AlGEMEEN nieuws- en aovertentebuo voor zeeuwsch-vlaanpeben
ZIJN SflJVE NEK
IN8UURGENEZEN
KLOOSTERBALSEM
Twee uit een nest
No. 9691
VRIJDAG 3 DECEMBER 1937
77e Jaargang
AANBESTEDING.
Buitengewone aflossing
Leening Gemeente AXEL.
Binnenland
Buitenland.
Feuilleton
DOOR KLOOSTERBALSEM
TWEEDE BLAD
Het AFBREKEN van het bestaande
RAADHUIS MET PASTQRIE, gelegen
aan de markt te AXEL.
herdenking van
anny van panhuys.
Een sUjve nek behoeft Ge
dus niet langer te bebben
„Geen goud zoo goed"
t'Tiii1 dw'fiwMmr'iwL .'lacy..' - ,»uw.t a
TER NEUZENSCHE COURANT
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN, brengen ingevolge de artikelen 38,
45 en 16 der Drankwet 1931, Stbl. no. 476, ter
openbare kennis, dat bij hen is ingekomen een
verzoek om een verlof A. van MARTINUS
JOANNES VAN DEN AKKER, van beroep
koopman, wonende te Ter Neuzen, voor de
beneden-localiteit, van het perceel, plaatselijk
gemerkt no. 101 en gelegen aan de Nieuwe-
diepstraat, alhier.
Binnen twee weken, nadat deze bekend-
mQiring is geschied, kan ieder tegen het ver-
leenen van het verlof schriftelijk bezwaren
indienen bij Burgemeester en Wethouders.
Ter Neuzen, 1 December 1937.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
P. TELLEGEN, Voorzitter.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente
AXEL, zullen op 14 December a.s„ des namid-
;lags te 2 ure, in het openbaar trachten te
besteden
Inlichtingen worden verstrekt door den
Gemeente-opzichter, dagelijks van 11 tot 12
uur ter plaatse.
Voorwaarden voor inschrijving met ver-
plicht inschrijvingsbiljet, worden aan gegadig-
den verstrekt.
Nam ens Burgemeester en Wethouders
van Axel,
De Burgemeester,
BLOK.
De Secretaris,
MARIS.
Burgemeester en Wethouders van AXEL
tarengen ter kennis van de obligatiehouders
van de geldleening, oorspronkelijk groot
f 33.000,aangegaan in 1931, dat deze stuk-
ken op 30 December 1937 BITTENGEWOON
zullen worden afgelost.
Axel, 30 Nov. 1937.
Burgemeester en Wethouders van Axel,
De Burgemeester, BLOK.
De Secretaris, MARIS.
DE LANDING VAN PRINS WILE EM OP
HET SCHEVENINGSCHE STRAND.
In den namiddag van den 30sten November
1813 tegen 4 uur stapte de Prins van Oranje,
zoon van Wi'llem V te Scheveningen aan wal,
verwelkomd door de naar Oranje verlangende
menigte. Nederland had zijn onafhankelijk-
beid herkregen.
Op dezelfde plek en hetzelfde tijdstip ston-
den Woensdagmiddag een kleine-honderd
manschappen van de cavalarie, nl. het esca-
dron van ritmeester P. W. Pieters, ter sobere
herdenking van dit voor onze historie zoo be-
langrijke gebeuren.
Ritmeester Pieters schetste in een korte toe-
spraak tot zijn escadron de beteekenis van
hetgeen op 30 November 1813 op 'deze plaats
geschiedde, gelijk hij op 17 November jJ. de
herinnering aan de herkrijging van Neder-
land's onafhankelijkheid bij zijn manschappen
had verlevendigd.
Men zong daarop gezamenlijk het eerste
couplet van het Wilhelmus en met een drie-
werf ,,leive Oranje" werd deze eenvoudige her
denking besloten.
..UITPONDERIJ" NIET TOELAATBAAR.
In verband met het verschillend inzicht, dat
door diverse instanties wordt ingenomen met
betrekking tot het al dan niet geoorloofd zijn
der uitponderij, wordt gemeld, dat de Minister
van Economische Zaken voornemens is in een
rondschrijven aan de betreffende autoriteiten
zijn standpunt t.a.v. deze aangelegenheid uit-
een te zetten.
Onder uitponderij wordt verstaan het ver-
koopen van vleesch afkomstig van vee, door
de veehouders zelf geslacht. Waar het bedrijf
van den uitponder niet regelmatig wordt uit-
geoefend doch slechts tusschentijds plaats
vindt, hebben de slagersbonden gemeend, dat
dit bedrijf in strijd geacht moet worden met
de bepalingen van de Vestigingswet-Kleinbe-
drijf, die krachtens den spertijd inmiddels op
de uitoefening van het slagersbedrijf van toe-
passing zijn. Ook de Minister van Economische
Zaken deelt deze meening.
Verschillende burgemeesters echter, in wier
gemeenten de uitponderij wordt bedreven, als-
ook de rechterlijke macht in veel gevallen
is geweigerd een strafvervolging in te stellen
geven als hun standpunt te kennen, dat de
uitponder geen nieuw bedrijf waarin het sla
gersbedrijf wordt uitgeoefend vestigt. Daar-
door wordt in verscheidene gevallen dit be
drijf nog toegestaan. In meerdere gemeenten
echter hebben de burgemeesters aan de uit
ponderij reeds een einde gemaakt.
Genoemde Minister zal zich daarom binnen-
kort tot de daarvoor in aanmerking komende
autoriteiten wenden en als zijn meening te
kennen geven, dat de uitponderij krachtens de
Vestigingswet-Kleinbedrijf als niet toelaatbaar
moet worden geacht en niet in overeenstem-
ming met den voor het slagersbedrijf gel den-
den spertijd.
BANK VOOR NEDERLANDSCHE
GEMEENTEN ZOU TE VEEL
WILLEN WETEN.
Uit Coevorden wordt aan het ,,Handelsblad'
gemeld
Onlangs heeft de gemeenteraad van Sleen
besloten, de relaties met de N.V. Bank voor
Nederlandsche Gemeenten te verbreken, om-
dat die instelling zoo vaak en zoovele gegevens
vraaigt van de gemeenten, waardoor de secre-
tarieen dier gemeenten nog meer moeilijk-
heden krijgen met het werk, dan zij nu al
hebben, aangazien speciaal in gesaneerde ge
meenten de secretarieen overbelast zijn.
Nu beeft de gemeenteraad van Dalen een-
zelfde besluit genomen, omdat, zooals de voor
zitter zeide, men ten kantore van de Bank van
Nederlandsche gemeenten niet goedkooper is
dan andere bankinstel'lingen, ja op enkele pun-
ten nog iets duurder, terwijl men er gegevens
vraagt alsof men er een bureau voor de sta-
tistiek van de gemeante-financien op na hield.
De raad besloot daarom een rekening-courant-
overeenkomst voor de kasgeldvoorziening in
1938 te sluiten met de Rotterdamsche Bank-
vereeniging kantoor Coevorden.
De burgemeester van Dalan zeide nog, dat
men anders geen klagen over de Bank van
Nederlandsche gemeenten had, maar dat de
hoeveelheid materiaal, welke men er vraagt,
onrustbarend is.
NIEUW INSPECTIEVAARTUIG VOOR DEN
DIENST DER VISSCHERIJ OP DE
ZEEUWSCHE STROOMEN.
In een nota naar aanleiding van het verslag
der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot
•wijziging en verhooging van het zevende
hoofdstuk b. der Rijksbegrooting voor het
dienstjaar 1937, deelt de Minister van Finan-
cien o.m. mede, dat de oorspronkelijke raming
van de kosten voor een nieuw inspectievaar-
tuig voor den dienst der visscherijen op de
Zeeuwsche stroomen geschiedde in het vqpr-
jaar van 1936. Daarbij werd uitgegaan van
den prijs, welke werd betaald voor het in een
voorgaand jaar aangeschaft vaartuig en van
de bestaande prijsverhoudingen.
Tengevolge van het loslaten van den gouden
standaard stegen de materiaalprijzen aanzien-
lijk, zoodat op grand daarvan de vorenbedoelde
raming uiteraard reeds te laag zou blijken.
Bovendien werd het in verband met ver
schillende omstandigheden, den dienst der vis
scherijen betreffende, hij nadere overweging
noodzakelrjk geacht, in plaats van een vaar
tuig, als in voorgaande jaren steeds was aan-
gebouwd, een aanmerkelijk grooter vaartuig te
doen bouwen, ten einde een betere dislocatie
der diverse vaartuigen mogelyk te maken en
een continuen dienst te verzekeren onder alle
weersgesteldheden. Een zoodanig vaartuig
moest ook geschikt zijn den zwaren zeegang
van de uitmondimgen der Zeeuwsche stroomen
te trotseeren, waarvoor dan ook een motor
van aanzienlijk grootere capaciteit moest wor
den ingebouwd.
DE DLPLOMATIE KRIJGT WERK.
Het is nog te vroeg, schrijft de N. R. Ort.,
om een volledige conclusie te trekken uit de
besprekingen, welke Maandag en Dinsdag
tusschen de Franschen en EngeUchen hebben
plaats ge'vonden. Het officieele communique
kan daarop niet voldoende licht werpen, waar
het meer een opsomming van behandelde pro-
blemen dan een uiteenzetting van meeningen
is. Daarom is dit stuk hoofdizakelijk interes-
sant om hetgeen er wel en hetgeen er niet in
voorkomt.
Ihtusschen zien wij wel een werkprogramma
voor de komende weken en waarschijnlijk
zullen het wel maanden worden uitgestip-
peld. Een werkprogramma, waarop als eer
ste punt een nauwere omlijning van de Fran-
sche en Engelsche hedoelingen met betrekking
tot de koloniale kwestie en een algemeene
Europeesche regeling voorkomt. Welk punt
dan onmiddellijk gevolgd wordt door het over-
leg ter zake hiervan met andere landen te
plegen.
Niemand zal kunnen beweren, dat dit over-
leg, waarmede heel wat tijd gemoeid kan zijn,
niet noodzakelrjk is. Wanneer wordt over-
wogen om aan Duitschland een zeker kolo-
niaal gebied in Afrika af te staan, in welke
richting de Duitsche wenschen zich bewegen,
dan dient daarover een breedvoerig overleg te
worden gepleegd met die landen, welke, gelijk
Belgie en Portugal, daar koloniale gebieden
hebben. Maar ook met de andere landen, met
name de Dominions, de vroegere Duitsche
kolonien onder hun beheer hebben gekregen,
dient overleg te worden gepleegd. Want de
teruggave van koloniale gebieden dient te ge-
schieden in overeenstemming met deze landen
en onder het opstellen van zekere voorwaar
den, waaraan de Duitschers zullen moeten vol-
doen en die in de eerste plaats garanties die-
nen te bevatten, dat de wereldpositie van En-
geland en Frankrijk door deze maatregelen
niet wordt verzwakt. Al is het op zich zelf
bemoedigend, dat de koloniale kwestie, die
reeds zoo lang onderwerp van vertrouwelijke
besprekingen uitmaakt, nu ook officieel onder
de actueele vraagstukken is geplaatst. Want
dit wettigt de hoop, dat de reeds vroeger in-
gewonnen informaties het uitzicht op een be
vredigende regeling hebben geopend.
Wat ten aanzien van de noodzakelijkheid
van overleg in dit verband gezegd is, geldt in
nog sterkere mate met betrekking tot het op
stellen van een algemeene regeling, waarvan
de koloniale kwestie een on der de el zou zijn.
Want deze regeling dient, voorzoover zij op
Wrst-Europa betrekking heeft, met Belgie en
Nederland te worden besproken en voorzoover
zij Midden- en Oost-Europa raakt, met de
daar liggende landen. Voor dit laatste zal in
eerste instantie Delbos zorg moeten dragen
t.ijdens zijn bezoek aan de Midden-Europeesche
hoofdsteden, dait spoedig een aanvang zal
nemen. Daarbij moet de nadruk vallen op de
woorden ,,in eerste instantie". Want daar-
naast zal de Engelsche diplomatic, die althans
in sommige kringen wel wat bevreesd is voor
al te groote vriendschapsdemonstraties van
Delbos, ook zelf deze kwestie verder uit-
werken.
Hoewfl dns nog heel wat tijd verloopen kan
- sprak Hitler zelf niet van een periode van
zes jaar is er toch wel reden voor eenig ge
matigd optimisme. Het is een groote stap
voorwaarts, dat de koloniale verlangens van
Duitschland nu officieel hehandeld worden en
dat de meest belanghebbende landen daar niet
meer, gelijk voor enkele jaren, principieel af-
wij'zend tegenover staan. Maar daamaast zijn
er ooik andere aanwijzingen voor een terug-
keerend vertronwen. Het is zeker opmerke-
lijk, dat na een periode waarin Engeland en
Frankrijk geen gelegenheid voorbij lieten gaan
om op de versterking van hun hewapenfng te
wijzen, nu het woord hewapeningsheperking
weer op het tooneel is verschenen. Zonder
twijfel zou men daaraan niet denken, wan
neer men er niet van overtuigd was, dat er in
Europa geen emstige agressieve plannen be-
staan en indien men niet meende vertrouwen
te kunnen stellen met betrekking tot de nako-
ming van aangegane verdragsverplichtingen.
In dit verband kunnen de Engelschen wijzen
op hun vlootafspraken met Duitschland, waar-
over men tot dusverre zeer tevreden schijnt
te zijn en waarvan zonder twijfel een krach-
tige stimulans tot verdere stappen in deze
richting uitgaat. Stappen, die zich dan ver-
moedelijk op een luchtvaartpact zouden
richten.
Men ontsluiert geen geheimen, indien men
opmerkt, d'at de richting, die men nu wil in-
slaan, niet overal waardeering zal vinden.
Vooral in Frankrijk zullen vele kringen daar-
in weer, wat zij noemen, een boegeven aan de
dictators, zien. Een der voor Frankrijk be-
langrijkste punten is daarbij de positie van
den Volkenband, die tevens weer nauw ver-
bonden is aan de politiek der collectieve ver-
dragen en garanties, waarvoor Frankrijk steeds
op de bres heeft gestaan. Maar ook op deze
punten kan dit bezoek zijn nut hebben. Chau-
temps heeft nu eens persoonlijk de Engelsche
uiteenzettingen aangehoord. En wellicht hoopt
men te Londen, dat hij zich evenals Chamber
lain, meer met de buitenlandsche politiek zal
gaan bemoeien dan tot dusverdre het geval
was.
CYNISOHE TAAL VAN MUSSOLINI.
In de Popolo d'ltalia is een artikel opgeno-
men, dat vermoedelijk afkomstig is van Mus
solini.
In dit artikel wordt op ironische wijze com-
mentaar geleverd op de resultaten van de con-
ferentie van Brussel en op het mislukken van
de gemeenschappelijke actie.
„De gemeenschappelijke actie heeft te Brus
sel een volkomen mislukking geboekt, welke
bijna den omvang van een fiasco aanneemt.
Wij zouden huichelaars zijn, wanneer wij niet
zeiden, dat bij ons, die nooit geloofd hebben
in de werken van den Volkenbond, dit een
groote voldoening heeft gewekt".
Vervolgens wijst de schrijver van het arti
kel er op, dat men veel verwachtte van het
ingrijpen van de Vereenigde Staten en hij stelt
vast, dat Norman Davis met stille trom is ver-
dwenen. „De eerste interventie van de Ver.
Staten in een Europeesche conferentie had dus
een ongelukkig slot".
De beste oplossing zou schrijver het vinden,
wanneer de geheele zaak stitewijgend zou wor
den „begraven". Schrijver is van meening, dat
tegen Japan, dat onkwetsbaar is, niets gedaail
wordt.
Economische maatregelen zouden zich ook
keeren tegen hen, die ze toepassen. Het arti
kel wordt besloten met de volgende woorden:
,,Aangezien de collectieve actie is mislukt,
blijft China niets anders over dan aan Japan
zijn vredesvoorwaarden te vragen. Het is niet
onm-ogelijk, dat deze voorwaarden niet zoo
hard zullen zijn als men wel zou denken."
De schrijver merkt nog op, d'at het denk-
beeid, dat men drang welke in een volk leeft,
zou kunnen onderdrukken, belachelrjk is. Het
is niet prettig voor de humanitaire oude jonge-
juffrouwen, doch iedereen weet, dat in het
vervolig het kanon, dat in het Verre Oosten
bul'dert, krachtiger te hooren zal zijn dan de
hui'dige en toekomstige dagorders van Geneve
of elders.
STERKE TOENEMING AANTAL
WERKLOOZEN IN DE VER. STATEN.
Het bureau van de conferentie voor natio-
nale industrie bericht, dat het aantal werk-
loozen in de Vereenigde Staten in de maand
October met 293.000 is gestegen. Het totaal
aantal werkloozen bedraagt tbans 6.355.000
door
36)
Vervolg.
„Moeder!" Baftara sloeg haar armen om
den hals der zittende vtouw. „Zoo wreed kunt
u toch niet zijn. Geeft u dan niets om mijn ge-
luk
„Juist omdat ik daar zooveel om geef, kan
ik niet zoo snel een besluit nemien. Goede
dingen hebben bim tijd noodig. Als de baron
je oprecht liefheeft dan wil hij ook best een
beetje gedUld hebben. Ik moet bedenktijd
hebben. Kwel mij nu niet, ik moet bedienktijd
hebben."
Stefan von Homstein maakte een gebaar
van vertwijfeling.
.Redenktijd! Daar is toch heelemaal geen
reden voor!"
Hij ergerde zicb over deze eenvoudige
vrouw, daar zij heit hem zoo moeilijk maakte,
Barbara in het openbaar zijn verloofde te
noemen.
IFrancisca Kaiser mompelde iets en sloot als
vermoeid de oogen.
Barbara kreeg angst. Voor het zwakke ge-
st/el van haar moeder was de verrassing wel
te veel, te opwindend geweest. Ze moest wat
rust hebben. Haar kinderlijke liefde zege-
vierde over haar verlangen.
„Wees niet boos, Stefan, als ik je nu vraag,
weg te gaan. Moeder is zwak en moet ont-
zien worden. Morgen zal ik nog eens met
haar praten en haar dringend vragen, onze
liefde geen moeilijkheden in den weg te
leggen."
Zonder zich te storen aan het bijzijn harer
moeder, omhelsd-e zij hem.
,,Ik heb je lief en voel dat wij bij elkaar
hooren."
iFrancisca Kaiser lachte droevig. Ze zei
echter geen woord haar getst was weder
met met de schimmen van het verleden bezig.
Opdat Barbara gelukkig zou worden, moest
Maria ongelukkig worden. Dat liet haar geen
rust.
Was er maar iemand, die haar zekerheid
kan geven, dat Maria geen echte liefde voor
Stefan von Homstein gekoesterd had.
Het was haar te moede, alsof zij er aan
meewerkte, haar eene kind gelukkig te maken
ten koste van het andere.
Stefan von Homstein hesefte, dat hij deze
moede, in haar stoel weggezonken vrouw niet
verder met smeekbeden kon bestormen, voor
heden had hij zich tenminste te schikken. Hij
nam afscheid en Barbara liet hem uit. Buiten
op de gang drukte hij haar dicht tegen zich
aan en fluisterde haar opgewonden in het oor:
„Laat je niet in de war brengen, lieveling.
Wij beiden beminnen elkaar; dat zwaarmoe-
dlge gepeins van je moeder moeten wij ons
niet aantrekken."'
Twee dagen later schreef Barbara hem, dat
haar moeder er onverbiddelijk aan vasthield,
dat zij een paar weken bedenktijd noodig had,
en als zij de patiente wilden ontzien, moesten
zij wel aan haar onbegrijpelijken wiensch toe-
geven.
(Van toen af wachtte hij Barbara weer op
bij het huis van den professor. Hij kon zijn
verlangen nu eenmaal niet bedwingen zijn
Verlangen, dat als een vogel met sterke wie-
ken naar Barbara vloog.
Stefan vroeg Barbara telkens weer, haar
moeder tot toestemmen te bewegen. Zij
moest echter antwoorden, dat zij niets berei-
ken kon en dat .zij geduld moesten oefenen.
lEindelijk bemstte hrj, maar een heimelrjke
wrok ontstond in zijn binnenste tegen d'e
vrouw, die zoo raadselachtig optrad.
iFrancisca Kaiser vond niet den moed, een
besluit te nemen. Ze merkte wel hoe Bar
bara onder haar zwijgen lesd, hoe zij, zonder
iets te zeggen, enkel maar met haar blikken
vroeg, maar zij deed alsof zij niets zag. Soms
dacht zij evenals toen zij de verlovingsaan-
kondiging van Maria Normann las dat het
beter was, Frankfort te verlaten. Een of an-
der toeval zou haar met de Normann's in
aan raking kunnen brengen en zij wilde niets
meer met hen te maken hebben, daar zij baar
zoo bitter verdriet hadden aangedaan.
Alleen de goede betrekking van Barbara
bleef een beletsel.
Plannen en gedachten warrelden onophou-
delijk door elkaar in Francisca's hoofd. De
baron had haar ook over Herman Stinner ge-
sproken, en toen was haar ingevallen, waarom
haar zijn naam -toen Barbara dien noemde
- bekend voorkwam.
Herman Stinner was de eigeaar van de
machinefahriek te Aschafenburg, waar Robert
Nermann als technicus aangesteld geweest
vgtas. In diens fabriek te Frankfort moest hij
het dus tot directeur hebben gebracht.
De fahrikant had Barbara een aanbeveling
voor professor Bauer gegeven, niettegen-
staande hij haar bekwaamheden heelemaal niet
kon beoord.elen. Hij moest een reden hebben
gehad haar niet in zijn eigen bedrijf aan te
stellen. Barbara Kaiser" de naam was
voldoende geweest om hem er van te doen
afzien, haar in zijn eigen fabriek te plaatsen,
hrj wilde een ontmoeting tusschtn haar en de
Normanns voorkomen. Dat was Francisca
volkomen diuidelijk, maar zij wist geen raad
meer met al de gedachten, die haar als las-
tige insecten door het hoofd gonsden.
Een week ging voorbij en Barbara leed
steeds meer onder het voortdurend zwijgen
harer moeder.
iOp een goeden dag vroeg zij: ..Moeder,
waarom moet u zich zoo lang bedenken, Ste
fan's. liefde is oprecht en ik weet niet, wat er
van komen moet, als u ons zoo blijft pijnigen.
tIk had den geheelen dag door regen-
achtig weer geloopen met een sner
penden wind. Toen ik s'auonds thuia
kwam, kon ik mijn hoofd niet meer
bewegen, zoo sty/ waren de spieren
van mijn nek. Ik ging vroeg naar bed
maar liet mij tevoren eens stevig wrij-
ven met Kloosterbalsem. 's Morgens
was ik verrast te bemerken, dat er
van mijn stijve nek niets meer te be-
speuren was. De Kloosterbalsem had
mij in een enkelen nacht, of in 8 uur
van m'n hevige stijve nek af geholpen.
S. Sch. te den H.
If PC V R'S ORIG1NEEL TER INZAGE
Onovertroffen bij brand-en sny wonden
Ook ongeSvennard als wrfjfmiddel bj]
Rheumatiek, spit en pijnlijke spieren
Schroefdoos 35 ct. Potten: 62'/j cL en f 1.04
WM
DE VERWAOH.TE AANVAL OP NANKING.
'De Times vemeemt uit Nanking, d.d. 30
November
Nanking is zich aan het voorbereiden op-
den komenden aanval. Acht van de stads-
poorten zijn gesloten en machinegeweer-nesten
zijn aan den buitenkant opgericht. In het veld
buiten de vier andere poorten zijn loopgraven
aangelegd en men is ook beizig aan prikkel-
draadversperringen. De toegangswegen naar
Nanking zijn thans alle veel versterkt en vast-
beraden troepen zouden deze stellingen langen
tijd kunnen verdedigen.
Een groote moeilij'kheid is echter, dat Nan
king gelegen is op een landtong van het Jangt-
sestroomgebied en de verdedigers van de stad
zouden geheel afgesneden kunnen worden van
het gebied, waarop zij zich eventueel terug
zouden moeten trekken. Zij zouden dan de
rivief moeten oversteken en zich blootstellen
aan het vuur van de Japanners.
Van een strategisch standpunt gezien, zou
het daarom beter zijn, Nanking te evacueeren,
maar politieke redenen, die in China als be-
langrijker gelden, dwingen tot verdediging.
Het zijn ook politieke redenen, die het lot van
Nanking zullen bo si is.-, en, als de stad wordt
verdedigd. De Chineeizen zijn er van over
tuigd, dat de Japanners Nanking haten als
symbool van de nieuwe, toenemende eenheid
van China, en zij zullen daarom de half vol-
tooide hoofdstad willen vemietigen. Aan den
anderen kant is het ook begrijpelijk, dat de
Chineezen dit symbool van hun nieuwe kracht
met hand en tand willen verdedigen.
Wat ook het lot van Nanking moge zijn, er
is weinig kans op, dat de hoofdstad zonder
wonden uit den strijd te voorschijn zal komen.
E6n van de grootste gevaren, welke de stad
bedreigen, is dat van plundering. Het is dan
ook veelbeteekenend, dat de Chineesche auto
riteiten den vrermdelingen officieel hiervoor
gewaarschuwd hebben en hun aangeraden te
evacueeren. Er moet voor meer dan een mil-
lioen pond sterling waarde aan buitenlandsch
eigendom in Nanking zijn, behalve nog dat brj-
voorbeeld de universiteit van Nanking van
Amerikaiansch geld is gebouwd. Het is een
van de mooie, nieuwe gebouwen in de hoofd
stad, waaraan tot nog toe in totaal meer dan
tien millioen pond sterling is uitgegeVen.
Uit Sjanghai wordt gemeld, dat men daar
van oordeel is, dat de Japansche autoriteiten
besloten hebben het plan om Nanking buiten
de gevechtszone te hduden te verwerpen
Francisca had medelijden met haar kind,
had ook niet duidel'ijk kunnen uitleggen
waarom zij geen neen en geen ja kon zeggen.
Ze kon niet tot een besluit komen, haar hart
werd zwaar als lood.
.Moeder, ik houd zooveel van Stefan," zei
Barbara telkens weer.
Francisca knikte dhn. „Ik geloof je, kind,
maar die juffrouw Normann heeft ook wel
evenveel van hem gehouden als jij."
„IZcndt u dat denken, moeder?" Barbara
zag haar bedroefd en peinzend aan, ,,zoudt u
dat denken, ndettegenstaande zij Stefan ver-
zekerd heeft, dat zij niet van hem houdt?"
,,Ik zei je toch al, dat haar trots haar zoo
deed spreken." Maria's moeder werd opge-
wondener en een ziekelijk rood kleurde haar
vooruitstekende juk'beenderen. „Alleen haar
trots deed haar dien leugen zeggen, wees daar
maar van overtuigd," herhaalde zij, en ver-
zonk daarna weer in haar vroeger droefgees-
tig gepeins, waarover Barbara zich zoo onge-
rust maakte.
Barbara schreef' Stefan wat haar moeder
gezegd had en bij overlegde, hoe hij aan het
ide. fixe zooals hij de opvatting van Bar
bara's moeder beschouwde een einde zou
maken.
Herman Stinner vroeg hem, hoe het met
zijn verloving s.tond hij had zijn overplaat-
sing naar Stettin reeds met directenr Nor
mann besproken.
Toen deelde de jonge ingenieur hem zijn
teleurstel'ling en ergernis mee en vertelde hoe
eigenzinnig Barbara's, moeder was en hoe zij
gelcofde, dat Maria altijd nog van hem hield.
Herman Stinner begreep direct, dat Fran
cisca allerlei dingen dacht, waarvan Stefan
ni,et het flauwste vermoeden had. Zoodra zij
vernomen had, dat Maria Normann de ver
loofde van den baron was geweest, wist zij
in eens heel veel, dat Stefan verborgen bleef.
Eigenlijk was het een tragi-comedie, die zicb
afspeelde en hij overlegde ernstig, of hij Bar
bara's moeder niet eens zou opzoeken.
Of zou hij Normann in den stand van zaken
inwijden, of diens vrouw?
Hij was in die dagen zeer verstrooid.
Hij had Stefan zoo graag naar Stettin zien
vertrekken, maar wilde hem ook weer niet
verhinderen zijn engagement met Barbara in
orde te maken. Stefan dacht zich suf, hoe hrj
het best Barbara's moeder tot andere ge-
dachte zou kunnen brengen en sprak met
Barbara, die hjj tenslotte een voorstel kon
doen, waarop het jonge rrvisje met enthou-
siasme inging.
IOp een goeden morgen kreeg Maria een
brief met een stadspostzegel. Niemand was
buiten haar in de kamer toen het meisje haar
dien overhandigde. Zij maakte hem open en
las. Flotselmg begen het papier in haar hand
te beven en moest ze gaan zitten zoo steeg
het hloed haar naar het hoofd. Ze las den
brief nog eens, las hem half luid om er zich
van te vergewissen, dat ze waakte en niet
droomde, dat het alles werkelijkheid was:
Hooggeachte juffrouw Normann.
Wil het niet kwal'ijk nemen, dat een onbe-
kende u schrijft en het waagt, u met ten ver
zoek lastig te vallen. Ik zal kort zijn om u
niet te vervelen. U was verlcofd met baron
von Hornstein en gaf hem zijn woord terug
met de medcdeeling, dat ook u zich evenals
hij in uwe gevoelens vergist had. Stefan
von Hornstein zegt, dat u sprekend op mij
lijkl cn dat ik hem daardoor voor het eerst
opviel. Hij houdt van mij, maar mijn moeder
denkt, dat hiij u ongelukkig gemaakt heeft en
dat alleen uw trots u er toe bracht, te zeggen,
dat u niet van hem hield.
Wees zoo goed en schrijf mij toch een paar
regeltjes, waaruit blijkt, dat Stefan u door zijn
liefde voor mij geen verdriet aandoet. Daar-
mee hoop ik moeders tegenstand te over-
winnen.
Bij voorbaat dank ik u van ganscher harte.
Uw dw.
Barbara Kaiser.
(Wordt vervolgd.)