Ter Neuzensche Courant
Binnenland
Buitenlana
Gemengde Berichten
Maandag 7 Maart 1938
No. 9731
TWEEDE BLAD
GEMEENTERAAD VAN
AXEL.
VAN
DE DOOP VAN PRINSES BEATRIX.
Naar van bevoegde zijde gemeld wordt,
staat nog niet vast, in welk kerkgebouw de
doop van Prinses Beatrix te 's-Gravenhage zal
plaats hebben.
De doop van Prinses Juliana in 1909 ge-
schiedde in de Willemskerk aan de Nassau-
laan, dus is het niet onmogelijk dat daar ook
thans de doopplechtigheid zal plaats hebben,
hoewel uiteraard ook de Groote kerk in aan-
merking kan komen.
PRINSELIJK PAAR UITGENOODIGD
NAAR AUSTRALIE TE KOMEN.
Volgens ,,De Telegraafwordt aan de „Sun-
day Times" uit Sydney gemeld, dat de Austra-
lische minister-pre&ident, Lyons, heeft mede-
gedeeld, dat, inidien Prinses Juliana en Prins
Bernlhard hun voorgenomen bezoek aan
Nederiandsch-Indie brengen, Hun een uitnoo-
diging zal worden gedaan om ook Australie
te bezoeken.
Uit Nederland heeft men aldus het blad
ibericht ontvangen, dat de uitnoodiging
gaame zal worden aangenomen.
Er zal getracht worden het mogelijk te
maken, dat het bezoek zal samenvallen met
(het einde van de vierinig ter herdenking van
het felt, dat ongerveer 150 jaar geleden de
eerste kolionisten in Ausitralie voet aan wal
zetten, aangezien de extra-festiviteiten, die
zouden worden gearrangeerd ter begroeting
van de Koninklijlke Nederlandsche gasten, een
praehtig slot zouden vonmen van de herden-
kingsfeesten.
(De Nederlandsche kolonie in Australie is
vaometmems om op ongekend groote schaal
feestelijikiheden te organiseeren.
BEZOEK VAN ENGELSCH
KONINGSPAAR AAN ONS LAND.
Naar ,,De Telegraaf" vemeemt, zal waar-
schijnlijk nog dit jaar Nederland de eer te
beurt vallen van een officieel bezoek van het
Engelsche koningspaar.
Het zou in het voornemen van Koning
George en Koningin Elizaibetih liggen het be
zoek aan ons Hof te brengen in het aan-
staande najaar. Naar verder verluidt zou
'H. M. de Koningin de Engelsche vorstelijke
gasten ontvangen ten Koninklijken Paleiize te
Aansterdlam, alwaar zij tevens zouden
logeeren.
De geiheele in- en uitwendige restauratie
van het Koninklijk Paleis moet, met het oog
op het a.s. veertigjarig regeeringsjubileum
van Koningin Wilhelmina tegen September
a.s. gereed zijn.
NEDERLAND EN BELGIE.
Een Vlaamsche stem.
De correspondent van het Bandelsblad te
Brus^el meldt:
In ©en hoofdartikel spreekit Marcel Styns,
de hoofdrdacteur van het Brusiselsche Laat
ste Nieuws", er zijh voldoening over uit, dat
er hlijkens de verklaring van minister Patijn
overeemstemiming tusschen Nederland en Bel
gie inizake het buitenlandsoh ibeieid besitaat.
Dit is van te meer beteekenis, nu het oogen-
blik schijnt aangelbroken voor nieuwe Neder-
landiselwBeigisohe onderhandelingen. Doiordat
wij gemeenschappelijkie belangen hebben ten
opcaichte van de vrijwaring van den vnedte
schrijft het blad en doordat over de zelf-
standigheid van onze buitenlandsdhe politiek
geen twijfel mogelijk is, kunnen de in het
vooruitziciht gestelde onderhandelingen plaats
hdblben op een gunstig terrein. Stellig zullen
zidh hierbij nog moeilijikheden voordoen. S-om-
mi'ge punten die nog tusschen Nederland en
Bel'gie te regelen vaMen, zooals b.v. de kwes-
tie van de zeesluis te Ter Neuzen, kunnen
echter zesr gehiakkelijk in orde komen.
Anders echtecr is1 het volgens het blad
g est eld met de mededinging tusschen Rotter
dam en Antiwerpen. De voorzitter van de
Antiwierpsche Kamer van Koophandel, de heer
Jussiant, heeft in het jubileum-nummer van
het orgaan der Nederlandsche Kamer van
Koophandel voor Bel'gie en Luxemburg met
nadruk verklaard, dat een aocoord' tusschen
Rotterdam en Antwerpen niet mogelijk is
zander een bevredigende regeling van de
kwestie der Schelde^Rijnverbinding voor Ant
werpen. Ook dte kwestie van de Belgische
prctmies aan de Rijnscheepvaart zal heel wat
stulbfbeiingen veroonzaken, en het ..Laatste
Nieuws" acht het dan ock duidelijk, dat de
onderhandelingen tusschen de beide landen in
kieische omistand'igheden zullen worden ge-
voecrd.
Uit de rede van minister Patijn vervolgt
het Laatste Nieuiws" kan men echter op-
maken, dat de Nederlandsche regeering de
besprekingen met Belgie zonder vooringeno-
menheid wenscht in te zetten. Hetzelfde
voornemen za'l wel aan Belgische zijde be-
staan en men moet bopen, dat de verhoudin-
g£n tusschen, beide landen tijdens de onder
handelingen met vertroeheld zullen worden.
A1 moge .men aan beide zijden de onderschei-
dene standpunten soma nog al strak bepalen,
toch val't zoowel in Nederland als in Belgie
bij de openlbare meeninig de wemsch te bespeu-
ren, dat een bevredigende regeling van de
Nederlandsch-Belgische vraagstukken tot
stand zal komen. Deize wemsch besluit het
.Laatste Nieuws" dient den doorslag te
geven bij de onderhandelingen, waarvan de
gunstige afloop de moreele positie van beide
landen ontoetwisbbaar ten goede zou komen.
DE OPLEIDING VAN DEN
MIDDENSTANDER.
Het Tweede Kamerlid Amelink heeft aan
den Minister van Economische Zaken de vol-
gewde vragen gesteld:
1. Is hif.it juist, dat met medewerking van
het Departement van Economische Zaken de
opleiding voor de handelskennis, die vereischt
wordt ingevolge de bepalingen der Vestigings-
wet kleinlbeidrijf, uitsluitend gegeven zal wor
den in hanld'en van de drie middenstandsbon-
den, respeotievelij'k van de onderwijsinstellin-
gen dazer organiisaties
2. Is het juist, dat vakorganisaties of on-
dtrdeelen daarvan, die zich reeds bezighouden
met de opleiding voor handelskermis, die op
leiding op vo'orschriift van het Departement
van Economische Zaken moeten beeindigen
3. Inidien het onder 1 en 2 gevraagde juist
is, wil d'e Minister dan mededieelen op welke
wettelijke bepaling deze beslisising steunt?
4.. Is de Minister niet van meening, dat
het voor het verkrijgen van het midden-
standsdiploima algemecne hanidelskennis, afge
geiven door een der middenstandshonden.
noodizakelijik voor het ontvangen van een be-
drijfsvergunning ingevolge de Vestigingswet-
Kleinjbedrijf, voldoenlde is, dat de vcrzoeker de
vereischte handelskennis beizit en dat daarhij
buiten beschouiwing gelaten kan worden, op
welke wijze of bij welke instelling de verzoe-
ker zich deze handelskennis heeft eigen
gemaakt
DE K. M. A. EN DE ZONDAGSIIEIL1GING.
Naar de N. R. Crt. meldt heeft de Minister
van Defensie zijn goedkeuring onthouden aan
het programma van het jaarlijksche assaut
van het cadettencorps der K. M. A., dat ge-
houden zou worden op 18, 19 en 20 Maart a.s.,
en wel omdat een deel der feestelijkheden op
een Zondag valt, zooals tot dusverre steeds
het geval is geweest.
In verband met deze beslissing van den
Minister zal het assaut thans op Donderdag
en Vrijdag 17 en 18 Maart gehouden worden.
ADRES TOT VERLAGING VAN
ACCIJNZEN OP BIER EN GEDISTILLEERD
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor 's-Gravenhage heeft een adres gezonden
aan den Minister van Financien, waarin hij er
op wordt gewezen, dat reeds op 15 Maart
1937, de Kamer zich in samenwerking met 29
andere Kamers van Koophandel en Fabrieken
zich telegrafisch tot den ambtsvoorganger
van.den Minister heeft gewend, met het ver-
zoek, op korten termijn over te gaan tot ver-
lagmg van den accijns op bier en gedistilleerd.
Bedoelde 30 Kamers van Koophandel spra-
ken het vertrouwen uit, dat nog v66r den aan-
vang van het zomerseizoen de bijzonder moei-
lijke omstandigheden, waaronder het hotel-,
cafe- en restauranthedrijf, alsmede het vreem-
delingenverkeer te lijden hebben, door verla-
ging van accijns zouden worden verlicht.
Tot teleurstelling van alle belanghebbenden
werd aan dit verzoek in het afgeloopen jaar
geen gevolg gegeven.
In verband met de toezegging van den
Minister echter, dat het nemen van een be
slissing door de regeering omtrent het vraag-
stuk van verlaging van de accijnzen op ge
distilleerd en bier spoedig tegemoet kan wor
den gezien, verzocfit de Kamer den Minister
in het belang van het zeer groote aantal hier
bij betrokken bedrijven, om het tot-stand-
komen dezer bereids in uitzicht gestelde
accijns-verlaging zooveel mogelijk te taevorde-
ren, nog v6or den aanvang van het aanstaan-
de zomerseizoen.
BEGROOTING VAN WATERSTAAT EN
VERKEERSFONDS.
Aan het voorloopig verslag over de begroo-
ting van Waterstaat van het verkeersfonds
en de staatsmijnen wordt het volgende ont-
leend.
Eenige leden betoogden, dat weliswaar de
noodzakelijkheid van coordinatie van het ver-
voerwezen algemeen wordt erkend, doch dat
maatregelen om haar tot stand te brengen
veelal uitblijven of, indien genomen, onvol-
doende moeten worden geacht.
Zoo vestigen deze leden er de aandacht op,
dat het goe'derenvervoer nog volkomen onge-
regeld is.
De hoop werd uitgesproken, dat de Minister
er in zou slagen, een dusdanige reorganisatie
van het spoorwegbedrijf te bevorderen, dat
eerlang niet meer met tekorten behoefde te
worden gewerkt. Gaarne zouden zij vernemen,
langs welken weg dit doel ware te hereiken.
Den huidigen toestand achtten zij onbevre-
digend ook om deze reden, dat thans in feite
de gebruikers van andere vervoermiddelen dan
het spoorwegrijtuig, en wel voornamelijk de
eigenaars en exploitanten van automobielen,
mede moeten voorzien in de taedrijfsverliezen,
door de N.V. Nederlandsche Spoorwegen ge
leden.
Verscheidene leden oefenden critiek op het
voornemen van de directie der Nederlandsche
spoorwegen, bij den aanvang van den zomer-
dienst over te gaan tot de opheffing van een
aantal kleine stations.
Eenigen hunner waren van oordeel, dat de
uitvoering daarvan een ernstig nadeel betee-
kent voor het platteland.
Andere leden verklaarden, met de geoefende
critiek niet te kunnen instemmen. Erkennen-
de, dat uit de opheffing aanvankelijk eenig on-
gerief zal voortvloeien, waren zij echter van
meening, dat bij een goede samenwerking tus
schen de Nederlandsche Spoorwegen en de
autobusondernemingen dat ongerief kan wor
den overwonnen.
Onder verwijzing naar het adres, door het
bestuur van de Koninklijke, Nederlandsche
Automobielclub tot den raad van Ministers
gericht, drongen verscheiden leden nogmaals
aan op verlichting van de financieele lasten
waaraan ten onzent het motorwegverkeer is
onderworpen.
Een gedeelte van het loon wordt in den
regel uitgekeerd in natura, zooals b.v. vrije
woning, vuur, licht, melk, brood en brood-
graan, aardappelen, in sommige gevallen een
vet varken e.d., benevens een bedrag in geld.
In de grensstreken zijn de loonen voor alle
categorieen arbeiders iets lager.
Ingevolge de met de Duitsche regeering ge-
sloten overeenkomst kunnen de loonoverschot-
ten of besparingen van Nederlandsche werk-
nemers, die in Duitschland wonen, tot 85 pet.
via den Nederlandschen rijksconsulent voor
sociale zaken te Oberhausen (Rijnland) naar
Nederland worden overgemaakt.
Zooals de ervaring in de laatste jaren heeft
geleerd is deze arbeid in het algemeen geschikt
voor landarbeiders. Daamaast acht de Minis
ter het plaatsen van landarbeiders in Duitsch
land van zeer groot belang ter bestrijding van
de werkloosheid ten plattelande.
De Minister stelt het daarom op hoogen
prijs, indien de gemeentebesturen medewer-
king willen verleenen, om aanbod voor deze
werkgelegenheid te krijgen. Deze arbeid kan
in de eerste plaats worden aangeboden aan hij
het orgaan der arbeidsbemiddeling in de ge-
meenten ingeschreven werkzoekende land
arbeiders; hij kan echter ook worden aange
boden aan inwonende zoons van landarbeiders
en van kleine boeren.
De Minister noodigt de gemeentebesturen
uit er voor te willen zorgdragen, dat door het
orgaan der arbeidsbemiddeling in de gemeente,
zoo noodig in overleg met het orgaan der
steunverleening, wordt nagegaan welke land
arbeiders in de gemeente voor aanbieding van
deze werkgelegenheid in aanmerking komen.
Het orgaan der arbeidsbemiddeling dient de
aanbiedingen zoo spoedig mogelijk door te zen-
den aan de districts-arbeidsheurs, waaronder
het ressorteert.
Den arbeiders zal onder het oog dienen te
worden gebracht, dat zij zich verbinden tot het
verrichten van arbeid hij een bepaalden werk-
gever en dat zij, indien zich moeilijkheden
voordoen, die zij niet zelf met den werkgever
kunnen regelen, zich kunnen wenden tot het
betrokken Arbeitsamt.
Indien ook dan geen bevredigende oplossing
wordt verkregen, kunnen zij zich wenden tot
den Nederlandschen rijksconsulent voor sociaie
zaken te Oberhausen (Rijnland), die daarna
zoo spoedig mogelijk, in samenwerking met
de betrokken Duitsche instanties, een onder-
zoek zal instellen. Voordat dit onderzoek heeft
plaats gehad mogen de arbeiders hunne be-
trekking niet verlaten, daar anders een be-
hoorlijk onderzoek niet mogelijk is. Het voort-
durend wisselen van werkgever zal trouwens
worden tegengegaan. Wel zullen de Arheits-
amter medewerken om arbeiders, die niet op
hun plaats zijn bij een bepaalden werkgever,
bij een anderen werkgever onder te brengen.
De Minister teekent hierbij aan, dat bij wei-
gering tot het aanvaarden van dezen arbeid
de betrokken arbeiders, die steun ontvangen
of hij een werkverschaffing zijn geplaatst voor
dergelijke overheidszorg voorloopig niet meer
in aanmerking dienen te komen, terwijl inge-
val hun uitkeering uit een werkloozenkas
wordt verstrekt, daartegen bezwaar behoort
te worden gemaakt, een en ander tenzij door
den Minister of van zijnentwege anders wordt
beslist.
Het vorenstaande geldt ook brj weigering
van werk van inwonende zoons van landarbei
ders of kleine boeren, die in zorg zijn, met
dien verstande, dat bij het bepalen van het
steunbedrag of bij plaatsing bij een werkver
schaffing van het hoofd van het gezin of den
kostwinner rekening dient te worden gehou
den met het inkomen, dat inwonende zoons
hadden kunnen verdienen, indien zij den arbeid
in Duitschland hadden aanvaard.
Ten aanzien van de z.g. B.-boeren merkt de
Minister op, dat deze circulaire alleen geldt
voor inwonende zoons niet-kostwinnaars. Voor
de B.-boeren zelf en voor de voor hen in de
plaats tredende zoons-kostwinners geldt zij
echter niet.
len zij daarvan zoo uitvoerig en toegelicht
met zooveel bijzonderheden Welik belang van
hen, die weten dat hun bekentenis het voimis
niet zal vierzachten, kan daarmede geidiend
zijn?
Een vinigerwijizing, en mogelijk uitgangs-
punt voor de oplossing van al deize geheimen,
schuilt in de Slavische natuur. Het samen-
zweren zit den Rus in bet bleed, het is voor
ham de gewoonste zaak van de weredd. In het
tsaristische Riuslamd moet menigeen beizield
zijn geweest met de gedachte dat hij uit lijfs-
toehoud gedwongen was anderen naar het
leven te staan. Wiaarom zou de mentaliteit
veranderen, meer speciaal hij de ouderen, die
op dit gebied een lange geschiedenis achter
den rug helbben, nadat langs diemzelfden weg
een anidere groep het bewind heeft overge-
nomen.
De Russi'sche regeering trekt zioh op bet
oogenlbliik niefcs aan van bet oordeel van het
touitenland. Op versdhillende manieren men
denke aan de opheffing der consulaten
heeft zij te kennen gegeven de voorkeur aan
het isolamemt te geven. Hetgeen niet weg-
neemt, dat de gefoeurtenissen wel een indruk
vestigen. Inidien slechts een deel der hekente-
nissen waarheid bevat, dan nog moet mien tot
de conclusie klomen, dat de Ruissische regee
ring geen eenhedd was en kon zijn. En wan-
neer de leiding reeds zoo veelizijdig is, wat
moet er dan terechtkomen van den onder haar
verrichten arbeid. Indien de intiemste mede-
werkers van Stalin op een dergelijke wijze
optreden tegen zijn werk en zijn staat, moet
men dan niet tot de conclusie komen, dat de
Russische dictator zijn positie slechts kan
handhajven door zijn rigoureurs doorgevoerd
verdeel- en heerschsysteem, door het toepas-
sen van een method'e, waarbij zijn medewer-
kers elkaar uit den weg ruiimen. En daar-
nevens, omdat al diegenen, die bezwaren had
den tegen de richting van het 'bewind, geen
gasloten eenheid konden vormen, omdat zij
geen vertrouwen in elkaar konden sbe'llen,
waardoor him actie den vorm van een soort
oppositie zonder concreten inhouid aan moest
nemen. Maar waardoor zij tevens tot een
machteloosheid was gedoemd, die het gevaar
van een revolutie uitsluit.
De groote figuren in den staat worden met
veel gerucht verwrjderd. Maar hoe moet dit
voorbeeld werken op de lagere ambtenanen,
hoeveel menschen moeten uit den weg zijn ge-
milmd op grond van soortgelijke beschuldigin-
gen, zonder dat ooit iemand daarvan ver-
nomen heeft.
IZelfs voor Russischen smaak schijnt dit
verschijnsel een te grooten oravang aange
nomen te hebben. Althans tie oord'eelen naar
een voor eenige dagen versehenen order, waar
in stelling wordt genomen tegen hen, die zich
beijyerd hebben als aanklagers op te treden.
De aanklagers zijn nu beklaagden geworden.
•Hun rjver, aldus de Russische regeering, om
loyale partijgenooten op onbelangrijke gron-
den te verd'eniken, spruit voort uit het feit,
dat zij zelf Trotsikisten zijn. Zoo zijn de rol-
len omgedraaid. Zij, die eens de schrik waren
van hun gemieenschap, staan nu onder verden-
king.
Over de motieven van dit alles tast men in
het duister. Misschien is deze order op zich-
zelf de grootste misdaad, die ooit begaan is,
een verrassende zet op het schaaikfbord van
verraad en samenzwering, dat Rusland heet.
Wellicht ook was het noodig een einde te ma
ken aan deze terreur om de bevolking tevre-
den te stellen, welker sympathie niet altijd
aan dte zijde der plaatselijke sowjets stond.
Maar in ieder geval geeft het een indruk van
de willekeur van de Ruissische rechtspraak,
een beeld van het leven in het land van hen,
die onze wereld de vrijheid zeggen te brengen.
PROF. GOUDRIAAN DIRECTEUR VAN
NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN?
Naar het A.N.P. verneemt is thans besloten
omtrent vervulling van de vacature, welke
door het overlijden van Ir. Van Dijk in de
spoorwegdirectie was ontstaan en zal voor be-
noeming tot directeur der N.V. Nederlandsche
Spoorwegen in aanmerking worden gebracht
Prof. Dr. Ir. J. Goudriaan Jr., onder-directeur
der N.V. Philips' gloeilampenfabrieken te
Eindhoven.
Prof. Goudriaan is 5 December 1893 te Am
sterdam geboren. Na de Hoogere Burger-
school in zijn geboorteplaats te hebben door-
loopen, studeerde hij aan de Technische Hooge-
school te Delft en verkreeg in 1915 het diplo
ma van werktuigkundig ingenieur. Van 1916
1922 fungeerde hij als inspecteur van den
arbeid. Na zijn promotie in 1922 tot doctor
in de technische wetenschappen was hij ge-
durende twee jaren directeur van het centrale
normalisatiebureau en van 1924 tot 1938 als
hoofdingenieur werkzaam bij de maatschappij
Fijenoord te Rotterdam. Sinds 1926 is- hij bui-
tengewoon hoogleeraar aan de Nederlandsche
handelshoogeschool te Rotterdam in bedrijfs-
leer en organisatie der ondememing.
In 1928 trad hij in dienst van de N.V. Philips
te Eindhoven om leiding te geven aan de be-
drijfsorganisatie van dit concern en sinds 1933
is Prof. Goudriaan onder-directeur van Philips.
WERK VOOR NEDERLANDSCHE LAND
ARBEIDERS IN DUITSCHLAND.
De Minister van Sociale Zaken heeft aan de
gemeentebesturen medegedeeld, dat evenals
het vorige jaar er in den loop van dit jaar een
groote werkgelegenheid zal bestaan voor
Nederlandsche landarbeiders in Duitschland.
Behalve in het Rijnland en Westfalen zullen,
landarbeiders kunnen worden geplaatst in
Hannover, in de streek tusschen Bremen en
Oldenburg en, doch in geringere mate, in
Mecklenburg.
Ongehuwde melkknechten, die 10 a 12
koeien kunnen melken, genie ten kost en inwo-
ning, benevens 40 A 50 R.M. per maand. In
grootere stallen kan worden gerekend op een
loon van 4 a 5 Mark per koe per maand boven
kost en inwoning, zoodat melkers, die meer
koeien kunnen melken en verzorgen, komen
tot loonen van 70 a 90 R.M. per maand boven
kost en inwoning.
HET PROCES TE MOSKOU.
Opnieuw staat, schrijft de N. R. Crt., in
Moskou een groep menschen terecht, beschul-
digd' van de ernstigste misdaden tegen den
staat. Opnieuw draait zich als een film voor
onze oogen het beeld af van de prompte be-
kentenissen van de verschrikkelijkste misda
den, welke men zich in kan denken. Zoo zijn
wij met dit verloop reeds vertrouiwd geraakt,
in zulke mate heeft zich bij de publieke opi-
nie reedte een oordeel gevormd over wat een
Russisch prociss izijn moet, dat de wereld het
als een sensatie voelt, wanneer een der be-
schuldigid'en het hem ten laste ge'legde ont-
kent. Meer dan een incident is de ontkenning
van, Krestinsiki echter niet geworden. Zijn
ontkenning heeft hij al weer ingetrokken
gelijk oo,k in een der vorige processen is ge-
beurid en ook hij heeft volledige schuld
bekent.
De menschen, die ditmaal voor den rechter
zijn gebracht en over wier lotslbestemming
weinig onzekerheid meer bestaat, waren tot
voor kort nog eminente figuren in het Russi
sche bewind, vooraamer en belangrijker dan
in eenig voorgaand proces het geval is ge
weest. Het meerend'eel van hen bezette de
hoogste posten in den staat. Onider hen is Ja-
goda, eens chef van de Gepeoe, van wien ge-
zegd wordt, dat hij een aandeel heeft gehad
in de voorbereidimg van het proces tegen Ry-
kow en Boecharin, die res p. als voorzitter van
den raad van volkscotmmissarissen en als voor
zitter van het Komintern, onder dte hoogstge-
plaatsten in den lande behoorden en reeds
vroeger waren ontheven van hun plaatsen.
Voorts gewezen Russische amibassadeurs in de
voornaamste Europeesche hoofdstiden, zooals
Rakowski en Krestinsiki en gewezen voi'ks-
commissarissen als Iwanof, Tsjernow, Grinkjo
en Rosengoltz. Zoo zijn de menschen, die thans
verwijderd worden dazelfde, die enkele jaren
geleden Stalin hielpen overwinnen in zijn
strijd tegen Trotski, die Zinowjef, Kameneff
en anderen verwijderden, toen deze na Stalin
gaholpen te hebben, den laatste trachtten te
verdrinigen.
iHet groote raadsel, dat dit proces met alle
voorgaande viedbindt, de reeks van bijna fan-
tastische bekentenissen, blijft ook ditmaal on-
opgeiost. Een oagenblik mocht geboopt wor
den, dat Krestinstki's ontkenning een slip zou
oplichten van den sluier, die over dit alles
hangt. Nu ook hij weer bekend heeft, weten
wij, dat alles zal verloopen gelijk het bij voor
gaande gelegenhedien is gegaan, dat Rusland
de oplossing van het groote raadsel in zijn
schiOio.t verborgen zal houden.
(Wiaarom al deze bekentenissen? Waarom
d,it opsommen van alle mogelijke misdaden
tegen bet belang van volk en staat met een
nauwkeurigheid, die zoo typisch eigen is aan
het gefantaseerde alibi? Aangenomen mag
worden, dat er tusschen deze menschen en
zij, die nu over hen oordeeien, meeningsver-
schillen bestonden over principdeele en practi-
eche vraagstukken. Maar moet dit befceeke-
nen, dat zij werkelijk en in die mate contact
met vreemde staten hadlden gezocht, en waar-
om zelfs, indien dit het geval zou zijn, vertel-
GEDUPEERDE REVUE-ARTISTEN.
Een gewezen banketbakker uit Dordrecht
was, schrijft het R. Nwsbl., in connectie ge-
komen met den bekenden revue-artist Siem
Nieuwenbuizen en had hem voorgespiegeld een
revue-onderneming te organiseeren. Het
bedrijfskapitaal zou f 35.000 bedragen. Nieu
wenbuizen engageerde eenige collega's, met
wie hij een contract voor acht maanden met
180 speeldagen afsloot. Impresario's maak-
ten contractda met varitetenummers.
De primiere van Time is Money beleefde in
het Carre-theater te Amsterdam een groot
succes. Het publiek stelde een revue met
varitete zeer op prijs en gedurende de dertien
voorstellingen te Amsterdam kwam er een
behoorlijke recette binnen. De directie van
Carre keerde regelmatig den organisator van
de revue het bepaalde deel van de recette uit.
Maar de artisten kregen weinig of niets.
Nu hadden de artisten zooals de gewoonte
is in het bedrijf geen vergoeding voor de
repetities gekregen, waarin zij hadden berust
met het oog op de hooge gages, die hun voor
den speeltijd waren toegezegd. De costuums
waren in Parijs besteld enbetaald. Maar
de Nederlandsche decoratieschilder, die de
decors heeft vervaardigd, wacht nog steeds
op zijn geld. Ook de drukker van de biljetten
is nog niet betaald.
Eenige artisten hadden na de eerste week
van hun optreden bij wijze van voorsohot drie
of vier dagen gage ontvangen; de rest had
zonder vergoeding gewerkt. Wel had de
directie van de Carre de musici betaald, daar
dezen buiten de revue-onderneming om een
contract hadden.
Langdurige conferences volgden. Een tus-
schenpersoon verklaarde lakoniek, dat het geld
op was. Tenslotte kregen medewerkers, die
buiten Amsterdam woonden en in de hoofd-
stad pension hadden moeten nemen, geld om
hun logies te betalen. Dat was al het resul-
taat van het onderhandelen.
Aan de artisten werd voorgesteld, met een
deel van de gage genoegen te nemen en een
verklaring te teekenen, dat zij geen verdere
aanspraken zouden doen gelden. Maar hierop
gingen de gedupeerden niet in, advies van
buitenlandsche consuls en een Nederlandsche
advocaat, die te hulp waren geroepen.
De costuums zijn in veiligheid gebracht en
de schilder heeft de decors teruggehaald met
de bepaling, dat hij desondanks zijn vordering
handhaafd.
De Holland Express Revue zooals de
onderneming van den gewezen koekjesbakker
uit Dordrecht heette bezat slechts een deel
van 't genoemde kapitaal van f 35.000. Toen
het den oud-banketbakker bleek, dat ondanks
de ruimvloeiende recettes de kosten boven de
baten gingen, heeft hij een tusschenpersoon in
den arm genomen om zich van zijn verplich-
tingen te ontdoen.
VERDUISTERINGEN OP GROOTE SCHAAI
BIJ BELGISCH BANKFILIAAL.
Het parket van Brussel heeft een instructie
geopend naar aanleiding van belangrijke ver-
duisteringen, welke gepleegd zouden zijn bij
het filiaal van een Brusselsche bank te La
Louviere. Deze verduisteringen zouden loo-
pen over een bedrag van eenige millioenen.
De vei'duisterde bedragen werden grootendeel
aangewend voor speculaties die werden uit-
gevoerd door tusschenkomst van een te Brus
sel gevestigde credietinstelling, welke gedreven
werd door eenige leden van het personeel van
het bankfiliaal.
Een ander deel der bedragen werd door
deze instelling, die thans in liquidatie is aan
gewend voor de persoonlijke operaties van
eenige harer leiders.
Het parket is overgegaan tot de arrestatie
van den directeur, den procuratiehouder, ver
scheiden kassiers en andere leden van het
personeel van het filiaal der bankinstelling te
La Louvitere zoomede van den directeur van
de credietinstelling.
BRAND AAN BOORD VAN EEN
BAGGERMOLEN.
Vrijdagmiddag omstreeks twaalf uur werden
omwonenden te Beek en Donk opgesohrikt
door een hevigen knal. Het bleek. dat de
baggermolen van de firma Blom en v. d. Vlies
te Sliedrecht in het afwateringskanaal brj
Beek en Donk was gekapseisd en dat vlam-
men uit het vaartuig naar buiten sloegen.
Men snelde van alle kanten te hulp en slaagde
er in de beide opvarenden, afkomstig uit Slie
drecht en ongeveer 35 jaar oud, te redden. Zij
hebben brandwonden opgeloopen en zijn naar
het ziekenhuis te Helmond vervoerd.
De brand op den baggermolen kon spoedig
worden bedwongen. Het vaartuig heeft aan-
zienlijke schade opgeloopen. Aan boord kon
nog geen onderzoek worden ingesteld met het
oog op het gevaar van verdere explosies.
De beide gewonden hebben omtrent de oor-
zaak ook nog niets kunnen mededeelen.
EEN „HONGERKUNSTENAAR"
ONTMASKERD EN GESTRAFT.
De Braziliaansche ,,hongerkunstenaar" Gen-
til iCadramel, die de vorige week te Bologna
was gearresteerd, omdat men ontdekt had,
dat hij zich 's nachts met biscuits voedde, is,
naar HaVas meldt, tot twee jaar en drie
maanden gevangenisstraf veroordeeld. Zijn
secretaresse, met wier medaplichtigheid hij
het publiek bedroog, werd tot 18 maanden
gevangenisstraf Veroordeeld.
Toen het vonnis werd voorgelezen, viel
Cadramel in ziwijm.
Vengaderinig van Dinsdag 22 Februari 1938,
des namiddags drie uur.
Voorzitter de heer F. Blok, burgemeester.
Tegenwoordig de leden J. M. Oggel, P. J.
van Bendegem, F. Dieleman, A. P. Essel-
brugge, J. Fanoy, A. Th. 't Gilde, C. Hame-
link, A. van 't Hoff, P. de Jonge, A. P. de
Ruijter, B. Seghers, C. van Bendegem, C. Th.
van de Bilt en de Secretaris J. L. J. Maris.
(2 Slot.)
De heer DE RUIJTER deelt mede, in eer
ste instantie te hebben vergeten, in verband
met die reserves te vragen, hoe het zit met
de waarbongsommen voor de bijizondere
scholen.
De VOORZITTERDie zijn niet in dte be-
grooting opgenoimen.
(De heer DE RUIJTERZitten ze er toch in
De VOORZITTER: Niet ten voile.
De heer DE RUIJTER vervolgt, dat op de
begrooting staat een reserve van f 9500, ter
wijl de bedoelde voorschotten 9000 bedragen.
Deze zitten dus feitelijk in de reserve. In 1940
moet het bedrag terugbetaald worden aan de
Nat. School, en in 1943 aan de Schoolvereeni-
ging te Spui. Spreker zal gaarne vernemen
hoe dit zit. Op de begrooting staat een
reserve van f 9500 en de voorschotten der
bijzondere scholen bedragen 9000. Hoe
komt men dan te .staan.
De VOORZITTER antwoordt, dat dit te
lezen is in den brief van Gedeputeerde Staten.
De heer DE RUIJTER wijst er op, dat het
juiste bedrag is f 8968. Verschillende scholen
hebben een waarborg gestort. Moet men nu
de zaak zoo zien, dat het bedrag, dat de ge
meente voor deze scholen heeft besteed, niet
ten voile is opgenomen, dan wel dat de ge
meente de gelden die als waarborgsommen
onder haar berusting waren, heeft versnoept.
Doch in dat laatste geval is ook de reserve
verteerd, want dan vormt deze nog slechts
het bedrag der waarborgsommen, terwijl in
1940 ongeveer de toelft dier waarborgsommen
betaald moet worden.
De VOORZITTER merkt op, dat men daar-
voor in 1940 zal moeten leenen.
De heer ,DE RUIJTER is van meening, dat
deze gelden dan uit den loopenden dienst zul
len moeten komen.
De VOORZITTER herhaalt, dat hiervcor
dan geleend zal moeten worden.
De heer DE RUIJTER zou er, zich in het
laatste geval niet mee kunnen vereenigen, dat
hiervoor geleend zou worden. De gemeente
heeft de waarborgsommen 20 jaar bewaard
voor de sehoolbesturen, en indien deze niet
terug zouden kunnen betaald worden, zou dat
niet in orde zijn, want dan zouden de sehool
besturen daardoor gestraft worden.
Hij is van oordeel, dat men indien de
laatste veronderstelling van spreker juist zou
zijn hiervoor niet zou mogen leenen. Naar
hij meent heeft er in 1920, 1923 en 1930 ver-
bouwing plaats gebad, en zijn de waarborg
sommen en de gemeentelijke bijdragen in de
begrooting verwerkt. De reserve van f 9500
is dan feitelijk geen reserve meer. Dat is de
moeilijkheid.
De heer 't GILDE heeft met zeer veel ge
noegen en instemming naar het betoog van
den heer Hamelink geluisterd. De heer Hame-
linik heeft als gewoonlijk op zeer reeele wijze
zijn standpunt uiteengezet. Doch juist deze
uiteenzetting heeft spreker versterkt in zijn
meening, dat het aanbeveling zal verdienen,
een beslissing in deze zaak aan te houden. Het
verheugt spreker, dat zijn meening brj den
heer Fanoy weerklank heeft gevonden. De
heer Hamelink heeft enkele dingen gezegd,
waarop spreker maar niet a bout portant een
beslissing zou kunnen nemen. Spreker meent,
dat het aanbeveling zal verdienen, deze zaak
nog eens aan te houden. Want is hij een sterk
tegenstander van een verhooging der opcen-
ten van de personeele belasting tot 200, by
kan ook zijn stem niet igeven aan een verhoo
ging tot 190 opcenten. Als het er dan van-
middag door sou moeten, zou hij ook daar
tegen moeten stemmen. Daarom herhaalt hij
zijn voorstel, de beslissing op te schorten tot
o\ er 14 dagen en dan opnieuw te vergaderen
om een besluit te nemen, in deze zaak die
voor de gemeente van het grootste belang is.
Spreker weet wel, dat de begrooting in het
openbaar behandeld moet worden en niet in
een besloten kringetje, doch er zijn toch ook
wel andere dingen, die eerst in besloten kring
besproken worden, coch waerover de beslis
sing in bet publiek genomen wordt.
De VOORZITTER is van oordeel, dat de
heer 't Gilde de zaak eigenlijk moeilijker
maakt, dan deze is. Welke moeilijkheid
schuit er voor den heer 't Gilde in, thans een
beslissing* te nemen. Het gaat er thans om,
of de raad wil vasthouden aan het genomen
besluit, om 2500 uit de reserve te nemen,
of de belasting te verhoogen. Dat is het kar-
dinale punt in deze zaak.