Ter Neuzensche Courant Woensdag 21 Juli 1937 No. 9633 TWEEDE BLAD GEMEEN TERAAD VAN TER NEUZEN. VAN Vergadering van Donderdag 15 Juli 1937, des namiddags 2 uur. Voorzitter de heer Mr. P. H. W. F. Telle- gen, burgemeester. Tegenwoordig de leden L. J. Geelhoedt, D. Scbeele, C. A. Verlinde, N. J. C. Lambrecht; sen van Ritthem, J. Riemens, D. E. de Kraker, J. Duurinck, E. L. van Hecije, H. J. Oolsen, L. J. van Driel, J. N. 't\Gilde, A. de Bruijn en P. van Cadsand. Afwezig de beeren M. de Vos en J. den Hamer, de laatste met kennisgeving. De VOORZITTER opent de vergadering en stelt aan de orde: 1. Vaststellen notulen. Wordt voorgesteld, de notulen der vergade ring van 22 April 1937 vast te stellen, zooals deze in druk zijn verschenen. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. 2. Ingekomen stukken. a. Het raadsbesluit van 22 April 1937, tot wijziging der gemeentebegrooting voor 1936, voorzien van het bewijs der goedkeuring door Gedeputeerde Staten. Aangenomen voor kennisgeving. b. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot wijziging der gemeentebegrooting; voor 1936, voorzien van het bewijs der goedkeuring door Gedeputeerde Staten. Aangenomen voor kennisgeving. c. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot wij ziging der begrooting van het Woningbedrijf voor 1936, voorzien van het bewijs der goed keuring door Gedeputeerde Staten. Aangenomen voor kennisgeving. d. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot het aangaan eener geldleening ad 11.900, voorzien van het bewijs der goedkeuring door Gedeputeerde Staten. Aangenomen voor kennisgeving. e. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot het aangaan eener geldleening ad 45.100, voor zien van het bewijs der goedkeuring door Gedeputeerde Staten. Aangenomen voor kennisgeving. f. Het proces-verbaal van de op 22 Juni 1937 ten kantore van den gemeente-ontvanger gehouden opneming der boeken en kas, waarbij is gebleken, dat het batig slot van den dienst 1935 blijkens de ingeleverde rekening bedraagt voor den gewonen dienst 34.231,07 en van den kapitaaldienst f 19.257,87, dat de inkomsten van den dienst 1937 tot op heden bedroegen 170.379,24 en die over den dienst 1936 596.621,87, te zamen 820.490,05, dat de uit- gaven van den dienst 1937 tot op heden hebben bedragen 207.064, en die over den dienst 1936 643.779,02, te zamen 850.843,88, zoodat in kas moest zijn 30.353,83, hetgeen overeenkomt met het totaal der in kas zijnde en in het proces-verbaal omschreven waarden. Aangenomen voor kennisgeving. g. De rekening der Commissie tot wering van schoolverzuim in de kom over 1936. De ontvangsten hebben bedragen 282,25, de uit- gaven 228, goed slot 54,25. Burgemeester en Wethouders stellen voor deze rekening goed te keuren. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. h. De rekening der Commissie tot wering van schoolverzuim te Sluiskil over 1936. De ontvangsten hebben bedragen 51,88, de uit- gaven f 46,48, goed slot 6,40. Burgemeester en Wethouders stellen voor deze rekening goed te keuren. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. i. De rekening der brandweer over 1936. De ontvangsten hebben bedragen 1673,30, de uitgaven 1946,26, zoodat het nadeelig ver- schil bedraagt 272,95. Burgemeester en Wethouders stellen voor, deze rekening goed te keuren. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. j. Een adres van het Best uur der Vereeni- ging ,,Zusters van het Allerh. Hart van Jezus" te Moerdijk, zijnde het Bestuur der R. K. Ver- pleging CZiekenhuis) te Sluiskil (gemeente Ter Neuzen) waarin dit zij zich tot den Raad wendt met het verzoek voor het jaar 1937, ten behoeve van genoemd Ziekenhuis, in aanmer- king te mogen komen voor een subsidie uit de gemeentekas van lOOfl gulden. Het bestuur meent dit verzoek om verhoog- de subsidie wel te mogen indienen, in verband met de hooge kosten, die de verbouwing en uitbreiding van het Ziekenhuis te Sluiskil voor het Bestuur heeft meegebracht, welke uitbrei ding toch, naar de meening van het Bestuur, op de eerste plaats ten goede komt aan de bewoners van Sluiskil en omstreken. Burgemeester en Wethouders stellen voor het verzoek af te wijzen. De heer OOLSEN had verwacht, dat Burge meester en Wethouders dit verzoek zouden hebben verwezen naar de begrooting voor 1938. Hij zou in die richting een voorstel willen doen, aangezien hij geen kans ziet vandaag nog een voorstel om het gevraagde bedrag nog in de begrooting voor 1937 op te nemen met gunstig gevolg in behandeling te krijgen. Burgemees ter en Wethouders hebben deze kwestie mis- schien niet zoo bestudeerd, doch spreker heeft getracht zich eenigszins op de hoogte te stel len en nadat hij prospeetussen heeft gezien van dergelijke inrichtingen te Tilburg, Breda, Bergen op Zoom e.a. wil hij voorstellen dat vddr de behandeling der gemeentebegrooting voor 1938 een commissie uit den raad zal wor- den benoemd, om deze zaak te onderzoeken. Hij heeft voor vergelijking gezocht naar plaatsen van gelijken omvang of kleiner dan Ter Neuzen, maar heeft die niet kunnen vin- den. Wel bezit hij inlichtingen van grootere plaatsen en die subsidieeren de ziekenhuizen naar evenredigheid van het aantal bedden. Spreker wil in het licht stellen, dat het ge- bouw dat daar te Sluiskil is verrezen noodig was. Het vorige was te klein. Ieder die met de exploitatie van ziekenhuizen bekend is weet, dat deze uit de ontvangsten wegens het opnemen van zieken niet kunnen rendeeren, en dat deze op andere wijze gesteund moeten worden. Het is niet de bedoeling van spreker, om vandaag een grooten boom te gaan op- zetten om de subsidiekwestie te gaan bespre- ken, maar hij zou wenschen, dat men bij de be handeling der begrooting over de daarvoor noodige gegevens zou kunnen besehikken. Hij wil thans geen som noemen. Het bedrag dat thans aan het ziekenhuis van Sluiskil wordt gegeven, mag niet den naam van subsidie dragen, dat zal ieder erkennen en dat is ook op verre na niet te vergelijken met dat, het- welk aan dat te Ter Neuzen wordt gegeven. Spreker wil daarmede allerminst zeggen, dat Ter Neuzen te veel zou krijgen, hij heeft daar- aan ook steeds zijn stem gegeven, omdat hij wist, dat dit ziekenhuis die subsidie niet mis- sen kon. Maar als wij vervolgt spreker ook ©en, al was het maar een kleine subsidie van Ter Neuzen krijgen, dan kan ook op de andere, de omliggende gemeenten een beroep om subsidie worden gedaan, die dan zal wor den verleend. Het bedrag eener hoogere dan thans genoten subsidie ligt nog in een ver verschiet. Hij stelt thans alleen de vraag, of Burgemeester en Wethouders niet genegen zouden zijn een com missie uit den raad te benoemen voor het in- stellen van een onderzoek en het uitbrengen van rapport. De heer VAN CADSAND verklaart, zich voor een groot deel te kunnen aansluiten bij de woorden van den vorigen spreker. Hij acht het een niet te onderschatten voorrecht, dat daar te Sluiskil een aan alle eischen voldoend modern ziekenhuis is verrezen. Doch waarop hij een eventueel te benoemen commissie bij voorbaat op zou willen wijzen is, dat men aan dat ziekenhuis heeft verbonden een oude man- nenhuis, en hij vermoedt, dat zich in verband daarmede moeilijkheden zouden voordoen. De commissie zal dus goed doen, op dat punt een grondig onderzoek in te stellen. Het oude ziekenhuis is nu bestemd voor huisvesting van ouden van dagen, en dat zou naar zijn meening goed moeten worden onderscheiden van de exploitatie van het ziekenhuis. De heer VERLINDE ziet geen aanleiding tot het benoemen eener commissie. Ieder weet, dat zoo'n ziekenhuis zich niet zelf bedruipen kan. Het al of niet verleenen van subsidie wordt een kwestie van principe. Hij zou een beslissing maar willen uitstellen tot bij de behandeling der begrooting. Hij kan zich niet vereenigen met het voorstel tot het benoemen eener commissie. De heer LAMBRECHTSBN VAN RITTHEM kan, zonder kennisnemen van verdere ge gevens, aan dat voorstel ook zijn stem niet geven. De heer VAN HECKE deelt mede, dat de inrichting voor veipleging van ouden van dagen en het ziekenhuis twee afzonderlijke instellingen zijn. Al gaan ze beide uit van den orde, iedere inrichting heeft toch zijn eigen beheer en afgescheiden boekhouding. Dat zal men bij het instellen van een onderzoek wel kunnen constateeren. De heer SOHEELE kan ook niet begrijpen, waarom nu van wege den gemeenteraad een commissie zou moeten worden benoemd. Hij wil toestemmen, dat de stichting van dit zie kenhuis gewenscht was, eveneens stemt hij toe, dat het een praehtige, mooie inrichting is, dat is allemaal waar. En we weten ook alle- maal, dat de 500 die de gemeente geeft, niet bepaald als een subsidie kan worden be- schouwd, die voor deze inrichting groote be- teekenis heeft. Ddar gaat het niet om. Maar het is evenzeer waar, dat men van wege de stichting maar is gaan bouwen, zonder het ge meentebestuur daarin ook maar voor het ge- ringste deel te kennen. Als men wist, dat men er zonder hulp van de gemeente niet kon komen, was er toch wel aanleiding geweest deze eens te raadplegen en was het best moge- lijk, dat er een regeling had kunnen worden getroffen. Men is echter maar zonder meer gaan bouwen en komt nu achteraf b\j de ge meente. D&t acht spreker de groote schaduw- zijde. De gevraagde som nog op de begrooting van 1937 toestaan gaat niet meer. Men is maar gaan bouwen zonder de gemeente er in te kennen, ,en nu gaat men probeeren om iets van de gemeente los te krijgen. Spreker zal niet ontkennen, dat men met den bouw van het ziekenhuis te Sluiskil heel wat heeft ge- presteerd, maar hij wijst er op, dat dit toch niet alleen is ten bate van Sluiskil, van dat deel van Ter Neuzen, maar zoowel in het ver- leden als in de toekomst ten goede komt aan een breede omgeving daar buiten. Hij zou daarom in overweging geven, dat men ook eens aanklopte bij de omliggende gemeenten. Hij oordeelt, dat er ten deze voor Philippine, Sas van Gent, Westdorpe, Zuiddorpe, Axel en Zaamslag ook een taak te vervullen is. Kan aian dje gemeenten ook niet eens gevraagd worden in de kosten iets bij te dragen? De heer COLSEN: Wanneer de regeling met de gemeente Ter Neuzen tot stand komt, ligt het in de bedoeling ook aan de andere gemeenten subsidie te vragen. De heer VAN DRIEL wil over deze kwestie ook iets zeggen. Het verleenen eener subsidie aan het ziekenhuis te Ter Neuzen heeft in den raad in het verleden al heel wat besprekingen teweeggebracht. Hij zou dat voor het vervolg willen voorkomen. Het ziekenhuis te Ter Neuzen krijgt een subsidie, terwijl aan dat te Sluiskil een bedrag is gegeven als erkenning van het werk dat daar gedaan wordt. Het is nu een geheel modeme inrichting geworden. Spreker meent, dat dit wel aanleiding zou kunnen zijn, daaraan voor het vervolg ook een subsidie te verleenen. Hij zou dit, met het bedrag dat in Ter Neuzen gegeven wordt als maatstaf, aangezien de Katholieken alle op ddn lijst stemmen, willen toekennen naar even redigheid van het aantal stemmen dat bij de laatste verkiezing op de Katholieke lijst wordt uitgebracht. Hij meent, dat volgens de tegen- woordige verhouding die subsidie dan op 1200 zou neerkomen. Heeft een latere stemming een andere verhouding, dan zou het bedrag naar evenredigheid ook stijgen of dalen. Hij vermeent dat men op die manier, zonder veel besprekingen, een resultaat kan bereiken dat elk kan bevredigen. Daarover zou dan tegen de nieuwe begrooting eens kunnen worden ge- dacht. De VOORZITTER: Tegen de nieuwe be grooting De heer VAN DRIEL: Ja, de heer Colsen wenscht immers in 1937 een commissie om van advies te dienen tegen de vaststelling der be grooting voor 1938? De heer COLSEN: Omdat ik reeds over verschillende gegevens beschik, doch zulks bij de andere heeren niet het" geval zal zijn. Nu krijgen we te Sluiskil van de gemeente geen subsidie De VOORZITTER: Vijf honderd gulden! De heer SOHEELE: Dat is een bewijs van erkentelijkheid De heer COLSEN: Dat is niet bedoeld als subsidie, doch als een bewijs van erkenning der diensten ten bate der gemeenschap. In ver band met het denkbeeld van den heer Van Driel moet ik er op wijzen, dat het ziekenhuis te Sluiskil niet alleen Katholieken opneemt en dat evenmin dat in de kom alleen voor de Protestanten is. Dat ziekenhuis staat ook open voor het algemeen. De heer GEELHOEDT vraagt, wat de heer Colsen de commissie eigenlijk zou willen laten onderzoeken. De heer COLSEN: Hoe het bij andere ge meenten gaat, met het verleenen van steun aan de ziekenhuizen, en ook hoe en onder welke voorwaarden de exploitatie van dit e'ekehhuis gevoerd wordt. De inrichting is nu geheel overgsgeven aan het bestuur der ver- eeniging te Moerdijk. Er bestaat daarvoor een afzonderlijke boekhouding, waarin vermeld staan de stichtingskosten en al wat daarbij behoort. Als er een commissie wordt benoemd, zal deze, daarvan is hij verzekerd, alle noodige inlichtingen daaromtrent kunnen krijgen, ook omtrent de schuld die op de inrichting rust. Indien de commissie rapport uitbrengt ge- schiedt dat vddr de begrooting in geheime ver gadering en beschikt men over alle gegevens. Ik heb die gegevens wel al, maar dat doet hier niets ter zake. De heer GEELHOEDT verklaart, dat er, voor wat hem betreft, geen onderzoek door een commissie noodig i3. De VOORZITTER moet opmerken, dat de besprekingen feitelijk buitenom het verzoek en het voorstel van Burgemeester en Wethou ders omgaan, want er wordt gevraagd, een subsidie van f 1000 voor het jaar 1937, alzoo voor het loopende jaar, terwijl maar steeds gesproken wordt over een regeling vast te steiien bij de behandeling der begrooting voor 1938. De heer LAMBRECHTSBN VAN RITTHEM: Waar moeten die op de begrooting van 1937 vandaan komen? De VOORZITTER: Ja, als er besloten wordt ze te geven e r g e n s vandaan. De heer VERLINDE had verwacht, dat deze kwestie zou verwezen zijn naar de begrooting voor 1938 en dat Burgemeester en Wethouders tegen dien tijd met een advies omtrent een te verleenen subsidie zouden komen. Het was toch ook de bedoeling van den heer Colsen, dat de door hem voorgestelde commissie eerst tegen de volgende begrooting advies zou uit brengen. Spreker acht ook, dat de raad geen voorlichting van een speciale commissie noodig heeft. Alle raadsleden weten, dat het bestuur van zoo'n inrichting eene subsidie zeer goed gebruiken kan. Maar tusschentijds kan zoo'n subsidie toch niet worden verleend, zoodat spreker zou willen voorstellen, een besluit aan te houden tot bij de begrooting voor 1938. De VOORZITTER moet hiertegen opmerken, dat de subsidie wordt gevraagd voor dekking van gemaakte onkosten. Ze geven te kennen het noodig te hebben voor dekking van een tekort. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM merkt op, dat er nu feitelijk twee langs elkaar heenloopende voorstellen zijn. Burgemeester en Wethouders stellen voor, dit verzoek om subsidie af te wijzen, terwijl het voorstel van den heer Colsen de strekking heeft een rege ling voor subsidieering in de toekomst te treffen. De heer COLSEN verklaart zijn voorstel te hebben gedaan, om een richting aan te geven waarin een goede oplossing zou kunnen wor den verkregen. De oudere raadsleden zullen zich nog wel kunnen herinneren, welke uitge- breide debatten vroeger naar aanleiding van steun aan de ziekenhuizen zijn gevoerd. Thans is, behoudens spreker, geen der raadsleden op de hoogte van de schuld enz. van het zieken huis te Sluiskil. Als de raad door een com missie wordt ingelicht, weet deze het even eens. Uit dat oogpunt doet hij zijn voorstel. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM vraagt, of het dan niet meer op den weg van het bestuur van het ziekenhuis ligt, om den raad in te lichten, dan wel omgekeerd? Hij acht het niet juist, dat de raad dit onderzoek gaat instellen. De raad moet van wege de andere partij ingelicht worden, indien deze vermeent, dat dit dienstig is voor hare be- langen. De VOORZITTER stelt den heer Colsen de vraag, of hij naar aanleiding van het adres een voorstel doet om een raadscommissie in te stellen. De heer OOLSEN antwoord bevestigend. Op een desbetreffende vraag van den VOOR ZITTER geven de heeren Van Heeke en Duurinck te kennen dit voorstel te steunen. In stemming gebracht, wordt dit verworpen met 10 tegen 3 stemmen. Voor stemmen de heeren Duurinck, Van Hecke en Colsen; tegen stemmen de heeren Verlinde, Lambrechtsen van Ritthem, Riemens, De Kraker, Van Driel, 't Gilde, De Bruijn, Van Cadsand, Geelhoedt en Scheele. Het voorstel van Burgemeester en Wethou ders tot afwijzing van het verzoek, wordt hierna aangenomen met algemeene stemmen. k. Een adres van G. P. A. van den Berg en J. L. de Cook, respectievelijk voorzitter en secretaris van de fanfare ,,St. Franciscus" te Sluiskil, die daarin te kennen geven dat ge- noemde vereeniging thans telt: 27 werkende leden die jaarlijks bijdragen: 75,100 donateurs, eereleden en begunstigers, die jaar lijks bijdragen: 150,zoodat jaarlijks ter beschikking is: 225, dat deze inkomsten noodig zijn tot dekking van de volgende gewone uitgaven: salaris directeur f 175,onderhoud instrumenten 50,totaal uitgaven: 225, dat hieruit volgt dat geen gelden beschik- baar zijn voor vervanging, verbetering en uit breiding, noch ter bestrijding van de kosten verbonden aan het geven van concerten; dat de categoric vervanging enz. uit den aard der zaak een uitgaafpost is die zeer rek- baar is, doch dat men het jaarlijks minimum op 100,moet stellen; dat, aangezien te Sluiskil geen muziektent bestaat, de kosten voor het geven van een con cert d.w.z. opbouwen en afbreken van een tent, aanleg en wegnemen van verlichting plus stroomkosten, alsmede andere kleine kosten op /15,te stellen zijn; dat het bestuur meent te mogen aannemen, dat het Gemeentebestuur van Ter Neuzen overtuigd is, dat onze vereeniging op zeer concrete wijze werkzaam is in het algemeen belang met name: doordat de jonge mannen een nuttig en aan- genaam tijdverdrijf bezorgd wordt; doordat openbare uitvoeringen gegeven wor den op de verjaardagen van de leden der Koninklijke Familie, waardoor het nationaal gevoel wordt levendig gehouden en aange- wakkerd; doordat bij andere feestelijke gelegeriheden medewerking wordt verleend; dat het bestuur verder aanneemt, dat de buurtschap Sluiskil allengs een zoodanigen omvang heeft gekregen, dat het hebben van een eigen fanfare een normale wensch kan ge noemd worden; dat de noodige gelden voor oprichting en tot dekking van de hoogst noodzakelijk mini mum uitgaven geheel uit particuliere bijdra gen zijn bestreden; doch dat het practisch als uitgesloten moet beschouwd worden deze bij dragen hooger op te voeren; dat het bestuur daarom de vrijheid neemt zich tot U Edelachtbare heeren te wenden met het verzoek een jaarlijksche bijdrage te ont- vangen uit de gemeentekas van /50; dat de fanfare daartegenover bereid is de verplichting op zich te nemen om jaarlijks minimum drie openbare muziekuitvoeringen te geven en wel telkens op de verjaardagen van het Koninklijk Huis. Zij hopen dat hun aanvraag een gunstig ont- haal moge vinden en danken U Edelachtbare heeren bjj voorbaat voor uw welwillende be slissing. Burgemeester en Wethouders stellen voor, dit verzoek te behandelen bij de begrooting voor 1938. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. 1. Een adres, onderteekend door A. C. Ver- sprille, voorzitter en J. M. LeenhoutsBosdijk, secretaresse, namens de Afdeeling Ter Neuzen e. o. van den Nederlandschen Protestanten- bond" waarin zij mededeelen: dat in de huishoudelijke vergadering van 4 Mei j.l. van bovengenoemde afdeeling besloten werd over te gaan tot het organiseeren van jeugdwerk voor jongens en meisjes van 1016 jaar; dat in het middelpunt van dit jeugdwerk zal worden geplaatst de behandeling van Bijbelgche verhalen; dat de leiding hiervan zal berusten bij twee leden-onderwijzeressen en waarin zij beleefd verzoeken het onge- bruikt lokaal der openbare lagere school A voor een of twee uur per week na schooltijd gedurende de wintermaanden voor dit werk ter beschikking te willen stellen der bovenge noemde afdeeling. Na overleg met het hoofd der school A is gebleken, dat zijnerzijds geen bezwaren be- staan tegen het gebruik van bovengenoemd lokaal. Tevens nemen zij de vrijheid er op te wijzen, dat, waar overal in den lande de belangstel- ling in den Bijbel toeneemt, de raad dit reli- gieuze en cultureele belang van hooge waarde mede zou helpen bevorderen door op bovenge noemd verzoek goedgunstig te beslissen. Burgemeester en Wethouders stellen voor, op dit verzoek afwijzend te besehikken. De heer 't GILDE vraagt naar de motieven van dit yoorstel. De VOORZITTERHet komt aan Burge meester en Wethouders niet wenschelijk voor, openbare gebouwen ter beschikking van par ticuliere vereenigingen te stellen. De heer't GILDE: Nu weten we wat. Het voorstel wordt met algemeene stem- men aangenomen. m. Een missive van den Oommissaris der Koningin, dd. 12 Juli 1937, waarbij deze doet toekomen een exemplaar van het door den raad vastgestelde besluit tot wijziging der ver- ordening regelende de rangen enz. van de amb- tenaren van politie, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 4 Juni 1937, no. 55. Aangenomen voor kennisgeving. n. Een missive van Gedeputeerde Staten van Zeeland, dd. 9 Juli 1937, waarbij, voor zien van het bewijs hunner definitieve vast stelling, wordt toegezonden een exemplaar van de rekening der ontvangsten en uitgaven der gemeente over 1935, vergezeld van de bijlagen. Opgemerkt wordt, dat wegens uitkeering uit het gemeentefonds overeenkomstig de voor- schriften ten bate der rekening van 1935 komt het bij de begrooting geraamde bedrag van 9600, terwijl slechts /670O is verantwoord. De ontvangst op den desbetreffenden post is daarom met f 2900 verhoogd. Aangenomen voor kennisgeving. o. Een adres van J. J. Verlinde-Hoebd, waarin hij zich tot den raad wendt als volgt: Bij deze nemen wij de vrijheid ons met het volgende tot u te wenden. Ingevolge de geeerde opdracht van Burge meester en Wethouders, werd door ons een wagen gebouwd met een irihoudi van 6 M3., na dat eerst een wagen van 5 M3. was aange nomen. Ons werd medegedeeld, dat de onderdeelen van den wagen van 5 M3. voldoende sterk waren om een bak op te bouwen van 6 M3. De kipinstallatie (oud model) bleek hierbij niet te voldoen, waarna door ons een nieuwe hydraulische installatie geleverd werd, welke in alle opzicht blrjkt te voldoen en zoodanig verbeterd is, dat zij door 6en man geledigd kan worden en uit zich zelf naar beneden komt, waardoor veel tijd en arbeid bespaard wordt. Door deze verbetering zouden wij het zeer billijk achten, indien U een vergoeding kon toestaan van de meerdere kosten van deze kipinstallatie, zijnde f 475 vertninderd met den kostprijs van de oude installatie, is 129, blijft dus 346. Burgemeester en Wethouders stellen voor, dit verzoek af te wijzen. De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat adressant aanvankelljk een verzoek heeft ge- richt tot Burgemeester en Wethouders, doch dat deze hebben gemeend daarop niet te kun nen ingaan, aangezien daar geen reden voor bestaan. Nadat eerst een wagen van 5 M3. was opgedragen, hebben Burgemeester en Wethou ders gevraagd of hij een wagen Wilde maken die 1 M3. grooter was en wat die dan kosten moest. Adressant heeft daarvoor een hoogeren prijs opgegeven, welke door Burgemeester en Wethouders is aanvaard. De man was verder vrij, den wagen te maken zooals hij dat wenschte. Bij de eerste proef was de wagen niet geschikt. Dat was voor risico van den aannemer, die daarop den wagen, om dezen te kunnen afleveren, geschikt moest zien te maken. Burgemeester en Wethouders zijn van oordeel, dat het niet op den weg der ge meente ligt, de gevraagde hoogere som te betalen. De heer VAN HECKE betuigt zijn spijt, dat de raad niet over wat duidelijker gegevens beschikt. Hij vraagt, of den aannemer geen teekening is ter hand gesteld van hetgeen men zou willen. Het is wel jammer, dat er geen werktuigkundige ter beschikking is, die over die teekening zou kunnen oordeelen. Hij meent, dat er toch wel aanleiding is, den aannemer tegemoet te komen. Spreker wil dit met een voorbeeld duidelijk maken. Als men een huis laat bouwen, neemt men voor het maken van een teekening een deskundige, om dat men het zelf niet kan, maar nu is een teekening en een bestek gegeven door iemand die geen deskundige is, nu weten we zegt spreker van de feitelrjke omstandigheden niets af. Burgemeester en Wethouders achten zich nu wel beter op de hoogte en gronden op hunne wetenschap hun afwijzend voorstel, maar is toch wel een waarschuwing op zijn plaats, dat er, dit standpunt vasthoudende, voor de gemeente een gevaar bestaat, dat dit de gemeente nog veel geld zou kunnen kosten. Gelukkig voor de aannemers bestaat er tegen woordig voor hen gelegenheid, zich bij ver- schil van meening met de aanbesteders, te be- roepen op arbitrage. Ik weet wel niet, of, in dien de aannemer zich met de hem ver- schafte teekening en beschrijving wendt tot den Raad van Arbitrage en deze don gaat ver gelijken het werk dat door hem geleverd is, of die raad dian niet tot de uitspraak zal komen, dat den aannemer voor het betere dat hij geleverd heeft en dat thans in gelds- waarde is uitgedrukt, een billijke vergoeding toekomt en de gemeente verplicht zal bevon- den worden dat te betalen. Dat is volgens mij ook redelijk. Als ik op dracht geef om een huis te bouwen geheel ge- lijk aan dat van mijn •buurman, met dezelfde inrichting. b.v. ook van de schoorsteenen, maar er blijkt na de voltooiing, dat bij mij de schoorsteenen rooken en de rookkanalen dus veranderd moeten worden, dan zal de aan nemer zeggen: best, maar dan moet u mij de kosten van die verandering betalen. Ik moet hem dan betalen de eerste schoorsteenen, maar ook de veranderde. Zoo is het ook hier. Er is aan den aannemer opdracht gegeven een wagen te leveren precies zooals de andere. Toen die wagen gemaakt was met dezelfde hefinrichting als de andere, bleek, dat die niet voldoende was en een andere moest gemaakt worden. De heer ViERiLENBE is op grond van de fei- ten, voor zoover hem die bekend zijn, van oordeel, dat er geen aanleiding is, om op het verzoek van adressant in te gaan. Wanneer hij het geheele verloop der zaak nagaat, meent hij, dat het gemeentebestuur tegenover adres sant billijk gehandeld heeft. Zij heeft er groo ten last door ondervonden. Hij zal er thans niet verder op ingaan, maar acht op grond van de ten dienste staande gegevens geen reden aanwezig om het verzoek in te willigen. De V >OIiZITTER meent, de besprekingen te kunnen bekorten, door lecture te geven van de opdracht. Op 25 Juni 1936 is door het ge meentebestuur aan Verlinde geschreven: overeenkomstig uw prijsopgave dd. 15 Juni 1936 dragen wij u hierbij op, de levering van een nieuwe vuilniswagen met een inhoud van 6 M3., lengte 3.40 M., breedte 1,85 M. en hoogte 0.675 M.; de wielen moeten 0.15 M. binnen de buitenkant van den bak worden ge plaatst. De totale prijs van den wagen be draagt, inclusief omzetbelasting 1145. De wagen moet verder voldoen aan dezelfde eischen, waaraan de thans in gebruik zijnde wagen voldoet". Er moest dus een wagen worden geleverd, die aan dezelfde eischen voldeed, die die de gemeente reeds bezat. Die opdracht is door den aannemer aanvaard. Bij den proefrit bleek de wagen niet te voldoen. Dat was op 25 Fe- bruari 1.1. De aannemer heeft toen gevraagd den wagen te mogen verbeteren. Hem is e°n maand uitstel verleend. Na die maand uitstel was de wagen nog niet in orde, want hij had, naar hij meedeelde, nog geen voldoende kip- inrichting kunnen ontdekken. Toen is 4 Maart voor de oplevering nog een maand verlenging gegeven, maar het voorbehoud gemaakt, dat de wagen alleen zou worden aanvaard, wan neer die bij de oplevering bleek te voldoen aan alle daaraan te stellen eischen. Dat was op 2 April 1.1. verloopen en toen is op ver zoek nogmaals uitstel verleend. Eindelijk op 22 April is de wagen opnieuw tei* beproeving aangeboden en bleek toen te voldoen. Die ver- anderingen waren naar sprekers meening voor risico van den aannemer, omdat hij had aan genomen een goeden wagen te leveren en hij ziet niet in, dat de gemeente daarvoor eenige risico op zich behoort te nemen. De heer VAN CADSAND kan met dit standpunt instemmen, daar was aangenomen den wagen te leveren ten genoege van Burge meester en Wethouders of liever van de con- trole van gemeentewege. Toen de wagen voldeed, is deze geaccepteerd. De heer DE KRAKER wijst er op, dat de wagen toch een M. grooter is geworden dan aanvankelijk was bedoeld. De VOORZITTER: Maar daarvoor heeft hij f 50 meer gevraagd en ontvangen. De heer DE KRAKER: Nam hij daarmede genoegen De VOORZITTER: Ja. De heer COLSENMogen we ook weten welk bedrag door verschillende leveranciers was ingeschreven De heer SOHEELE: De aannemer had met zijn opvolger een verschil van /110. De heer OOLSEN wijst er op, dat men nu toch kan aannemen, dat deze kap-inrichting gemakkelijk werkt. Nadat men een jaar ervaring heeft, is dat toch wel voldoende ge bleken. De wagen is dat bedrag goed waard en hij meent, dat daarin aanleiding bestaat den aannemer die meerdere waarde uit te be talen. De wagen is, niettegenstaande zij een meter grooter is, heel secuur. De raad was er, toen de wagen moest aangeschaft worden, voor, dat de levering aan een inwoner van Ter Neuzen werd opgedragen. Na inschrijving bleek men het werk hier te kunnen houden. In verband met den grooteren wagen moest de constructie veranderd worden en de gemeente heeft nu iets beters gekregen dan zij tot dus- verre had. Men stelle zich voor, dat Burge meester en Wethouders een beschrijving van den wagen zouden hebben gegeven en daarop hadden laten inschrijven, dan zou het ook zoo uitgekomen zijn. Spreker is het wel eens met den heer Van Hecke, dat, als er een commis sie werd aamgewezen om deze kwestie te onderzoeken, de gemeente wel het loodje zou leggen. De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM is van meening dat, wanneer de raad zou in gaan op het verzoek, deze zich op glad ijs- zou begeven. Dat is niet alleen zijn persoonlijke opvatting, doch daarop is hem ook al gewezen door personen uit de gemeenschap. Wanneer de gemeente bij mislukkingen van werk of bij het blijken van tekorten wegens aangenomen werk aan de betrokken aannemers in de schade die zij leden gaat tegemoetkomen, zal daarvan het gevolg zijn, dat bona fide inschrij- vers niet meer aan riskante inschrijvingen zullen deelnemen, omdat dan daaraan ook zal deelgenomen worden door minder serieuse inschrijvers, die gaan speculeeren op de goed- geefschheid der gemeente en eenvoudig denken dat, als het later niet goed gaat de gemeente him toch wel de schade zal vergoeden, en het er met hun inschrijving dus maar op wagen. Door itelkens uitstel te geven voor de opleve ring van den wagen is adressant al tegemoet- gekomen, want als Burgemeester en Wethou ders eenvoudig hadden gezegd we moeten den wagen niet hebben en ze hadden hem niet in de gelegenheid gesteld den wagen alsnog in orde te maken, dan had hij met den geheelen wagen blijven zitten en was zijn nadeel veel grooter geweest. Burgemeester en Wethou ders hebben hem dus voor een grooten strop willen bewaren en zijn adressant door het verleenen van uitstel reeds tegemoetgekomen. ^De heer 't GILDE merkt op, dat hetgeen hij had willen aanvoeren, reeds voor het groot- ste gedeelte door den heer Lambrechtsen van Ritthem is gezegd. Burgemeester en Wethou ders zijn uitgegaan van het standpunt, laten we den man de kans geven den wagen zoo danig te veranderen, dat we dien kunnen aan- vaarden. Zij hebben hem voor een grooteren strop bewiaard en hij kan niet inzien, dat de gemeente nu ook de kleinere zou moeten betalen. De heer RIEMENS: Aanvankelijk was hem toch een wagen van 5 M. opgedragen. De VOORZITTER: De opdracht is terstond vergroot en door den aannemer aanvaard. De opdracht was dus een wagen van zes meter. De wagen moest iets grooter en iets smaller zijn en daarvoor rekende de aannemer 50 meer. Dat was dus in regel. De heer VAN HECKE acht het jammer dat men niet over een deskundige beschikte. De VOORZITTER meent, dat dit geen be- zwaar is geweest. Burgemeester en Wethou ders konden zeer goed beoordeelen, of de wagen al of niet voldeed. Ze hadden den ter beproeving aangeboden wagen kunnen weige- ren. Ze hebben zulks echter ter wille van den

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1937 | | pagina 5