ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
LICHTZINNIGE JEUGD
No. 9755
WOENSDAG 4 MEI 1938
78® Jaargang
Binnenland
FeuiHeton
NEUZENSCHE CO U RANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen f 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
AD VERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
KLEINE AD VERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. -
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Dinsdag 3 Mei.
De spellingk'westie.
Aan de orde is de interpellatie-Woltjer over
de schrijfwijze van de Nederlandsche taal.
Pb heer Woltjer (a.-r.) heeft volgens de
N. R. Gi l. cie zakelijke zijde van het spellings-
vraagstuk bij de onderwijsbegrooting buiten
beschouwing willen laten, zoowel om den tijd-
nood als om spr.'s opvatting, dat de zaak van
de schrijfwijze der Nederlandsche taal een
zaak is niet van het onderwijs alleen, maar
van het heele land. Spr. zou het hebben toe-
gejuicht, als de spellimgkwestie als kabinets-
politiek zou zijn beschouwd en bij de alge-
meene beschouwingen niet bij hoofdstuk
VI zou zijn behandeld.
Spr. wil aan de interpellatie de strekking
geven betrekking te hebben op het regeerings-
beleid ten aanzien van de spelling.
Spr's fractie is teleurgesteld1 over de beslis-
sing, welke bij de Memorie van Antwoord aan
de Kamer is meegedeeld. Spr. is aanvankelijk
ingenomen geweest met de verklaringen van
den minister-president bij de algemeene be
schouwingen. Doel der interpellatie is den
Minister te vragen, of wei zijn beleid aan
nemelrjk te maken, of wel 'een anderen weg
in te slaan.
Bij de algemeene beschouwingen had het
kabinet zich losgemaakt van de spellings-
maatregelen van het vorige ikabinet. Welnu,
dan houd't spr. de regeering aan deze ver
klaringen. Spr. zou gaame van den Minister
eem verklaring vernemen, of het kabinet nog
steeds op het standpunt staat, dat de spelling-
kwestie geen zaak is van het onderwijs alleen,
maar van het heele volk.
De Minister van algemeene zaken heeft bij
de algemeene beschouwingen verklaard de
staatsrechtelijke bezwaren van spr. tegen de
door het vorige kabinet gevolgde methoden
inzake de spelling, niet te kunnen weerleggen.
Is de regeering op dit standpunt terugge-
komen?
Vervolgens zou de spellingkwestie door een
deskundige commissie worden bezien. Tevens
zou met de B-elgische regeering contact wor
den gehouden tusschen deze in Januari afge-
legde verklaring en de Memorie van Ant
woord op hoofdstuk VI bestaan in het oog
loopende verschillen. De opdiracht der te be-
noemen commissie is volgens de memorie tot
drie punten van technischen aard beperkt. De
tot nu toe gevolgde methode wordt weder ge
volgd: voor het onderwijs worden alvast eenige
regelen vastgesteld. Het contact met de Bel-
gische regeering ziet er thans geheel anders
uit. Zulks is in tegensteiling met de slechts
eenige maanden oude verklaringen.
Waarom heeft tde regeering haar standpunt
niet gehandhaafd? De afwijking van dit
standpunt stichtte verwarring en was niet
geheel juist jegens de Kamer. De behoefte
aan zekerheid en de oeconomisch-paedagogi-
sche overwegingen, die tot de jomgste beslis
sing hebben geleid, bestonden te voren ook
al en hadden uitstel met onmogelijk gemaakt.
Wat is er dan sinds Januari gebeurd?
Spr. is erkentelijk voor de voorbereiding
van een wetsontwerp betreffende de spelling.
Dit komt aan spr.'s vroeger geuite wenschen
tegemoet. Toch is spr. nog niet bevredigd,
De Kroon zal immers in den gedachtengang
van den Minister telkens wijzigingen in de
spelling kunnen aanbrengen met uitschakeling
van de Staten-Generaal. De verlangde vast-
heid zal dus toch nog ontbreken.
Het lrjkt spr. noodig, dat de vaste commis
sie van advies tenminste even groote bevoegd-
heden moet krijgen als de in te stellen tijde-
lijke advies-commissie. Spr. hoopt dat deze
commissie minder eenzijdig zal zijn samen-
gesteld dan de commissie van 1934. Mannen
als Prof. Wille bijv. zouden in de commissie
niet mogen ontbreken. Bij de wet zouden de
door ARTHUiR APPLIN.
Vervolg.
3)
Wat maaikt het nu uit? zei hij, tartend.
Nu ben ik rijk. Ik kan affiles betalen en voor
ik naar huiis ga, zullen we nog eerst eenige
gezellige dagen in Londen doorbrenigen.
En je vader, Rupert? zei ze zacht.
Herinner je je n;et alles wat je me over
hem hebt verteld? Z'n droomen? Z'n toe-
komstplannen voor jou? Denk niet dat ik ver-
waand ben, doch hij zal ontgoocheld zijn, o, zoo
ontgoocheld. Ik geloof nu zelfs, dat ik liever
bad geizien, dat je al je geld had verloren, doch
voor je ex amen niet gezakt was.
(Een beetje boos maafcte hij zich van haar
los.
Je weet niet wat je zegt. Als „Paul" niet
had gewonnen!
Op dat ooigenlblik drong het geschreeuw van
een krantenjongen op de straat tot hem door.
Beidem luisterden en Rupert lachte.
Vertgecf me, doch het is pijnlijk me altijd
zoo te herinneren aan m'n vader. Ik weet, dat
ik hem een slag toebranghij zal er werke-
iijk ziek van zijn. Nu heb ik echter een laatste
kans gekregen, die ik moet waamemen. Had
ik niet gewonnen, dan stond ik nu macbteloos;
dan moest ik naar huis fcerug om mezelf in
dat vermolmde huis midden op de eenzame
hei te laten ops-luiten. Nog den keer zal ik het
wagem en voor den drommel, ik moet, ik z&l
slagen. Ik beloof je, dat ik bij het volgende
examen slaag. Dat ik niet geslaagd ben, is te
danken aan die venvloekte geldzorgen.
Weer hoorden ze een krantenjongen, die
schreeuwend door de straat liep.
categorieen van personen moeten worden ge-
noemd, die in de adviescommissie moeten zijn
vertegenwoordigd.
Spr. is verheugd, dat de naamvals-n behou-
den zal blijven. Spr. verbeeldt zich, dat de
storm, die extra-zwaar tegen de voorstanders
der oude spelling, welke op waardige wijze
o, kon dat ook van hun tegenstanders worden
gezegd hun standpunt verdedigen, is op
gfestoken, bij deze woorden ook de parlemen
taire gemoederen rimpelt.
Het devies van Dr. Oolijn ,,.soevis tranquillus
in undis" wordt in dit verband door spr. aan-
gehaald. Hij wijst op de toeneming van on-
duidelijkheden en homonymen, welke het weg
laten van de naamvals-n teweeg brengt.
De vroegere spellingsmaatregelen waren
onwettig. Thans stelt de regeering een wet
in het vooruitzicht. Doch zal deze wet het
onrecht bestendigen door het een wettelijke
basis te geven? Dit zal het vitium originis
bestendigen.
Aan het eind van zijn rede stelde Prof.
Woltjer ide volgende vragen:
1. Kan de regeering duidelijk maken, dat
haar in de Memorie van Antwoord betreffen-
de het on twerp van wet tot vaststelling van
hoofdstuk VI der rijksbegrooting voor 1938
medegedeelde beslissing inzake de schrijfwijze
der Nederlandsche taal, in overeenstemming
is met de namens haar -door Minister van
Algemeene Zaken, voorzitter van den raad
van Ministers, in de vergadering der Eerste
Kamer van 14 Januari terzake afgelegde ver
klaring
(Zoo neen, wil zij dan aan de Kamer mede-
deelen, welke nieuwe omstandigheden er zich
na dezen datum hebben voorgedaan, die haar
noopten, op deze verklaring terug te komen?
2. Kan de regeering duidelijk maken, dat
de voorbereiding van een wetsontwerp, waar-
door haar bemoeienis met de schrijfwijze der
Nederlandsche taal op wettelijke basis zal rus-
ten, niet de erkenning inhoudt, dat die wet
telijke basis thans nog ontbreekt en derhalve
de tot nu terzake gegeven voorschriften vol
gens haar zelve onwettig zijn?
3. Kan de regeering duidelijk maken, dat
hare in de eerste vraag bedoedde beslissing
in de behoefte aan spoedige zekerheid (die
haar genoopt heeft af te zien van de blijkens
de Memorie van Antwoord aan de Tweede
Kamer over hoofdstuk I der rijksbegrooting
voor 1938 beoogde instelling van een commis
sie, ,,die op zeer konten termijn de regeering
zal kunnen adviseeren omtrent de problemen,
die rijzen met betrekking tot de schrijfwijze
der taal") inderdaad zal voorzien?
4. Kan de regeering duidelijk maken, dat
hare in de eerste vraag bedoelde beslissing
in overeenstemming is met haar hier voor
genoemde memorie van Antwoord kenbaar
gemaakt streven ,,om zooveel mogelijk in har
monic te handelen met de Belgische regee
ring'1', die, naar de mededeeling in de memorie
van antwoord aan de Eerste Kamer betreffen
de hoofdstuk VI der rijksbegrooting, ,,harer-
zijds verre de voorkeur zou hebben gegeven
aan een nieuw onderzoek van het geheele
spellingvraagstuk" en dat het haar niet mo
gelijk was, te voldoen aan dezen uitgwsproken
wensch der Belgische regeering, die toch ge
heel ging in de richting van haar eigen aan
vankelijk voomemen.
Het vraagstuk van de .schrijfwijze van de
Nederlandsche taal ,,in zijn geheel in be
schouwing te nemen™ (memorie van antwoord
Tweede Kamer hoofdstuk I)en aldus de kans
te vergrooten, dat de eenheid van schrijfwijze
in het taalgebied van het Nederlandsch be-
waard blijft?
5. Is de regeering bereid, de in haar ver
klaring vain 14 Januari klaarblijkelijk bedoel
de methode alsnog te volgen?
De Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, de heer Slotemaker de Bruine,
vatte zijn betoog samem in een beantwoording
van de vragen.
Ui'tsl'ag van de groote race. Sensationeele
uitslag... Alle winners... Sensationeele uit-
slag.
Laten 'we een krant koppen, om te weten
wat ze er over sdhrijven.
Ruby volgide hem.
Rupert, wadht even, zei ze. Zeg me eer-
lijk, hoeveel had je noodig gelhad, als „Paul"
nu eens niet had gewonnen?
Precies weet ik het niet. Doch wat geeft
het nu? vroeg hij zonder nadenken. Ik ver-
moed een paar honjderd ,pond. Maar wat geeft
dat? Nu kan ik doorwerlken tot ik slaag. Ik
zal ook aan den ouden heer de vijf pond
terugizeniden die hij me zonid in een cheque van
Crichton. Die kerels in Post Bridge 'Hall
zwemimen in het geld, doch ik zal ze laten
zien, dat ik ook gel'd hdb veidiend. Nu even
een krant koopen.
Ruby lachte om z'n opwinding. Ze volgde
haar verloofide naar buiten.
Ze riepen een voonbijgaanden krantenjon
gen aan, die Rupert een dagblad toewierp. Hij
gaf den jongen een paar studvers en ging
terug naar boven. Daar vouwde hij de krant
open en RuJby keeik over z'n schouider.
En? vroeg ze.
Ze boorde hoe z'n adem als het ware plot-
seling stilstond; hij werd lijkjbleek. De krant
begon tusschen z'n vingers te beven. Ruby
keek naar het voomaamste nieuiws en las den
uitslag van de race
,,Paul" no. 1, .Ambuscade" no. 2.
Daaronder in vetgedrukte letters:
PROTEST.
De com.m iss arias en protesteeren tegen
(den winner wegens .bumping" en het
niet rijden in de vereischte richting.
Een onderzoek is ingesteld en ,,Paul"
wetd gediskwalificeerd. Derhalve is de
outsider, Ambuscade" de winner. De
hoofdprijs is honiderd tegen een.
Rupert verfrommelde de krant in z'n han-
Vragen 1 en 2. De Minister van Algemeene
Zaken, voorzitter van den raad van Ministers,
heeft in de vergadering der Eerste Kamer
van 14 Januari 1938 verklaard, niet in staat
te zijn om de critiek van den heer Woltjer op
de methode, die de regeering indertijd heeft
gevolgd inzake het spelling-vraagstuk, afdoen-
de te weerleggen. Daaraan werd de mededee
ling toegevoegd, dat de regeering zich zou be-
raden op hetgeen Prof. Woltjer genoemd had
de staatsrechtelijke zijde van het vraagstuk
en dat zij vertrouwde binnen niet al te langen
tijd een oplossing te zullen vinden, die ook
dien geachten afgevaardigde beter zal vol
doen dan de methode, die tot nog toe gevolgd
is geworden.
In de memorie van antwoord betreffende
het ontwerp van wet tot vaststelling van
hoofdstuk VI der rijksbegrooting voor 1938,
gericht tot de Eerste Kamer, heeft de regee
ring medegedeeld, overtuigd te zijn, dat een
wettelijke grondslag voor haar bemoeienis met
de schrijfwijze der taal gewenscht is; dat zij
dan ook een wetsontwerp voorbereidt, waarin
de bevoegdheid wordt vastgesteld van de
Kroon om voorschriften te geven met betrek
king tot de schrijfwijze van d!e Nederlandsche
taal en waarin zij wordt gemachtigd, deze
schrijfwijze van de Nederlandsche taal voor
bepaaldelijk aangewezen instanties verplicht
te stellen.
Een eni ander is met elkander in overeen
stemming. De memorie van antwoord bevat
bovendien de mededeeling, -dat de regeering
reeds aanstonds eenige beslissingen genomen
heeft en daarmede niet heeft gewacht totdat
de wet zou zijn tot stand gekomen, omdat het
noodzakelijk was, onmiddellijk zekerheid te
verschaffen en een vacuum te vermijden. Zij
heeft namelijk overwogen, .dat het zonder meer
intrekken van de spellingbesluiten-1936 een
volledige onzekerheid en een volledig vacuum
zou doen ontstaan, hetgeen dermate door be
zwaren gedrukt wordt, dat bet verre de voor
keur verdient voorshands en in afwachting
van de in voorbereiding zijnde andere methode
nog gedurende korten tijd den weg te bewan-
delen, die in 1934 is ingeslagen.
Vraag 3. Het is duidelijk, dat de getroffen
beslissing aanstonds zekerheid geeft omtrent
de wijze, waarop de regeering de spelling der
Nederlandsche taal wenscht geregeld te zien.
Er is geen aanleiding voor de veronderstel-
linig, dat, als zij formeel op andere, namelijk
wettelijke basis, zal kunnen handelen, zij
materieel anders beslissen zal dan zij thans
reeds heeft beslist.
Vraag 4. De genomen beslissing is in over
eenstemming met het kenbaar gemaakte stre
ven der regeering om zooveel mogelijk in har-
monie te handelen met de Belgische regeering.
Er bestaat volledige overeenstemming inzake
geslacht en voomaamwoord evenals inzake de
schrijfwijze van de bastaardwoorden en de
samengestelde woorden. Inderdaad zou de
Belgische regeering er verre de voorkeur aan
gegeven hebben, indien bet geheele spelling
vraagstuk aan een nieuw onderzoek zou zijn
onderworpen; hetgeen beteekent, dat naast de
genoemde onderwerpen ook nog het woord-
beeld zou worden in beschouwing genomen.
Hiertegen rees echter bij de Nederlandsche
regeering het bezwaar, dat aldus aan een deel
der uitgevers een belangrijke geldelijke schade
zou worden toegebracht, nadat korten tijd
geleden dit zelfde reeds had plaats gehad. Bij
het afwegen der twee elementen, die aldus in
geding kwamen, heeft zij aan het vermijden
van een herhaalde schade de voorkeur ge
geven; daarbij woog mede, dat de verkregen
overeenstemming inzake geslacht en voor-
naamwoord betrekking heeft op dat deel van
het vraagstuk, dat naar oordeel der regeering
het belangrijkste element vertegenwoordigt in
de ontwikkeling en het karakter van de taal.
In de memorie van antwoord is medege
deeld, dat de Belgische regeering dit stand
punt verstaat en dat zij naast belangstelling
voor de techniische toetsing van het woord-
den; met onvasten stap gdnig hij naar zijn
bureau en viel in den stoel neer. Hij strekte
z'n handen uit, gooide alle papieren van z'n
bureau en liet z'n hoofd tsschen z'n armen
vallen.
Ruby boog zich over hem en trachtte hem.
te doen opstaan.
Rupert Rupert t is misscfhien niet
waar, Rupert!
Ze zette hem recihtop in z'n stoel, doch hij
viel, half versuft, weer voorover. Ze sloeg haar
armen otm hem heen en droag hem naar de
slaapkamer; ze maakte z'n boord los en gaf
hem wat brandewijn te drinken. Ze zette zich
naast het bed en hield z'n hand omiklemd. Z'n
wanigen kregen weer eenige kleur; hij opende
de oogen. Hij lag daar roerloos, starend.
Alles komt wel terecht, zei ze zacht,
heusclh, Rupert, alles komt terecht. Ik houd
van je, jongen. Ik zal je helpen.
(Hij vertrok z'n gezicht krampaohtig.
Ga weg, zei hij nauwelijks hoorbaar. Om
's hemelis wlil, laat me even alleen.
Rulby liet de gordijnen neer en verliet de
kamer, de deur adhter zich sluitend. Zij hoor-
de iemand naar boven komen de kostjuf-
frouw, die thee kiwam brenigen. Ze bukte zich
en raapte de papieren op, die over den grond
verspre'id lagen. Ze vond de cheque, op Regi
nald Crictoton, die z'n vader hem gezonden
had. Nieuiwsgierig liet ze haar oog er op val
len; plotseling werid het haar duidelijk, hoe
veel deze som voor den ouden Dale wei moest
beteekenen.
Vijf pond! Nauwelijks de waarde van de ja-
pon, die ze nu aan had. Ze viouiwde de cheque
op en stak haar in den bandschoen, dien ze
droeg; daama ging ze voor de sclhrijftafel zit-
ten, wachtend tot de juftfrouw de kamer ver
liet.
Ze bezat 'n paar pond, we'like ze geind had
onmiddellijk na de race, vddr het protest tegen
,,Paul"; vender nog een paar pond op de
spaarbank. Bovendien kon ze nog rekenen op
'n twintig a dertig ponld, wellke ze nog tegoed
beeld volledige medewerking verleent inzake
de overige in geding zijnde onderwerpen.
Vraag 5. Gelijk uit het antwoord op vraag
1 en 2 blijkt, is de regeering niet slechts be
reid, doch heeft zij besloten, de methode te
volgen van het voorbereiden eener wettelijke
basis; met dien verstande, dat zij gedurende
de periode, die verloopen moet eer de wet kan
zijn tot stand gekomen, ter vermijding van
groote bezwaren de sinds 1934 gevolgde
methode voorshands handhaaft.
De heer Woltjer was met het antwoord niet
voldaan. Hij schakelt de economische kwestie
uit, daar deze toch buiten het spellingsvraag-
stuk staat en ook met het onderwijs niets te
maken heeft. Hij becritiseerde in tweede in-
stantie het gevoerde beleid en verzocht den
Minister tijdens den overgangstijd de scholen
de keuze te laten tusschen -de spelling De
Vries en Te Winkel en Marchant.
De heer Van Lanschot bepleitte spoeddge
definitieve regeling krachtens de wet.
De heer De Savomin Lohman oordeelt, dat
de Minister de kool en de geit heef.t willen
sparen, met het resultaat, dat geen der hierbij
betrokken partijen tevreden zal kunnen zijn.
Spreker vraagt een nieuwe opdracht aan een
commissie, die ook met Belgie zal onderhan-
delen, en herstel van de spelling De Vries
en Te Winkel. Hij wil een spelling op ge-
lijken voet met Belgie.
BRONZEN BEELD VAN
PRINSES JULIANA.
In het nieuwe villapark in het oosten van
de getmeente Haren in Groningen is Zaterdag-
mid'dag een bronizen beeltenis van Prinses Ju
liana onthuld. Het beelid, dat op natuursteen
is aangebracht, is een gesdbenk van de bur-
gerij aan het gemeentebbstuur.
De ovendmcht aan bet gemeentebestuur,
welke een f-eestelijk karakter had, werd door
zeer -vele belanigstelleniden bdjgeiwoond.
PRINSES JULIANA EN PRINS BERNHARD
OP HUIZE DOORN.
Dinsdagavond om acht uur zijn Prinses
Juliana en Prins Bernhard op huize Doom
aangekomen, waar zij tegenwoordig waren
bij het diner en de soiree. Prinses Juliana
droeg een witten bontmantel en was getooid
met een diadeem. De Prins was gekleed in de
uniform der grenadiers.
Langs den weg hadden zich vele belang-
stellenden geschaard om het Prinselijk Paar
te begroeten.
BEATRIX KLOKMONUMENT TE
CASTRIOUM.
Te Castricum is Zatendagmiddag het monu
ment onthuld, dat is opgericht als een blijven-
de herinnering aan de geboorte van Prinses
Beatrix. Deze plecihitigheid geschiedde in te-
geniwoordiigheid van burgemeester en wethou-
ders, raadsleden en autoriteiten en het bestuur
van de Oranjevereeniging. Voor den bouw van
dit monument is algemeene medewerking ver
kregen en vele zakenmenschen gaven gratis
materiaal of arbeidslkyachten.
De voorzitter van de Oranjevereeniging
heeft het monument aan het gemeentebestuur
overgedragen, waarop burgemeester Sloet het
naimens het gemeentebestuur met een dank-
woord aamvaardlde.
(Het monument is opgetrokiken uit hand-
vonmsteen, omringd door een bloembak, waar-
uit een drie meter hooge zuil rijslt met een
dulbbele electrische klok. In het midden van
deize zuil bevinidt zich een marmeren plaat met
inscriptde.
VESTIGING VAN NIJVERHEIDS-
BEDRIJVEN.
Aan de memorie van antwoord aan de Eer
ste Kamer inzake het wetsontwerp hmrdende
regeling betreffende het beipeilkeh van de ves-
tiging en van de uittbreidlnig van bedrijven,
wiaiarin eenige tak van nijverheid worfdt uit-
geoefenld, wordt het volgende ontleend:
Het wil den minister voorkomien, dat uit
had.en Rupert had gezegd, dat hij 'n paar
honidedd ponld noodig zou hebben. Misschien
was het zelfs vijfhondend pond de prijs van
z'n vaidens eer en geluk, z'n zuster, het ouder-
huis... alles.
(Ze hield veel van Rupert Dale. Nu hij voor
'n mogelijken onidergang stond, werd het haar
eerst duidelijk. Ze zou wel haar leven hebben
willen geven, om hem te red|den.
Ze scbonk zich een kop thee in. De kleine
zitikamer werd haar te benauwd, ze snakte
naar lucht. Ze ging de straat op en wandelde
daar even qp en neer, terwijl zij dacht aan
datgene wat haar te doen stond.
Twaalf pond in totaal had ze bij zich in haar
tas'cbje, plus vijf pond, de cheque op Crich
ton. Hoe ludhtbartig toch had Rupert deze
cheque een paar uren te voren van zich af-
geschoven. Nu wist hij wellicht niet meer,
wat hij er mce gedaan had; misschien dacht
hij wel, dat hij ze had verloren.
Zich nauwelijkis bewiust van wat ze deed,
nam ze de cheque nog eens in de hand, ter-
wiijl ze er nauwkeurig naar keek. Reginald
Crichton... ze herinnende zich dien naam;
Sommigen had ze over hem hooren spreken
in venband met de misiukking van een of an
dere loopbaan.
De klok sloeg juist zes uur. Ruby ging weer
naar binnen en opende zonder geruisch de
deur van de zitkamer. Doch ze bleef staan,
verstijfld van scbrik. Rupert ston'd voor z'n
schrijtftafel. De gordijnen waren nog steeds
neergelaten. In z'n hand hield hij een revolver.
•HOOFDSTUK II.
Vijfhonderd pond.
Rupert! Ruby's stem was nauwelijks
hoorbaar. Rupert liet z'n arim moed'eloos han-
gen. Zijn har.id kon het wapen niet meer om-
klemmen en het viel op den gronld. Ruby liep
naar hem toe en raapte het van den grond op.
Na de kogels er uit te hebben genomen,
stopte ze de revolver in een lade van de
de omstandigheden, welke aanleiding vormden
tot bet aanhangig maken van dit ontwerp
van wet, de noodzakelijkheid voortvloeit
daaraan een duurzaam karakter te ver-
leenen. Deze omstandigheden immers zijn ge-
legen in de moodizakelijklheid van aanipassing
aan de ingrijpende veranderingen in de struc-
tuur van. het economische leven.
Een van de belangrijkste verschijnselen,
welke gedurende de laatste decennia bun
stempel op het voortbrengingsproceis hebben
gedrulkt, is het steeds steriker geprononceerde
kapitaal-intensieve karakter van de voort-
brenging. De vervaardaging van een aanzien-
lijk deel der nijverheiidsproducten gaat ge-
paard met enorme kapitaalsinvesteeringen in
technische installaties,, waardoor het aandeel
van de vaste kiosten in den kostprijs dezer
producten zeer aanzienlijk is. Deze omstan-
digheid houdt in zich een steads aanwezige
tendenz tot overmatage uitzetting van de pro-
ductie boven de behoefte van de markt. Een
prijsdaling, welke in het algeime'en reeds wijst
op een ovenvenzadiging van de markt. zal
voor de ondememers een prikkel vormen niet
om de productie in te krimpen, doch deze nog
vender uit te bredden, aangezien hierdoor de
kostprijs wiordt verlaagd. Het prijsmechanisme
heeft hier zijn correctieve weriking verloren,
met als gevolg ontwrichtirug van de bedrrjfs-
takken, groote kapitaalverldezen, dus nadeel
voor die bedrijfsgroepen en voor de gemeen-
schap.
Doch niet slechts 'Op het gebie'd van de
woortbrenging, ook qp dat van de afizetver-
houdlngen hebben zicb uitermate ingrijpende
veranderingen voorgedaan. Deze veranderin
gen doen zich in hoofdizaak gelden op inter-
natiionaal terrein en zijn daardoor ■voor ons
land, dat hier zoo uiterst kwetsbaar is, van
grooit gewdcht. Terugkeer tot een vrij inter-
nationaal i-uilverkeer is binnen afzienbaren tijd
niet te verwacbten. Hoezeer de Regeering een
wending in deze richting ook zou toejuichen
en ondersteuneai, de vooroitzichten daarop
zijn uiterst gering. Het proces van industriali-
satie van tot dusverre agrariscihe landen, van
agrarisatie van tot dusverre im hoofdzaak in-
dustrieele landen, het autarkische streven van
tal van naties met de daaraan verbonden be-
lemmeringen van het internationale milver-
keer, vinldt onverminderd voortgang en het
laat zich geenstzins aanzien, dat een kente-
rinig hiier is te verwachten.
Dat door hanteering van de door de Regee
ring gevraagide bevoegdheid de vestiiging van
on'dememinigen, welike de welvaart van het
HET LAAGST IN PRIJS EN
BOVENAAN IN KWALITEITI
PRO-18-0203A
(Ingez. Med
S'chrijftafel, en sloot haar af. Toen schoof ze
een stoel naar voren en keek Rupert aan, den
man, dien ze zoo innig lief had.
(Het duurde een poos, voor een der beiden
iets zei. Rupert Dale had op bet punt gestaan
in een oogenblik van waanizinniige wanhoop,
zichzelf te dooden. Ruby was op het kritieke
moment gekomen; een halve minuut later
misschien en het was te laat geweest. Nu was
de crisis vtoorbij: door den schok was Ruby
zenuwachtig en ontroerd.
(Ze voelde wat op dat oogenblik in Rupert
omiging. Plotseling zag ze haar verantwoor-
delijkheid in. Nooit te voren had ze zelfs aan
dit woord gedaoht. Doch nu begreep ze het,
omdat ze liefha'd.
Rupert verbralk 't eerst de stilte.
Was dat niet de eenige weg om er uit te
komenDe eenige weg
Zij schudlde het hoofd: De slechtste weg,
de weg dien een lafaard betreedt.
Rupert lachte droogjes.
Ik hen niet bang voor het leven; ik durf
heusch wel de moeilijkheden aan en ik durf
ook wel aan te pakken, als het moet. Doch ik
heb m'n vader geruineerd en hem van zijn eer
taeroofd. Ik ben z'n eenige zoon en ik had een
gentleman mOeten woriden. Ik moet...
Ruby's handen omklemden de zijne vaster.
Ze was in een unr tijds aanmerkelijk ouder
geworden; ze was totaal veranderd. In de
kleine, eenigsizins luchthartige actrice was in-
eens de vrouw ontrwaakt. Het instinct der lief-
hebbende vnouw haid de plaats geruimd voor
dat der moeder.
Ze viodht qp het oogenblik voor het leven
van den zoon eener andere vrouw en hij was
thans haar zoon.
Dat is onmogelijk, Rupert.
Ik moet...
Ruby sloot even haar oogen. Er heerschte
een oogenblik ademlooize stilte in de kamer.
Op straat verkondigden de krantenverkoopers
n'cig steeds de sensationeele tijiding.
(Wordt vervolgd.)