Prinses Beatrixgedoopt.
Sproeten komen vroeg in
Sprutol Bijalle Drogisten.
Buitenland
het voorjaar, koop tijdig een pot
DE CHINEEZEN VREEZEN VOOR DEN
GHEMISCHEN OORLOG.
Witter dan wit
TER NEUZEN, 13 MEI 1938.
De stem varf$he^Prmsesie over de geheele wereld gehoord.
I
tgdelijke voorziening tot versterking van de
opbrengst van de inkomstenbelasting en van
de dividend- en tantiemebelasting tot gedeel-
telrjke dekking van uitgaven voor de defensie,
waarschuwen tal van leden tegen, een, zij
't ook matige verbooging van de personeele
belasting welke de regeering scliijnt te be-
oogen voor verdere dekking. Deze belasting
welke materieel sinds de wet van 15 Juli 1929
tot herziening van de financieele betrekking
tusschen rijik en gemeenten aan de gemeenten
is afgestaan, en waarop door deze een onbe-
perkt aan tal opcenten mag worden geheven,
drukt nu reeds zwaar op groote groepen der
bevolking, vooral tengevolge van de vele, vaak
200 en meer bedragende opcenten. Zou de
druk van de personeele belasting, dezen sluit-
post der begrooting van vele gemeenten, nog
worden verzwaard, dan zouden bij de contri-
buabelen drastisehe bezuinigingen worden
uitgelokt, waardoor de werkloosheid weer zou
worden uitgebreid. Verbooging van deze be
lasting, ter dekking van uitgaven voor defen
sie, zou bovendien met de tegenwoordige func-
tie van die heffing volkomen in strijd zijn.
Wat de omzetbelasting betreft, verklaarden
deze leden ook tegen verbooging hiervan era-
stig bezwaar te habben, wijl zij vreesden, dat
bet bedrijfsleven daardoor te zeer zou worden
gescbaad.
Volgens deze leden zou een aanzienlijk be-
drag kunnen worden verikregen door de uit-
gifte van een rentelooze nationale defensie-
premieleening, waarbij ook kleine coupures
van b.v. /10 zouden moeten worden beschik-
baar gesteld.
Sommige leden zagen als wenscbelijk mid-
del tot verdere dekking van uitgaven een fis-
cale verbooging van bet tarief van inkomende
rechten en gaven mede in overweging een
radiobelasting, een koffiebelasting en een be
lasting op snoepgoed, als gebakjes en ijs-
wafelen.
Eenige leden zouden gaarne vememen, of
bet met in de bedoeling der regeering ligt,
de kosten van den acbterstand in onze bewa-
pening ad 175.000.000 te vinden door leening,
en, indien ja, of die leening spoedig kan wor
den tegemoet gezien.
Andere leden aobtten de uitschrijving ge-
wenscbt van eene rentelooze leening of een
leening tegen zeer lage rente, bv. iy2 pet.
Van weer andere zijde werd sterk betwijfeld of
zoodanige leeningen zouden slagen.
lingez. Med.)
JEF LAST AAA DE GRENS
AANGEHOUDEN.
Omtrent de aa.nbouding van den Nederland-
sahem auteur Jef Last, vroeger lid van de
Commun. Partij, en sedert bij in Spaanscben
krjjgsdienst is getreden geen Nederlander
meer volgens de wet op bet Nederlanderscbap,
meldft de s.-d. Arbeiderspers nog de volgende
bijzonderbeden
Maandagmiddag omstreeks een uur wilde
Jef Last in gezelscbap van den Franscben
journalist en scbrijver Gui Gharensol de
Nederlandscbe grens te Wuestwezel passeeren.
De bekende Franscbe journalist was naar
Nederland gekomen om een reportage te
maken over de drooglegging van de Zuiderzee,
dit naar aanleidlng van de vertaling, welke
van bet werk van Jef Last bij de Nouvel
Revue Frangaise verscbenen is. Toen de
Nederlandscbe douane-beambte de papieren
van Jef Last in handen kreeg, zei bij „Ob,
u is Last, wij mogen u niet toelaten. U bent
geen Nederlander meer".
Jef Last protesteerde: „Waar moet ik dan
been? Ik hefo nog nooit een officieel bescbeid
onder oogen gekregen waarop vermeld stond,
dat ik geen Nederlander meer ben."
Toen braebt de douane Jef Last in bet
douanebuisje; daar moest Last waobten. In-
tussoben werd de auto van Cbarensol van
onder tot boven doorzocbt. Tenslotte mocbt
de Fransche journalist verder rijden.
.Het duurde een paar uur, eer de rijksveld-
wacbter en twee marechaussees Last in bet
douanekantoor lewamen opzoeken.
De marecbaussees d'eelden Last mede, dat
hem de toegang tot Nederland was verboden.
Men ontnam den scbrijver ondanks zijn pro-
testen zijin bewijls van Nederlanderscbap;
twee .marechaussees grepen hem vast en
bracbten hem naar Belgisch grondgebied
terug!
Eenigen tijd later, omstreeks zes uur, Bel-
gische tijd, meldde Last zich opnieuw aan de
Nederlandscbe grens aan, ditmaal vergezeld
van een kameraad-redacteur van de Antwerp-
scbe Volksgazet. Zij werden tot staan ge-
bradht bij het tolkantoor door een Nederland-
scben marechaussee, die hem vroeg: ,,Zijn de
heeren Nederland ers?" Hi crop antwoordde
Last: „Ik ben het, maar ik heb geen papie
ren" Dan komt u er niet in!", klonk het ant-
woord.
„Mlen heeft mij het bewijs van Nederlander
scbap ontnomen". ,,Dan komt u er niet in'',
klonik het ten tweeden male. ,,Dan moet u
maar in Belgie blijven." ,,Dat wil ik niet",
antwoordde Jef Last. „Ik kan toch ook niet
in Belgie blijven zander papieren
Tenslotte werd Jef Last geroepen en zei
men tegen hem: ,,U gaat mee met ons naar
Zundert. U krijgt bij ons een boterham en
goed slapen en verder weet ik het ook niet..."
EEN VLUCHTELING ZAL VOGRTAAN ALS
EEN GNGEWENSCHTE VREEMDELING
MOETEN WORDEN BESCHOUWD.
De minister van justitie heeft een omzend-
brief gericbt aan de procureurs-generaal bij
de gerecbtshoveji en verschillende politioneele
autoriteiten inzake bet vluchtelingenvraag-
stuk. De stand van zaken is thans zoo, aldus
de minister, dat, sedert dit vraagstuk acuut
werd, vijf of zes jaar verstreken zijn, gedu-
rende welke een voortdurende toevloeiing van
vluchtelingen naar ons land heeft plaats ge-
vonden. Ons land berbergt dan ook vele dui-
zenden van deze vreemdelingen. In plaats van
een geleidelrjke opklaring brengt de stand van
het vlucbtelingenvraagstuk toenemende moei-
ljjkbeden mede. Gedurende de afgeloopen
jaren is ten aanzien van de toelating van
vluchtelingen bier te lande een in bet alge-
meen tegemoetkoanend standpunt ingenomen.
De regeering is van oordeel, dat de tot nu
toe gevolgde gedragsiijn beeindigd moet wor
den. Verschillende belangen, o.a. oeconomi-
sche belangen en de nog steeds aanzienlijke
werkloosheid bier te lande, maJken bet nood-
zakelijk de verdere toelating van vluchtelin
gen bier te lande tegen te gaan. Een vluch-
telinig zal voortaan als een ongewenscbte
vreemdeling moeten worden beschouwd.
Onder vlucbteling wordt verstaan iedere
vreemdeling, die onder den druk der omstan-
digbeden in bet land, waar bij verblijft of ge-
vestigd is, dit land verlaat. Aan de omstan-
digheid, dat de vlucbteling voldoende finan
cieele middelen bazit, mag geen reden worden
ontleend, hem bier te lande toe te laten of te
laten verblijven.
Zooals bekend is, wordt de grensbe waking
versterkt en uitgebreid, hetgeen een betere
wering ten gevolge zal bebben. Echter komt
ook op de plaatselijike politie een ruimere
taak van controle en toezicbt te rusten. Het
is van wezenlrjk belang, dat de politie voort
durende en scherpe aandacbt geeft aan de
opqporing en uitleiding van bedoelde vluchte
lingen, opdat de nieuwe gedragsiijn tot baar
recht kome.
Mocbt in een enkel geval aannemelijk zijn,
dat werkelijk levensgevaar voor den vlucbte
ling te ducbten is bij niet-toelating of terug-
zending over de grens of macht een bijzon-
dere en gewichtige reden aanwezig Izijn, die
twijfel doet rijzen of niet bet Nederlandscbe
belang toelating tooh bepaald wenscbelijk doet
zijn, dan kan de beslissing van den Iminister
worden in,geroepen.
De aangegeven nieuwe gedragsiijn geldt
slecbts voor nieuw aankomende vluchtelingen
en degenen, die sedert 1 Maart 1938 ons land
binnengekomen zijn.
'Het normale zaken-, toeristen- en grens-
verkeer zal uiteraard zoo weinig mogelijk
belemmerd moeten worden.
KWESTIE-KIfiS AFGEDAAN DOOR
GEWESTELIJKE FEDERATIE
S. D. A. P. IN FRIESLAND.
Zondag heeft de gewestelrjke federatie der
S.D.A.P. in Friesland te Leuwarden baar
jaarvergadering gehouden. Voor het partij^
bestuur waren de heeren Vorrink en Wouden-
berg aanwezig.
Toen de jaarverslagen aan de orde waren
gesteld, verklaarde de afdeeling Heerenveen,
dat zij, nu bet rapport-Van den Bergb ver
scbenen is en de kwestie-Kies op bet congres
is besproken, de zaak gaarne als afgedaan
wilde bescbouwen en baar critiek acbterwege
laten, boewel zij. die wel degelijk heeft.
De afdeeling Bergum diende een motie in,
waarin de wenscb werd uitgesproken, dat de
voorzitter en secretaris van bet gewestelijk
bestuur hun xuncties zouden neerleggen.
Verscheidene afgevaardigden bestreden deze
motie, terwijl eenige leden van het geweste
lijk bestuur namens het geheele bestuur ver
klaarden, dat zoodanige motie het gansche
bestuur zou bebooren te treffen. De motie
ondervond anderzijds eenigen steum. Toen zij
in stemming gebracht werd, verwierf zij ech
ter slecbts 16 van de 226 stemmen.
De aftredende bestuursleden werden alien
met groote meerderheid berkozen.
Opvolger van den beer Wassing is de beer
Hoogeveen uit Heerenveen geworden.
Ook de leden van den partijraad en van den
uitgebreiden partijraad zagen hun mandaat
vemieuwd.
HET AFSOHUIVEN VAN ARMLASTIGEN.
In een te Alkmaar gehouden vergadering
van de afd. Noord-Holland van de Ver. van
directeuren van maatschappelijk hulpbetoon,
waar de meeste Noord-Hollandscbe gemeen
ten vertegenwoordigd waren, is de afschuiving
van kosten van ondersteuning besproken. De
vergadering zag onder oogen, dat de praktijk
helaas vaak zoo is, dat tal van gemeente- en
armbesturen, elke gelegenbeid gretlg aan-
grijpen om ondersteunden, die de wenscb te
kennen geven naar een andere gemeente te
verhuizign, daarbij zoodanig bebulpzaam te
zijn, dat de gemeente daardoor van een arm-
lastige wordt ontlast en bet niet in strijd komt
met art. 40 van de Anmenwet.
Ondanks de tekst van art. 40, welke doet
verwachten, dat „eenige invloed", uitgeoefend
door het gemeentebestuur van de vorige ver-
blijfplaats, reeds voldoende grond op kan
leveren voor afschuiving, heeft de Kroon
daaraan een uitlegging gegeven, waardoor
het steeds moeilijker wordt een uitspraak te
verkrijgen, dat afschuiving inderdaad heeft
plaats gevonden. Geen afschuiving beeft
plaats, volgens de Kroon, zoolang bet initia-
tief tot de verhuizing van den armlastige zelf
•is uitgegaan, ongeacht de motieven en de om-
standighedien, die hem tot dit initiatief ge-
noopt belbtoen.
Een wetswijziging zal bier uitkomst moeten
brengen. Waar te voorzien is dat een wets-
wijziging nog wel even op zich zal laten
wachten is bet dringend noodig, dat de ge
meenten wederkeerig zich verbinden, bij bet
verleenen van steun bij verhuizing, zekere
normen in acbt te nemen.
-Vooreerst aldus de beer De Haas van
Dorsser, die de vergadering presideerde
zal alleen dan medewerking verleend moeten
worden, wanneer de ondersteunde een werke
lijk belang bij de verhuizing heeft.
De medewerking zal steeds gepaard dienen
te gaan ;met overleg met de gemeente, waar-
heen de ondersteunde verhuizen wil, waar
bij overeengekomen kan jworden, dat even-
tueele ondersteuning gedurende een half
jaar of een jaar gerestitueerd wordt. De
regeling behoeft geen dwingend karakter te
krijgen. Wanneer twee gemeenten het over
een verhuizing niet eens kunnen worden, dan
kan een beroep op de Kroon worden ingesteld.
Wanneer de gemeenten de zaken onderling
qpenhartig behandelen en bet sociale belang
voor oogen houden is te voorzien, dat aan bet
afschuivingseuvel een einde komt.
Alle aanwezigen zegden in- principe him
medewerking toe, de totstandkoming van een
dergelijke regeling te toevorderen.
In Cbineesche regeeringskringen wordt be-
weerd, dat het Japansche opperbevel als een
gevolg van den hardnekkigen tegenstand der
Cbineezen aan het Loenghai-front besloten
hebben op groote schaal een toevlucht te gaan
nemen tot den chemiscben oorlog. Twee af-
deelingen speciaal tot dat doel geschoolde
troepen onder aanvoering van generaal Mo-
toma zijn op 19 April uit Kobe vertrokken en
zijn via Tsingtao naar het front in Sjantoeng
gedirigeerd. In dezelfde kringen vertelt men
ook, dat er een afdeeling voor den gemotori-
seerden chemiscben oorlog Dinsdag onder aan
voering van generaal Kikoetsji Japan heeft
verlaten. De Chineezen brengen in herinne-
ring, dat de Japanners reeds bet traangas
hebben toegepast, zonder veel suoces echter.
Een nieuwe chemische oorlog zou echter op
een veel grooter schaal worden beproefd.
DE VERDEELING DER GODSDIENSTEN.
iln een kerkelijk orgaan worden de aan-
tallen belijders van de verschillende kerken
in Duitschland bekend gemaakt, n.l. 27 mil-
ljoen katholieken en 41 millioen evangeli-
schen of uitgedrukt in procenten 36 en 54
procent. De overige 10 pet. der bevolking
maakt deel uit van andere kerken of gods-
diensten. Door de inlijving van Oostenrijk is
bet aantal kathobeken, dat eerst 21 millioen
telde, met 6 millioen toegenomen. In totaal
heeft Duitschland thans acht katbolieke
aartsbisdommen en 22 bisdommen.
HET GEMAKKELUKE
TELEFOONNUMMER.
Het telefoonnummer 999, dat onlangs voor
bet opbellen van de politie te Londen werd
ingevoerd, is een groot succes geworden. De
Britsche Postmaster General heeft medege-
deeld, dat de resultaten zoozeer aan zijn ver-
wachtingen beantwoorden, dat bij voornemens
is, dit gemakkelijk te onthouden telefoon
nummer voor bet gebeele land in te voeren,
zoodat men toinnen verloop van tijd overal de
politie met „drie negens" bereiken kan.
worden Uiw tandten wanneer U poetist met
,wat goeds, nanaelijk met 11/0001
Tube 60 en 40 'ct. Dooe 20 ct.
(Ingez. Med.)
ZANGCONCO URS.
Op het op Donderdag 26 Mei a.s. te houden
24ste Zangersfeest tevens Concours der Chr.
Zangvereenigingen, aangesloten bij den Ring
,,Zeeland" (afd. van den Kon. Bond van Ohr.
Zang- en Oratorium-vereenigingen in Neder
land) te Wemeldinge, zal worden deelgenomen
door 28 vereenigingen.
Zeeuwsch-Vlaanderen zal vertegenwoordigd
zijn met de navolgende vereenigingen:
Eerste afdeeling: „Excelsior", Ter Neuzen
en ,,Zingt den Heer een nieuw Lied", Zaam-
slag.
Tweede afdeeling: ,,Cbr. Neuzens Mannen-
koor" Ter Neuzen.
Derde afdeeling: ,,Looft den Heer", Groede.
Dit jaar zal door „Asaf", Axel, hieraan niet
worden deelgenomen.
OM DE SOHELDEMEEUW.
De Zeeuwsehe vereeniging voor Luchtvaart
heeft besloten om de jaarlijksehe vlucht om de
Seheldemeeuw ditmaal te doen houden vanaf
het vliegveld Haamstede en wel op Zaterdag
6 Aug. a.s.
LUXOR THEATER.
De drie pleegvadgrs.
De film „Drie Pleegvaders" is bewerkt naar
een roman van Peter Kyne en men weet dus
vooruit dat men met bandieten, cowboyleven
en al wat daarbij behoort, te maken zal
krijgen.
Prompt is er dan ook aan bet begin een
bankoverval in bet plaatsje Nieuw Jeruzalefn,
tusschen de woestijnen van Texas en Arizona.
Het is de bende van Bob met zijn drie trawan-
ten die dien overval pleegt. Een wordt op de
vlucht doodgeschoten, maar Bob, Dok en Gus
rennen op bun paarden dwars door de woestijn
am de Gray Ravijn te bereiken. Het is een
eindelooze tocht met allerlei ellende en ont-
beringen, die al beginnen wanneer ze na 5 y2
mijl een bron vergiftigd vinden.
De climax in de ellende komt, als na een
rustpoos weer mijlen verder de paarden, die
ook alweer van een vergiftigde bron gedron-
ken hebben, zijn gestorven.
Zij vinden dan bet lijk van een man, de
stervende vrouw van dien man en een klein
kind. Dok, de man van beschaving en het
goede hart, de milde filosoof ondanks zijn ban-
dietenleven, is dadelij-k verteederd en besluit
dat zij het kind moeten meenemen. Hobwel de
ruwe, voor niets terugdeinzende Bob, zich ver-
zet, krijgt Dok zijn zin. En nu zijn de „drie
pleegvaders" op weg naar hun Nieuw Jeruza-
lem mijlen en mijlen door de woestijn, al spoe
dig zonder water. Dok en Gus gaan ten
onder en Bob blijft alleen met bet kind. De
treffendste momenten in de film zijn nu die,
waarin Bob een bevigen zelf strijd voert. Het
kind wordt hem tot last. Hij ziet, doodver-
moeid, hongerig en dorstig, geen kans het doel
te bereiken. Eens schiet hij zelfs op het kind,
maar hij mikt verkeerd en doodt een ratel-
slang. De lach en de geluidjes van het kind
verteederen ook ten slotte hem. Hij drinkt
om nieuwe kracht te krijgen uit een vergif-
tigdfe bron, wetend, dat het gif pas na een
uur werkt en bij dan Nieuw Jeruzalem zal
bereiken. Stervend legt hij het kind in de
armen van Molly, aldus met een prachtige
daad van liefde en moed zijn bandletenleven
eindigend.
Born To Daace.
TelegraafEleanoi' Powell, de Amerikaaa-
sobe star, die de „tap-dance" niet alleen tot
een merkwaardige boogte van tecbnlek g»
bracht heeft, doch die tegelijkertijd zoo lyrlach
en zoo fijn humoristisch kan zijn. Deze chair
man te danseres verdient de kostbare en
bizarre lijst waarin mien haar geplaatst he«ft.
Overstelpend© decors.
Alg. Handelsblad: Eleanor Powell, wier
evoluties op den dansvloer grenzen aan het
bovennatuurlijke. Een vermakelijke film
Bamett Parker, die een correcten Engelschen
winkelbediende parodieert, doet U schatere*
om zijn mallooten ernst. De scene in het
park, waar de politie-agent (Reginald Oar-
diner) langizaaim het drweepende paar nadert,
is onbeschrijfelijk komisch.
Het Volk: Eleanor Powell, de technisrh
onigelooflijke knappe tap-danseres. Muzikaal
voortreffelijke songs en de vele komische
scenes zijn als het ware „ingebed" in een
stroom van vlotte, vroolijke muziek. Perfect
entertainment, volmaakt amusement!
N. R. C.Van deze nieuwe film met Eleaaor
Powell kan men evenveel goeds zeggen als van
Broadway Melody" en er steeds op laten vol-
gen: ,,Ook al kent ge Broadway Melody". In
dit compliment ligt eigenlijik alles opgesloten:
gaat zien hoe Eleanor Powell zich opnieww
heerlijk ontplooit en hoe alle anderen, die ge
kent, zich opnieuw van hun besten kant laten
zien.
Jordaan en Haagsche Post: Een uitbundige
roes van rhythme, melodie en rare gebeurte-
nissen. Welk een aanstekelijke vroolijkibeid,
welk een tempo, wellk een virtuexsiteit!
Reeds vroeg in den morgen stonden honder-
den belangstellenden langs den weg geschaard.
Den Haag bood een vroolrjken aanblik, er
werd druk gevlagd. Bijna iedereen was met
Oranje getooid en het weer was heerlijk.
Een groot aantal extra-treinen bracht een
stroom van belangstellenden naar de Hofstad,
die en goed plaatsje langs de route zochten.
Naarmate bet uur van vertrek van de Gou-
d-en Koets naderde, verdrongen zich duizenden
en duizenden langs de afzetting.
Even na 9 uur begonnen de militairen op
te rukken om de eerewachten te betrekken.
Voor de touwen, waarmede de trottoirs waren
afgezet, werden de militairen op den rijweg
opgesteld.
Duizenden en duizenden Hagenaars en van
elders gekomenen bebben Prinses Beatrix op
baar rit naar de kerk en terug naar het Paleis
Noordeinde, op den schoot van haar Moeder
in de gouden koets gezeten, op uitbundige
wijze toegejuicht. Prinses Juliana en Prins
Bernhard dankten telkens voor deze ovatio-
neele hulden, voor dit grenzenlooze entbou-
siasme, dat zich uitte in vroolijke hoera's, in
blijde gezicbten, kortom in oprecbte liefde
voor onze Kroonprinses, den Prins der Neder-
landen en beider Docbter.
Niet minder luid en oprecbt klonken de
jubelkreten, toen de Koningin, gezeten naast
Koning Leopold van Belgie, voorbijreed en ook
Hare Majesteit dankte steeds glimlachend
voor de hartelijk bulde Haar op dezen blijden
dag in de gescbiedenis van baar vorstenbuis
bereid. Langs den geheelen weg stonden sol-
daten die voor de afzetting zorgden en het ge-
weer presenteerden, toen de vorstelijke per-
3onen voorbrj reden.
Bij het Paleis Noordeinde.
Al vroeg in den morgen stond bet zwart
van menschen voor het Paleis Noordeinde.
Veel bekijks bad het aantreden van de eere-
wacbt voor het Paleis, welke bestond uit
Grenadiers en Jagers tezamen 100 man
waarbij de Koninklijke Militaire Kapel was
ingedeeld. Telkens reden bofauto's voor om
leden der hofhouding in gala-uniform af te
zetten. Even half tien reed de Koningin. ge-
kleed in een lioht-lila japon, waarover zij bet
grootkruis van de Kjroonorde van Belgie droeg
en een grijzen bontmantel los omgeslagen, met
Prins Bernhard uit, uitbundig toegejuicht door
de wacbtenden, om zich naar het vliegveld
Ypenburg te begeven ter begroeting van
Koning Leopold. Met den Koning, die in
generaalsuniform was, keerden Hare Maje
steit en Prins Bernhard omstreeks half elf
terug. De Koning inspecteerde de eerewacht
en boven de jubelkreten klonk toen de „Bra-
bangonne", gespeeld door de Koninklijke
Militaire Kapel.
Na eenige oogenblikken verschijnt Koning
Leopold voor een der ramen van het Paleis,
naast hem staat Koningin Wilhelmina.
Om elf uur rijdt de gouden (koets bet voor-
plein op: bespannen met zes paarden, gaande
een koetsier naast elk paard en drie lakeien
naast elk paard, de witgepruikte koetsier op
den bok. Ook de beide galarijtuigen en het
eskadron huzaren zijn nu aanwezig en vol
bewondering voor deze sprookjesachtige en
kleurrijke praal zien de duizenden belangstel
lenden stif toe.
Als om kwart over elf de groote glazen
deuren van bet Paleis geopend worden en het
Prinselijk Paar en' het Prinsesje zichtbaar
wordt, juicht de schare wacbtenden hen luide
toe en wordt spontaan het Wilbelmus ge-
zongen.
Wanneer de gouden koets is voorgereden,
verschijnt op het bordes Prinses Juliana ge-
kleed in lang teer-groen gewaad met een hoed
met gele paradijs-veeren.
Adhter haar volgt Prins Bernhard, gekleed
in zijn uniform van kapitein der Grenadiers.
Hij draagt de onderscbeiding hem zoo juist
door Koning Leopold verleend.
Kort daarop verschijnt voor bet eerst de
hoofdpersoon van dezen dag, Prinsesje Beatrix
officieel voor haar volk. De verpleegster reikt
bet Prinsesje aan Prins Bernhard, die het
overgeeft aan Prinses Juliana.
Het doopkleed1 is waarlijk vorstelijk.
Prinses Juliana steunde 't kleine Prinsesje,
dat geheel in witte kant gehuld was, met haar
linkerhand, zoodat de belangstellende memgte
haar gezicbtje goed kon zien.
Even later zet de stoet zich langzaam m
beweging.
In het eerste rijtuig hadden plaats geno-
men Mr. J. C. baron Baud, kamerheer van
de Prinses en Jhr. Mr. C. Dedel, 's Prinsen
particuliere secretaris. Het tweede ga a
rijtuig bood plaats aan mevr. Snouck Hur-
eronie—van Tets. d.d. grootmeesteres van
H K H en E. H. Juckema van Burmama
baron Rengers van Warmenbuizen, d.d. groot-
meester van H. K. H. Achter het tweede gala-
rijtuig reed een half eskadron huzaren, dan
kwam de gouden koets en daarachter een half
eskadron huzaren.
Tegen half twaalf reden vijf hofauto's bet
voorplein van het Paleis op. H. M. de Konin
gin en de Belgische Koning namen in de eerste
auto plaats, Prins Bernbard's moeder en prin
ses Alice van Groot-Brittannie in de tweede
auto, de vorstin van Erbacb-Schonberg en
bertog Adolf Friedrich van Mecklenburg in
de derde auto, de hertogin van Mecklenburg,
gravin Kotzebue en prins Aschwin in de vierde
auto, en prinses Helena van Erbacb-Schonberg
en graaf Kotzebue in de laatste auto.
Zoodra de Koning der Belgen op bet bordes
verscheen, speelde de kapel de Brabangonne en
bet muziekkorps van het 6e regiment infan-
terie voor bet standbeeld van Koning Willem
II op bet Buitenbof opgesteld, speelde even-
eens bet Belgische vollkslied, toen de Koning
voorbijreed.
Bij den ingang van de kerk werd bet Prinse
lijk Paar en Prinses Beatrix door Mr. J. W.
Baron van Lynden, opperkamerheer; Mr. R.
Ridder Pauw van Wieldrecht, kamerheer en
R. A. baron van Hardenbroek v. Hardenbroek,
kerkvoogd der Ned. Herv. gemeente en com-
missaris van de Groote Kerk, ontvangen. Bij
den ingang van de consistoriekamer wacbtte
een commissie uit den kerkeraad, bestaande
uit Ds. H. J. Dyckmeester, voorzitter Dr. W.
J. de Wilder, scriba, Jbr. Mr. J. M. M. Asch
van Wyck, advocaat-dialken en L. Slagter, de
oudste ouderling, Hunne Koninklijke Hoog-
beden op. In de consistoriekamer werd op de
komst van H M. de Koningin en de overige
vorstelijke personen van den stoet gewacbt.
Voor de kerk stond een eerewacbt van mari-
niers opgesteld met de Marinekapel, die het
Wilbelmus voor Prinses Juliana, Prins Bern-
bard en Prinses Beatrix speelde en voor den
Belgischen Koning de Brabangonne.
In de kerk.
Te kwart voor 12 werd Ds. Welter, die de
eigenlijke doopbediening zou verrichten, de
kerik binnengeleid. Daarop komen, onder een
stati'gen klanJkenstroom, de leden der Vorste
lijke familie en hun gasten binnen. Naast onze
Koningin schrijdt, slanik en rijzig, Koning
Leopold van Belgie. Hij is gekleed In gene-
raals-uniform en draagt het Grootkruis van
den Nederlandschen Leeuw.
Prinses Juliana, die er in haar liehtblauwe
robe cbarmant en bekoorlijk uitzag, schreed
met rustige waardigheid aan den arm van
Prins Bernhard:, die gekleed was in bet kapi-
teinsuniform der grenadiers, en den sabel
droeg van Koning Willem III, naar hun
plaatsen.
Prinses Beatrix bleef voorloopig in de con
sistoriekamer achter.
Ondertusschen had Ds. E. H. Blaauwen-
draad den preekstoel beklommen. De beide
dienstdoende ouderlingen, de heeren L. Slag
ter en F. J. G. Furda, hadden even'eens hun
plaatsen ingenomen.
Het ,,Excel!sior-koor" deed zich hooren en
vol en kracbtig klonken de woorden van den
lofzang: „Lof zij den 'Heer, den almachtigen
Koning der Eere" door de gewijde ruimte.
Toen klonk de stem van den voonganger,
het votum uitsprekende, gevolgd door de
zegenbede
Genade zij u en vrede van Hem, Die is, en
Die was, en Die komen zal. Amen.
Hierop venzocht Ds. Blaauwendraad de ge-
meepte het eerste vers van psalm 100 te zin-
gen, onder welken zang tweemaal gecollec-
teerd werd', voor de armen der gemeente en
vodi de kerk.
Vervolgens las de predikant voor Marcus
10 vers 13 tot 16, een gedeelte uit het Bijlbel-
scbe verhaal, waarin de kinderen tot Jezus
gebracht werden en de bekende woorden door
Jezus gesproken werden: ,,Laat de kinderkens
tot mij komen en verbindert ze niet, want der-
zulken is het Konihkrijik Gods".
Toen iging de predikant voor in gefoed, waar-
na hij de volgende preek hield:
De preek.
Wij zijn saamgekomen voor de plechtige be-
diening van het Sacrament van den Heiligen
Doop. En bet is dan ook vanzelfsprekend, dat
dat ons aller aandacht vraagt en onze voile
aandacht. Maar dat sluit mede in, dat straks
Gods heilige N-aam zal mogen worden ver-
,bonden aan den naam van onze lieve Prinses
Beatrix. En dus mee onze bijzondere aan
dacht gevraagd wordt voor baar en voor haar
vorstelijke Ouders en Grootouders, terwijl
onze gedachten tevens uitgaan naar ben, die
heengingen, maar die thans in den geest met
ons zijn. En dat onze aandacbt gevraagd
wordt voor hen, die als peten of familieleden
aan de plechtigheid zullen deelnemen. En dat
onize aandacht wordt gericbt op alien, die aan
wezig zijn, en daardoor de belangrijkheid van
deze plechtigheid vergrooten.
Daarom leeft in ons aller hart de bede, dat
God Hunne Koninklrjke Hoogheden Prinses
Juliana en Prins Bernhard een rijken zegen
moge schenken, nu zij hun Docbter Prinses
Beatrix aan Hem mogen opdragen.
En de bede, dat God Hare Majesteit onze
Koningin en Hare Hoogheid Prinses Armgard
in dien zegen doe deelen.
En de bede, dat Gods Geest dien zegen doe
neerdalen over alle aanwezigen en over heel
ons volk, dat in oprechte belangstelling met
dezen bijzonderen dienst meeleeft.
En te meer blijft ook daardoor onze voile
aandacht gericbt op de bediening van het
Sacrament.
En daarom is het dat wij een woord Gods als
een inleiding daarop en als een uitlegging
daarvan wiiien doen voorafgaan. Dat woord
voniden wij in 1 Johannes 4 8b: God is liefde.
God is liefde. Om de beteekenis van dit
machtige woord' eenigszins te benaderen,
moeten we wel beginnen met ons te realisee-
ren, dat bet een waagstuk is het -uit te spre-
ken. Het past niet bij de ervaring, die wij
opdeden van de wereld, die toch door God is
geschapen en door Hem wordt geleid.
Maar de Bijbel is daar niet bevreesd voor.
En. daarom niet bevreesd voor, omdat het
niet oppervlakkig wordt gezegd. Johaimes,
die dit schrrjft, kent de voile werkelijkheid
van het leven, maar ziet ook een andere wer
kelijkheid, zooals blijkt uit het vers, dat er
op volgt. En die andere werkelijkheid is
Christus. Hem kent hij en Hem ziet hi}. En
als hij op Hem ziet, dan waagt hij het te zeg
gen: God is Liefde.
En dan kan niets daar verandering in bren
gen. Ook niet het feit, dat de wereld die Lief
de van God niet heeft begrepen. En ook niet
het feit, dat de menschen zich aan die Liefde
van God hebben vergrepen. Al ziet hij Jezus
dan voor zich zooals hij daar hing aan het
kruis, dan nog zegt hi}: God is Liefde.
burners toen hij bij het kruis stond en om
zich heen niets vernam dan spot en vergui-
zing, toen heeft hij ook de woorden ran den
Heiland gehoord. Dat waren geen woorden
van haat en verachting over verbittertng,
maar van liefde. En dat was die Heiland, die
gezegd had: die Mirj gezien heeft, die heeft
den Vader gezien. Dat waren dus woorden
Gods. En God sprak door hem, en daarom
houdt Johannes vol: God is Liefde.
Alle oppervlakkigheid is aan den Bijbel
vreemd. En alle oppervlakkigheid is vreemd
aan hen, die het met den Bijbel houden. Dat
blijkt ook zoo duidelijk uit het formulier, door
onze vaderen opgesteld voor de bediening ran
den Heiligen Doop. Dat. houdt ook de wer
kelijkheid van het leven volkomen in het oog.
Dat bezielt het leven van ons en ran onsse
kinderen ook niet van den opperrlakkigen
kant. Maar integendeel zoo ernstig mogelijk.
Het voelt terecht, dat allerlei moeilijkheden,
die ons deel zijn geweest, waarschijnlrjk ook
onzen kinderen niet bespaard zullen blijven
Het vindt. dat verschrikkelijk en noenlt dat
ellende. Maar we mogen er ons oog niet roor
sluiten en straks zal blijken, dat we dat ook
allerminst behoeven te doen. En die moeiRjfk-
heden bedreigen ons niet alleen van buitenaf,
maar ook van binnenuit. Wij zijn zelf niet,
die we zijn moeten. Dat brengen we mee als
we in de wereld komen. En onze kinderen zijn
niet die ze zijn moeten, dat zal zich straks
al meer openbaren. Maar dat doet niets af
aan bet feit, dat God liefde is. Als die waar-
heid maar niet gesteld wordt in opperrlak
kigen zin.
En daarom doet het ons juist nu dobbel
goed, dat het niet gezegd wordt in een opper-
vlakkige beteekenis, omdat het gaat om ons
heil, en omdat het gaat, en daarbij voelen we
het dikwijls nog sterker, om het heil van onze
kinderen." Nu doet het ons goed, dat we onze
oogen niet behoeven te sluiten voor de werke
lijkheid, maar dat we het leven in de oogen
mogen zien.
Dan wordt het ons een reden van dankbaar-
heid, dat we dat mogen zeggen. Dan brengt
het een rijken troost. En is het een uiting
van datzelfde optimisme, dat den Bijbel alttfd
kenmerkt. En ondanks alles kenmerkt.
Waar ligt het gefaeim daarvan? Iramera
daarin, dat ons hier meegedeeld wordt, dat
God liefde is, om ons daarmee te zeggen, dat
God die liefde niet voor zichzelf heeft be
waard. Maar die liefde aan de wereld heeft
meegedeeld en zoo breed mogelijk. Dat die
liefde er is voor ons en voor onze kinderen.
Zoo sprak Jezus het immers zelf eenmaal
uit. Alzoo lief heeft God de wereld gehad,
dat hij zijn eeniggaboren zoon gegeven heeft.
opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet ver-
derve, maar het eeuwige leven hebbe.
Wat Johannes hier zegt, is dus niets anders
dan een echo op dit woord van Jezus. En een
echo op heel het leven van Jezus, dat van
dat woord de bevestiging is geweest. Jezus
heeft liefgehad. En Zijn liefde geplaatst tegen-
over den haat en de onverschilligheid van de