwaar zijn de verschillen op
h-et oog miniem, maar hun gevolgen worden
groo-t, inidien het op practische daden aan-
kom-t. Er is geen comfn-umis opinio in het
Engelsche kabinet, in de Engelsche pers, in
het Engelsche volk. Wil men de uitersten,
niet de theoretische, maar de practische,
welke alle binnen het bereik der m'ogelijk-
hed-en liggen? Zij, worden gevorm-d eenerzijds
door een giroep, hoofdizakelij-k van jonge con-
servatieven, welke deze gelegenheid wil ge-
bruiken om Engeland een definitieve houding
tegen Duitschland te doen aannemen, en daar
van blijk te doen geven, om het kraohtig
naast Frankrijk te doen staan met een
garantie van de onsch- ndbaarheid van Tsje-
chosloiwakije, anderzijds door een groep, welke
de Times aldus haar spreekbuis -heeft, welke
niet opziet -t-egsn een afscheiding van het
Sudeten-Duitsche gebied van den Tsjec-hoslo-
waakschen staat, welke een program heeft,
dat verder reikt dan een Duitsche persstem
nu durft te vragen. Waar staat precies
Chamberlain -Niemand zal he-t u kunnen
zeggen en wij hebben eens spottend hooren
opm-orken, dat zijn oordeel heen en weer gaa-t
tusschen den Maanda-g, waarop hij het gast-
vrirj-e huis- van Lady Astor verlaat om zich
naar zijn -bureau te spoeden en den Vrijdag,
w-aarop hij opnieuiw zijn schre-den daarheen
rich-t.
Wat wil Duitschland? Weten wij daarvan
Ze had zichizelf daarbij geheel buiten be-
schouwing gelaten.
Alles, alles stond hem helder voor den geest.
(Hij verborg zijn gelaat in zij-n handen. Ze
waren nat en klaim.
-Liefde en plicht.
Er werd aan de voordeur ge-bel-d. Hij sprong
overeind. Hij- was z'n zen-uwen niet meer
meester.
lO-p-nieuw sloeg d-£ klok. Elf uur. Sir Regi
nald Chrichton wachtte nu o-p hem.
Hij ging naar zijn s-laapkamer, doch bleef
plotse-linig staan. Er werd vlug op de deur van
zijn kiam-er geklopt; de kostjuffrouw kwam
binnen. Hij zag, dat ze bJeek zag; -haar groote
handen hield ze in elkander geslagen.
Er zijn twee... twee heeren, die u wen
schen te spreken, sir. Ik wist -niet goed, wat
te zeggen en -vroeg hun -even te wachten, op
dat ik zou gaan zien, of u thuis waart of
niet.
-Rupert hield zich goed. Hij keek juffrouw
Jones aan en glimlachte.
Ik hen nog niet klaar met on-tbij-ten.
Verzoek den heeren maar even boven te
komen.
Ze waren echter reeds binnengekomen.
Rupert keck hen aan; meteen wist hij, wie ze
waren en waarwoor ze kwamen.
lEr heerschte een oogenblik stilte. -Hij keek
juffrouw Jones aan en lachte opnieuw.
U kunt gaan.
Ze v.-rdween sc-hoorvoetend
Ik hoop maar, dat alles in orde is, bracht
ze er met moeite uit. Ik ben er van overtuigd,
diat m-eneer Dale niets gedaan heeft... niets
wat niet in den haak is...
In orde, juffrouw Jones. Doe d-e d-eur
nu di-cht alstublieft.
-Rupert ging weer zi-tten en dronk z'n kopje
t-hee -lee-g.
Daama verzocht hij den heeren even te
gaan zitten. Een van hen deed een stap voor-
uit. Uit den binnenizak van zijn jas nam hij
een vel papier dat hij on-tvouwde.
Bent u Rupert Alen Dale?
Ja. U -hebt ceo bevel tot in-hechtenis-
neming... Hij. hield zich in en zwee-g.
De man, die zo-oeven gesproken had, zei nog
iets, wat Rupert niet verstond. Zijn ooren
suisden. De denkbeeldige gedaanten, die links
en Tx-chts van hem s-tonden namen enorme af-
metingen aan. Ze sc-henen hem te willen
-platdru-kiken. Hij kreeg een- gevoel, alsof men
hem het ademhalcn wilde beletten.
De man ilas iets voor; het bevel tot inihech-
tenisneming van Rupert Allen Dale. Hier en
daar ving Rupert eenige woorden op.
Dat zal wel in orde zijn, zei hij, toen de
amibtenaar met voorlezen k-laar was. Hier is
echter een vergiss-ing in het spel, want ik ben
ons-ch-uldig.
Als een automaat herhaalde d-e amibtenaar
de officieele -mededeeling. Ru-pert liet zijn
oogen dio-or de kamer a vale n. Hij z-ag de
vaas met verweikte bloemen; roode ro-zen, die
Ruby voor hem hier had achtergelaten. Haar
aandenken, hetwtlk, zooals ze sc-hreef, hem
steeds zou omiringen... in deze kamer, waar-
aan zoavele dierbare herinneringen waren- ver
lbonden.
Er kiwam een waas voor zijn oogen. Hij
klemde de tanden o-p elkander, zichzelf dwin-
gend, als een man te handelen.
Zijn besluit stond nu vas-t. Dienovereen-
komstig zou hij dan ook handelen. Goed of
slcoh-t, hij zou doen wat zijn hart en zijn ver-
stan-d hem ingaven.
Hebt u er iets op tegen, dat ik even
verder ontbijt? vroeg hij op kalmen toon.
De amibtenaar keek op zijn horloge. Ik kan
u viijf min-u-ten toestaan.
(Wordt vervolgd.)