ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Hevige SNUWOND IN DEN VINGER KLOOSTERBALSEM! Om een kind. No. 9643 tweede blad VRIJDAG 13 AUGUSTUS 1937 77e Jaargang Binnenland Feuilleton BLOEDT VERSCHRIKKELDK Verband met KLOOSTERBALSEM geneest de wond in 24 uur „Geen goud zoo goed" EEN NIEUWE TEEEFOONKABEL VAN GOES NAAR ROOSENDAAL. minr .-.Tjr*t~ir ---r~""w VO^irAiSwj.i Jiiv« TER NEUZENSCHE COURANT TWEEDE KAMER. De vernieuwing van de vloot van de S toornvaa rt - >1 ijZeeland. Aan het voorloopige verslag over de wets- ontwerpen tot wij'ziiging en verhooging van de begrooting van uitgaven van bet Verkeers- fonds voor het dienstjaar 1937 (deetneminig in preferent kapitaal der N.V. Stoomvaart- maatschappij Zeeland, bevordering van ver nieuwing van de vloot) is het volgende ont- leend: Algemeen juichte men het streven van de regeering toe om de N.V. Stoomvaartmaat- schappij Zeeland door middel van geldelijken steun in staat te stellen haar vloot te moder- niseeren. Men erkende, dat hierdoor een lands- belang tevens een voornaam Zeeuwsch belang wordt gediend. Inderdaad heeft deze maatschappij wel eenige aanspraak op steun van het rijk, gezien de omstandigheid, dat zij gedurende den wereldoorlog op uit- drukkelij/k verlangen van de regeering zoo- lang mogelijk haar dienst op Engeland te blijven volhouden, wat haar op belangrijke verliezen aan schepen en geld te staan kwam. Van versohillende zijden sprak men de stel- lige hoop uit, dat de nietrwe schepen in Nederland zullen worden gebouwd, indien althans de kosten daardoor ni'et belangrijk hooger zullen worden. Over het algemeen aohtte men het onjuist, dat de steun ten laste van het verkeersfonds komt. De thans voorgestelde maatregel zou het inslaan van een nieuwe richting beteekenen, waarin zeer vele leden niet zouden willen mee- gaan. Iedere nieuwe last op dit fonds toch zal tot gevolg hebben, dat minder voortvarend aan de outillage van het wegverkeer en aan de coordinatie van het verkeer wordt gewerkt en dat de vermindering van de te zware lasten, die op het wegverkeer drukken, naar een ver der verschiet wordt opgeschoven. In dit verband wezen eenige leden er op, dat hier eens te meer blijlkt, dat steeds meer misbruik van bestemmingsheffingen wordt gemaakt. Het Werkloosheidssubsidiefonds en het Verkeersfonds zijn daarvan sprekende voorbeelden. Op grond van deze beschouwingen gaven vele leden in overweging het ontwerp in te trekken en het ten spoedigste te vervangen door een voorstel tot financiering op andere wijze, zonder dat dit aanleiding zou geven tot vertraging. Eenige andere leden, evenzeer "tegenstanders van het denkbeeld om voor dit doel uit het Verkeersfonds te putten, vreesden, dat het in- dienen van een nieuw ontwerp van wet ter vervanging van het eerste tot aanzienlijke vertraging zou leiden. Daarom wilden zij zich ditmaal neerleggen bij een wijze van financie ring, die zij in beginsel verkeerd achtten. Sommige leden betreurden het, dat de re geering in de jaren van groote inzinking in de zeeseheepvaart niet in ruimere mate den bouw van nieuwe zeeschepen heeft bevorderd waardoor de werkloosheid in een tijd van lage bouwkosten had kunnen zijn bestreden. Andere leden meenden daarentegen, dat het in de laatste jaren aan steun voor de zee scheepvaart niet heeft ontbroken. Eenige leden vestigden er de aandacht op, dat de Zeeland deel uit maakt van een grooter concern. Zij wenschen te vernemen welke waarborgen zij verkregen, dat de hulp aan de Zeeland niet ten goede zal komen aan andere belangen van dat concern en in hoeverre de regeering op de exploitatie invloed heeft. Gevraagd werd of de positie van de regee- ringscommissaris bij de Zeeland na aanneming van dit wetsontwerp, eenige wijziging zal ondergaan. Eenige leden bepleiten verster- king van den invloed van de regeering op de samenstelling van de directie alsmede toeken- ning van ruime bevoegdheden van den regeeringscommissaris. Naar enkele leden meenden te weten, zullen de nieuwe dagbooten een maximum snelheid van 22 knoopen kunnen ontwikkelen, terwijl de in de vaart zijnde oude nachtbooten maxi- maal 21 knoopen loopen. Gevraagd werd, of ROMAN VAN NORBERT GARAJ. (Nadruk verboden.) 28) Vervolg. ,,Zie je, Brownell", zegt Kaynes tot zijn collega, die zich den tijd doodt door uit een dun plankje sierlijke dennenboompjes te zagen, ,,het vervelende van de heele zaak is, dat een mensch voortdurend zit te piekeren en tenslotte geen streep verder komt. Die Gordon..." Hij valt zichzelf in de rede. „Wat is er, Brownell De aangesprokene heeft plank en figuur- zaag op zij gelegd en staart verbaasd door het kleine venster. ,,Bij onze buren is het plotseling zoo stil geworden. Wat is daar aan de hand?" Beide mannen haasten zich naar buiten. Danny's weekend-huisje is gesloten; de sleutel bevindt zich niet in het slot. Kitty Devine, de kleine Maud en Pan, de dog, zijn plotseling als van den aardbodem verdwenen. De diepe stilte van het bosch hangt rond het drietal, dat langzaam over het zachte mos en de verwelkte bladeren voortstapt. ,,Pek, pek, pek", roept Maud, terwijl zij blijft staan bij een beuk, in welks kroon een specht bezig is zich een maaltijd te verzame- len. ,,Pek, pek, pek". Kitty, zwaar beladen met een volgepakte rugzak, legt vermanend den vinger op den mond. ,,Ssst, niet zoo hard! Anders hooren ze je. En dan komen ze je halen." iZij leidt het kind naar een boomstronk. ,,Ziezoo, ga hier nu maar even zitten. Straks gaan we rijden." Ze tuurt tusschen de boomen door naar den rijweg. Over een paar minuten moet de auto bus naar Donden langs komen. Kitty is na rijpelijk overleg tot het besluit gekomen met Maud te vluchten. Zij is van plan najar haar ouders in Schotland te gaan. Het zal wel eenige dagen duren voor men haar en het kind op het spoor is en intusschen zal de poli tic dan alles gealarmeerd hebben. De kranten zullen hun lezers sensationeele berichten voor- zetten en het groote publiek zal zich voor de kleine Maud Gordon gaan interesseeren. Kitty weet zeer wel, dat zij zich strafbaar maakt door deze ontvoering, maar zij wenscht niets liever dan in het openbaar voor de recht- bank met overtuigende eloquentie de motieven naar voren te brengen, welke haar aanleiding hebben gegeven het kind niet aan den pleeg- vader uit te leVeren. Zij hoort de autobus aankomen, neemt Maud bij de hand en begeeft zich naar den weg. Gelaten sjokt „Mister Pan" achter hen aan. „Ga terug, Pan", commandeert Kitty. ,,Vooruit! Zoek den baas. Allons! Versta je me niet?" Maar Pan kijkt slechts naar haar op, houdt den kop wat scheef, alsof hij aandachtig luis- tert en verroert zich niet. En als Kitty hem, zich opwindend, aansnauwt, gaat hij er ge- moedelijk bij zitten en reikt haar zijn rechter- voorpoot. ,,Pan kan toch meegaan", meent Maud. ,,Laat hem toch meekomen, mafhma!" ,,Dat gaat niet, Maud. Pan is te groot. Hij mag niet in de autobus". iDe wagen is intaiddels naderbij gekomen en stopt. Kitty 'tilt Maud op de treeplank. De dog verliest het tweetal geen seconde uit het oog. Plotseling klinkt een kort fluitsignaal. Pan spitst de ooren en blafb twee maal kort ach- tereen. Kitty springt op de autobus, de con- ducteur geeft het sein tot vertrek en de wagen rijdt weg. nuira* Een oogenblik staart de hond hem veibaasd na, maar dan rent hij..met groote sprongen achter de autobus aan. Nog eenige malen klinkt het fluitje. Tel- kens blijft Pan even staan, omkijkend en in tweestrijd of hij aan'het signaal gevolg zal geven, maar bet- slot ia- steeds, dat hij op- nieuw de autobus tracht-in te halen. iBn reeds ziet Kitty, bqt.haar niet geringe ontsteltenis rechercheur Brownell opduiken. Over het boschpad, dat van de rivier naar den rijweg leidt, komt hij aanfietsen, in steeds sneller tempo, eveneens achter de autobus aan. Om zes uur wilde Nicolle haar vader in diens pension bezoeken, maar op de klok aan het station is het reeds over acht, als zij einde" lijk aan dit voomemen gevolg geeft. De onverdragelijke spanning, waaraan zij nu reeds bijna den geheelen dag ten prooi is, die de uiterste concentratie van haar vergde en haar zenuwen geen oogenblik rust liet, heeft nu plaats gemaakt voor een zeldzamen toestand van verdooving. De man, dien zij vandaag voor het eerst ontmoette, heeft haar zoodanig uit haar gewone doen gebracht, dat haar gedachten steeds weer naar hem terug- keeren. Zij ziet zichzelf weer op de ronde bank in het park zitten naast Qoverley, wiens harts- tochtelijke welbespraaktheid haar in vuur en vlam heeft gezet. Hij spot nu niet meer, maar luistert zwij- gend. In zijn lichte, tintelende oogen, waarin I geen spoor van valschheid of onbetrouwbaar- i heid te ontdekken is, ligt een peinzende uit- drukking, die haar treft en omtroert.. 'Hij wil iets van Maud hooren. Terwijl zij vertelt, dringt het wonderlijke van de situa- tie voor het eerst tot haar door. Zij is er zelf i veibaasd over. Een plotseling in haar ont- waakt gevoel van verbondenheid met dezen man beinvloedt haar denken en voelen zoo sterk, dat het haar lijkt of het bevel tot aan- overgelegd. De tot een door den Minister goedgekeurde soort behoorende achterlichten zullen voorzien moeten zijn van een merk, be- staande uit het woord rijkskeur, alsmede een door den Minister van Waterstaat op te geven volgnummer, een en ander aan te brengen op een nader aan te geven wijze. i Keuringseischen van koplantaarns en gloeilampen voor motorrijtuigen. j De Minister van Waterstaat heeft voor kop- j lantaams van motorrijtuigen de volgende j keuringseischen vastgesteld. Op een hoofdonderdeel van de lantaarns moeten zijn aangebrachteen in Nederland ingeschreven fabrieks- of handelsmerk, en een aanduiding van het type, indien meer dan een type van hetzelfde fabrieks- of handelsmerk wordt voorzien. De lantaarns moeten zoodanig zijn inge- richt, dat in een schakeling van de op de nominale spanning brandende bijibehoorende gloeilamp een niet verblindende, doch voldoen- de wegverlichting wordt verkregen. Het meten van de sterkte van de verlich- ting, welke geen verblinding mag veroor- zaken, geschiedt op een vlak van 450 c.M. breedte en 90 c.M. hoogte, verticaal geplaatst op den grond. Het vlak moet door twee horizontale lijnen zijn verdeeld in drie vakken, welke van boven naar beneden zijn gemerkt met HI, n en I. De hoogte van vak ni moet 22,5 c.M., die van vak II 45 c.M. en die van vak I 22.5 c.M. bedragen. Vak I moet door verticale lijnen met een onderlingen afstand van 22.5 c.M. zijn verdeeld in vierkanten. De te meten lantaam wordt geplaatst op een afstand van 25 meter recht v6or het vlak. De hoogte van het mid den van de lantaarn moet 90 c.M. boven den grond bedragen, waarbij de as van het optisch systeem horizontaal moet liggen. Indien de sterkte der verlichting op elke willekeurige plaats in vak H ten hoogste 0.7 lux bedraagt, wordt geacht, dat de lantaarn geen verblinding zal veroorzaken. De gemiddelde sterkte der verlichting moet hierbij in elk der vierkanten van vak I ten minste 2 lux bedragen. Tevens moet de sterkte van de verlichting in elk van de vierkanten, van de buitenste vakken naar het midden toe, gelijkmatig groo ter worden zonder dat zich daarbij groote sprongen in de sterkte der verlichting voor- doen. Onder de as van een optisch systeem wordt verstaan de hoofdrichting, waarin het licht wordt uitgestraald in de verblindende schakeling van de lantaam. Op de gloeilampen moeten zijn aangebracht een in Nederland ingeschreven fabrieks- of handelsmerk, de nominale spanning in volt, en een aanduiding van het type, indien meer dan een type van hetzelfde fabrieks- of handels merk wordt voorzien. De Minister van Waterstaat zal tot weder- opzegging die soorten van koplantaarns en gloeilampen, ten aanzien, waarvan een ver- klaring van de N.V. tot keuring van electro- technische materialen te Arnhem, inhoudende, dat de soort aan de eischen voldoet, wordt overgelegd, goedkeuren. De gloeilampen, behoorende tot een door den Minister goedgekeurde soort, moeten voorzien zijn van een merk, bestaande uit het woord rijkskeur, alsmede een door den Minister van Waterstaat op te geven volgnummer. DE VERLAGING VAN HET BRIEFPORT. Het publiek toont zich erkentelijk voor de invoering van het stuiversport. In een interview dat de „Telegraaf" had r met Ir. Damme, directeur-generaal van het P.T.T.-ibedrijf, verklaarde deze, dat tal- looze brieven door het bedrijf ontvangen, ge- tuigen van de erkentelijikheid van het publiek met de voorgenomen verlaging van het brief- port. Vele bedrijven aldus de heer Damme hebben ook thans nog met groote moeilijk- heden te kampen; de vaste lasten moeten lager worden, het budget moet sluiten; nu zijn er eenige posten, waarbij handel en in- dustrie afhankelijk zijn van een monopolie- bedrijf. Aan hetgeen zij voor de diensten van zulk een instelling moeten betalen, kunnen zij zelf niet tornen. Dus moet dit bedrijf er voor mAls moeder van een groot gezin, had ik het ongeluk mij bij't brood snijder. een flinke jaap in den wijsvinger te geven. Het bloedde verschrikkelijk. Een van mijn kinderen bracht dadelijk den Kloosterbalsem, die in mijn huisgezin met kinderen telkens van pas komt. Na een doekje met dezen geneeskrach- tigen balsem op mijn vinger te hebben gedaan, hield het bloeden dadelijk op en de hevige wond was tot mijn ver- bazing in 24 uur geheel geheeld en totaal genezen." B D te Gr A K SCFR'S OIIIOINEEL TER INZAGE Onovertroffen by brand-en snijwondeia Ook ongeevenaard als wrijfmiddel by Rheumatiek, spit en pynlyke spieren Schroefdoos 35 ct. Potten: 62'/j ct en f 1.04 (Ingez Med.) zorgen, dat de bedragen, welke het vraagt, niet hooger zijn dan onder de bestaande om- standigheden strikt noodig is. De post „toriefport" zal op de onkostenre- kening der meeste Nederlandsche bedrijven wel niet tot de hoogste hebben behoord, maar wij achtten de reduceering er van toch een zeer ibelangrijke bijdrage tot het algemeen streven naar kostenverlaging. iSterker wellicht dan welk ander Staats- orgaan ook, is het P.T.T.-bedrijf verbonden met handel, nijverheid en verkeer. Legt het aan het particuliere initiatief te zware lasten op, dan moet het daarvan ten slotte zelf den weerslag ondervinden. Bevordert het daar entegen 't economisch leven door lage tarie- ven, dan vloeien het bedrijf vanzelf in toe- nemende mate de krachten toe, die het voor zijn bloei noodig heeft. Portoverlaging moge daarom aanvankelijk een groot bedrag vergen, wij verkrijgen daar door de grootst mogelijke kans op ruimen afzet, want we helpen de bestaansvoorwaarden van het economisch leven een beetje gunsti- ger maken. De invoering van het stuiverstarief is echter ook door het gewone publiek met groote in- stemminng begroet. Ir. Damme acht dit een feit van groote beteekenis, want, zoo zegt hij, een der prettige kanten van de porto verlaging is, dat zij tegemoet komit aan de behoeften, die bemiddelden en onbemiddelden in ongeveer dezelfde mate hebben. Het monopolie wordt aldus toegepast op een ■wijze, die met alle belangen rekening houdt en zooveel mogelijk wenschen be- vredigt. Dat tariefsverlaging ook voor P. T. T. zelf nuttig is, hebben de vorige reducties al aan- getoond. Hoe meer nut het publiek van onze diensten heeft, hoe nuttiger dit is voor het bedrijf. De ,,post" komt daardoor steviger te wortelen in de publieke belangstelling. De animo om be correspondeeren wordt grooter, naarmate men weet: ,,een brief is goedkoop, ik kan dus wel wat meer schrijven". Zoo stijgt de omzet. Van tarieftechnisch standpunt was de ver laging onvermijdelijk, na de vermindering van het locale porto. Daarop is trouwens bij- zonder gunstig gereageerd. Dit maakte een aanpassing noodzakelijk. De porto voor briefkaarten is, zoo geeft Ir. Damme toe, iets aan den hoogen kant gebleven. ,We durfden het niet aan, hierin verder te gaan. Boven dien geven de meeste dit juist is, en zoo ja, of de snelheid van de nieuwe booten dan wel groot genoeg is, mede met het oog op de concurrentie met het lucht- verkeer en met de gemodemiseerde vloten van de lijnen op Oostende en Hoek van Hol land. OVERDRACHT VAN HET PRINSELIJK JAOHT. De radio-reportage. Op Zaterdag 28 Augustus a.s. zal de offi- cieele overdracht plaats hebben van het natio- nale huwelijksgeschemk aan het Prinselijke paar. Van deze plechtigheid zal door de K.R.O. 'n ooggetuigeverslag worden uitgezonden aan iboord van de Piet Heyn, die zich tijdens de overdracht op het LIsselmeer zal bevinden tusschen Muiden en het Buiten-IJ. Door mid- del van de radiozendinstallatie, welke tot de uitrusting van het schip behoort, zal het mogelijk zijn om het verslag uit de zenden, dat dan weer aan de kust wordt opgevangen en naar Hilversum wordt doorgegeven. Van daaruit vindt de reportage haar weg naar den zender, zoodat geheel Nederland getuige kan zijn van de overdracht van het jacht. De toe- spraak, waarmede deze plechtigheid zal ge- schieden, zal eveneens worden uitgezonden en in aansluiting daarop nog de reportage van de groote vlootschouw, welke op het Buiten- LJ wordt gehouden en tevens een welkom op groote schaal beoogt te zijn voor het Prinse lijke paar, dat bij aankomst het jacht reeds in bezit zal hebben'genomen. Binnen afzienbaren tijd wordt een aanvang gemaakt met het leggen van een nieuwen interdistricts hoogfrequent telefoonkabel van Goes naar Roosendaal, die in Zuid-Beveland grootendeels langs den nieuwen rijksweg en langs de kommen der gemeenten Kloetinge, Kapelle-Biezelinge, Schore, Kruiningen, Krab- bendijke en Rilland-Bath aangebracht zal worden. DE GRONDWETSHERZIENING. De commissie van rapporteurs uit de Tweede Kamer voor de wetsontwerpen tot verande- ring in de Grondwet is, na kennis genomen te hebben van de memorie van antwoord op het voorloopige verslag over deze wetsont werpen, van oordeel, dat door deze gewisselde schrifturen de openbare beraadslaging over de voorstellen genoegzaam is voorbereid. ONEERVOL ONT1SEAG AAN RESERVE-LUITENANT AALDERS. De reserve eerste luitenant vlieger G. H. Aalders heeft van den commandant van de Luchtvaartafdeeling Soesterberg, luitenant- kolonel van (Heijst, mededeeling ontvangen, dat op verzoek van den minister van. Defen- sie een raad van onderzoek zal worden inge- steld. Deze Raad zal hebben na te gaan, in hoeverre „het zedelijk wangedrag" van den heer Aalders aanleiding kan geven tot niet- eervol ontslag uit den militairen dienst. De heer Aalders heeft hierop, naar het Volksblad vemeemt, geantwoord, dat hij de resultaten van dit onderzoek met belangstel ling afwacht, doch zich niet wenscht te ver- binden tot geheimhouding van schriftelijke of mondelinge mededeelingen, die hem met be- trekking tot deze kwestie bereiken. Voorts heeft hij den heer Van Heijst verzocht, ge- hoord te worden alvorens de Raad van onder zoek zijn werkzaamheden begint en de tegen hem ingebrachte beschuldigingen te mogen vernemen. Op dit laatste verzoek is nog niet geantwoord. Uit de omstandigheid, dat de raad van onderzoek die volgens de krijgstuchtelrjke regelen door den bevelhebber van de betref- fende militaire afdeeling zal worden samen- gesteld niet te oordeelen zal hebben over de feiten, waarvoor de heer Aalders in Duitschland is vastgehouden en vervolgd, kan worden afgeleid, dat hier uitsluitend particu liere aangelegenheden zullen worden onder- zocht. Naar men zich zal herinneren, is reserve- luitenant Aalders destijds in Duitschland ge- vangen genomen door de Gestapo. Na maan- den opgesloten te zijn ge.weest en emstige mis- handelingen te hebben moeten ondergaan, is res.-luitenant Aalders eenige maanden geleden in vrijheid gesteld en over de grens geleid. ARBEIDSCONTRACTANTEN BIJ DE P. T. T. Mevrouw BakkerNort heeft aan den minister van Binnenlandsche Zaken gevraagd: Is het juist, dat bij het hoofdbestuur der Posterijen, Telegrafie en Telefonie het voor- nemen bestaat binnenkort voor de arbeids- contractanten den vrijen Zaterdagmiddag, die onlangs ook voor dit deel van het personeel is ingevoerd, weer in te trekken? Indien dit zoo is, zou de minister dan de reden daarvoor willen meedeelen? RIJKSSALARISSEN EN LOONEN. Maandag j.l. verleende de minister van Binnenlandsche Zaken aan de heeren F. Per- dak Hzn. en H. Steketee, voorzitter en secre- taris van de Centrale van rijkspersoneel, een audientie betreffende de noodzakelrjke ver- betering in de salarissen en loonen voor het rijkspersoneel. Het onderhoud werd mede bij- gewoond door den heer Ir. M. H. Damme, den directeur-generaal van -het P.T.T.-bedrijf, voorzitter van de centrale commissie voor ge- organiseerd overleg. Bepleit werd herstel), van het Rijksbezoldi- gingsbesluit 1934. Dit herstel houdt in „Intrekking van het 5 pet. kortingsbesluit 1936" en van de 4e klasse standplaatsen voor ambtenaren op maand- en weekloon, welke op 1 Juli 1936 van kracht werd. Verder werd aangedrongen orn in het aldus gewijzigde bezoldigingsbesluit een tijdelijke bepaling, een zgn. devaluatieclausule op te nemen, waarbij bepaald wordt, dat de salaris sen en loonen voor het geheele rijkspersoneel op gezette tijden zullen worden aangepast bij het stijgende indexcijfer voor levensonderhoud. DE CONTROLE OP VERLICHTING VAN RIJWIELEN EN MOTORRIJTUIGEN. De keuringseischen voor rijwiel- achterlichten. De Minister van Waterstaat heeft voor rijwiel achterlichten met reflector thans de keuringseischen vastgesteld. Van deze eischen noemsn wij de volgende: Op het huis van achterlichten moeten zijn aangebracht een in Nederland ingeschreven fabrieks -of handelsmerk, en een aanduiding van het type, indien meer dan een type van het zelfde fabrieks- of handelsmerk wordt voorzien. Opschriften en aanduidingen moe ten duurzaam en ook wanneer het achterlicht geheel gemonteerd is, goed leesbaar zijn. Achterlichten moeten zoo zijn samengesteld, dat een goede werking verzekerd is en blijft en mogen ten aanzien van de constructie of de uitvoering- 'geen emstige aanwijsbare ge- breken vertoonen. Het glas of ander lichtdoorlatend gedeelte moet vast zijn verbonden met: den spiegel, indien een dergelijk onderdeel aanwezig is; het huis van het achterlicht, indien geen spiegel aanwezig is. Achterlichten moeten zoodanig zijn inge- richt, dat zij op het witte gedeelte van het achterspatbord en niet hooger dan 0.60 M. boven het wegdek gemakkelijk dusdanig kun nen worden bevestigd, dat de optische as van het achterlicht horizontaal en evenwijdig aan het vlak van het achterwiel is. Zij moeten druipwaterdicht zijn. De kleur van het lichtdoorlatende gedeelte van de achterlichten moet rood zijn. Alle onderdeelen van het optische systeem moeten van niet roestend materiaal zijn ver- vaardigd. Verdere onderdeelen moeten, indien zij uit roestend materiaal bestaan, deugdelijk tegen roesten gevrijwaard zijn. De Minister van Waterstaat zal tot weder- opzegging die soorten van achterlichten goed keuren, ten aanzien waarvan een verklaring van de N.V. tot keuring van electrotechnische materialen te Arnhem, inhoudende, dat de soort aan de genoemde eischen voldoet, wordt houding, dat hem door de wereld jaagt, ook haar geldt. Zij beseft, dat hij de liefde voor zijn kind ook op haar begint over te dragen. Een tot dusver ongekend gevoel van geluk doorstroomt haar en kondigt zich aan als een voorbode van een stralende toekomst. En dan staat ze naast hem op het perron. De trein rijdt binnen. Hij neemt haar hand en drukt die stevig. „Tot ziens, miss Osbom", zegt hij en lachend laat hij er op volgen: „Vannacht zult u wel niet rustig slapen. Ik heb u gewaar- schuwd. 't Is altijd onverstandig zijn hand in een wespennest te steken!" Coupddeuren worden dicht geslagen; de chef geeft het sein tot vertrek. Zij buigt zich buiten het raampje. Cover- ley wuift haar hartelijk na. Zij kan een ge voel van vrees niet onderdrukken. Wie weet, hoe dat alles nog zal afloopen. Misschien ziet ze hem nooit meer terug. „Zoo meisje, we dachten, dat je niet meer kwam", zegt Danny verwijtend. „Sinds zes uur zitten we hier op je te wachten. Waarom bel je niet even op, als je niet op tijd kunt zijn? Waar ben je geweest?" Nicolle geeft niet direct antwoord op al deze vragen. In een poging haar onzekerheid te overwinnen, wendt zij zich tot haar vader: ,,0, wat hebt u weer zitten dampen". Haastig opent zij het raam. Als zij zich omdraait, blijft zij van schrik als aan den grond genageld staan. Op den kleinen tafel ontwaart zij, uitgespreid en netjes glad gestreken, het bevel tot aanhouding met het daarin vervatte signalement van Ooverley. „Danny heeft mij stapelgek gemaakt", zegt de oude heer met een bezorgd gezicht. ,,Bekijk die foto daar eens. Acht jij het mogelijk, dat mr. Mitchell en die Coverley een en dezelfde persoon zijn?" Nicolle treedt op den tafel toe. Het hart klopt haar in de keel, maar zij slaagt erin op haar gelaat een ongeloovig glimlachje te voor- schijn te roepen. Zij doet, alsof zij de foto naast het signalement nauwkeurig bekijkt. ,,Maar Danny"', zegt ze schouderophalend, „wat is dat nu voor onzin. Mr. Mitchell ver- toont toch niet de minste gelijkenis met dien man hier!" ,,Zie je wel!", antwoordt mr. Osborn met een zucht van verlichting. ,,Als je lang naar zoo'n foto kijkt, word je op een dwaalspoor gebracht. Op het laatst zou ik hebben kunnen zweeren, dat..." „"t Lijkt wel, of jullie bezig zijn je voor detective te bekwamen. Straks tuft Danny nog op zijn motor naar Amsterdam om den ge- zochten millioenendief te vangen. Maak je toch niet belaehelijk, Danny!" Door haar spot aan het wijfelen gebracht, merkt Danny aarzelend op, dat het toch in ieder geval hun plicht is zelfs bij het gering- ste vermoeden de politie van een en ander in kennis te stellen, maar Nicolle wil daar niet van weten. Het gelukt haar tenslotte het ge- sprek een andere wending te geven, wanneer zij meedeelt, een oude vriendin te hebben ont- moet, die zich als beeldhouwster te Londen heeft gevestigd en haar voor een bezoek aan haar atelier heeft meegetroond. Dit herinnert Danny er aan, dat hrj een veel belangrijker nieuwtje heeft mee te dee- len. Hij staat op en plant zich in zijn voile lengte voor Nicolle. ,,Zal i k je eens wat vertellen? Ik heb nu een zaakje aan de hand, waar je van zult opkijken. lien sensatie. Over 'n maand loopt meneer de directeur-generaal de deur bij me plat." Em dan onthult Danny zijn wereldschokkend nieuwtjte, beginnend met het verslag van zijn onderhoud met Fred Bigs. Als zij diens naam hoort, kan Nicolle de rest wel raden. Coverley heeft haar immers gezegd, dat hij hen alien rijk wil maken, z6<5 rijk, dat zij zich voor de toekomst niet meer bezorgd behoeven te maken. Als tegenprestatie verlangde hij slechts, dat zij voor zijn kind zou zorgen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1937 | | pagina 5