Administratie Burgerlijk Armbestuur. Bij den ontvanger zijn kasopnemingen ver- I rieht op 29 Juli en 21 December 1937. De I ontvangsten en uitgaven zijn aan de hand der I hescheiden gecontroleerd en in orde bevonden. I Het contraboek voor bedeelingen over 1937 I (bijgehouden door den heer Smies) is gecon- I trdleerd met de desbetreffende uitgaafposten I in de boeken van den ontvanger en hiermede I in overeenstemming bevonden. Voor de overige uitgaven zijn de betreffen- I de stukken voor „gezien" geteekend door den I voorzitter en door den Secretaris van het I Armbestuur. Op 18 Juni 1937 is ter Secretarie de kas I opgenomen van ontvangsten van legesgelden I inzake uittreksels uit de registers van den I burgerlijken stand, huwelijks-voltrekkingen, I afschriften en uittreksels van stukken, legali- I satie van handteekeningen enz. Deze kas is I in overeenstemming bevonden met de ter zake I bijgehouden registers. Deze ontvangsten zijn I overeenkomstig de voorschriften regelmatig I aan het eind van elk kwartaal aan den ge- I meente-ontvanger afgedragen. e. Het raadsbesluit van 30 November 1937, I tot wijziging der verordening, regelende de I eischen van benoembaarheid en de bezoldiging I van de veldwachters, voorzien van bewijs van I koninklijke goedkeuring. Aangenomen voor kennisgeving. f. Rapport van den heer Mr. P. Dieleman I te Middelburg, betreffende de schrijfwijze van I den naam der gemeente, luidende: Gaarne wil i!k aan uw verzoek voldoen, d.d. I 22 Februari j.l. en u mijn meening zeggen over I de schrijfwijze van den naam uwer gemeente. I Mijns inziens moet deze Axel zijn en blijven. I Reeds daarom, omdat alle eeuwen door, van I de vroegste tijden af, de nederzetting, die nu I nog Axel heet, zoo genoemd en geschreven is. I Reeds in 821 wordt Axel genoemd, en met x I geschreven, in een Charter van Lodewijk den I Vromen, den zoon en opvolger van Karel den I Groote (men zie b.v. Sanderus Flandria Illu- I strata II pag. 226). Voor zoover mij bekend I staat in alle oude stukken Axel. Het staat I ook op de munt in dien tijd, toen Axel het I muntrecht had. Aan den eenen kant ziet men I het gekroond hoofd van een Vlaamschen I graaf en aan den anderen in een kruis I A. X. L. E. Ook in het toltarief van 1368 I staat Axel. Evenals in de oudste stadsrekeningen en in I latere als die van 1542 om er een der vele nog I overgeblevene te noemen. In een Charter van 1548 wordt Westdorpe I genoemd en daarachter staat ,,prochie van I Axele". In het opschrift van een ordonnantie op den tol van Axel van 1230 staat in het Vlaamsch „van den tolle van Axel''. In 1439 gaf 't St. Jorisgilde uit Gent een groot feest. Boden werden uitgezonden om daartoe uit te noodigen. Jan Mayaart kwam I daartoe te Axel en het heet in't verslag, dat hij kreeg „te Axele twee postulaetsche guldens en eene nacht en den cost". Zoo kunnen wij doorgaan tot op onzen tijd toe. Ook de familienaam der heeren van Axel wordt met x geschreven. De naamsoorsprong doet hier eigenlijk wei- nig aan af of toe. Wannfeer een bepaalde naam bijna twee duizend jaar op een bepaalde manier is geschreven, dan is er toch niet de minste reden om die schrijfwijze nu maar in eens te gaan veranderen, omdat men, om welke redenen dan ook, wil gaan schrijven zoo als men lijkt te spreken, daar phonetisch x klinkt altijd als ks. Men zou dan de x uit ons alphabet moeten laten verdwijnen. Sommigen beweren dat Axel de Noorsche naam is die b.v. voorkomt als voornaam in den historischen persoon Axel Oxenstierna, Zweedsch Minister, die b.v. het handelsonder- wijs bevorderde en welke naam nog regel matig voorkomt. De Noormannen zouden de sterkte gesticht hebben, waar nu Axel ligt en die deze benaming gegeven hebben. Het is best mogelijk. Zij waren er reeds in de dagen van Karel den Groote, want deze ging in 811 naar Gent, om te bezien hoe men daar een vloot bouwde, om tegen de Noormannen op te trekken en hun menigvuldige invallen te be- lemmeren. Het is best mogelijk, dat zij gelijk hebben, die den naam afleiden van ake sele en dat vertolkten als verzamelplaats van wateren, die als stralen uit een ster (zooals Axel ook vertolkt wordt) uitschieten. Het kan ook ontstaan zijn uit een verkorten eigennaam plus sele, dat hetzelfde is als sali ,,heerenhoeve", wat men terugvindt in de Saliers en b.v. iSalische Franken. De eigennaam kan ook geweest zijn de Noorsche of Deensche naam Acci (misschien het Friesche Akke), verkort ac. De spelling zou dan etymologisch Ax Sele zijn, met x voor cs; Axele en omdat de klemtoon op de eerste lettergreep lag, werd dat ele toonloos en Axele en eindelijk sleet de slot-e af en kreegt gij Axel. Het wordt dan Accisele Aesele-Axele-Axel en aan die wijiZigingen zou men dan nu willen toevoegen Aksel. Nu kan men redeneeren dat op den duur, hoe langzaam ook, ook plaatsnamen in hun schrijf wijze zich aanpassen aan veranderde spelling en als zoodanig nu er een streven is van phonetische schrijfwijze zou Aksel natuurlijk dan door den beugel kunnen. Maar ik zou het toch houden met der eeuwen schrijfwijze. Daar komt bij, dat het zoo in meerdere wet- ten ook voorkomt en dat zoo ook na de her- stelling in 1813, toen de gemeentewapens be- vestigd werden door den Hoogen Raad van Adel, officieel de benaming Axel was. M.i. kan een eenvoudig K. B. niet de schrijf wijze van plaatsnamen, evenmin als van eigennamen, veranderen. Het laatste is ge regeld bij het B.W. Voor plaatsnamen is m.i. een wet noodig en zeker gewenscht, waarbij dan tegelijkertijd bepaald wordt de noodige wijziging ten deze in bestaande wetten, waar- in de oude schrijfwijze voorkomt. In dit juri- disch vraagstuk behoeven wij ons echter niet thans te verdiepen. Zeker is het dat de regee- ring ook ten aanzien van de spelling, van zulk een enorm belang, omdat er bepaalde begin- selen van taalkunde mee gemoeid zijn, ver- etandig had gedaan, als zij meende dat ver- andering moest worden opgelegd, dat bij wet te doen, nog altijd is de taal heel het volk. In oude M. E. geschriften, in het Latijn ge schreven, vindt gij voor Axel, Axla, dus ook met x, b.v. in een Engelsch handschrift van pl.m. 1180. De hominibus de Axla ad santum Bavonem pertinentibus. Over de menschen die te Axel tot St. Bavo behooren. Gelijk zooveel plaatsnamen die in Zeeuwsch- Vlaanderen of op Walcheren vooral voor- komen, ook gevonden worden in Frankrijk, zoo vinden wij in Pas de Calais, in het Noor- den van Frankrijk dus, ook een Axel. In het Fransch is dit anders geschreven en wel Axles. Een gedeelte er van heet West Axla, in oude stukken. In tal van oude M. E. geschriften en Char ters vindt men dat geschreven als Axla, b.v. omtrent de tienden in Axla quam dedit nobis Guillelmus de Tomehem in 1184. „Bij Axel naast den Steenweg die naar Nivema gaat", of in't Latijn, zooals het er staat ,,Apud Axlam justa calcatam quae ducit ad Niven- nam plm. 1200". Dat Axles was een leengoed en vroeger een I buurtschap met kapel in de Fransche gemeen- I te Coquelles. Ik dank deze wetenschap aan I het bekende woordenboek der Toponymie door I Karel de Flou te Brugge. Ook in de oudste kerkelijke archieven wordt I steeds gelezen van Axella met een x, b.v. 1486 I 87 over de eeclesia Axellis (kerk van Axel). I Ook een proclamatie van 1534. De vicari van I St. Barbara de eeclesia de Axel, dat is in de I kerk van Axel. Gij vindt nog veel meer voor- I beelden daarvan in het register op de I parochien en altaren en vicarien en de Bedie- I naars daarvan, uitgegeven uit de archieven I van het bisdom van Utrecht, ontworpen en be- I werkt door P. M. Grijpink. Op oude grafschriften gevonden in uw kerk, I vindt gij ook Axel met een x, b.v. op een zerk I „sculptue van den eerzam Jan de Klerck in I zijn leven oud schepen der stad Axel, oud syn- I de 80 jaren, gestorven den 27 October anno I 1636 end syn wettige huysvrouwe Dingena I Frans, oud synde jaar is gestorven den I 28en December hebben te samen in wet- I lichen staet getrouwt geweest 45 jaren. Ik zal niet voortgaan. Er is geen twijfel aan I of steeds werd in officieele stukken Axel ge- I schreven. Een zeer korten tijd heeft er op I uw spoorwegstation nog eens Aksel gestaan. I Maar de Axelaren waren daar zoo tegen, dat I de Maatschappij het spoedig veranderde. Het zal gekomen zijn omdat men de Fransche j schrijfwijze al te veel wilde „vervlaamschen". I Het kan dus niet de zaak zijn, dat van wege de historie of naamafleiding men beter ks dan x schrijft. Neen. Het is eenvoudig de vraag of men ook voor plaatsnamen, wier schrijfwijze door de eeuwen geijkt is, zich moet aanpassen aan een veranderde, op uitspraak of phonetiek ge- baseerde schrijfwijze, of niet. Ik ben van meening van niet. Het eerbiedwaardige gaat er af. Evenals woorden door het gebruik een be- teekenis hebben gekregen, heeft ook een schrijfwijze door de geschiedenis beteekenis. Eerst buitengewoon langzaam en geleidelijk, is de beteekenis der woorden soms veranderd. Het is mogelijk dat over zeer langen tijd de phonetische schrijfwijze het zal winnen en dan, ja dan zal over tientallen, zoo ,niet honderd en meer jaren, misschien iedereen het gewoon en normaal vinden, Axel te veranderen in Aksel, gelijk het oorspronkelijk Accisele- Acsele-Axele tot Axel werd. Maar daaraan zijn wij nog lang niet toe, en m.i. moet dat nooit van boven opgelegd worden, maar slechts van regeeringswege offioieel geconstateerd worden, als een bevolking, een exentriek daar- gelaten, het is gaan schrijven. Zoover is het nog lang niet. Behoudt dus Axel. De ks werd vroeger meestal als x geschre ven, b.v. blixem, boxen, Pinxteren. In plaats- van familienamen is dat gebleven: Exmorra, van Harinxma, Luxemburg, Six, Axel en ge lijk de heeren van Harinxma en Six er voor zullen passen hun namen te gaan schrijven als van Harinksma of Siks, zoo passe ook het aloude, gedegene en met eere in de liistorie steeds genoemde, beteekenisvolle Axel er voor. Ik ben en blijf geboren in de gemeente Axel en groet u dus hartelijk als een Axelaar, die het wel meent met uwe gemeente en bevolking en die van het geheele Axelerambacht. Ik meen u hiermede wel gefundeerd mijn meening te hebben gegeven. De VOORZITTER kan hieraan toevoegen, dat namens de gemeente Burgemeester en Wethouders een dankbetuiging aan den heer Dieleman hebben gezonden voor zijn zeer ge- documenteerd rapport, en door dit rapport ge- steund, bij den Ministerraad bezwaren tegen de voorgenomen schrijfwijze hebben kenbaar gemaakt. De heer VAN 't HOFF vraagt, of het rap port zelf ook aan den Ministerraad is toege- zonden. De VOORZITTER antwoordt, dat een af- schrift hiervan aan den Ministerraad is ge zonden. Burgemeester en Wethouders hebben alle mogelijke moeite gedaan om den naam „Axel" te behouden, zooals der eeuwen schrijf wijze is. Aangenomen voor kennisgeving. g. Financieel rapport van het Feest- comite, ingesteld bij de geboorte van H. K. H. Prinses Beatrix, die verantwoorden de van de gemeente ontvangen bijdrage van f 250. Uit de overgelegde stukken blijkt, dat is uitge geven 258,61. Aangenomen voor kennisgeving. h. Proces-verbaal van de op 16 Maart 1938 gehouden opneming van boeken en kas van den gemeente-ontvanger, waaruit blijkt, dat het batig slot van het dienstjaar 1936 be- draagt f 6920,83, dat ten bate van het dienst jaar 1937 konalt het batig slot der vast- gestelde rekening over 1934, voor zoover dat niet reeds in de vastgestelde rekening over het dienstjaar 1936 is verahtwoord f 3500, dat de inkomsten over den dienst 1938 tot op datum hebben bedragen 936350,03, en die over den dienst 1938 15292,43, journalen hondenbelas- ting, beerruiming, vervolgingskosten en schoolgelden f 63,88, totaal f 962127,17dat het nadeelig slot over het dienstjaar 1936 be- araagt, voor den gewonen dienst f 185,62, dat de uitgaven over den dienst 1937 tot op datum bedroegen 903863,78, en die over den dienst 1938 18405, totaal 922454,40, zoodat in kas moest zijn 39672,77, hetgeen overeenstemt met de in de kas bevonden en in het proces- verbaal omschreven waarden. Aangenomen voor kennisgeving. i. Verslag van den agent der arbeidsbemid- deling over 1937, waaruit blijkt, dat de in 1936 ingezette daling der werkloosheid zich ook in 1937 nog heeft voortgezet. Gemiddeld hebben zich per dag bij de arbeidsbeurs gemeld 148 werkloozen. Dit is plm. 30 minder dan in 1936. Het hoogst aantal werkloozen bedroeg 400, nl. op 9 Januari 1937. Het laagst aantal werkloozen bedroeg 1, nl. op 2 Juni 1937. Het hoogste gemiddelde per maand' was Januari met 351. Het laagste gemiddeld per maand was October met 35. Evenals voorgaande jaren is ook dit jaar het overgroote deel der plaatsingen geschied bij de Ooimpagnie Neeriandaise de lAjzote te Sluis'kil, pl.m. 2000 werkloozen werden bij deze maat schappij geplaatst. Voor den landbouw werd het meest bemid- deld tijdens het erwtentrekken, vlastrekken en aardappelen rooien. De duur der plaatsingen was meestal niet lang. Vooral bij de Compagnie Neeriandaise de 1'Azote gebeurt het dat per week 2 of 3 maal I een los- en laadploeg moet worden besteld, I telkens voor een of twee dagen. Bij het verbeteren van den weg Roodesluis iBontelkoe is een twintigtal grondwerkers ge- I plaatst. Hiervan 10 voor ongeveer zes maan- I den. De overige ongeveer 3 maanden. Een I drietal grondwerkers is geplaatst bij de weg- I verbetering Ter NeuzenDriewegen. Dit voor I ongeveer zes maanden. Door medewerking van de arbeidsbeurs te Oostburg is een 25-tal werkloozen een week I werkzaam geweest bij het vlastrekken te I IJzendijke; in October zijn er nog 2,7 geplaatst I bij het bieten laden te IJzendijke. 1 Ook in Zaamslag zijn gedurende den oogsttijd verschillende malen enkele werk loozen uit onze gemeente geplaatst. 3 landarbeiders zijn geruimen tijd werk zaam geweest bij de Cultuur Mij. „De Wierin- germeer", terwijl een drietal jongeren dit jaar in Duitschland hebben gewerkt. In Belgie werden twee mijnwerkers geplaatst. Steeds werd zooveel mogelijk contact ge- zocht met de verschillende werkgevers; ook aan de werknemers werd in hun belang aan- geraden om zich zoo geregeld mogelijk bij de arbeidsbemiddeling te melden. In den loop van het jaar is een twaalftal werkloozenkassen geregeld gecontroleerd. Aan de verschillende penningmeesters is een betere invulling der z.g. K.-Kaarten opgedra- gen, waardoor verschillende ongeregeldheden spoediger werden ontdekt. In 22 gevallen werd terugstorting van ont vangen uitkeeringen geeischt. Deze zijn steeds direct geschied. In 1937 is een 15-tal arbeiders overgeschre- ven of uitgetreden wegens het niet meer ge- rechtigd zijn als lid van hun organisatie; meestal omdat zij de laatste jaren niet meer als fabrieksarbeider hadden gewerkt. Aangenomen voor kennisgeving. j. Verzoek van P. J. H. Groothaert te Axel, Spui, om, voor zijn schoolgaand kind op de R,K. School te Axel en wonende meer dan 4 K.M. van de school, een vergoeding te mogen ontvangen, als bedoeld in artikel 13 der L.O. Wet 1920. Bij punt 5 van deze agenda wordt door ons een voorstel gedaan, ten opzichte van de overige schoolgaande kinderen, die meer dan 4 K.M. van de school verwijderd wonen. In afwachting daarvan en om zooveel moge lijk op al de te verwachten andere aanvragen in een vergadering te beslispen, wordt voor- gesteld dit verzoek aan te houden, totdat op de overige aanvragen, als gevolg van ons voor stel zal worden beslist. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. k. Een schrijven van C. P. Provoost, schoonmaker van diverse gemeentegebouwen alhier, waarin hij mededeelt, dat zijn werk- zaamheden voor het schoonhouden en onder- houden van de diverse gebouwen, tengevolge van het sloopen van het Gemeentehuis, niet zoodanig zijn verminderd, dat dit een belang- rijike ihkrimping van de te verrichten werk- zaamheden beteekent. Het verzorgen van het aantal bureaux is thans meer verspreid geworden, dit met het oog op die in de Julianastraat. (Arbeids bemiddeling en werkloozenzorg.) Bij de behandeling van de gemeentebegroo- ting 1938 is door Uwen raad besioten om de vergoeding aan dezen persoon voor het onder- houd met 100 te verminderen met ingang van 1 Januari 1938. De werkelijkheid heeft ons doen zien, dat die werkzaamheden niet zijn ingekrompen, van- daar dat door ons wordt voorgesteld het be- drag van die vergoeding op hetzelfde peil te brengen van vorig jaar, d.w.z. zijn vergoeding met terugwerkende kracht vanaf 1 Januari '38 te verhoogen met 100. De heer C. VAN BENDEGEM vraagt, hoe Burgemeester en Wethouders er over denken, deze 100 te verantwoorden. De zaak staat zoo: Burgemeester en Wethouders zijn van oondeel, dat deze f 100 weer als vroeger aan betrokkene moeten worden uitbetaald. Nu heeft spreker bij de behandeling der begroo- ting deze kwestie ook ter sprake gebracht bij het voorstel om Provoost f 100 te korten. Hij heeft hierbij te berde gebracht, er geen be- zwaar tegen te hebben, indien betrokkene werd gekort, mits men den post voor onder- wijs daarmede verminderde, daar er sprake was van vermindering van werkzaamheden en deze het onderwijs ten ^oede behoorde te komen. Nu komt het zoo uit, dat de werk zaamheden niet zijn verminderd, doch eerder vermeerderd, moet nu deze f 100 terug bij onderwijs", dan wel op een anderen post. Om de vraag anders te stellen, wordt deze f 100 bijgeschreven op post 202, of wel op volgnummer 18 De VOORZITTER antwoordt, dat het idee van Burgemeester en Wethouders is, dat de toestand gehandhaafd blijft, zooals die was in 1937. De heer OGGEL geeft te kennen, dat de post voor onderwijs" met 100 behoort te worden verhoogd. De VOORZITTER herhaalt, dat de toestand dan weer wordt, zooals die in 1937 was. De post voor onderwijs blijft dus staan op het oorspronkelijk geraamde bedrag. iDe heer VAN 't HOFF heeft in .zooverre bezwaar tegen het voorstel van Burgemeester en Weithouders. Hij neemt aan, dat deze post zoo goed noodig is als vroeger. All een moet hij, reclaimeeren er tegen, dat ,in deze vergade ring weer een poist van 100 wordt toege- staam, die nu eenlmaal reeds op de begrooting stond. Spreker weet wel, dat het kan voor- komen, dat een post verhoogd moet worden, doclh waar blijft men ten1 slotte op die mander? Spreker zou het zeer op prijs stel len, indien er op gewerkt wordt, dat als in den loop van het jaar blijkt, dat er verande- r-inig in een bepaalde post koimen moet, deze pas bij de begrooting voor het andere jaar wordt opgdbraciht. Spreker weet wel, dat het niet in alle gevallen kan uitlblijrven, doch heeft beiawaren tegen telkens de begrooting weer veranderen. Hij! vindt het jamfner, dat deze f 100 die eerst gekort werden, er nu weer bij moeten komen. 'Hij zal geen voorstellen doen, doch hoopt, dat met zijn verlangens rekening zal gehouden worden. De heer P. J. VAN BENDEGEM staat tegenover deze zaak eenigszinis anders dan de meerderhe-id van Burgemeester en Wethou ders. Hij gelootft niet, dat'de werkzaamheden in die .mate zijn verminderd,, dat deze 100 er geheel af zouden moeten. Toch, zijn de werk zaamheden ook weer niet zoodanig als andere jaren. Hij' heeft dan ook voorgesteld f 50 ver- hooging te geven, hetgeen gedeikt kan worden door den post van f 70 die men van de radio- centrale meer ontvangen zal dan vroeger. Dan is het geld voor de vehhooginig tevens gevon den. De VOORZITTER antiwOordt, dat de heer I P. J. van Bendagem vol'komen terecht zegt, I dat de optorengst van de radiooentrale 70 I per jaar hooger zal zijn dan vroeger. Doch I thans komt deze optorengst niet voor een ge- I heel jaar, doch voor een gedeelte van een jaar I de gemeente ten goede, indien het betreffende I voorstel wordt aangenomen. Ook in Burgemeester en Wethouders heeft I de heer P. van Bendegem voorgesteld, een I verhoogdng van f 50 toe te staan, doch de I meerderlheid van Bungemeester en Wethouders I is van oondeel, dat de werkzaamheden van I Provoost niet zijn verminderd, doch eer nog I zijn toegenoimen. Spreker is het eens1 met den heer Van I 't Hoff, dat de begrooting eenmaal vastge- I steld, zoo min mogelijk moet worden ver- I anderd, en drinigt er ook bij' de leden op aan, I wajar men eenmaal per jaar bij elkaar komt I om de begrooting vast te stellen, dat zij dan I ook al hun wen'schen kenibaar maken. Dan is I het de tijd om plooien glad te strijken, I Het voorstel van Burgemeester en Wet- I bonders wordt met algemeene stemmen aan- genomen. 1. Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat kradbtens door den raad verleende maehitiging aan J. de Kraker en Ch. C. Diele man bouwgrond is veiikocht aan de Prins Hemdrik'straat, in totaal een opperv'lakte van 230 M2. tegen den prijis van 3,25 per M-., en aan M. W. Vi'sscher een tweetal perceelen bouwgrond aan de Wilhelminastraat, hoek Bylocqueplein, in totaal een oppervlakte van 280 M2, tegen den prijs van f 2,50. De heer 't GILD'E meent, indien hij wel in- geliiclht is, dat de aankoop van dozen grond door den heer Visseher slechits een voorwaar- deillijlke is, daar hij Burgemeester en Wethou ders heeft verzocht, hem rediuctie te willen verleenen op een voor hem sdhadelijike spie grondfe, ter grootte van pl.m. 45 M2, die voor hem zoo goed: als waardeloos schijnt te zijn. Zonder te willen beweren, dat dit een aange- legenheild is die tot de competentie van de bouwicoimimissie behoort, bevreemdt het hem, dat noeh de raad, noch de bouwcommissie om trent het schrijtven van den heer Visseher op de hoogte worden gesteld. De VOORZITTER deelt mode, hierop kort te kunnen antwoorden. De heer Visseher heeft op den badoelden grond heslag gelegd, en de prijs hiervan was, waar hot een hoekhuis be- trof, goedlkooper dan den algemeen voor dezen grond vastgeste'lden prijs. Hij heeft inderdaad gevraagd aan Burgemeester en Wethouders den grond voor een lageren prijs te krij'gen, doch Burgemeester en Wethouiders helblben ge- anbwoord, hiertoe nie:t bereid te zijn. Het is een mooi stukje grond, en Burgemeester en Wethouders achtten het niet wenschel'ijk, van den vastgestelden prijs iets af te doen. De heer 't GILDE merkt op, dat de heer Visseher geen beizwaar had tegen den prij's voor dezen grond, doch wel tegen de schade- lij'ke spie, die er in zat. De VOORZITTER wrjst er op, dat dit komt omdat de rooilijn daar ter plaatse achteruit- springt. Doch dat wist de heer Vi'sscher ook toen hij zijn aanvrage om houwigrond deed. Het gaat niet op, dat men den gron'd die voor de rooilijn ligt en eigendoim van de gemeente is, voor een zacht prijfeje wil trachten te koo- pen. Dan is de gemeente er beter mee, dezen grond in te houden en later te gefbruiken voor straabverfbreedinig. Trouwens, de prijs voor den grond al'daar is ook al niet hoog, en het is een mooi plein, vlak bij Axel. De heer HAiMlELINiK is het odk met den heer 't Gilde eesnis, dat het eenige hevreem- ding verwekt, dat Burgemeester en Wethou ders, die anders al eens meer afiwijking toe- gestaan helbben, op dit verzoek zonder meer afwijjzend beschiklken. Er .is al eens meer een grondprijis verlaagd voor een peroeeltje, waar- van een gedeelte niet productief te maken was. En in dit geval springt de rooilijn niet gewoon achterudt, maar l'angs de kanten. En dan is het niet zoo maar een kantje, doch over den geheeten dieptelkant van den grond. Spre ker vindt het heel mooi, dat men niet wil af- wijiken van de rooiiliijn, doch dan was wellicht toch de gronidprijs te bekijiken. Anders koopt men b.(v. 6 a 7 meter grond, en weet, dat men een bepaald aantal meters achteruit moet, doch hier moet men den geheeien dieptelkant achteruit. Spreker weet niet of het is vast- gelegd, dat de grondprijs voor deze percee len f 2„|50 moet bedragen, doch zou, waar in Hit geval over den geiheelen dieptekant ach teruit moet gegaan worden, er toch voor zijn, dit nAder te bekijiken. De VOORZITTER deelt mede, dat met de door den heer Hamelink genoemde omstanidig- heid rekening is gehouden. Anders zou de grond duurder geweest zijn. Enlkele jaren ge- leiden zijtn de prijzen voor den bouwgrond vastgestelld en is, juist omdat dit een schade- lijlk stukje betreft, deze prijs aangenomen, anders zou het allicht een kwartje of twee kwartjes hooger geweest zijn. De heer HAiMELINK vraagt zich af, of het niet goed is, deze kwestie te' renivoyeeren naar Burgemeester en Wethouders, opdat de toouiwcomtmissie deze nader bekijiken kan. De VOORZITTER merkt op, dat het niet de foedoeling is, deize zaak aan de bouwcommis sie te ontihouden, Burgemeester en Wethou ders zien er geen bezwaar in, dit zonder zich voor iets vast te leggen aan de com- missie voor te leggen, doch er is naar spre- kens meening geen aanleiding toe, daar Bur gemeester en Wethouders den betrokkene op zijn verzoek om reiduetie hebfoen medeged-eeld, dat zij geen vrijmoedigheid konden vinden om af te wijiken van de prijzen, zooals de raad die heeft vastgesteld. 'De heer OGGEL: De grond is toch ver- kocht De heer DE RUIJTER wijst er op, dat men bij de stukken de mededeeling vond, dat de grond verkocht was. De heer HAMELINK merkt op, dat, indien dit gedaan is tegen een prijs, die niet billijk is, toch rectificatie mogelijk is. De heer DE RUIJTER meent, dat men de zaak zoo moet stellen, dat Burgemeester en Wethouders mededeelen, dat de grond ver kocht is. De heer OGGEL merkt op, dat de kooper aanvankelijk genoegen had genomen met den vastgestelden prijs. Het zou nu toch eigen- aardig zijn, dat de raad daarop terug kwam. De VOORZITTER is van meening, dat een antwoord eigenlijk niet noodig was. Burge meester en Wethouders deelen mede, dat krachtens' het door den raad genomen hesluit den gronid verkocht is. Nadat deze is aange- kocht, overweegt de betrokkene, dat er voor hem een sehadelijk hoekje in zit, en verzoekt om vermindering van den grondprijs. Niet- tegenstaande dat kunnen Burgemeester en Wethouders geen vrijmoedigheid vinden, hier op in te gaan, want de grond is reeds ver kocht. De heer HAMELINK vraagt, of het werke- lijk zoo is. Heeft de betrokkene bij het ver zoek tot aankoop van grond om reductie ge vraagd en is door Burgemeester en Wethou ders hierop afwijzend beschikt? Heeft aan- vrager daarin stilzwijgend berust? Of heeft hij er zijn instemming mee betuigd? De VOORZITTER antwoordt, dat het als regei gaat als volgt. Door een gegadigde voor aankoop van grond wordt bij den bouwmees- ter een gedrukt formulier gehaald. De aan- vrager vult dit in, en onderteekent het. Dit verzoek tot aankoop van grond is te beschou- wen als een voorloopige koop-overeenkomst. Naar spreker meent, is het ook zoo door den heer Visseher ingediend. Voordien wist hij, dat de betreffende grond voor den door den raad vastgestelden prijs werd verkocht. De heer HAMELINK merkt op, dat dan de zaak verandert. De heer OGGEL verwondert er zich over dat er thans dergelijke vragen gesteld worden nu Burgemeester en Wethouders niets meer of minder hebben gedaan dan het door den raad genomen taesluit uitvoeren. Burgemees ter en Wethouders doen, wat de raad gezegd heeft, en omdat zij dit doen, krijgen zij er een standje voor. Hij is van meening, dat Burge meester en Wethouders in dezen eerder een pluimpje verdiend hebben. De heer HAMELINK dacht, dat de gang van zaken zoo was, dat de betrokkene den grond voorwaardelijk had gekocht. De heer OGGEL antwoordt, dat dit niet zoo is. Anders zouden Burgemeester en Wet houders ook niet kunnen mededeelen, dat de grond verkocht is. De heer HAJMEILINK wijst er cp, dat dit nu juist volgens de hem verstrekte inlichtingen niet zoo is. De heer C. VAN BENDEGEM dacht, dat op den grond optie gegeven was. De VOORZITTER deelt mede, dat de zaak zoo gegaan is: de betrokkene heeft twee perceeltjes grond uitgezoeht, een formulier meegenomen en ingevuld. De heer DIELEMAN heeft een vraag over be bebouwing van het Bylocqueplein. Hij wenscht te weten of het advies der Schoon- heidscommissie is gevraagd over 2 woningen, die daar gebouwd zijn. De VOORZITTER antwoordt, dat dit niet aan de orde is. Hij verzoekt den heer Diele man, hierop bij de omvraag terug te komen. Hij doet mededeeling van de corresponden- tie, die tusschen Burgemeester en Wethouders en den aanvrager is gevoerd. De heer HAMELINK vraagt naar aanlei ding hiervan, of den betrokkene een formulier is verstrekt, zooals dit uniform aan alle ge- gadigden voor den aankoop van grond gebeurt en of de betrokkene tegelijkertijd over den prijs der bewuste perceelen heeft gerecla- meerd. De VOORZITTER antwoordt, dat dit niet tegelijkertijd gebeurd is. De heer FANOY merkt op, dat in dezen de datum van het verzoek tot koop van be lang is. De VOORZITTER deelt mede, dat de reclame op den prijs van den grond is geda- teerd 17 Maart 1938 en het verzoek tot koop 12 Maart 1938. De heer 't GILDE: Dan heeft de heer Visseher gelijk! De heer HAMELINK: Dat heeft hij juist niet! De heer 't GILDE stemt toe, dat het net andersom is, en die betrokkene er feitelijk nies meer over te zeggen had. De heer VAN DE BILT vraagt, of de Schoonheidscommissie, of Bouwcommissie, of hoe men het noemen wil, ook iets over de grondprijzen te zeggen heeft. De VOORZITTER deelt mede, dat Burge meester en Wethouders, indien daartoe aan leiding bestaat, gaarne van de hulp van den Bouwcommissie gebruik maken. De heer VAN DE BILT herhaalt zijn vraag, of deze commissie ook iets over de prijzen te zeggen heeft. De VOORZITTER antwoordt, dat de Bouw- cotmimissie geen vast omlijnde taak heeft. De heer VAN DE BILT heeft altijd in de veronderstelling geleefd, dat de Bouwcommis sie zich van het geld niets aantrok. De heer 'SEGHERS voelt er toch wel voor, in deze aangelegenheid de Bouwcommissie te hooren. De VOORZITTER is van oordeel, dat dit niet noodig is. Niet dat Burgemeester en Wethouders er bezwaar tegen hebben, doch aan de hand van de stukken waarover zij be- schikken, hebben zij er geen oogenblik aan gedacht, dat er aanleiding voor is, de Bouw commissie te hooren. Aangenomen voor kennisgeving. 3. Definitieve aanstelling agent der Ar- beidsbeniiddeling en Werkloosheids- verzekering. Burgemeester en Wethouders deelen mede: In uiwen raad van den 6 April 1937 is M. Zegers met ingang van 15 April d.a.v. voor- loopig voor een jaar benoemd als agent der Arbeidsbemiddeling en Werkloosheidsverzeke- ring op een jaarwedde van f 600. Aangezien die functionaris gedurende dat jaar zijn taak naar behooren heeft vervuld, stellen wij u voor over te gaan tot definitieve aanstelling van dien functionaris met ingang van 15 April a..s. op een jaarwedde van f 600. De VOORZITTER verzoekt de heeren Ha melink en Fanoy met hem het stemtoureau te vormen. Uitgebracht worden 13 stemmen, waarvan 12 op M. Zegers, 1 briefje is bianco. Is alzoo benoemd M. Zegers. 4. Verlenging concessie radio-distributie- bedrijf. Burgemeester en Wethouders beriehten den raad: Aan den heer G. J. A. de Jonge is bij raadsbesluit d.d. 21 December 1933 de conces sie verlengd voor het exploiteeren van een radio distributiebedrijf voor den tijd van vijf jaren, eindigende 31 Dec. 1938. Vanwege het Hoofdbestuur van de Poste- rijen, Telegrafie en Telefonie is een verzoek ingekomen om mede te werken voor het gelijktijdig met de Rijksvergunning de ge- meentelijke vergunning te verleenen en deze op gelijktijdige datum te laten eindigen. Waar deze gemeentelijke vergunning toch dit jaar ten einde loopt bestaat er geen enkel bezwaar hieraan Uwe medewerking te ver leenen, weshalve wordt voorgesteld aan den heer G. J. A. de Jonge, exploitant van het Axelsche Radio Distributiebedrijf alhier en diens rechtverkrijgenden de gemeentelijke concessie te verlengen tot 1 Mei 1942 onder voorwaarden, zooals deze in het ontwerp hier- onder volgen: De Raad der gemeente Axel, gezien het schrijven van den Directeur- Generaal van de Posterijen Telegrafie en Telefonie, d.d. 7 Januari 1938, no. 204 S, af- deeling 3, waarbij gevraagd wordt om zoo spoedig mogelijk te bevorderen, dat de ver- eischte gemeentelijke vergunning voor den duur van de verlenging der rijksmachtiging wederom aan den exploitant der Radio-Distri- butie-Inrichting te verleenen tot 1 Mei 1942; gelet op het voorstel van Burgemeester en Wethouders; overwegende dat de exploitatie gedurende de jaren, dat deze functioneert, geen aanlei ding heeft gegeven tot klachten of bezwaren; besluit aan den exploitant van de Axelsche Radio- Centrale alhier, den heer G. J. A. de Jonge, en diens rechtverkrijgende de gemeentelijke concessie te verlengen tot 1 Mei 1942, zulks onder de volgende voorwaarden: 1. de vergunning d.d. 21 December 1933 te verlengen, welke geacht wordt te zijn in- gegaan heden, behoudens rechten van derden tot het spannen van draden over den open- baren weg, ten behoeve van een door het te exploiteeren radio-distributie en verder onder de navolgende bepalingen: a. dat de vergunninghouder zich verbindt binnen zes maaniden de mogelijkheid te openen, dat alle binnen de bebouwde kom der ge meente gelegen perceelen op de centrale kunnen worden aangesloten; b. dat de aan te brengen draden minstens zes meter boven den voor openbaren dienst bestemden gemeentegrond of het gemeente- water moeten worden aangebracht; c. dat voor het spannen van draden over den openbaren weg of het gemeentewater geen palen in gemeentegrond geplaatst mogen worden;

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1938 | | pagina 7