Landbouwberichten
De heer JAN'SEN vraagt hoeveel dit vroe-
ger kostte.
De SECRETAIRES antwoordt, dat het sala-
ris van den secretaris der commissie 15 be-
draagt, benevens verder een gering bedrag
voor porti.
De heer SCHEELE is van meening, dat de
Raad niet op het genomen besluit moet terug
komen. Indien evenwel de commissie en bloc
zou bedanken, wat dan?
De heer HAAK merkt op, dat Burgemeester
en Wethouders te alien tijde een commissie
bij elkaar 'kunnen krijgen.
De heer SCHEELE stelt de vraag, wat er
zou gebeuren indien er geen gegadigden ge-
vonden mochten worden om dit werk over te
nemen.
De heer HAAK: Dan doen Burgemeester en
Wethouders het. Er is reeds zooveel werk, dat
ik gratis doe, dat dat beetje er nog wel bij
kan.
De heer SCHEELE merkt op. dat voor
schoolfeestjes en schoolreisjes geen post is
geraamd. Hoe staan Burgemeester en Wet
houders hier tegenover? Kunnen er dus geen
schoolfeestjes worden gehouden?
De heer HAAK antwoordt, dat de heer
Scheele zich daarin vergist.
De heer SCHEELE vraagt, waarom dan
geen post hiervoor uitgetrokken is.
De heer HAjAK geeft te kennen, dat Burge
meester en Wethouders te alien tijde met een
voorstel bij den Raad kunnen komen.
De heer SCHEELE meent, dat het dan ook
geen bezwaar is een post uit te trekken. Het
vooruitzicht bestaat, dat er vlug een feest
gevierd zal worden.
De heer HAAK meent, dat men op den
toestand niet mag vooruitloopen. Het is zeer
wel mogelijk, dat er van een feest geen sprake
zal zijn.
De heer SCIHEELE houdt staande, dat Bur
gemeester en Wethouders dan toch een post
kunnen ramen. Is het niet noodig, dan wordt
die niet uitgegeven.
De heer HAAK meent, dat het hetzelfde is,
of deze post nu hier geraamd wordt, dan wel
of die onder ,,onvoorzien" staat.
De heer A. MEERTENS geeft te kennen,
dat, indien noodig, toch feest gehouden kan
worden. De Raad dient toch te vergaderen
om een voorstel van Burgemeester en Wethou
ders voor de noodige fondsen te behandelen.
13. Middelbaar onderwijs.
158. Bijdrage in de kosten van rijks hoo-
gere burgerscholen als bedoeld in art. 36quater
der wet op het middelbaar onderwijs. 300.
15. Nijverheidsonderwijs.
159. Bijdragen aan gemeenten in de kos
ten van scholen voor het lager nijverheids-
onderwijs. 660.
De heer JAN-SEN vraagt waar deze posten
voor dienen.
De SECRETARIS antwoordt, dat deze zijn
voor bijdrage aan de landbouwschool en avond-
teekenschool.
De heer JANSEN constateert, dat er het
vorig jaar niets voor stond.
De SECRETARIS antwoordt, dat dit kwam
omdat er geen leerling uit de gemeente die
inrichtingen bezochten. Thans is dit wel het
geval.
De heer HAAK deelt mede, dat 1 leerling
de H. B. S. te Ter Neuzen bezoekt. Het ge-
beurde vroeger wel, dat dit ook niet zoo was.
16. Onderwijs, kunsten en wetenschappen
(niet vallende onder de lt/m 15).
160. Subsidien aan schouwburgen of mu-
ziekkorpsen. 150.
161. Kosten huur stuk grond waar muziek-
tent is geplaatst. 50.
Hoofdstuk IX.
Ondersteuning aan behoeftigen en werkloozen.
166. Belooning van doctoren, heelmeesters,
vroedmeesters, vroedvrouwen, enz. 800.
167. Kosten van overbrenging, plaatsing
en verpleging van arme krankzinnigen.
f 607,88.
168. Subsidie aan het algemeen burgerlijk
armbestuur. 5700.
169. Kosten ter zake van verzekering, pen-
sionneering enz. van ambtenaren en beambten.
f 210,25.
170. Kosten van verzekering tegen brand-
en stormschade. 10.
171. Rente van geldleeningen ten laste van
hoofdstuk IX 1 komende. 105.
172. Aflossing van geldleeningen ten laste
van hoofdstuk IX 1 komende. 375.
173. Kosten van de ambtswoningen of vrije
woning van de geneesheeren en vroedvrouwen
belast met de armienpractijk. f 200.
174. Contributie aan het centraal archief-
en inlichtingenbureau in zake maatschappelijk
hulpbetoon voor Nederland. 10.
175. Uitgaven in verband met de beschik-
baarstelling van goedkoope levensmiddelen.
600.
2. Ondersteuning aan werkloozen.
179. Jaarwedden van ambtenaren en be
ambten. 390.
180. Kosten van werkverschaffing, door of
vanwege het rijk ondemomen. 8000.
De heer JANSEN vraagt hoe het komt, dat
deze post zoo machtig veel verhoogd is.
De heer HAAK antwoordt, dat deze ge
raamd is naar den post, die het vorig jaar is
uitgegeven. Begin vorig jaar was er niets
voor geraamd en toen zijn de gemeenten ver-
plicht geworden menschen te zenden. In ver
band daarmede moest deze post op 8000
worden gebracht.
De heer JANSEN constateert, dat, blijkens
de laatst vastgestelde rekening, 2269 hier
voor uitgegeven is.
De SECRETARIS merkt op, dat de gemeen
te toen, in verband met de financien, niet
meer menschen kon uitzenden.
De heer SCHEELE herhaalt zijn vraag aan-
gaande steun aan de kleine boeren. De vorige
maal is spreker een nader antwoord toegezegd.
De heer HAAK deelt mede, dat 7 aanvragen
zijn ingekomen. Deze zijn behandeld door de
commissie van advies, bestaande uit den Secre
taris, en de heeren Dieleman, Hasselbergs en
Dusebout. De commissie heeft deze aanvragen
behandeld en ter nader onderzoek doorgezon-
den aan de Landbouw Crisis-organisatie te
Goes. Er zijn 3 klassen, n.l. klasse a. menschen
die in de steunregeling vallen, klasse b. hier-
onder vallen de meqste menschen, dit zijn de
kleine boeren, die een steunuitkeering ont-
vangen door middel van bons, en klasse c.
zelfstandige kleine boeren, die een eigen be-
dr$f hebben.
Vermoedelijk zullen er nog wel meer aan
vragen binnenkomen.
De heer A. MEERTENS meent, dat er wei-
nig zullen zijn, die er van zullen kunnen trek
ken, want de menschen moeten aantoonen, dat
zij het geheele jaar door geen f 9 inkomen
hebben gehad.
De heer SCHEELE vraagt hoS dit berekend
wordt.
De heer HAAK antwoordt, dat wordt vast
gesteld het netto inkomen van het bedrijf plus
gezinsinkomsten. Een derde hiervan wordt
afgetrokken voor eigen inkomen en als men
dan geen 9 per week inkomen behaalt, kan
een kleine toelage worden verstrekt.
De heer SCHEELE meent, dat het dan
eigenlijk veel beloven, doch weinig geven is.
De heer DEN HAMER: Dat is nooit anders
S De heer HAAK deelt mede, dat de menschen
in klasse b. zich ook kunnen opgeven voor de
steunregeling.
181. Steun aan werkloozen. 9000.
De heer JANSEN constateert, dat de uit-
keeringen, ingevolge de steunregeling, elk jaar
hooger worden. Krijgen de menschen meer,
of is het aantal gesteunden hooger?
De heer HAAK antwoordt, dat het bedrag,
dat vorig jaar geraamd werd, hetzelfde was
als dat bij deze begrooting wordt aangevraagd.
Het is best mogelijk, dat het volgende jaar
17.000 noodig zal zijn, doch spreker hoopt,
dat er op over zal blijven. In het algemeen
is hij er tegenstander van, dat posten worden
overschreden.
De SECRETARIS deelt mede, dat dit jaar
pl.m. 15.000 noodig zal zijn. Er komen jaar-
lijks menschen bij, die in de steunregeling
vallen, doordat zij trouwen.
De heer JANSEN veronderstelt dus, dat het
aantal ondersteunden niet vermindert.
De SECRETARIS antwoordt dat het aantal
wel vermindert. In 1937 is er minder werk-
loosheid geweest dan het jaar tevoren. Er is
minder werkloosheid dan het vorig jaar.
De heer A. MEERTENS deelt mede, dat
dit komt omdat de menschen in de fabrieken
werken.
De heer JANSEN wijst er op, dat er hier
een tegenstrijdigheid zit, daar de Secretaris
eerst gezegd heeft, dat er bij komen.
De SECRETARIS zegt, dat dit ook zoo is,
doch de menschen zijn minder weken werk-
loos.
182. Kosten van controle op werkloozen.
300.
183. Kosten voor bijdrage bijzondere hulp
aan werkloozen. f 763,20.
184. Kosten terzake van verzekering, pen-
sionneering enz. van ambtenaren en beambten.
62,40.
188. Uitkeering van ziekengelden inge
volge de ziektewet. Memorie.
189. Betaling aan het rijk ten onrechte be-
taalde steungelden. Memorie.
190. Premien ingevolge de ziektewet.
f 13,11.
Hoofdstuk X.
Landbouw.
191. Subsidien ten behoeve van land- en
tuinbouw. f 25.
192. Subsidie aan de geitenfokvereeniging
„De Eendracht. 40.
Hoofdstuk XI.
Handel en Nijverheid.
195. Kosten ter zake van den ijk en herjjk
der maten en gewichten. Memorie.
196. Subsidien voor openbare middelen van
vervoer. f 120.
197. Subsidie aan werkloozenkassen. 4912.
198. Kosten van de districtsarbeidsbeurs en
van de arbeidsbemiddeling. f 250.
199. Kosten ter zake van verzekering, pen-
sionneering enz. van ambtenaren en beambten.
f 35.
200. Bijdrage ten behoeve van borgstel-
lingsfondsen voor den middenstand. f 80,58.
De heer SCHEELE vraagt of er reeds eenige
hulp is geboden en of zich menschen voor
hulp door bemiddeling van het borgstellings-
fonds hebben aangemeld.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend.
De heer SCHEELE merkt op, dat verzuimd
is bij den betreffenden post het verzoek van
den Kanaalpolder te behandelen.
Hij vraagt hoe Burgemeester en Wethou
ders zich dit voorstellen.
De VOORZITTBR antwoordt, dat de be-
doeling is, het rijwielpad in werkverschaffing
te doen verbeteren.
De heer SCHEELE vraagt of dit verzoek
ook eenigen steun ondervindt.
De VOORZITTBR meent, dat Burgemeester
en Wethouders bereid zijn medewerking te
verleenen.
De heer A. MEERTENS: Als Philippine het
ook doet.
De heer SCHEELE meent, dat de toestand
door verbetering van het rijwielpad inderdaad
zou verbeteren.
De heer A. MEERTENS merkt op, dat Bur
gemeester en Wethouders eerst moeten weten
wat Philippine doet. Als deze gemeente niets
doet, blijven ook Burgemeester en Wethouders
er buiten.
De heer DEN HAMER vraagt wat de pol
der van zin is.
Be heer A. MEERTENS antwoordt, dat ook
niet te weten.
De SECRETARIS merkt op, dat de Raad
in principe zou kunnen besluiten mede te wer
ken, al weet men nog niet wat er gedaan
wordt.
De heer HAAK: Onder conditie, dat ook de
gemeente Philippine medewerkt. De polder
zal uiteraard het leeuwendeel moeten doen.
De heer JANSEN vindt het gevaarlijk den
polder een bijdrage te verleenen. Dan kunnen
ook andere polders met evenveel recht komen.
De VOORZITTBR: Neen, zoo niet. Er zijn
een massa polders waarvan de verbetering
der wegen op grond van het algemeen belang
niet zoo urgent is. In dit geval zou alleen
een bijdrage verleend worden, omdat alle ge-
meentenaren belang hebben bij verbetering
van den weg van Hoek naar Philippine.
De heer A. MiEERTBNS deelt mede, dat
Burgemeester en Wethouders er over gespro-
ken hebben om aan den rechterkant van den
weg een fatsoenlijk fietspad aan te leggen.
De heer DEN HAMER zou het prachtig
vinden als het lukken mocht een fatsoenlijk
pad van 1,75 tot 2 Meter aan te leggen.
De heer SCHEELE vraagt of, indien dat het
geval zou zijn, het niet mogelijk is den weg af
te bakenen, omdat anders de auto's het fiets
pad vlug kapot gereden hebben en dat zou
jammer zijn.
De heer DEN HAMER merkt op, dat de weg
breed genoeg is. Men zou dan aan den kant
van den weg palen kunnen plaatsen.
De heer HAAK herhaalt, dat de bedoeling
zou zijn aan den rechterkant van den weg
een fietspad aan te leggen.
De VOORZITTER is van meening, dat op
den du'ur ook wel verbetering van den weg
zal komen, want de tertiaire wegen zullen in
de toekomst op het wegenplan worden ge
plaatst.
De heer HAAK merkt op, dat dit toekomst-
muziek is. Het komt hem het beste voor, dat
deze aangelegenheid wordt aangehouden tot
de volgende vergadering.
Hoofdstuk XII.
208. Kosten van toezicht op en invorde-
ring van plaatselijke belasting. f 20.
209. Teruggarve van belasting. 50.
210. Belooning der schatters en herschat-
ters van de huurwaarden der localiteiten,
waar voor vergunning voor den verkoop van
sterken dranik in het klein is verleend. 10.
Hoofdstuk XIV.
Kaovoorzieningen.
224. Voorschotten ten behoeve van het rijk.
f 15.
225. Rente en provisie van tijdelij'k ter
voorziening in de be'hoefte aan kasgeld opge-
nomen 'gelden. f 100.
226. Uit te betalen loonen voor werkver
schaffing in het waterschap Hulster- en
Axeler-ambacht. f 8000.
Hoofdstuk XV.
229. Rente van geldleeningen ten laste van
hoofdst. XV komende. 441,70.
230. Aflossing van geldleeningen ten laste
van ihoofdst. XV komende. 1262.
231. Overboeking naar den dienst 1939 van
het verschii tusschen de v66r 1 Jan. 1939 ont-
vangen onbrengst van de opcenten op de ge-
meentefondsbelasting over het belastingjaar
1938)39 en het ter zake op hoofdst. XII ver-
antiwoorde bedrag. Memorie.
Hoofdstuk XVI.
232. Onvoonziene uitgaven. 760,36.
INKOMSTEN:
Hoofdstuk I.
Vroagere diensten.
1. Batig slot van den gewonen dienst vol-
gens de laatst vastgestelde rekening, voor
zoover daaraan niet reeds een bestemming is
gegeven. 5510,59.
2. Achterstalliige inkomsten van vorige
dienstjaren. Memorie.
'Hoofdstuk II.
Algemeen Beheer.
5. Uitkeering uit het gemeentefonds inge
volge art. 3 ontier b der wet van 15 Juli 1929
(stbl. no. 388), zooals deze wet laatstelijk is
gewijzigd bij de wet van 4 Maart 1935 (Stbl.
no. 74) (vodr die wijziging uitkeering inge
volge art. 3 onder a der wet). 3000.
6. Uitkeering uit het gemeentefonds inge
volge art. 3 onder c der wet van 15 Juli 1929
(Stbl. no. 388), zooals deze wet laatstelijk is
gewijzigd bij de wet van 4 Maart 1935 (Stbl.
no. 74) (v66r die wijziging uitkeering inge
volge art. 3 onder b der wet. f 13.739,97.
7. Secretarie-leges en rechten van den bur-
gerlijken stand. /600.
8. Rechten ingevolge het vuurwapenregle-
ment. 80.
41. Verhaal van bijdragen voor eigen- en
weduwen- en weezenpensioen ingevolge art. 36
der pensioenwet 1922. f 846,62.
Hoofdstuk HI.
Openbare Veiligheid.
51. Verhaal van pensioensbijdragen betref-
ferrde het personeel der gemeentepolitie.
152,40
HoofdstuK TV.
Volksgezondheid.
76. Heffing van -gelden ingevolge art. 21
der besmettelijke ziektenwet. Memorie.
77. Keur- en slachtloonen. f 310.
78. Rechten ingevolge de warenwet. 130.
79. Verhaal van pensioensbijdragen. 49,22.
80. Restitutie van te veel betaalde bijdra
gen in de kosten van den keuringsdienst in
gevolge de warenwet. Memorie.
Hoofdstuk VI.
Openbare werken.
88. Begrafenisrechten. f 28.
98. Opbrenigst van den verkoop van oude
materialen. Memorie.
99. Verhaal van premien ingevolge de
ziektewet. f 1.
100. Uitkeering van ziekengelden inge
volge Ziektewet en vergoeding van renteeegels.
Memorie.
101. Verhaal van pensioensbijdragen. 195.
102. Bijdragen van derden in de kosten van
onderhoud van wegen en voetpaden. 200.
103. Precariorechten. f 200.
Hoofdstuk VH.
Eigendommen, niet voor den open'baren
dienst bestemd.
111. Huur van huizen en andere gebouwen.
320.
112. Renten van kapitalen. Memorie.
Hoofdstuk VIII.
Onderwijs, kunsten en wetenschappen.
2. Openbaar gewoon lager onderwijs.
121. Schoolgelden. f 587,30.
122. Vergoeding van het rijk. 8573.
123. Ontvanigst wegens over een vborigen
dienst te weinig genoten vergoekiing van het
rijk krachtens art. 56 der L. O. wet 1920.
Memorie.
124. Restitutie door het rijk wegens over
een vorigen dienst te veel in rekening ge-
brachte pensioensbijdragen der onderwijzers.
Memorie.
130. Verhaal v. pensioensbijdragen. f 857,30.
131. Hiuur of vergoeding voor het gebruik
van schoollokalen. Memorie.
7. Rijzonder gewoon lager onderwijs.
144. Schoolgelden. f 402,40.
145. Uitkeering van gemeenten ingevolge
art. 104, eerste lid, der L. iO. wet 1920. 100.
146. Uitkeering van gemeenten ingevolge
art. 104, le lid, der L. O. wet 1920. 100.
147. Uitkeering van andere gemeenten in
verband met de aan schoolbesturen betaalde
uitkeering ingevolge art. 205ter der L. O. wet
1920. 163,50.
148. Rente van waarborgsommen, gestort
door besturen van bijzondere scholen f 1,61.
149. Terugontvangst bij de verrekening
over 1934 van het te veel wegens vergoeding,
ingevolge art. 101 der L. O. wet 1920 uitbe-
taalde. Memorie.
Hoofdstuk IX.
1. Ondersteuning aan behoeftigen.
162. Bijdragen van particulieren in de kos
ten van verpleging van arme krankzinnigen.
200.
163. Verhaal van pensioensbijdragen. f 135.
164. Terugontvangst van het burgerlijk
armbestuur van de pensioensbijdragen, ver-
schuldigd voor ambtenaren en beambten dier
instelling. 14,50.
165. Inkomsten in verband met de beschik-
baarstelling van goedkoope levensmiddelen.
600.
if 2. Ondersteuning aan werkloozen.
176. Uitkeering uit het werkloosheidssub-
sidiefonds wegens gewone bijdrage in de kos
ten van steunverleening en werkverschaffing
aan werkloozen (met uitzondering van de
tegemoetkoming in de kosten van controle
op werkloozen). 11.900.
177. Tegemoetkoming uit het werkloos-
heidssuibsidiefonds in de kosten van controle
op werkloozen. 165,60.
178. Bijdrage voor bijzondere hulp aan
werkloozen. 475,20.
185. Verhaal van premien ingevolge de
ziektewet. 6,90.
186. Uitkeering van ziekengelden ingevolge
de ziektewet en vergoeding van rentezegels.
Memorie.
187. Terugontvangen gelden wegens on-
rechtmatige steunuitkeering. Memorie.
Hoofdstuk XI.
Handel en Nijverheid,
193. Vergoeding van het rijk van een deel
der jaarwedde van hem, die belast is met de
dagelijksche leiding van het gemeentelijk
orgaan der arbeidsbemiddeling. 40.
193a. Verhaal van premien ingevolge de
ziektewet. f 2.
194. Terugontvangst wegens te veel be
taalde subsidie aan werkloozenkassen.
Memorie.
Hoofdstuk XII
Belastingen.
201. Uitkeering van het rjjk wegens hoofd-
som der grondbelasting op de gebouwde eigen
dommen. 820.
De heer SCHEELE vraagt of het niet moge
lijk is tot belastingverlagiug over te gaan.
Be heer HAAK antvyoordt, dat zulks dit
jaar nog niet mogelijk is. Welllcht kan bij
de volgende begrooting een belastingverlaging
worden voorgesteld. De gemeente heeft thans
een flinken reservepost en spreker hoopt, dat
bij de volgende begrooting belastingverlaging
toegepast zal kunnen wofden.
202. (Uitkeering van het rijk wegens hoofd-
som der grondbelasting op de ongebouwde
eigendommen. /3000.
203. 80 opcenten op de hoofdsom der
grondbelasting. 1874,30.
204. 20 opcenten op de hoofdsom der
grondbelasting op de ongebouwde eigen
dommen. f 1200.
205. Uitkeering van het rijk wegens 20
der hoofdsom van de personeele belasting,
naar den eersten, tweeden en derden grond-
slag. 940.
206. Uitkeering van het rijk wegens hoofd
som der personeele belasting naar den vierden,
vijfden, zesden en zevenden grondslag. 340.
207. 200 opcenten op de hoofdsom der per
soneele belasting. 10.400.
211. Uitkeering van het rijk wegens 48 op
centen op de hoofdsom der dividend- en tan-
tiemebelasting. Memorie.
212. 38 opcenten op de hoofdsom der ver-
mogensbelasting. f 1400.
1213. 75 opcenten op de hoofdsom der ge-
meentefondsbelasting. 6400.
214. Uitkeering uit het gemeentefonds be
rekend per aangeslagene in de gemeentefonds-
belasting (3e klasse). ,f3800.
215. Uitkeering uit het werkloosheidssub-
sidiefonds, berekend per aanigeslagene in de
gemeentefonds belasting. 760.
216. Zuivere opbrengst der belasting naar
het inkomen over vorige belastingjaren.
Memorie.
217. Gewetensgelden. Memorie.
218. Belasting op honden. 407,50.
219. lOninibaar geleden belasting, welke als-
nog is gelnd. Memorie.
220. Opbrengst van het vergunningisrecht
voor den verkoop van sterken drank in het
klein. f 180.
221. Opbrengst van aanmaningen en
dwangbevelen. 20.
Hoofdstuk XIV.
KasvooTZieningen.
222. Teruggave van het rijk wegens bij
voorschot versfrrekte gelden inzake dienst-
plicht. 15.
223. Ontvangisten van het waterschap Hul
ster- en Axeler ambacht voor uit te betalen
loonen aan werkmenschen, die in de werkver
schaffing zijn te werk gestelid. f 8000.
Hoofdstuk XV.
OVerige inkomsten en uitgaven.
227. Verantowoording van het verschii tus
schen de vddr 1 Jan. 1939 ontvangen opbrengst
van de opcenten op de gemeentefondsbelasting
over het belastingjaar 1938/39 en het terzake
op hoofdst. Xn verantw. -bedrag. Memorie.
228. Inkomsten van verschillenden aard.
Memorie.
De begrooting voor den dienst 1938 wordt
met algemeene stemmen vastgesteld.
Voor zoover met anders vermeld, worden
de betreffenlde posten geacht met algemeene
stemmen te zijn vastgesteld.
De vaststelling der begrooting houdt tevens
in, dat
a. is afgewezen het verzoek van de com
missie tot wering van schoolVerzuim tot het
we der instellen van presentiegelden;
b. is toegestaan het verzoek van de geiten
fokvereeniging ,,De Eendracht", om een sub
sidie van 40;
c. dat het gemiddeld bedrag per leerling
der openbare lagere school, ingevolge artikel
55bis, le lid der L. O. wet 1920, is vastgesteld
op f 9,65 per leerling;
d. dat is aangehouden het verzoek van den
Kanaalpolder om een subsidie tot verbetering
van het rijwielpad in dien polder.
9. Vaststelling begrooting algAieen bur-
gerlijk armbestuur 1938.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
de begrooting van het algemeen burgerlijk
armbestuur voor den dienst 1938 vast te stel
len op een bedrag van 5904,89 met een ge-
meentelijke subsidie van 5700.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
De VOORZITTER schorst hierop de open-
bare vergadering, welke overgaat in een zit-
ting met gesloten deuren.
Na heropening stelt de VOORZITTER aan
de orde:
10. Behandeling reclames.
Naar aanleiding van ingekomen verzoeken
om ontheffing of vermindering, stellen Bur
gemeester en Wethouders voor:
a. Hondenbelasting. Ontheffing te verlee
nen aan J. C. F. Dieleman en M. K. Dieleman;
oninbaar te verklaren den aanslag van J. Vol-
kaert. t
b. Schoolgeld. Te handhaven den aanslag
van Jan Buijze, L. M. Witte, J. Pladdet en
J. M. Scheele; 16,55 ontheffing te verleenen
aan J. J. Dieleman.
c. Precariorechten. Oninbaar te verklaren
de aanslagen van Wed. H. van Doeselaar, J. J.
van Drongelen, Ch. F. van Acker, Wed. J.
Robijn en P. Jansen Wzn.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
11. Omvraag.
a. De heer DEN HAMER vraagt nu de
winter weer voor de deur staat en de men
schen, die in de werkverschaffing zijn ge
plaatst, zoo ver moeten fietsen, of het niet
mogelijk is een autobus te laten rijden. De
menschen werken al op de Bontekoe en vor ige
week moesten zij al verder rijden dan 15 K.M.
Nu de Minister de winter-regeling weer
heeft ingesteld, moet toch de mogelijkbeid
bestaan, dat zij per autobus vervoerd worden
Spreker geeft Burgemeester en Wethouders
den wenk te probeeren een autobus te krjjgen.
In den winter, bij slecht weer, is het voor de
menschen niet te doen dit traject per fiets te
rijden.
De heer HAAK zegt toe, dat Burgemeester
en Wethouders zullen trachten een autobus te
verkrijgen.
De heer A. MEERTENS merkt op, dat Bur
gemeester en Wethouders in het voorjaar ook
hun best hebben gedaan, dit te krijgen. Men
weet tevoren, dat, indien de menschen in den
winter meer dan 15 K.M. rijden en 20 K.M.
in den zomer, zij een autobus kunnen krijgen.
De heer HAAK vraagt hoeveel menschen
er in de werkverschaffing geplaatst zijn.
De SECRETARIS antwoordt, dat er onge-
veer 7 zijn.
De heer DEN HAMER meent, dat, indien
Burgemeester en Wethouders. zachtjesaan
hieraan gaan werken, dit in 14 dagen toch
wel voor elkaar zal zjjn.
De VOORZITTER zegt toe, dat Burgemees
ter en Wethouders zich hiermede zullen be-
moeien.
De heer HAAK vraagt den heer Den Hamer
of de afstand, die afgelegd moet worden, abso-
luut verder is dan 15 K.M.
De heer D®N HAMER antwoordt, dat zij
vorige week reeds verder waren dan 15 K.M.,
en nu zijn zij weder verder achteruit gegaan.
Hij meent, dat men dit met den Kilometer-
teller toch kan afrijden om vast te stellen hoe
groot de afstand is.
De VOORZITTER zegt toe dit te zullen
onderzoeken.
Hij sluit de vergadering.
KORT VERSLAG
van de iaatstgehouden vergadering van het
Dag. Bestuur van de Zeeuwsche Landbouw-
Maatschappij in het Landbouwhuis te Goes.
O.m. kwamen de navolgende onderwerpen in be-
spreking
Tarwcrichtprijs 1938.
Reeds herhaaldelijk heeft het Dagelijksch Bestuur
der Z. L. M. er op gewezen, dat een richtprijs van
f 9,25 per 100 kg onvoldoende is voor een loonende
tarweteelt. De inkrimping van de met tarwe be-
bouwde oppervlakte is hiervoor reeds een duidelijke
aanwijzing. De tarwe-oogst van 1937 blijkt zeer
matig van opbrengst te zijn, waardoor de onvol
doende richtprijs der tarwe tot uiting komt.
Het Dagelijksch Bestuur is van meening, dat ten-
gevolge van een wijziging in de tot dusver gevolgde
onkostenberekening de richtprijs voor 1938 onder
overigens gelijk blijvende omstandigheden niet voor
alle gewesten is verhoogd. Er zijn zelfs gewestea,
waarvoor de richtprijs 1938 vergeleken bij die voor
1937 een verlaging beteekent.
Aan de wenschen der 3 Centrale Landbouw-orga-
nisaties is derhalve niet tegemoetgekomen, zoo dat
de noodzakelijkheid tot verhooging van den tarwe-
richtprijs nog onverminderd blijft bestaan.
Een desbetreffend schrijven is aan het Landbouw-
Comitd gezonden, waarin het standpunt van het
Dagelijksch Bestuur uitvoerig is gedocumenteerd
en toegelicht en waarbij verzocht wordt nogmaais
pogingen in het werk te stellen een verhooging van
den tarweriohtprijs te verkrijgen.
Steunregeling kleine boeren.
Uitvoerig werd van gedachten gewisseld over de
steunregeling voor de kleine boeren, welke volgens
de meening van het Dagelijksch Bestuur niet geheel
beantwoordt aan de verwachtingen, welke men er
zich van had voorgesteld.
De bestaande regeling is thans zoodanig, dat de
personen, die tot de C-groep behooren ten laste
van het Rijk komen en niet de personen, die in-
gedeeld zijn bij de B-groep.
Een gevolg hiervan is dat de gemeenten, die bij
het Werkloosheidssubsidiefonds zijn aangesloter..
aan de regeling medewerken, terwijl de gemeenten
die hierbij niet zijn aangesloten zich afzijdig houden.
waardoor het al of niet opnemen van de B-groep
in die regeling afhankelijk wordt gesteld van de
inzichten van het gemeentebestuur.
Het Dagelijksch Bestuur acht zulks niet juist en
besloot er op aan te dringen een zoodanige wijziging
in de regeling aan te brengen, dat ook personen uit
de B-groep ten laste van het Rijk worden gebracht.
Mocht zulks* in verband met den financieelen toe
stand van het Rijk niet mogelijk zijn, dan dient er
in elk geval een einde aan te komen, dat de per
sonen uit de B-groep in den winter niet in de werk
verschaffing kunnen worden opgenomen.
Postbestelling ten plattelande.
Het Dagelijksch Bestuur heeft zich opnieuw uit-
gesproken voor de wederinstelling van de tweede
postbestelling op het geheele platteland. Thans is
deze beperkt tot de kommen der dorpen, doch deze
dient zoo veel mogelijk te worden uitgebreid.
Tevens werd gewezen op het trage verloop van het
locale postverkeer, waardoor een poststuk, dat over
enkele uren gaans vervoerd moet worden, veelal
anderhalve dag en soms langer onderweg is.
Getracht zal worden hierin verbetering te ver
krijgen.
Arbeidsbemiddeling.
Medegedeeld werd, dat de Minister van Sociale
Zaken bij beschikking van 15 November j.I. heeft
besloten om met ingang van 1 Januari 1938 het
eiland Schouwen ien Duiveland, wat betreft de
arbeidsbemiddeling in te deelen bij het district
Middelburg.
Regeling consumptie-aardappelen.
Besproken werd een rapport, uitgebracht door een
commissie, ingesteld door de 3 centrale landbouw-
organisaties ter bestudeering van het vraagstuk
der consumptie-aardappelen. Het Dagelijksch
Bestuur sprak zich unaniem uit voor het behoud
eener aardappelteeltregeling en heeft zich ver-
eenigd met de grondslagen, welke in bedoeld rap
port voor een aardappelteeltregeling voor oogst
1938 zijn uitgestippeld.
Overwegende bezwaren werden ingebracht tegen
een eventueel verhoogde teeltheffing.
Algem. Vergadering Nederl. Alg. Keuringsdienst.
Besloten werd naar de algemeene vergadering
van den N.A.K., welke 22 December a.s. te Utrecht
wordt gehouden af te vaardigen de heer L. Kranen-
burg te Wilhelhunadorp.
Oprichting Nederlandsche Ajuinfederatie.
Besloten werd medewerking te verleenen aan de
oprichting van een Nederlandsche ajuinfederatie,
welke ten doel heeft de rentabiliteit van de uien-
teelt te bevorderen. Als zoodanig worden beschouwd
het verkrijgen van de beste rassen of selecties, het
verkrijgen van uitstekend gewonnen zaad daarvan,
het verrichten van onderzoekingen met betrekking
tot de cultuur, de sorteering, de bewaring en den
afzet van uien, alsmede het propageeren van ver-
beteringen van cultuur en afzet van uien.
Het Dagelijksch Bestuur besloot hiervoor een
bedrag van f 100 beschikbaar te stellen.
Afdeeling Veere.
Medegedeeld werd, dat de afdeeling Veere in zijn
Iaatstgehouden vergadering tot voorzitter der af
deeling heeft benoemd de heer J. Lampert te
Gapinge.
Uitvoering Pachtwet.
Het Dagelijksch Bestuur sprak zijn bezorgdheia
uit over het voortdurend oploopen der pachtprijzen.
wat in geenen deele wordt gemotiveerd door de
huidige prijzen der producten, doch vooral een
gevolg is van het in uitzicht gestelde in werking
treden der nieuwe Pachtwet.
Het Dagelijksch Bestuur is van oordeel, dat, nu
de nieuwe Pachtwet is aangenomen, deze zoo
spoedig mogelijk in werking dient te worden gesteld
om aan den bestaanden onzekeren toestand een eind
te maken.
In verschillende gevallen wordt thans een veel te
hooge pachtprijs geboden met de bedoeling om na
het in werking treden der nieuwe wet een verlaging
te bedingen.
Aan dezen ongewenschten toestand kan, naar het
oordeel van het Dagelijksch Bestuur, slechts een
einde worden gemaakt door een spoedige inwerking-
treding van de nieuiwe wettelijke voorschriften.
Bodehvkundig onderzoek.
Besloten werd een kleine c«mmissie in te stellen.
welke in samenwerking met de Rijkslandbouwcon-
sulenten in de provincie een rapport zal opstellen
betreffende de beteekenis en de wijze waarop het
grondonderzoek in Zeeland het beste kan worden
geregeld en gepropageerd. Het grondonderzoek is
lang niet voor alle gronden van dezelfde beteekenis.
De taak der in te stellen commissie zal dan ook
bestaan in het vaststellen der gebieden, welke in
Zeeland profijt kunnen trekken van het grond
onderzoek.
T.b.c.-bestrijding rundvee.
Medegedeeld werd, dat de opgave voor deelname
aan de bestrijding van de tuberculose onder het
rundvee zeer groot is en de verwachtingen verre
overtreft.
De vereeniging, welke eenigen tijd geleden voor
dit doel in Zeeland is ingesteld, zal zijn werkzaam-
heden binnenkort aanvangen.
Biggenmerken.
Gevraagd werd naar de mogelijkheid tot over-
dracht van overtollige biggenmerken van de eene
provincie naar de andere. Medegedeeld werd, dat
dit niet wordt toegestaan.