ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Twee uit een nest
Mo. 9683
MAANDAG 15 NOVEMBER 1937
77« Jaargang
Binnenfand
Buitenland
Feuilleton
EERSTE BLAD
TER NEUZEN, 15 NOV. 1937.
TER N EUZENSCH E
ABONNEMENTSPR1JS: Binnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
«r. per post S 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post
tbocnementen voor bet buitenland alleen bij voorui'.fcetaling.
erf.-tet: Firma P. J. VAN PE SANDE.fr
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer f 0,20.
KLEINE ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en clichg's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de ultgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
mmmtnedLi
DE MENSOHENROOF AAN DE
DUITSCHE GRENS.
Aan het voorloopig verslag der Tweede
Kaimer over de rijksbegrooting van Buiten-
landsche Zaken voor 1938 is het volgende ont-
leend:
Soimmige leden 'herinnerden aan het feit,
dat zich in den laatsten tijd aan de Duitsche
grens 'bij heriialing inci'denten in den vorm
van menScbenroof hebben voorgedaan, waar-
bij door Duitsche 'beamhten op Nederlandsch
geibied werd opgetreden. Gaarne zouden deize
leden vememen, of ter zake stappen bij de
Duitsche regeering zijn ondemomen, en zoo
ja, tot welk resultaat die stappen dan hebben
geleid.
HET GEZANTSCHAP BIJ HET
VATIOAAN.
Aan het voorloopig versiag der Tweede
Kamer over de rijksbegrooting van buiten-
landsche zaken voor 1938 is het volgende ont-
leend:
Eenige leden zouiden gaarne vernemen, hoe
de regeering denkt over een herstel van het
gezantschap bij het Vaticaan.
Verscheidene andere leden verklaarden dat
zij op zulk een herstel geen prijs zouden stel-
len, zoolang dit gezantschap niet algemeen
erkend wordt als een Nederlandsch belang.
HET BEZOEK VAN HONING LEOPOLD
AAN LONDEN.
De „Star" meldt, dat bij gelegenheid van
het a.s. bezoek van koning Leopold aan Don-
den belangrijke besprekingen zullen plaats
vinden.
Koning Leopold hoapt het verdrag van
Locamo te vervangen door een Westelijk pact
en zoekt tot dat doel de madeWerking van
FrankrijkEngelan'd, Italie en Duitschland.
Dat is een der redenen van 's konings bezoek
aan Londen. Voorts zal de Belgische koning
met de Britsche staatslieden besprekingen
voeren over de middelen tot verbetering van
den wereldhandel en tot vermindering van de
internationale economische spanning ontstaan
door de in- en uitvoerbelemhieringen.
De „Star" meent te weten, dat de resulta-
ten van het bezoek van koning Leopold tijd'ig
genoeg bekend zullen zijn, am de Britsche
regeering in staat te stellen, zoo noodig, aan
lord Halifax voor zijn vertre'k naar Berlijn,
nieuwe instructies te geven.
VOOR DEN BOUW VAN DE
„KONING ALBERTBRUG".
Ten behoeve van het bijeenbrengen van
fondsen voor den bouw van een brug, die aan
de nagedachtenis van koning Albert zal zijn
gewijd, hebben de Belgische oudstrijders be-
sloten souvenirs te verkoopen, vervaardigd
uit klei ,uit het ,,Niemandsiland", dat tijdens
den wereldoorlog tusschen de Belgische en
Duitsche fronton aan de Uzer lag. De brug
zal te Nieuwpoort worden gebouwd bij de
Uzermondlng. ©p de dene zijde der brug zal
een ruitenstandbeeld van koning Albert wor
den opgesteid.
'Met het bouwen van de Koning Albertbrug
is men in Augustus j.I. reeds begonnen. Tij
dens de werkzaamheden is de ondergrond ver-
raderlijk gebleken, zoodat men de fundamen-
ten heeft moeten versterken met betonnen
palen. Dientengevolge is de oorspronkelijke
raming veel te laag gebleken.
De veteranen van de IJzer zijn echter vast
besloten den bouw voortgang te doen vinden,
hoe jhoog de kosten ook zullen zijn en onder-
vinden den vollen steun van het departement
van waterstaat.
Deze souveniris van klei zullen den vorm
hebben van pressepapiers, terwijl ook andere
souvenirs, o.a. Albert madaillons en vaaritjes
Voor motorvoertuigen vervaardigd zullen wor-
den. De oud-strij'ders hebben bovendien een
verzoek tot de overheid«gericht om een spe-
ciale postzegelserie uit te geven, daar ,,post-
zegelVerzamelaars zeer gesteld zijn op her-
denkingjsuitgaven"
Een gedeelte van de brug wordt gebouwd
met baksteenen van klei uit de Uzer.
MAATREGELEN TEGEN GEESTELIJKEN
IN RUSLAND.
De te Charbin verschijnende ,,Wremja"
meldt, dat talrijke kerkelijke boogwaardig-
heidsbekleeders, die tot dusver in het land
mochten blijven, gearresteerd en naar Siberie
Verbannen of doodgesehoten zijn.
Het blad noemt den plaatsvervangenden
metropoliet van MoSkou Sergius, die verban
nen is, den me'tropoliet van Kazan, Kirill, die
Wegens „godsdienstpropaganda" tot dwang-
arbeid veroordeeld is, zijn rechterhand Arte-
mius, die doodgelschoten is, de bisschoppen
van Orel en Minsk ,en de geestelijken van
Orenburg, Oefa, Samara, Kazan en Omsk, die
in hechtenis genomen zijn. Te Petrosawodsk is
een aantal geestelijken ter dood veroordeeld.
ENGELANDS WIL TOT VREDE.
Terwijl overal in de wereld de ongerust'beid
toeneemt, heeft, schrijft de N. R. Crt., Neville
Chamberlain, de Britsche premier, Vrijdag
voor de tweede maal in een week tijds ge-
tracht olie op de golven te werpen. Hij her-
innerde aan zijn rede op het banket van den
Lord Mayor, waarin hij gevraagd had: ,,Waar
werken wij voor? Werken wij voor vrede,
rustig geluk en tevredenheid, of willen wij
voortgaan met onze bewapening als gevolg
van een vrees, welke geen wazenlijken grond
heeft in de feiten en alleen schijnt voort te
komen uit het wantrouwen, dat ieder land ten
aanzien van zijn buren koestert?"
Men zou zich kunnen afvragen, of dat wan-
trouwen, gezien b.v. de houding van Italie
tegenover Abessiriie, van Japan tegenover
China en in zekeren zin ook van Duitschland
tegenover Oostenrijk, wel zoo geheel mis-
plaatst is. Ook de wijze, waarop zoowel Rus-
land aan den eenen kant als Italie en
Duitschland aan den anderen kant zijn opge
treden in de Spaansche kwestie, geeft meer
aanlefding tot wantrouwen dan men uit
Chamberlain's woorden op zou maken, en de
Britsche premier schijnt heelemaal v.ergeten
te zijn, dat de Britsche omroep zich genood-
zaakt iziet plannen te nemen voor een omroep
in het Arabisch om den noodlottigen invloed
van de Italiaansche radiopropaganda in stre-
ken onder Britsch mandaat of Britsche be-
scherminlg tegen te gaan. Maar al mag men
met Chamberlain Van meening verschillen
over de gegrondheid van het wantrouwen,
men kan het met hem eens zijn, dat het tijd
Wordt om een nieuwe poging te wagen om
de vrees en verdenking weg te werken door
een nauWgezette stuidie van zijn oorsprong en
wezen. Het is alleen maar jammer, dat men
voor die studie ook de hulp van anderen
noodig heeft, die over het algemeen alleen
bensid zijn die hulp te verleenen, wanneer het
over anderen gaa't, maar zich, zooals Japan
van de conferentie te Brussel, verre houden,
wanneer zij zelf bij een ohderzoek betrokken
zijn.
Chamberlain laat zijn beroep vergezeld
gaan van ,een nieuwe verwijzing naar de her-
wapening van het Britsche rijk en tevens met
een verwijzing naar zijn uitgebrelde en bijna
on'beperkte hulpbronnen. Men vraagt zich
daarom af, of men in dit beroep misschien een
verholen drtigement moet zien, dat het met
Engeland's geduld ten einde loopt.
Men erkent de goede bedoeling van het
willen vermijden van den oorlog, doch stelt
daar tegenover, dat een voortdurend toegeven
om des lieven vrtdes Wille tegenover steeds
brutaler optredende opponenten tenslotte eer-
der het gevaar van oorlog nabij zal brengen
dan een tij dig krachtig optreden, dat hun in
hun matelooze eischen een halt gebied1".
Men reldeneert van dien kant zoo, dat de
opponenten tot dusver vrijwel alles verkregen,
wat zij wen^chten, uitsluitend door te bluffen
en te drei'gen, en zou van Engelschen kant in
plaats van vrSdesbetuigingen daartegenover
lie'ver een niet cp blub berustend, maar daar
om niet minder krachtig non possumus heb
ben gehoord. Af en toe, in de sanctiekWestie
en nu pas weer met de z.g. zeerooverij in de
Middellandsche Zee, meende men een keer ten
goede te zien, maar dit waren slechts op (zich-
zelf staande gevallen en over het algemeen
bleef de Engelsche poli'tiek gericht op terug-
trekken en bemiddeling.
Thans komt de rede van Chamberlain en
wel op den'zelfden dag, dat in het Lagerhuis
van regeeringszijde is meegedeeid, dat Lord
Halifax de uitnoodiglng om de jachttentoon-
stelling te bezichtigen en bij die gelegenheid1
tevens een bezoek aan Hitler te brengen, heeft
aangenomen. Als men zich dan tevens her-
innert, dat er nog alt^jd sprake is van En-
gelsch-Italiaansche besprekingen over een
modus videndi in de Middellandsche Zee, gaat
men bijzondere waarde hechten aan de woor
den van Chamberlain. Het is alsof hij zijn af-
gezanten in beide ri^htingen steunen wil,
d.w.z. in de richting van oprechtheid in het
verlangtn naar 'vrede en vergelijk, maar
tevens in de richting van het dreigement, dat
er tenslotte ook aan Engeland's geduld een
einde kan komen en dat het zich nog sterk
genoeg gevoelt, en vooral ook taai genoeg
om, als het moet, den tegenovergestelden
weg in te slaan.
De Times wijdde Zatgrdagochtend een be-
schouwing aan Lord Halifax' bezoek, waarin
zij duidelijk te kennen geeft, dat zijn zending
inderdaad een zelfde doel heeft als Chamber
lain in zijn rede stelde, het doel, dat men zou
kunnen omschrijven als een poging tot het
verkrijgen van beter wederzij'dsch begrip en
het vinden van een basis van gemeenschappe-
lijke actie ter verwijdening van de punten, die
de wereld en vooral de groote mogendheden
verdecld hoiiden. Zooals te Verwachten viel,
is de Times evenals Chamberlain nog vol goe-
den moed inzake de kansen op welslagen van
dergelij'ke verzoeningspogingen. Andere En
gelsche bladen zijn minder optimist. De diplo-
matieke rcdacteur van de Manchester Guar
dian b.v. troost zich met de gedachte, dat het
bezoek, al zal het diets goeds opleveren, ten-
minste geen kwaad kan.
Laat ons erkennen, dat de positie voor de
Engelsche regeering, juist omdat zij oprecht
naar vrede en betere verstandhouding streeft,
niet gemak'kelijk is. Zij, die een poiitiek van
dreigeimenten voorstaan, mogen misschien ge-
lijk heblben, dat die dreigementen toch niet tot
oorlog zullen leiden, omdat de tegenpartij tot
geen oorlog bereid of in staat is, zij vergeten,
dat een dergelijk forsch optreden toch wel zou
kunnen leiden tot het vestigen van een nieu-
wen wrok of het versterken van de bestaande,
zoodat het doel, een hechtere vestfging van
den vrede, en vooral van een duurzamen vrede,
toch niet zou worden bereikt.
Ongetwijfeld is de toestand op het oogen-
blik moeilijk ien de spanning groot. Er kan
echter een oogenhlik komen, dat zelfs zij, die
zefl moedwillig tot vergrooting van de span
ning hebben bijgedragen, omdat zij daaruit
gemakkelijk te behalen voordeelen verwachten,
bang gaan worden, dat de spanning zal leiden
tot een ontploffing, waarvan de gevolgen niet
zijn te overzien en zij dus wel eens zelf het
slachtoffer konden worden. Als dit punt be
reikt zou zijn - de verschijnselen om ons heen
manen nog tot twijfel zou een verzoenings-
poging stellig niet ongelegen komen.
HET ANTWOORD VAN JAPAN.
Vrijdag is te Brussel het antwoord van
Japan ontvangen op den brief, door de confe
rentie naar Tokio verzonden. Hoewel men
reeds in alle officieele kringen een weigerend
antwoord verwachtte, hoopte men, schrijft de
N. R. Crt., algemeen, dat de tekst een gelegen-
hekl tot verdere ohderhandelingen open zou
,t&
door
ANNY VAN PANHUYS.
27) Vervolg.
Francisca was geen weeke en zaohtzinnige
natuur. Barbara echter was voor haar de sa-
menvatting van alles wat er good en bemin-
nenswaardig op de wereld was; terwille van
haar dochter zou zij haar leven hebben ge-
geVen en toch had zij haar de smart, die zij
nu doorstaan moest, nie't kunnen besparen.
Nogmaals streelde zij de mooie, blanke
meisjeshanden en daarop barstte Barbara
andermaal in tranen uit. Ze stond uit den
leuningstoel op en knielde, met haar gezicht
in moeders schoot, terwijl het snikken haar
lichaam deed schokken.
Barbara's moeder zat doodstil en liet haar
uithuilen. Ze begreep, dat dit haar moest op-
luohten. Maar met woede dacht zjj aan den
onbekenden man.,
Hbe ellendig en zwak zij zich ook voelde,
zij zou, indien zjj geweten had waar hij Woon-
de, naar hem toe zijn gegaan hoe ver het
ook was om hem zijn schandelijk gedrag
te verwijten. Toen Barbara zoowat uitgesnikt
was, vroeg zij eindelijk zijn naam.
Barbara hief haar gezicht op en knipte
met de rood gebuilde oogleden. ,,Hij heet Ste
fan von Hornstein, moeder."'
Meteen sprong ze uit haar knielende hou
ding op haar moeder had den naam met
een schreeuw herhaald.
,,Maar moeder", s tame Me zij en staarde
haar verschrikt aan, terwijl de moeder met
een harde uitdrukking op haar gezicht den
naam nogmaals heriiaalde.
Francisca stond op en sloeg haar arm als
beschermend om haar dochter heen.
„Arm kind, nu weet ik wat voor een slechte
vent die man is, die je zooveel smart heeft
aangedaan. Nu begrijp ik ook zijn gezegde,
dat je hem niet zoo mogen veroordeelen, wan
neer je eens iets aangaande hem zou hooren,
dat je aan hem zou doen twijfelen. Kind
Stefan von 'Hornstein moest je een lange reis
voorpraten, omdat hij de verloofde van een
ander meisje is."
,,Dat is niet mogelijk, u vergist zich, hoe
zou u het tnouwens kunnen weten?"
Neen, neen! zei esn verontwaardigde stem
in haar binnenste, zoo laag kan hij niet ge-
weest zijn als hij de verloofde van een
ander meisje was geweest, hij had mij im-
mers niet mogen kussen zooals hij dat van-
mididag deed.
iHaar moeder hield zwijgend haar armen om
Barbara geslagen. Toen zij haar eindelijk los-
liet, leek haar gezicht heel oud en stonden
haar oogen koud en glinstenend. Ze drukte
haar handen tegen haar slapen, waar in het
bloed smartelijk klopte.
Stefan von Hornstein is met een juffrouw
Nermann verloofd", zei ze, ..toevallig las ik
dat onlangs in de krant. Onwillekeurig hield
ik den naam in mijn geheugen."
Barbara schudlde het hoofd.
,,U bent zeker in de war met een anderen
naam, moeder"'. Haar stem klonk als wilde
zij zeggen: Toe, laat mij liever in de onzeker-
heid aangaande alles wat met die reis in ver-
band staat dan mij de pijnlijke waarheid te
onthullen!
De moeder scheen echter den wensch van
laten. Maar ook deize hoop is niet verwezen-
lijkt. Het antwoord is een categorische weige-
ring om in eenige bespreking te treden, een
voliedige afwij'zing, zooals vrijwel geen enkele
delegatie verwachtte.
De Japansche regeering is van meening, dat
er nog niets is veranderd in de situatie, sinds
zij op 27 October haar standpunt uiteenzette.
De regeering te Tokio meent, dat haar actie
berust op de noodzakelijkheid van wettige
zelfverdediging en dat zij daartoe gedwongen
is geworden door het optreden van de Chl-
neezen.
Wat betreft het verdrag der negen mogend
heden is de Japansche regeering van meening,
dat de onderhavige kwestie volkomen buiten
dit verdrag staat. 'Zij meent daarom, dat er
geen ruimte is voor eenige d'iscussie op grond
van bepalingen van dit verdrag en dat het in
verband daarmee nomogelijk is een uitnoodi-
ging te aanvaarden, die gebaseerd is op d'it
verdrag en die zou moeten leiden tot een be
spreking over schendingen van dit pact. Naar
het oordeel van Japan is er van eenige schen-
ding tot dusverre geen sprake.
De mogendheden, aldus Tokio, zullen de bij
zondere positie in het Verre Oosten moeten
erkennen. De eenige mogelijkheid, om tot een
oplossing en een staking van de vijandelijk-
heden te komen, ligt in directe onderhandelin-
gen. Alle bemoeienissen van andere landen
kunnen de kwestie van de regeling der vijan-
delijkheden slechts hinderen. Japan eischt, dat
de andere mogendheden de werkelijkheid zul
len erkennen. Zijn eigen regeering, aldus het
antwoord, zal steeds de rechten van andere
landen respecteeren en wil ook Steeds met hen
samenwerken.
Zooals reeds gezegd, is dit antwoord een zoo
voliedige weigering als niemand verwacht had.
Bemoei u met uw eigen zaken, roept de Ja
pansche regeering de landen, die te Brussel
Vergaderen, toe. En daamevens: erken de fei
ten en dan zijn wij met u goede vrienden. Het-
geen Virij .vertaaid daarop neerkomt: doe wat
wij willen en dan zullen wrj de beste vrienden
zijn.
De conferentie kan nu weer aan het werk
gaan. Vrijdag is de nota bestudeerd in vertrou-
Welijke besprekingen tusschen de voomaam-
ste delegaties en men heeft het voomemen een
nota op te stellen, waarin de huidige stand
van zaken uiteen zal worden gezet. Deze nota
Izou dan aan de regeering te Tokio worden
cverbandigd.
EEN BEDENKELIJK VERSCHIJNSEL.
Getulio Vargas, sinds November 1930 pre
sident van Brazilie, kan, schrijft de N. R. Crt.,
van het bewind niet seheiden. Dit is een ver-
schijnsel, dat zich in Zuid- en Mid'den-Ameri-
kaansche staten meer voordoet. Meestal loopt
dat uit op gewapen'den s'trijd tusschen den
President, die aan zijn zetel hecht en zijn aan-
gewezen tegencandiidaat. Wint de tegencandi-
daat het, dan is er voor de zooveelste maal een
revolutie geiweest, die door een z.g. normale
stemming gevolgd wordt om den overwinnaar
op wettige wijze in zijn ambt te bevestigen.
Wint de aftredende president het, dan spreekt
men van een staatsgreep, maar ook hij pleegt
eraan te hechten zich op wettige wijze weer
te laten verkiezen. Men kan zich zoo beroemde
dictaturen herinneren als van Gomez in Vene
zuela en van Diaz in Mexico, am maar twee
van de bekendsten te noemen, die het jaren-
lang hebben uitgebouden.
De heer Getulio Vargas is" eenigszins van
het gebruikelijke programma afgeweken. Hij
hesft de pericde van den verplichten hurger-
oorlog niet afgewach't, maar is met zijn staats-
greep de revolutie van zijn tegenstander voor
geweest.
Er is een tijd geweest, dat de reVoluties en
staatsgrepen in Midden- en Zuid-Amerika niet
van de lucht waren; men schonk er nauwe-
lijks aandacht aan. Thans is dat veranderd.
Hiervan is voor een deel natuurlijk de veel
snellere gemeensehap en berichtgeving van
onzen tijd de oorzaak, maar men zal toch wel
niet mistasten, wanneer men de voomaamste
oorzaak niet zoekt in het gemakkelij'ker mee-
leven met de gebeurtenissen in vreemde lan
den, maar wel in het gevoel van onrust, dat
op het oogenblik over de gansche wereld
heerscht. De belangstelling voor de gebeurte
nissen in Brazilie in de Ver. Staten is nog te
verklaren uit zakelijken grondslag, men be-
schouwt zich nu eenmaal nog altijd te Was-
Barbara niet te willen begrijpen. Ze vond het
het beste, dat haar kind den nietswaardigen
man uit voile overtuiging zou verachten en
daarvoor was de waarheid nobdig.
,,Ik geloof, dat het blad, waarin ik het las,
nog tusschen de andere kranten ligt; ik zal het
opzoeken en je laten zien. Maar eerst moet je
een kopje thee drinken en tot kalmte komen."
Ze streelde haar dochter. ,,Ga naar de keuken
en giet de thee op. Het water kookt al, ik
kom zoo."
Barbara zucht'te en toen bedacht ze opeens
dat het toch onverantwoordelijk was geweest,
haar ziekelijke moeder met haar leed lastig te
vallen.
Nauwelijks had zij de kamer verlaten of
haar moeder dedd zachtjes de commode open
en nam uit de schuiflade het krantentblad, dat
zij er voor enkele weken in had opgeborgen.
Toen ging zij er mee onder het licht staan om
nogmaals die verlovings-aankondiging te lezen
waarddor heel haar verleden plotse'ling weer
zoo smartelijk levend was geworden.
Ze las.
Ja, de verloofde van Maria Nermann heette
Staefan von Hornstein en daar die naam geen
alledaagsche was, zoo bestond er nie't den
minsten twijfel of de verloofde van Maria en
de man, die Barbara's hart de eerste groote
smart had bereid, was ddn en dezelfde per-
soon
Wat .sen ongelukkige spe'ling van het lot
was het, dat dezelfde man in het leven der
beide meisjes was verschenen, die elkaar niet
kenden en toch zusters waren. Zwart op wit
moest Barbara zien, hoe laag de man was, om
wien zij verdriet had. Verachting kon liefde
dooden zooals een nachtvorst nauw ontloken
bloesems.
Doch tegelijkertijd werd izij bang, dat die
man haar kind weder zou kunnen ontmoeten.
Allerlei plannen om Frankfort voor goed be
verlaten, dwarrelden door haar overspannen
brein. Maar Barbara zou wel nergens zoo'n
goede, prettige betrekking vinden als bij den
ouden professor dat was een zeer gewich-
tig punt.
Om haar moeder pleizier te doen, dronk
Barbara een kopje thee. Ze kon echter geen
stukje eten en daarom gingen zij spoedig
weer naar de kamer terug. Daar schoof de
moeder haar dochter de krant toe.
Barbara keek zwijgend naar de plaats, die
haar moeder haar met den vinger aanwees en
het was haar alsof de naam van den geliefde
in reusachtige letters voor haar oogen op het
papier groeide.
Als veriamd las zij telkens weer wat zij
reeds uit het hoofd had kunnen zeggen.
Een matelooze droefheid overstelpte haar en
zij dacht: Als die man, die mij kuste, een
ander liefheeft, dan kan ik niemand op de
'wereld meer veftrouwen.
Haar blik dwaalde weg naar de verte
over haar moeder en de burgerlijke meubel-
tjes en alles van haar omgeving heen en
zocht het beeld van een slanken, voornamen
man, wiens voorkomen even adellijk was als
zijn naam, en die desondanks toch .een leuge-
naar was.
Haar oogen brandden. Maar zij moest hem
niet veroordeelen als zij iets van hem zou hoo
ren, dat haar aan hem zou doen twijfelen. Zij
moest hem dan niet veroordeelen.
Maar hoe kon zij dat niet doen na zulk een
bewijis
De hemel moch't weten waarom hij zich met
Maria Nermann verloofde. Misschien was daar
een r den voor, die tevens een verontschuldi-
ging was. Stefan von Hornstein zag er niet
uit als iemand, die tot een gemeene daad in
staat was. Uit zijn oogen had altijd zooiets
hington als een voogd over alles, wat op het
Afnerikaansche contingent meer naar het Zui-
den is gelegen.
De groote belangstelling, die de staatsgreep
in Europa wekt, is echter een bedenkelijk ver-
schijnsel. Zij is een nieuw tolijk van het ver-
stoorde evenwicht op ons continent. Men heeft
het gevoel, dat dit evenwicht zoo labiel gewor
den is, dat het kleinste stootje het verstoren
kan ,en thans Wekt de Braziliaansche staats
greep de vrees, dat hiermee een nieuw strootje
zal worden gelegd op de reeds zwaar belaste
schaal van de fascistische bestuurde landen,
dat misschien net voldoende zal zijn om die
schaal den doorslag te geven. En, zoo rede-
neert men, als dit strootje niet voTdoende is,
zou het toch best kunnen gebeuren, dat andere
presidenten van Zuid-Amerikaansche staten
het voorheeld van Vargas navolgenswaard
zouden vinden en op hun beurt een paar
strootjes zouden komen aan'dragen, die dan
wel den doorslag konden geven.
Zoover is het met onze oude wereld al ,geko-
men, dat een volstrekt niet ongewoon ver-
schijnsel op het Zuid-Amerikaansche halfrond
hier de geeSten verontrust.
BENOEMD TOT DIJKGRAAF.
Bij Kon. besluit is benoemd met ingang van
17 December 1937 tot dijkgraaf van den
Noordpolder-bij-Neuzen, de heer W. Dekker
!Bzn. te Ter Neuzen.
M ACHINISTEN-DIPLOMA.
Voor het machinisten-dlploma B is geslaagd
de heer P. J. B. de Doelder te Ter Neuzen,
leerling van de De Ruyterschool te Vlissingen.
DISTRICTSARBEIDSBEURS VOOR
ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Ge'durenlde de maand October was het aan
tal ingeschreven werkzoekenden bij de organen
der arbeidsbemiddeling in Zeeuwsch-Viaande-
r.en als volgt:
Aardenburg Axel 26, Biervl'iet 8, Bres-
kens 4, Cad'zand Clinge 33, Eede
Graauw en Langendam 16, Groede Hoek 9,
Hontenisse 42, Hoofdplaat Hulst 58, Koe-
wacht Nieuwvliet Oostburg 9, Overslag
Philippine 6, Retranchement Sas van
Gent 2, Schoondijke St. Jansteen 12, St.
Kruis 2, Sluis 8, Vogelwaarde 19, Waterland-
kerkje Westdorpe 5, Uzendijke 1, Zaam-
slag 18, Zui'd'dorpe 3, Zuidzande Ter
Neuzen 442; totaal 723, w.o. 131 land-
arbeiders.
OMHOOGGEVAREN.
Het van Rotterdam op weg naar Sas van
Gent zrjnde motorschip Louise" is tijdens de
vaart op de Wester- Schelde op de plaat van
Baarland omhooggevaren en blijven zitten.
Later is het schip met behulp van de sleepboot
^Holland" vlotgetrokken, waama het zonder
schacle bekomen te hebben, de reis heeft
voortgezet.
STOOMSCHIP „FLORE".
Het van Antwerpen op weg naar Gent zijnde
Belgische stoomschip „Flore" is bij het binnen-
varen van de sluis tegen het motorschip
...Schelde" aangedreven, hetwelk hierdoor lich-
te averij bekwam. De Flore" die geen schade
had, is inmiddels van Gent naar Newport af-
gevaren.
BESMETTELUKE ZIEKTEN.
In de week van 31 Oct. tot en met 6 Nov.
kwamen in onze provincie zeven gevallen
van roodvonk voor, nl. een te Oost- en West-
Sou'burg en drie in ieder der gemeenten Veere
en Vrouwepolder.
GEVONDEN VOOR1VERPEN.
De Inspecteur van Politie te Ter Neuzen
maakt bekend, dat omtrent onderstaande ge-
moois en oprechts gelicht, dat haar gezegd
had hoe lief zij hem was. Zou dat nu ailemaal
leugen en bedrog geweest zijn Neen, duizend-
maal neen, zij weigerde met heel haar wezen
het te gelooven.
..Laat niet 6en traan om hem", zei de moe
der, ,,hij is en ploert omdat hij je liefde voor
hem heeft doen opvatten, terwijl hij al weken
lang geengageerd was met een ander. Een
rijk meisje, waarmee hij gaat trouwen."
„Is dat jneisje rijk?" vroeg Barbara weife-
lend. Waarom moest moeder haar het geloof
in dien man ontnemen?
,,Ja ik lees om mij wat te 'verstrooien
altijd de familieberi.chtn in de krant, en soms
vraag ik dan de werkvrouw wie die of die is.
Vrouw Kunzel weet zoowat alles wat in
Frankfort te koop is en al wist zij niet veel
van de Normanns, die haar persoonlijk niet
bekend waren, zij wist toch wel dat die juf
frouw Maria Nermann een zeer goede partij
was."
Barbara zuchtte ingehouden. Hoe moest zij
haar geloof op zoo onzekeren bodem grond-
vesten.
„Vergeet hem, kind", vervolgde de vrouw,
trok Barbara's jxoofdje naar haar toe en
drukte een kus op haar voorhoofd.
,,Als dat maar niet zoo verschrikkelijk
moeilijk was!" snikte het meisje.
Haar moeders mond vertrok zich tot een
harden, wereldwijzen lach.
..AanVankelijk lijkt het heel wat zwaar en
onmogelijk en men komt er toch overbeen."
Hard klonken die woorden in de diepe stilte
van de kamer, waarin alleen de gasbrander
snorde en de ouderwetsche klok zoo zwaar-
moedig tikte, dat het was als wilde ze de
woorden onderstreepen.
(Wordt vervolgd.)