Ter Neuzensche Courant
Woensdag 21 Juli 1937
No. 9633
TWEEDE BLAD
GEMEEN TERAAD VAN
TER NEUZEN.
VAN
Vergadering van Donderdag 15 Juli 1937,
des namiddags 2 uur.
Voorzitter de heer Mr. P. H. W. F. Telle-
gen, burgemeester.
Tegenwoordig de leden L. J. Geelhoedt, D.
Scbeele, C. A. Verlinde, N. J. C. Lambrecht;
sen van Ritthem, J. Riemens, D. E. de Kraker,
J. Duurinck, E. L. van Hecije, H. J. Oolsen, L.
J. van Driel, J. N. 't\Gilde, A. de Bruijn en
P. van Cadsand.
Afwezig de beeren M. de Vos en J. den
Hamer, de laatste met kennisgeving.
De VOORZITTER opent de vergadering en
stelt aan de orde:
1. Vaststellen notulen.
Wordt voorgesteld, de notulen der vergade
ring van 22 April 1937 vast te stellen, zooals
deze in druk zijn verschenen.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
2. Ingekomen stukken.
a. Het raadsbesluit van 22 April 1937, tot
wijziging der gemeentebegrooting voor 1936,
voorzien van het bewijs der goedkeuring door
Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot
wijziging der gemeentebegrooting; voor 1936,
voorzien van het bewijs der goedkeuring door
Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot wij
ziging der begrooting van het Woningbedrijf
voor 1936, voorzien van het bewijs der goed
keuring door Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
d. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot
het aangaan eener geldleening ad 11.900,
voorzien van het bewijs der goedkeuring door
Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
e. Het raadsbesluit van 3 Juni 1937, tot het
aangaan eener geldleening ad 45.100, voor
zien van het bewijs der goedkeuring door
Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
f. Het proces-verbaal van de op 22 Juni
1937 ten kantore van den gemeente-ontvanger
gehouden opneming der boeken en kas, waarbij
is gebleken, dat het batig slot van den dienst
1935 blijkens de ingeleverde rekening bedraagt
voor den gewonen dienst 34.231,07 en van den
kapitaaldienst f 19.257,87, dat de inkomsten
van den dienst 1937 tot op heden bedroegen
170.379,24 en die over den dienst 1936
596.621,87, te zamen 820.490,05, dat de uit-
gaven van den dienst 1937 tot op heden
hebben bedragen 207.064, en die over den
dienst 1936 643.779,02, te zamen 850.843,88,
zoodat in kas moest zijn 30.353,83, hetgeen
overeenkomt met het totaal der in kas zijnde
en in het proces-verbaal omschreven waarden.
Aangenomen voor kennisgeving.
g. De rekening der Commissie tot wering
van schoolverzuim in de kom over 1936. De
ontvangsten hebben bedragen 282,25, de uit-
gaven 228, goed slot 54,25.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
deze rekening goed te keuren.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
h. De rekening der Commissie tot wering
van schoolverzuim te Sluiskil over 1936. De
ontvangsten hebben bedragen 51,88, de uit-
gaven f 46,48, goed slot 6,40.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
deze rekening goed te keuren.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
i. De rekening der brandweer over 1936.
De ontvangsten hebben bedragen 1673,30, de
uitgaven 1946,26, zoodat het nadeelig ver-
schil bedraagt 272,95.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
deze rekening goed te keuren.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
j. Een adres van het Best uur der Vereeni-
ging ,,Zusters van het Allerh. Hart van Jezus"
te Moerdijk, zijnde het Bestuur der R. K. Ver-
pleging CZiekenhuis) te Sluiskil (gemeente
Ter Neuzen) waarin dit zij zich tot den Raad
wendt met het verzoek voor het jaar 1937, ten
behoeve van genoemd Ziekenhuis, in aanmer-
king te mogen komen voor een subsidie uit
de gemeentekas van lOOfl gulden.
Het bestuur meent dit verzoek om verhoog-
de subsidie wel te mogen indienen, in verband
met de hooge kosten, die de verbouwing en
uitbreiding van het Ziekenhuis te Sluiskil voor
het Bestuur heeft meegebracht, welke uitbrei
ding toch, naar de meening van het Bestuur,
op de eerste plaats ten goede komt aan de
bewoners van Sluiskil en omstreken.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
het verzoek af te wijzen.
De heer OOLSEN had verwacht, dat Burge
meester en Wethouders dit verzoek zouden
hebben verwezen naar de begrooting voor 1938.
Hij zou in die richting een voorstel willen doen,
aangezien hij geen kans ziet vandaag nog een
voorstel om het gevraagde bedrag nog in de
begrooting voor 1937 op te nemen met gunstig
gevolg in behandeling te krijgen. Burgemees
ter en Wethouders hebben deze kwestie mis-
schien niet zoo bestudeerd, doch spreker heeft
getracht zich eenigszins op de hoogte te stel
len en nadat hij prospeetussen heeft gezien
van dergelijke inrichtingen te Tilburg, Breda,
Bergen op Zoom e.a. wil hij voorstellen dat
vddr de behandeling der gemeentebegrooting
voor 1938 een commissie uit den raad zal wor-
den benoemd, om deze zaak te onderzoeken.
Hij heeft voor vergelijking gezocht naar
plaatsen van gelijken omvang of kleiner dan
Ter Neuzen, maar heeft die niet kunnen vin-
den. Wel bezit hij inlichtingen van grootere
plaatsen en die subsidieeren de ziekenhuizen
naar evenredigheid van het aantal bedden.
Spreker wil in het licht stellen, dat het ge-
bouw dat daar te Sluiskil is verrezen noodig
was. Het vorige was te klein. Ieder die met
de exploitatie van ziekenhuizen bekend is
weet, dat deze uit de ontvangsten wegens het
opnemen van zieken niet kunnen rendeeren,
en dat deze op andere wijze gesteund moeten
worden. Het is niet de bedoeling van spreker,
om vandaag een grooten boom te gaan op-
zetten om de subsidiekwestie te gaan bespre-
ken, maar hij zou wenschen, dat men bij de be
handeling der begrooting over de daarvoor
noodige gegevens zou kunnen besehikken. Hij
wil thans geen som noemen. Het bedrag dat
thans aan het ziekenhuis van Sluiskil wordt
gegeven, mag niet den naam van subsidie
dragen, dat zal ieder erkennen en dat is ook
op verre na niet te vergelijken met dat, het-
welk aan dat te Ter Neuzen wordt gegeven.
Spreker wil daarmede allerminst zeggen, dat
Ter Neuzen te veel zou krijgen, hij heeft daar-
aan ook steeds zijn stem gegeven, omdat hij
wist, dat dit ziekenhuis die subsidie niet mis-
sen kon. Maar als wij vervolgt spreker
ook ©en, al was het maar een kleine subsidie
van Ter Neuzen krijgen, dan kan ook op de
andere, de omliggende gemeenten een beroep
om subsidie worden gedaan, die dan zal wor
den verleend.
Het bedrag eener hoogere dan thans genoten
subsidie ligt nog in een ver verschiet. Hij stelt
thans alleen de vraag, of Burgemeester en
Wethouders niet genegen zouden zijn een com
missie uit den raad te benoemen voor het in-
stellen van een onderzoek en het uitbrengen
van rapport.
De heer VAN CADSAND verklaart, zich
voor een groot deel te kunnen aansluiten bij
de woorden van den vorigen spreker. Hij acht
het een niet te onderschatten voorrecht, dat
daar te Sluiskil een aan alle eischen voldoend
modern ziekenhuis is verrezen. Doch waarop
hij een eventueel te benoemen commissie bij
voorbaat op zou willen wijzen is, dat men aan
dat ziekenhuis heeft verbonden een oude man-
nenhuis, en hij vermoedt, dat zich in verband
daarmede moeilijkheden zouden voordoen. De
commissie zal dus goed doen, op dat punt een
grondig onderzoek in te stellen. Het oude
ziekenhuis is nu bestemd voor huisvesting van
ouden van dagen, en dat zou naar zijn meening
goed moeten worden onderscheiden van de
exploitatie van het ziekenhuis.
De heer VERLINDE ziet geen aanleiding
tot het benoemen eener commissie. Ieder weet,
dat zoo'n ziekenhuis zich niet zelf bedruipen
kan. Het al of niet verleenen van subsidie
wordt een kwestie van principe. Hij zou een
beslissing maar willen uitstellen tot bij de
behandeling der begrooting. Hij kan zich niet
vereenigen met het voorstel tot het benoemen
eener commissie.
De heer LAMBRECHTSBN VAN RITTHEM
kan, zonder kennisnemen van verdere ge
gevens, aan dat voorstel ook zijn stem niet
geven.
De heer VAN HECKE deelt mede, dat de
inrichting voor veipleging van ouden van
dagen en het ziekenhuis twee afzonderlijke
instellingen zijn. Al gaan ze beide uit van den
orde, iedere inrichting heeft toch zijn eigen
beheer en afgescheiden boekhouding. Dat zal
men bij het instellen van een onderzoek wel
kunnen constateeren.
De heer SOHEELE kan ook niet begrijpen,
waarom nu van wege den gemeenteraad een
commissie zou moeten worden benoemd. Hij
wil toestemmen, dat de stichting van dit zie
kenhuis gewenscht was, eveneens stemt hij
toe, dat het een praehtige, mooie inrichting is,
dat is allemaal waar. En we weten ook alle-
maal, dat de 500 die de gemeente geeft, niet
bepaald als een subsidie kan worden be-
schouwd, die voor deze inrichting groote be-
teekenis heeft. Ddar gaat het niet om. Maar
het is evenzeer waar, dat men van wege de
stichting maar is gaan bouwen, zonder het ge
meentebestuur daarin ook maar voor het ge-
ringste deel te kennen. Als men wist, dat men
er zonder hulp van de gemeente niet kon
komen, was er toch wel aanleiding geweest
deze eens te raadplegen en was het best moge-
lijk, dat er een regeling had kunnen worden
getroffen. Men is echter maar zonder meer
gaan bouwen en komt nu achteraf b\j de ge
meente. D&t acht spreker de groote schaduw-
zijde. De gevraagde som nog op de begrooting
van 1937 toestaan gaat niet meer. Men is
maar gaan bouwen zonder de gemeente er in
te kennen, ,en nu gaat men probeeren om iets
van de gemeente los te krijgen. Spreker zal
niet ontkennen, dat men met den bouw van
het ziekenhuis te Sluiskil heel wat heeft ge-
presteerd, maar hij wijst er op, dat dit toch
niet alleen is ten bate van Sluiskil, van dat
deel van Ter Neuzen, maar zoowel in het ver-
leden als in de toekomst ten goede komt aan
een breede omgeving daar buiten. Hij zou
daarom in overweging geven, dat men ook
eens aanklopte bij de omliggende gemeenten.
Hij oordeelt, dat er ten deze voor Philippine,
Sas van Gent, Westdorpe, Zuiddorpe, Axel en
Zaamslag ook een taak te vervullen is. Kan
aian dje gemeenten ook niet eens gevraagd
worden in de kosten iets bij te dragen?
De heer COLSEN: Wanneer de regeling
met de gemeente Ter Neuzen tot stand komt,
ligt het in de bedoeling ook aan de andere
gemeenten subsidie te vragen.
De heer VAN DRIEL wil over deze kwestie
ook iets zeggen. Het verleenen eener subsidie
aan het ziekenhuis te Ter Neuzen heeft in den
raad in het verleden al heel wat besprekingen
teweeggebracht. Hij zou dat voor het vervolg
willen voorkomen. Het ziekenhuis te Ter
Neuzen krijgt een subsidie, terwijl aan dat te
Sluiskil een bedrag is gegeven als erkenning
van het werk dat daar gedaan wordt. Het is
nu een geheel modeme inrichting geworden.
Spreker meent, dat dit wel aanleiding zou
kunnen zijn, daaraan voor het vervolg ook een
subsidie te verleenen. Hij zou dit, met het
bedrag dat in Ter Neuzen gegeven wordt als
maatstaf, aangezien de Katholieken alle op
ddn lijst stemmen, willen toekennen naar even
redigheid van het aantal stemmen dat bij de
laatste verkiezing op de Katholieke lijst wordt
uitgebracht. Hij meent, dat volgens de tegen-
woordige verhouding die subsidie dan op 1200
zou neerkomen. Heeft een latere stemming
een andere verhouding, dan zou het bedrag
naar evenredigheid ook stijgen of dalen. Hij
vermeent dat men op die manier, zonder veel
besprekingen, een resultaat kan bereiken dat
elk kan bevredigen. Daarover zou dan tegen
de nieuwe begrooting eens kunnen worden ge-
dacht.
De VOORZITTER: Tegen de nieuwe be
grooting
De heer VAN DRIEL: Ja, de heer Colsen
wenscht immers in 1937 een commissie om van
advies te dienen tegen de vaststelling der be
grooting voor 1938?
De heer COLSEN: Omdat ik reeds over
verschillende gegevens beschik, doch zulks bij
de andere heeren niet het" geval zal zijn. Nu
krijgen we te Sluiskil van de gemeente geen
subsidie
De VOORZITTER: Vijf honderd gulden!
De heer SOHEELE: Dat is een bewijs van
erkentelijkheid
De heer COLSEN: Dat is niet bedoeld als
subsidie, doch als een bewijs van erkenning der
diensten ten bate der gemeenschap. In ver
band met het denkbeeld van den heer Van
Driel moet ik er op wijzen, dat het ziekenhuis
te Sluiskil niet alleen Katholieken opneemt en
dat evenmin dat in de kom alleen voor de
Protestanten is. Dat ziekenhuis staat ook
open voor het algemeen.
De heer GEELHOEDT vraagt, wat de heer
Colsen de commissie eigenlijk zou willen laten
onderzoeken.
De heer COLSEN: Hoe het bij andere ge
meenten gaat, met het verleenen van steun
aan de ziekenhuizen, en ook hoe en onder
welke voorwaarden de exploitatie van dit
e'ekehhuis gevoerd wordt. De inrichting is nu
geheel overgsgeven aan het bestuur der ver-
eeniging te Moerdijk. Er bestaat daarvoor een
afzonderlijke boekhouding, waarin vermeld
staan de stichtingskosten en al wat daarbij
behoort. Als er een commissie wordt benoemd,
zal deze, daarvan is hij verzekerd, alle noodige
inlichtingen daaromtrent kunnen krijgen, ook
omtrent de schuld die op de inrichting rust.
Indien de commissie rapport uitbrengt ge-
schiedt dat vddr de begrooting in geheime ver
gadering en beschikt men over alle gegevens.
Ik heb die gegevens wel al, maar dat doet hier
niets ter zake.
De heer GEELHOEDT verklaart, dat er,
voor wat hem betreft, geen onderzoek door
een commissie noodig i3.
De VOORZITTER moet opmerken, dat de
besprekingen feitelijk buitenom het verzoek
en het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders omgaan, want er wordt gevraagd, een
subsidie van f 1000 voor het jaar 1937, alzoo
voor het loopende jaar, terwijl maar steeds
gesproken wordt over een regeling vast te
steiien bij de behandeling der begrooting voor
1938.
De heer LAMBRECHTSBN VAN RITTHEM:
Waar moeten die op de begrooting van 1937
vandaan komen?
De VOORZITTER: Ja, als er besloten wordt
ze te geven e r g e n s vandaan.
De heer VERLINDE had verwacht, dat deze
kwestie zou verwezen zijn naar de begrooting
voor 1938 en dat Burgemeester en Wethouders
tegen dien tijd met een advies omtrent een te
verleenen subsidie zouden komen. Het was
toch ook de bedoeling van den heer Colsen,
dat de door hem voorgestelde commissie eerst
tegen de volgende begrooting advies zou uit
brengen. Spreker acht ook, dat de raad geen
voorlichting van een speciale commissie noodig
heeft. Alle raadsleden weten, dat het bestuur
van zoo'n inrichting eene subsidie zeer goed
gebruiken kan. Maar tusschentijds kan zoo'n
subsidie toch niet worden verleend, zoodat
spreker zou willen voorstellen, een besluit aan
te houden tot bij de begrooting voor 1938.
De VOORZITTER moet hiertegen opmerken,
dat de subsidie wordt gevraagd voor dekking
van gemaakte onkosten. Ze geven te kennen
het noodig te hebben voor dekking van een
tekort.
De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM
merkt op, dat er nu feitelijk twee langs elkaar
heenloopende voorstellen zijn. Burgemeester
en Wethouders stellen voor, dit verzoek om
subsidie af te wijzen, terwijl het voorstel van
den heer Colsen de strekking heeft een rege
ling voor subsidieering in de toekomst te
treffen.
De heer COLSEN verklaart zijn voorstel te
hebben gedaan, om een richting aan te geven
waarin een goede oplossing zou kunnen wor
den verkregen. De oudere raadsleden zullen
zich nog wel kunnen herinneren, welke uitge-
breide debatten vroeger naar aanleiding van
steun aan de ziekenhuizen zijn gevoerd. Thans
is, behoudens spreker, geen der raadsleden op
de hoogte van de schuld enz. van het zieken
huis te Sluiskil. Als de raad door een com
missie wordt ingelicht, weet deze het even
eens. Uit dat oogpunt doet hij zijn voorstel.
De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM
vraagt, of het dan niet meer op den weg van
het bestuur van het ziekenhuis ligt, om den
raad in te lichten, dan wel omgekeerd? Hij
acht het niet juist, dat de raad dit onderzoek
gaat instellen. De raad moet van wege de
andere partij ingelicht worden, indien deze
vermeent, dat dit dienstig is voor hare be-
langen.
De VOORZITTER stelt den heer Colsen de
vraag, of hij naar aanleiding van het adres een
voorstel doet om een raadscommissie in te
stellen.
De heer OOLSEN antwoord bevestigend.
Op een desbetreffende vraag van den VOOR
ZITTER geven de heeren Van Heeke en
Duurinck te kennen dit voorstel te steunen.
In stemming gebracht, wordt dit verworpen
met 10 tegen 3 stemmen.
Voor stemmen de heeren Duurinck, Van
Hecke en Colsen; tegen stemmen de heeren
Verlinde, Lambrechtsen van Ritthem, Riemens,
De Kraker, Van Driel, 't Gilde, De Bruijn, Van
Cadsand, Geelhoedt en Scheele.
Het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot afwijzing van het verzoek, wordt
hierna aangenomen met algemeene stemmen.
k. Een adres van G. P. A. van den Berg
en J. L. de Cook, respectievelijk voorzitter en
secretaris van de fanfare ,,St. Franciscus" te
Sluiskil, die daarin te kennen geven dat ge-
noemde vereeniging thans telt: 27 werkende
leden die jaarlijks bijdragen: 75,100
donateurs, eereleden en begunstigers, die jaar
lijks bijdragen: 150,zoodat jaarlijks ter
beschikking is: 225,
dat deze inkomsten noodig zijn tot dekking
van de volgende gewone uitgaven: salaris
directeur f 175,onderhoud instrumenten
50,totaal uitgaven: 225,
dat hieruit volgt dat geen gelden beschik-
baar zijn voor vervanging, verbetering en uit
breiding, noch ter bestrijding van de kosten
verbonden aan het geven van concerten;
dat de categoric vervanging enz. uit den
aard der zaak een uitgaafpost is die zeer rek-
baar is, doch dat men het jaarlijks minimum
op 100,moet stellen;
dat, aangezien te Sluiskil geen muziektent
bestaat, de kosten voor het geven van een con
cert d.w.z. opbouwen en afbreken van een
tent, aanleg en wegnemen van verlichting plus
stroomkosten, alsmede andere kleine kosten
op /15,te stellen zijn;
dat het bestuur meent te mogen aannemen,
dat het Gemeentebestuur van Ter Neuzen
overtuigd is, dat onze vereeniging op zeer
concrete wijze werkzaam is in het algemeen
belang met name:
doordat de jonge mannen een nuttig en aan-
genaam tijdverdrijf bezorgd wordt;
doordat openbare uitvoeringen gegeven wor
den op de verjaardagen van de leden der
Koninklijke Familie, waardoor het nationaal
gevoel wordt levendig gehouden en aange-
wakkerd;
doordat bij andere feestelijke gelegeriheden
medewerking wordt verleend;
dat het bestuur verder aanneemt, dat de
buurtschap Sluiskil allengs een zoodanigen
omvang heeft gekregen, dat het hebben van
een eigen fanfare een normale wensch kan ge
noemd worden;
dat de noodige gelden voor oprichting en
tot dekking van de hoogst noodzakelijk mini
mum uitgaven geheel uit particuliere bijdra
gen zijn bestreden; doch dat het practisch als
uitgesloten moet beschouwd worden deze bij
dragen hooger op te voeren;
dat het bestuur daarom de vrijheid neemt
zich tot U Edelachtbare heeren te wenden met
het verzoek een jaarlijksche bijdrage te ont-
vangen uit de gemeentekas van /50;
dat de fanfare daartegenover bereid is de
verplichting op zich te nemen om jaarlijks
minimum drie openbare muziekuitvoeringen
te geven en wel telkens op de verjaardagen
van het Koninklijk Huis.
Zij hopen dat hun aanvraag een gunstig ont-
haal moge vinden en danken U Edelachtbare
heeren bjj voorbaat voor uw welwillende be
slissing.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit verzoek te behandelen bij de begrooting
voor 1938.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
1. Een adres, onderteekend door A. C. Ver-
sprille, voorzitter en J. M. LeenhoutsBosdijk,
secretaresse, namens de Afdeeling Ter Neuzen
e. o. van den Nederlandschen Protestanten-
bond" waarin zij mededeelen:
dat in de huishoudelijke vergadering van 4
Mei j.l. van bovengenoemde afdeeling besloten
werd over te gaan tot het organiseeren van
jeugdwerk voor jongens en meisjes van 1016
jaar;
dat in het middelpunt van dit jeugdwerk
zal worden geplaatst de behandeling van
Bijbelgche verhalen;
dat de leiding hiervan zal berusten bij twee
leden-onderwijzeressen
en waarin zij beleefd verzoeken het onge-
bruikt lokaal der openbare lagere school A
voor een of twee uur per week na schooltijd
gedurende de wintermaanden voor dit werk
ter beschikking te willen stellen der bovenge
noemde afdeeling.
Na overleg met het hoofd der school A is
gebleken, dat zijnerzijds geen bezwaren be-
staan tegen het gebruik van bovengenoemd
lokaal.
Tevens nemen zij de vrijheid er op te wijzen,
dat, waar overal in den lande de belangstel-
ling in den Bijbel toeneemt, de raad dit reli-
gieuze en cultureele belang van hooge waarde
mede zou helpen bevorderen door op bovenge
noemd verzoek goedgunstig te beslissen.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
op dit verzoek afwijzend te besehikken.
De heer 't GILDE vraagt naar de motieven
van dit yoorstel.
De VOORZITTERHet komt aan Burge
meester en Wethouders niet wenschelijk voor,
openbare gebouwen ter beschikking van par
ticuliere vereenigingen te stellen.
De heer't GILDE: Nu weten we wat.
Het voorstel wordt met algemeene stem-
men aangenomen.
m. Een missive van den Oommissaris der
Koningin, dd. 12 Juli 1937, waarbij deze doet
toekomen een exemplaar van het door den
raad vastgestelde besluit tot wijziging der ver-
ordening regelende de rangen enz. van de amb-
tenaren van politie, goedgekeurd bij koninklijk
besluit van 4 Juni 1937, no. 55.
Aangenomen voor kennisgeving.
n. Een missive van Gedeputeerde Staten
van Zeeland, dd. 9 Juli 1937, waarbij, voor
zien van het bewijs hunner definitieve vast
stelling, wordt toegezonden een exemplaar van
de rekening der ontvangsten en uitgaven der
gemeente over 1935, vergezeld van de bijlagen.
Opgemerkt wordt, dat wegens uitkeering uit
het gemeentefonds overeenkomstig de voor-
schriften ten bate der rekening van 1935 komt
het bij de begrooting geraamde bedrag van
9600, terwijl slechts /670O is verantwoord.
De ontvangst op den desbetreffenden post is
daarom met f 2900 verhoogd.
Aangenomen voor kennisgeving.
o. Een adres van J. J. Verlinde-Hoebd,
waarin hij zich tot den raad wendt als volgt:
Bij deze nemen wij de vrijheid ons met het
volgende tot u te wenden.
Ingevolge de geeerde opdracht van Burge
meester en Wethouders, werd door ons een
wagen gebouwd met een irihoudi van 6 M3., na
dat eerst een wagen van 5 M3. was aange
nomen.
Ons werd medegedeeld, dat de onderdeelen
van den wagen van 5 M3. voldoende sterk
waren om een bak op te bouwen van 6 M3.
De kipinstallatie (oud model) bleek hierbij
niet te voldoen, waarna door ons een nieuwe
hydraulische installatie geleverd werd, welke
in alle opzicht blrjkt te voldoen en zoodanig
verbeterd is, dat zij door 6en man geledigd
kan worden en uit zich zelf naar beneden
komt, waardoor veel tijd en arbeid bespaard
wordt.
Door deze verbetering zouden wij het zeer
billijk achten, indien U een vergoeding kon
toestaan van de meerdere kosten van deze
kipinstallatie, zijnde f 475 vertninderd met den
kostprijs van de oude installatie, is 129, blijft
dus 346.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit verzoek af te wijzen.
De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat
adressant aanvankelljk een verzoek heeft ge-
richt tot Burgemeester en Wethouders, doch
dat deze hebben gemeend daarop niet te kun
nen ingaan, aangezien daar geen reden voor
bestaan. Nadat eerst een wagen van 5 M3. was
opgedragen, hebben Burgemeester en Wethou
ders gevraagd of hij een wagen Wilde maken
die 1 M3. grooter was en wat die dan kosten
moest. Adressant heeft daarvoor een hoogeren
prijs opgegeven, welke door Burgemeester en
Wethouders is aanvaard. De man was verder
vrij, den wagen te maken zooals hij dat
wenschte. Bij de eerste proef was de wagen
niet geschikt. Dat was voor risico van den
aannemer, die daarop den wagen, om dezen te
kunnen afleveren, geschikt moest zien te
maken. Burgemeester en Wethouders zijn
van oordeel, dat het niet op den weg der ge
meente ligt, de gevraagde hoogere som te
betalen.
De heer VAN HECKE betuigt zijn spijt, dat
de raad niet over wat duidelijker gegevens
beschikt. Hij vraagt, of den aannemer geen
teekening is ter hand gesteld van hetgeen
men zou willen. Het is wel jammer, dat er
geen werktuigkundige ter beschikking is, die
over die teekening zou kunnen oordeelen. Hij
meent, dat er toch wel aanleiding is, den
aannemer tegemoet te komen. Spreker wil dit
met een voorbeeld duidelijk maken. Als men
een huis laat bouwen, neemt men voor het
maken van een teekening een deskundige, om
dat men het zelf niet kan, maar nu is een
teekening en een bestek gegeven door iemand
die geen deskundige is, nu weten we zegt
spreker van de feitelrjke omstandigheden
niets af. Burgemeester en Wethouders achten
zich nu wel beter op de hoogte en gronden op
hunne wetenschap hun afwijzend voorstel,
maar is toch wel een waarschuwing op zijn
plaats, dat er, dit standpunt vasthoudende,
voor de gemeente een gevaar bestaat, dat dit
de gemeente nog veel geld zou kunnen kosten.
Gelukkig voor de aannemers bestaat er tegen
woordig voor hen gelegenheid, zich bij ver-
schil van meening met de aanbesteders, te be-
roepen op arbitrage. Ik weet wel niet, of, in
dien de aannemer zich met de hem ver-
schafte teekening en beschrijving wendt tot
den Raad van Arbitrage en deze don gaat ver
gelijken het werk dat door hem geleverd is,
of die raad dian niet tot de uitspraak zal
komen, dat den aannemer voor het betere
dat hij geleverd heeft en dat thans in gelds-
waarde is uitgedrukt, een billijke vergoeding
toekomt en de gemeente verplicht zal bevon-
den worden dat te betalen.
Dat is volgens mij ook redelijk. Als ik op
dracht geef om een huis te bouwen geheel ge-
lijk aan dat van mijn •buurman, met dezelfde
inrichting. b.v. ook van de schoorsteenen,
maar er blijkt na de voltooiing, dat bij mij de
schoorsteenen rooken en de rookkanalen dus
veranderd moeten worden, dan zal de aan
nemer zeggen: best, maar dan moet u mij de
kosten van die verandering betalen. Ik moet
hem dan betalen de eerste schoorsteenen,
maar ook de veranderde. Zoo is het ook hier.
Er is aan den aannemer opdracht gegeven een
wagen te leveren precies zooals de andere.
Toen die wagen gemaakt was met dezelfde
hefinrichting als de andere, bleek, dat die niet
voldoende was en een andere moest gemaakt
worden.
De heer ViERiLENBE is op grond van de fei-
ten, voor zoover hem die bekend zijn, van
oordeel, dat er geen aanleiding is, om op het
verzoek van adressant in te gaan. Wanneer
hij het geheele verloop der zaak nagaat, meent
hij, dat het gemeentebestuur tegenover adres
sant billijk gehandeld heeft. Zij heeft er groo
ten last door ondervonden. Hij zal er thans
niet verder op ingaan, maar acht op grond van
de ten dienste staande gegevens geen reden
aanwezig om het verzoek in te willigen.
De V >OIiZITTER meent, de besprekingen
te kunnen bekorten, door lecture te geven van
de opdracht. Op 25 Juni 1936 is door het ge
meentebestuur aan Verlinde geschreven:
overeenkomstig uw prijsopgave dd. 15 Juni
1936 dragen wij u hierbij op, de levering van
een nieuwe vuilniswagen met een inhoud van
6 M3., lengte 3.40 M., breedte 1,85 M. en
hoogte 0.675 M.; de wielen moeten 0.15 M.
binnen de buitenkant van den bak worden ge
plaatst. De totale prijs van den wagen be
draagt, inclusief omzetbelasting 1145. De
wagen moet verder voldoen aan dezelfde
eischen, waaraan de thans in gebruik zijnde
wagen voldoet".
Er moest dus een wagen worden geleverd,
die aan dezelfde eischen voldeed, die die de
gemeente reeds bezat. Die opdracht is door
den aannemer aanvaard. Bij den proefrit bleek
de wagen niet te voldoen. Dat was op 25 Fe-
bruari 1.1. De aannemer heeft toen gevraagd
den wagen te mogen verbeteren. Hem is e°n
maand uitstel verleend. Na die maand uitstel
was de wagen nog niet in orde, want hij had,
naar hij meedeelde, nog geen voldoende kip-
inrichting kunnen ontdekken. Toen is 4 Maart
voor de oplevering nog een maand verlenging
gegeven, maar het voorbehoud gemaakt, dat
de wagen alleen zou worden aanvaard, wan
neer die bij de oplevering bleek te voldoen
aan alle daaraan te stellen eischen. Dat was
op 2 April 1.1. verloopen en toen is op ver
zoek nogmaals uitstel verleend. Eindelijk op
22 April is de wagen opnieuw tei* beproeving
aangeboden en bleek toen te voldoen. Die ver-
anderingen waren naar sprekers meening voor
risico van den aannemer, omdat hij had aan
genomen een goeden wagen te leveren en hij
ziet niet in, dat de gemeente daarvoor eenige
risico op zich behoort te nemen.
De heer VAN CADSAND kan met dit
standpunt instemmen, daar was aangenomen
den wagen te leveren ten genoege van Burge
meester en Wethouders of liever van de con-
trole van gemeentewege. Toen de wagen
voldeed, is deze geaccepteerd.
De heer DE KRAKER wijst er op, dat de
wagen toch een M. grooter is geworden dan
aanvankelijk was bedoeld.
De VOORZITTER: Maar daarvoor heeft
hij f 50 meer gevraagd en ontvangen.
De heer DE KRAKER: Nam hij daarmede
genoegen
De VOORZITTER: Ja.
De heer COLSENMogen we ook weten
welk bedrag door verschillende leveranciers
was ingeschreven
De heer SOHEELE: De aannemer had met
zijn opvolger een verschil van /110.
De heer OOLSEN wijst er op, dat men nu
toch kan aannemen, dat deze kap-inrichting
gemakkelijk werkt. Nadat men een jaar
ervaring heeft, is dat toch wel voldoende ge
bleken. De wagen is dat bedrag goed waard
en hij meent, dat daarin aanleiding bestaat
den aannemer die meerdere waarde uit te be
talen. De wagen is, niettegenstaande zij een
meter grooter is, heel secuur. De raad was
er, toen de wagen moest aangeschaft worden,
voor, dat de levering aan een inwoner van Ter
Neuzen werd opgedragen. Na inschrijving
bleek men het werk hier te kunnen houden. In
verband met den grooteren wagen moest de
constructie veranderd worden en de gemeente
heeft nu iets beters gekregen dan zij tot dus-
verre had. Men stelle zich voor, dat Burge
meester en Wethouders een beschrijving van
den wagen zouden hebben gegeven en daarop
hadden laten inschrijven, dan zou het ook zoo
uitgekomen zijn. Spreker is het wel eens met
den heer Van Hecke, dat, als er een commis
sie werd aamgewezen om deze kwestie te
onderzoeken, de gemeente wel het loodje zou
leggen.
De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM
is van meening dat, wanneer de raad zou in
gaan op het verzoek, deze zich op glad ijs- zou
begeven. Dat is niet alleen zijn persoonlijke
opvatting, doch daarop is hem ook al gewezen
door personen uit de gemeenschap. Wanneer
de gemeente bij mislukkingen van werk of bij
het blijken van tekorten wegens aangenomen
werk aan de betrokken aannemers in de
schade die zij leden gaat tegemoetkomen, zal
daarvan het gevolg zijn, dat bona fide inschrij-
vers niet meer aan riskante inschrijvingen
zullen deelnemen, omdat dan daaraan ook zal
deelgenomen worden door minder serieuse
inschrijvers, die gaan speculeeren op de goed-
geefschheid der gemeente en eenvoudig denken
dat, als het later niet goed gaat de gemeente
him toch wel de schade zal vergoeden, en het
er met hun inschrijving dus maar op wagen.
Door itelkens uitstel te geven voor de opleve
ring van den wagen is adressant al tegemoet-
gekomen, want als Burgemeester en Wethou
ders eenvoudig hadden gezegd we moeten den
wagen niet hebben en ze hadden hem niet in
de gelegenheid gesteld den wagen alsnog in
orde te maken, dan had hij met den geheelen
wagen blijven zitten en was zijn nadeel veel
grooter geweest. Burgemeester en Wethou
ders hebben hem dus voor een grooten strop
willen bewaren en zijn adressant door het
verleenen van uitstel reeds tegemoetgekomen.
^De heer 't GILDE merkt op, dat hetgeen
hij had willen aanvoeren, reeds voor het groot-
ste gedeelte door den heer Lambrechtsen van
Ritthem is gezegd. Burgemeester en Wethou
ders zijn uitgegaan van het standpunt, laten
we den man de kans geven den wagen zoo
danig te veranderen, dat we dien kunnen aan-
vaarden. Zij hebben hem voor een grooteren
strop bewiaard en hij kan niet inzien, dat de
gemeente nu ook de kleinere zou moeten
betalen.
De heer RIEMENS: Aanvankelijk was hem
toch een wagen van 5 M. opgedragen.
De VOORZITTER: De opdracht is terstond
vergroot en door den aannemer aanvaard. De
opdracht was dus een wagen van zes meter.
De wagen moest iets grooter en iets smaller
zijn en daarvoor rekende de aannemer 50
meer. Dat was dus in regel.
De heer VAN HECKE acht het jammer dat
men niet over een deskundige beschikte.
De VOORZITTER meent, dat dit geen be-
zwaar is geweest. Burgemeester en Wethou
ders konden zeer goed beoordeelen, of de
wagen al of niet voldeed. Ze hadden den ter
beproeving aangeboden wagen kunnen weige-
ren. Ze hebben zulks echter ter wille van den