Tar Neuzensche Courant
Twee uit een nest
Feu Heton
Binnenland
Buitenland
Gemengde Berichten
van
Maandag 22 November 1937 No. 9686
TWEEDE BLAD
UIT DE MEMORIE VAN ANTWOORD
VAN DEFENSIE.
Aan de memorie van antwoord in zake de
defensiebegrooting wordt het volgende ont-
leend:
Ten aanzien van het standpunt dat een aan-
tal leden bij de beoordeeling van het defensie-
vraagstuk inneemt, teekent de minister aan:
le. dat de collectieve veiligheid, ook al
moge zij als ideaal wenken, thans niet bestaat
en dat uit dien hoofde de weermacht in staat
moet zijn haar taak tot beveiliging des lands
zoo goed mogelijk te vervullen;
2e. dat de defensie-uitgaven uiteraard die-
nen te worden beperkt tot hetgeen financieel
mogelijk is, maar dat deze uitgaven zonder
dat ook maar in eenig opzicht de beteekenis
van cultureele en sociale volksbelangen wordt
miskend een primair volksbelang moeten
dienen;
3e. dat inderdaad de weermacht het ver-
trouwen van het geheele volk moet kunnen
genieten, maar dat nimmer is gebleken, dat
de Nederlandsche weerrrtfexht niet ten voile
aan die voorwaarde zou voldoen.
De regeering heeft er bij het ontwerpenvan
de maatregelen, welke in de naaste toekomst
ter versterking van de weermacht zullen moe
ten worden genomen, naar gestreefd deze te
beperken tot het strikt nood'zakelijke; de
voorgestelde maatregelen beoogen dan ook
uitsluitend, om de weermacht in zoo kort
mogelijken tijd op een zoodanig peil te bren-
gep, dat een redelijke waarborg wordt ver-
kregen voor het vervullen van de taak, welke
haar in verband met de defensieve doelstel-
ling kan worden opgedragen.
Gelzien den toestand op financieel gebied
acht de regeering voor de verdediging van In
die een vloot zooals door enkele leden wordt
gevraagd o.a. tellend 6 groote kruisers, 3
lichte kruisers, 24 torpedobootjagers en 32
duikbooten, niet voor verwezenlijking vat-
baar.
Aan het inhalen van den bestaanden ach-
te rstand in de materieel-voorziening wordt
alle aandacht gewijd; hiermede behoort uiter-
aand de uitbreiding van het personeel hand
aan hand te gaan, ten einde de zekerheid te
hebben, dat tijdig wordt beschikt over de noo-
dige geoefende manschappen om het aange-
schafte materieel te bedienen.
In verband met de opmerking, dat het
deflensiebeleid niet mag ontaarden in een
steeds meer toegeven aan een neiging tot per-
fectionisme van sommige specialisten, moge
de minister verklaren, dat er van een derge-
lijk toegeven bij hem geen sprake is.
De voorgestelde uitgaven zijn inderdaad on-
vermijdelijk wil het gemobiliseerde leger, doel-
treffend uitgerust, zijn taak kunnen volbren-
gen. Daarbij is er niet naar gestreefd buiten-
landsche krijgsmachten in haar uitrusting te
evenaren, maar zoodanige voorzieningen te
treffen als voor de defensieve taak van het
Nederlandsche leger nood'zakelijk is.
Inderdaad zal het bedrag van 20.500.000
geheel besteed worden voor den bouw en de
uitrusting van drie bewakingsvaartuigen en
een tweeden flottieljeleider.
Niet het geheele bedrag, njjodig voor de
verbetering van de materieele uitrusting, is op
den kapitaaldienst gebracht. De regeering
achtte het wel noodzakelijk om een belangrijk
deel der evenbedoelde uitgaven niet op den
gewonen dienst, doch ten laste van den kapi-
taaldienst te brengen, aangezien het hier be-
treft het inhalen van achterstand in de aan
schaffing van materieel, dat over het alge-
meen een vrij langen levensduur heeft. Roven-
dien zou een zoo aanzienlijk bedrag, als noo-
dig is voor de aanschaffing van bedoeld mate
rieel, geheel buiten de mogelijkheid van ge-
wone dekking liggen en de rijksbegrooting,
zooals terecht door eenige leden werd opge-
merkt, daardoor worden ontwricht.
De uitgaven ten laste van den kapitaal-
dienst zullen ten slotte zeer vermoedelijk uit
leeningen moeten worden gevonden. In
hoeVerre rente en aflossing dozer leeningen
op den gewonen dienst van hoofdstuk VHI
moeten worden gebracht, zal nader met den
minister van financien worden nagegaan. Van
eenige beteekenis voor de schatkist is deze
aangelegenheid overigens niet.
Tegen de behandeling, desgewenscht, van
de verdeeling van de vlootkosten, zoowel bij
dit hoofdstuk als bij het Xllde hoofdstuk der
rijksbegrooting, heeft de minister uiteraard
geen bezwaar.
Intusschen acht hij het tijdstip daarvbor
eerst aangebroken nadat het overleg met de
Indische organen over het stelsel, dat de
regeering hierbij voor oogen staat, zal zijn ge-
eindigd. Dat op den uitslag van dit overleg
door
ANNY VAN PANHUYS.
30) Vervolg.
Stefan wilde antwoorden, zag echter geen
kans er een ,,ja" of „neen" uit te brengen.
Hij was het nog steeds niet met zichzelf eens,
hoe en wanneer hij met Maria zou uitpraten.
Vanavond zou het echter onmogelijk zijn.
Zoo'n gewichtig gesprek was alleen mogelijk
als zij beiden alleen zouden zijn. En bij haar
ouders thuis was daar niet veel kans op. Het
beste zou wel zijn, Maria schriftelijk van alles
op de hoogte te brengen, en maar heelemaal
niet meer in den huiize Normann te komen.
Herman Stinner, die het lange stilzwijgen
van zijn ingenieur niet begreep, gaf er een
verkeerden uitleg aan.
,,U heeft nu toch zeker niet het land aan
mij, als een overgevoelig juffertje, mijnheer
von 'Hornstein?" zei hij, en er klonk lichten
spot in zijn stem.
Stefan was natuurlijk tegelijk met den fa
brikant opgestaan.
Mijnheer Stinner, dat zou toch al te zot
zijn. Hij aarzelde om dan snel te vervolgen
,,Maar ik dacht er over na of ik vanavond
mijtnheer en meVrouw Normann wel gelegen
zou komen."
Nauwelijks had hij uitgesproken of hij vond
zichzelf een ezel. Maar het was te laat en hij
kon die woorden niet meer inslikken.
Herman Stinner keek verbaasid.
zou zijn vooruit geloopen door de aanbouw-
kosten van het nieuwe materieel naar de rijks
begrooting over te brengen en den bijdrage-
post op het Xllde hoofdstuk voorloopig voor
memorie te ramen, moet de minister be-
twisten.
Zooals in de millioenennota uitdrukkelijk
werd vermeld, staat de ontlasting van de rijks
begrooting met een bedrag van f 6.5 millioen,
als gevolg van deze veranderingen, nog niet
vast. Eerst uit de na overleg met de Indische
organen eventueel in te dienen suppletoire be-
grootingen zal kunnen blijken, welke gevolgen
het dan aan de Staten-Generaal ter beoordee
ling voor te leggen nieuwe stelsel van kos-
tenverdeeling voor de begrootingen van beide
rijksdeelen zal hebben.
Van de stijging van den gewonen dienst
1938 moet derhalve een bedrag van J 7.340.000
worden toegeschreven aan het overbrengen
van de kosten van aanbouw van nieuw mate
rieel voor de staatsmarine van de Indische be-
grooting naar de defensiebegrooting en voorts
een bedrag van ongeveer 6.000.000 aan prijs-
stijging mede als gevolg van de monetaire
maatregelen. Bovendien is meer geld aan-
gevraagd voor aanbouw van nieuw materieel
voor de zeemacht en moest voorts de begroo-
ting hooger worden geraamd dan die van 1937
door de omstandigheid, dat het Defensiefonds
in 1938 zal zijn uitgeput, waardoor het niet
mogelijk was, zooals voor 1937 is geschied,
een gedeelte der kosten voor materieel der
weermacht daarop over te brengen.
Wat de zeemacht betreft komen de bedra-
gen, noodig voor het inhalen van den achter
stand hetw.elk voorheen ten laste van het
defensiefonds geschiedde ten deele voor op
den gewonen dienst en ten deele op den kapi-
taaldienst, en wel ten bedrage van respectie-
velijk 3.525.000 en f 5.500.000 voor het jaar
1938.
Ten laste van den kapitaaldienst zal voor
de zeemacht in totaal worden aangevraagd
een bedrag van \f 20.500.000, waarvan de hier
genoemde som van 5.500.000 den eersten
termijn vormt. Dit bedrag is bestemd voor
bouw en uitrusting van drie bewakingsvaar
tuigen en een tweeden flottieljeleider. Op den
gewonen dienst zal over de jaren 1938 t/m
1941 voor het inhalen van den achterstand
15.925.000 worden aangevraagd, welk bedrag
begrepen is in de jaarlijksche aanbouwkosten
Van 17% millioen.
Voor het op peil houden van de geheele
vloot, derhalve met inbegrip van de schepen
waarmede de vloot thans wordt uitgebreid zal
dus ook verder ieder jaar gemiddeld het ge
noemde bedrag van f 17,5 millioen noodig zijn.
Van een reorganisatie van de vloot kan
slechts in zooVerre gesproken worden, dat
door het vorige kabinet besloten werd in de
toekomst de materieel-reserve, welke op het
vlootplan-1930 voorkomt, grootendeels te be-
mannen. De kosten, verbonden aan de hier-
toe noodige personeelsuitbreiding, benevens
die, gevorderd door het inhalen van het reeds
bestaande personeelstekort werden geraamd
op uiteindelijk f 3,3 millioen per jaar, waarvan
f 0,9 millioen ten laste der defensiebegrooting
komt.
Wat de landmacht betreft, zijn de uitgaven,
welke voorheen uit het defensiefonds werden
bestreden, thans geheel ten laste van den
kapitaaldienst gebracht en wel voor 1938 tot:
13.950.000 voor aanschaffing van affuiten,
geschut, munitie en ander materieel tot ver
betering en completeering van de uitrusting
van het leger;
if 1.000.000 voor geniematerieel
9.125.000 voor vliegtuigen met toebe-
hooren;
f 2.600.000 voor vliegparken;
f 2.815.200 voor magazijnen;
f 1.700.000 voor gasbeschermingsmaterieel,
verbindingsmaterieel
3.750.000 voor intendancegoederen;
if 500.000 voor materieel voor den genees-
kundigen, pharmaceutischen en veterinairen
dienst.
Ten laste van den kapitaaldienst zal voor de
landmacht ter voorziening in de behoeften
voor eens worden aangevraagd een totaal-
bedrag van f 137.000.000, waarin de hierboven
genoemde bedragen voor 1938 begrepen zijn.
De jaarlijksche terugkeerende kosten, die
een gevolg zullen zijn van het gereed en in
exploitatie komen van het nieuwe materieel
zullen voor de landmacht tenslotte in totaal
f 12.800.000 bedragen.
'Een regeling betreffende een nauwe samen-
werking tusschen de departementen van
defensie en van economische zaken op het ge
bied van de economische en industrieele ver-
dedigingsvoorbereiding is in vergevorderden
staat van voorbereiding en komt binnenkort
definitief tot stand.
Voor de voorziening in de behoeften van
leger en vloot bij mobilisatie en in vredestijd
is het regeeringscommissariaat voor de econo
mische en industrieele verdedigingsvoorberei-
ding als centraal codrdineerend orgaan bij het
departement van defensie ingesteld.
De minister is inderdaad van meening, dat
ook ons leger vechtwagens niet langer kan
ontberen. 'Het ligt dan ook in het voornemen
zoo spoedig mogelijk naast pantserWagens ook
vechtwagens aan te schaffen.
Het voor de kazematten bestemde geschut
,,U zegt dat zoo wonderlijk. Uw aanstaan-
de schoonouders zult u toch wel niet onge-
legen komen of is er eenige wrijVing tus
schen hen en u ontstaan? Excuseer me, mij
gaat dat natuurlijk niets aan."
De ingenieur beet zich op de Iippen.
Nu had hij zich vastgepraat en wist niet
meer hoe hij er uit moest komen.
(Hij lachte verlegen.
,,Och, eigenlijk heb ik niets met meneer en
mevrouw. Integendeel, die zijn voor mij de
verpersoonlijking der goedheid. Het gaat om
juffrouw Normann..."
Hij hield op. Dromfnels, nu had hij iets
heel onhandigs gezegd. Het ging hem niet
af, te veinzen, en tegenover dat paar onge-
makkelijke oogen bracht hij er heelemaal niets
van terecht.
„Waarom noemt u uw verloofde zoo stijf
juffrouw Normann; dat is toch tusschen u en
mij niet noodig? Waarom praat u niet over
uw meisje als u misschien tegen mij niet
„Maria" wilt zeggen?"
Je reinste inquisiteur, dacht Stefan ge-
prikkeld.
Een soort stompzinnigheid kwam over hem.
Alles was hem tenslotte onversehillig. Zijn
betrekking aan de fabriek was hij natuurlijk
toch in elk geval al kwijt.
Zijn blik vestigde zich op den wand tegen
over hem hangende teekening als wilde hij
daarvan het antwoord aflezen. Maar de
lijnen en stippels schemerden voor zijn oogen.
Mat zei hij:
,,Ik zei .juffrouw Normann" omdat ik met
de gedachte rondloop, deze door mij alleszins
hooggeschatte dame haar woord terug te
geven, daar ik inzie, dat mijn liefde voor haar
op een vergissing berust."
'Het gezicht van den fabrikant werd purper
en zijn wenkbrauwen trolcken zich samen als
de wolken bfl een opkomend onweer.
.Mijnheer von Hornstein, hoe heb ik het nu,
is u gek geworden?"
is aanwezig; de voor deze vuurmonden be
stemde munitie is gedeeltelijk gereed en over
de kazematten verdeeld en moet in zijn geheel
j-ijiii ii'wle werden epgeleverd.
ARTIS IN NOOD.
De Nederlandsche Trustmaatschappij heeft
het voornemen, aan de obligatiehouders van
Artis te Amsterdam mede te deelen, dat zij
als Artis niet aan de verplichtingen kan vol
doen den verkoop van het hypothecate
onderpand, bestaande uit tuin en opstallen
in te leiden. Op 1 Januari loopt het toege-
stane uitstel van rentebetaling af van de
3 leening van 1895, thans nog f 1.497.000
groot.
Het bestuur van Artis koestert de hoop,
dat met behulp van rijk, provincie en gemeente
een oplossing van de financieele moeilijkheden
zal kunnen worden gevonden. Het zou te
betfeuren zijn, indien de vermaarde Amster-
damsche dierentuin, die in Mei 1938 zijn hon-
derdjarig bestaan zal vieren, tot verdwijnen
gedoemd zou worden.
KONINGSKINDEREN.
De Excelsior, zoo meldt de Parijsche cor
respondent van de N. R. Crt., rept van de
hartelijke betrekkingen tusschen het konink-
lijke gezin van Engeland en dat te Brussel.
Prinses Josephine moet levendige belangstel-
ling voor prinses Elisabeth aan den dag leg
gen, die nauwelijks ouder is en met wie ze in
briefiwisseling staat. Er is nu sprake van een
korte vacantie, die de Belgische koningsdoch-
ter bij de prinsesjes aan den overkant van de
zee zou doorbrengen en over en weer ver-
heugt men zich daar hartelijk op.
De prinsjes moeten vooral gevlast hebben
op de presenten, die hun vader uit Londen
zou meebrengen. Prins Boudewijn rekende
op een vliegtuig van het laatste model en op
boeken, die hem de regelen van voetbal en
cricket ten voile zouden onthullen. Daar
koning Leopold maar weinig tijd te zijner be-
schikking zou hebben om boodschappen te
doen had de koningin wat speelgoed uitge-
zocht, die de valiezen voor Brussel moesten
verzwaren, maar eenige blijven voor Kerstmis
bewaard.
TEGENBEZOEK VAN KONING GEORGE
AAN BRUSSEL.
In officieuze kringen te Brussel werd Za-
terdag verzekerd, dat koninig George het plan
heeft binnen niet al te langen tijd een tegen-
bezoek te brengen aan Koning Leopold te
Brussel. Dit bezoek zou samenvallen met de
z.g. Vindictive-feesten, welke te Oostende
worden voorbereid naar aanleiding van den
twintigsten verjaardag van de versperring
der havens van Oostende en Zeebrugge door
de4Britsche vloot.
DE KERKSTRIJD.
Het blad van het Vaticaan de „Osservatore
Romano" maakt zich ongerust over den reli-
gieuzen toestand in Duitschland, waar steeds
meer moeilijkheden het godsdienstig leven in
den weg worden gelegd. Het blad sehrijft, dat
het bericht, dat de passiespelen te Oberram-
mergau vervangen zullen worden door
„arische spelen", hoewel het is tegengespro-
ken, in groote trekken juist is. Verder wijst
het blad op het in beslag nemen van gods-
dienstige boeken te Munchen en het ontbin-
den van katholieke jeugdbonden door de
Gestapo te Munchen en Trier, hoewel deze
bonden overeenkomstig het concordaat moch-
ten bestaan, alsmede op het opheffen van de
confessioneele scholen te Trier, zoowel de
katholieke als de protestante. Het blad voegt
hier aan toe, dat de Nymphenburg, de kapel
van het pensionnaat, is veranderd in een
sportmuseum, waarbij er op wordt gewezen,
dat de kerken in Rusland eenzelfde lot hebben
ondergaan.
GEEN BRITSGHE BEMIDDELING
VERZOCHT.
Ten aanzien van het bericht (van een
Fransch blad) dat dr. Koeng en zekere per-
sonen uit de omgeVing van maarschalk Tsjang-
Kai-iSjek den zaakgelastigde van Groot-Brit-
tannie in China zou hebben verzocht zijn
goede diensten te verleenen bij een bemidde-
lenr optreden tusschen China en Japan, deelt
een lid van de Chineesche ambassade te Lon
den mede, dat hiervan niets bekend was en
dat genoemde personen hieraan niet zouden
kunnen denken.
In Britsche diplomatieke kringen wordt
verklaard, dat men niets weet van een stap
van dr. Koeng aan den Britschen zaakgelastig
de te Nanking; tot nu toe heeft men nog
geen aanwijzingen dienaangaande ontvangen.
IIE WERKLOOSHEID NEEMT IN BELGlE
WEER TOE.
De cijfers, over de eerste week van Novem
ber, gepubliceerd door den dienst voor arbeids-
bemiddeling en bestrijding van de werkloos-
heid, blijken in officieele kringen heel wat
zorg te hebben gebaard. Volgens deze statis-
tische gegevens bedroeg het aantal gecontro-
Toom was in dien uitroep duidelijk te be-
luisteren en scheen als een doffe galm nog
een tijdje na te klinken.
Het was Stefan te moede, als moest hij zich
bukken voor een slag. Maar hij riep zijn
trots tet hulp. Herman Stinner had het recht
niet, zoo tegen hem te keer te gaan. Hij vol-
hardde in zijn starre houding.
,,Neemt u mij niet kwalijk, mijnheer Stin
ner, maar ik moet u dringend verzoeken, mij
niet verder hierover te ondervragen. Ik kan
met een vreemde daarover niet van gedachten
wisselen."
De vuist van den fabrikant viel als een
mokerslag neer op de tafel naast hem.
.Mijnheer, een beetje minder aanmatigend
als het u belieft. Ik zou echter graag
van de gelegenheid gebruik maken, u er aan
te herinneren, wat ik u op uw verlovings-
avond op den weg naar huis zeide. Of is u
dat ondertusschen vergeten?"
'Hij wachtte het antwoord hierop niet af.
„Ik zal het eens in uw geheugen terug-
roepen, mijnheer von Hornstein."
Stefan voelde zich getroffen, hij wist plot-
seling, waarvan de man met de ongemakke-
lijke oogen sprak.
In het gezicht van Herman Stinner kwam
een weeke trek. Ben vraag drong zich plot-
seling aan hem op en daarop wilde hij v6br
alles antwoord hebben.
,,Is Maria Normann door haar optreden of
door wat ook aanleiding geweest tot uw plot-
selinge ontdekking, dat uw liefde voor haar
op een vergissing berust? Heeft u misschien
het gevoel, dat Maria niet van u houdt?"
Hij keek den jongere met gespannen aan
dacht aan.
De ingenieur schudde het hoofd.
.Juffrouw Normann schijnt een heel koel
tetmperament te hebben. Haar houding
tegenover mij gaf mij echter geen aanleiding
aan een verandering van haar gevoelens te
mijnen opzichte te gelooven."
leerde werkloozen gemiddeld 125.079 wat
13.272 of 11,87 pet. meer is dan de week
tevoren. De toestand is natuurlijk altijd nog
gunstiger dan in 1935 toen men voor dezelfde
periode gemiddeld 133.300 werkloozen telde
maar wijst toch op een zekeren oeconomischen
achteruitganig. Den zoogenaamden seizoen-
invloed in aanmerking genomen mocht het
normale cijfer van de werkloosheid slechts
met ongeveer 3800 of 2 pet. stijgen. Ver-
wacht wordt dat de volgende statische ge
gevens op een nog aanzienlijker toeneming
van de werkloosheid zullen wijzen.
BRITSCH STOOMSCHIP OPGEBRACHT.
Het Britsche stoomschip ..African Mariner"
is om 11 uur Vrijdagavond geescorteerd door
den Britschen torpedojager .Greyhound", uit
het oostelijk dee.l der Mid'dellandsche Zee, in
de haven van Malata aangekomen. Aan boord
van het schip bevond zich een gewapende
macht.
Het schip was met munitie op weg naar
Spanje.
Reuter heeft van de Britsche admiraliteit
vernomen, dat de African Mariner" is opge-
bracht op grond van een door het Lagerhuis
aangenomen wet, welke Britsche schepen ver-
biedt, uit eenig deel van de wereld wapenen
te vervoeren naar Spanje.
De .African Mariner" zal worden doorzocht.
HET TERRORISTISCH COMPLOT
IN FRANKRIJK.
Dinsdag j.l. zijn te Parijs twee bommen
gevonden in een pand aan de rue de Ribera,
waar men reeds een belangrijke hoeveelheid
oorlogstuig had ontdekt. Dit belangrijke feit
heeft men niet onthuld teneinde het aan den
gang zijnde onderzoek niet te belemmeren. De
uitvoering der gevonden helsche machines
komt overeen met die welke dezen zomer den
tunnel te Cerbere in de lucht moest doen
vliegen. Op dezelfde plaats heeft men verder
honderd cavallerie-knalpatronen gevonden van
hetzelfde type als de knalpatroon, die eenigen
tijd geleden door kwaadwilligen in het huis
van generaal Pretelat was gelegd.
De Surete bewaart nog steeds het grootste
stilzwijgen omtrent de werkelijke identiteit
van de leiders van het complot. De directeur-
generaal van de Surete heeft echter verklaard
dat de berichten, volgens welke een hoogge-
plaatste militaire persoonlijkheid alsmede een
bekend staatsanan bij deze zaak gecompromit-
teerd zouden zijn, naar het rijk der fantasie
kunnen worden verwezen.
De Paris-jSoir meldt in een telegram uit
Rijssel, dat in een vrachtauto, toebehoorende
aan een firma te Rijssel, geweren en parabel-
lums zijn ontdekt. De ontdekking werd gedaan
door ambtenaren der accijnzen, die een onder
zoek in den wagen instelden.
Op het oogemblik worden in de woningen
van de betrokken personen huiszoekingen ver-
richt. De correspondent van de Paris Soir
acht het niet uitgesloten, dat verband bestaat
met de zaak der cagoulards.
NANKING VOELT DEN ONDERGANG
NABIJ.
De Japanners melden, dat de linkervleugel
van de Chineesche frontlijn over een afstand
van 20 K.M. tusschen de Jangtse en Tsjang-
sjoe, geheel vernietigd is. Deze stellingen
vormden een belangrijk deel van de Chinee
sche ,,Hirfdenburg"-linie. Tsjangsjoe viel, na
uit drie richtingen aangevallen te zijn.
De Japanners bereidden toen een flank-
beiweging tegen Soetsjau voor.
Het Chineesche .Central News" spreekt in
tusschen de inneming van Tsjangsjoe tegen,
evenals die van Kasjing.
Het vermoeden wint veld, dat de Chineezen
terug zullen komen van hun besluit, Nanking
tot het laatste toe te verdedigen. Aangenomen
wordt, dat het beter is een strategischen
terugtocht te ondernemen, zoodra de Japan
ners er in geslaagd zijn tot Woehoe door te
dringen. Het zou dan toch onmogelijk zijn,
Nanking te behouden en de stad zou voor ver-
nieling gespaard blijven.
Volgens den correspondent te Peiping van
de Daily Telegraph zou Japan reeds plannen
hebben uitgewerkt voor den toekomstigen
regeeringsvorm van China. Het zou een fede-
ratieve staat worden onder een centrale regee
ring met Peking als hoofdstad. Voor het
federale bewind, de buitenlandsche politiek,
den douane- en belastingdienst en defensie
zouden Japansehe adviseurs worden aange-
steld. Het Chineesche leger zou worden af-
geschaft en vervangen door een politiecorps
tot het handhaven van de orde.
In extra-edities te Tokio wordt het bericht
bekend gemaakt, dat de Japansehe troepen
reed's vasten voet gekregen hebben in Soet
sjau en dat op de linie TsjangsjoeSoetsjau
Woekiang eveneens groote vorderingen ge
maakt zijn. Deelen van de ten noorden van
Sjanghai ontscheepte eenheden hebben het ten
noorden van Tsjangsjoe gelegen Foesjan be-
reikt en rukken thans langs de oever op in de
riehting van Kiangjin. Kiangjin beheerscht
als sterkste fort voor Nanking niet alleen den
Jangtse maar vormt tegelijkertijd ook de sleu-
telpositie van de versterkte Woesih-Kiangjin-
linie.
Stinner keek den ingenieur bijna verslagen
aan.
,,En u wilt de verloving afmaken. U wilt
een meisje als Maria Normann zoo maar, als-
of het iets is, opgeven." Hij greep met zijn
handen naar zijn hoofd. ,,Dat kan geen ge-
woon mensch begrijpen!" Hij trad dichter op
Stefan toe. ,,Ik zei u na uw verloving, dat
u alles moest doen om Maria Normann geluk-
kig te maken en waarschuwde u: ,,Pas op! Ik
houd een oogje in het zeil." En u antwoordde,
dat u heel veel van Maria hield en dat u nooit
spijt zoudt hebben over den dag, waarop u zich
met haar verloofde." Zijn oogen kregen een
dreigende uitdrukking. .Waarom veranderde
u van gedachten? Heeft u een rijkere partij
gevonden
Het laatste ge'zegde trof Stefan als een
zweepslag in zijn gezicht. Heel zijn wezen
kwam tegen deze beleediging in opstand.
„Neen, mijnheer Stinner, ik vond geen
rijkere partij en het kwam ook niet in mijn
hoofd op er een te zoeken. Maar ik ont-
moette een arm meisje, een dood-arm meisje.
En als u nu toch alles weten wilt ik moet
juffrouw Maria haar woord teruggeven, om
dat ik die arme met heel mijn hart liefheb en
gelukkig zou zijn, indien ik het haar heel
spoedig zou mogen zeggen."
Herman Stinner was getroffen.
,,En wie is dan die andere, voor wie u een
Maria Normann op zij schuift?"
Stefan von Hornstein haalde diep adem en
een lachje kwam om zijn mond.
„Die andere is het evenbeeld van Maria
Normann, alleen het zachtere. U zag haar
ook reeds toen zij zich als typiste bij u
op uw bureau aanmeldde. Aan uwe aanbe-
veling heeft zij de goede positie brj professor
Bauer te danken en zij heet Barbara Kaiser."
Hij wendde het hoofd af.
..Nu, mijnheer Stinner, nu weet u alles. Het
was wel het beste, dat ik u openhartig en eer-
lijk alles zei."
RUSSISCH „PRESTIGE" IN HET
BUITENLAND.
De saneering van de sowjet-diplomatie, zoo
weet Kufvudstais'bladet te Helsingfors te
melden, is aanleiding geworden tot een scherp
meeningsverschil in het Kremlin.
Verklaard wordt, dat de volkscommissaris
voor buitenlandsche zaken, Litwinof, Stalin
heeft gewaarschuwd, dat het voortduren van
een politiek van terugroeping en arrestatie
van Russisch diplomaten in het buitenland
het sowjet-prestige emstig in gevaar zou
brengen.
De voorzitter van den raad van volkscom-
missarissen Molotof is het met Litwinof eens.
Hij wenscht een onmiddellijke stopzetting van
deze politiek. Daar de saneering van de
diplomatic hoofdzakelij'k het werk is van Jes-
jof, den commissaris van binnenlandsche aan-
gelegenheden, is de verhouding tusschen dezen
politicus en Litwinof tamelijk gespannen.
GENERAAL FRANCO OVER HET
„NIEUWE SPANJE".
,,Wij verdedigen de Christelijke kerk, religie
en beschaving en daarom moeten de katholie-
ken in de geheele wereld deze nationale be-
weging steunen", aldus heeft generaal Franco
aan de pers verklaard. ,,Wiq zijn overtuigde
aanhangers van sociaal wel'zijn en wij inspi-
reenen ons op het katholieke standpunt: er
moeten minder rijke menschen zijn en minder
arme. De nieuwe Spaansche staat zal een
waarachtige democratic zijn, waarin alle bur
gers aan de regeering zullen deelnemen".
De generaal voegde hieraan. toe, dat de
nieuwe staat de wetten zou opheffen, waarbij
de religieuze organisaties tot opvoeding ver-
boden worden en kerkelijke goederen gecon-
fiskeerd. Ook het verbod van de Jezuiten zal
worden opgeheven. Hij ging nog nader op
deze kwestie in en pneciseerde, dat de kerke
lijke gebouwen ter beschikking van de kerk
zouden worden gesteld, terwijl de clerus ook
de beschikking zou krijgen over de noodige
fondsen ter uitoefening van zijn geestelijke
missie. Ten slotte zal op alle universiteiten
hooger religieus onderwijs worden gedoceerd.
„Dit alles zal zoo worden geregeld," aldus
Franco, „omdat het katholicisme het kentee-
ken was en zal zijn van het ware Spanje".
CORNELLS HAD EEN RUIT GEBROKEN
Een troepje kwajongens had Woensdagmid-
dag de brutaliteit een ruit van een winkel in
de Pasteurstraat te's Gravenhage in gruizele-
mentem te gooien. De jeugdige boosdoeners
waren enkele seconden later verdwenen, doch
niettemin had de winkelier, die uiteraard snel
naar buiten was gekomen, een der jongens
herkend.
Hij kwam dezen 12jarigen jongen een oogen-
blik later op straat tegen. De verontwaardig-
de man stevende op den jongen af en gaf hem
een fiksche oorvijg. Schreiend holde de jongen
naar huis om zijn moeder verslag uit te bren
gen van hetgeen de winkelier hem had aan-
gedaan. Aangenomen moet worden, dat zijn
moeder zeer eenzijdig werd ingelicht, want zij
wond zich over zoonlief's mishandelingen zoo
erg op, dat zij terstond naar den winkel toog
om den winkelier over zijn schanddaden te
onderhouden. Dat zou allemaal niets bijzonders
zijn geweest, ware het met, dat de moeder
haar zoontje het beste meende te helpen door
wraak te nemen, n.l. door nog een tweede ruit
in stukken te gooien.
Het drama is voor beide partijen tenslotte
toch nog bevredigend afgeloopen. Er is onder-
ling een regeling getroffen, als gevolg waar
van geen van de partijen aangifte bij de poli
tic heeft gedaan.
BRANDSTICHING IN EEN BIOSCOOP.
Tijdens de vertooning van de film „De
trots van de marine", werd Zaterdagavond
omstreeks negen uur in de bioscoop „Centraal"
van den heer Baars te Geertruidenberg Brand!
geroepen. In een minimum van tijd vlogen de
ongeveer 200 bioscoopbezoekers op, waarbij
eenige stoelen werden vemield en een paniek
dreigde te ontstaan. Enkele leden van de
militaire .politie en acht burgers traden zoo
kordaat op, dat zij het publiek grootendeels
wisten te kalmeeren, waardoor persoonlijke
ongelukken uitbleven.
Het bleek, dat brand was uitgebroken onder
het tooneel. Het vuur kon spoedig met em-
mers water worden gebluscht. Men kwam
toen tot de ontdekking, dat iemand, onder het
tooneel was geslopen, eenige stroohulzen van
wijnflesschen bij elkaar had gegaard, daarop
een hoeveelheid hout had gelegd en dit in
brand had gestoken. Al spoedig deelde het
vuur zich mee aan het tooneel, tengevolge
waarvan zich rook ontwikkelde, welke door
een bioscoopbezoeker werd waargenomen.
Toen men een onderzoek in den tuin instel-
de, vond men een jas met een doosje lucifers
er in. Bij onderzoek door de politie bleek, dat
deze jas even tevoren uit de gang van de kap-
perszaak van den heer H. was gestolen. Waar-
schijnlijk is de bedoeling, den heer H. er van
Stinner kon zichzelf slechts met moeite be-
heerschen. Barbara Kaiser was die andere!
De zuster van Maria!
De wereld was zoo verschrikkelijk groot en
er leefden daarop zoo vele millioenen meisjes.
En toch moest het juist de zuster van Maria
zijn, waardoor Maria een groot leed zou wor
den toegebracht.
Een doffe, martelende angst maakte zich
van Herman Stinner meester. Hij zon op een
uitweg om Maria dit groote verdriet te be-
sparen. Zij hield van Stefan en het zou haar
vei'driet aandoen, indien hij haar haar woord
teruggaf. Elk verdriet, dat Maria werd aan-
gedaan, voelde hij mee.
Hij moest probeeren de zaak te redden. Nog
wist Maria niets, nog konden haar droeve
uren bespaard worden.
Hij ging voor het venster staan, keek naar
buiten en draaide zich toen plotseling om.
,,U zei daarnet, mijnheer von Hornstein, dat
u met hart en ziel van de andere hield en ge
lukkig zoudt zijn, indien u haar dat spoedig
kon zeggen. Is het niet?"
,,Ja, dat zei ik," antwoordde de ingenieur
verbaasd, fiiet wetend waarop de vraag doelde.
..Dus heeft u juffrouw Kaiser nog geen zoo-
gen aamde liefd'Esverklaring gedaan?" vroeg
de fabrikant verder.
,.Neen," antwoordde Stefan, ,,al moet ik
daaraan toeVoegen dat er voor, mij niet de
geringste twijfel bestaat of zij beantwoordt
mijn liefde. Maar als fatsoenlijk man kon ik
haar mijn liefde niet verklaren al'vorens mijn
verloving met juffrouw Normann definitief
verbroken was."
Een kleine zucht van opluchting ontsnapte
den ouderen man. Zijn gezicht nam een be-
minnelijke uitdrukking aan.
,.Nu, dan is nog niets verloren, dan behoeft
Maria heelemaal niets te w.sten."
(Wordt vervolgd.)